TWEEDE EN LAATSTE BLAD
STADSNIEUWS.
VAN DONDERDAG 21 NOVEMBER 1929.
MIJ. TOT BEVORDERING DER
TOONKUNST.
Men deelt ons mede, dat het bestuur van
de Mij. tot bevordering der Toonkunst
thans als volgt is samengesteld: Dr. B.
M v. talfsen, voorzitter; M. v. d. Horst,
(Havenplein 21 a), secretaris; F. Zeilstra
('Buitenhaven 24), penningmeester; xnej.
A. S. Schwantje. bibliothecaresse; ds. H.
A. Enklaar, J. W. J. Schreuder (notaris),
en F. W. Schreuder (tandarts), leden.
Het voornomen bestaat in Januari een
uitvoering te geven, waarop ten gehoore
zullen worden gebracht: fragmenten uit
„Die legende der heiligen Elisabeth" van
Liszt, benevens den cyclus „Zigeunerlie-
d-er" van Brahms.
Voor het lidmaatschap 5, dat recht
geeft op introductie met 2 dames op de
uitvoeringen, gelieve men zich op te ge
ven bij den secretaris.
De repetities van het zangkoor worden
hervat op Donderdag 28 Nov., daarna ge
regeld weer 's Maandags te 8 u. in U.S.O.
Nieuwe leden zijn zeer welkoim. Maand-
leden betalen 0.40 per maand, leden van
Toonkunst, alsmede hun kinderen, 'be
talen geen contributie voor meezingen in
het koor.
TWEEDE ABONNEMENTS
VOORSTELLING.
De 2e Abonn.-tooneelvoorstelling zal ge
geven worden door Het Sohouwtooneel,
Dir. Adr. v. d. Horst en Jan Musch. Het
allernieuwste stuk van dit sublieme gezel
schap „Elias weet het beter!" is voor Jan
Musch na zijn terugkeer uit Indië
een groot succes geworden. Dinsdag 8
December te half negen wordt 't hier op
gevoerd met Jan Musch in de hoofdrol.
GEMENGDE ZANGVEREENIGING
„MORGENROOD".
^Men schrijft ons:
"Onder leiding van den heer F. v. d. Meij
gaf .Morgenrood» Zaterdag j.1. een con
cert in .Casino». Medewerking zou ver
leend worden door ons Stedelijk Muziek
corps. Wegens het plotseling overlijden
van een der leden ging dit laatste niet
door. Ter elfder ure werd de heer J.
Bijster, violist, bereid gevonden eenige
nummers te geven.
Op het programma prijkte een keur
van mooie liederen, nml.«Als d'avond
daalt», van J. Paardekoper, »Bede«, van
Dan. de Lange, .Jansen-Cantate», van
A. Glaessens, »De laatste zonnestraal»,
van J. Paardekoper, .Vogelnestje», van
Th. Senecaut, en .Aan den schoonen
blauwen Donau», van Joh. Straus.
De vereeniging beschikt over goede
stemmen, voornamelijk onder de sopranen.
Een aanvulling van eenige goede alten
zou niet overbodig zijn. »Als d'avond
daalt», van J. Paardekoper, met duo voor
sopraan en alt, werd verdienstelijk ge
zongen. De .Jansen-Cantate», welke wij
wel eens voor mannenkoor hoorden, had
ook hier veel succes. Jansen hier en
Jansen daar, Jansen overal, en eoo is
het. Een zestigtal Jansens heeft liet koor
bezongen, en lezen wij de beroepen van
al die Jansens, dan is die naam niet
zonder beteekenis in het maatschappelijk
lever. Dat begrepen de zangers en zange
ressen maar al te goed, en daarom werd
het met enthousiasme gezongen.
»De laatste zonnestraal»,.van J. Paarde
koper, is een schitterend mooi nummer
en zeer aan te bevelen voor gemengde
koren. Hierin kwam .Morgenrood» op
haar best uit. Werkelijk zeer mooi werd
dit nummer gezongen. En dan het be
kende .Aan den schoonen blauwen Donau»,
van Joh. Straus. Geen gemakkelijk num
mer, vooral voor de sopranen niet. Hier
bleek, wat met ijverige studie bereikt
kan worden. Het sloeg geweldig in, zoo
zelfs, dat gebisseerd moest worden.
De heer J. Bijster gaf een tweetal
nummers voor viool, te weten Romanze,
van Joh. S. Svendsen en Andantino, van
Padre Martini.
Zeer dankbare en voor het publiek be
vattelijke nummers. Hij toonde zich een
waardig meester op dit instrument en
had een zeer dankbaar gehoor.
Na de pauze werd het komische zang
spel in één bedrijf, »De muzikale huis
knecht», opgevoerd.
Vermelden we nog, dat de heer P. v.
d. Haagen, een zeer bekwaam pianist,
het piano-accompagnement had te ver
vullen bij de verschillende zang- en
muzieknummers en daarmee niet weinig
bijdroeg aan het succes van dezen avond.
DE H.D. 57 IN GEVAAR
Te Terschelling binnengebracht.
Een Heldersche motorbotter ligt met
defecten motor dwars van de Noorder-
gronden. Een Urker botter heeft hem
reeds op sleeptouw gehad, dooh door het
breken van den sleep bolder moesten deze
pogingen om het schip weg te brengen
worden opgegeven. De motorreddingboot
Brandaris is nu uitgevaren en zal trach-|
ten de botter op te pikken en haar de ha
ven binnen te sleepen.
Wij vernemen nader dat de botter de
fl.D. 57 was, schipper E. Rais. De „Bran
daris" is er intusschen in geslaagd het
scheepje te Terschelling in veilige haven
te brengen.
De botter had een gebroken fcrufca#.
DE ZIEKTEWET.
Het Instituut voor Arbeldersontwikke-
had Dinsdagavond in het Marine
Bondsgebouw een lezing georganiseerd,
waar als spreker optrad de heer M. J. Th.
Vas Dias, voorzitter van den Raad van
Arbeid te Alkmaar, met als onderwerp:
„de Ziektewet".
De vergadering was goed bezocht en
met groote aandacht werd de lezin? ge
volgd.
Nadat dr. Ketner de aanwezigen welkom
had geheeten, gaf hij het woord aan den
heer Vas Dias.
Spr. begon met er op te wijzen, dat het
onderwerp op verschillende wijzen kan
worden behandeld. Men kan het vr.u tech
nische zijde bezien, ook van politieke,
geschiedkundige of medische zijde.
Wanneer dit nu zou gebeuren, dan zou
men hieromtrent Californische reuzen
eiken kunnen opzetten en dit is vanavond
het doel niet; de vragen hieromtrent zijn
met groote energie in de Tweede Kamer
behandeld. Ik geef, aldus spr., slechts
practische wenken, ik wil trachten iets bij
te dragen tot de kennis van een wet, die
diep in het arbeidersleven zal ingrijpen.
Het onderwerp is misschien nogal ver
velend, doch het is nuchter, evenals het
arbeidersleven zelf. Spr. doet daarom een
beroep op het geduld der toehoorders, met
de opmerking, dat ontwikkeling slechts
met geduld verkregen wordt.
Spr. merkt op, dat er over deze kwestie
een geheimzinnige stilte is ingetreden, er
wordt weinig meer over gehoord. Op 1
Maart 1930 treedt de wet in werking en
we weten er weinig van af, misschien is
dit wel een stilte tusschen twee stormen
in, want met deze wet is een strijd afge
sloten, want dit is een oude strijd in 1899
ook al gevoerd, tegen de uitvoering der
verzekeringswetten door de> overheids
organen.
Tn 1920 heeft inen beweerd, dat er in
dien strijd een nieuw element was inge
treden, de samenwerking tusschen werk
nemers en werkgevers. Spr. ziet daarin
niets anders, dan dat de werkgevers hun
strijd hebben voortgezet, aangepast aan
de eischen des tijds, het resultaat daarvan
is geweest, dat de Raden van Arbeid en de
Bedrijfsverenigingen met de invoering
van de Ziektewet werden belast.
De heer Vas Dias bespreekt hierna uit
voerig den Inhoud van de wet. De verze
kerde heeft alleen recht op ziekengeld en
niet op de behandeling. Spr. wijst op het
verband met de Ziekenfondswet.
Alle arbeiders, die in dienst van een
onderneming werkzaam zijn, zijn verze
kerd; enkele beperkingen doen zich hier
bij voor, b.v. wanneer een fabriek in eigen
beheer wordt vergroot, en wanneer een
arbeider 8000 of meer verdient; deze
wordt dan als kapitaalkrachtig genoeg
beschouwd.
Toont de nieuwe wet ook al eenige ach
teruitgang, er is ook vooruitgang, de losse
arbeider valt onder de Ziektewet, hoe, dat
zal bij K.B. worden geregeld, dat weten
we nu nog niet De mogelijkheid om an
dere personen onder de wet te brengen is
opengelaten door ervaringen met de Inva
liditeitswet en tevens kunnen dan arbei
ders in persoonlijken dienst, worden ver
zekerd.
Vanaf het oogenbiik dat de arbeider in
dienst komt is hij tegen ziekte verzekerd:
met het einde van de verzekering is dat
niet het geval. Het einde van de dienst
betrekking beteekent wel het einde van
de verzekering, maar niet het einde van
de verzekeringsaanspraken. Nog een
maand kan men zijn aanspraken doen gel
den; er is gepoogd hiervan zes maanden
te maken, maar dat is in de Tweede Ka
mer mislukt.
Het- doel der wet is verzekering van
geldelijke uitkeering bij ziekte. In de wet
vindt men echter nergens wat men onder
ziekte verstaat. Bestaat hierover mee-
nin'gsverschil bij de risicodragers, dan be
staat er beroep bij den Centralen Raad van
Beroep.
Met ziekte wordt zwangerschap van een
gehuwde vrouw gelijk gesteld; hierover
zijn scherpe discussies geweest in de Ka
mer, men wilde de ongehuwde moeder
ook gelijkstellen.
Diverse gevallen van ziekte worden uit
geschakeld. Een ziekte die men krijgt
tengevolge van een ongeval, daarvoor is
men verzekerd bij de Ongevallenwet;
zekere letsels'staan gelijk met ongevallen,
b.v. een rietdekker, die 's winters bij het
uitoefenen van zijn bedrijf bevroren han
den krijgt.
Een beroepsziekte staat gelijk met een
ongeval, daarom wordt er naar gestreefd,
'de 70 ziekteuitkeering ook te brengen
op de 80 van de Ongevallenwet.
Verschillende moeilijkheden kunnen zich
bij de uitkeering voordoen, daarom is een
scherpe controle noodig, die wel veel geld
zal kosten, maar toch haar geld wel zal
opbrengen, omdat er dan gewaakt wordt
tegen het moreele verval van de arbeiders
klasse. De arbeiders moeten bewaard blij
ven voor het feit, dat ze geld zouden aan
nemen, waarop zij geen recht hebben.
De uitkeering is 80 van het loon,
maximum 6.40 per dag. Ze begint op
den derden dag na den dag waarop de
ongeschiktheid aanving en duurt ten
hoogste zes maanden. De mogelijkheid is
geschapen, dat voor kapitaalkrachtige Ra
den van Arbeid deze 3 dagen worden ver
minderd, dit schept echter gevaarlijke
precedenten.
Bij de zwangere vrouw gaat het tijdstip
in 6 weken voor de bevalling en eindigt
6 weken daarna, waarbij de volle 100
loon wordt uitgekeerd; dat is mede be
doeld als moederschapszorg. De 3 dagen
f 1.50, f 2.—, 2.50
Modern Fotowerk Engelschei sohetsen
le klas reproductiewerk.
Foto's voor Industrie.
EEN MOOIE FOTO IS EEN WELKOM
ST. NICOLAASCAOEAU I «Éfc
Foto: E IS E LI N - Polderweg 60
worden hierbij niet in acht genomen, om
dat de ziekte hier niet gesimuleerd kan
worden.
Nog is van belang, dat de arbeider
wordt buitengesloten van uitkeering wan
neer de ongeschiktheid opzettelijk is ver
oorzaakt. De opzet is evenwel bijna nim
mer te bewijzen.
Voor de uitkeeringen, vermeerderd met
de administratiekosten, zijn er belangrijke
wijzigingen aangebracht. Vroeger was de
verzekering individueel; voor eiken arbei
der werd bepaald, hoeveel premie hij zou
betalen; nu echter wordt er een vast per
centage van zijn loon voor premie bere
kend. Wanneer een arbeider evenwel bij
den R. v. A. is verzekerd, moet de R. v. A.
hem individueel inschrijven, andere over
heidsorganen behoeven dit niet te doen.
De premie is voor alle verzekerden het
zelfde, het is echter mogelijk dat een
fabriek slecht is ingericht, zoodat de pre
mie moet worden verhoogd, het is moge'
lijk dat de premie wordt verhoogd voor
een bepaald beroep of een bepaalde on
derneming, dit is slechts uit te maken
door statistieken die over eenige jaren
zullen moeten worden verzameld.
De premies dienen, behalve voor uit
keeringen en onkosten, ook om een re
serve te vormen, voor tijden, wanneer de
uitkeeringen grooter zullen zijn dan de
ingekomen gelden, b.v. in tijden van epi
demieën, 5 van het ontvangen bedrag
moet worden gereserveerd, hoogere be
dragen zijn echter toegestaan. Wanneer
er geen reserve is, is dit ook nog niet zoo
erg, de Staat is onder alle omstandigheden
garant voor de uitkeeringen.
Verschiillende andere kassen zijn er
nog, die uitvoerig worden besproken.
Een belangrijk punt is de organisatie
van de ziekteverzekeringen, een groote
taak hebben hier de bedrjjfsvereenigingen
te vervullen. Vooral de bedrijfsvereeni
gingen van werknemers moeten goed wor
den bestuurd. Bij die van de werkgevers
kunnen bekwame personen worden ge
kocht, bij de arbeiders moeten die perso
nen uit hun midden komen en bet is de
vraag of het groote aantal knappe koppen,
dat hiervoor noodig is, disponibel kan zijn,
om zich met nooit verflauwende energie
aan dit werk, dat onverdeelde aandacht
eischt, te kunnen geven.
Welke beteekenis men ook aan alle wet
ten hecht, toch is de Ziektewet zeer be
langrijk, omdat ze diep ingrijpt in het
arbeidersleven.
De heer Vas Dias eindigde met den
wensoh, dat de invoering zoo moge zijn,
dat ze het moreel en het physiek der ar
beidersklasse moge versterken.
Onder groote belangstelling werd de
lezing gevolgd. Verschillenden maakten
van de gelegenheid tot debat gebruik.
vlot gaat, en over het algemeen was dat
hier wel het geval.
Zooals steeds was de hankleeding, als
mede costumeering en grimeering uit
stekend. Voor deze laatste mag de kapper
wel een speciaal complimentje hebber),
dunkt ons, want hij had kostelijke typen
gemaakt, in het bizonder van den profes
sor en Frangois.
De aanwezigen hebben van deze Tavenu-
opvoering weer ten zeerste genoten. Een
bal, onder leiding van den heer Jac. Polak,
hield hen nog lang bijeen.
„KUNST AAN HET VOLK".
Een mooie uitvoering.
Gisterenavond kwam de arbeiders-zang-
vereeniging „Kunst aan het Volk" voor
't voetlicht met een concert, waar mede
werking verleenden de beide zusters Sok,
welbekend van andere concerten, de heer
Arie van de Weg, alsmede een bariton
uit Haarlem, de heer Luc Lauman.
Hoewel de eene der zusjes in de strik
ken van god Hymen verward is geraakt,
en het vrij gezellineleven verwisseld heeft
voor eigen huiselijken aard, is zij geluk
kig aan de zangkunst trouw gebleven.
Anders dan Marie Baron, de zwemster,
die al bij voorbaat de sport vaarwel zeide
toen zich de min aanmeldde. Wij het
Heldersche publiek hebben er niet
dan winste van, want het sopraantje van
Lies Sok pardon mevr. E. Boerdijk-
Sok, heeft ons weer, tezamen met de
sombere alt van haar zusje, genotvolle
oogenblikken bezorgd. Genotvol om de
fraaie stemmen, den geschoolden zang
en de beschaafde uitspraak. Én hun zang
viel dan ook bij de aanwezigen zeer in
den smaak.
Wij loopen de zaak vooruit, want daar
was nog voor we begonnen, de opening.
„Kunst aan 't Volk" is welhaast volwassen
het volgend jaar viert zij haar 20en ver
jaardag. Voor die gelegenheid staan
grootsche feestelijkheden op 't programma.
Verder was daar nog een jubilaris, n.1.
de heer Van de Weg, die zijn 70en ver
jaardag herdenkt en die nog juist precies
een paar lessen kan gebruiken. Daar
houdt de lezer dus wel rekening mee,
nietwaar? Tenslotte zijn daar Kinderkoor
en Strijkorkest, die natuurlijk ook niet
verwaarloosd mogen worde3.
De zangvereeniging begon met het
prachtige „Morgenrood'" zonder welk
nummer een concert nu eenmaal niet
compleet is, en zong daarna, alles onder
leiding van den heer Rusting, twee num
mers van 01. Kasp, n.1. »Des Morgens'"
en „Marcia Funèbre", laatstgenoemd van
den heer Leewens, welbekend. Het koor
zong die zuiver en juist. „Kunst aan 't
Volk" beschikt over uitstekend materiaal
ook de verdeeling der verschillende
SINT NICOLAASi
TOONEELVEREENIGING TAVENU.
SPECIALE FOTOKAARTEN
FOTO EISELIN, POLDERWEG 60.
Dinsdagavond gaf de Heldersche Too-
neelvereeniging „Tavenu" voor haar leden
en donateurs eene opvoering van een
blijspel in drie bedrijven, getiteld „Een
groote Nul", door Gustav Schefranek, in
de vertaling van Jac. de Vos.
De heer Kottmann, die den aanwezigen
het welkom toeriep, deelde mede, dat de
heer Schellinger door zijn steeds toe
nemende werkzaamheden zich genood
zaakt had gezien het voorzittersehap, dat
vele jaren door hem bekleed was, neer
te leggen. Spr., die tot nu toe vice-voor-
zitter was, heeft de functie van voorzitter
nu van den heer Schellinger overgenomen,
terwijl deze laatste vice-voorzitter werd.
Een der ijverigste werkende leden der
vereeniging, namelijk mevr. Bruckmann,
was helaas dezen avond verhinderd door
een ernstige ongesteldheid aanwezig te
zijn. Tenslotte deelde spr. nog mede, dat
een schilderstuk van den heer Jaarsma
in de pauze zou worden beschikbaar ge
steld.
Wat nu de opvoering betreft de
heeren Ekkers en S. Schellinger hadden
de beide hoofdrollen, van twee dokters-
compagnons, die beide leden aan hetzelfde
euvel, namelijk gebrek aan patiënten.
Hun levenslust was er niet minder om,
en zoowel de heer Ekkers als zijn com
pagnon zorgden er voor den ganschen
avond allerlei groteske onzin op het too-
neel uit te halen, waardoor het publiek
in een doorloopend lachstuipje bleef.
De beide jongelui werden flink geholpen
door den landeigenaar Hellwich (die in
den heer Daalder een uitstekend vertolker
vond), Helene, de manzieke weduwe (niet
maanziek, zettermevr. Dijkshoorn
Thieman, alsmede de beide snoesjes
Katchen (mej. A. O. Roggeveen) en
Hertha (Mejuffrouw M. Smit). Verder was
er nog als huishoudster van de beide
jonge dokters Therese Winkler, die in
mevr. A. SchellingerPasman een aller
leukste vertolkster vond. Eenig was, wat
grime betreft, prof. Lorenz (J. H. Wijker),
en niet minder Francois (F. A. Ooster
hout), die een keurige kellner was ge
worden. Tenslotte was aan mejuffrouw
Klcinbloesem een rolletje van Anna het
dienstmeisje opgedragen, waarvan zij
zich mede zeer goed kweet.
Niet alle medespelenden waren even
rolvaster waren er, die op de souffleur
speelden. Nu is dat niet erg, als het maar
en
stemsterkten leek ons wel goed. Twee
andere nummers voor koor waren „Herfst'
van C. van Hoorn en „Lentezang" van
den directeur zelf, een mooi nummer,
waar de solostemmen goed tot hun recht
kwamen.
Een zeer mooi, bijzonder nummer was
„Arbeidersbod" van Klaus Pringsheim
door het mannenkoor. De begeleiding werd
hier gevormd door groote en kleine trom
hetgeen, bij de donkere melodie, een
sterk-suggestieve werking had. De vele
moeilijkheden van „de Stal" door O. van
der Linden (woorden van Adama van
Scheltema) waren helaas niet alle over
wonnen. Dit werd weder door het gemengd
koor gezongen en zullen wij bij een
andere gelegenheid nog wel weer eens
hooren. Behalve dit Arbeiderslied gaf het
mannenkoor nog een tweetal coupletten
van Olman's „Het daagt"; sterke, mooie
zang, die eveneens zuiver gezongen werd
en ten zeerste voldeed.
De heer Louman (Haarlem) bleek te
beschikken over een krachtig, mooi bari
tongeluid. Hij zong een drietal nummers
van Kor Kuiler, gevolgd door een Fran-
sche compositie van Jules Granier „Ho-
sannah", en de dames Sok (mag ik ze
nog zóó noemen gaven ons een groote
schoonheidsontroering met drie duetten,
die subliem werden vertolkt, met groote
muzikaliteit, gevoel en beschaving.
Vlot werd een en ander afgewerkt,
zoodat al vroegtijdig met het groote num
mer kon worden begonnen, een compositie
van Niels W-Gade, „Elfenkonings Doch
ter", voor koor, sopraan-, alt- en bariton
solo en piano. Mejuffrouw Truus Sok,
de alt, had hier de grootste solopartij
met den bariton; de sopraan, mevr.
BoerdijkSok, trad, jammer genoeg,
slechts in het midden-gedeelte op.
Het koor toond'e zich in dit nummer
tegen zijn taak opgewassen, zoodat we
een zeer goede vertolking kregen van
deze omvangrijke, in zijn afwisseling
veelzijdige compositie van den Noorschen
componist.
Alles tezamen: een geslaagd concert,
dat bewijs gaf van ernstige studie, en
van serieuse opvatting en dat bovendien
getuigde welk uitstekend stemmenmate-
riaal „Kunst aan het Volk" bezit.
De dames Sok kregen elk een bloem
stuk, maar de heer van de Weg werd
ook naar voren gehaald, want zijn taak
was gansch niet licht. Een zeer mooi
nummer was dat van den heer Rusting,
die wel meer mooie koornummers heeft
geschreven.
FEESTAVOND IN HET GEBOUW VAN
DEN R.-K. VOLKSBOND.
Men schrijft ons:
De avond van Dinsdag gehouden in 't
gebouw v. d. R.-K. Volksbond mag voor
denVrouwenbondin alle deelen een succes
genoemd worden, eerstens door de uit
voering zelve, die uitstekend geslaagd is
en ten tweede door de flinke opkomst
van belangstellenden. Er heerschte boven
dien van het begin tot het einde een
prettige stemming.
De avond werd geopend door dan voor
zitter, die een hartelijk woord van welkom
sprak. Daarna werd met de muzikale
afwerking van het programma begonnen.
Vooreerst werd door den heer Dito de
sonate in A-dur van Mozart op talentvolle
wijze ten gehoore gebracht, gevolgd door
een Romanoe van Beethoven en een
Andantino. De herinneringen aan den
»Pius-avond« liggen nog versch in 't ge
heugen, de capaciteiten zijn destijds vol
doende besproken, zoodat we nu kunnen
volstaan met mede te deelen, dat het
auditorium het gepresteerde zeer wist te
waardeeren en het aan een welverdiend
applaus dan ook niet ontbrak. De heer
Dito werd begeleid door mej. Annie
Hoogenboscb, beter hier ter stede bekend
als zangeres en leidster d6r Volkszang
klassen, dan als pianiste. Zij kweet zich
echter uitstekend van haar taak en on
getwijfeld heeft dit tot het succes mee
gewerkt. Reeds bij het begin kon men
merken, dat èn violist èn pianiste elkander
in opvatting etc. begrepen. Beiden hadden
dan ook met een hartelijk woord van
dank door presidente gesproken, bloemen
in ontvangst te nemen. Daarna werd door
de zangklas B een Cbineesche rei op
correcte wijze uitgevoerd. De aardige
melodie, gelijke rythmische bewegingen,
keurige costuumpjes en mooie belichting
maakte het tot een aardig geheel. Een
hartelijk applaus was dan ook wel ver
diend.
Het programma bood elk wat wils en
hiernavolgde het tooneelstuk»De list
van Liesje», klucht in drie bedrijven.
Hierover uit te wijden zou ons te ver
voeren. Het was alleraardigst en dat de
menschen er van genoten, kon men con-
stateeren uit de geweldige lachsalvo's,
die zoo nu en dan opstegen. De woorden
van £ank tot mej. D. v. Amesfoórt ge
sproken, die als leidster de zorg op zich
genomen had en tevens de hoofdrol
speelde, waren zeker op hun plaats en
de bloemenhulde welverdiend.
Vermelden wij nog dat de meubelen
voor dit tooneelstuk geheel belangeloos
door den heer de Vries, Koningdwars
straat, werden disponibel gesteld. Alles
bijeen genomen was het een heerlijke
avond.
HELDER'S MANNENKOOR
CDlr. A. J. Leewens.)
Het le concert dat bovengenoemde
Liedertafel in dit seizoen op Maandag
a.s. in Casino geeft, kenmerkt zioh doör
het optreden der altzangeres Mevr. Vic
toria Binnendijk te Groningen. Genoem
de zangeres zingt voor de pauze aria's
van Glüok en Bruch, benevens liederen
van Mahler en Kuiler, terwijl na de pauze
Holl. liederen van Zweers en Rennes
worden vertolkt.
Het koor zelf zingt de beide nummers
„Sanctus" en „De Gravers", waarmede
op 30 Juli te Rotterdam een 2e prijs
werd behaald, alsmede „De Uitwijkelin
gen" van Gevaert en eenige kleine wer
ken; alles capella.
Den bezoekers wacht dus een interes
sante en genotvolle -avond, temeer daar
onderstaande recensies de kwaliteiten der
altzangeres weergeven.
ST. NICOLAAS BIJ VROOM EN
DREESMANN.
En Pieterman-knecht die maar
lachte.
Drie hoog zat Woensdagmiddag Sint-
Nicolaas op zijn troon en rond hem stonden
dé kinderen, meest allen vergezeld van
de nog jonge moeders of van een ouder
zusje. De Sint zag er vriendelijk en goed
moedig uit, hetgeen niet wegnam, dat er
onder zijn jeugdige bezoekers nog een
paar waren, die allererbarmelijkst gingen
huilen en door moeder toen maar haastig
werden meegetroond'naar wat lager regi
onen. Maar verreweg het meerendeel der
kinderen was den Sint vriendschappelijk
gezind, wilde wel een handje geven, een
versjo zingen zelfs en vond het heelemaal
niet erg als-ie hen eens door het gezichtje
streek, Toch, wie meenen mocht, dat we
hier den echten Sint niet hadden, vergist
zich leelijk; het was de goede, oude Bis
schop, in hoogst eigen persoon en in vol
ornaat en hij had voor elk kind een praatje
klaar en een handje.
Nu al eenige jaren komt Sint-Nicolaas
bij Vroom ec Dreesmann en de groote
toevloed van kindertjes maakte, dat extra
regelingen daar voor noodig waren. En
zoo had dan nu elk kind een volgnummertje
en bij troepjes van 5 werden ze toegelaten
FOTOKAARTEN
8 FOTOKAARTEN -f SALONFOTO
Boekenlegger met portret
f 1.-.
FOTO EISELIN, POLDERWEG 60.
voorzien van Kerst-Nieuwjaar opdruk.
Per '/a dozijn f 2.
Per '/i dozijn f 3.
Het Overijselsch Dagblad schrijft o.a.:
-Mevr. B. die n-a het Mannenkoor zich liet
hooren, heeft geboeid door haar heerlijk ge
luid, dat zoowel in de hoogere als in de lagere
registers altijd van eene bijzondere bekoring
was. Mevr. Binnendijk heeft een zeldzaam
gelijkmatig getimbreerd-e altstem, waar ze in
alle registers wonderen mee verricht. Boven
dien zijn haar techniek en voordracht boven
alle kritiek verheven. Op de zuiverheid en de
dictie, de uitspraak van alle klinkers, nergens
hebben we iets aan of op te merken- gehad.
Het Groninger Dagblad:
Deze zangeres heeft van nature een wel
luidende altstem van een zeer persoonlijk,
sonoor timbre.
De Prov. Groninger Couran-t schrijft o.a.:
Als soliste trad- op onze bekende stadg-e-
noot-e Mevr. Victoria Binnendijk. Ze zong met
haar fraai geluid liederen,, met orkestbegelei
ding.
Het Groninger Dagblad schrijft over het
jubileumconcert van de Volksstem:
De zangeres, die wij bij andere gelegen
heden om haar uitnemende kwaliteiten reeds
geprezen hebben, oogstte een groot en wel
verdiend succes.
Het Volk:
Mevr. Binnendijk zong een achttal liederen
jéèt pianobegeleiding en met piano en cello
begeleiding. Zij heeft een zuivere stem, een
aangenaam timbre en een goede voordracht.
Zeer mooi werden door haar gezongen „Piëta
Signore" van Stradella, „Ave Verum" van
Mozart en liederen van Kor Kuiler.
Salonfoto of Kalender.
Per i dozijn fl.50, f2.— en f2.50.
FOTO EISELIN, POLDERWEG 60.