T
Fotogr.-Atelier EISELIN
BRUIDSFOTO'S
6 zwarte lotok. salonfoto I 1.50 - f 2.00
6 bruine folob. salonloto f 2.00 - f 2.S0
TWEEDE EN LAATSTE BLAD
STADSNIEUWS.
VAN DINSOAQ 24 SEPTEMBER 1929
De classis Woerden der Gereformeerde
Kerken heeft na peremptoir exaimen toe
gelaten tot den dienst des woords en der
sacramenten in die kerken onzen stadge
noot den beer L. Zwaan beroepen predi
kant te Zwammerdam,
Onze vroegere stadgenoote mejuf
frouw zuster A. Keijzer, is met ingang
van 16 Ocit. a.s. benoemd tot hoofdver
pleegster aan het NederL Gasthuis tegen
vallende ziekten te Amsterdam.
Geslaagd te Delft voor Prop. Ex. voor
schieik.-ing. onze vroegere stadgenoot J,
W. van DalfSen Bz.
Onze stadgenoot, de heer J. Mostert,
hoopt op 1 October a.s. den dag te her
denken waarop hij voor 25 jaar in dienst
trad bij de Posterijen.
INENTING.
Van gemeentewege bestaat gelegenheid
tot kostelooze inenting en herinenting
lederen-Dinsdag van 78 uur nam., en
lederen Vrijdag van 28 u. nam. In het
voormalig Oudeliedenhuis, Breedwars
straat 8.
Voor Julianadorp lederen Vrijdag des
nam. 2 uur door dr. Oterdoom, ten huize
van den heer W. Vonk. Trouwboekjes of
geboortebewijzen meebrengen.
DE INDISCHE MAIL.
De Nederland Express met mail en pas
sagiers van de „Johan de Witt" komt Za
terdag a.s. om 10.41 uur v.m. aan het Cen
traal Station te Amsterdam aan.
CONCERT HARMONIEKAPEL
„WINNUBST".
Bij' gjunstig weier laatste izomeroonoert
op Donderdag 26 September van 8 u. 80
tot 10 uur in 't Julianapark door de Har-
mnuüeSkapel Winnubst, dlir. H B. Schen
kels.
Ptfoigtf antima:
WINKELNIEÜWS.
„Zeg het met bloemen" is den laatsten
tijd de reclamespreuk der bloemenhande
laars en steeds meer begint men bij elke
gelegenheid bloemen te geven. Soms is
er heelemaal geen aanleiding toe noodig.
Wij meenen ergens gelezen te hebben,
dat de omzet der bloemen, ten koste van
die van den drank steeg. En dat is maar
goed ook. Voor een klein bedrag heeft
men tegenwoordig al heele mooie bloemen,
waar men dagen lang van genieten kan.
Het aantal bloemenwinkels wordt dan
ook langzamerhand uitgebreid.
In de Breewaterstraat, tegenover de
Openbare Leeszaal, waar vroeger de Evan
gelisatie der Vrije Christengemeente was
gevestigd, heeft de heer D. J. Bandsema,
uit Groningen, een bloemenwinkel ge
opend. Het interieur behoefde niet veel
verandering te ondergaan, alleen is een
keurig wit geschilderd hekwerk aange
bracht. De zaak maakt, met de aardige
étalages, een uitstekenden indruk.
Allerlei soorten bloemen en planten zijn
smaakvol uitgestald en wij raden een ieder
aan eens een kijkje te nemen.
Wij wenschen den heer Bandsema veel
succes toe ln zijn nieuwe zaak, die zeker
menig kijker en kooper zal trekken.
MOTOR GESTOLEN.
Zondagmiddag kwam de heer Geest
man uit de Cornelis Ditostraat tot de
onaangename ontdekking, dat zijn motor
rijwiel, een F. N., dat bij in zijn werk
plaats, die zich in de steeg achter de
Spoorstraat, bij het bedrijf van den heer
Van Baaren, bevindt, gestolen was.
De deur en het slot van de werkplaats
toonden geen enkel spoor van geweld,
zoodat do dader in het bezit van den
sleutel moet zijn geweest. Men verdenkt
van dezen diefstal den zeemilicien K., een
vriend van den heer Geestman, die even
eens verdwenen is, en van wiens ver
dwijnen reeds door de radio kennis is
gegeven.
VRACHTAUTO VERBRAND.
Gisterenmorgen geraakte, bij het aan
zetten, de vrachtauto van den vrachtrijder
Smit, wonende in de O. Kerkstraat, in
brand. Smit zou om 6 uur zijn auto uit de
garage halen toen het ongeluk gebeurde.
Met behulp van anderen werd de wagen
naar buiten gebracht, waarbij Smit ern
stige brandwonden aan een zijner handen
opliep, zoodat hij zich onder geneeskun
dige behandeling moest stellen.
Het tragische van dit ongeluk is, dat de
vrachtauto niet verzekerd is.
OPENBARE LEESZAAL EN
BIBLIOTHEEK.
In de maand Augustus werd de leeszaal
bezocht door 1155 mannen en 128 vrou
wen, totaal 1283 personen.
Uitgeleend werden 463 studieboeken,
oooi? romans en 1785 kinderboeken, totaal
o880 banden.
Aangeschaft werden de navolgende
werken:
Dumas: De roode hand; Everett Green:
De meesteres van Lydgate Priory; Goud
smit: Jankej's jongste; Paula: De opgang;
Ouïda: Tricotrin en zijn pleegkind, 2 dln.;
Rilke; Das Stundenbuch; Scheffer: Ge
rechtigheid; Wassermann: Het ganzen-
mannetje; Woods: Christus en ons dage-
lijksch leven; Waarom Esperanto-onder-
wijs op de lagere school?
Ten geschenke ontvangen: v. d. Meer:
Verscheiden, dl. 6; Jaarverslag 1928 v. h.
bureau voor rechtskundige hulp.... te
Amsterdam; Verslag 1928 v. h. Provin
ciaal Waterleidingbedrijf van» Noord-
Holland; Verslag 1928 v. h. Kon. Ned.
Meteorologisch Instituut; Verslag v. d.
twaalfde internationale arbeidersconfe
rentie te Genève; Vereeniging v. Volken
bond en vrede: Arbitrage, veiligheid, ont
wapening.
EEN GOEDE BUUR IS BETER DAN.
Men schrijft ons:
Zondagavond omstreeks half elf werden
de bewoners van de Gravenstraat nabij de
Sluisdijkstraat opgeschrikt door een aldaar
wonende vrouw, die blijkbaar hevig ont-
steld en hoogst zenuwachtig was. Deze
vrouw, wier man in Indië vertoeft, schijnt
het niet al te best met een harer buren te
kunnen vinden, althans volgens haar ver
halen timmert haar buurman soms in het
holst van den nacht op den muur van haar
woning, vermoedelijk met de bedoeling
haar en hare kinderen schrik aan te jagen.
En Zondagavond nu, toen de al bejaarde
buurman zich reeds half had ontkleed om
te gaan slapen, meende hij zeker eerst nog
een heldendaad te moeten verrichten, tot
besluit van den Zondag. Hij dacht daarbi,
natuurlijk eerst aan zijn naaste buur en
ging op dat uur belletje-trek spelen. Maar
voordat hij kon wegschuilen, was de hevig
geschrokken buurvrouw buiten en zag nog
juist den held naar binnen vluchten. Op
het uitdagende geroep van de vrouw om
naar buiten te komen, nu verschillende be
woners van dat gedeelte Gravenstraat en
voorbijgangers haar omringden, hield hi;
zich wijselijk doof en vertelde zijn lieve
ega van zijn werkelijk fijn geslaagde kwa
jongensstreek, waarna beiden gerust hun
hoofden kondon neerleggen. Na gedane
arbeid is het zoet rusten.
DE FEESTELIJKE HERDENKING VAN HET
75-JARIG BESTAAN VAN HET
KON. INSTITUUT.
De feestelijkheden ter eere van het vijf-
en-zeventig-jarig bestaan van het Konink
lijk Instituut behooren weder tot het ver
leden. De ironie van het lot wil, dat nu ook
weder de barometer is gaan rijzen en het
buitengewoon-slechte weer van Vrijdag en
Zaterdag zich geleidelijk herstelt. Maar nu
is het te laat: de scheefgewaaide dennen
boompjes in de straten worden niet weder
recht gezet, en de lampionnetjes, voor zoo
ver er nog iets van over is, opgeborgen.
De oranje bloempjes in de dennen
boompjes waren allang verdwenen, maar
daaraan is voor een groot deel de Helder-
sche jeugd schuldim Stel u voor, dat men
een met papieren bloempjes versierd den
nenboompje ongemoeid zou laten! Dat is
eenvoudig ondenkbaar. Hoeveel vlaggen
er in deze dagen gesneuveld zijn, valt niet
te gissen; wij zagen er een, die nog bestond
uit het rood en wit, broederlijk bijeen,
terwijl ergens anders aan den stok het
verflenste, gescheurde blauw bungelde als
droevig beeld van verwording. Het was
droevig, in één woord, zooals het weer ons
parten heeft gespeeld, en zooals aan tal
van plannen, verwachtingen en illusiës de
bodem is ingeslagen. Geen gezellige zitjes
op de caféterrassen; geen prettige drukte,
waarvan we Donderdagavond toch al een
voorproefje hadden gehad, niet dan een
troosteloos-verregende, en verwaaide stad.
Maar wat baat het nog langer te wee
klagen; de réunisten zijn vertrokken, ver
trokken is ook de koninklijke familie, en
reeds schijnt weer de zon en droogt de
straten op.
Onder deze omstandigheden kwam het
voorgenomen vaartochtje, waarvoor een
aantal schepen beschikbaar waren gesteld
voor de réunisten, natuurlijk niet tot zijn
recht. De Buitenhaven bood omstreeks
half twee wel eenige levendigheid aan door
het embarkeeren der deelnemers, maar
velen waren aan den wal gebleven. De
gepavoiseerde haven bood nog eenigszins
een fleurigen aanblik.
De koninklijke familie aan boord
van die „Kortenaer".
Ondanks alles werd toch het programma
afgewerkt. Bij het embarkeeren van de
koninklijke familie aan boord van Hr. Ms.
„Kortenaer" waren slechts weinigen te
genwoordig. Het schip had ligplaats
tegenover de kolenloods.
Aan den valreep werd de koninklijke
familie ontvangen door den commandant,
luitenant ter zee le klasse Lagaai en offi
cieren, welke aan de koninklijke bezoekers
werden voorgesteld.
Het weder was intusschen zeer slecht
geworden, hevige regenbuien en heftige
stormvlagen wisselden elkander af.
Intusschen hebben tal van andere sche
pen, Z-booten, onderzeebooten, pantser-
moten de haven reeds verlaten. Allen heb
ben eenige réunisten aan boord, die nog
een een watertochtje wilden maken.
H. M. begeeft zich naar de commando-
srug; de trossen worden losgegooid en
enkele oogenblikken later stoomt de „Kor-
:enaer" de haven uit.
Van het aanvankelijk voornemen om een
iochtje naar buiten te maken moest wor
den afgezien. Daardoor verviel ook de
voorgenomen volle-kracht-vaart; met het
slechte zicht en de verschillende met gas-
■en varende onderzeebooten was dit niet
wel doenlijk. Er werden eenige korte boch-
'en gemaakt en een oogenblik werd nog
aangezet tot 20 mijl.
Kort daarop werd weder koers gezet
naar de haven, waar tijdig gemeerd werd
n verband met het koninklijk bezoek aan
bet Kon. Instituut.
Na den tocht ontbood H. M. den chef
van de machinekamer off. M.S.D. Van
eyden, met wien H. M. zich eenige
oogenblikken onderhield.
Is H. M. en de andere leden der kon.
familie het schip verlaten heeft, brengen
officieren en bemanning een driewerf
hoera uit op de Koningin.
Aan den wal wordt H. M. ontvangen
met de hoera's van de ondanks het slechte
weer nog talrijke belangstellenden.
Op het Kon. Instituut.
Te 4 uur arriveert de koninklijke familie
spectie der voor het gebouw opgestelde
adelborsten begeeft H. M. zich in het ge
bouw. Na de bezichtiging van het gebouw
werden in de receptiezaal de verschillende
ontvangen geschenken aan H. M. getoond,
Door H. M. werden vervolgens de prij
zen uitgereikt van de zeilwedstrijden der
adelborsten, welke Donderdag j.1. waren
gehouden. H. M. onderhield zich voorts
met de officieren, leeraren en personeel
van het Instituut, die een onderscheiding
mochten ontvangen. Ook de Senaat van
het korps Adelborsten werd aan H. M
voorgesteld.
In de receptiezaal werden door den vice-
admiraal I. van den Bosch, kolonel Hart
kamp en den off. van adm. Klaassen aan
de. koninklijke familie exemplaren aange
boden van het verschenen gedenkboek,
Deze exemplaren waren gebonden in blauw
marokkjjn leder.
Nadat in de receptiezaal de thee was ge
bruikt, vertrokken de koninklijke gasten
te ongeveer half 6 naar het station. Nog
eenmaal werden de adelborsten geïnspec
teerd, na afloop waarvan H. M. zich eenige
oogenblikken onderhield met den kapitein
der mariniers von Frjjtag Drabbe.
De jonkers presenteerden het geweer,
het vaandel neigt.... een oogenblik later
behoort het koninklijk bezoek weer tot het
verleden.
Aan het station.
Inmiddels had aan het station een
gigantenstrijd plaats -tusschen de men-
schen en de losgelaten elementen. De
zware palmen, die waren aangebracht voor
de versiering, vielen omver zoodra zij wa
ren opgezet, zoodat zij vastgesjord moes
ten worden aan paal of ander steunpunt,
Het uitleggen van den looper was een
waar drama, waarin weliswaar de heer
Kiesewetter overwinnaar bleef, maar dat
toch ongewone inspanning vergde van een
aantal helpers.
Te ruim half zes arriveerden de konink
lijke auto's, Hare Majesteit, ondanks het
ruwe weer, in open wagen. Een enorme
menschenmenigte trotseerde in de Spoor
straat en de omgeving van het station de
woeste windvlagen en de regenbuien om
toch nog iets van de koningin te zien. Zij
hebben geboft, want juist toen was het
tamelijk droog.
Aan het station werd Hare Majesteit
opgewacht door den garnizoenscomman
dant, jhr. Ridder van Rappard; de Burge
meester en den Vice-admiraal, alsmede de
andere autoriteiten maakten den tocht
mede en bereikten dus gelijktijdig met de
koninklijke familie het station. Hare Ma
jesteit onderhield zich gedurende eenige
minuten -met den burgemeester en admi
raal Quant. Daarbij drukte zij er haar vol
doening over uit, dat zooveel réunisten
hier tezamen, waren gekomen. Het weer
liet evenwel een langer rekken van dit af
scheid niet toe en weldra besteeg de ko
ninklijke familie den trein, die onmiddel
lijk daarna vertrok en op een stil spoor
werd gebracht. Het was namelijk de be
doeling met den gewonen trein van 7.20
te vertrekken.
De taptoe.
Te half acht had voor de Marineclub een
taptoe plaats, gegeven door het stafmu
ziekkorps met medewerking van tamboers
en pijpers uit Rotterdam, onder leiding
van tamboer-majoor Witteveen.
Eerst werd de taptoe geblazen op den
hoorn, daarna een marsch door alle tam
boers en pijpers op den hoorn, de ser
geant majoor-tamboer blies zelf mede en
vervulde daarin de solo-partij. Toen de
hoorns opgeborgen waren, speelden de
piipers, begeleid met zachten roffel der
tamboers »Wilt heden nu treden», daarop
volgde de Russische taptoe, vervolgens
zette de Marinekapel het gebed in, gevolgd
door het Volkslied, Wilhelmus, Eere-
marsch (gezamenlijk met de tamboers en
pijpers), op verzoek het Adelborstenlied
van wijlen Kapelmeester Koning, daarna
den deflleermarsch. Hierna had de af-
marsch plaats lanfs de Kanaalweg, Prins
Hendriklaan, Keizerstraat, Zuidstraat,
Ankerpark naar 't Wachtschip, waar
aan het KonhÏÏk ^tituut Na dé in- werd afgedankt. Het geheel Btond onder
leiding van kapelmeester Lelstikow.
Op de Marineclub was geen stoel on
bezet; er heerschte een gezellige drukte.
Toen de taptoe aanving, kwamen de réu
nisten naar buiten op het balkon. Alle
nummers, ook die van tamboers en pij
pers, genoten veel bijval. De belangstel
ling op de Hoofdgracht was voor deze
gelegenheid buitengewoon groot en de
straten waar de stoet passeerde, stonden
eveneens vol belangstellenden. Een woord
van lof voor het politiecorps is hier zeker
op z'n plaats, alles ging zeer ordelijk
hoewel niet zonder moeite, kon men rus
tig doormarcheeren.
De f eestvoorstelling.
En te half negen ving in „Casino" de
feestvoorstelling aan, gegeven door een
aantal zeeofficieren, waarbij werd opge
voerd het schijndrama „Julius Caesar",
geschreven door den gep. Inspecteur van
den geneeskundigen dienst der Zeemacht,
schout-bij-nacht A. W. Pulle.
Een opgewekte stemming heerschte al
dadelijk bij den aanvang in de zaal. Nadat
het „Wilhelmus" was gespeeld en staande
aangehoord en meegezongen, werd het
„Adelborstenlied" ingezet, dat natuurlijk
iedere réunist kende en waarmee ook van
anscher harte werd ingestemd. Onmid-
ellijk hierna werd met de voorstelling
aangevangen.
Schout-bij-nacht Pulle, die bij deze voor
stelling tegenwoordig was, schreef een 35
jaar terug deze groteske parodie, die den
ganschen avond danig de lachspieren in
beweging bracht. Maar de regisseur van
thans, luit. ter zee le kl. O. O. F. Jager,
had het stuk gemoderniseerd en op tegen
woordige toestanden toepasselijk gemaakt.
Zoo had de groote keizer thans een werk
vertrek gekregen, dat van alle gemakken
van den modernen tijd voorzien was; de
luidspreker ontbrak er niet, die de dage-
lijksche weerberichten aan den veldheer
overbracht, noch ook de telefoon, die hem
lastig valt met allerlei vragen, waarvoor
de stakker geen tijd heeft. Wel moet wor
den geconstateerd, dat Caesar nog niet het
goede fabrikaat voor den luidspreker te
pakken had, want deze raisonneerde min
of meer.
Tal van oude bekenden ontmoeten wij
in deze klucht; wijsjes uit het bloeitijdperk
der cabaretliedjes, zooals Daisy Bel, Ta-
ra-ra-boem-di-jé, de Doofpot-coupletten,
en verscheidene andere. Maar de heer
Jager had zelf ook eenige zijner liedjes in-
gelascht, die hij in de personificatie van
Tauberius ten beste gaf, en waarvoor hij
met enthousiast applaus begroet werd.
Julius Caesar's entrée de chambre in vlek
keloos nachthemd met de orde van een of
anderen kouseband was verrukkelijk; het
is, allen historieschrijvers ten spijt, een
goedmoedige, gemoedelijke oude heer ge
weest,deze verschrikkelijke keizer. Be
koorlijk was zijn nicht Kunegonde, statig
Calpurnia, des Caesar's vrouw. Dit was
een praetische dame, zooals blijkt uit de
volgende opmerking:
Als Cinna, de dichter, de Caesarfamilie
komt waarschuwen voor de snoode samen
zwering, weigert Caesar zich aan zijn
plicht te onttrekken en gaat toch naar den
senaat. Dan klaagt en jammert Calpurnia,
en ze snikt het uit:
Wat wordt van je vrouw als jij wordt
[vermoord?
Bekend wel, 't pensioen is niet groot;
Een bovenhuis wacht mij in de zeehel-
[denbuurt,
Geloof mij, daar knies ik mij dood
Maar Caesar gaat toch en wij kennen
het treurig einde:
Zijn heele toet
Zit vol met bloed,
zooals Pindarus in het vierde bedrijf zingt.
Om kort te gaan: 't was een verzameling
-f.
M
Juliana bloemen aangeboden.
Bden prijs ging strijken.
1. Wir bleib'n die alten. Marsch.
W. Lindemann
2. La liberté. Ouverture. Fr. Rousseau
3. Clou! Valse. Fr. Popy
4. Oud-Hlollandsche Boerendansen.
W. F. Siep
5. Skandinavische Suite. E. J. Frederiksen
6. Potpourrie sur 1'Operette La' Fille
du Tambour Major Offenbach
7. C'est le Mo-mentt! Marsch Aug. Eenhaes
BIJ de aankomst aan de haven worden H.M. de Koningin en H.K.H. Prinses
De Koninklijke familie aan boord van de Mvan Meerlant".
De zeilwedstrijden. De „Oopeha" het eerstbinnenkomend jacht, dat met den