AMSTERDAMSCHE U_
•q BRIEVEN
MODEPRAATJE
ken. Doch handwerken verkoos zij niet
te leeren, zooals een van haar gouver
nantes schreef. Toen zij op 18-jarigen
leeftijd den troon besteeg, voelde zij
zich zoo zeker van haar gezag, dat zij
aan den vorst van een naburig land
schreef: „Ik kan u verzekeren, dat er
onder mijn dienaars en ministers nie
mand is en ook nooit zijn zal, die stap
pen zou durven nemen zonder mijn
voorkennis of zonder mijn bevel."
Haar grootste belangstelling ging uit
naar haar verzameling schilderijen en
boeken. „Boeken doordringen mij met
levenskracht", zei zii altijd als een der
geleerden van haar hof, de Portugee-
sche rabbün Israël Manasse, haar bi
bliotheek weer verrijkt had met een of
ander oud geschrift. Zij stelde belang
in alle kunsten en wetenschappen. Haar
groote fout was, dat zij zooveel geld
verbruikte. In de 35 jaar na haar
troonsafstand leed zij voortdurend geld
gebrek. ook nadat men haar jaargeld
had vergroot. Zij leende aan alle kan
ten en zou zelfs den kroon van Polen
hebben aangenomen om uit de geldzor
gen te zijn, als men daarvoor niet de
voorwaarde had gesteld, dat zij in het
huwelijk zou treden. En dat „vreeselijke
Zaterdag:
Gebakken spek.
Capucijners, aardappelen.
Appelmoes.
Voor de vanillevla met bitterkoekjes
rekenen wij: s/ T mPik
i50 gram bitterkoekjes, L. meiK,
60 gram suiker, 1 pakje vanillesuiker,
30 gram maizena, 1 ei, desverlnezende
een weinig maresquin.
De melk en de suiker brengen we
aan de kook, maar nemen er ef"£e
lepels af om de maizena met het ge
klopte ei aan te mengen.
Is de melk warm, dan dompelen wjj
de bitterkoekjes erin en scheppen ze
er met de schuimspaan weder uit om
ze daarna in de vlaschaal te leggen.
Geeft men de voorkeur aan een meer
pikante smaak, dan worden de koekjes
in de vlaschaal gelegd en met wat
maresquin geweekt.
Kookt de melk, dan voegen wij net
aangemengde maizenapapje en ei toe
en blijven flink roeren, vooral den bo-
dem der pan raken, tot de vla de ge- i
wenschte dikte heeft, pan van het
vuur en van tijd tot tijd met de garde
doorkloppen, opdat zich geen vel kan
vormen, daarna op de bitterkoekjes
gieten.
WAT WORDT DE ALGEMEENE
DRACHT?
De nieuwe mode vertoont een zoo
groote afwisseling, dat menigeen er
zich onzeker bij voelt worden. Er is
haast geen idee te bedenken, of het
wordt door den een of anderen coutu
rier gelanceerd. Doch uit jarenlange
ervaring weten wij, dat uit al die ori-
gineele, aantrekkelijke en soms gril
lige ideeën er slechts weinige werke
lijk mode zullen worden. Welke? Er
zijn er op het oogenblik nog slechts
enkele te noemen, doch wij durven
met vertrouwen succes te voorspellen
aan het Persianer bontmanteltje van
Yvonne Oarette met ingezette stuk
ken stof rondom het middel om dit
slanker te maken, aan den mantel
van geribd fluweel van Schiaparelli,
aan Mainbocher's avondjapon van
zwarte crêpe met groote lussen van
zwart satijn op de linkerheup, aan
Lelong's driekwart lange fluweelen
avondmantel met zilvervos gegar
neerd en aan Lelong's avond-ensemble
van wit chifon bestaande uit een
plooirok en een bestikte blouse.
De stoffen staan altijd eerder vast
dan de modellen; daarvan kan dus al
meer gezegd worden. In dezen tijd, nu
de couturiers alle oude, beproefde
modevoorschriften ondersteboven wer
pen, is het wel goed om zich van een
en ander op de hoogte te stellen. Niet
alleen lijkt wol op zijde en zijde op
wol, kunstzijde op echte zijde en jer
sey op geribd fluweel, doch de stoffen
worden op geheel andere wijze ver
werkt. Een avondmantel van laken is
niet meer ongewoon, maar dat patent-
leer niet slechts voor schoenen en
accessoires, doch zelfs voor kraagjes
en manchetten op gebreide goederen
wordt gebruikt, is wellicht minder be
kend.
Alles bij elkaar genomen is wol de
meest gekozen stof; alleen bij de ge-
kleede toiletten wordt het aantal -wol
len japonnen overtroffen door het
aantal fluweelen. Er bestaat een toe
nemende belangstelling voor ruwe zij:
den stoffen voor overdag; Schiaparelli
gebruikt ze zelfs voor 's avonds. Crepe
onder een eenigszins gerinkeld weef
sel neemt in deze groep de eerste
plaats in. Een andere ruwe zijden
stof ziet er precies uit als wollen kant.
Ook tafzijde, die geheimzinnig ^ritse
lende stof, is weer in de mode. Kunst
satijn heeft zooveel aanhangsters ge
kregen, dat eenige vooraanstaande
modistes haar cliëntèle aanraden, deze
stof te kiezen inplaats van zijden
satijn. De ruwe wollen mantelstoffen
hebben een ongekende populariteit
genoten; daarom keeren de beste cou
turiers -thans terug tot gladdere
stoffen.
De grootste overwinning is echter
door het fluweel behaald. Wol trad
immers reeds in het voorjaar op den
voorgrond en kan dus niet meer tot
de speciale successen van dit seizoen
gerekend worden. Elke couturier zon
der één uitzondering, lanceert fluwee
len avondjaponnen en velen gebrui
ken fluweel ook voor hun namiddag-
japonnen en voor de driekwart lange
mantels, die speciaal bestemd zijn om
daarbij te worden gedragen. Verder
worden er fluweelen hoeden, tasschen,
moffen en schoenen bij gemaakt. En
nu fluweel eenmaal in de mode is, ziet
men er de meest verschillende soor
ten in verschijnen. In Parijs wordt het
zware Lyonfluweel meer gedragen
dan de soepeler soorten, terwijl het
nieuwe doffe fluweel ook veel wordt
verwerkt. De doorzichtige fluweel
soorten worden nog steeds gesteund
door Vionnet, die haar stoffen kent
en daarin altijd een goede keuze doet.
Zoo maak zij thans gebruik van spe
ciaal geweven 135 c.M. zijden stoffen,
omdat dan de snit van klokrokken en
ingewikkelde deelen beter verzorgd
kan worden. Ongeraseerd fluweel, dat
er op eenigen afstand uitziet als zeer
fijne wol, wordt vrij veel getoond. Be-
Bedrukt fluweel is gelukkig van het
tooneel verdwenen.
Blonchini heeft suoces met het ge
ribde fluweel „St. Hubert" en met een
nieuw soort zijden flu^^
glanzend is als kanstel dat
soepel. Fluweelen patron e
- r - - - - - - - - - - i
stoffen worden weer in
bracht, vooral op chiffon Re-
versiert donkere fhnvt>?iJ cbacn9
met ronde plekjes lamé. CoS\°tr''tl
brengt lamé motieven aan on n 'cr
dat brna zoo dun is als chiffon fel
WAT PARIJS ZEGT.
De mode vertoont groote ves^
lijkheid in de avondkleeding, Tl'
verder zijn de voornaamste lijn»» r
zelfde gebleven. Mantelpakken Jé'
den nog altijd in groote verscheid.»
heid getoond, ook met bolero's, rtlv
de lange mantels met bijpassend
japonnen worden minder gezien n
sportkleeding is bijna geheel onver
anderd gebleven. Een ietsje ians„
van rok, een ietsje meer getailleerd
een ietsje hooger aan den hals, dat i'
alles. Bruin, rood, lila en verschillen f
de tinten blauw en groen worden »r 1
het meest voor gebruikt.
(Nadruk verboden.)
en
zeer
Kindermantel van beige wollen ve
lours met biesjes versierd. Het mutsje
is van hetzelfde materiaal.
Mantel voor iets oudere meisjes. De
mantel zoowel als de shawlkraag zijn
van marineblauwe cheviot en gevoerd
met Schotsche jersey. De manchetten
worden gesloten met nikkelen gespen.
Mantel van bruine buras.yl met een
moderne pas, die uitloopt in een
kleine pellerine. Het shawlkraagje is
van dezelfde stof als de mantel en
versierd met stiksels.
Manteltje voor kleine kinderen van
rose fluweel met een ronde pas en
kraag, mouwversiering, knoopen en
mutspompoen van zwart bont.
Op taille gewerkte mantel van ma
rineblauwe stof met revers van be
drukte crêpe. De ceintuur wordt mei
twee knoopen gesloten.
Elegante kindermantel van zwaï
fluweel met een garneering van wit
hermelijn. De taille is gemarkeerd
door een biesje, dat onder den eenigen
knoop verloopt. De kleine met bont
afgezette pellerine loopt door orer
de bovenarmen. Het mutsje is bijpas
send bewerkt.
„Mannie," sprak het jonge vrouw
tje, „we zullen voor onzen jongen een
kindermeisje moeten zoeken."
„Een kindermeisje? Neem liever
een nachtwaker."
„Hoe kun je de ouderdom van een
kip taxeeren?"
„Aan de tanden."
„Maar een kip heeft toch geen tan
den?"
„Neen, een kip niet, maar ik wel."
Agent: „U schijnt het sleutelgat niet
te kunnen vinden. Geef mij dien sleu
tel maar."
De meneer die zijn verdriet onder
gedompeld heeft: „Niet noodig, va
dertje, hou 't huis maar vast."
juk", zooals zfi zei, wilde zij voor niets
ter wereld op zich nemen.
Wellicht vreesde zij ook, in het hu
welijk niet gelukkig te kunnen worden,
omdat haar uiterlijk niet aantrekkelijk
was. Haar eene schouder was veel hoo
ger dan de andere ten gevolge van een
val van het paard in haar kinderjaren,
waarna zij niet goed was behandeld.
Haar gezicht was niet leelijk; zij had
den adelaarsneus van haar vader ge
ërfd. Haar handen waren zeer goed ge
vormd en blank, doch zij had een sterk
vooruitspringende Adamsappel en een
v[eemde vergroeiing in de heupen. Zij
bleef haar leven lang een zeer heftige
persoonlijkheid en kon zich aan geen
dwang onderwerpen. Herhaaldelijk
moest de Paus haar vreemde gedrag
vergoeiliiken met een welwillend
„E donna zij is nu eenmaal een vrouw.
En toch was zij tegelijkertijd een echte
„garconnp door haar volkomen onver
schilligheid voor de meeningen van
anderen.
Millioenen en centen.
Een ieder is in deze tijden, min of
meer noodgedrongen, financier! Geen
rubriek in de bladen, die de laatste
dagen zoo naarstig wordt gespeld, als
die der Financiën en Economie. Men-
schen, wier kennis van het financie
wezen tot voor kort ophield bü een
spaarbankboekje, of op z'n hoogst bij
een giro-biljet, alhoewel dit laatste
eigenlijk al voor velen te ingewikkeld
was, verdiepen zich thans in, en
theoretiseeren honderd uit over den
gouden standaard, over het bi-metal-
lisme, over inflatie, disconto,
her-disconto, rembourscredieten,
en over de tallooze andere problemen,
die anders slechts achter de gesloten
deuren der directiekamers van bank
en handelspaleizen ter sprake komen.
Het is hèt onderwerp geworden, ook in
de sociëteit van hen, die geen lid kun
nen zijn van de sociëteit der upper ten:
de Groote Club. Die, vooral op de spits
uren in den middag, tegen den tijd, dat
de kantoren uitgaan, druk bezochte
populaire, openbare sociëteit, wordt als
steeds, gehouden op de balcons der
tram. „Het weer", dóór, meer nog
dan ergens anders, klassiek en veelge
liefd onderwerp van vrijwel de geheele
conversatie, heeft er deze dagen vol
ledig afgedaan en de millioenen gaan er
thans met evenveel hartstocht over de
tong als tot voor kort nog de zon, de
regen en de wind.En mocht het ge
sprek daar dan nog eens een oogenblik
over dit nieuwe, alles overheerschende
onderwerp stokken, dan zorgt de kell-
ner van deze rijdende sociëteit-van-het-
algemeen, dat is dan: de conducteur,
er wel voor, dat „het geld" en zijn
misères, aanstonds weer nieuwe stof tot
debat en wreveligen kout oplevert. Hij,
die conducteur, doet dat dan wel'
niet via millioenen, maar via.... de
extra cent, die de gemeente sinds ji
Maandag boven het dubbeltje, voor ees
gewone rit of een overstapje, van on
vordert. Ziethier dan, deze oogenblikKfr
lijk ingevoerde verhooging met 1 et.,
het eerste resultaat van de tram-debat
ten, onlangs in den Raad gevoerd,
zou men, als naïef mensch, geneigd ztl?
te zeggen. Maar....: „het is and61?'
om met Speenhoff te spreken!
batten waren, zooals in dit
achteraf nu eens zonneklaar be*|ze° J
uitsluitend en alleen: volkomen
>nte\i)k
te'.ooze verspilling van gemeen
presentie-geld. De hoofden bleken
de gemeentelijke tram- en andere m
solini's, die tot het invoeren va
moderne tiende penning bi.1 0 n
besloten hadden, reeds lang
geteld, zóo goed geteld ind
dat b.v. de tienrittenboekjes me
nieuwen prijs van f 1.10 al lang
dat die debatten ook zelfs maar
nen waren, laat staan dan tot ee
slissing" hadden geleid, kant en
gedrukt gereed lagen! Men b
nog niet mee te gaan met hen die
het z.g. beraadslagen van onf, Ag^e
waterdicht afgesloten partfl-P0
fracties verdeelde Kamers en °'en
teraden, in alle omstandigheden
volmaakt nuttelooze en dure 00111 aj.
achten, om te erkennen, dat e
thans.... sóms zóó en niet andet
Hier, in dit extra tram-cent geval,
het dan zoo.
En dat zou dan nog wel te si'
vallen, indien men de overtuiging ,n
dat de, aldus van bovenaf doorg0' ,pen
maatregel ook inderdaad zou 11
ons voortdurend toenemend 'Veeit
tekort" op te vangen. Maar dat
men niét. Veeleer het tegendeel e
wel op goede gronden. Want rte
de weinige dagen dat deze _kin<>0 'jng
tige 1 cents-noodmaatregel in w