lkhhxd£è fïlujjfeh Spec4lii!aa&,3.5 ct pek, Aal^pond
en op straat gestaard, na eerst de soodaee
afstraffing te hebben ondergaan.
De spelers kregen een welverdiend applaus.
De prettige stemming, die van den aanvang
af geheerscht had, bleef ook tijdiens het ba1,
waarvan druk gebruik werd gemaakt.
De firma Borveman, radiohandel, aJhJei
zorgde met baar 'grammofoon-installatie voor
afwisseling van muziek, wat door de danslusti-
gen op prijs werd gesteld.
Het klokje van gehoorzaamheid sloeg voor
velen te vroeg. Het was een geslaagde ■uitvoe
ring.
Onze etadgenooten, de heeren A. C.
J. Reus en D. Snip, oud-leerlingen van do
Ambachtsschool alhier, zijn te 's Graven-
hage geslaagd voor het examen van voor-
loopig diploma machinist.
CHR. BESTURENBOND.
Propaganda-vergadering.
Sinds eenigen tijd is hier weer opge
richt een Christelijke Besturenbond, dis
Dinsdagavond in het Militair Tehuis aan
den Kanaalweg een groote propaganda-
avond hield.
De avond maakte deel uit van een
groote nationale campagne door het Ned.
Chr. Vakverbond georganiseerd ter pro
pageering van de christelijke idee in den
socialen strijd.
De voorzitter van den Helderschen
Chr. Besturenbond, de heer E. H. Bos,
opende, nadat hij in gebed was voorge
gaan en na Bijbellezing, de vergadering.
Het is de gewoonte, zoo zette spr. uit
een, om in de eerste week van November
in verschillende plaatsen van ons land
propaganda-avonden te orgai^seeren en
te beginnen met een christelijke sociale
actie op ons eigen erf.
Het verheugt spr. buitengewoon dat de
verschillende christelijke vereenigingen
hier ter plaatse elkaar weer hebben ge
vonden en weer onder één bestuur ver-
eenigd zijn. Het is verblijdend dat hier
een vrij goede opkomst is, in tegenstel
ling met andere plaatsen vanwaar men
andere berichten heeft gehoord. Hoe
meer menschen wij voor ons idee wakker
kunnen schudden, hoe beter.
Een vergadering als deze wordt belegd
met het doel de aandacht te vestigen op
het feit, dat we ons moeten bezinnen over
de redenen van ons doen, waarom we het
doen, wat de oorzaak is en wat de gevol
gen zijn.
Waarom hebben wij ons te organiseerejj
en met welk doel?
Spr. gelooft dat het niet voor tegen
spraak vatbaar is, als we ons rekenschap
geven van deze vraag: „Is het wel in over
eenstemming met de waardigheid van ons
menschen, wanneer we ons los weten van
onze medemensohen?"
Het is nu eenmaal niet zoo dat de
mensch een individu zonder meer is. Dat
is niet de hoogste wijdheid, niet de les
dien we uit den Bijbel trekken, dat is de
les van het egoïstische menschenhart.
Wij zien echter ook dat het individu op
gaat in de gemeenschap hetwelk bij som
mige politieke partijen tot uiting komt.
Dat zijn de twee uitersten waartusschen
de chr. sociale beweging haar weg zal
weten te vinden. Niet in de eerste plaats
een materieel doel najagen, daarboven
staat een idieel doeL Het doel waarvoor
het werk moet worden aangevangen is
niet van deze aarde, dat alleen begrensd
is door den horizon van ons eigen denken,
maar dat van de gerechtigheid, dat ge
dragen wordt, niet door het afwegen van
belangen, maar door het recht Gods, dat
onverwoestbaar is en vast als de bergen
om het oude Jeruzalem.
Rede van den heer J. HerwetJer.
De heer J. Herweijer, hoofdbestuurder
van den Bond van chr. Marine-Personeel
sprak over de „Prioriteit van het Begin
sel".
Vele menschen maken, volgens spr.,
heden van een gewoonte een beginsel.
Een beginsel is echter de draagkracht
van al ons doen en laten.
Een communist enz. spreekt ook van
zijn beginsel. Dat erkennen wij echter niet
als zoodanig. Immers zoodra een beginsel
sommige groepen menschen uitsluit,
houdt het op beginsel te zijn.
Spr. wil het nu alleen hebben over het
christelijk levensbeginsel en verdeelt zijn
onderwerp in: Wat is een beginsel? Wat
is ons beginsel? Welke zijn de zegeningen
van naleving van ons beginsel? Wat is
daarom onze roeping?
Spr. haalt verschillende voorbeelden
aan die z.i. geen beginsel hebben en
levert daar commentaar op:
De communistische en s.d. staatsdiena
ren zijn op een zeer bedenkelijk pad en
worden hun handelingen op het kantje af
verachtelijk.
Hun salaris gaat immers toch door.
Zij kunnen in hun positie ongestraft doen
wat de in het vrije bedrijf arbeidende
menschen duur komt te staan.
Zoo heeft een christen ook geen begin
sel, die lid is van de A.V.R.O., iemand die
de neutrale pers steunt en eigen courant
negeert, enz.
Als het beginsel den voorrang heeft,
dan lezen we een christelijk blad, dan zijn
we lid van de N.C.R.V., dan zitten we niet
alleen in de kerk, dan doen we ook. Het
chr. levensbeginsel geeft levensblijhe.d
en vrijheid in Christus. Alle vraagstuk
ken zijn in Hem opgelost.
Met ons beginsel kunnen we zelfs in
armoede gelukkig zijn. Wanneer we ern
stig streven om Gods wil te doen, en dat
doet de voorrang van het beginsel altijd,
dan komt Hij ons te hulp.
Ons beginsel brengt volle zegen bij vol
komen voorrang. Het is niet erg dat_ een
christen last van zijn beginsel ondervindt,
dat hij daardoor met den nek wordt aan
gezien. De zegeningen wegen er ruim
schoots tegen op.
Onze roeping is ook om den strijd voor
stoffelijke welvaart te voeren. De organi
satie is echter steeds een middel en mag
nooit een doel worden. We moeten echter
'laten zien uit welk hout we zijn gesneden,
laten zien dat we christenen zijn. Vroeger
waren de arbeidstoestanden slecht en ge
lukkig is daar veel in verbeterd. Jammer
evenwel is, dat al die vooruitgang geleid
heeft op een blind staren op de loonen.
De verhouding tot God en daarmede
tegenover het beginsel is op den achter
grond geraakt.
Meer geld en meer brood maken alléén
nog niet gelukkig, daar boort nog wat bij
en dat is de zegen van God. Daarom is
het noodig dat we ons christelijk organi-
seeren.
Rede van den heer Kruithof.
De heer Kruithof, de voorzitter van het
C.N.V., sprak over „Onze taak in dezen
tijd".
Spr. wijst terloops op de algemeene eco
nomische depressie die op het oogenblik
in de wereld heerscht, doch zegt dat onze
taak daarom niet mag veranderen.
Uitvoerig bespreekt de heer Kruithof
het vakverenigingsleven in ons land. De
drie grootste bonden zijn het N.V.V., de
R.K.W. en de Prot.-Christel. Bond, plus
nog enkele kleinere. Het N.V.V. telde op
1 Juni 1930 266.584 en de Prot.-Christel.
vereeniging 78.142 leden. Wanneer men
nu ziet hoevele menschen des Zondags
naar de kerk gaan, wekt dit lage cijfer
bevreemding. Onze taak is te zorgen dat
er verandering in de cijfers komt, zoodat
de christelijke vereeniging de sterkste
vakcentrale is, die het nu bij lange na
niet is.
Verder beschouwt spr. nog de verschil
lende kleinere groepen en zegt dat er ge
vaar in schuilt verkeerd georganiseerd te
zijn.
Van de chr. organisatie gaat een be
langrijke opvoedende kracht uit. Het is
onze taak deze te steunen.
Spr. geeft een uiteenzetting van de
verschillende vakbonden tegenover elkaar
en beschouwt ze in verband met de poli
tiek die vooral bet N.V.V. er in gebaald
heeft.
Het gescheiden houden van de politie
ke en sociale partij spreekt bij het C.N.V.
sterk. Op politiek terrein heerscht ver
deeldheid, op het sociale terrein is men
één.
Den kant van verdeeldheid moet het
niet op, en we kunüen met genoegen con-
stateeren dat de beginselen van de cbr.
Vakvereeniging meer en meer doorgang
beginnen te vinden. De moderne bonden
komen langzamerhand op het terrein van
de C.N.V.
Het stemt verheugend dat er circa
80.000 menschen waren die blijk hebben
gegeven hun standpunt te kennen, hoe
wel er nog velen zijn die zich in het ver
keerde kamp lieten indeelen. De C.N.V.
is de eenigste vakcentrale, die niet alleen
het ledencjjfer van 1920 heeft bereikt,
maar beduidend heeft overschreden.
De 80.000 zullen spoedig bereikt zijn en
de propaganda mag niet verflauwen voor
al in dezen tijd niet nu de crisis zich ook
in ons land doet gevoelen. Het gevaar
voor achteruitgang is dan groot.
Als we zoo de taak van onze beweging
zien, dan zal het ons duidelijk zijn, dat
we in dezen tijd tot taak hebben God lief
te hebben boven alles en den naasten als
onszelven en dat we toe moeten treden
tot de christelijke vakbeweging.
Slotwoord door De. F. Tollenaar.
Deze vindt het als dominee niet zoo ge
makkelijk te spreken op een vergadering
waar sociale kwesties worden aangeroerd.
De vakbeweging ziet tot de kerk om
hulp op en misschien zult ge zeggen dat
zij haar plicht niet heeft gedaan. De kerk
heeft zich in het algemeen gesproken veel
te weinig met deze kwesties bemoeid. In
de vorige eeuw heeft men dat kunnen
zien en het gevolg daarvan is geweest dat
de groote massa zich van de kerk afwend
de en de deur voorby loopt. In die klacht
schuilt veel waarheid. Spr. gelooft niet
dat de kerk de plicht doet die zij doen
moest; gelooft zelfs dat ze niet kan doen
wat men van haar eischt. De roeping van
de kerk bestaat niet daarin dat ze moet
helpen zorgen dat de arbeider een zoo
hoog mogelijk loon verkrijgt en zoo wei
nig mogelijk uren moet arbeiden. Spr. be
hoort tot de menschen die veel arbeid
verrichten en vindt het dus niet erg dat
een ander dat ook doet. De vraagstukken
grijpen echter dieper in. Naar wat hij er
van gelezenheef t, meent spr., dat ze tot
een ding zijn terug te brengen, het kapi
talisme met al de problemen die daar
mede samenhangen. De groote heeren
zien de groote moeilijkheid ook en men
roept hen toe: „los ze op", en ze kunnen
het niet. Ze zijn doktoren die de kwaal
aanwijzen maar die niet kunnen genezen.
De kerk kan dat ook niet. Ze bestrijkt
maar een klein gedeelte van het mensch-
dom. In het algemeen houden de groote
menschen van de wereld zich buiten de
kerk en die zouden wy er juist graag zien.
De kerk heeft de roeping te getuigen
tegen het onrecht van de wereld, maar
het is twijfelachtig, of zij ooit directe in
vloed zal kunnen uitoefenen. Christus
heeft men ook voor het feit gesteld direc
te invloed op wereldsche zaken uit te
oefenen, dat heeft hij niet gedaan. Hij had
een hoogere boodschap. Aan de christe
nen zelf valt ook nog heel wat te verbete
ren. Er zijn er velen die over den Bijbel
lezen en niet erin. Het meest primaire ge
bod van God lief te hebben, wordt door
hen niet nageleefd.
Tot slot beschouwde spr. de verhouding
van de chr. organisatie tegenover den
godsdienst.
Na het zingen van een psalm en een
dankgebed waarin ds. Tollenaar voor
ging, werd de vergadering gesloten.
Na elke rede bedankte de heer Bos den
spreker voor zijn woorden met eenige wel
gekozen woorden.
De heer Bos dankte alle aanwezigen
voor hun tegenwoordigheid en betuigde
zijn dank aan de medewerkenden van
dezen avond. Hij wekte de toehoorders
op in hun werk propaganda te maken
voor de beginselen der chr. vakvereeni
ging.
Mevr. GtlnthertBreet en de heer Joh.
Bakker zorgden voor eenige zangnum
mers op orgel en piano door den heer
Feike Asina begeleid. Dit vormde een
goede onderbreking van den avond en
viel zeer in den smaak.
EEN „MUSIS SACRUM-REBUS".
Als u het bekende feest-gebouw Musis
Sacruim, in de Koningstraat passeert,
wordt uw oog dezer dagen getroffen door
een groot publicatiebard, waarop een
rebus staat geschilderd. U weet wel, zoo'n
figurenraadsel, welke tegenwoordig voor
komen in tijdschriften e.d.
Deze rebus dient als attractie voor de
bezoekers der dans-avonden, welke de
Directie van Musis Sacrum wekelijks or
ganiseert. De goede oploss(t)ers wacht
een prijs.
Deze aardige attractie zal gewis op
prijs worden gestold en wij gelooven zelfs,
dat er wed buitenstaanders zullen zijn,
welke hun krachten aan deze hersen-gym-
nastiek zullen wagen, z^j het dan zonder
mededinging.
NOVEMBER.
Er was den geheelen Zondag de drei
ging van een aanzwiependen storm,
want dé barometer kelderde streep voor
streep. De regen stroomde, maar ondanks
al die onheilspellende teekenen bleef het
betrekkelijk kalm en de verwachte storm
bleef uit, zelfs toen 's avonds het felle
lichten niet van de lucht was en de don
der ratelde.
Aller gedachten waren, dat toen de
storm zou losbreken; dat toen, zooals men
zegt, de zak zou worden leeggeschud.
Maar ondanks ook deze dreiging bleef
het onheilspellend rustig, hoewel de ba
rometer al meer daalde en voor hier een
haast ongekende lage stand had.
We zaten dus schijnbaar in het cen
trum van het depressie-geibied en het
meeste woei ons voorbij". In een groote
boog rondom ons zal het echter wel ge
spookt hebben en misschien, dat we zelf
ook nog wel een veèg er van krijgen.
Zoo heeft November dus alweer, aan
zijn traditie getrouwr, op zijn eigen onge
likte manier zijn entrèe gemaakt en als je
den afdruk van zijn voetstappen ziet, dan
hoef je heusch niet naar zijn visitekaartje
te vragen, wrant je weet dat het sinjeur
November is geweest, die de woeste spo
ren heeft achter gelaten.
Maar dat ruwe en gure, dat onge
borstelde, dat zoo plotseling overal zijn
stempel heeft gedrukt, doet toch tevens
weer het intiemere ontstaan, want je
schuift wat dichter bij de kachel, je sluit
watzorgvuldiger je gordijnen en dan
komt daar de steemmingsfeer van de spin
nende poes achter de kachel; van het gon
zende water op het kacheldeksel, van de
omsluiting der warmte en dan voel je je
toch erg „senang" als je buiten de ruiten
hoort beuken» door den hagelslag en je
kunt beluisteren het klappen der luiken
door den wind en het gerommelebommel
in den schoorsteen.
En zelfs buiten ontstaat de sfeer van
poëzie, die nog wel een uitlooper is van
het vroeger romantische van den Novem-
bertijd, maar die toch nu ook nog e°n wel
dadige stemming schept. Misschien om
dat jezelf daaraan vroeger druk hebt mee
gedaan en dsat je daardoor weer verwijlt
in je jeugdjaren, die je dan cradelijk voor
oogen tooveren de onbezorgdheid 5n je
leven, dat zonnig was van den vroegen
morgen tot bedtijd toe.
Die poëzie in het leven langs de straat
in November uit zich in het gaan der
jeugd met hun Sintemaartenvuurtjes, vei
lig geborgen in een sigarenkistje, dat ge
opend wordt- aan de opengeworpen deur,
waarblij dan het dreuntje wordt afge
draaid.
Vroeger was het wel iets anders, dat
valt niet te ontkennen, toen een koolraap
wenl uitgehold -en door de gesneden gaten
het lichtje een grijnzend gezicht te zien
gaf of een lampioen aan een stokje werd
meegedragen en we zij aan "zij langs de
straat trokken.
Edoch, daarin is wel wat verandering
gekomen en hoewel ik nu niet zoo groot
voorstander er van ben, alles wat des
konds moest zijn, te reglementeeren en
langs vaste lijntjes te laten'gaan, waar
door de regelaars de boventoon krijgen,
zou bet toch wel aardig zijn, zoo het mo
gelijk was een lichtstoeb van Sintemaar
tenvuurtjes te formeeren. Ik.stel me voor,
dat er fantastische beelden zouden te be
wonderen vallen.
Zoo schept ook de Novembermaand
weer haar poëzie, want langzamerhand1 is
er ook de voorbereiding van de Sinter
klaas.
Ook dat feest heeft van zijn naïeve be
koring iets verloren, maar toch blijft het
veler harten vol verwachting vervullen'
en het is weer een stap verder in de som
berte van den langen herfst en wintertijd.
En bdj ieder mijlpaaltje, dat bereikt wondt,
merk je dat het toch opschiet, al lijkt de
weg soims wat lang.
Van mijlpaaltje tot mijlpaaltje kun je
dan toch overzien en zoo is de gang door
den langen wintertijd iets ais een estafette
loop.
Want vele zijn de feestdagen, die er in
vallen en die zullen wel niet als bij toe
val zijn vastgesteld, maar er zal oorspron
kelijk verband gezocht zijn tusschen het
sombere daarbuiten, dat gecompenseerd
wordt door die vriendelijkheid daarbinnen.
Rbblnson.
VERGADERINGEN,
VERMAKELIJKHEDEN, ENZ.
Dinsdag 4 November.
Zanguitvoering „Helder's Mannenkoor".
Casino, 8 uur.
Donderdag 6 November.
Gymnastiekuitvoering „Turnlust", Casino
8 uur.
Bazar Doopsgez. Gem., Gebouw U.S.O.,
3 uur.
Vrijdag 7 November.
Gymnastiekuitvoering „Turnlust", Casino
8 uur.
Bazar Doopsgez. Gem., Gebouw UB.O.,
2 uur.
Zaterdag 8 November.
Zanguitvoering „Morgenrood", Casino.
Zondag 9 November.
Tooneelvoorstelling. „Vier dagen uit het
leven van een onfatsoenlijk meisje",
Casino, 8 uur.
Balavond Café Prins Hendrik/ Juliana^-
dorp.
Woensdag 12 November.
Jaarfeest Bond van Politiepersoneel
Musis, 8 uur.
Marineconcert, Casino, 8.15 uur.
Donderdag 13 November.
Uitvoering muziekver. „Winnubst", Ca
sino, 8 uur.
Vrijdag 14 November.
Tooneelvoorstelling „Nathan heeft Maz
zel", Instituut Arb. Ont. Casino, 8 uur.
Zaterdag 15 November.
Bal masqué Helder's Mannenkoor, Casino,
8 uur.
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK.
TE ALKMAAR.
Meervoudige Strafkamer.
Zitting van Dinsdag 4 Nov.
Verduistering van verschillende
geldsommen.
De 33-jarige heer F. L. H., van h-roep
schoenmaker te Den Helder, opende de
r]j der op deze zittingsrol voorkomende
verdachten, om zich te verantwoorden
wegens verduistering vön versoniilendie
geldsommen, hem in 1927 toevertrouwd
door onderscheidene personen voor wie
hij op zich had genomen met het hem ter
hand gestolde geld, belasting te voldoen.
In de eerste plaats een bedrag van 200
van dien heer H. Schreurs, voormalig
caféhouder te Den Helder, hem toever
trouwd ter afschrijving der personeele be
lasting. De heer H. voldeed echter niet
aan deze opdracht, doch eigende zich het
geld toe, zooals de heer S., toen een deur
waarder verscheen om zijn eigendommen
op te schrijven, tot zijn ontsteltenis ver
nam.
De verdachte, die aanvankelijk bij den
rech ter-commissaris de feiten had er
kend, poogde thans op deze erkentenis
terug te komen, doch zonder succes.
Voorts had de -heer A. T. in verband
met een navordering der gemeente be
lastingadministratie in verschillende ter
mijnen aan verdachte een bedrag van
293 ter hand gestold, ook dit geld had
verdachte zich wederrechtelijk toege-
eigend.
Verdachte gaf schoorvoetend1 toe, dat
als de heeren het zeiden, het wel zoo zou
zijn, wat de president een water en melk-
verklaring noemde.
Eindelijk behoorde tot degenen, die
van de 'betaalmeesterscapaciteiten van
verdachte onaangename ervaringen had
opgedaan, ook de heer Th. M., timmer
man, die 118, althans 60 schade leed
omdat verdachte in gebreke was gebleven
met bet ontvangen geld de belasting te
betalen. De niet verwachte verschijning
van den deurwaarder bracht ook de heer
M. tot de wetenschap, dat hij een onwaar
dige met zijn vertrouwen had vereerd.
De heer M. moest notabene ook nog 42
aan vervolgingskosten betalen.
De heer H. is reeds verschillende ma
len ter zake vermogensdelicten veroor
deeld. Hij werkt thans te Schagen, doch
is te Den Helder gedomicileerd.
De officier releveerde met een enkel
woord de te laste gelegde feiten, die naar
zijn meening wettig en overtuigend waren
bewezen, ondanks het terugkrabbelen van
verdachte, die evenals zijn persoon in
't algemeen op den- officier geen pretti-
gen indruk maakte. De officier noemde
het een perfide manier van handelen, die
echter geheel overeenkwam met den aan
leg en het karakter van verdachte. Hij is
onbetrouwbaar, slordig, wispelturig en
nog veel meer. Een ernstige straf was dus
niet misplaatst en de officier vorderde
8 maanden gevangenisstraf met last tot
onmiddellijke gevangenneming. Ver
dachte protesteerde daartegen. Hij zou
nimmer meer trachten de vlucht te ne
men om zich aan zijn straf te onttrekken.
Voorts meende hij niet zoo orvb^rouw-
baar to zijn als de officier hem had afge
schilderd.
Mr. Josepihus Jitta, verdediger, was
van meening, dat de getuigen wel wat
lichtvaardig hadden gehandeld en ver
dediger kon voorts niet medegaan met
den eisch tot onmiddellijke arrestatie.
Pleiter verzocht ten slotte een voorwaar
delijke straf.
Verdachte beloofde zijn best to doen,
de benadeelden schadeloos te stellen, in
dien hjj voorwaardelijk wordt veroor
deeld.
De rechtbank begaf zich hierop in
raadkamer ter beraadslaging betreffende
die onmiddellijke gevangenneming. Na
weder verschijning deelde de president
mede, dat de rechtbank geen termen vond
op den eisoh van den officier betreffende
de arrestatie van verdachte in te gaan
en bepaalde de uitspraak op a.s. Dinsdag.
VOOR DEN POLITIERECHTER
Voorwaardelijk veroordeeld.
De zaak tegen Albert de R, wiens be
langen waren in handen gesteld van den
heer Wiggers, was aangehouden cn werd
bij deze aangelegenheid den reclassee-
ringsambtenaar gehoord. Het betrof hier
wederspannigheid en dronkenschap, ge
pleegd te Den Helder tegen den agent
Nijhoff. De officier requireerde 2 maan
den gev. voorw. inet 2 proefjaren. Vonnis
conform. Geheel-onthouding is den reolas-
sant als bijz. voorwaarde voorgeschreven.
Het Leger der Heils zal voorts op hem
toezien. De geachte candidaat-reclassant
nam met dit vonnis genoegen.
Het misdrijf van schnldhellng.
De 30-jarige Jan B., koopman te Hat-
tum, had einde April een Splendid rijwiel
met lamp gekocht van een persoon met
name Mooij, welk rijwiel bedoelde Mooü
had gekocht van den rijwielhandelaar
Prins te Schagen op afbetaling en welke
afbetaling nog niet geheel haa piants ge
had. Er was slechts 6 op betaald en
Moojj werd deswege veroordeeld tot 30
boete of 30 dagen. De kooper échter, die
zoo lichtvaardig een door misdrijf ver
kregen rijwiel h>ad gekocht, liep er ook
leelijk in en stond nu terecht. De officier
requireerde 20 boete of 20 dagen. Von
nis/15 boete of 16 dagen met teruggave
van het rijwiel aan den heer Prins. De
eiectrische lantaarn was weer aan een
anderen liefhebber in eigendom overge
gaan.
Mishandeling van een kind. Ie bedrijf.
De gehuwde Helderscbe dame Maartje
de R., huisvrouw van den heer Steph. v.
A., stond terecht omdat zij op 2 Septem-
ber het zoontje van haar buurvrouw, mej.
Brouwer, op zoodanige wijze anet een
vlaggestokje op het hoofd had geslagen,
dat het kind daarvan de sporen op dit
hoofd droeg. De verdachte dame beweer
de veel last te hebben van de kleine, die
haar dikwerf beleedigde. Zij was erg
zenuwachtig geweest, wat echter geen
straffeloosheid kon garandeeren. Eisch
25 boete of 25 dagen. Mej. v. A. rele
veerde nog eens kortelijk haar bezwaren
tegen het haar steeds onaangename jon
getje, wat den politierechter motief gaf
de aanwezige moeder daarover te onder
houden en werd verdachte ten slotte
veroordeeld tot 15 boete of 15 dagen»,
waarmede de dame genoegen nam.
Vernieling van een glasruit 2e bedrijf.
Hierop nam mej. Anne D. K., huis
vrouw B. te Den Helder, de moeder van
het mishandelde jongetje uit de vorige
zaak, plaats op de verdachtenbank en
verhuisde ht«: van Amersfoort naar de
bank der getuigen. Mej. B. stond alsnu
terecht naar aanleiding van het haar ten
laste gelegde feit, dat zij een ruit had
vernield to het perceel door den heer van
Amersfoort bewoont. Deze zaak was een
gevolg van de vorige scène. Mej. B. had
om de vernieling met succes te plegen,
een bezemsteel gebezigd. Ze beweerde op
gewonden te zijn, omdat haar buurvrouw
haar als „schorum" had1 betiteld. De heer
B. werd nog als getuige ghoord op ver
zoek van zijn echtgenoote, wat op een
fiasco uitliep. Hierop vorderde de officier
consequent 25 boete of 25 dagen. Von
nis niet minder consequent 15 boete of
15 dagen.De politierechter wees ten
statte, denkelijk wel tevergeefs, op de
voordeel eni van een verzoening tusschen
do partijen.
rDRA15MA-vANVALKEttBURG'S--
le A LEVERTRAAN
T~- LEEUWARDEN