lkhhxd£è fïlujjfeh Spec4lii!aa&,3.5 ct pek, Aal^pond en op straat gestaard, na eerst de soodaee afstraffing te hebben ondergaan. De spelers kregen een welverdiend applaus. De prettige stemming, die van den aanvang af geheerscht had, bleef ook tijdiens het ba1, waarvan druk gebruik werd gemaakt. De firma Borveman, radiohandel, aJhJei zorgde met baar 'grammofoon-installatie voor afwisseling van muziek, wat door de danslusti- gen op prijs werd gesteld. Het klokje van gehoorzaamheid sloeg voor velen te vroeg. Het was een geslaagde ■uitvoe ring. Onze etadgenooten, de heeren A. C. J. Reus en D. Snip, oud-leerlingen van do Ambachtsschool alhier, zijn te 's Graven- hage geslaagd voor het examen van voor- loopig diploma machinist. CHR. BESTURENBOND. Propaganda-vergadering. Sinds eenigen tijd is hier weer opge richt een Christelijke Besturenbond, dis Dinsdagavond in het Militair Tehuis aan den Kanaalweg een groote propaganda- avond hield. De avond maakte deel uit van een groote nationale campagne door het Ned. Chr. Vakverbond georganiseerd ter pro pageering van de christelijke idee in den socialen strijd. De voorzitter van den Helderschen Chr. Besturenbond, de heer E. H. Bos, opende, nadat hij in gebed was voorge gaan en na Bijbellezing, de vergadering. Het is de gewoonte, zoo zette spr. uit een, om in de eerste week van November in verschillende plaatsen van ons land propaganda-avonden te orgai^seeren en te beginnen met een christelijke sociale actie op ons eigen erf. Het verheugt spr. buitengewoon dat de verschillende christelijke vereenigingen hier ter plaatse elkaar weer hebben ge vonden en weer onder één bestuur ver- eenigd zijn. Het is verblijdend dat hier een vrij goede opkomst is, in tegenstel ling met andere plaatsen vanwaar men andere berichten heeft gehoord. Hoe meer menschen wij voor ons idee wakker kunnen schudden, hoe beter. Een vergadering als deze wordt belegd met het doel de aandacht te vestigen op het feit, dat we ons moeten bezinnen over de redenen van ons doen, waarom we het doen, wat de oorzaak is en wat de gevol gen zijn. Waarom hebben wij ons te organiseerejj en met welk doel? Spr. gelooft dat het niet voor tegen spraak vatbaar is, als we ons rekenschap geven van deze vraag: „Is het wel in over eenstemming met de waardigheid van ons menschen, wanneer we ons los weten van onze medemensohen?" Het is nu eenmaal niet zoo dat de mensch een individu zonder meer is. Dat is niet de hoogste wijdheid, niet de les dien we uit den Bijbel trekken, dat is de les van het egoïstische menschenhart. Wij zien echter ook dat het individu op gaat in de gemeenschap hetwelk bij som mige politieke partijen tot uiting komt. Dat zijn de twee uitersten waartusschen de chr. sociale beweging haar weg zal weten te vinden. Niet in de eerste plaats een materieel doel najagen, daarboven staat een idieel doeL Het doel waarvoor het werk moet worden aangevangen is niet van deze aarde, dat alleen begrensd is door den horizon van ons eigen denken, maar dat van de gerechtigheid, dat ge dragen wordt, niet door het afwegen van belangen, maar door het recht Gods, dat onverwoestbaar is en vast als de bergen om het oude Jeruzalem. Rede van den heer J. HerwetJer. De heer J. Herweijer, hoofdbestuurder van den Bond van chr. Marine-Personeel sprak over de „Prioriteit van het Begin sel". Vele menschen maken, volgens spr., heden van een gewoonte een beginsel. Een beginsel is echter de draagkracht van al ons doen en laten. Een communist enz. spreekt ook van zijn beginsel. Dat erkennen wij echter niet als zoodanig. Immers zoodra een beginsel sommige groepen menschen uitsluit, houdt het op beginsel te zijn. Spr. wil het nu alleen hebben over het christelijk levensbeginsel en verdeelt zijn onderwerp in: Wat is een beginsel? Wat is ons beginsel? Welke zijn de zegeningen van naleving van ons beginsel? Wat is daarom onze roeping? Spr. haalt verschillende voorbeelden aan die z.i. geen beginsel hebben en levert daar commentaar op: De communistische en s.d. staatsdiena ren zijn op een zeer bedenkelijk pad en worden hun handelingen op het kantje af verachtelijk. Hun salaris gaat immers toch door. Zij kunnen in hun positie ongestraft doen wat de in het vrije bedrijf arbeidende menschen duur komt te staan. Zoo heeft een christen ook geen begin sel, die lid is van de A.V.R.O., iemand die de neutrale pers steunt en eigen courant negeert, enz. Als het beginsel den voorrang heeft, dan lezen we een christelijk blad, dan zijn we lid van de N.C.R.V., dan zitten we niet alleen in de kerk, dan doen we ook. Het chr. levensbeginsel geeft levensblijhe.d en vrijheid in Christus. Alle vraagstuk ken zijn in Hem opgelost. Met ons beginsel kunnen we zelfs in armoede gelukkig zijn. Wanneer we ern stig streven om Gods wil te doen, en dat doet de voorrang van het beginsel altijd, dan komt Hij ons te hulp. Ons beginsel brengt volle zegen bij vol komen voorrang. Het is niet erg dat_ een christen last van zijn beginsel ondervindt, dat hij daardoor met den nek wordt aan gezien. De zegeningen wegen er ruim schoots tegen op. Onze roeping is ook om den strijd voor stoffelijke welvaart te voeren. De organi satie is echter steeds een middel en mag nooit een doel worden. We moeten echter 'laten zien uit welk hout we zijn gesneden, laten zien dat we christenen zijn. Vroeger waren de arbeidstoestanden slecht en ge lukkig is daar veel in verbeterd. Jammer evenwel is, dat al die vooruitgang geleid heeft op een blind staren op de loonen. De verhouding tot God en daarmede tegenover het beginsel is op den achter grond geraakt. Meer geld en meer brood maken alléén nog niet gelukkig, daar boort nog wat bij en dat is de zegen van God. Daarom is het noodig dat we ons christelijk organi- seeren. Rede van den heer Kruithof. De heer Kruithof, de voorzitter van het C.N.V., sprak over „Onze taak in dezen tijd". Spr. wijst terloops op de algemeene eco nomische depressie die op het oogenblik in de wereld heerscht, doch zegt dat onze taak daarom niet mag veranderen. Uitvoerig bespreekt de heer Kruithof het vakverenigingsleven in ons land. De drie grootste bonden zijn het N.V.V., de R.K.W. en de Prot.-Christel. Bond, plus nog enkele kleinere. Het N.V.V. telde op 1 Juni 1930 266.584 en de Prot.-Christel. vereeniging 78.142 leden. Wanneer men nu ziet hoevele menschen des Zondags naar de kerk gaan, wekt dit lage cijfer bevreemding. Onze taak is te zorgen dat er verandering in de cijfers komt, zoodat de christelijke vereeniging de sterkste vakcentrale is, die het nu bij lange na niet is. Verder beschouwt spr. nog de verschil lende kleinere groepen en zegt dat er ge vaar in schuilt verkeerd georganiseerd te zijn. Van de chr. organisatie gaat een be langrijke opvoedende kracht uit. Het is onze taak deze te steunen. Spr. geeft een uiteenzetting van de verschillende vakbonden tegenover elkaar en beschouwt ze in verband met de poli tiek die vooral bet N.V.V. er in gebaald heeft. Het gescheiden houden van de politie ke en sociale partij spreekt bij het C.N.V. sterk. Op politiek terrein heerscht ver deeldheid, op het sociale terrein is men één. Den kant van verdeeldheid moet het niet op, en we kunüen met genoegen con- stateeren dat de beginselen van de cbr. Vakvereeniging meer en meer doorgang beginnen te vinden. De moderne bonden komen langzamerhand op het terrein van de C.N.V. Het stemt verheugend dat er circa 80.000 menschen waren die blijk hebben gegeven hun standpunt te kennen, hoe wel er nog velen zijn die zich in het ver keerde kamp lieten indeelen. De C.N.V. is de eenigste vakcentrale, die niet alleen het ledencjjfer van 1920 heeft bereikt, maar beduidend heeft overschreden. De 80.000 zullen spoedig bereikt zijn en de propaganda mag niet verflauwen voor al in dezen tijd niet nu de crisis zich ook in ons land doet gevoelen. Het gevaar voor achteruitgang is dan groot. Als we zoo de taak van onze beweging zien, dan zal het ons duidelijk zijn, dat we in dezen tijd tot taak hebben God lief te hebben boven alles en den naasten als onszelven en dat we toe moeten treden tot de christelijke vakbeweging. Slotwoord door De. F. Tollenaar. Deze vindt het als dominee niet zoo ge makkelijk te spreken op een vergadering waar sociale kwesties worden aangeroerd. De vakbeweging ziet tot de kerk om hulp op en misschien zult ge zeggen dat zij haar plicht niet heeft gedaan. De kerk heeft zich in het algemeen gesproken veel te weinig met deze kwesties bemoeid. In de vorige eeuw heeft men dat kunnen zien en het gevolg daarvan is geweest dat de groote massa zich van de kerk afwend de en de deur voorby loopt. In die klacht schuilt veel waarheid. Spr. gelooft niet dat de kerk de plicht doet die zij doen moest; gelooft zelfs dat ze niet kan doen wat men van haar eischt. De roeping van de kerk bestaat niet daarin dat ze moet helpen zorgen dat de arbeider een zoo hoog mogelijk loon verkrijgt en zoo wei nig mogelijk uren moet arbeiden. Spr. be hoort tot de menschen die veel arbeid verrichten en vindt het dus niet erg dat een ander dat ook doet. De vraagstukken grijpen echter dieper in. Naar wat hij er van gelezenheef t, meent spr., dat ze tot een ding zijn terug te brengen, het kapi talisme met al de problemen die daar mede samenhangen. De groote heeren zien de groote moeilijkheid ook en men roept hen toe: „los ze op", en ze kunnen het niet. Ze zijn doktoren die de kwaal aanwijzen maar die niet kunnen genezen. De kerk kan dat ook niet. Ze bestrijkt maar een klein gedeelte van het mensch- dom. In het algemeen houden de groote menschen van de wereld zich buiten de kerk en die zouden wy er juist graag zien. De kerk heeft de roeping te getuigen tegen het onrecht van de wereld, maar het is twijfelachtig, of zij ooit directe in vloed zal kunnen uitoefenen. Christus heeft men ook voor het feit gesteld direc te invloed op wereldsche zaken uit te oefenen, dat heeft hij niet gedaan. Hij had een hoogere boodschap. Aan de christe nen zelf valt ook nog heel wat te verbete ren. Er zijn er velen die over den Bijbel lezen en niet erin. Het meest primaire ge bod van God lief te hebben, wordt door hen niet nageleefd. Tot slot beschouwde spr. de verhouding van de chr. organisatie tegenover den godsdienst. Na het zingen van een psalm en een dankgebed waarin ds. Tollenaar voor ging, werd de vergadering gesloten. Na elke rede bedankte de heer Bos den spreker voor zijn woorden met eenige wel gekozen woorden. De heer Bos dankte alle aanwezigen voor hun tegenwoordigheid en betuigde zijn dank aan de medewerkenden van dezen avond. Hij wekte de toehoorders op in hun werk propaganda te maken voor de beginselen der chr. vakvereeni ging. Mevr. GtlnthertBreet en de heer Joh. Bakker zorgden voor eenige zangnum mers op orgel en piano door den heer Feike Asina begeleid. Dit vormde een goede onderbreking van den avond en viel zeer in den smaak. EEN „MUSIS SACRUM-REBUS". Als u het bekende feest-gebouw Musis Sacruim, in de Koningstraat passeert, wordt uw oog dezer dagen getroffen door een groot publicatiebard, waarop een rebus staat geschilderd. U weet wel, zoo'n figurenraadsel, welke tegenwoordig voor komen in tijdschriften e.d. Deze rebus dient als attractie voor de bezoekers der dans-avonden, welke de Directie van Musis Sacrum wekelijks or ganiseert. De goede oploss(t)ers wacht een prijs. Deze aardige attractie zal gewis op prijs worden gestold en wij gelooven zelfs, dat er wed buitenstaanders zullen zijn, welke hun krachten aan deze hersen-gym- nastiek zullen wagen, z^j het dan zonder mededinging. NOVEMBER. Er was den geheelen Zondag de drei ging van een aanzwiependen storm, want dé barometer kelderde streep voor streep. De regen stroomde, maar ondanks al die onheilspellende teekenen bleef het betrekkelijk kalm en de verwachte storm bleef uit, zelfs toen 's avonds het felle lichten niet van de lucht was en de don der ratelde. Aller gedachten waren, dat toen de storm zou losbreken; dat toen, zooals men zegt, de zak zou worden leeggeschud. Maar ondanks ook deze dreiging bleef het onheilspellend rustig, hoewel de ba rometer al meer daalde en voor hier een haast ongekende lage stand had. We zaten dus schijnbaar in het cen trum van het depressie-geibied en het meeste woei ons voorbij". In een groote boog rondom ons zal het echter wel ge spookt hebben en misschien, dat we zelf ook nog wel een veèg er van krijgen. Zoo heeft November dus alweer, aan zijn traditie getrouwr, op zijn eigen onge likte manier zijn entrèe gemaakt en als je den afdruk van zijn voetstappen ziet, dan hoef je heusch niet naar zijn visitekaartje te vragen, wrant je weet dat het sinjeur November is geweest, die de woeste spo ren heeft achter gelaten. Maar dat ruwe en gure, dat onge borstelde, dat zoo plotseling overal zijn stempel heeft gedrukt, doet toch tevens weer het intiemere ontstaan, want je schuift wat dichter bij de kachel, je sluit watzorgvuldiger je gordijnen en dan komt daar de steemmingsfeer van de spin nende poes achter de kachel; van het gon zende water op het kacheldeksel, van de omsluiting der warmte en dan voel je je toch erg „senang" als je buiten de ruiten hoort beuken» door den hagelslag en je kunt beluisteren het klappen der luiken door den wind en het gerommelebommel in den schoorsteen. En zelfs buiten ontstaat de sfeer van poëzie, die nog wel een uitlooper is van het vroeger romantische van den Novem- bertijd, maar die toch nu ook nog e°n wel dadige stemming schept. Misschien om dat jezelf daaraan vroeger druk hebt mee gedaan en dsat je daardoor weer verwijlt in je jeugdjaren, die je dan cradelijk voor oogen tooveren de onbezorgdheid 5n je leven, dat zonnig was van den vroegen morgen tot bedtijd toe. Die poëzie in het leven langs de straat in November uit zich in het gaan der jeugd met hun Sintemaartenvuurtjes, vei lig geborgen in een sigarenkistje, dat ge opend wordt- aan de opengeworpen deur, waarblij dan het dreuntje wordt afge draaid. Vroeger was het wel iets anders, dat valt niet te ontkennen, toen een koolraap wenl uitgehold -en door de gesneden gaten het lichtje een grijnzend gezicht te zien gaf of een lampioen aan een stokje werd meegedragen en we zij aan "zij langs de straat trokken. Edoch, daarin is wel wat verandering gekomen en hoewel ik nu niet zoo groot voorstander er van ben, alles wat des konds moest zijn, te reglementeeren en langs vaste lijntjes te laten'gaan, waar door de regelaars de boventoon krijgen, zou bet toch wel aardig zijn, zoo het mo gelijk was een lichtstoeb van Sintemaar tenvuurtjes te formeeren. Ik.stel me voor, dat er fantastische beelden zouden te be wonderen vallen. Zoo schept ook de Novembermaand weer haar poëzie, want langzamerhand1 is er ook de voorbereiding van de Sinter klaas. Ook dat feest heeft van zijn naïeve be koring iets verloren, maar toch blijft het veler harten vol verwachting vervullen' en het is weer een stap verder in de som berte van den langen herfst en wintertijd. En bdj ieder mijlpaaltje, dat bereikt wondt, merk je dat het toch opschiet, al lijkt de weg soims wat lang. Van mijlpaaltje tot mijlpaaltje kun je dan toch overzien en zoo is de gang door den langen wintertijd iets ais een estafette loop. Want vele zijn de feestdagen, die er in vallen en die zullen wel niet als bij toe val zijn vastgesteld, maar er zal oorspron kelijk verband gezocht zijn tusschen het sombere daarbuiten, dat gecompenseerd wordt door die vriendelijkheid daarbinnen. Rbblnson. VERGADERINGEN, VERMAKELIJKHEDEN, ENZ. Dinsdag 4 November. Zanguitvoering „Helder's Mannenkoor". Casino, 8 uur. Donderdag 6 November. Gymnastiekuitvoering „Turnlust", Casino 8 uur. Bazar Doopsgez. Gem., Gebouw U.S.O., 3 uur. Vrijdag 7 November. Gymnastiekuitvoering „Turnlust", Casino 8 uur. Bazar Doopsgez. Gem., Gebouw UB.O., 2 uur. Zaterdag 8 November. Zanguitvoering „Morgenrood", Casino. Zondag 9 November. Tooneelvoorstelling. „Vier dagen uit het leven van een onfatsoenlijk meisje", Casino, 8 uur. Balavond Café Prins Hendrik/ Juliana^- dorp. Woensdag 12 November. Jaarfeest Bond van Politiepersoneel Musis, 8 uur. Marineconcert, Casino, 8.15 uur. Donderdag 13 November. Uitvoering muziekver. „Winnubst", Ca sino, 8 uur. Vrijdag 14 November. Tooneelvoorstelling „Nathan heeft Maz zel", Instituut Arb. Ont. Casino, 8 uur. Zaterdag 15 November. Bal masqué Helder's Mannenkoor, Casino, 8 uur. ARRONDISSEMENTSRECHTBANK. TE ALKMAAR. Meervoudige Strafkamer. Zitting van Dinsdag 4 Nov. Verduistering van verschillende geldsommen. De 33-jarige heer F. L. H., van h-roep schoenmaker te Den Helder, opende de r]j der op deze zittingsrol voorkomende verdachten, om zich te verantwoorden wegens verduistering vön versoniilendie geldsommen, hem in 1927 toevertrouwd door onderscheidene personen voor wie hij op zich had genomen met het hem ter hand gestolde geld, belasting te voldoen. In de eerste plaats een bedrag van 200 van dien heer H. Schreurs, voormalig caféhouder te Den Helder, hem toever trouwd ter afschrijving der personeele be lasting. De heer H. voldeed echter niet aan deze opdracht, doch eigende zich het geld toe, zooals de heer S., toen een deur waarder verscheen om zijn eigendommen op te schrijven, tot zijn ontsteltenis ver nam. De verdachte, die aanvankelijk bij den rech ter-commissaris de feiten had er kend, poogde thans op deze erkentenis terug te komen, doch zonder succes. Voorts had de -heer A. T. in verband met een navordering der gemeente be lastingadministratie in verschillende ter mijnen aan verdachte een bedrag van 293 ter hand gestold, ook dit geld had verdachte zich wederrechtelijk toege- eigend. Verdachte gaf schoorvoetend1 toe, dat als de heeren het zeiden, het wel zoo zou zijn, wat de president een water en melk- verklaring noemde. Eindelijk behoorde tot degenen, die van de 'betaalmeesterscapaciteiten van verdachte onaangename ervaringen had opgedaan, ook de heer Th. M., timmer man, die 118, althans 60 schade leed omdat verdachte in gebreke was gebleven met bet ontvangen geld de belasting te betalen. De niet verwachte verschijning van den deurwaarder bracht ook de heer M. tot de wetenschap, dat hij een onwaar dige met zijn vertrouwen had vereerd. De heer M. moest notabene ook nog 42 aan vervolgingskosten betalen. De heer H. is reeds verschillende ma len ter zake vermogensdelicten veroor deeld. Hij werkt thans te Schagen, doch is te Den Helder gedomicileerd. De officier releveerde met een enkel woord de te laste gelegde feiten, die naar zijn meening wettig en overtuigend waren bewezen, ondanks het terugkrabbelen van verdachte, die evenals zijn persoon in 't algemeen op den- officier geen pretti- gen indruk maakte. De officier noemde het een perfide manier van handelen, die echter geheel overeenkwam met den aan leg en het karakter van verdachte. Hij is onbetrouwbaar, slordig, wispelturig en nog veel meer. Een ernstige straf was dus niet misplaatst en de officier vorderde 8 maanden gevangenisstraf met last tot onmiddellijke gevangenneming. Ver dachte protesteerde daartegen. Hij zou nimmer meer trachten de vlucht te ne men om zich aan zijn straf te onttrekken. Voorts meende hij niet zoo orvb^rouw- baar to zijn als de officier hem had afge schilderd. Mr. Josepihus Jitta, verdediger, was van meening, dat de getuigen wel wat lichtvaardig hadden gehandeld en ver dediger kon voorts niet medegaan met den eisch tot onmiddellijke arrestatie. Pleiter verzocht ten slotte een voorwaar delijke straf. Verdachte beloofde zijn best to doen, de benadeelden schadeloos te stellen, in dien hjj voorwaardelijk wordt veroor deeld. De rechtbank begaf zich hierop in raadkamer ter beraadslaging betreffende die onmiddellijke gevangenneming. Na weder verschijning deelde de president mede, dat de rechtbank geen termen vond op den eisoh van den officier betreffende de arrestatie van verdachte in te gaan en bepaalde de uitspraak op a.s. Dinsdag. VOOR DEN POLITIERECHTER Voorwaardelijk veroordeeld. De zaak tegen Albert de R, wiens be langen waren in handen gesteld van den heer Wiggers, was aangehouden cn werd bij deze aangelegenheid den reclassee- ringsambtenaar gehoord. Het betrof hier wederspannigheid en dronkenschap, ge pleegd te Den Helder tegen den agent Nijhoff. De officier requireerde 2 maan den gev. voorw. inet 2 proefjaren. Vonnis conform. Geheel-onthouding is den reolas- sant als bijz. voorwaarde voorgeschreven. Het Leger der Heils zal voorts op hem toezien. De geachte candidaat-reclassant nam met dit vonnis genoegen. Het misdrijf van schnldhellng. De 30-jarige Jan B., koopman te Hat- tum, had einde April een Splendid rijwiel met lamp gekocht van een persoon met name Mooij, welk rijwiel bedoelde Mooü had gekocht van den rijwielhandelaar Prins te Schagen op afbetaling en welke afbetaling nog niet geheel haa piants ge had. Er was slechts 6 op betaald en Moojj werd deswege veroordeeld tot 30 boete of 30 dagen. De kooper échter, die zoo lichtvaardig een door misdrijf ver kregen rijwiel h>ad gekocht, liep er ook leelijk in en stond nu terecht. De officier requireerde 20 boete of 20 dagen. Von nis/15 boete of 16 dagen met teruggave van het rijwiel aan den heer Prins. De eiectrische lantaarn was weer aan een anderen liefhebber in eigendom overge gaan. Mishandeling van een kind. Ie bedrijf. De gehuwde Helderscbe dame Maartje de R., huisvrouw van den heer Steph. v. A., stond terecht omdat zij op 2 Septem- ber het zoontje van haar buurvrouw, mej. Brouwer, op zoodanige wijze anet een vlaggestokje op het hoofd had geslagen, dat het kind daarvan de sporen op dit hoofd droeg. De verdachte dame beweer de veel last te hebben van de kleine, die haar dikwerf beleedigde. Zij was erg zenuwachtig geweest, wat echter geen straffeloosheid kon garandeeren. Eisch 25 boete of 25 dagen. Mej. v. A. rele veerde nog eens kortelijk haar bezwaren tegen het haar steeds onaangename jon getje, wat den politierechter motief gaf de aanwezige moeder daarover te onder houden en werd verdachte ten slotte veroordeeld tot 15 boete of 15 dagen», waarmede de dame genoegen nam. Vernieling van een glasruit 2e bedrijf. Hierop nam mej. Anne D. K., huis vrouw B. te Den Helder, de moeder van het mishandelde jongetje uit de vorige zaak, plaats op de verdachtenbank en verhuisde ht«: van Amersfoort naar de bank der getuigen. Mej. B. stond alsnu terecht naar aanleiding van het haar ten laste gelegde feit, dat zij een ruit had vernield to het perceel door den heer van Amersfoort bewoont. Deze zaak was een gevolg van de vorige scène. Mej. B. had om de vernieling met succes te plegen, een bezemsteel gebezigd. Ze beweerde op gewonden te zijn, omdat haar buurvrouw haar als „schorum" had1 betiteld. De heer B. werd nog als getuige ghoord op ver zoek van zijn echtgenoote, wat op een fiasco uitliep. Hierop vorderde de officier consequent 25 boete of 25 dagen. Von nis niet minder consequent 15 boete of 15 dagen.De politierechter wees ten statte, denkelijk wel tevergeefs, op de voordeel eni van een verzoening tusschen do partijen. rDRA15MA-vANVALKEttBURG'S-- le A LEVERTRAAN T~- LEEUWARDEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 8