brieven een weinig zout, het geraspte of zeer fijn gesneden uitje en de sap van 1 citroen en zetten dit goed dooreen ge mengd een paar uur weg. Verder was- schen we de verschillende andere be- noodigdheden en verwijderen het overtollige water. De radijsjes worden aan schijfjes gesneden, de sla fijn ge plukt en met de postelijnblaadjes en de sterrekers bij de spinaziesla ge voegd. We mengen nu alles met twee vorken voorzichtig door elkander, na dat we er een paar lepels mayonnaise bij gedaan hebben, daarna overbren gen ineen glazen slaschotel en gar- neeren met het hard gekookte ei en de tomaten. Op verzoek: Sinaasappel limonade. 500 gram broodsuiker, 5 sinaasappe len, 1 citroen, 6 a 7 dl., water en 15 gram citroenzuur. De vruchten worden flink afgebor steld en gewasschen, daarna met de broodsuiker geraspt en uitgeperst. Het water wordt aan de kook gebracht en de suiker en het citroenzuur er in opgelost en ten slotte komt het vruch tensap er bij. Bewaren in goed met soda schoongemaakte flesschen. Vragen betreffende deze rubriek met duidelijke opgave van naam en adres te richten tot de Redactie van „Onze Keuken", Theresiastraat 424, Den Haag. (Nadruk verboden). j.sf MODEPLAATJE I Om te beginnen, brengt de mode ons voor 'den zomer japonnen, uie iets minder lang zijn, dan wij verwacht hadden, zoodat wij met sport en op de wandeling niet angstvallig behoeven te loopen door de mindere bewegings vrijheid, iets, waar oe n C c v niet zc-o gemakkelijk meer voor te vin den is. De gekleedere japonnen zijn ook ausoluut ooven de enkels, alleen de avondiaponnen zijn lang. Met de hoop op stralende zonnedagen neemt het aantal fleurige frissche kleu ren ook weer toe, hoewel zwarte toilet jes ook altijd zeer gaarne gedragen worden, maar dan gegarneerd met flat- teuse garnituren in matblauv, char treuse, zacht geel, bloedkoraal crêpe georgeite. Crêpe satin rokken met wit zijden blouses, die vaak geborduurd worden met verschillende kleurige borduur sels, slaan ook zeer gekleed voor den middag, vaak worden hier dan afste kende jakjes op gedragen, met een wit bonten kraagje, wat zeer chique staat. Lange, slanke figuurtjes zullen op de zomerjaponnetjes met succes de breede zwarte lakceintuur dragen, die bij de sluiting een groote strik laat zien van het soepele lakleder. Verder zien wij japonnetjes dragen met gedrapeerde kragen en met revers; zonder mouwen of met een heel klein strak of wel een pofmouwtje, verder halflange strakke mouwen of drie-kwart met een volant of plissée afgewerkt: korte losse jakjes, bolero's en aanslui tende lange rechte jakjes, de mode brengt ons veel verscheidenheid en de meest verfijnde smaak kan tevreden gesteld worden. Zeer veel zullen de korte bontmantel tjes met breeden kraag op avondjapon nen genomen worden, wat natuurlijk altijd min of meer kostbaar is; ook ziet men zwart fluweelen manteltjes met grooten witten bontkraag op avond- kleeding. Als garneering zien wij snoezige ru ches. volants en kanten inzetstukken, ook kragen en chabots van crêpe geor- gette en met eenvoudige patronen van Engelsoh borduurwerk, waarvoor de stof dan dubbel genomen wordt bij liet borduren der gaatjes; men kan dit ook machinaal laten doen; verder ziet men, vooral op crêpe de chine blouses, veel open naden en heel fijne plooitjes; ook zeer smalle bontrandjes dienen als af werking van kunst en zijden crêpe ge- orgette, mousseline de soie, voile japon nen, waarbij men dan bü voorkeur groot-bloemige patronen kiest. Kanten japonnen vallen nog steeds zeer in den smaalt en worden gedeelte lijk met crêpe georgette of met crêpe de chine verwerkt. Bij gekleurde kan ten japonnen moet echter vooral crêpe in dezelfde tint als de kantstof gekozen worden; kan men dit niet krijgen, dan late men het in dezelfde kleur verven; beeldige kanten japonnen voor brunet ten zijn o. a. het fijne geel van de thee roos en roseachtig beige, maar daaren tegen zijn zacht groen en bleu kanten japonnetjes ook buitengewoon mooi. Hoewel er van de japonnen dezen zomer zeer veel werk wordt gemaakt met volants en strookjes, zijn de man tels eenvoudig en toch gekleed. Hoofd zakelijk wordt gelet op een mooie coupe; de revers zijn breed en soepel, de kragen opstaand; ook worden er mantels gedragen, waarvan de revers zich tot chabot vormen. Op de sport- modellen wordt een smal lederen cein tuur of wel een van de stof zelve gedra gen; hoedje en handtasch worden dik wijls van dezelfde stof als de mantel vervaardigd. Dezen zomer ziet men veel complets dragen, waarvoor o. a. gekleurd geor gette wordt gebruikt: de japon heeft een heupstuk, waaraan de rok met groepen -'"rïen wordt aangezet _g.iii.kj „en iujuvMOOs japonnei., van zijde voile met roode bloempjes be drukt. Ingezette stukken, die ook het ceintuur vormen verwijden zich van onderen tot plooien. De garneering aan den hals is zeer origineel en bestaat uit een gedrapeerde shawl van roode crêpe, waarvan de uiteinden door twee knoopsgaten gehaald worden. Rechts een zomerjapon van rose mousseline bedrukt met groote gele, roode en groene bloemen. De rok is ge garneerd met twee volants, die evenals het schootje, blauwe biezen hebben. Het lijfje bloest over in de taille en is voorzien van een blauw ceintuur. II AIVI STER DAM SC HE Dat kinderjurkjes in den zomer mouwloos zijn is wel bijna vanzelf sprekend. Het modelletje links op het plaatje is van wit batist met Valen- cienne kantjes als schouderbandjes, die ook in bogen op het rokje verwerkt ijn. Het middelste jurkje is langs hals en armsgaten met kant gegarneerd en lijkt veel op een schortje. Als sluiting ziet men hier twee strikjes van lint Het derde modelletje heeft een punti ge halsuitsnijding, die met Valencien- nLfW-68 gegarneer<l is. Het rokje heeft drie groepen van fijne plooitjes aan voor- en achterkant J De Ballneesche dansavond. Een verdraaide voorstelling van zaken. Je behoeft tegenwoordig niet meer op reis te gaan met een „Nederland"- of een „Levant"-vacantie boot, zelfs niet eens met den Parijschen tentoon- stellingstrein, om iets van het verre en/of nabije Oosten te leeren kennen! Wij krijgen toch deze laatste dagen een dergelijke kennis bij huis en mid den in de eigen stad! En dat wel in steeds vollediger vorm. Negerdorpen, danstroepen, gamelan-muziek; den al- lerlaatsten tijd ook nog, op de open bare straat, vele ezeltjes met water kruiken, zooals men ze in het nabije Oosten ook zoo dikwijls tegen komt, en tenslotte: 'n wasechte, „Indische" aard beving! Wat kan een mensch, na dit alles, van dat Oosten eigenlijk nog meer verlangen?... Toch is het een feit, dat zeer velen die j.1. Zaterdag avond in het Concertgebouw, de voor stelling bijwoonden daar gegeven door den troep Balineesche dansers en dan seresjes, die dezen zomer op de Neder- landsche afdeeling van de Koloniale Tentoonstelling te Parijs zullen optre den, wel degelijk een verlangen en een heimwee kregen naar dat Oosten als naar een verloren Paradijs, waar het menschelijk lichaam nog niet, als veelal bij ons, tot een soort leeüjk af leggertje van den geest verworden is. Voor hen die zich interesseeren voor den modernen kunstdans, zooals men die ten onzent op allerlei manieren tracht te doen herleven en zooals men die ook, ten onzent, en niet het minst zeker te Amsterdam be-theoretiseert, be-debatteert en be-critiseert was dit spontane, direct uit het volk op komende, dansen der Balineezen een openbaring. Hoe leeft dat spontane en toch, tegelijkertijd, uiterst beschaafde en verfijnde dansen daar, op dat ge lukzalige eiland Bali, nog, om zoo te zeggen, met het leven van alle dag meeHet dansen is er nog een vol komen levende volkskunst (een der, in het Concertgebouw uitgevoerde, dan sen b.v. ontstond nog pas in de laatste tien jaren) terwijl het onder ons nog altijd min of meer een kasplant is waar van de stekken nog niet al te best in den kouden grond willen aanslaan. Wie op dezen avond in het Concertgebouw- overigens lette op de houding van het, in grooten getale opgekomen, publiek kon een feit constateeren, dat inder daad, verheugend stemt. Die houding was er een van gespannen aandacht, van een wil tot begrijpen en van eer bied voor de uitingen van een volks karakter, dat aan het onze in vele op zichten volkomen vreemd is. Bedenkt men daarbij hoe die houding, bij een dergelijke gelegenheid, nog maar en kele tientallen jaren geleden zou ge weest zijn (men had het toen. ongetwij feld. in een soort trotsche meerder- heidswaan, niet anders dan ,.gek", lach wekkend en bespottelijk en barbaarsch en heidensch gevonden!) dan gelooft men toch werkelijk weer eens, voor een oogenblik, aan den zin van het begrip „vooruitgang", iets waar men, met an dere moderne verschijnselen voor oogen, wTel min of meer aan was gaan twijfelen Zoo was het optreden van deze In dische volkskunstenaars onder ons in velerlei opzicht zeker een goed en ge lukkig iets, waarbij het eenigste wat lichtelijk hinderde het feit was. dat men (ook alweer uitzedelijkheids overwegingen?) de gamelan-spelers Europeesche witte tennis-hemden had laten aantrekken, ter bedekking van het gebronsde naakte bovenlijf, dat juist zoo prachtig en rijk, en waar lijk zonder eenige aanstootelijkheid! kleurt met de daaronder gedragen sarongs. Het is geheel onbegrijpelijk, dat men van sommige zijden dit optreden over een kam heeft geschoren methet to kijk^ stellen van die lippen-negerin- nen, die ik de vorige keer reeds ter sprake bracht!.... „Daarom om- l dat een toeristen-reis naar Bali toch al tijd in de papieren loopt, meent de schrijver), daarom heeft nu een hd van den Volksraad een troep Babneesche danseresjes naar Neder land gebracht, die haar kunst in verschillende steden zullen vertonnen. En wie dan nbg niet genoeg heeft van de exotische geneugten, kan zijn hart ophalen te Amsterdam, waar men thans negerinnen kan aanschouwen in eï liT)£en plakken hout zijn ge werkt. Dit meende b.v .de heer Henri Polak, naar aanleiding van P der, te moeten schrijven! Hij mede een, ten eenemale voorstelling-van-zaken en v0n N» totaal valsche voorstelling ?,r «t geest waarin deze Balineescll demonstratie door het publiek bl onder zich een groot aantal v ''aat' eigen partijgenooten bevondu opgenomen. Dat mag wel eens ïff!i der ook maar iets, in 't tegen den heer Polak en ziin te willen zeggen scherp in SI tegen den heer Polak en zijn te willen zeggen scherp'in u;> worden gesteld. Avonden als 3 het moét een ieder deze m»0„ezV duidelijk zijn' -, bevorderen 2# méér dan iets anders de ond i goede verstandhouding tussehln Oosten en het Westen en bun wei zjjdsch begrijpen; en het is zéér i»"' mer de voortgang van zulk een standhouding en zulk een begrip/'' verkeerde en verdraaide voorstelt van zaken te verstoren. »A ei lig verkeer" Een verloren Paradijs, dat «w- waar men, ook den dagelijksofc^,,' del en wandel, nog de gelegd heeft zich schoon en rhvtmischZ I taan, naar eigen ingeving, te bewegen. Hiér zouden we het, al dat we nog de wil en het vermom tot'zulk bewegen hadden- niet p»® meer kunnen. De gelegenheid ertoe' wordt, met het steeds toenemende ver keer, dat hoe langer zoo meer eenb wegen en gedragen van ons eisoht ti vaststaande en uniforme, van bovenR voorgeschreven regelen gebonden,» den dag geringer. Ruimte voor eigei initiatief blijft er al minder en mi* der. Op straat, op de pleinen, op dt trottoirs, overal moeten we, steeds nauwgezetter, het officieel vastgestel de kippen-loopje blijven volgen, willen we niet moedwillig het. tocii al groote aantal verkeersongevallen vermeerde ren. „Moéten" we; we dofewhet ech ter, tengevolge van den beroevAw. «o dikwijls beruchten vaderlanden vrijheidsdrang, die nu eenmaal een broertje dood heeft aan alle „gemasz- regel", nog véél te weinig, niettegen staande de verkeerspolitie ons op al lerlei wijzen, zoowel met de koek (het vriendelijk uitreiken van gratis ver keers-boekjes b.v.), als met de gaii (het strenge straffen van overtreders in het goede spoor tracht te leiden.- Den laatsten tijd echter begint eer deel van het publiek zélf te begrijp® dat het „zoo niet langer mag voort gaan"; men begint, min of meer ar/ stig, te kijken naar het steeds maar? loopen van de cijfers der ongevalls statistiek. Die cijfers „spreken" ook inderdaad! In 1923 waren er 3451 verkeersongevallen in Amsterdam met 38 maal doodelijk gevolg. In 1® 5382 met 44 maal doodelijk gevolg, 1928 waren die cijfers resp. "424 en sa- In 1930: 7754 en 51. Het aantal doo- den in deze acht jaar was 365; het aan tal slachtoffers met ernstig lichaniehi' letsel 8157; het totaal aantal slaohtot- fers....: 11696! Daarnaast rpzen de cijfers uit, dat in de ,satste,/% iaar het autoverkeer liefst is toegenomen! w-.v Het bedoelde deel van het begint nu in te zien dat tegenov*i een toeneming ook een daarat evenredigde toeneming moet sta» kennis der verkeersregelen e yer. orde-zin. En zoo is er op den z-8-a. keersdag", die men op 6 Juni 2' r0. niseerd had alom in den 'anF 3' pageerd voor „Veilig VerW® werd op dien dag in de 1".^ t «u- Club aan den Vijgendam 111 vnrde- bliek zelf de vereeniging ter ring van een veiliger verkeer vJj die onder eere-voorzitter^'1' burgemeester De Vlugt werd 8 maar die niet bedoeld is »"ee n gt Rel ijk. maar ook landelijk te we of, zich liet vnnrheeld van dergel ganisaties in Amerika em J' voor oogen heeft gesteld. Da gelijke vereeniging veel go uitrichten is, om een voor j, name te noemen, wel 8® t St. Louis, een stad met -, in woners, waar. voornamelijk doen van zulk een hPt s»c' medewerking" uit het public tal verkeersongevallen me der dan 50 pet. werd teruggc I „Gemengd" /wen**"' lcn of stilstaan. „.pj We leven in wel voldoende J tische tijden om te weten, O8""

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 8