HELDERSCHE COURANT VAN DINSDAG 24 JUNI 1930 Gemeenteraad van Texel op zaterdag 21 Juni 1930. Voorzitter: de heer W. R. Gort, Burge meester. Secretaris: de heer C. Jonker. Tegenwoordig alle (13) leden. Bij de opening der vergadering spreekt de Voorzitter de hoop uit, dat de vergade ring een vlot verloop mag hebben, opdat na afloop nog tijd beschikbaar zal zijn voor bezichtiging van het op morgen ge opend wordende Texelsche Museum en voor bijwoning eener demonstratie van de brandspuitinstallatie aangebracht op de nortonwel op het marktplein. De notulen der vorige vergadering wor den na voorlezing onveranderd vastge steld. Ingekomen stukken. a. Een schrijven van den heer J. P. Rond, berichtende de aanneming zijner benoeming tot Hoofd der o. 1. school te De Cocksdorp. Voor kennisgeving aangenomen. b. Een verzoek van de dames Schrama en Bakker, tot plaatsing van een straat lantaarn tegenover haar pension, onder mededeeling, dat haar bij den aankoop van het bouwterrein van gemeentewege behoorlijke verlichting van den weg is toegezegd. Wordt ter afdoening gesteld in handen van B. en W. c. Een adres van mevr. Keidel, hou dende verzoek de kosten van eene plaats vervanger tijdens de ziekte van haar echt genoot, gemeentewegwerker voor Eier- land en omgeving, voor rekening der ge meente te nemen. Wordt op voorstel van den Voorzitter ter afdoening gesteld in handen van B. en W. met de, bedoeling, dat vrijblijvend een voor adressante gunstige beslissing wordt genomen. d. Een schrijven van het R. K. Kerk bestuur der parochie van den H. Joannes den Dooper te Den Burg, mededeelende, dat het verzoek om gelden beschikbaar te stellen voor verbouwing van het voor malige schoolgebouw aan de Molenstraat tot gymnastieklokaal wordt opgeschort. De Voorzitter deelde mede, dat het in de bedoeling ligt de aanvrage opnieuw in te dienen, wanneer een andere oplos sing niet gevonden wordt. Wordt voor kennisgeving aangenomen. e. Een beschikking van Gedep. Staten, verzonden 6 Mei j.1., houdende vaststel ling van de kosten van politie, lager on derwijs en armenzorg in verband met de vaststelling der Rijksuitkeering ingevol ge de wet op de financieele verhouding tusschen Rijk en gemeenten. Gedep. Staten hebben daarbij niet in aanmerking genomen de rente van een gestorte waar borgsom aangewend voor dekking kosten schoolbouw. Aangezien de aangelegen heid voor deze Gemeente van geen prac- tisch nut is, omdat blijkens de van de Vereen, van Ned. Gemeenten verstrekte gegevens, het wettelijk minimum der uit keering voor deze Gemeente hooger zal zijn dan de gemelde uitgaven, hebben B. en W. gemeend den termijn voor beroep te kunnen laten verstrijken, zonder den Raad tijdig te kennen. Wordt voor kennisgeving aangenomen. Goedkeuring begrooting Alge meen Weeshuis voor 1930. De Commissie, belast geweest met het onderzoek, adviseert tot goedkeuring on der opmerking dat een vroegtijdiger be handeling aanbeveling verdient. Zonder hoofdelijke stemming wordt tot goedkeuring besloten, sluitende de be grooting wat den gewonen dienst betreft aan inkomsten en uitgaven op 14.343.625 en wat betreft den kapitaaldienst met een voor belegging bestemd saldo 11.236.90. Intrekking benoeming onder wijzeres. Aangezien mej. H. J. Memelink hare in de vorige vergadering plaats gehad hebbende benoeming tot onderwijzeres aan de o. 1. school te Midden-Eierland niet heeft aangenomen, stellen B. en W. in trekking van dit benoemingsbesluit voor. Aldus wordt zonder hoofdelijke stem ming besloten. Straatnaam. B. en W. stellen voor aan den nieuwen verbindingsweg tusschen den Schilder en den Hoornderweg te Den Burg den naam „Emmalaan" te geven. Wanneer de Raad dienovereenkomstig besluit, zullen B. en W. aannemen, dat tevens goedkeuring wordt gehecht aan hun voornemen den weg met boomen te beplanten en daarvan een of meer boom- plantdagen dienstbaar te maken. Aangezien een dergelijke naam een deel der bevolking antipathiek is, wil de heer Boon om niemand te kwetsen, een anderen, tevens meer passenden naam aan den weg geven, bijv. Singel, Ring baan of e.d. Spreker is persoonlijk tegen elke persoonsvergoding, ongeacht wien het betreft. De Voorzitter zegt, dat waar aan het Hoofd der Regeering van ons land een Koningin staat, er geen bezwaar kan bestaan aan straten of wegen de namen te geven van Leden van Haar Huis. Om principieele redenen zal de heer Boon zich dan genoodzaakt zien voor te stellen den weg „Ringbaan" te noemen. Dat de naam een deel van het publiek antipathiek is, kan volgens den heer D e Graaf niet waar zijn: immers de Koningin regeert bij de gratie Gods. Het geven van den naam kan hoogstens in strijd zijn met het politiek standpunt van den heer Boon. De heer Boon, er op wijzende, dat de liberalen reeds in 1848 het Koningschap in figuurlijken zin vermoord hebbèn, noemt het een schijnbeweging als aan hangers van den Vrijheidsbond met het voorstel medegaan. Van de R. K. moest het heelemaal niet te verwachten zijn. De voordracht van B. en W. in stem- ming gebracht, wordt aangenomen met 11 stemmen; tegen stemmen de heeren Henkes en Boon. De heer Lap drukt zijn spijt uit over de door den heer Boon gelanceerde hate lijkheden. De heer De Graaf wijst er op, dat het wellicht ongewenscht zal zijn boomen te plaatsen in de bocht van den weg, waaraan de Voorzitter aandacht zal schenken. Wdgverbreeding te den Hoorn. B. en W. stellen voor van mej. de wed. H. Troost c.s. voor de som van 135 aan te koopen ongeveer 58 M2. grond, voor verbreeding van den openbaren weg te den Hoorn, daar waar de Lage Achter weg op het Klif uitkomt. De heer Lap noemt de verbreeding een groote verbetering. Zonder hoofdelijke stemming aangeno men. Verkoop van grond te den Burg. B. en W. stellen voor aan den heer W. A. Geus te verkoopen: a. een perceel bouwterrein aan de Eiin- malaan, groot 315 M2. a 3 per M2., en b. een daarachter gelegen terrein groot 860 M2. voor 1075; zijnde tegen prij zen niet lager dan vermeld in het exploi tatieschema bij den aankoop der gronden aan den Raad voorgelegd. De heer Lap informeert waarom het verkocht wordende terrein niet aansluit bij dat van Dros' autocentrale, waarop de Voorzitter antwoordt dat dit is overeen komstig den wensch van den gegadigde. Het tusschengedeelte is voldoende breed voor een bouwterrein. Zonder hoofdelijke stemming wordt de voordracht aangenomen. Aankoop grond te Oudeschild. Aangezien het indertijd genomen be sluit om de nieuwe O. L. School te Oude schild te bouwen op het erf der bestaande school, bij de behandeling nogal bestrij ding heeft ondervonden, hebben B. en W. de aangelegenheid nog eens ovenvogen en stellen zij thans voor van mevr. KruytbosohEverts, voor 4000 aan te koopen 6720 M2.. grond, gelegen tegen over het open terrein tusschen de Haven straat en de Dorpstraat. De kosten van het bouwrijp maken van dit schoolterrein zijn op 4200 geraamd. De heer Vlaming (wethouder), zegt van den aanvang af getwijfeld te hebben of het destijds genomen besluit wel juist is geweest. Sprekers ervaring met kerk en schoolbouw is, dat men dikwijls te wei nig terrein reserveert. Dit heeft tot ver traging geleid, bovendien heeft men niet steeds alle mogelijke medewerking van de zijde van het publiek om met een ander terrein te slagen. De thans voorge nomen plaats zal vrijwel in het centrum van het dorp liggen als Oudeschild zich eens mocht uitbreiden, bijv. door de drooglegging der Zuiderzee. Naar de heer Boon mededeelt heeft de thans voorgestelde plaats volkomen de instemming van het hoofd der school en zullen de bewoners van Oudeschild het apprecieeren wanneer dit de vruchten zijn van de becritiseerde vertraging. De Voorzitter merkt op, dat B. en W. tevens aandacht hebben geschonken aan de van deskundige zijde geuite voor spelling, dat de haven door de afdamming der Zuiderzee zal verzanden, doch dat zij ten slotte hebben gemeend het voordeel te moeten doen. De voordracht wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Strandexploitatie. Naar aanleiding van de verwikkelin gen, welke zich het vorig jaar hebben voorgedaan bij de uitgifte van strandter- rein voor het plaatsen van te verhuren tenten, hebben B. en W. besloten een proef te nemen tot gedeeltelijke openbare verhuring van het strand, met resultaat dat de opbrengst van het geheele strand ongeveer 750 a 800 zal bedragen, vol doende om daarmede de verschillende kosten te bestrijden uit de strandexploita tie voortvloeiende, zooals B. en W. zich die voortaan denken, n.1. behalve de kos ten van reddingsmiddelen, loopplanken en onderhoud van de duinreep, het gedu rende het badseizoen in dienst hebben van een 2-tal roeiers met zeewaardige vlet, tevens belast met het schoonhouden van het strand en het invullen van het getijbord, alsmede de kosten van een regelmatig politietoezicht. In verband met dit laatste wil de heer Vlaming (wethouder) ter informatie van het publiek er op wijzen, dat de be noeming van een dienaar van politie be hoort uitsluitend tot de competentie van den Burgemeester, alhoewel spreker den Voorzitter wil vragen zijn volle aandacht te schenken ook aan de Texelsche sollici tanten. Uit de Texelsche bevolking zijp elders meerdere uitstekende politiebe ambten benoemd, en het zal toch altijd moeilijk blijven uit ruim 200 sollicitanten die men feitelijk niet kent, de beste te kiezen. De Voorzitter kende het standpunt van den heer Vlaming, doch heeft ge meend bijzondere waarde te moeten hech ten aan de omstandigheid, dat zich onder de sollicitanten personen bevinden met ruime practijk op politiegebied, en omtrent wier personen ook overigens de meest gunstige inlichtingen zijn verkregen; spr. imeent dat dientengevolge het gemeente belang het meest gediend wordt door de benoeming van een niet-ingezetene. De heer P i s a r t beveelt aan vooral spaarzaam te zijn met het uitgeven van strandterrein voor consumptietenten; bad plaatsen als Egmond a. Zee en Zandvoort hebben het nadeel van een teveel op dit gebied ondervonden; bovendien doen der gelijke tenten den exploitant van het bad paviljoen een ongewenschte concurrentie aan. Dit laatste kan de Voorzitter niet beamen. Het strandpaviljoen kan aan alle strandbezoekers geen plaats bieden, ter wijl een uiteraard goedkoopere consump tie op het strand velen welkom zal zijn. De heer Lap, in de voordracht gelezen hebbende, dat het meerdere strandtoezicht ten gevolge zal hebben, dat de te benoe men politiebeambte niet belast zal kunnen worden met 't toezicht in de centrale nood- slachtplaats, spreekt den wensch uit, dat de, voor eenigen tijd ingevoerde regeling, die goed schijnt te voldoen, bestendigd zal worden. De heer Henkes beveelt aan vooral er op te letten, dat een zeewaardige vlet ge nomen wordt en acht een door den heer Vlaming genoemde nieuwe vlet van Vos geschikt. De heer Lap wijst op het dienstver band met de roeiers, met het oog op even- tueele ongevallen. De heer Henkes geeft in overweging in zee enkele palen te plaatsen, waarop de Voorzitter zegt, dat B. en W. over wegen enkele boeien uit te brengen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Indeeling in stemdistricten. Naar aanleiding van den in de vorige ver gadering uitgesproken wensch een stem bureau te De Koog te vestigen, hebben B. en W. onderzocht, in hoeverre wijziging in de indeeling der gemeente in stemdis tricten aanbeveling verdient, waarbij B. en W. tot de conclusie zijn gekomen, dat het gemotiveerd is het aantal stembureaux van 7 te brengen op 9, door een stem bureau te vestigen te De Koog en een in de o. 1. school te Zuid-Eierland. Om administratieve redenen achten B. en W. het gewenscht dit gepaard te doen gaan met een wijziging in de plaatselijke wijkverdeeling, waarvoor zij een ontwerp besluit tot wijziging der algemeene politie verordening ter vaststelling aanbieden. Na de inwerkingtreding dezer wijziging zal een nieuwe verordening tot verdeeling in stemdistricten worden voorgelegd. Zonder discussie wordt de voordracht zonder hoofdelijke stemming aangeno men. Vermenigvuldigingscijfer plaat selijke inkomstenbelasting. Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat wanneer van de aangenomen buitengewone werken en van de verhoo gingen der gewone uitgaven overig is, te zamen 51000 bedragende, 8000 wordt gebracht ten laste van 1931 en verder be schikt wordt in 1930 over het vermoede lijk batig saldo van den gew. dienst van 1929 ad 14.000. Voor de bepaling van het vermenigvuldigingscijfer der plaatselijke inkomstenbelasting voor 1930/1931 kan worden uitgegaan van de op de begrooting voor 1930 geraamde opbrengst over liet volle belastingjaar van 112500. In aanmerking nemende de ongunstige financieele uitkomsten in de landbouwbe drijven, becijferen B. en W., dat het ter verkrijging van die opbrengst noodig zal zijn het vermenigvuldigingscijfer te ver- hoogen van 1.4 tot 1.5 Volgens den Voorzitter zal het den Raad duidelijk zijn, dat B. en W. tevreden zijn te hebben kunnen volstaan met eene verhooging van Vio De heer D e G r a a f, overtuigd, dat het niet gemakkelijk zal vallen den Raad tot vaststelling van een lager percentage te bewegen, is blij, dat de verhooging niet groote,r is, doch kan niet nalaten er op te wijzen, dat elke verhooging in dezen tijd van malaise ongewenscht is. Het voorstel beteekent in ieder geval voor iemand met een inkomen tot 1900 een belastingver- hooging van 70 op 75. De Raad dient zich daarom tot de noodzakelijke uitgaven te beperken. De heer Lap sluit zich aan bij het be toog van den vorigen spreker. Ten slotte kan men de gem. huishouding op verschil lende manieren voeren. In het voorstel is wel rekening gehou den met de verhoogde uitgaven, maar is ook de uitkeering uit het wegenfonds in aanmerking genomen? De Voorzitter antwoordt bevesti gend. De heer P i s a r t onderschrijft het standpunt der beide vorige sprekers. De heer Vlaming (wethouder): „Ik zou bijna zeggen, ik ook, want belasting- verhooging is ten slotte niemand aange naam". Dat de huishouding anders en toch goed gevoerd kan worden, kan hij echter niet inzien. De heer Boon kwalificeert de ge opperde bedenkingen als een slag iri de lucht. Meent men dat de uitgaven te hoog worden opgevoerd, dan moet men de fou ten aanwijzen. De heer K e ij z e r (wethouder) zegt, dat B. en W. het beheer voeren naar hun beste weten. Zij leggen de plannen aan den Raad voor van werken, die zij noo dig oordeelen: dan is het moment aange broken om zich er tegen te verklaren, als men oordeelt dat de uitgaven te hoog worden opgevoerd. De heer Boon brengt in herinnering het vorig jaar gewaarschuwd te hebben tegen de toen besloten verlaging De heer Henkes beantwoordt de vraag of buitensporige uitgaven worden gedaan ontkennend, integendeel, op so ciaal gebied gebeurt er te weinig. Als de burgerij op verschillende werken aan dringt en de Raad acht ze noodig door tot uitvoering over te gaan, moet men de con sequenties van hoogere belasting aanvaar den. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen Uit overweging, dat het gedeelte van den Koogerweg tusschen Tubantia en De Koog voor wielrijders vrijwel onberijdbaar is ge worden, achten B. en W. het in het belang van het vreemdelingenverkeer en in dat van de honderden inwoners die des zomers een fietstochtje maken naar De Koog, dat nog voor het aanstaande badseizoen een 1.25 Meter breed rijwielpad wordt aange legd op den berm van bedoeld weggedeel te, waarvan de kosten zijn begroot op 5750. De N.V. T.E.S.O. heeft zich bereid ver klaard tot een subsidie-verleening van 1277.62, terwijl de overige gelden bestre den kunnen worden uit het liquidatie saldo van het voormalige gemeente-elec- triciteitsbedrijf en de over 1930 te betalen mindere rente dan geraamd Is. De heer Kikkert zou, alvorens tot de uitvoering over te gaan, in overleg willen treden met de 30 gemeenschappelijke pol ders om te komen tot overdracht van den weg in onderhoud bij de gemeente. Een goede weg, zooals het gedeelte reeds bij de gemeente in beheer, prefereert spre ker boven een rijwielpad. Het subsidie van T.E.S.O. zou wellicht aangewend' kunnen worden voor een rij wielpad langs den duinkant naar den Hoorn. De Voorzitter zegt dat B. en W. reeds eerder met de 30 polders in onder handeling zijn getreden, doch zonder resultaten. Het is niet aan te nemen dat op de door den heer Kikkert aanbevolen wijze nog voor dit seizoen tot verbetering zal kunnen worden overgegaan.. De heer DeGraaf is het in het alge meen eens met den heer Kikkert; spreker verwacht wel resultaten met de 30 pol ders; als de wielrijder niet passeeren kan zal hij wel afstappen. De heer P i s a r t juicht het plan voor het maken van een rijwielpad ten zeerste toe. De weg is voor een wielrijder hoogst- gevaarlijk. Ieder oogenblik te moeten af stappen is verre van pleizierïg, spreker adviseert daarom het pad zoo spoedig mo gelijk te maken. De heer Lap verklaart dat de toestand niet deugt en het pad een groote verbete ring beteekent, maar de weg behoort in onderhoud te komen bij de gemeente. Spreker kent het standpunt van B. en W. en noemt dat wat krenterig, laat men rui len met het oqderhoud van den Hoornder weg, zoo'n cadeautje zij den boeren, die 200 K.M. weg mede in het belang der ge meente onderhouden, gegund. Om iets te bereiken moet men wel eens wat extra bieden. De heer Keijser (wethouder) zegt, dat het steeds de hartewensoh van B. en W. geweest is te komen tot een beteren weg. B. en W. kunnen echter niet inzien waarom daarvoor concessiën zouden moe ten worden gedaan aan de 30 polders. Niet de boeren, doch de landbezitters, voor een belangrijk gedeelte buiten Texel woonachtig zouden worden ontlast, terwijl de pachter meer belasting zou moeten op brengen. Men denke aan de consequentie met betrekking tot de wegen naar de andere dorpen. Een belangrijke belastingverhoo- ging zou daaruit voortspruiten en waar door de nieuwe financieele verhoudings wet de gemeentebelasting aan grenzen gebonden is, zou heffing van een gemeen telijke wegbelasting niet kunnen uitblij ven, een belasting die geheven word' van de gronden, die op de gemeentewegen uitweg hebben; deze gronden zouden daardoor zwaarder belast worden dan de andere. B. en W. willen den Koogerweg daarom overnemen tegen vergoeding van de tegen woordige onderhoudskosten. De verbete ring voor de wielrijders, die jaarlijks 2.50 betalen voor het wegenfonds, mag daarop echter niet wachten. Met Pinkste ren heeft T.E.S.O. 750 rijwielen vervoerd; mag men verwachten dat deze wielrijders reclame zullen maken voor Texel, als ze langs een derg. gevaarlijken weg komen gereden? B. en W. wachten nog steeds op de proeven met Goudalite, waarmede de dijkgraaf zich indertijd voorstelde den weg voor 0.50 per strekkenden meter behoorlijk te kunnen onderhouden. De heer Kikkert verklaart de over name te hebben opgeworpen, in de ver onderstelling, dat het waterschap tegen betaling van de tegenwoordige onder houdskosten, den weg graag zou over dragen. Naar aanleiding van een vraag van den heer Kikkert of het pad geen beletsel zal zyn den weg naderhand zoo te ver- breedten, dat op uitkeering uit het wegen fonds gerekend kan worden, antwoordt de heer Keijser (wethouder) dat B. en W. hiervan nog niet zeker zijn. De heer L a p verklaart slechts bedoeld te hebben te komen tot een nog betere op lossing dan voorgesteld is. De heer V1 a m i n g (wethouder) her innert er den heer Kikkert aan, dat deze reeds eerder aangedrongen heeft op uit voering van een voor eenige jaren geno men besluit langs den weg een rijwielpad aan te leggen. Na eenige verdere, soms heftige, bespre king, stelt de heer Vlaming voor tot stemming over te gaan, waarbij de heer Lap verklaart zijn stem aan de voordracht te zullen geven „wegens gebrek aan beter". Het voorstel wordt hierop aangenomen mot 11 stemmen. Tegen de heeren Dros en De Graaf. De Voorzitter zegt bereid te zijn het besluit niet uit te weren wanneer op zeer korten termijn met de 30 polders een regeling mocht kunnen worden getroffen. „In den geest door B. en W. bedoeld", vult de heer Keijser (wethouder) aan. Aanvrage om vergunning tot wegenaanleg. Door de heeren D. W. Keyser en S. Key- ser S.Rz.-stichting en C. Boon Pz. is ver gunning aangevraagd voor het aanleggen van wegen, op terreinen oostwaarts van de Molenstraat en noordwestwaarts van het Witte Kruis gebouw. Onder opsomming van de opmerkingen, waartoe de aanvrage B. en W. aanleiding heeft gegeven, als het niet passen in het wegenplan achter de Molenstraat, zooals den Raad is voorgelegd, het niet in eigen dom overdragen der wegen, onvolledige verharding, het ontbreken van rioleering, de gevolgen met betrekking tot verlichting en onderhoud en de onmogelijkheid toe zeggingen te doen omtrent een door de aanvragers wenschelijk geachte verkeers regeling, deelen B. en W. mede, dat zij met den vertegenwoordiger Boon niet in mondeling overleg zijn getreden als gevolg van zijn optreden, in de stukken broeder medegedeeld. B en W. stellen daarom voor: le. aan adressanten mede te deelen: a. dat het ingediende plan niet past in een door den Raad wenschelijk geacht plan voor wegenaanleg achter de Molen straat en hun in overweging wordt gege ven een aanvrage in te dienen, welke zich althans in grove trekken daarbij aansluit. b. met betrekking tot wegenaanleg ach ter het Witte Kruis gebouw, dat de Raad zijn medewerking niet kan verleenen voor den aanleg van wegen, die niet anders be reikt kunnen worden dan over wogen die niet voor het openbaar verkeer zijn open gesteld, of waarvan de openstelling voor het openbaar verkeer een der adressanten meent niet te kunnen toelaten. 2e. goed te keuren, dat B. en W. niet ingaan op de door den heer C. Boon inge diende voorstellen of aanbiedingen tot grondverkoop aan de Gemeente en betref fende den aanleg van een weg van den Westerweg door de Boogaard naar den Koogerweg. De heer P i s a r t kan met de voordracht volkomen medegaan. De heer De Graaf beveelt B. en W. aan hun handen niet té steken in een wespennest. Zonder hoofdelijke stemming wordt de voordracht aangenomen. Financieele regeling dienst 1929. Een door B. en W. aangeboden ontwerp besluit tot wijziging der gemeentebegroo- ting voor 1929, een inkomsten- en uit gaven-vermeerdering aanwijzende van 567.37, wordt ongewijzigd vastgesteld. Rondvraag. Op verzoek van den heer K i k k e r t zal de Voorzitter de aandacht vestigen van den Directeur der gemeente-werken op eenige gewenschte voorziening bij het Postkantoor. De heer Henkes beveelt aan, ter voorkoming van verontreiniging in de waterkolk in den Ruigendijk een afgeslo ten put te maken. De V o o r z i 11 e r noemt dit lapmidde len. We zullen moeten komen tot een drinkwaterleiding. De heer DeGraaf acht het noodzake lijk in de omgeving van het marktterrein nog een urinoir te maken. Voorts had spreker verwacht, dat in deze vergadering de regeling van de auto- busdiensten, in verband met het schoolbe zoek, aan de orde zou worden gesteld. De Voorzitter zegt, dat de onder handelingen in een vergevorderd stadium verkeeren, en het daarom niet gewenscht is thans in een openbare bespreking te treden. De heer De Graaf informeert in ver hand met de kwestie inzake de sollicitatie van mej. Witte, naar de benoeming van een onderwijzeres aan de school te Eier- land, waarop de Voorzitter antwoordt dat B. en W. met hun voordracht voor deze vergadering niet gereed konden zijn. De heer Leber verwacht zout water, als voor het maken van een put in den Ruigendijk dieper gegraven zou worden, waaraan de heer E p e toevoegt bezwaren te hebben, dat op dergelijke plaatsen het water door het opreden van gassen bij af sluiting onbruikbaar wordt. De heer Leber beveelt aan zorg te dragen, dat Meierblitsen niet zoo dicht worden gehouden bij de genoemde water kolk. De heer Lap zou de betrokken autori teiten willen verzoeken de schilderachtige toren te Den Hoorn niet te ontsieren door bekleeding op de wijze als onlangs heeft plaatsgevonden, waarop de Voorzit ter antwoordt, dat door de zorg van het Loodswezen de ruberoid-bekleeding is aangebracht op verzoek van de Rijkscom missie voor Monumentenzorg. Den heer L a p is het opgevallen, dat in dertijd besloten is eerst een pad of weg aan te leggen van de Koog naar den hoek van Waalenburg en daarna onder de dui nen naar Den Hoorn. Z.i. is het logisch eerst de dorpen betere verbinding te be zorgen. Bovendien zullen van laatstge noemd pad voor bezoek aan den Loods mansnol meer vreemdelingen gebruik maken dan van het andere pad. Sluiting.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 9