VIERDE EN LAATSTE BLAD STADSNIEUWS. VAN ZATERDAG 5 OCTOBER 1929 Onze vroegere stadgenoot, de heer O. C. Baas, slaagde te Amsterdam voor de gezamenlijke tentamina in de natuur wetenschappelijke vakken van het eerste gedeelte cand.-ex. in de geneeskunde. DE WINTERTIJD. We herinneren onze lezers er nog aan, dat de klok. hedenavond of morgenoch tend een uur terug gezet moet worden. Om elf uur dus op tien uur. DE WINTERDIENSTREGELING. In dit nummer hebben we ingesloten de winterdienstregeling 1920—1980. Zooals men weet gaat de winterdienst van de Spoorwegen morgen in. Men berge het kaartje goed op, zoodat men het kan raad plegen als men het noodig heeft. AANKOMST INDISCHE MAIL. Het mallsohlp Slamat, van den Rotter- damachen Lloyd, werd Donderdagmiddag 4 uur te Marseille verwacht. De Rotter dam Lloyd Rapide vertrok Donderdag avond 9 uur van Marseille. Aankomst gis teravond in Den Haag H.S.M. 7.42. JAOOBA METZELAAR. t Vrijdagmiddag is zij op het kerkhof te Huisduinen begraven, juffrouw Metze- laar, die eenmaal, nog niet zoo heel veel jaren geleden, met haar zonnig humeur, haar onuitputtelijke opgeruimdheid, in de Bewaarschool op de vischmarkt den scep ter zwaaide. De onverbiddelijke dood heeft haar weggemaaid, en zo omild en liefde vol was de Dood, dat hij haar voor een lang en smartelijk ziekbed heeft bewaard: plotseling is zij opgeroepen, zoo plotse ling, dat, wie haar nog den vorigen dag gezien hadden, thans getroffen stonden bij het vernemen van haar doodstijding. Juffrouw Metzelaarlwat al lieve, lieve herinneringen wekt die naam bij duizenden, duizenden Helderschen. Man nen en vrouwen, thans over de geheele wereld' verspreid, in de Indische rimboe zoowel als zwalkende op de wereldzeeën, duizenden, wier wieg hier aan dit noor delijke puntje van Europa stond, hebben onder haar leiding de eerste, wankele schreden gezet op het pad van het leven: Hoeveel oogjes hebben haar niet tegen gelachen, hoeveel mondjes hebben haar ha de taal der onschuld verteld van de groote gebeurtenissen uit het kinder leventje, de poes die jongen had, de ooievaar, die een broertje of zusje had ge bracht. Hoe veel, hoe oneindig veel vers jes zijn daar in het schooltje op de Visch markt niet omhooggerezen, begeleid door het glasheldere, zuivere orgaan van de directrice zelve I En nü is juffrouw Metzelaar dood! Ach, wie van het thans levende geslacht zal haar vergeten? Wie het voorrecht had den haar bezig te zien in haar werk, ge tuige te zijn van haar blijmoedig optimis me een voor de kinderopvoeding abso luut noodwendige factor: wee den opvo'e- der, die zich niet vermag aan te passen aan de kinderlijke stemming, de kinder lijke mentaliteit! zijn werk is vruchteloos en vergeefsch besefte van hoe ontzag lijk grooten invloed haar oogenschijnlijk zoo nederige en bescheiden taak was. De velen, die thans over de wereld ver spreid zijn en eenmaal hun eerste aarze lende pasjes deden over den drempel van het Vischmarktschooltje, zij zullen kun nen getuigen in hoever zich hun karakter gevormd heeft naar het eerste door juf frouw Metzelaar gekneed'e model. En de grondvorm van eenig werk is voor de verdere ontwikkeling meestal doorslag gevend. Toen juffrouw Metzelaar op Maandag 8 April 1916 haar veertigjarig jubileum als directrice van de bewaarschool Visch markt vierde, was daar groote belang stelling en groote vreugde. De „Helder- Bche Courant" schreef ervan: „Licht was het en zonnig in deze be waarschool-vestibule, al drong ook de len tezon niet door: waren niet al deze kin derhoofdjes en -hartjes blinkend! van een blijheid, die ze met zich hadden gedra gen, heel den lieven morgen lang? Waren niet al die gespannen gezichtjes, al die klare oogjes, al die kleine gedachtetjes geconcentreerd op het punt, het éénige, waaraan het voor het oogenblik de moeite waard was te denken? Liefde en aanhan kelijkheid en zonneschijn en licht en blij heid en levensvreugde, dat stond daar, in een paar honderd menschplantjes, bijeen gepakt. Wat al witte kleedjes! Wat al ex tra-gekrulde haren, wat al geheven hand jes met bloemen er in! Wat al blozende jongensgezichten, ernstig en vol waar digheid, met opgestreken kuif en Zondag- sche pak!" En toen de jubilaresse, temidden varf haar kinderen en haar bloemen, was aan gekomen, was het mejuffrouw T. de Boer (de tegenwoordige mevrouw Jager), die haar roemde als een „directrice bij uit nemendheid, die wt1 allen vereeren en liefhebben". En de heer Verhey (thans ook reeds overleden) zeide het zoo te recht: „Uw lof behoeft niet te worden ver kondigd door mij, want dat is reeds door anderen geschied Tot over den oceaan is uw roem doorgedrongen: of weet ge niet", zoo vroeg spr. haar, „van dien schepeling, die een liedje zong, toen dat's van de bewaarschool van juffrouw Metzelaar .En 't mooiste was, dat de an der ook een oud-leerling was, Deze man nen, thans zelf vader, sturen hun kinde- ïen weer naar diezelfde school, waar ook zij zooveel prettige dagen doorbrachten, vol vertrouwen op mejuffrouw Metzelaar, wetend, dat, wat daar spelend geleerd wordt, de grondslag is voor hun later leven Vijf jaar later, namelijk op 6 April 1921 werd mejuffrouw Metzelaar nog maals gefêteerd, zulks ter gelegenheid van haar 45-jarig ambtsjubileum. Maar korten tijd daarna ging zij van de wel verdiende rust genieten. Het was onze plaatsgenoot en haar oud-leerling, de heer Levy Grunwald, die haar in een feuilleton, onder den titel „Moed, beleid en trouw" in de Held. Crt. van 16 Sep tember 1922 herdacht En 30 Septem ber van dat jaar schreven wij: „Als dit blad versêhijnt, behoort het afscheid van mejuffrouw Metzelaar alweer tot het ver leden: het schooltje-van-juffrouw-Metze- laar is niet langer het schooltje-van-juf- frouw-Metzelaar". Het was bij die ge legenheid, dat de heer L. Grunwald, die haar 46-jarige werkzaamheid aan de school, wij zeiden het, in een feuilleton had herdacht, haar toesprak. Daarbij zei- de hij: „Ik, die geweest ben op de lagere, de m.u.i.o. en de H.B.S., heb aan deze sohool van juffrouw Metzelaar de dier baarste herinneringen uit mijn leven. Hier op deze school was geen standsver schil, wi) waren alleen éen: onschuldig, schuldeloos kind. Helaas! in de maat schappij zijn wij verdeeld in rangen en standen, in gelooven en overtuigingen. Mogen de kindertjes, die hier thans in de rij staan, en die zoo eendrachtig zingen en spelen, later deel uitmaken van de groote broederschap der menschen!" Met dien wensch eindigde spreker. En met bloemen en cadeaux, hartelijke toespraken en versjes, eindigde dos ande ren daags dit afscheid van de school. Namens vele ouders van leerlingen spreekt mevrouw Triest een kort, harte lijk afscheidswoord. Daarna komt pastoor Jans, voorganger van de Oud-katholieke gemeente als vriend en naaste buur. Als hem door een ander gevraagd werd: hoe I graf, aldus de spreker, moet ik consta- komt ge daaraan? Wel, antwoordde hij, teeren: het was een bizonder mensch, die Zeven jaren slechts heeft juffrouw Met zelaar van haar rust mogen genieten. Zeven jaren, tegenover 46 jaren van gestagen arbeid een korte rustpoos. En zeker hadden de kindertjes, die toen bij dat afscheid tegenwoordig waren en die thans alweer groote kinderen zijn gewor den, haar een langer rust gegund. Maar de onverbiddelijke dood heeft gesproken en naast de weemoed van het heengaan past berusting in het onvermijdelijke. En wij zijn ervan overtuigd, dat overal in de wereld, waar Helderschen wonen, de over ledene zal worden herdacht in piëteit en waardeering voor het mooie werk, dat zij aan vele geslachten deed. Op het kerkhof. Velen, hadden don tocht naar den doo- denakker aanvaard om de laatste eer te bewijzen aan deze zoo plotseling gestor ven vrouw, die nog slechts weinige dagen tevoren gezond en opgeruimd was ge weest. Het eerst nam de broeder van de over ledene het woord om een laatsten groet te brengen aan de gestorven zuster. Diep onder den indruk wees de heer Metzelaar op het plotselinge van het sterfgeval, welks portée aanvankelijk nog niet tot de familieleden doordrong. Maar het onbe grijpelijke is waar; wij staan hier voor de feiten en hebben het te aanvaarden, en slechts de wetenschap, dat, wat God doet, welgedaan is, kan ons troosten. Tweede spreekster was mevrouw Jager, die er speciaal voor uit den Haag was overgekomen, ondanks een medisch ver bod, maar die haar veeljarige vriendin en directrice gedurende een tiental jaren niet zonder een laatsten groet wilde laten heengaan. „Lieve juffrouw Metzelaar", zoo sprak zij, diep geroerd, „lieve Direo trice, het is mij niet mogelijk in woorden weer te geven, wat er in mij omging, toen mij de tijding bereikte van uw plotseling heengaan. We hadden elkander nog zoo heel veel te zeggen, en ik heb u niet eens de hand ten afscheid mogen drukken". „Als kind", aldus de spreekster, „ben ik bij u op school geweest, tien jaren heb ik naast u gestaan, en daarna zijn we toch zulke groote vriendinnen gebleven. We hebben samen zooveel meegemaakt, het was een heerlijke tijd. Lieve juffrouw Metzelaar, ik weet hoe u heeft gewerkt, hoeveel u is geweest voor allen, die onder uw leiding hebben gestaan, niet alleen di rectrice, maar ook 'n moederlijke vriendin. Zooveel duizenden kinderen heeft u opge voed en in hun harten de grondslag ge legd voor hun verder leven. U heeft ze zooveel moois meegegeven, reinheid en liefde, wat ze nimmer zullen vergeten. En ik ben ervan overtuigd, lieve juffrouw Metzelaar, dat er duizenden van uw oud leerlingen zullen zijn, die u in gedachten naar uw laatste rustplaats zullen verge zellen. Zij allen zullen met weemoed in het harte u een laatst vaarwel toeroepen. U wist ook, hoeveel ik mijn kinderen van u heb verteld, hoe ze de versjes zingen van uw school, hoe ze het prettig vonden als ik ze over u vertelde. En nu moest ik ze vertellen, dat u is heengegaan.... Hier bij uw laatste rustplaats wil ik het nog eens herhalen welk een groote vereering en liefde ik voor u had. Ik heb u lief gehad toen ik als kind bij u in de klas zat, ik heb u lief gehad als mijn di rectrice, en ik heb u lief gehad als groote vriendin. Een stuk van mijn leven heb ik bij u gesleten en nooit ende nimmer zal ik die jaren vergeten, die Ik bij u heb doorgebracht.Deze bloemen, aldus eindigt spr. met ontroerde stem, terwijl zij een bouquet witte bloemen op de baar legt, zijn een laatsten groet van mijn man en kindertjes. Op alle eventueele spoed-reparatiën kan gewacht worden Tevens G.R.E.S.- en Rublin-herstellingen Schoenen verven in alle kleuren, volgens nieuw spuitsysteem. Beslist goed bij CORN. C. DITO, Modernste Elec. Schoenmakerij Schoenhandel, Brakkeveldweg I34rood, Tuindorp hier ter aarde wordt besteld. En dat is ook zoo, en als een donderslag uit helde ren hemel overviel ons de tijding van haar dood. Nog slechts weinige dagen ge leden was zij in het volle genot harer ge zondheid bij mij, en onwillekeurig kwa men mij de woorden in de gedachten van Job, die zeide: God doet wonderbare en groote dingen, en wij begrijpen het niet. De spr. schetst, hoe de overledene met groote bedruktheid den winter tegemoet ging; sedert het verlies harer zuster voel de zij zich eenzaam "en verlaten. En ziet! God, die wonderbare dingen doet, heeft zich over haar ontfermd en haar tot zich genomen. Zelfs een lang lijden heeft hij haar bespaard, en nu is voor haar het licht doorgebroken en rust zij voor goed. De heer L. Grunwald, als oud-leerling sprekend, vergelijkt dit sterven met den regendroppel, die, na de aarde bevrucht te hebben, opstijg 1; ftls damp en, volgons den profeet in het Oude Testament, niet wederkeert. Wij weten allen dat dit niet zoo is; wij weten allen, dat, wanneer die regendrop zijn taak vervuld heeft; de dor stige aarde te drenken, toere, jonge sprui ten en bloempjes levenskracht te geven, en ze te doen ontkiemen, dat dan deze droppel, die diep in de zwarte aarde is doorgedrongen, door den invloed van het stralende gouden zonlicht als een bijna onzichtbare damp van uit de door haar vruchtbaar gemaakte aarde opstijgt naar den dampkring om daar opnieuw tot e9n zegenbrengenden waterdroppel te wor den Als een zegenbrengende figuur staat deze brave doode voor mij. Zij kwam te- raidden der jonge menschenloton, laafde en voedde hun jonge zielen, verkwikte de jonge mensohenbloemen door haar vrien delijken lach, door haar toewijding. Zij was voor de kinderzieltjes als een ver kwikkende regendroppel, zij kon dat zijn, omdat zij zelf een schoone ziel had Als een roos onder de vrouwen was zij, die opviel door haar intensen gemoeds- adel. Nu is juffrouw Metzelaar, die ieder Hel dersche kent, die ieder vereert omdat zi; zoo waardig onze eerste stappen en die onzer kinderen op deze, wereld geleid heeft, van ons heengegaan. Haar ziel, de verkwikkende regendroppel, heeft zich, door gouden zonneschijn daartoe genoopt, losgemaakt uit de donkere aarde. Onzicht baar als een fijne ijle damp steeg zij op om straks opnieuw gereed te zijn Juffrouw Metzelaar, moge uw ziel rus' ten waar de Schepper der wereld alle brave menschen, onverschillig van welk geloof zij zijn. loon naar werken geeft. De heer S. Jaring spreekt namens het bestuur der FröbelschoQl. Onafscheidelijk is de naam van juffrouw Metzelaar aan deze school verbonden, 46 jaren heeft zij er haar beste krachten aan gegeven. De opgewekte stemming, die er heerschte was haar werk, en zoowel in als buiten de school zal haar naam en werk in dank' bare herinnering blijven. Namens het plaats. Oom. v. Toez. op de Bioscopen, waarvan de overledene lid was, brengt de heer Avenarius een laatsten groet. Weinig konden wij vermoeden, toen wij onlangs met u vergaderden, dat wij zoo spoedig aan uw graf zouden staan. Wij luisterden gaarne naar uw ad viezen, die gedragen werden door uw rijke ervaring. Ook namens de hoofden van scholen brengt spr. hulde aan het groote werk van het voorbereidend lager onderwijs, dat door juffrouw Metzelaar werd volbracht. Uw leven was welbesteed, aldus spr., het van u uitstralend licht be schijnt de harten der kinderen, die van uw onderwijs profiteerden. wagen vol. De inbeslaggenomen goederen wenden naar den Zeekrijgsraad vervoerd, waar de oneerlijke matroos binnenkort wel zal terecht staan. Het is natuurlijk zeker, dat dit heerschap ook nog handlangers heeft, die van de zaak op de hoogte waren. Zooals we zeiden waren het levensmid delen, die onttrokken waren aan de rant soenen van de manschappen. Is het dan ook wonder, dat er wel eens geklaagd wordt dat men te weinig krijgt? OFFICIER-VLIEGER ELKERBOUT JUBILEERT. 10 jaar bij den vltegdlenst Ds. Smidts brengt tenslotte het afscheid van de Doopsgezinde gemeente, waarvan de overledene een zoo ijverig en trouw lid was. De belangstelling, die. zij had ook in de zaken der gemeente, was groot. In een periode, dat wij geen predikant, hadden, heeft zij zich zelve aangeboden ën ijyerig in het gemeentewerk meegeholpen. Ook voor de Zondagsschool deed zij veel, dit lag ook geheel op haar terrein. Tenslotte brengt spr. namens de familie dank voor Wij hadden juist de vorige week het genoegen, bij de nachtelijke manoeuvres op het vliegkamp „De Kooij", kennis te maken met den chef-piloot van dit vlieg kamp, de officier-vlieger 2e kl. M. F. Ei kerbout De heer Eikerbout, wij mogen het hier wel zeggen, is de meest bekende en bekwame vlieger van het korps Ma rine-vliegers. Hij is ook de meest onver- scbrokkene. en toen de vorige week bij' de manoeuvres een landing gemaakt moest worden, op niet verlicht terrein, was het vanzelfsprekend, dat Eikerbout deze uit zou voeren. Wij wisten toen niet, dat Jiii jubilaris was, hadden dan zeker getracht meer te weten te kennen uit zijn vliegersloopbaan, al zijn onze vlie gers en hierop maakt de heer Eiker bout geen uitzondering op zijn oollega's weinig mededeelzaam, als het betreft het vertellen van ervaringen uit hun avontuurlijk leven. Dat een onverschrokken vlieger als de heer Eikerbout, na een diensttijd van 10 jaar, nog in leven' is, is wel een krachtig bewijs voor de betrouwbaarheid van het vliegen, wanneer men een goed piloot is Offioler-vlleger Elkerboiit heeft zoo als men dat bij den vliegdienst noemt weinig brokken gemaakt. Dat is een plei; voor zijn bekwaamheid. Hij heeft natuur lijk In dien tijd tal van noodlandingen gemaakt en is daarbij ook wel eens min der goed terecht gekomen. Wij' herlnne ren duarbij aan het ongeluk, dat hem in September 1927 overkomen is, toen hi, vliegende met de D 80, met zijn toestel in een sloot terecht kwam, doordat de xnotor in den start stopte. Dit ongeval, waarbij hij ernstige ver wondingen aan h<^fd en armen bekwam en tengevolge waarvan bij ook een rugge- graatfractuur opliep, bond den koenen vlieger twee maanden aan bet ziekbed doch nauwelijks van dit ernstige ongeval hersteld, zat hij; alweer in een kist en vloog de lucht in. „Had u den schrik niet te pakken?' vroegen wij den vlieger, toen wij het met hem over dit ongeluk hadden. „Ach nee, zoo'n kleinigheid," zei hij „Ik vind het rijden met een auto veel ge vaarlijker dan vliegen." Officier-vlieger Eikerbout heeft alle marine-vliegtuigen ingevlogen. Hij is dan ook in die tien jaar niet minder dan 2734 uren in de lucht geweest. Alle typen vliegtuigen heeft hij bevlogen en alle omgebouwde vliegtuigen, en de kisten die van nieuwe motoren zijn voorzien, zi; allen worden door den heer Eikerbout aan den vuurproef onderworpen. Een reputatie als uitstekend vlieger heeft de heer Eikerbout ook buiten de kringen van den Marine-vliegdienst. Hi heeft o. m. deelgenomen aan de vliegwed strijden gedurende de I.O.A.R. in 1922 te Rotterdam gehouden, waar hij een twee den prijs behaalde ifcet escadrille vliegen, terwijl hij op den nationalen vliegdag in 1923 met een eersten prijs voor behendig- heidswedstrijden en wederom met een tweeden voor escadrille vliegen, ging strij ken. Ook mocht hij een eersten prijs ver' werven als luchtfotograaf en werd dan ook van Mei tot September 1922 gedeta cheerd. te Souburg voor luchtfotografie voor de Hydrografie. Onder alle omstan digheden heeft de jubilaris, in verschil lende toestellen, nachtvluchten gemaakt. De laatste twee jaar is hij belast als vlieger, met het bij den M.L.D. in dienst zijnde torpedo-vliegtuig. Ook is hi; sinds 1923 leider van damonstratiegroe- pen en beeft vervolgens, alle gevechts oefeningen doorloopen als jachtvlieger in de jachtafdeelingi.HM De heer Eikerbout, die op 1 April 1919 als buitengewoon adelborst bij 'de Marine reserve in dienst trad, werd den 16en September van dat jaar bevorderd tot officier-vlieger 8e kl., zijn bevordering tot off.-vlieger 2e kl. volgde daarop, op November 1920. Zijn practische vlieg lessen, op het vliegkamp de Kooij, vingen aan 17 September 1919. In het geheel ontving hiji 12 uur onderricht in een schoolvliegtuig en maakte op 7 November 1919 zijn solovlucht, Voor het behalen van zijn FJuL-brevet, op 12 November 1919, heeft hij na dien dag nog maar 58 minuten gevlogen. Zijn opleiding in wa de vele bewijzen van deelneming, bij deze tervliegtuigen ring aan 19 October 1920 ter aardebestelling ontvangen. ZIJN KAMERADEN BESTOLEN. Eten onttrokken aan de rant soenen van de manschappen van die Onderzee-kazerne. Donderdag heeft de rijksveldwachter L. Zeilstra, ten huize van een matroos, die in de opleiding ls voor bottelier, een groote hoeveelheid gestolen levensmiddelen in beslag genomen. Het was den veldwachter ter oore gekomen, dat er levensmiddelen onttrokken werden aan de rantsoenen van de manschappen. Deze levensmiddelen werden met een vrachtauto, die 's morgens van de kazerne Onderzeedienst naar de Marinewerf rijdt, om daar goederen te loden voor de kazerne, vervoerd. Dit kon ongemerkt geschieden. Voordat naar de werf gereden werd, werd de lading gelost ten huize van bovengenoemden matroos, wonende in de Hoogstraat. Donderdag heeft de heer Z. in dit huis een inval ge daan en nam koffie, suiker, zeep en con serven in beslag, alles bij elkaar een hand en na in het geheel 3 uur en 55 min. in een watervliegtuig te hebben gezeten, behaalde hij zijn marine-brevet. Van 1 April 1923 af is hij chef-instruc- teur en belast miet de opleiding tot vlie ger. Hij heeft dan ook nagenoeg alle in dienst zijnde vliegeniers, zoowel officieren als onderofficieren, opgeleid. In totaal zijn ongeveer 10C vliegeniers door hem met het toestel bekend en vertrouwd geraakt. Hij heeft èn op de .Kooij èn op de Mok dienst gedaan, ook werd hij' in het najaar van 1926 uitgezonden naar de Oost om de aldaar aanwezige vliegers te instrueeren op de Dornier Wahl. Sinds 1 September 1927 werd hem ook door het Departement van Marine vergund!, op de fabriek Ariolanda, te Papendreóht, vlieg tuigen in te vliegen. Wij zouden bijna nog vergeten te ver melden, dat de heer Eikerbout ook ls de leider van de escadrille'» vliegtuigen, die we zoo vaak boven onze stad zien en die om hun onberispelijken vorm, naar ana logie van „de vijf vingers te Soesterberg", de „vijf teenen aan een voet" worden ge noemd. Zij doen dan ook waarlijk niet PREDIKBEURTEN DEN HELDER. Ned. Herv. Gem. Nw. Kerk (Weststraat), 's Avonds 6.30 uur, Ds. H. A. Enklaar. Onderwerp: „De Zorg". Westerkerk (Wcstolein). 's Morgens 10.30 uur, Ds. F. W. J. van de Poel. Onderwerp: „De beteekenis van het oogenblik". Geref. Kerk (Spoorstraat). 's Morgens 10 uur, Ds. F. Tollenaar, 's Avonds 5.30 Ds. H. Brink, van Onderdendam. Hulpkerkdienst. (Militair Tehuis, Kanaalweg) 's Morgens 10 uur, Ds. H. Brink. '8 Avonds 5.30 uur, Ds. F. Tollenaar. Oud Geref. Kerk (Hoogstraat). 's Morgens 10 uur en 's middags 5.30 uur Leesdienst. Ohr. Geref. Kerk (Steengracht). 'b Morgens 10 uur en 's avonds 5 uur, Leesdienst. Herst. Evang. Luth. Gem. 's Morgens 10 uur, Ds. P. H* Borgers, Doopsgezinde Gem. 's Morgens 10 uur, Ds. P. J. Smidts. Evangelisatie (Palmstraat). 'sMorgens 10 uur en 's avonds 5.30 uur, Ds. R. O. W. J. Hoek. Leger des Hells. 's* Morgens 10 uur, Heiliglngsdienst en 's avonds 8 u. Verlossings-samenkomst. HUISDUINEN. Ned, Herv. Gem. Geen dienst. JULIAN ADORP. Ned. Herv. Gem. Geen dienst. Zendingsgebouw „Ster der Hope". 's Avonds 7 uur, de Heer J. Sevensma, van Amsterdam. BREEZAND. Evangelisatie (Ned. Herv. Gem.). 's Morgens 10 uur, de heer Boon. ANNA PAULOWNA. Ned. Herv. Gem. 's Avonds 7 uur, Ds. M. A. G. Vorstman. Geref. Kerk. 's Morgens 10 uur en 's middags 2.80 uur, Leesdienst. WEERINGEN. Den Oever. Geref. Kerk. 's Morgens 10 uur en 's middags 3 uur, Ds. Dagevos, van Amstelveen. Voor- en namiddags busdiensten vanaf den Poelweg, Westerland. Gebouw „Land In zicht". 's Morgens 10 uur, de Heer J. K. Lofvers, Cand. t. d. H. D. HlppolytushoeL Ned. Herv. Gem. Evangelisatie (Ned. Herv. Gem.). 's Morgens 10 uur, de heer Bosma. Oosterland. Ned. Herv. Gem. 'sMorgens 10 uur, Ds. van Beek. Westerland. Ned. Herv. Gem. 's Middags 2 uur, Ds. van Beek. onder voor de Soesterbergers. Het jubileum van den heer Elkerbout had eigenlijk op 16 September reeas ge vierd moeten worden, doch tengevolge van de réuniefeesten en de marine-ma noeuvres werd het eenige weken uitge steld. Door zijn oollega's, bij wien. hij n hoog aanzien staat, werd den jubilaris deze week een réunie-diner aangeboden. Op den dag van het jubileum zelf werd mevrouw Eikerbout door het korops offi cieren-vliegers een bloemstuk aangeboden, terwijl de collega's zich 's avonds in ge zellig samenzijn te zijnen huize veree- nigden. Wij bieden den heer Eikerbout onze hartelijke gelukwenschen aan en hopen dat het hem gegeven mag zijn, den M.L.D. nog lang te dienen. Wat zijn leeftijd be treft, hiji is pa» 82 jaar, is dit nog zeer wel mogelijk. GEMEENTERAAD. t1 Verkoop van grond. B. en W. stellen voor aan A. Wall aart alhier onderhands te verkoopen 6en per ceel grond aan den Brakkeveldweg, groot 220 M2 tegen den prijs van 5.den M., aan J. Kooij 180 M2 grond aan den üuyghweg 4.den M., aan M. F. van Rijn voor den bouw van een woning een stuk grond groot 192 M2, gelegen In de Krugerstraat, tegen 6.en ged. 4 den M. Overplaatsing onderwijzend personeel. B. en W. stellen voor den onderwijzer F. van der Mejj met nader te bepalen datum over te plaatsen van sohool 4 naar school 9, In verband met de invoering van het vak lichamelijke oefening aan die scholen. Speciaal Spek Sohoen- 1 Ago gelijmde i reparatie S Genaaide "l*"- met Houtgepende ZONDAG 6 OCTOBER

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1929 | | pagina 17