I pOPULfMR. B>rVOpv^5l^vAriD£,HeiJDElRi5CHÈ, COURAHT ♦79 VAN ZATERDAG 28 MAART 1931 Een dichter in ballingschap. POPUE HU K (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) DE BETEEKENIS VAN WILLEM BILDERDIJK ALS POËET EN POLITICUS. 184M» 26 Maart 1931. Op 26 Maart werd door een comité het feit herdacht, dat op 26 Maart 1806 na een meer dan tienjarige bal lingschap in den vreemde een onzer meest beroemde dichters Willem Bil derdijk in de plaats zijner inwoning terugkeerde. In de dadelijk daarop volgende jaren bereikte Bilderdijk den hoogsten en rijksten bloei van zijn dichterschap. De periode, waarin Bilderdijk na den 21en October 1782 te Leiden tot doctor in de rechten te zijn gepromo veerd, zijn advocatenloophaan in Den Haag begon, kon met recht een woe lige periode genoemd worden. Wij tonden aan den vooravond der groote omwentelingen. Van zijn eerste openbare loopbaan af had Bilderdijk zich bij de Prins- gezinden aangesloten en wij zien hem I dan ook herhaaldelijk optreden als ver dediger van vervolgde partijgenooten. iDoor deze sympathiebetuiging wierp Bilderdijk zich temidden van den he- vigen partijstrijd tusschen de Patriot ten en Prinsgezinden, die met den dag verscherpte. Schotschriften werden verspreid tegen Prins Willem V, Prin- ses Wilhelmina van Pruisen, zijn ■vrouw en den hertog Lodewijk van BronswijkWolfenbütel, die als advi seur van den Prins optrad, en het werd zelfs verboden „Oranje bóven" te roe- 'pen. Bilderdijk was over dit verbod hevig verontwaardigd. De bekende Kaat Mossel, die behalve haar naam- koopwaar ook „Oranje-tractaatjes" ten beste gaf, werd in 1784 wegen het ge roep van „Oranje hoven" gevangen gezet en hoorde zelfs den eisch van 10 jaar tuchthuisstraf tegen zich uitspre ken. Na een vurig pleidooi verkreeg Bilderdijk haar vrijspraak, die.... echter eerst in '87 volgde. Door deze gebeurtenis was Bilder dijk plotseling een beroemd man en ge- j'vierd advocaat geworden, als dichter was reeds zijn naam gevestigd door zijn bekroonde prijsverzen en zijn, hoe- wel naamloos uitgegeven bundels min- negediohten. Wij zullen voorloopig zijn i reputatie als dichter huiten beschou wing laten en ons uitsluitend bepalen tot de periode van de revolutionaire branding, waaraan Bilderdijk getracht beeft het hoofd te bieden. Met den Prins en zijn hof Weef Bil- WAAR SLANGEN LOEREN. Fritz Bernau, die onlangs het doen j en laten van slangen in Brazilië van i dichtbij geobserveerd heeft, vertelt merkwaardige bijzonderheden daar- over Ik sta aan den oever van een rivier, dicht begroeid met hooge, scherpe grassoorten en laag bamboegewas. Eensklaps hoor ik een vreemd geluid. J Het lijkt op een gekerm of nog meer op het gehuil van een klein kind. Zou misschien een gewetenlooze moe her haar zuigeling hier aan den oever te vondeling hebben gelegd? Ik ga dichter naar den kant en laat mijn blikken zoekend gaan naar plek, 1 vanwaar het geluid kwam. In het hooge gras is niets te bespeu ren. Ik duw het met mijn stok uit elkaar e'i ga nog dichterbij. Nu ik er vlak voor sta, houdt het huilen op. derdijk voortdurend in relatie, ver scheidene keeren werd hij zelfs geraad pleegd in politieke aangelegenheden, ofschoon de Prins reeds in September 1785 naar Breda was verhuisd, nadat hem het militair commando in Den Haag was ontnomen. Na den inval van Ferdinand van Brunswijk in Septem ber 1787 in Holland, maakte Bilderdijk den geheelen veldtocht mee tot de in neming van Amsterdam en bracht in opdracht van den Prins, den bevelheb ber op de hoogte van de oude privi legiën en stadsrechten der Holland- sche steden, die werden aangevallen. In hoog aanzien. Nadat de Prins in zijn waardigheid was hersteld kwam Bilderdijk in hoog aanzien. Maar de stadhouderlijke zetel stond in die dagen zeer wankel en Wil lem V was er geenszins den man naar om den zetel in evenwicht te houden. Met den inval van Daendels in De cember 1794 in ons land bleef voor den beschermheer van Bilderdijk niets an ders over dan op 18 Januari 1975 de wijk te nemen naar Londen. Voor Bilderdijk was deze plotselinge omkeer in den politieken toestand een ontzettende slag. Hij begreep heel goed, dat zijn practijk, die uitsluitend op den strijd voor de stadhouderlijke partij was gebaseerd, niet geheel zou verloop en, maar dat de anti-Oranje gezinde partij hem zooveel mogelijk zou dwarsboomen. Zware huiselijke zorgen droegen er voorts nog toe bij om zijn leven onaangenaam te maken en het vertrek van den Prins werd voor Bilderdijk een onoverkomelijke ramp. Den 26en Januari werden de Staten van Holland ontbonden en een nieuwe regeering ingesteld, die zich „de Pro- visioneele Representanten van het Volk van Holland" noemden en die gebaseerd was op de beginselen der Fran9cbe Revolutie het als een van haar eerste plichten beschouwden de ..Réchten van den Mensch" af te kon digen en den eed aan deze beginse len aan alle officieele waardigheidsbe- kleeders en advocaten op te leggen. Verbannen. Terwijl sommige advocaten den eed onder protest deden en anderen wei gerden zulks te doen, meende Bilder dijk een anderen weg te moeten in slaan. Hij stelde een request op, waarin hij zijn bezwaren tegen den eed in de breedte uiteenzette en zond dit aan de provisioneele representan ten. Het gevolg hiervan was, dat hij zonder vorm van protest niet alleen Dat kan geen kind zijn! Ik blijf be wegingloos staan en luister aandachtig. Eensklaps hoor ik vlak voor mijn voe ten opnieuw het doordringende gejam mer. Ik buig de struiken voorzichtig uit elkaar en tot mijn groote verbazing zie ik naast de wortels een kleine, met onkruid begroeide kuil. Twee wijd opengesperde kikkeroogen staren mij angstig aan, en weer hoor ik de weenende klagende toon. Wat zou het arme dier schelen? Ik schuif de bladeren voorzichtig op zij en weer zie ik twee oogen op mij ge richt, maar dit keer zijn ze fonkelend en hoosaardig. Een waterslang! Zij heeft zich achter op den achteloozen kikker geworpen en het arme dier zit al halverwege in haar keel. Langzaam, heel langzaam schuift de kop van den slang vooruit langs het lijf van den zieligen kikker, die in zijn doodsangst zoo klagend weende. Eén slag met mijn stok en de slang laat haar maaltijd in den steek en ver dwijnt in een gat, zoodat het kikkertje gelegenheid krijgt om te vluchten. Een oud, vervallen gebouw in het schelle licht van de tropenzon. Grijze muurhagedissen, ongeveer twintig cen timeter lang, glippen tusschen de bouw vallige muren door. Eensklaps staan zij roerloos stil en als hun kopjes niet af en toe heen en weer bewogen, zou werd afgezet als advocaat, maar het verblijf in stad en gewest en weldra in al de Vereenigde Provinciën werd ont zegd. Bilderdijk had deze gevolgen van de eedsweigering niet verwacht. Later heeft hij zelfs toegegeven, dat zijn op treden niet voorzichtig en ook niet noodzakelijk was geweest. Da Costa zegt hiervan o.a.: Onze dichter heeft in later da gen, bij kalme beschouwing van den doorleefden tijd, niet ontkend, maar zelfs beweerd, dat hij verstandi ger gehandeld had met inplaats van een adres aan het nieuwe hoog bewind aan te bieden tot wijziging, eenvoudig in de gevolgen van een niet-afleggen van den te berusten, daar hij van de open bare waarneming der practijk versto ken, toch altijd in stilte zou hebben kunnen blijven adviseeren." Hoe dit ook zijn moge aan Bilder- dijk's dertienjarige werkzaamheid als advocaat was een einde gekomen en hij moest in ballingschap gaan. Donderdag 26 Maart 1895 verliet Bil derdijk Den Haag. Over de Zuiderzee ging het naar Groningen, waar de bal ling op 3 April arriveerde, na drie nachten op zee te hebben rondgezwor ven. Groningen heeft Bilderdijk nog een maand geherbergd, daar hij op een paspoort moest wachten. Begin Mei kreeg hij van hooger hand een aanma ning om binnen 24 uur het land te ver laten. Den 5en Mei reisde Bilderdijk over Delfzijl naar Hamburg met het plan naar Londen te gaan om weer in de nabijheid van de Prins te kunnen komen. Met dit doel ging hij naar Hampton Court waar de onttroonde vorst nu verblijf hield. In de twee maanden van zijn eerste oponthoud in Engeland besprak Bilderdijk herhaal delijk tot den Prins den politieken toe stand en de kansen voor het herstel van het stadhouderschap. Zijn huwelijk in den vreemde. Mevrouw Bilderdijk, die achter was gebleven, werd inmiddels een interes sante persoonlijkheid vooral onder de Prins-gezinde vrienden, waarvan en kele dichters haar leed in alle toonaar den hebben bezongen. Doch niet alleen de dichter omzwermden de verlaten vrouw, doch.... tevens de schuld- eischers. Het was Bilderdijk natuurlijk onmogelijk geweest om binnen een ter mijn van 24 uur een regeling of schik king te treffen. Hij zegt, dat hij bij zijn vertrek veertig duizend gulden had uit staan van zijn practijk, die hij als ver loren beschouwde. Een goed financier is Bilderdijk nooit geweest, een euvel, waaraan de groote geesten mank zijn men denken, dat zij opgestopt waren. Zij loeren uit de hoogte op buit. Wee de arme kevers en wormpjes, die vredig in het gras rond scharrelen. De scherpe oogen van de hagedis vol gen iedere beweging. Vlug als de wind snelt het dier naar beneden en een, twee, drie, is de buit in de hongerige maag verdwenen. Maar ook deze sier lijke struikroover valt op zijn beurt ten prooi aan een booswicht, sterker dan hij. Achter een boschje gras loert de kleine lichtgroene giftige cobra-slang. Een onnoozel kevertje komt nader bij. Op hetzelfde oogenblik waarop de hagedis zich op het diertje werpt, komt de slang te voorschijn en de kop van de hagedis verdwijnt in haar keel. Het slachtoffer spartelt wanhopig met zijn pootjes en wringt zijn lichaampje heen en weer, maar de slang laat haar prooi niet meer los. Haar slokdarm wordt wijder en daardoor wordt de hagedis hoe langer hoe dieper naar bin nen geworgd. Nu zie ik alleen nog maar een staart en achterpooten. Toch leeft Imt diertje nog. Het beweegt zijn pootjes en ook het staartje gaat heen en weer. Eensklaps begint de slang te kron kelen, en woest met haar lichaam te slingeren. Dan strekt ze zich uit en ligt stil. Wat is er gebeurd? De reeds half verslonden prooi heeft met zijn vlijm scherpe nagels van zijn voorpooten den gegaan en.... wel altijd zullen gaan! Het huwelijksleven van Bilderdijk dat nimmer bepaald rooskleurig ge noemd kon worden, was er de aanlei ding toe, dat hij met een dochter vari den te Londen verblijf houdende Hollandschen kunstschilder Schweick- hardt intieme relaties aanknoopte. In 1802 scheidde hij van zijn eerste vrouw Catharina Woesthoeven. en trad met Katharina Schweickhardt in het huwelijk. Vervolgens vertrok hij met zijn jonge vrouw naar Brunswijk om te trachten daar aan de kost te komen. Hij hoopte, maar tevergeefs, tot professor aan de Duitsche universiteit benoemd te worden en moest rondko men van enkele kleine toelagen, die hem o.a. de Prins en hertog Ferdinand verstrekten, benevens een klein inko-, men van lessen geven. Terug in Holland. In zijn ballingsehapperiode heeft Bilderdijk zich weinig aan zijn Muze gelegen laten liggen. Doch de enkele verzen, die hij vervaardigde, wist hij geheel van Duitschen invloed vrij te houden. Bilderdijk heeft altijd, vooral in deze periode een antipathie gehad tegen de Duitsche taal en litteratuur, die toen toch met Schiller en Heine haar hoogsten bloei had bereikt. Negen jaar lang heeft Bilderdijk in het „Brunswijksche moeras" gewoond, doch vooral met de krachtige steun van zijn tweede vrouw, wist hij alle moei lijkheden te trotseeren Eindelijk veroorloofde de veranderd', staatsinrichting den dichter in eigei land terug te keeren. Onder het regim van Lodewijk Napoleon, mocht hij in het voorjaar van 1806 den Holland schen wal weer betreden en vol ont roering dichtte hij: Met mijn strammen voet Eind'lijk uit den onstuimen vloed Holland's wal bestreden Tk heb hem met mijn arm omvademd 'k Heb zijn lucht weer ingeademd 'k Heb zijn hemel weer gezien God geprezen op mijn knieën! Zijn talent tot rijken bloei ontplooid. Lodewijk Napoleon wist Bilderdijk t waardeeren zooveel het in zijn macht stond. En aan hem is het te danken ge weest, dat Bilderdijk de grootste kun stenaar is geworden, die ons land in twee eeuwen heeft voortgebracht (1680- 1860). Wij kunnen Bilderdijk's veelzij dig talent, dat zich vooral na zijn terug keer in ons land ontplooide, oprecht bewonderen en een vergelijking met buik van den slang opengescheurd en met zijn laatsten krachten den beul vermoord. Roerloos ligt de slang op den grond, uit haar opengereten lijf hangen de voorpooten van de hagedis, terwijl uit haar bek zijn staart en ach terpooten bungelen. Ik rust in de schaduw van een Man go-boom. Zachtjes blaast de wind door het suikerriet. Soms knaagt een snoep zuchtige rat aan de zoete stengels. Nu ritselt er iets tusschen de dorre bladen. Langzaam en voorzichtig schuift een ongeveer twee meter lange giftige cobra naderbij. Haar scherp geteekende, zwart, wit en rood gekleurde huid blinkt al van verre. Haar booze blik gaat uit naar de vetten rat en in haar vraatzucht ziet zij niet, dat een rasgenoot, een papaova. véél grooter dan de cobra, kaneelbrur op den rug en smoezelig geel van buik haar beloert van achter een boomwol' tel. Nu de giftslang zoo dicht genaderd dat de papaova op haar af kan sprir gen. Met één beet van haar scherp tanden heeft zij den nekwerveel vai de wild kronkelende slang gebrokei Even nog kreunt en siddert het slacht offer, dan ligt het stil; de papaova b' gint haar maaltijd en langzaam ver dwijnt het lichaam van de vijandin in haar keel. B.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 9