't Juffertje ST. NICOLAAS. De landengte van Panama, Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, van Zaterdag 30 November 1929 410. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN). ZIE DE MAAN SCHIJNT DOOR DE BOOMENIN PARIJS. Een Sint NicoIaas-vertelUng, Van Panaima begint de Victorie. Aan den grens van het moeras-gebied En d!e eenmaal door de goden aan de Tob Nooit Hoekje. tot een meer volstrekt profijtelijk maken en in overeenstemming brengen met de bereikte hoogte der mensehelijke evolutie hoevaak zal dan daarvoor nog Amerika zich moeten wenden tot regeeringen, lan den, vorsten en volken met zijn stereo tiepe vraag: „How Much?" 5 December in Parijs! Maar weer als od een echten Hollandschen St. Nioolaas- dag, koud, druilerig. Agnes de Bruyne had even spijt, dat ze zoo tegen de nu zoo lange en moeilijke reis naar Holland had opgezien en besloten had dit jaar geen Kerst-vaoantie te nemen. Dit was 't tweede jaar dat ze met Sint-Nioolaas niet thuis was; de anderen zouden wel allemaal overgekomen zijn. Bets uit Amsterdam, Henk en Wim uit Delft. Wat zou het weer een drukte zijn, alle deuren afge sloten, een geur van lijm overal, gevlieg naar de keuken, naar Dora, die op alles raad wist, en de onmogelijkste dingen kon verschaffen. Aan de koffie klaagde Moe der natuurlijk, dat ze nooit klaar zou ko men en dat ze nu al hoofdpijn had, ze moesten van haar maar geen aardig heden verwachten. O, Agnes wist, dat er dezen keer wel iets van aan zou zijn. Moeder zou aan haar denken, ze hadden samen al zoo dikwijls, surprises klaar ge- maak, hadden de laatste jaren altijd sa men de boodschappen gedaan voor de „kinderen1" en Agnes had bij allerlei ge heimzinnige pakjes versjes moeten ma ken op vage aanduidingen. Moeder kon geen twee woorden rijmen. Agnes stapte voort. Ze vras in Parijs, omdat ze het volgend jaar Middelbaar Fransch wilde doen. Ze was tamelijk laat met de studie begon nen, als oudste uit een groot gezin was het glijd stilzwijgend verondersteld, dat ze thuis zou komen; dat was ook werkelijk gebeurd, maar toen de jongens op studie waren gegaan, haar zuster op het con servatorium, en alleen Lies nog over bleef, werd ze vrijwel overbodig. Ze bad naar werk gezocht en al spoedig had ze begrepen, dat de basis, waarop ze verder moést bouwen, breeder moest zijn. Het bl»ek haar, dat de studie iets moois voor hsar zou worden; sedert zij begonnen was leek haar leven voller. Instinctief had zij die Vakken uitgekozen, waarvoor zij den meesten aanleg had, literatuur en geschienis. Twee jaar bracht zij door met - eigen studie, toen werd het haai- in het dorp te eng, ze moest er uit, ook voor haar werk was het heter. Ze was toen drie-en-twintig, alles in haar was kracht en drang naar het leven, zij! moest nu haar eigen weg kunnen banen. Maar hoe, waar zou zij die kunnen vinden? Het middel bood zich aan. Er waren op haar diorp verseheijdene mensohen wier jon gens en meisjes op de H.B.S. of het gym nasium in de stad gingen; er wa ren natuurlijk, die niet goed mee konden, die hun werk niet zon- der toezicht konden maken, en toen1 Agnes enkele familie's gespro ken had, waar ze telkens diezelfde klaag liederen hoorde, stond haar plan vast. Zij trok de stoute schoenen aan en kwam •met het plan voor den dag de kinderen te helpen. Het werd aangenomén en zoo zat ze 's avonds midden in een kringetje, uitleggende bejlpend, bemoedigend. Nu verdiende ze zooveel, dat ze zelf les kon nemen en na twee jaar slaagde ze er in haar eerste examen met goed gevolg af te leggen. Hoera en 't mooiste kwam nog. Haar vader had met groote belangstelling het worstelen van zijn dochter gezien en ook hij had. zijn plan gemaakt. De jon gens en Bets kostten veel. Maar waarom zou Agnes haar kans niet hebben? Zoo lang zij bet zelf klaar kon spelen, had hij haar laten gaan, maar nu moest ze een beetje geholpen worden. Als zij eens een jaartje naar Parijs ging? Zijn oudste had hem nog niets gekost en hij: was zuinig geweest, het ging heusch wel. Zoo was Agnes ip. Mei naar Parijs ge trokken, blij als een kind. Elke dag was belangrijk. Haar werkkracht en energie groeide steeds aan. Toen brak de oorlog uit. Agnes had eerst niet weggekund, later niet gewild. In haar omgeving werd zooveel geleden1, haar jonge kracht vond zooveel te troos ten. dat ze er tijdelijk haar studie aan ge geven had, en met haar geheele persoon lijkheid had klaar gestaan voor ieder die haar hulp van noode had. Sinds enkele maanden trachtte ze haar verloren tijd weer in te halen, en dat was ook al een reden geweest, om niet naar huis te gaan. Maar Vandaag was het Sint Nicolaas, nu keek ze alleen naar de winkels, want ze had de kinderen van Madame Chenier, bij wie ze in huis was, beloofd, dat ze een echten Hollandschen Sint-Nicolaas- avond zouden vieren. Wat moest ze nu nog hebben, anders.o, ja strooigoed. Zouden ze baar begrijpen in den winter, maar bonbons waren eigenlijk ook wel goed. Gezellig toch zooveel pakjes, en je kon hier zulke leuke dingen krijgen. Agnes was klaar, ze had haar inkoopen gedaan en spoedde zich nu met een licht hard naar den trein. Het was al laat, ge lukkig dat ze al haar surprises al klaar had; deze dingetjes moest ze alleen nog maar in papier pakken, de versjes waren ook al geschreven. Het was donker, toen ze in de voor stad aankwam. Op eens bleef ze staan, een viool 1 Ah, daar in dat huis aan den overkant, de gordijnen waren open, zoo Zoo stond het wonderlijk geval: Voor de tien millioen voor rechten van gezag en de veertig millioen voor de rechten der te maken verbinding, kreeg Amerika practiseh ter oplossing het dubbelvoudig probleem der laatste eeuwen: De koorts en het Kanaal! De koorts, die er was tot een hindernis en ten koste van alles moest verdwijnen. En het kanaal, dat er niet was, doch dat men er tot eiken prijs wilde. En toen was eindelijk het wonderlijk oogenblik in de historie aangebroken, waarop het Leven van het tropisch Wes ten had gewacht en waarvoor de goden de verpeste Landengte van Panama en den practiseh doortastenden Amerikaan bei den geschapen hadl Amerika zette zich neer en bekeek de opgave: De koorts en het kanaal. Het bestudeerde uiterst zorgvuldig het malaria- en gele koorts-vraagstuk. Het volgde de rapporten en hield zich op de hoogte van dé vorderingen der weten schap ten opzichte van deze ziekte-plaag. Het deed aan het onderzoek daadwerke lijk mee.Totdat de eigenlijke verwek ker van het ontzaggelijk kwaad in ge- meenschappelijken arbeid van landen en geleerden en manmoedige slachtoffers was gesignaleerd: De muskiet! Ha! riep Amerika - de muskiet is de oorzaak van de koortsen. En het zond onverwijld een voor het 'doel tot de tan den gewapend leger van medici in den vorm van een corps officieren van gezond heid naar een van de bekende gele koorts-haarden! Havana. De expeditie slaagde die verwekker was inderdaad 'n mug, 'n muskiet binnenkort met naam en toenaam bekend en achtervolgd door de deskundigen in zijn handel en wandel.. En de oorsprong sinds vele geslachten van dood en vernietiging in de omgeving van Panama sprong als uit een duivels- doos te voorschijn: De moerassen in de onmiddellijke nabijheid van de Chagres- rivier, waar de kanaal-projectie lag en waar de duizenden blanken en inboorlin gen gearbeid hadden temidden van wol ken muskieten, die op deze moerassen in millioenen-tal gekweekt waren! Het moeras-gebied moet verdwijnen sprak Amerika zette 'n streep door bet eerste punt van de agenda en ging zich bezighouden met punt twee: Het kanaal. Eigenlijk was het gebied van de land engte niet meer dan 'n hooge bergrug aan de zijde van Panama vanwaar 'kleine stroo men de moerassen voedsel gaven aan de zijde van Colon en de delta schiepen van de Chagres-rivier. Het was alles water water van de zee, van de Ohagres, van de bergstroomen en van de moerassen Alleen de bergrug stond er als een kam van steen, waaraan de werktuigen van de Lesseps al jaren geknaagd hadden. Een maal ten volle doorgeknaagd, zou bet water van twee oceanen elkander vin den Maar het getij-verschil van meters? zei Amerika waaruifn sterke stroom zal komen in het verbindingskanaal.... Hoe diep en hoe breed zal ik moeten graven om dezen stroomgang te minde ren?.... De kam is hoog De laagste plek is nog 100 meter boven den water spiegel! Dus het water omhoog! peinsde voorzichtig Amerika. En het was in den persoon van den sedert wereldberoem- den Yankee-waterbouwkundige Colonel Geo W. Gcethals, dat Amerika hier ver der peinsde. Het water omhóóg en de moerassen zijn verdwenen!.... Het water omhoog en het grondverzet van den Culebra-berg'is minder.Het water omhoog en het getij-verschil tusschen de zeeën is genivelleerd en stroom en ken tering in het verbindingswater zijn uitge sloten!.... Zoo redeneerde Amerika bij monde van „The Autocrat of the Oanal-Zone": Goethals. En voegde de daad hij het woord. Het begin aan de voltooiing van de bijna onmenschelijk geachte taak. Het bond den strijd aan met den monster draak, die zooveel menschenlevens ver slonden had en vond als belooning de oplossing van het technische kanaal- vraagstuk! dat ze den speler kon zien; hij kwam haar bekend voor, maar dat was natuur lijk onzin. Toch wachtte ze even, dat was igeen gewoon dlletifcmtenspel. Het deed haar aan. Holland denken, waarom wist ze niet; maar plotseling ging de melodie over in een simpel wijsje, een Sint- Nioolaas-liedje: Zie de Maan schijnt door d© boomen! Dat werd het motief van een gedichti n klanken, de viool zong het. Roerloos luisterde Agnés, de tra nen kwamen haar in de oogen, daar was een Hollander, die aan zijn huls dacht, en zün verlangen moeSt wel groot rijn, dat hH het zóó kon uitspreken. Er kwam een gedachte bij haar op, zou zij Zij- keek weifelend naar haar pakjes, er was een kalender bij voor monsieur Che nier, maar eigenlijk had ze al iets voor hem. Zou.zij.als. ja, zij zelf zou het ook prettig gevonden hebben, als ze hier eens een geheimzinnig pakje kreeg. Wacht, haar vulpen had ze bij zich, de kalender was keurig ingepakt, alleen het adres er nog op, „Pour le violoniste". Dat zou wel genoeg zijn. En nu echt Hol- iandsoh doen. Zij ging naar den overkant, legde het pakje voor de deur en drukte lang op den electrischen bel, toen liep ze hard weg. Ze merkte niet, dafde violist, die op bet bellen zijn spel gestaakt had, het raam geopend had, en naar bulten had gekeken. Hij begreep er niets van, aan de dour stond niemand, maar er lag een pakje en hij hoorde hard loopen. Speelde zijn verbeelding hem parten? Toen greep hy zijn hoed, schoot vlug zijn jas aan, en ging haar achterop. Inderdaad er lóg een pakje voor hem, maar dan moest hij weten van wie! Het was een lange rechte straat, zoodat hij Agnes kon zien. Zij liep nu langzaam en het gelukte hem haar in te halen. Hij liep haar voorhij en ging, teen hij een pas of tien voor was, kwasie belangstellend voor een winkel raam staan en toen zij passeerde, nam hij haar tersluiks op. Wat een bekoorlijk figuurtje. Bart Hettema besloot haar te volgen, hij zou te weten komen waar ze woonde en dan.maar wie was ze? Waarschijnlijk een landgenoot©, maar kende ze hem? Een bewonderaarster? Een van de vele,? Bart trok verachtelijk de wenkbrauwen op, die waren meestal niet zoo bescheiden, bovendien zijn naam stond niet eens op het pakje. Voor den drommel, hij moest uitvisschen hoe de vork in den steel zat. Agnes had niet durven omkijken, eigenlijk was het toch een zotten inval van haar geweest, maar enfin, het zou een geheimpje voor haar zelf blijven. sk Bet lot, of liever Bart Hettema wilde het anders. Hij: volgde haar tot bij de deur van haar woning, toen ze wachtte en hij langs liep, kon hij haar opnieuw van terzijde opnemen. Het schijnsel van de lantaarn viel juist op haar en hij werd getroffen door de opgewektheid van haar gezichtja Even dacht bij er over haar aan te spreken en te bedanken, maar ineens kwam het verlangen in hem op haar beter te leeren Icètmen, zij was zoo frisch en zoo mooi, zo bals ze daar stond, en ze moest zijn spelen van daar straks zoo goed begrepen hebben; en toch, welke andere vrouw zou hem dat zoo kiesch ge toond hebben! Bart Hettema was kunstenaar, hij had naam gemaakt, hij werd bewonderd, ge- gevierd, avvond aan avond. Toch was hij niet gelukkig; hij voelde zich te eenzaam. Hij had geen bloedverwanten meer, en toen ze nog leefden, hadden zich deze weinig aan hem, den „muzikant" gele der Caraibische Zee juist in het stroom gebied van den Chagres verrees een steenen keerdam. Honderd voet hoog bijna! Dertig meter daarachter groeide 'n tweede, beiden met uitlaat als de inrich ting van een stoomgemaal en de beneden loop van den Chagres als afvoerweg naar zee. De nu ontstane binnenruimte werd ge vuld met waterhoudend leem en het water van de bergstroomen kon de zee niet meer bereiken, overstroomde daarom en.ver zwolg de moerassen, die er lagen, tot een groot kunstmatig gevormd meer. Het Meer van Gatun. Twee jaar duurde het volloopen. Maar de moerassen waren weg! Nu een. diepe sned'e in de Culebra en sluizen aan de beide kanten en de door vaart is klaar sprak Colonel Geo Goet hals En een verdelgingsoorlog aan den muskiet en het gevreesde land zal voor eens en voor al gezuiverd zijn voegde Amerika er weder bij en zond zonder dralen de beroemd geworden „Muskieten- brigade" naar de muskieten-golf, de mus kieten-kust en de muskieten-lijders.... Een brigade van niet minder dan 100 doc toren en drie duizend man verplegend personeel. Eerst de saneering decreteerde Amerika en door de saneering het kanaal!. En verder werd er niet meer gesproken, doch enkel aan de gelukkige toekomst van Panama gearbeid Amerikaansch gearbeid! De moerassen werden verdronken de kleinere plassen gevuld met graaf grond uit d!e Culebra-cutStilstaand water werd met petroleum begoten. De huizen werden geblindeerd met gaas en de afvoérgoten voor het vervolg van ce ment gemaakt. Het stelsel van waterton nen werd vervangen door ondergrondsche waterleiding met standpijpen. En Amerikaansch© kordate voorschrif ten werd'en binnen de onteigende tien mijls zóne in werking gesteld! Eenmaal de wordingsplekken der mus kieten vernietigd en de resten uitgeroeid, werd' in de nu gezuiverde atmosfeer het kanaal-ontwerp tot volle uitvoering ge bracht. De koorts verdween de slacht offers minderden en hieven ten slotte uit. gen! laten liggen: slechts één mooie her- inenring had hij, aan z'n moeder en on bewust leefde nu in hem 't verlangen een vróuw te vinden, op wie hij deze herinne ringen kon overdragen. En zoo was hem een vrouw voorhij- gegaan met een moederlijk hart, die zou en moest hij leeren kennen. Hoe? Het was immers Sint Nicolaas! Hü ging naar z'n kamer terug, z'n plan was gemaakt Hij zelf zou als surprise fungeeren! Een uurtje later belde hij aan de wo ning, waar hij Agnes had zien binnen gaan. „Er is hier een Holandsche jonge dame in huis? Goed, zag haar, dat een Hollandsche jonge vriend haar graag een oogenblik wilde spreken." Hij werd in het salon gelaten, door de deur boortje hij kinderstemmen, „ah chantez, ohantez, s'il vous plait, Mademoiselle," en een jopge stem gehoorzaamde onmiddellijk: Zie de maan schijnt door de boomen. Plotseling brak het zingen af, hij hoorde iemand de gang doorkomen, de deur ging opep.Agnes herkende den violist van straks. Hij kwam haar lachend tegemoet „Een suprise voor een surprise, dat mo gen we vanavond doen, ik kom u bedan ken voor uw cadeau, maar sta me toe, dat ik me voorstel: Hettema.''' Agnes was eerst verward blijven staan: hoe wist hij dat zij' het gedaan had, maar tegelijkertijd trof haar het humoristische van het geval en zich zelve volkomen meester, boog ze evenAgnes de Bruyne... U zult het; wel kinderachtig gevonden hebben, ik dacht, dat u ook naar een Hol landsche avond verlangde; als ik geweten had, wie u was, o, maar dat ik dat niet begrepen had," viel zij zichzelve in de rede, „dat u meer was dan een ander, ik heb zoo genoten, toen u speelde." Bart Hettema» wist op da oogenblik, dat hij niet vergeefs gestreden had bij de bestijging van het o zoo moeilijke pad van de kunst. Het was voor haar geweest, voor die Agnes de Bruijne, die daar in een Parijsche salon voor hem stond en hem zei, dat hij meer was dan een ander. Voor haar wou hij: meer dian een ander worden. „U kinderachtig vinden, u hadt gelijk, ik verlangde naar ons lage landje, ik heb er ook aan gedacht, dat het van daag 5 December was, in geen jaren heb ik het gevierd, niet sinds mijn moeder gestorven ié; de meesten hebben ook ge dacht, dat ik zoo iets niet meer noodig had. Zij begrepen niet, dat ik misschien eenzamer was dan ziji allen, al had ik mijn kunst. Mademoiselle de Bruyne," hoorde hij een kinderstem roepen. „Meneer Hettema, mag ik u introdu- oeeren, de kinderen en ik we vieren een Hollandschen Sint-Nioolaas.' Hartelijk klonk haar uitnoodiging. „Graag, maar eerst moet ik een belofte van u hebben. Straks na het feest, gaat u met mij naar de stad, en wij- gaan- samen St. Nicoilaas spelen. U hebt mij op een uistekend idee gebracht, er zijn er hier zooveel onbekenden, die een verrassing zoo noodig hebben. Helpt u mij de verras singen uitzoeken, dan gaan we ze samen naar de gewonden in de Hollandsche am bulance brengen?" Met een spontane beweging stak Ag nes hem haar handen toe: „Ja, graag," zei ze eenvoudig. Den volgenden morgen schreef Agnes: „Moedertje, het was gisteren een vreemde, maar heerlijke avond! Raadt u eens met wien Ik gisteren ben uitgeweest, met Bart Hettema, u kent zijn naam na tuurlijk. Stel u voor 5 December in de Parijsche straten; en daar wandelen uw langengte toegedachte taak was volbracht tot een zegen voor het land» tot een moderniseering van het wereldverkeer en tot een overdonderend bewijs tegen de stelling, dat West-Indië niet bruikbaar niet betrouwbaar en het klimaat niet te doorstaan wezen zou! Dit was de glorie der overwinning en hierin lag de waarhjke beteekenis voor Amerika en het recht zich op de over- heersching in dit land te beroemen. Waar eens het land van gouden schat ten gevangen lag onder den wreeden klauw van moordende ziekte, daar is nu de moderne, sober en propere, aan stren ge lijnen van èen ijzer gezag gebonden „Canal-Zóna" met wetten op de sanee ring, die bindend' zijn. Die de markten onthouden van het infecteerend muskie tengevaar, het drinkwater onder con trole brengen1 boete stellen op- 't vinden voor de tweede keer van openstaande bak ken, blikken, bloemvazen e.d. met helder en voor de muskieten geschikt water Waar vroeger het verwoeste oud-Pana ma lag, staat nu in een exterieur van hel dere, tropische woningen Panama City met haar zusterstad Balbao en het uiterst moderne Anoon met modelziekenhuizen en gebouwen. Waar eens de Indianen zich slechts schuw vertoonden om wild te jagen voor hun onderhoud, daar brengt nu een Ame rikaansch ingerichte trein den reiziger langs het kanaal en de „Culebracut" en het breede Meer van Gatum. En waar eens 'n mager inlandsch ge hucht van negers werd gevonden, zijn nu verrezen de zustersteden Gristobal en Colon met 'n moderne haven-aanleg, die schatten heeft verslonden en die nu uit het scheepvaart-verkeer over alle zeeën reeds ruime winst opbrengt aan de States. Het Panama-kanaal is voltooid. Ameri ka heeft de daad volbracht. Vier eeuwen juist na de eerste gedachte, welke Alvaro de Savedra eraan wijdde. Bij Gatun worden de machtigste zee schepen in drie achtereenvolgende enor me sluizen tot 85 voet hoven den Caraibi- schen zeespiegel geheven, waardoor ze komen in het kunstmatig uit d'e moeras^ sen geschapen binnenmeer. Over een lengte van 23 mijl. Vervolgens op gelijk peil door de insnijding der Culebraberg over een lengte van 9 mijl. Daarna door de Pedro-sluis in een lager gelegen kunst- meer en ten slotte weer door twee achter dochter en Hettema, als oude vrienden. Samen zoeken zij allerlei heerlijkheden uit voor de arme gewonde soldaten en hij heeft beloofd voor ine te komen spe lenen.... moeder o begrijpt u het al? We hebben het elkaar niet gezegd, maar ik weet, het o, ik weet het zeker - wij zullen meer dan vrienden worden....! Agnes had het geweten, Bart Hettema en zij- vierden samen Kerstmis in haar oude dorp. LUIHEID. De taak, die iemand té Ver vullen heelt, is rijn zwemgor del, is zijn reddingstoestel. Geor-ge B. Emerson. „Wie niet werkt zal' niet eten. Wie niet eet zal niet leven. Korter: wie niet werkt zal niet leven. Of nóg korter: wie niet werkt leèft niet. Nu moeten we „werken" heel ruim opvatten men kan uren stilzitten en toch werken: men laat dan zijn geest gaan, men maakt plannen. Men hoeft niet juist imet- hamer en' heitel aan don .gang te gaan, om een ijverig imensch té zijn. Maar men weet zelf maar al te goed, wanneer het stilzitten geoor loofd is hetzij om na te denken Jiet'zij- om nieuwe krachten te vorgaren en wanneer het niet geoorloofd, is, voortkomt uit luiheid. We willen het er nu niet over hebben of luiheid in de maatschappij geoorloofd is. We willen slechts onszelf eens bekij ken in dien toestand van luiheid. Zijn we gelukkig of ongelukkig als we niets doen? Gelukkig? Dan komt het niets-doen U toe, dan hebt ge behoefte aan rust, aan het kalm verzamelen van nieuwe ideeën. Dan is Uw „luiheid" geen luiheid. Want als ge èoht lui zijt, zult ge U zeker onge lukkig gevoelen. Behoefte aan rust hebt ge niet, want ge werkt nooitnieuwe ideeën hoeft ge niet te verzamelen! want ge zult ook nooit werken. Elke ge dachte aan werk vervult U met weerzin. Ge hebt geen verleden en geen toekomst. En het heden is dor en leeg en levenloos. Levenloos. Ja, dat is elk lui bestaan. Wie niet werkt, zal niet leven» Het is dus in ons eigen belang oim niet lui te zijn. Wianneer we „niets doen" dringen zioh allerlei vragen aan ons1 op, vragen, die we niet kunnen beantwoorden. Twijfel, wanhoop, zenuwzwakte komen ons over vallen. Wilt ge de wanhoop ontwrichten, wilt ge de vragen beantwoord zien? Werk dan. Werk is de zin van het leven. Het komt er niet op aan wat ge doet, of ge groote bedrijven' leidt, of voor uw kind een stuk speelgoed in elkaar timmert, of ge schitterende romans schrijft of .een waardeloos versje neerkrabbelt. Alle werk is goed, als ge het met liefde doet, als ge er in op- kunt gaan.' Dan leeft ge pas, dan leeft ge mee in de groote, bewe gende wereld. Als ge niets doet, valt ge er buiten, gaat ge in .tegen de natuurlijke wetten. Ge moét u'slap en ongezond gaan vtoelen. Maak uit dat ongezond voelen ge-en nieuwe reden tot luieren! Het ©enige geneesmiddel voor uw ziekte is juist werken, meewerken pet al bet levende. Stel u een taak, die ge vervullen kunt, grijp haar aan als het eenige middel tegen twijfel en wanhoop, als het eenige middel om gezond te leven. (Nadruk verboden). Da. JOS. DE OOCK. elkander liggende Miraflor-sluizen aan de zijde van Panama weer terug op het peil van -den Stillen Oceaan 1 Van Panama is de victorie begonnen- En het is geworden tot 'n symbool 'n Symbool van vergoeding en van boe tedoening in de eerste plaats voor het eigenlijk vier eeuwen vroeger gedane on recht der blanken-invasie 'n honoree ring voor de eens gemaakte fouten aan dwingelandij, knechting en verwoesting aan de oervolken van den Indias Occiden- talisl 'n Symbool van simpele rechtvaardiging anderzijds, dat inderdaad bij de blanke overheerschers al is het dan in de ver gane eeuwen nog weinig getoond de diepere mogelijkheid ligt de oorspronke lijke bewoners uit eigen onmacht van vergaan omhoog te heffen.... 'n recht vaardiging, dat de Natuur mag worden aangetast door de Cultuur, mits het tot haar voordeel zij! 'n Symbool van overtuigend bewijs, dat' het inderdaad mogelijk Is van iedere wil lekeurige plek in West-Indië vruchtbare plaatsen voor het tegenwoordig leven te maken door veredeling van liet land, verwoesting der ziekte-kiemen, uitroeiing van iedere halfheid en het op wezenlijk hoog beschavingspeil brengen door mid del van streng doorgevoerde noesten ar beid! En 'n symbool van waarachtige moge lijkheid, dat alle overige deelen van het nu nog loom onder de zon liggend West- Indië, eenmaal gelijk kunnen worden aan het ten aanzien van heel de wereld daar geschap envoorbeeld: Panama. En hij het in gedachten overzien van de West en het beschouwen van het eerbied waardige arbeidS-monument Panama, rijst de vraag, die als een moraal-steekt in dit gansche levenslied': Wanneer het ooit mocht komen tot een veel grootere, veel ruimere utilisatie van het West-Indische landWanneer het ooit mocht komen EINDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1929 | | pagina 11