Op audiëntie bij Vader Tijd.
Korte berijming van de voornaamste
gebeurtenissen in onze stad in 1931.
conservatieven een overgroote meerder
heid verschaften en MacDonald, de
minister-president, feitelijk tot een gevan
gene maakten van zijn oude tegenstan
ders, met wie hij nu met behulp tevens der
liberalen en dertien leden van de arbei
derspartij nu verder regeert.
Op de Indische politiek der regeering
heeft dit blijkbaar geen invloed geoefend.
Ofschoon de tweede Indische conferentie,
die ook Gandhi. de leider der Indische
nationalisten, naar Londen bracht, tenge
volge niet het minst van de oneenigheid
onder de Indiërs zelf, mislukte, blijft de
concurrente°d« ^nedeXntó.ë'«nivT,- regeering bereid verstrekkend, hervormin-
siteit, te staken, de oprichting van een gen toe te staan.
in
gen tot een nieuw kanaal ten onzen koste
verminderd. Voorloopig schijnt een derge
lijke mentaliteit bij onze naburen nog af
wezig. al zal het wel niet anders kunnen,
of de groei van de Vlaamsch-nationale
beweging moet hierop een gunstigen in
vloed oefenen.
Die groei en de strijd der Vlamingen
voor eigen recht heeft ook dit jaar Bel-
gië's openbare leven grootendeels be-
heerscht. De onlusten aan de Gentsche
universiteit, ten gevolge van de weigering
van prof. Hulin de Loo, om zijn colleges
aan de Ecoles des Hautes Etudes, een
nieuwen Raad van Vlaanderen met Dr.
Borms aan het hoofd, de groei van de los
van België-beweging en van de federa ïs-
tische gedachten ook in het Walenland,
Italië
gaat Mussolini nog steeds voort met zijn
hervormingen in fascistischen geest. Zijn
zijn daarvan de duidelijke teekenen._„nar opeischen van het geheele volk voor den
Ook de val van et ™m's e i j1 fascistischen staat heeft hem in botsing
dat door een ministene-Renkin opgevolgd t
is, wijst in die richting.
Het is zeker niet de richting, die
Frankrijk
wenscht. De Vlamingen hebben reeds her
aansluiting van België bij Frankrijk en
haaldelijk getoond, dat ze van de nauwe
aansluiting van België bij Frankrijk en
van het steunen door België van de im
perialistische en agressieve Fransche po
litiek niet gediend zijn. Zij hebben ook dit
jaar weer tegen deze politiek en tegen het
Fransch-Belgische accoord stelling geno
men. En het kan niet anders, of de scher
pere accentueering dezer politiek, die het
beleid der Fransche regeering dit jaar te
zien gaf, moet de tegenstelling nog strak
ker maken.
Laval, die Steeg als minister-president
is opgevolgd, is zeker geen fel nationalist,
maar staat toch heel wat dichter bij de
nationalistische richting dan Briand, wien
hij de leiding van het buitenlandsch be
leid dan ook zeker niet zonder opzet en
bedoeling eenigszins uit handen heeft ge
nomen. Hij is daarbij ongetwijfeld meer in
overeenstemming met de mentaliteit van
het Fransche volk en met den geest der
Fransche volksvertegenwoordiging. De
verkiezing van Doumer tot president der
republiek heeft, al zullen hier ook per- Tooneel:
soonlijke overwegingen zich hebben doen Chronos.
gelden, wel heel duidelijk aangetoond, dat xijd: Einde 1931.
het Fransche parlement van de verzoe- j
ningsgezinde en naar de internationale
gedachte gekeerde politiek van Briand,
die Doumer's tegencandidaat was, niet
gediend is.
Ook in het naburig^ Spanje
gebracht met het Vaticaan, toen de ka
tholieke jeugdvereenigingen ontbonden
werden, een botsing, die met een capitu
latie van het Vaticaan geëindigd is.
De botsing, die in
Zuid-Slavië
tusschen regeering en volk dreigde ten
gevolge van de heerschende dictatuur, is
voorkomen door de invoering van n
nieuwe Grondwet, die een soort constitu-
tioneelen regeeringsvorm herstelt. Waar
schijnlijk is de invloed van Frankrijk hier
aan niet geheel vreemd.
Die winnende invloed van Frankrijk,
niet alleen in Midden-Europa, maar over
de geheele wereld, is wel heel sterk tot
uiting gekomen door het bezoek, dat La-
val, de Fransche minister-president, aan
De Vereenigde Staten
heeft gebracht. Maar dit bezoek toont
tevens de veranderde houding van de
Amerikaansche regeering tegenover de
rest van de wereld, spciaal tegenover
Europa. Het is nog niet zoo heel lang ge
leden, dat Amerika zich in zijn isolement
terugtrok en van bemoeienis met Euro-
peesche aangelegenheden niet wilde hoo-
ren. De nood der tijden, die ook Amerika
te voelen kreeg, heeft daarin verandering
gebracht. En dit is wel een der meest ken
merkende verschijnselen van het afgeloo-
pen jaar, die naast de wereldcrisis en het
naar voren dringen van de vraagstukken
van herstelbetalingen en oorlogsschulden
en ontwapening dit jaar karakteriseer en,
De bemoeienis met het conflict in
Het verre Oosten
waar China nog altijd in gisting verkeert
en Japan rustig verder spint aan zijn an-
nexionistische plannen, heeft dit ook dui
delijk aangetoond.
Troonzaal in het paleis van vader Chronos:
Heb dank, Uw woorden doen mij innig goed.
Begin gerust uw taak met goeden moed.
(ter zijde).
(Vader Chronos zit op zijn troon en daar om Helaas, ik vrees, dit mooi vertrouwen
heen scharen zich zijn getrouwen: het Oude Jaar, Kan op geen sterken grondslag bouwen,
het Nieuwe Jaar, de Maand, de Week, de Dag,! (tot de maand),
de Nacht, de Minuut, de Seconde en het Laatste Nu gij, gij hebt 't blijmoedig woord
nippertje.)
Chronos (tot paleis wachter)
heeft men tot eersten president der nieuwe
republiek een eenigszins naar rechts ge Zijn allen hier? Ga dan de deuren sluiten
oriënteerde persoonlijkheid gekozen. Maar houdt het zi(' er buiten'
r, 0 .1 Wil strenq vooral de journalisten weren,
hier representeer e eze presi en nie Qp^at wjj ongestoord hier kunnen confereeren.
dsn geest der Spaansche Cortes.
Alcmala Zamora, de nieuwe president, (Paleiswachter gehoorzaamt. Juist wil hij de
was een der conservatief-getinte katho-laatste deur sluiten, als „het Laatste nippertje" nog
haastig binnenkomt.)
Laatste nippertje:
Chronos: (lachend)
Die snaak had stellig weer een slippertje!
Komt altijd op het laatste nippertje.
Laatste nippertje (maakt een buiging):
lieken, die reeds tijdens het koningsschap
zich voor de republiek verklaarden en des
wege ook in de gevangenis raakten. Toen
de gemeenteraadsverkiezingen de republi-Hei vriend, zoo haastig niet, op zij!
keinsche gezindheid van het Spaansche Men kan hier niet vergaad'ren zonder mij.
volk ondubbelzinnig uitspraken en koning
Alfons afstand deed van den Spaanschen
troon en spoedig daarop Spanje verliet,
behoorde ook de thans gekozen president
tot het republikeinsche comité, dat de re
volutie had voorbereid en aan het nieuwe
Spanje de eerste leiding gaf. Maar de ge- ik de laatste tot mijn- spijt,
beurtenissen ontwikkelden zich in een Maar toch geloof ik juist op tijd,
richting, die de twee meer naar rechts ge- Om niets of 'k moest mij zeer vergissen
oriënteerde leden van dit comité, Zamora Van Uwen wijzen raad te missen,
en Maura, steeds verder van de heer- j
schende richting vervreemdde. Totdat de Chronos (welwillend):
godsdienstige wetgeving, die aan de Ka- 't Is goed, 't is goed. En nu mijn waarden
tholieke kerk haar bevoorrechte positieWilt hier opnieuw aanvaarden
ontnam en zeer streng tegen de geeste
lijke orden optrad, deze twee goede ka
tholieken uit de regeering deden treden.
Het is wel waarschijnlijk, dat de revolu-
tionaire Spaansche beweging zich nog Waarvan men 't eind sinds jaren beidt,
verder naar links zal ontwikkelen. En als
een soort tegenwicht hiertegen heeft men
blijkbaar Zamora tot president gekozen,
die als uiterst gematigd republikein het
midden kan vp-rtenenwoordigen.
I- Duitschland
Mijn onverdeelde erkent'lijkheid
Voor 't goed beheeren van den tijd.
Weer ging een jaar voorbij. Schier overal
Hier in dit somb're tranendal
Duurt nog de zware crisis
Het menschdom ligt, ondanks dit sterk verlangen
In boozen waan van zelfzucht nog gevangen.
En schoon ons zeiven van deez' aard
Geen enk'le rampspoed bleef gespaard.
En wij dus met ervaring kunnen spreken,
Dreigt ons het hart bij zooveel wangedrag te
breken.
Maar laat ons d' eigen klachten smoren!
't Is hier mijn taak U allen eerst te hooren.
aai, yotuueeis o»iuer invloed van
e afhankelijke en ongunstige positie, I öude"jaar, gij zijt welhaast Verleden
Waarin het land verkeert, de ontwikkeling Spreek hier vrij uit, waart gij tevreden?
in geheel tegengestelde richting. Wan
neer er iets is, dat de Duitsche geschie- Oude Jaar:
denis in het afgeloopen jaar karakteri-
1 l l j 1 Tevreden heer? Ik mag u met verhelen,
seert, dan is het wel het hand over hand n.-i uu j.u 1
1 Dat ik genoeg heb van dat hopeloos krakeelen
veldwinnen van het nationaal-sociahsme,Qp conferenties, zondcr tal.
waarvan nu onlangs de verkiezingen in
Hessen een treffend voorbeeld hebben
gegeven. Al is indertijd de petitie van de
Stahlhelm tot ontbinding van den Pruisi-
schen landdag, die zich ook tegen het
heerschend regiem keerde, mislukt, het is
niettemin duidelijk, dat de meerderheid
van het Duitsche volk onder den druk der
omstandigheden zijn hoop stelt op de be
loften van nationaal-socialisten en andere
uiterst rechtsche elementen en zich daar
door steeds meer afkeert van de gedachte
der verzoening en naar de revanche.
En voorzoover het hiervoor niet ge
wonnen is, zoekt het heil bij het com
munisme. De regeering van Brüning, die
feitelijk dictatoriaal regeert en strenge
noodverordeningen uitvaardigt, waardoor
thans ook het economisch leven streng ge
regeld wordt, weet zich nog te handhaven.
Maar Hitier steekt de hand al naar het
gezag uit.
Engeland
doorleeft, evenals Duitschland, thans
een crisis, zij het een minder hevige. De
arbeidersregeering, die aan het bewind
was, heeft voor een nationale regeering
moeten plaats maken, wat een felle bot
sing tusschen Mac Donald, Snowden en
andere leiders der arbeiderspartij en de
groote meerderheid der partij en het in de
oppositie gaan der arbeiderspartij tenge
volge heeft gehad. Nieuwe belastingwetten
werden aanhangig gemaakt. De regeering
zag zich genoodzaakt den gouden stan
daard op te heffen. En tenslotte hadden
nieuwe verkiezingen plaats, die aan de
Uws meesters met ons aangehoord.
Wij willen thans uw oordeel weten!
De Maand (deftig).
Men pleegt o heer d' historie niet te meten
Naar aanzijn van een enk'le maand,
Bescheidenheid mij dus betaamt.
En voor een oordeel zal 'k mij wachten.
Maar schoon 'k niet kom met groote klachten,
Moet mij één grief toch van het hart
Chronos:
Heeft men u soms geplaagd, gesard?
De Maand:
Gesard niet heer. maar 'k wensch mij te beklagen,
Omdat men mij voortdurend wil belagen.
Men schiet voor mij in eerbied vaak te kort
Steeds grooter wordt de bend', die mort,
Wanneer mijn dagen een en dertig tellen.
Ze zouden, als dat kon, mijn tijd versnellen:
En eeuwig scheldt de gansche drom:
Goddank, de maand is bijna om!
Laatste nippertje:
Is dat een klacht! Dan moet je eens den visscher
hooren
hooren preeken.
Als hem op 't laatste nippertje het hengelsnoer
gaat breken.
De Maand:
'k Begrijp die lui niet al te goed.
Wat drijft hen tot dien boozen spoed?
De Nacht (terzijde):
Nu, dat is duid'lijk zou ik meenen:
Wie niets meer heeft en niets kan leenen,
Die snakt naar 't einde van de maand.
Het Uur (zacht):
Ik vind dien kwezel vrij verwaand!
Zij moest eens op kantoren kijken,
Dan zou haar wel wat anders blijken,
Hoe wordt daar 't eind verlangd van
laatste
uur.
De wereld lijkt een Augiasstal
En op een nieuwen Hercules is 't wachten,
Of op een menschenras met betere, gedachten.
Vergeef mij heer deez' somb'ren toon.
Maar 't perspectief lijkt mij niet schoon.
Wat met zoo n Janboel te beginnen?
Men komt naar 't schijnt niet tot bezinnen.
Men daast en raast, men vecht en dreigt,
En is geloof ik wel geneigd
Op nieuwen oorlog aan te sturen.
Die ligt misschien al in de luren!
Men wil geen rede meer verstaan
En tracht alleen records te slaan.
Wat ook de wereld komt te kort,
t Is stellig niet een fraai record,
k Wed, zoo men 'n wedstrijd schiep in 't schelden,
at Jan Record zich vlug kwam melden,
En bij dit alles is de kunst
Op elk gebied schier uit de gunst.
m moet zich bitterlijk beklagen
En van den staat een aalmoes vragen.
Die haar misschien geweigerd wordt,
In deze tijden van te kort!
En zie, zoo n ras, dat niets dan slechts kon
Wil met een apeklier zich 't leven nog verllnge'm
Chronos.
't Is waar, gij hebt tot dit beklag wel reden.
Ook ik ben stellig niet tevreden.
Maar wie als ik zoolang de menschen kent.
Die raakt aan al hun streken meer gewend
En gij Nieuwjaar, wat hebt gij ons te leeren
Durft gij het na dit fel relaas probeeren?
Nieuwe Jaar (optimistisch)
Ik ben geroepen heer en gaarne ook bereid
Mij past nog geen verwijt.
Nog minder hier al zuchtend te oreeren,
Want 'k weet, dit alles zal en moet toch eens
verkeeren!
Dat is voor mij toch minstens even zuur.
Chronos:
Ja, beste maand, dat kwaad is niet te keeren,
Zoolang een platte beurs zich moeilijk laat
cureeren.
(Tot den dag):
En nu ben ik nieuwsgierig wat de dag
Ons van zijn rijk vertellen mag.
De Dag:
Mijn rijk is klein, vooral in deze dagen,
Maar wilt ge naar mijn oordeel vragen,
Hoe men deez' maatschappij verlossen kan,
Van al d'ellende, die we nu beleven, dan
Zou ik als mijn bescheiden oordeel geven.
Dat met succes men naar dat doel kan streven,
Wanneer hier elkeen, man zoowel als vrouw,
Den dag maar goed besteden wou.
Chronos
Dat oordeel is niet slecht te noemen,
Helaas, de wereld kan niet roemen,
Op t juist besef van wat haar past!
Teveel wordt in deez tijd verbrast!
Wat zegt gij, waarde nacht, gij kunt het weten.
Me dunkt, ge moet de waarheid heeten.
De Nacht (spottend):
Wat zal 'k u zeggen heer, die klacht
dunkt mij oud, zoo oud reeds als de nacht.
Is
Chronos
Ja vriend, ge wilt er niet te veel van hooren,
Dat fuiven schijnt jou wel een weinig te bekoren.
De Nacht:
Een weinig wel, want 'k
Chronos:
Genoeg 't is aan de ondeugd nauw verwant.
Nacht C^rzijde)
Maar daarom toch wel amusant.
Chronos (tot de anderen):
En gij mijn vrienden, hebt gij iets te klagen?
(Het uur, de minuut en de seconde schudden
het hoofd).
Laatste nippertje:
Ik ben volmaakt tevreden heer.
Men houdt mij algemeen in eer.
Er zijn natuurlijk altijd van die menschen
Die mij voortdurend hard verwenschen.
Maar 't meerendeel is erg op mij gesteld.
Zelfs waar het schuld betalen geldt.
'k Tel mijn vereerders schier op elk terrein,
Bij rijk en arm, bij groot en klein.
Op roerende verknochtheid mag ik bogen,
Bij hen, die aan den fiscus off'ren mogen.
En wilt ge een bewijs hoe men in zaken van
t gewicht
Soms nog voor mijn bekoring zwicht?
Laatst zou een jonkman zich in d'echt begeven
En zich verbinden gaan voor 't leven.
Hij was reeds met zijn fiere bruid.
Waar men dat soort verdragen sluit.
Hij was 't stadhuis al veilig binnen,
Toen hij op 't nippertje zich ging bezinnen
En haastig vluchtte, 't Gaf een groot kabaal!
En wilt ge nog een schoon verhaal
(Hevig rumoer achter in de zaal. De palels-
wachter tracht een journalist tegen te houden).
Chronos:
Hei daar, wie komt ons ongenoodigd storen?
De journalist (worstelend met den palels-
wachter
Los vlegel! losde persik moet naar
voren!
(Tot Chronos):
Vergeef mij heerhet is misschien wat boud,
Maar 'k vraag beleefd een zaak'lijk onderhoud.
Chronos:
Hoe kwaamt ge hier? Door 't dak of door de
ruiten?
Journalist:
Ik liet mij vóór de conferentie binnen sluiten.
Chronos (lachend):
't Is goed. Begin meneer en sla uw slag,
Voor welke krant als 'k vragen mag?
Journalist:
De Heldersche heer, mag 'k u eentje presenteeren?
(Haalt een krant uit zijn zak).
Chronos (knikkend):
Is mij bekend. Welnu meneer de journalist?
ge nog niet wist?
Wat kan ik u vertellen, dat
Journalist (bladert in zijn boekje):
Ik zou wel heel graag willen weten
Laat zien
Ik heb 't opgeteekend 't is maar voor
't vergeten
O jaweet u ook bij geval,
Wanneer 't werk'lijk vrede wezen zal?
En 't aantal conferenties, dat nog moet mislukken
Alvorens ons hier één ding zal gelukken?
Het vraagstuk van de schulden, dat steeds de
rust verstoort
Bereikt men daaromtrent een goed accoord?
En dan de ontwapening, de leus van deze dagen.
Ik zou U gaarne wlilen vragen,
Of men nu straks wat licht mag zien
In deze taaie kwestie. Of zal misschien
De wereld in haar oude fout vervallen
En zal men weer de „ijz'ren vuist" gaan ballen?
't Conflict in Mandsjoerije baart ons zorg,
Men vecht er maar op los, wie staat ons borg.
Dat 't vuurtje, als 't eenmaal flink gaat branden,
Geen voedsel vindt in and're landen?
De crisis woedt in heel de wereld voort.
Malaise of werkloosheid is een woord
Dat men in eiken toonaard hoort. Mag ik U
vragen,
Wanneer 't gezond verstand er in zal slagen
Den weg te vinden naar herstel?
En danlaat zieno ja, vertel
mij, zal het is warempel niet te hopen
De gulden ook gevaar nog loopen?
Voorloopig ben ik klaar ik wacht uw antwoord
heer,
Spreek niet te vlug als 't kan ik geef het
woordelijk weer.
Chronos:
Dat antwoord zult ge niet ontloopen.
Zet bei uw ooren dus maar open!
Een beter antwoord zult ge nooit begeeren:
Pas op, noteer:
De tijd zal 't leeren!!!
J. LEENINGA.
zijn verdwenen van 't tooneel.
And'ren zijn er weer gekomen:
(zijn er heusch nou niet te veel?!?).
Tekst en plaatjes van Th. J. V.
Allereerst om te beginnen,
wenscht de Heldersche Courant
aUe lezers, hier en elders,
velen ook in 't buitenland
b)j het eind van één en dertig,
trrt volgend, nieuwe, gloort reeds daar
óndanks crisis en malaise,
een Gelukkig, Goed Nieuwjaar.
T
Het stadsaspect, gebouwen, enz.
Op dit punt is ons Den Helder
dit jaar zéér vooruitgegaan,
want er is aan stadsverfraaiing
werkelijk heel veel gedaan.
Heel het jaar werd veel gesproken
en (van ouds) gediscussieerd
over moties werd bij bosjes
lang en breed gedebatteerd,
maar er werd toch ook wel wat goeds
door de leden saamgewrocht.
Onder and'ren werd besloten:
wordt, op pof, wat geld gekocht.
Er werd nog veel meer besloten
maar vermelding duurt te lang
en voor U soms te vervelen
ben ik wel een beetje bang.
Het voornaamste in December
op de raadsmarkt aangevoerd,
was de kermis, die na jaren
van 't program werd afgevoerd.
Dank aan onzen burgervader
(voor 't beteugelen van de praats
die vaak dreigd' over te loopen)
Is hier zeker op zijn plaats.
De Marine.
Verder gaan we met het rijmen
van 't beknopt jaaroverzicht,
en thans worden onze oogen
naar marinekant gericht.
Ook kreeg het een postagentschap,
voort ging men met huizenbouw,
last not least: de Brakkeveldweg
kreeg het frame schoolgebouw.
Thans heeft men het meeste wat er
noodig is al bij elkaar
Tuindorp kan tevreden wezen
't was een goed en vruchtbaar jaar.
Te Huisduinen is er weinig
wat verand'ring heeft gebracht.
Voor de oude straatverlichting
werd een beet're aangebracht.
Hier kwam ook een postagentschap
daar was Tante Pos goed voor
Later ging zij nog wat verder
en gaf toen een postkantoor.
Heel gelukkig heeft slechts tweemaal
wat betreft Den Helder-stad
Honderd jaar was het geleden
dat van Speyck de lucht in vloog,
't was dan .ook niet te verwonderen,
dat men aan 't herdenken toog.
Heele ceelen uit z'n leven,
werden uit 't archief gehaald
en aan wie het nog niet wisten
(of wél wisten!) werd 't verhaald.
Als iedereen
I - maar sliep bij nacht.
Gij z^ót i?r' v'' "l0"- m'' ee" bezoek vereeren.
ai zeker kost lijk amuseeren,
En 't ,dee' dCr br3Ve burgers slaapt.
En t ander deel eerst recht ontwaakt;
Die" met" bocmelaars en nachtpoëten
Pn rT M 96611 Faad meCr Weten>
tin cheveklantjes, zonder tal,
Die slaan hun slag of loopen in de val
Of jonkmans, die bij 't liefje poozen
Om rustig wat te minnekoozen.
had een saaie wacht,
Eén der eerste mooimaakdaden
was voor de Prins Hendriklaan
waar, inplaats van kale boomen
thans die prachtlantaarns staan.
Een trottoirtje, een plantsoentje
en een mooie breede straat
is de vrucht van die verbouwing,
't Is een keurig resultaat.
Verder: met de Buitenhaven
werd reeds een begin gemaakt,
't Havenplein is dit jaar bijna
de voltooiing reeds genaakt.
't Peperhuisje is verdwenen
na een kleinen, korten strijd
moest het zich gewonnen geven
aan de roepstem van den tijd.
t Ankerpark heeft eind'lijk ook eens
met den rommel afgedaan:
t Zwarte veld wordt een plantsoentje,
dat zal heel wat netter staan.
't Tuindorp werd in één en dertig
op veel nuttigs getracteerd;
een voornaam en groot gedeelte
werd geëlectrificeerd.
t ongewcnschte, maar onweerb're
Roode Haan-bezoek gehad.
Eens bij Govers, waar in 't duister
van een ijzig kouden nacht,
door een felle brand de brandweer
werd in rep en roer gebracht.
Oud Den Helder zag zich tevens
met zijn hoog bezoek vereerd.
Liever had men, dat is zeker,
als het kon, dit beest geweerd.
Dit jaar was nog niet verloopen
of de oude Langestraat
werd er nogmaals aan herinnert
dat het brandspook nog bestaat.
Maar het is goed afgeloopen:
Dank aan ieder brandweerman
die er hielp; want 't is bewezen
dat iets kleins, groot worden kan
En tot slot van dit kapittel
zij hier nog gememoreerd,
dat Den Helder dezen zomer
met een herberg werd vermeerd.
t Pad hiervoor ging niet op rozen
na veel moeilijks werd 't hoog tijd
maar op tijd nog werd „de Noordkaap"
met veel plechtigs ingewijd.
Op het wachtschip ging de driekleur
met drie sterren met pensioen.
Men kan 't tijdelijk met vlaggen
met een ster'tje minder doen.
Dit had d'oorzaak in 't verwisselen
van Marinecommandant
Schout bij nacht Brutel ging zitten
Waar eens zat admiraal Quant.
Ook hield men weer vlootmanoeuvres;
ditmaal maar op kleine schaal.
D' eene vloot ging als een haasje
voor de ander aan den haal!
Vijf en twintig jaar geleden:
d' onderzeedienst opgericht.
Ook dit is men gaan herdenken,
t Was een feit van groot gewicht.
De Raad.
Wat betreft dit punt is 't eerste
dat vermeldingswaarde heeft
dat ons Juni, na de stemming,
stemmingsresultaten geeft.
Enk'le van de oude leden
Bij den vliegdienst weer een doode.
Dit jaar weer geen schoone lei.
Bij de lijst van ongelukken
kwam er weer een droevig bij.
Als gewoonlijk gingen vele
schepen weg van onze ree
namen voor de beide Indien
vaderlandsehe groeten mee.
Vereenigingen. Bonden, enz
't Heilsleger herdacht als eerste
't veertig-jarig jubllé:
dacht terug aan mooie daden,
die het in die jaren dee.
Voor een feestelijke stemming
was het feit, dat dit jaar voor
vijftig jaren werd begonnen
met ons Helder s Mannenkoor.
Verder zochten tal van bonden
Helder voor hun bondsdag uit
en verschoten hier hun jaarlljksch
feestelijke vreugdekruit.
t N.C.G.V. met de turners
uit het West van Nederland
hadden tweeden Pinksterdag hun
wedstrijddag: un jour trés grand.