SAMBO EN JOCKO VAN EEN LEEUW EN EEN AAP
De vier deugnieten.
Henkie-Poes
SAADSFLS.
III
lllllllll
llllliill
ten de drie musschen, die alle drie uit
het nest gevallen zijn. Maar zij zijn
niet even oud; Kiki, de oudste, is al
vier jaar en de twee andere zijn den
vorigen zomer uit het ei gekropen. Het
opkweeken van zoo'n jong muschje
met harde eierdooier en In melk ge
drenkte stukjes brood is een echt ge
duldwerkje. Maar het is de eenige ma
nier om het diertje in leven te houden.
Kiki, de oude musch, was heelemaal
niet blij, toen hij twee kameraadjes
kreeg. Hij speelt verschrikkelijk de
baas en als er wat lekkers in de kooi
gelegd wordt, eet hij er eerst van tot
bij genoeg heeft en daarna komen de
andere pas aan de beurt. Hij pikt ze,
als ze te dicht bij hem komen en zelfs
als wij tegen de jonge muschjes vrien
delijk praten. Dan krijgt hij met den
vinger een tik op zijn kop, maar tot
nu toe heeft hij zijn onvriendelijkheid
niet kunnen afleeren.
Hij heeft dus zijn kwade eigenschap
pen, maar ook zijn goede. Als hij in
den loop van den dag iets bijzonders
verlangt, b.v. versch water, waarschuwt
hij ons door aan het deurtje van zijn
kooi, dat een beetje los zit, met alle
geweld te rammelen. Hij let ook goed
op, wat voor eten er op tafel komt, en
als er iets bij is waar hij van houdt,
sjilpt hij net zoo lang, tot hij wat
krijgt. Hij wacht ook op het slaan van
de klok en weet precies, wat wij op de
verschillende uren van den dag gaan
doen.
Het aardigste is, dat hij met ons op
reis kan. Dat vindt hij wel niet pret
tig, maar hij gedraagt zich voorbeel
dig dat moet ik zeggen. Hij heeft al
eens 15 uur achter elkaar in een trein
gezeten en wij hadden niet den min
st -n last met hem.
Doordat onze vogeltjes vondelinge
tjes zijn, vinden zij het in hun kooi
heel prettig. Zij gaan er zelfs niet uit,
ais wij het deurtje openzetten; alleen
Grietje gaat wel eens een wandelin
getje maken. Vliegen vindt zij niets
prettig; zou dat misschien komen door
de electrische schok? Ik denk toch van
niet, want de vogeltjes houden geen
van alle van vliegen. Dat zal wei
komen, omdat zij niet door een vogel
vader en -moeder zijn opgevoed. Wij
halen hen wel eens opzettelijk uit de
kooi, maar dan doen zij toch dadelijk
weer hun best om er in terug te komen.
Alle vogeltjes hebben ook het land
aan hun mooie, groote zwemkom. Al
leen de vink zit er wel eens in. De an-
dere diertjes baden zich in het zand
of in hun drinkbakje. En de arme Hans
kan zich niet baden, die wordt gebaad.
Natuurlijk met warm water. Daarna
wordt hij afgedroogd en ingewikkeld
en als hij goed droog is, met een zacht
borsteltje geborsteld. Dat vindt hij
heel prettig; hij spreidt uit zichzelf
zijn vleugeltjes uit om ze te laten bor
stelen.
Het houden van zulke vogeltjes geeft
dus wel veel werk, maar als je van
dieren houdt, beleef je er nog veel
meer plezier van. En dan moet je maar
denken, dat zoo'n ongelukkig vogeltje
als Hansje of een uit het nest gevallen
vogeltje dood moeten gaan, als de
menschen ze niet in bescherming
nemen, want die diertjes zijn niet in
staat zichzelf te helpen.
In de keuken zat moeder appelen te
schillen. Ze haalde ook de klokhuizen
eruit en sneed de appels in kleine
stukjes, want 's middags zouden ze
appelmoes eten en daar hielden ze
allemaal van, vader, moeder en de 4
kinderen.
Maar natuurlijk hielden de kinderen,
Jan, Joopie, Marietje en Anna, ook
van rauwe appels. Nou dat is te begrij
pen, daar houdt iedereen van. Jullie
toch ook zeker?
Omdat ze 't dus zoo fijn vonden om
om zoo maar in zoo'n roode bellefleur
te bijten, vroeg Marietje, de oudste aan
Moe:
„Zeg moe, mogen we allemaal een
bellefleur hebben?"
Moe lachte eens en zei: „Maar jullie
hebt er toch al een?" „Nee, nee," rie
pen ze om strijd, maar Moe lachte nog
eens en zei:
„Jullie koontjes zijn allemaal belle
fleurtjes."
„Maar die kunnen we toch niet op
eten," pruilde Jaapje, die pas 4 jaar
was en dus niet begreep, dat Moe maar
een grapje maakte.
De anderen begrepen het echter wel
en lachten hartelijk met Moeder mee.
Toen kregen ze allemaal een échte
bellefleur, waarin ze konden bijten.
Terwijl ze allemaal lekker zaten te
peuzelen was moeder een beetje aan
het dommelen ,vegaan. Ze had reeds
den heelen dag gewerkt, om de kamer
schoon te maken, het eten te koken,
de kleerties van de kinderen t" ver
stellen. dus was ze moe geworden
Zachtjes-an viel moe's hoo^d on haar
borst, om dan weer dadelük naar bo
ven te gaan en zoo ging het steeds
opnieuw.
Toen de k'nchren dat za^en lachten
ze zachtjes.
.Tk weet wat," fluisterde Jan.
Hij "ing voor moeder staan en zei
zachDoe: Morr ik nou oen appeltje,
moe o"
En moe's hooM knikkebolde van ia
en Jan nam een app°l. Hii stelde zijn
vraag no" 0°" naar k^ren tot bij wel
R nrinplc, pri pUrnqr had.
Toen korden de and°ren hun lachen
niet meer'inhouden. Door het lawaai
werd moe wakker en toen ze hoorde,
wat er gebeurd ze m-en
hartelijk mee.
De zes appels gaf J-°n natuurlijk weer
terug, dat begrijpen jullie wel!
Vo^r 0"7P ^s'S'es.
HET BONBONSCHAALTJE.
Beste meisjes,
De das is zooals ik uit jelui briefjes
opmaakte erg in den smaak gevallen
en niettegenstaande het mooie weer
zijn er dus toch vele meisjes aan het
haken gegaan. Nu het weer zoo is, dat
je veel buiten kunt spelen, zal er mis
schien van handwerken niet zooveel
komen, maar dat neemt niet weg, dat
jelui mij dan toch wel blijft schrijven,
niet waar? Van een paar oude clubge-
nootjes hoorde ik eenige weken niets.
Mi en P. in A„ moed verloren om ver
der te gaan, of te druk met huiswerk?
N. K. te H., heb je nog veel voor de
verloting gewerkt? Heeft die al plaats
gehad of moet het nog gebeuren?
Ik had gedacht jelui voor deze week
een bonbonsch'aaltje op te geven, dat
je in allerlei tinten kunt breien, b.v.
lila haakzijde met een smal zwart flu
weeltje door de gaatjes, die in een van
de laatste toeren gemaakt worden. De
glazen schaaltjes zijn in glaswinkels
te koop en zijn niet duur. Jelui begint
dus van crème, wit of een kleur haak
zijde het kleedje te haken en als het
af is, koop je het glazen schaaltje, dan
kun je ongeveer zien, hoe groot het
moet zijn; het kleedje wordt dan nat
gemaakt en om het schaaltje heen ge
trokken, waarna het fluweeltje strak
door de gaatjes wordt gehaald en met
een strik afgewerkt wordt.
Jelui begint met 9 steken op één
naald op te zetten, dan de le toer recht
overbreien en de 9 steken op 3 naal
den verdoelen, daarna gaan we verder:
2e toer: omsl. 1 recht; 3e toer: omsl.
minderen; 4e toer: omsl. 2 recht; 5e
toer: omsl. 1 recht minderen; 6e toer:
omsl. 3 recht; 7e toer: omsl. 2 recht
minderen; 8e toer: omsl. 4 recht; 9e
toer: omsl. 3 recht minderen; 10e toer:
omsl. 5 recht; 11e toer: omsl. 4 recht
minderen; 12e toer: omsl. 6 recht; 13e
toer: omsl. 3 recht omsl. overhalen
minderen; 14e toer: omsl. 7 recht; 15e
toer: omsl. 4 recht omsl. overhalen
minderen; 16e toer: omslaan 8 recht;
17e toer: omsl. 5 recht omsl. overhalen
minderen; 18e toer: omsl. 9 recht; 19e
toer: omsl. 3 recht omsl. overhalen 1
recht omsl. overhalen, minderen; 20e
toer: omsl. 10 recht; 21e toer: omsl. 4
recht, omsl., overhalen, 1 recht, omsl.
overhalen, minderen; 22e toer: omsl.,
11 recht; 23e toer: omsl. 5 recht, omsl.,
overhalen, 1 recht, omslaan, overhalen,
minderen; 24e toer: omsl., 12 recht; 25e
toer: omsl. 3 recht, omsl., overhalen,
1 recht omsl., overhalen, 1 recht omsl.,
overhalen, minderen; 26e toer: omsl.,
13 recht; 27e toer: omsl., 4 recht, omsl.,
overhalen, 1 recht, omsl., overhalen,
1 recht omsl., overhalen, minderen;
28e toer: omsl., 14 recht; 29e toer:
nier omen vinden .|uU:e de oplos
sing van het cijferraadsel van de vo
rige week. Bestudeer het maar eens
goed.
omsl., 5 recht, omsl., overhalen, 1 recht,
omsl., overhalen, 1 recht, omsl., over
halen, minderen; 30e toer: omsl., 15
recht. Toer 31 en 32 worden averecht
gebreid; 33e toer: overhalen 2 x omsl.,
•overhalen, overhalen, 2 x omsl.; 34e
toer: 2 x een overhaling, 2 x omsl., 2 x
overhalen. Toer 35 en 36 worden
averecht gebreid en- daarna wordt het
werk afgekant.
Jelui begrijpt, dat de patronen zich
de geheele toer herhalen en door
het omslaan wordt geregeld gemeer
derd.
Ik hoop, dat jelui nu eens allen flink
aan het werk gaat en wie er nog moei
te mee heeft, schrijft mij even, dan zal
ik jelui graag helpen.
Tot een volgenden keer dus weer,
meisjes.
Met hartelijke groeten,
Tante Gé,
Theresiastraat 424, Den Haag.
Oplossingen der vorige raadsels,
I.
Kruidje-roer-me-niet.
II.
De appel valt niet ver van den boom.
Nieuwe raadsels.
I.
Mijn eerste lettergreep is een jongens
naam, mijn tweede de naam van een
rivier en mijn geheel is de naam van
een dorp in Zuid-Holland.
Goede oplossingen van beide raad
sels ontvangen van:
A. de B. (IJmuiden); H. B.; B. v. d.
B.; M. B.; J. B.; C. B. B. B.; A. B.;
M .v. d. B.; W. B.; G. B.; A. v. d. B.;
C. C.; G. D.; R. D.; D. D,; V. D.; N.
D.; B. v. d. E.; J. F.; M. G.; J. G.; N.
G.; L. H.; A. E. K.; J. K.; A. J.; H K.;
M. K.; N. K.; B. K.; S. K.; H. L.
(Texel); A. v. L.; D. en S. L.; J. O.;
G. P.; C. P.; M. P.; M. v. P.; J. A. R.;
L. v. S.; A. S.; N. S.; J. en M. S.; C. v.
S.; A. v. S.; S. T.; M. T.; A. T.; G. v.
T.; C. T.; H. V.; W. V.; O. V.; M. W.;
T. W.; A. W.; G. Z.; B. Z.; M. de Z.
II,
Op de verticale en horizontale kruisjeslijn komt de gevraagde zin, die men
dezer dagen veel hoort. Denk maar eens goed na, dan vinden jullie het wel
NXXX dXBXXXXX roept men heden.
X 11e b 11n, mooiste soort.
X 11e kl..r.n, zijn voorhanden.
X d, n wt en zoo maar voort.
'X nn n ziet men allerwegen,
X n de v vr is een pracht,
X aa sjes, g dv .sch en ook k rp rs.
X veral het voorjaar lacht.
X aat Den Helder dan nu brengen
X h..t..n, D..n..rd een bezoek
X oog te houden onze d..n.n
X lom gaat nu deze roep.
(Ingez. door S.L.)
door G. Th. ROTMAN,
57-
Door 't plotsling schudden van den wagen
Onwaakt hij, wrijft zijn oogen uit,
Rijdt, zonder op- of om te kijken.
Meteen het achterpoortje uit!
De sufkous dacht natuurlijk, dat
De dokter in de auto zat!
58.
Maar door de stomverbaasde blikken
Van het publiek begreep hij ras,
Dat iets daar achter in den wagen
Niet heelemaal in orde was.
Ach, wat een schrik! De arme man
Wordt bleek en akelig er van!
59.
Daar komt hij plotseling tot bezinning,
Springt één, twee, drie den wagen uit,
En deze schiet, met groote snelheid
En steeds laveerende vooruit,
Zoomaar zig-zag dwars door 't publiek,
Het is een vrees'liike paniek-
60.
„Daar komen stukken van!" denkt Jocka,
„En 't kost me strakjes nog m'n huid!"
Dus springt hij fluks naar 't stuur en
draait het
In wanhoop alle kanten uit....
Maar 't sturen van een auto blijkt
Niet zoo gemakk'lijk als het lijkt!