1 mi DE WIJDE WERELD Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, van ZATERDAG 8 MAART 1930 EEN DOKTER, DIF EEN DOCTORES WAS. Het geheizlnnlg geval van James Barry. Aantrekkelijke figuur voor romanschrjjvers. Het opzienbarende geval van „Colomel Barker", de vrouw, die zich jarenlang als „man" wist voor te doen en zonder ach terdocht te wekken als voormalig officier van het Britsche leger zich in allerlei kringen wist te bewegen, totdat voor kort baar identiteit door een toeval werd ont dekt, roept een herinnering wakker aan een dergelijke venrnommiing ruim een eeuw geleden, nog romantischer en mysterieuser dan dieze. Onder den naam „James Barry" diende in het Britsche leger als officier van gezondheid een vrouw, wier werkelijk sekse eerst na haar ontslag uit den dienst en na haar dood werd ontdekt, en wier identiteit zelfs nimmer kon vastgesteld worden. .James Barry" was op achttien jarigen leeftijd te Edinburg als geneesheer ge promoveerd. Tegen alle precedenten in doorliep hij eerst alle hiërarchische ran gen, maar werd hij bijna onmidellijk aan den militairen staf van het garnizoen Kaapstad verbonden en aangesteld ais inspecteur-generaal, der hospitalen. Hij diende verder, hoewel zonder militairen rang, in Engeland, West-Indië, Engelsch- Indië, Griekenland, Sint-Helena, enz. In 1864 repatrieerde bij met pensioen en overleed kort daarna op 80-jarigen leef tijd. Gedurende zijn ziekbed weigerde hij medisohen bijstand. Na zijn overlijden ontdekte de medicus, die den dood con stateerde, dat het bovenlijf stijf gewik keld was in een half dozijn doeken. Zijn knecht, een kleurling, die hem jaren lang gevolgd was, wist van deze eigenaardige gewoonte van zijn meester af, maar had nooit vermoed dat, zooals de lijkschou wing uitwees, dlat „zijn heer" een dame was geweest. Daarbij bleek tevens, dat zij ook eenmaal moeder geweest moest zijn. Een testament liet zij; niet na en niemand eischte ook het lijk als familie lid op. Wie was zij? Allerlei gissingen werden geopperd. Ontsluierd is het geheim nooit. Sommigen beweerden, dat zij een buiten echtelijke dochter van den Prins-Regent was, die zich haar lot had aangetrokken en haar een goede opvoeding had laten geven. Van hem zou zij; verlof gekregen hebben, zich als man voor te dioen en te leven onder den aangenomen naam van James Barry". Volgens anderen zou zij de legitieme kleindochter zijn van een Schotsch edelman en de medische loop baan gekozen hebben uit vereering voor een Britsch officier van gezondheid. Hoewel kort na haar dood in 1867, in een ondier redactie van Charles Dickens ver schijnend tijdschrift, een tip van het mysterie opgelicht heette te zijn, en ook in later jaren nog in medische bladen getracht is, het geheimzinnig geval op te lossen, is nooit met zekerheid bekend geworden, wie deze vrouw eigenlijk ge weest is. ®ij had in baarKaapaohen tijd, om streeks 1820, als kundig dokter maar ook als zeer excentriek personage vermaard heid. Tijdgenooten hadden een leven- digen indruk behouden van de baarde- f6' Engere, hinderlijk-jeugdige figuur met het spitse gezicht, het rossige haar en_het hooge stengeluid. van des dokters „ver wijfde' (manieren, bijtende tong en aan insubordinatie grenzende vrijmoedigheid, en de daaruit voortvloeiende duels. Het trok de aandacht, dat de Britsche Gou verneur van de Kaap, Lord Soanersett, deze problematische figuur, ondanks de vrij moedigheid die zij zioh ten zijnen op- 2 kl veroorloofde, op opvallende wijze protegeerde. Eenmaal moet het zijn voor gekomen, dat de gouverneur, toen de dokter het al te bont maakte, hein eigen- en forsch het raam uitgegooid zou ^ben. Het is mogelijk, dat Lord Sorner- ®et, in wiens huiselijken kring de dokter herhaaldelijk verkeerde, méér van de nf- homst, van James Barry" wist; maar dan aeeft hij het voor zioh gehouden en daar mede het geval reeds voor zijn tijdgenoo- tei nog mysterieuser gemaakt. Hij was fis dokter zeer gezien, finan cieel bewoog bij zich gemakkelijk, en ge noot bij rijn collega's een reputatie zon- aer jalouzie. Er werd verteld, dat hij had gedongen naar de hand van de dochter van een vermogenden Kaapschen Hollan der, maar dat deze hem geweigerd had. w as dé hofmakerij opzet om de men- schen op een dwaalspoor te leiden? Van de waarheid omtrent James Bar- r-v zÜn wij verder verwijderd dan ooit. B. DE BESTE TROEVEN. I. Het was bepaald een wanhopige brief, uien Ridsdale op zijn kantoor zat te lezen. En hij kwam nog wel van Louder-Oourt, waar de Lyne-Oolson's op het oogenblik een groot aantal gasten genoodigd! had den. De Lyne-Colson's te kennen was een heele onderscheiding, ze niet te kennen, stond gelijk met buiten de beste gezel schapskringen te staan. Wat ter wereld was dan de oorzaak van Sybil Ayra's ver driet. Ridsdale zelf hadi een doorloopende uit- noodiging om op Louder-Court te komën, maar drukte in zaken' had hem dezer dagen belet daaraan gevolg te geven. Hij was echter net bezig de mogelijkheid te overwegen, er toch maar voor een paar dagen uit te breken, toen hij dézen onge- lukkigen angstigen brief kreeg van Miss Sybil Ayres, gedateerd uit Louder-Court. Ridsdale was meer geïnteresseerd bij Sybil en alles, wat haar betrof, dan hij zichzelf wel bekennen wilde; hij besloot van Zaterdag tot Maandag naar Louder- Court te gaan. Hij» telegrafeerde met wel ken trein hij 'zou aankomen en was vol strekt niet verwonderd Miss Ayres aan bet station te vinden. „Wat scheelt er aan?" vroeg Ridsdale. „Maar neen, vertel me nog niets; wacht tot we wat thee hebben gehad. Dan ma ken we samen een wandeling door den rozentuin, en je vertelt me alles tot in de kleinste bijzonderheden." Sybil vertelde hem, dat de meeste gas ten naar Ghichester waren, en ze dus hoogstwaarschijnlijk in de hal konden gaan theedrinken. Dat lukte, en daarna gingen ze naar den rozentuin. „Nu kan je me alles vertellen," begon Ridsdale. ,Jn de eerste plaats," begon het meisje, „ben ik totaal geruïneerd. Je weet dat we erg arm zijn en het me .alleen door ovetr- groote zuinigheid mogelijk is, in deze kringen te blijven verkeeren, Jack! Als ik aan het einde van de volgende week geen achthonderd pond bijl elkaar heb, kan ik niet meer het hoofd omhoog hou den. Kan je me helpen?" „Je hebt hier toch niet gespeeld?" vroeg Ridsdale. „Ik weet, dat Dick Ool- son er absoluut tegen is, dius kan je je geld haast niet op die manier zijn kwijt ge raakt." „En toch is het zoo. Zooals je weet, raakt onze gastheer nooit een kaart aan. Een heel enkele keer maar komt hij eens binnen, als er gespeeld wordt. Hoe ik in dat clubje verzeild ben geraakt, weet ik niet, maar het feit bestaat nu eenmaal, helaas! Het is natuurlijk onvergeeflijk, maar Dick Oolson wordt schandelijk be drogen. Hein werd wijsgemaakt, dat we maar om vijf shilling de honderdi pond speelden, maar, bij het afrekenen worden de vijf met tien vermenigvuldigd. Je be grijpt wat ik meen." „Wordt er op die manier gespeeld? hm!" vroeg Ridsdale en fronste zijn wenk brauwen. „Ik geloof wei," dat je wel' weet waar dat alles op uit zal loopen? Als Ool son er iets van merkt, worden jullie geen van allen ooit meer hier te logeeren ge vraagd." ,Je .schijnt niet te weten, dat Moljy Oolson een hartstochtelijk speelster is. Het is een feit, dat ze in een week eens 2000 pond heeft verloren." Ridsdale wou nu'van Sybil de namen der spelers weten, en hij lachte veelbe- teekenend, toen ze genoemd werden. „Zoo, is kolonel Trinlay hier ook? Je weet zeker dat hij een neef is van Molly en dat ze vroeger zoo half en half met hem verloofd is geweest. Armoede was oorzaak dat het huwelijk niet doorging. Ik haal dat enkel aan, Sybil, omdat Trin- lay's geluk bij bridge nu al twaalf maan den lang een vruchtbare bron van inkom sten is geweest." „Dat is zeker, hij is merkwaardig ge lukkig," zuchtte Sybil weer. „Verleden week hebben hij en Molly onbegrijpelijk veel samen gewonnen, en de manier waar op ik houdl veel van Molly, maar soms zou Ik haar kunnon slaan. Maar wat helpt mij dat alles, ik heb achthonderd pond schuld. En gisteren avond had er een heel© scène plaats." „Wat was dat voor een scène?" ,Je kent Ada Renelstoke, en je weet hoe overdreven ze is. Ze had zoo onge veer 50 of 60 pond verloren, gisteren avond1, toen ze met tmij tegen Molly en kolonel Trinlay speelde, en opeens zien we haar opvliegen en den kolonel voor bedrieger uitmaken. Molly smeekte ons allen, het toch vooral stil te houden, want Dick was met de anderen in de biljartka mer, en als die er op af was gekomen, zou het een groot schandaal .gegeven hebben. Dooh dit gebeurde gelukkig niet. Ten slotte verliet Ada bet vertrek en gingen we door met spelen." „Hw> hield Trinlay zich daaronder?" vroeg Ridsdale. „O, hij gedroeg zich zeer tactvol. Hij bleef kalm en vriendelijk en deed zijn best iedereen te sussen. Er werd dan ook niet meer over gesproken, maar Ada fluisterde mij een paar woorden in, waar uit ik niet wijs kon worden." ,,'t Is maar het beste, als je me vertelt, wat ze zei," mompelde Ridsdale. „Het was niet veel meer dan een, wenk, want wat ze zei was dit: „Let goed' op den kolonel en kijk naar zijn cigaretten- koker." Hoewel Ridsdale maar niet zoo dladelijk zijn oordeel klaar wilde hebben, begreep hij toch wel, dat niet alles enkel op vrou welijke verbeeldingskracht kon gescho ven worden. Zelf was hij gieen groot kaartspeler, maar wel wist hij, dat bridge voor menigeen een gestadige bron van inkomsten was. Hij ging de zaak in ge dachten na en ondier het diner kon nie mand iets aan hem merken; hij was kalm als altijd, maar bestudeerde toch onder wijl 'aandachtig de gelaatstrekken der aanwezigen. Het viel' hem' vooral op, dat de gastvrouw geforceerd vrooljjk was, en haar frissche kleur ditmaal niet geheel natuur was. Toen de dames waren opgestaan schikten de heeren wat dichter bij elkaar om1 een sigaar te roaken. Bij het laatste glas wijn stelde de gastheer een algemeen biljartspel voor, welk voorstel veel bijval vend; alleen Trinlay maakte een uitzon dering. ,,'t Spijt mij," zelde hij. „Maar ik heb Mol'Ly beloofd bridge te spelen." „Ik begrijp niets van die bridge-woede," zei Lyne-Oolson lachend. ,yDit is maar het begin van de ziekte," merkte iemand aan het andere einde der tafel op. „Je zult nog zien, dat je vrouiw je met een speelschuld van een paar dui zend pond komt verrassen." Lyne-Colson's gelaat betrok en Ridis- dale nam hem nieuwsgierig op. „Het zon de eerste en de laatste maal zijn," zei hij. „Als inij zoo iets overkwam, trok ik me uit alle gezelschappen terug* en keerde Engeland den rug toe! Maar, wat praat ik voor nonsens. Je rookt niet Ridsdale, wil je niet eens een van mijn sigaren probeeren?" „Dank je, op het oogenblik niet," ant woordde hij. „Liever een cigaret, maar ik heb de mijne boven gelaten. Mag ik je even lastig vallen Trinlay?" Toen de dames waren heengegaan, had Ridsdale het zoo geschikt, dat hij1 naast kolonel Trinlay kwam te zitten. Hij, vroeg het zoo terloops en stak zijn hand al uit. Trinlay nam rijn cigarettenkoker uit den zak en gaf hem dien. Het was een heel bi'zionder stuk, van kanonmetaal met edel- steenen bezet. Een gebogen goudlen streep in het midden scheidde diaman ten en robijnen. Van beide soorten waren er vijf, gezet in den vorm van een halve maan. Beide zijden waren gelijk. „Dank je wel," zei Ridsdale. „Wat een artistieke koker en zoo origineel. Waar heb je dien vandlaan?" „Het is een geschenk van een onzer Indische prinsen. Hij. is bij een firma in Bombay gemaakt." Ridsdale liet de zaak verder rusten. Toen hij even later de hal doorging, kwam een der gasten naar hem toe. „Een oogenblik Ridsdale," zei hij:, „Vertel mij eens, wat Trinlay zei, toen je hem naar zijn cigarettenkoker vroeg? Ik hoorde het maar half." „O, hij. vertelde mij, dat het een ge schenk was van een Indischen Prins.1* „Ik dacht, dat mijn ooren mij bedrogen, Jack. Ik wist met, dat die Trinlay zulk een opsnijder was. Ik was er nota bene toevallig bij', dat hij het ding bij Morris sen in Bondstreet bestelde, een maand of wat "geleden. Hij; b ad er een teekening van gemaakt en de juwelier nam: er een copy van." „Nu maak je daar imaar niet verder druk over," lachte Ridsdale. „Wat er alzoo na een goed diner beweerd wordt, is wel eens meer van twijfel'achtigen aard, vind je ook niet? Kom, ga je mee biljar ten?" „Wanneer begint het kaartspelen,'* vroeg Ridsdale aan Miss Ayres. „Gewoonlijk niet voor twaalf uur. Als ik iets ontdek „Zeg niets, wat je ook ontdekt," fluis terde hij terug. „Kom als je iets ziet, da delijk naar m© tóe en zeg het mij." Hij, was van plan, als de gastheer naar bed'was, de kamer waar kaart werd ge speeld, gemoedelijk te komen lndrentelen en dan ongemerkt de spelers bij hun spel gade te slaan. „Denk er maar zoo min mogelijk aan," raadde hij' Sybil en stond meteen op, om dat het zijn beurt was om te spelen. Het slbeg half twaalf, toen Mrs. Lyne-Colson het teeken gaf om met het kaartspel te beginnen. Kort daarop begaf Ridsdale zioh naar Sybil en zei: „Wat scheelt er'aan, Sybil? Je ziet er uit of er iets ergs gebeurd is. „Ik ben er niet heel zeker van, maar ik geloof, dat ik .een ontdekking heb ge daan. Neen, ik vertel je liever niets, ik wou dlat je het zelf uitvondt!" Ridsdale vóelde dat hij voor een moei lijke plicht stond. Hij was het imet zich zelf volmaakt eens, dat het niet imeer dan fair was tegenover hen, die door Trinlay's systeem' hadden geleden, het bedrog openlijk aan de kaak te stellen. Fluiste rend vroeg hij: „Wie is Trinlay's part ner?" „Molly Oolson," was het antwoord. Ridsdale vroeg niet verder, hij was er nu zoo goed ais zeker van, dot er hier verkeerde dingen plaats hadden. En was dat zoo, dan méést hij tot. een openlijke verklaring komen. Niemand lette op Ridsdale, zoo waren de spelers in hun kaarten verdiept. Hij keek een poosje rustig toe, toen opeens een der tegenspelers van Mrs Oolson en Trinlay boos de kaarten op tafel wierp en uitriep: ,,'t Is allermerkwaardigst hoe jelui kaarten samen kloppen. Als schop pen troef Is gebeurt er niets bij zonders, maar als harten of ruiten is, dlaii maak je samen alles." Trinlay haalde de schouders op, maar zei niets. Hij nam een spel kaarten op om te geven. Toen Ridsdale naar de speeltafel keek, zag hij daar Trinlay's veelbesproken siga rettenkoker liggen. Mrs. Lyne-Colson keek den kolonel eenigszins vaag glim lachend aan, terwijl hij zijn kaarten op zette. Op werktuigelijke wijze legde hij de toppen zijner welverzorgde vingers op den koker, en wreef er zachtjes overheen; daarop werd zijn manie® van doen leven diger, bewuster, toen hij Mrs. Oolson be duidde, dat het haar beurt was troef te maken. Zonder de minste aarzeling ver klaarde ze, dlat het ruiten was. Ridsdale slenterde zoo ongedwongen imlogelij'k om de speeltafel heen en keek in de kaarten van zijn gastvrouw. Z© had een lagen honneur van troef en drie onbeduidende kaarten van dezelfde kleur. Zooals Ridls- dale al gezien had, had Trinlay drie hon neurs van ruiten, zoodat, toen het spel in het voordeel van den kolonel bleef, ze 32 aan honneurs konden rekenen. Ridsdale begon te begrijpen hoe het in zijn werk ging. Er werdi weer gegeven en nog een maal slenterde hij kalmpjes om de tafel heen, aandachtig^in de kaarten kijkend. Het spel leverde nu niets bijzonders op, en het voordeel was vrijwel verdeeld. Toen was het weer Trinlay's beurt om troef te maken; hij scheen even te aar zelen, maar wreef toen weer als onbe wust over den koker. Ridsdale boog zich voorover en verlegde het tweede spel kaarten, zoodat dit feitelijk den sigaret tenkoker verborg voor het oog van de andere spelers. Trinlay keek boos, en een oogenblik dreigde hij' uit te vallen. Hij schoof ech ter enkel hiet bewuste spel kaarten op zijde en weer gingen rijn vingertoppen als toevallig over den koker, totdat de vijf diamanten voor ieders oog onzichtbaar waren. <S!ot volgt?). GR00TE EN KLEINE WIJSHEDEN. Heel het menschdom ia verliefd op de verliefden. Emerson. Het is het werk van een leven om het ware zelf bekend te maken en geëerd. Tagore. De heldhaftigheid voelt, maar rede neert nooit; en daarom heeft ze steeds gelijk. Emerson. Een grenzeloos leven van roem kan bloeien en ontbladerd worden in 5én och tend. Tagore. Spreekwoorden zijn, evenals de gewij de boeken der verschillende volken, het heiligdom der intuïtie. Emerson. De armen van een vrouw, die geen an der sieraad dragen, dan ongebreidelde kracht, zijn schoon! Tagore. Ieder geheim komt aan het licht, elke misdaad wordt gestraft, elke deugd be loond, alle kwaad hersteld, stilweg en on afwijsbaar. Etoerson. Verwacht niet de liefde te bevredigen met een luchtig niets. Geef mij iets dat ik vatten kan, iets dat duurzamer is dan vreugd, iets dat zelfs blijvend is door lijden heen. Tagore. Wanneer de ziel maar innerlijk over tuigd was, in het heelal ergens haar ge lijke te zullen ontmoeten, zou zij een dui zendtal jaren in eenzaamheid tevreden en blü zijn. Emerson. Vreugd verkeert in leed, wanneer de deur, waardoor zij wilde vertrekken, voor haar gesloten wordt. Neem haar en houd haar zoolang zij duurt. Laat niet de ver zadiging van uw avond meer eischen dan het verlangen van uw morgen oogsten kan. Tagore. TOB NOOIT HOEKJE. IAAT NIET ONTMOEDIGEN. De groot© kunst bestaat hierin, hot niet de teleurstellingen klaar te spelen. Albert Sohweltzer. Het ia niet zoo moeilijk een ideaal te hebbon. Hot Is zelfs heel makkelijk, want meestal zoekt het ideaal ons. Moei lijker is het al voor dat ideaal te gaan werken. We droomen en peinzen er lie ver over, dan dat we meteen aanpakken. Want we voorvoelen het al: met het aanpakken zullen de teleurstellingen komen. Van alle kanten komen ze, van buiten af, uit onszelf. Ais er geen teleurstellingen waren, hoe veel groote dingen zouden er dan niet tot stand worden gebracht! Ieder mensch heeft in gedachten meerdere malen de wereld veroverd, groote, nobele daden verricht. Hij heeft zichzelf opgewerkt tot een Uebermensch, zijn werk, zijn zaken bereikten ongekende hoogten. Maar tusschen het ideaal en de ver wezenlijking liggen de teleurstellingen. Daar is in de eerste plaats de spot van de wereld. Alles wat groot en nieuw is wordt met &pot en critiek ontvangen. Zoodra we van onze plannen reppen* komen van alle kanten ontmoedigende woorden. Meestal komen die woorden van mensohen, die zichzelf hebben laten ont moedigen en die nu teleurgesteld door het leven gaan. En ze ontmoedigen ons ook. We waren zelf zoo enthousiast, we verwachtten een even groot enthou siasme van anderen. De bitterheid van die anderen schokt ons vertrouwen in de toekomst Schokt ook ons zelfvertrouwen. Onze blijde hoop is weg. En dan krabbe len wij, al achteruit We probeeren mis schien nog iels, maar het mislukt „Zie jo wel", zeggen de onheilvoorspellers. We zetten de tanden op elkaar, willen toch verder gaan. Uit koppigheid, maar niet meer uit innerlijken drang. Het enthou siasme is geweken. Etn zonder enthousi asme bereiken we niets. Begin dus met de eerste teleurstellin gen te vermijden. iSpreek niet over uw plannen, uw verwachtingen met anderen. Dan zult ge in ieder geval met blijdschap en enthousiasme beginnen. En ver wacht teleurstellingen. Bedenk, dat de grootsten onder de grooten met teleur stellingen te kampen hebben gehad. Zij zijn juist groot geworden, omdat ze zich hoog hebben weten te houden, omdat ze zich na elke teleurstelling met vernieuwd enthousiasme aan hun taak hebben ge wijd. Wees niet laf! Laat u niet ontmoedigen. Door niemand, en door niets! Ook niet door teleurstellingen. Nie mand heeft ooit in één ren den hoogsten top bereikt. Dr. JOa DE COOK. (Nadruk verboden). Voor de leaere van dit Mafl gaefll oase Psychologische medewerker Dr. Jos. de Oock, van Merlenstraat 120, Den Haag, gratis zielkundige adviezen o.m. over ae wijze waarop zij hun geest kunnen ver- frissohen en hun wilskracht en energie kunnen versterken. De vragen zullen in da blad geregeld worden behandeld. Mochten de beantwoor dingen te uitvoerig worden, dan direct schriftelijk aan de aanvragera HOE ZIET DE WERELD ER TEGENWOORDIG UIT? Ware onzin. Het moderne meubel en het moderne interieur moeten voor alles waar zijn. Binnenhuis. Lieverkoekjes wordlen wel gebakkon. Eetlust is zulk een belangrijke factor bij de spijsvertering, dat iemand, die niet houdt van een spijs, waarvan de waaide niet bewezen is, niet gedwongen moest worden ze toch te eten als dit maar eenigszins kan worden vermeden. Drs. Mo. Oane. Hoedt U voor do vrouw. Tyrannen blijven alleen op de been zoolang zij zioh verre houden van het vrouwvolk. De Telegraaf. Arm. maar trotsch. In de letterkunde komen meer gevallen voor van snel, opzienbarend succes dan bij ander soort werk, maar er zijn ook meer gevallen van verzwegen, zenuw- sloopende mislukking, vele, vele trage dies van zorg, behoeftigheid, ziekte. De successen worden van de daken ge schreeuwd, de mislukkingen stil verbor gen in de diepte. We zijn er trotsch op, dat de onfortuinlijken hun nooden niet aan de groote klok hangen. John Galsworthy. Gevoelige relativiteit De secretaresse van Prof. Einstein werd dermate overstelpt met vragen over de beteekenis van de „relativiteit", dat de hoogleeraar besloot haar uit de moeilijk heid: te helpen. Hij zeide haar die vragen aldus te beantwoorden: Wanneer u twee uur lang in gezel schap zit van een aardig meisje, denkt u, dat het slechts een minuut is, maar wanneer u een minuut op een gloeiende kachel zit, denkt u, dat het twee uur heeft geduurd. Dat is relativiteit The Ghurchman. Kinderhuwelijken. Tot dusver was in Engeland de bij de wet geoorloofde huwbare leeftijd voor een meisje 12 en een jongen 14. Van 1915 tot 1925 werden in het Rijk 8 huwelijken gesloten, waarbij de bruid jonger was dan 14 jaar, 30 waarbij de bruid nog geen 15 was en 292, waarbij de bruid of bruide gom beneden de 15 jaar waa Binnenkort treedt nu de wet in werking, waarbij hu welijken tusschen personen beneden de 16 jaar verboden worden. Observer. Geluk voor de ridders van die Tafelronde. Dikwijls is de mogelijkheid geopperd, dat eenmaal synthetisch voedsel in den vorm van tabletjes ons tegenwoordig dlöet zal vervangen. Dit is uiterst on- waarsohijniyk om twee redenen: In de eerste plaats heeft een normaal persoon ongeveer een pond van dat geoompri meerde voedsel per dag noodig en in de tweede plaats zijn onze spijsverterings organen zoo gebouwd, dat ze niet met gecomprimeerde stof alleen kunnen wer ken; steeds is er een zeker percentage onverteerbare stof noodigi Het is niet waarschijnlijk, dat we dat alles in enke le tabletten vereenlgd kunnen krijgen. Dr. Glaastoae. 't Juffertje 424. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN). 0 0 .Jaines Barry" leefde vegetarisch, droeg een buitenmodel, zeer nauw aan sluitend uniform, en zijn schoenen wa- ron extra-dik gezoold, oim hem eenig Postuur te geven. De «sigarettenkoker. „Pardon", zei hij daarbij, ,4k was bang, dat Drummond: met zijn elleboog dit spel van de tafel: zou gooien."t

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 7