Op audiëntie bij Vader Tijd. Korte berijming van de voornaamste gebeurtenissen in onze stad in 1931. conservatieven een overgroote meerder heid verschaften en MacDonald, de minister-president, feitelijk tot een gevan gene maakten van zijn oude tegenstan ders, met wie hij nu met behulp tevens der liberalen en dertien leden van de arbei derspartij nu verder regeert. Op de Indische politiek der regeering heeft dit blijkbaar geen invloed geoefend. Ofschoon de tweede Indische conferentie, die ook Gandhi. de leider der Indische nationalisten, naar Londen bracht, tenge volge niet het minst van de oneenigheid onder de Indiërs zelf, mislukte, blijft de concurrente°d« ^nedeXntó.ë'«nivT,- regeering bereid verstrekkend, hervormin- siteit, te staken, de oprichting van een gen toe te staan. in gen tot een nieuw kanaal ten onzen koste verminderd. Voorloopig schijnt een derge lijke mentaliteit bij onze naburen nog af wezig. al zal het wel niet anders kunnen, of de groei van de Vlaamsch-nationale beweging moet hierop een gunstigen in vloed oefenen. Die groei en de strijd der Vlamingen voor eigen recht heeft ook dit jaar Bel- gië's openbare leven grootendeels be- heerscht. De onlusten aan de Gentsche universiteit, ten gevolge van de weigering van prof. Hulin de Loo, om zijn colleges aan de Ecoles des Hautes Etudes, een nieuwen Raad van Vlaanderen met Dr. Borms aan het hoofd, de groei van de los van België-beweging en van de federa ïs- tische gedachten ook in het Walenland, Italië gaat Mussolini nog steeds voort met zijn hervormingen in fascistischen geest. Zijn zijn daarvan de duidelijke teekenen._„nar opeischen van het geheele volk voor den Ook de val van et ™m's e i j1 fascistischen staat heeft hem in botsing dat door een ministene-Renkin opgevolgd t is, wijst in die richting. Het is zeker niet de richting, die Frankrijk wenscht. De Vlamingen hebben reeds her aansluiting van België bij Frankrijk en haaldelijk getoond, dat ze van de nauwe aansluiting van België bij Frankrijk en van het steunen door België van de im perialistische en agressieve Fransche po litiek niet gediend zijn. Zij hebben ook dit jaar weer tegen deze politiek en tegen het Fransch-Belgische accoord stelling geno men. En het kan niet anders, of de scher pere accentueering dezer politiek, die het beleid der Fransche regeering dit jaar te zien gaf, moet de tegenstelling nog strak ker maken. Laval, die Steeg als minister-president is opgevolgd, is zeker geen fel nationalist, maar staat toch heel wat dichter bij de nationalistische richting dan Briand, wien hij de leiding van het buitenlandsch be leid dan ook zeker niet zonder opzet en bedoeling eenigszins uit handen heeft ge nomen. Hij is daarbij ongetwijfeld meer in overeenstemming met de mentaliteit van het Fransche volk en met den geest der Fransche volksvertegenwoordiging. De verkiezing van Doumer tot president der republiek heeft, al zullen hier ook per- Tooneel: soonlijke overwegingen zich hebben doen Chronos. gelden, wel heel duidelijk aangetoond, dat xijd: Einde 1931. het Fransche parlement van de verzoe- j ningsgezinde en naar de internationale gedachte gekeerde politiek van Briand, die Doumer's tegencandidaat was, niet gediend is. Ook in het naburig^ Spanje gebracht met het Vaticaan, toen de ka tholieke jeugdvereenigingen ontbonden werden, een botsing, die met een capitu latie van het Vaticaan geëindigd is. De botsing, die in Zuid-Slavië tusschen regeering en volk dreigde ten gevolge van de heerschende dictatuur, is voorkomen door de invoering van n nieuwe Grondwet, die een soort constitu- tioneelen regeeringsvorm herstelt. Waar schijnlijk is de invloed van Frankrijk hier aan niet geheel vreemd. Die winnende invloed van Frankrijk, niet alleen in Midden-Europa, maar over de geheele wereld, is wel heel sterk tot uiting gekomen door het bezoek, dat La- val, de Fransche minister-president, aan De Vereenigde Staten heeft gebracht. Maar dit bezoek toont tevens de veranderde houding van de Amerikaansche regeering tegenover de rest van de wereld, spciaal tegenover Europa. Het is nog niet zoo heel lang ge leden, dat Amerika zich in zijn isolement terugtrok en van bemoeienis met Euro- peesche aangelegenheden niet wilde hoo- ren. De nood der tijden, die ook Amerika te voelen kreeg, heeft daarin verandering gebracht. En dit is wel een der meest ken merkende verschijnselen van het afgeloo- pen jaar, die naast de wereldcrisis en het naar voren dringen van de vraagstukken van herstelbetalingen en oorlogsschulden en ontwapening dit jaar karakteriseer en, De bemoeienis met het conflict in Het verre Oosten waar China nog altijd in gisting verkeert en Japan rustig verder spint aan zijn an- nexionistische plannen, heeft dit ook dui delijk aangetoond. Troonzaal in het paleis van vader Chronos: Heb dank, Uw woorden doen mij innig goed. Begin gerust uw taak met goeden moed. (ter zijde). (Vader Chronos zit op zijn troon en daar om Helaas, ik vrees, dit mooi vertrouwen heen scharen zich zijn getrouwen: het Oude Jaar, Kan op geen sterken grondslag bouwen, het Nieuwe Jaar, de Maand, de Week, de Dag,! (tot de maand), de Nacht, de Minuut, de Seconde en het Laatste Nu gij, gij hebt 't blijmoedig woord nippertje.) Chronos (tot paleis wachter) heeft men tot eersten president der nieuwe republiek een eenigszins naar rechts ge Zijn allen hier? Ga dan de deuren sluiten oriënteerde persoonlijkheid gekozen. Maar houdt het zi(' er buiten' r, 0 .1 Wil strenq vooral de journalisten weren, hier representeer e eze presi en nie Qp^at wjj ongestoord hier kunnen confereeren. dsn geest der Spaansche Cortes. Alcmala Zamora, de nieuwe president, (Paleiswachter gehoorzaamt. Juist wil hij de was een der conservatief-getinte katho-laatste deur sluiten, als „het Laatste nippertje" nog haastig binnenkomt.) Laatste nippertje: Chronos: (lachend) Die snaak had stellig weer een slippertje! Komt altijd op het laatste nippertje. Laatste nippertje (maakt een buiging): lieken, die reeds tijdens het koningsschap zich voor de republiek verklaarden en des wege ook in de gevangenis raakten. Toen de gemeenteraadsverkiezingen de republi-Hei vriend, zoo haastig niet, op zij! keinsche gezindheid van het Spaansche Men kan hier niet vergaad'ren zonder mij. volk ondubbelzinnig uitspraken en koning Alfons afstand deed van den Spaanschen troon en spoedig daarop Spanje verliet, behoorde ook de thans gekozen president tot het republikeinsche comité, dat de re volutie had voorbereid en aan het nieuwe Spanje de eerste leiding gaf. Maar de ge- ik de laatste tot mijn- spijt, beurtenissen ontwikkelden zich in een Maar toch geloof ik juist op tijd, richting, die de twee meer naar rechts ge- Om niets of 'k moest mij zeer vergissen oriënteerde leden van dit comité, Zamora Van Uwen wijzen raad te missen, en Maura, steeds verder van de heer- j schende richting vervreemdde. Totdat de Chronos (welwillend): godsdienstige wetgeving, die aan de Ka- 't Is goed, 't is goed. En nu mijn waarden tholieke kerk haar bevoorrechte positieWilt hier opnieuw aanvaarden ontnam en zeer streng tegen de geeste lijke orden optrad, deze twee goede ka tholieken uit de regeering deden treden. Het is wel waarschijnlijk, dat de revolu- tionaire Spaansche beweging zich nog Waarvan men 't eind sinds jaren beidt, verder naar links zal ontwikkelen. En als een soort tegenwicht hiertegen heeft men blijkbaar Zamora tot president gekozen, die als uiterst gematigd republikein het midden kan vp-rtenenwoordigen. I- Duitschland Mijn onverdeelde erkent'lijkheid Voor 't goed beheeren van den tijd. Weer ging een jaar voorbij. Schier overal Hier in dit somb're tranendal Duurt nog de zware crisis Het menschdom ligt, ondanks dit sterk verlangen In boozen waan van zelfzucht nog gevangen. En schoon ons zeiven van deez' aard Geen enk'le rampspoed bleef gespaard. En wij dus met ervaring kunnen spreken, Dreigt ons het hart bij zooveel wangedrag te breken. Maar laat ons d' eigen klachten smoren! 't Is hier mijn taak U allen eerst te hooren. aai, yotuueeis o»iuer invloed van e afhankelijke en ongunstige positie, I öude"jaar, gij zijt welhaast Verleden Waarin het land verkeert, de ontwikkeling Spreek hier vrij uit, waart gij tevreden? in geheel tegengestelde richting. Wan neer er iets is, dat de Duitsche geschie- Oude Jaar: denis in het afgeloopen jaar karakteri- 1 l l j 1 Tevreden heer? Ik mag u met verhelen, seert, dan is het wel het hand over hand n.-i uu j.u 1 1 Dat ik genoeg heb van dat hopeloos krakeelen veldwinnen van het nationaal-sociahsme,Qp conferenties, zondcr tal. waarvan nu onlangs de verkiezingen in Hessen een treffend voorbeeld hebben gegeven. Al is indertijd de petitie van de Stahlhelm tot ontbinding van den Pruisi- schen landdag, die zich ook tegen het heerschend regiem keerde, mislukt, het is niettemin duidelijk, dat de meerderheid van het Duitsche volk onder den druk der omstandigheden zijn hoop stelt op de be loften van nationaal-socialisten en andere uiterst rechtsche elementen en zich daar door steeds meer afkeert van de gedachte der verzoening en naar de revanche. En voorzoover het hiervoor niet ge wonnen is, zoekt het heil bij het com munisme. De regeering van Brüning, die feitelijk dictatoriaal regeert en strenge noodverordeningen uitvaardigt, waardoor thans ook het economisch leven streng ge regeld wordt, weet zich nog te handhaven. Maar Hitier steekt de hand al naar het gezag uit. Engeland doorleeft, evenals Duitschland, thans een crisis, zij het een minder hevige. De arbeidersregeering, die aan het bewind was, heeft voor een nationale regeering moeten plaats maken, wat een felle bot sing tusschen Mac Donald, Snowden en andere leiders der arbeiderspartij en de groote meerderheid der partij en het in de oppositie gaan der arbeiderspartij tenge volge heeft gehad. Nieuwe belastingwetten werden aanhangig gemaakt. De regeering zag zich genoodzaakt den gouden stan daard op te heffen. En tenslotte hadden nieuwe verkiezingen plaats, die aan de Uws meesters met ons aangehoord. Wij willen thans uw oordeel weten! De Maand (deftig). Men pleegt o heer d' historie niet te meten Naar aanzijn van een enk'le maand, Bescheidenheid mij dus betaamt. En voor een oordeel zal 'k mij wachten. Maar schoon 'k niet kom met groote klachten, Moet mij één grief toch van het hart Chronos: Heeft men u soms geplaagd, gesard? De Maand: Gesard niet heer. maar 'k wensch mij te beklagen, Omdat men mij voortdurend wil belagen. Men schiet voor mij in eerbied vaak te kort Steeds grooter wordt de bend', die mort, Wanneer mijn dagen een en dertig tellen. Ze zouden, als dat kon, mijn tijd versnellen: En eeuwig scheldt de gansche drom: Goddank, de maand is bijna om! Laatste nippertje: Is dat een klacht! Dan moet je eens den visscher hooren hooren preeken. Als hem op 't laatste nippertje het hengelsnoer gaat breken. De Maand: 'k Begrijp die lui niet al te goed. Wat drijft hen tot dien boozen spoed? De Nacht (terzijde): Nu, dat is duid'lijk zou ik meenen: Wie niets meer heeft en niets kan leenen, Die snakt naar 't einde van de maand. Het Uur (zacht): Ik vind dien kwezel vrij verwaand! Zij moest eens op kantoren kijken, Dan zou haar wel wat anders blijken, Hoe wordt daar 't eind verlangd van laatste uur. De wereld lijkt een Augiasstal En op een nieuwen Hercules is 't wachten, Of op een menschenras met betere, gedachten. Vergeef mij heer deez' somb'ren toon. Maar 't perspectief lijkt mij niet schoon. Wat met zoo n Janboel te beginnen? Men komt naar 't schijnt niet tot bezinnen. Men daast en raast, men vecht en dreigt, En is geloof ik wel geneigd Op nieuwen oorlog aan te sturen. Die ligt misschien al in de luren! Men wil geen rede meer verstaan En tracht alleen records te slaan. Wat ook de wereld komt te kort, t Is stellig niet een fraai record, k Wed, zoo men 'n wedstrijd schiep in 't schelden, at Jan Record zich vlug kwam melden, En bij dit alles is de kunst Op elk gebied schier uit de gunst. m moet zich bitterlijk beklagen En van den staat een aalmoes vragen. Die haar misschien geweigerd wordt, In deze tijden van te kort! En zie, zoo n ras, dat niets dan slechts kon Wil met een apeklier zich 't leven nog verllnge'm Chronos. 't Is waar, gij hebt tot dit beklag wel reden. Ook ik ben stellig niet tevreden. Maar wie als ik zoolang de menschen kent. Die raakt aan al hun streken meer gewend En gij Nieuwjaar, wat hebt gij ons te leeren Durft gij het na dit fel relaas probeeren? Nieuwe Jaar (optimistisch) Ik ben geroepen heer en gaarne ook bereid Mij past nog geen verwijt. Nog minder hier al zuchtend te oreeren, Want 'k weet, dit alles zal en moet toch eens verkeeren! Dat is voor mij toch minstens even zuur. Chronos: Ja, beste maand, dat kwaad is niet te keeren, Zoolang een platte beurs zich moeilijk laat cureeren. (Tot den dag): En nu ben ik nieuwsgierig wat de dag Ons van zijn rijk vertellen mag. De Dag: Mijn rijk is klein, vooral in deze dagen, Maar wilt ge naar mijn oordeel vragen, Hoe men deez' maatschappij verlossen kan, Van al d'ellende, die we nu beleven, dan Zou ik als mijn bescheiden oordeel geven. Dat met succes men naar dat doel kan streven, Wanneer hier elkeen, man zoowel als vrouw, Den dag maar goed besteden wou. Chronos Dat oordeel is niet slecht te noemen, Helaas, de wereld kan niet roemen, Op t juist besef van wat haar past! Teveel wordt in deez tijd verbrast! Wat zegt gij, waarde nacht, gij kunt het weten. Me dunkt, ge moet de waarheid heeten. De Nacht (spottend): Wat zal 'k u zeggen heer, die klacht dunkt mij oud, zoo oud reeds als de nacht. Is Chronos Ja vriend, ge wilt er niet te veel van hooren, Dat fuiven schijnt jou wel een weinig te bekoren. De Nacht: Een weinig wel, want 'k Chronos: Genoeg 't is aan de ondeugd nauw verwant. Nacht C^rzijde) Maar daarom toch wel amusant. Chronos (tot de anderen): En gij mijn vrienden, hebt gij iets te klagen? (Het uur, de minuut en de seconde schudden het hoofd). Laatste nippertje: Ik ben volmaakt tevreden heer. Men houdt mij algemeen in eer. Er zijn natuurlijk altijd van die menschen Die mij voortdurend hard verwenschen. Maar 't meerendeel is erg op mij gesteld. Zelfs waar het schuld betalen geldt. 'k Tel mijn vereerders schier op elk terrein, Bij rijk en arm, bij groot en klein. Op roerende verknochtheid mag ik bogen, Bij hen, die aan den fiscus off'ren mogen. En wilt ge een bewijs hoe men in zaken van t gewicht Soms nog voor mijn bekoring zwicht? Laatst zou een jonkman zich in d'echt begeven En zich verbinden gaan voor 't leven. Hij was reeds met zijn fiere bruid. Waar men dat soort verdragen sluit. Hij was 't stadhuis al veilig binnen, Toen hij op 't nippertje zich ging bezinnen En haastig vluchtte, 't Gaf een groot kabaal! En wilt ge nog een schoon verhaal (Hevig rumoer achter in de zaal. De palels- wachter tracht een journalist tegen te houden). Chronos: Hei daar, wie komt ons ongenoodigd storen? De journalist (worstelend met den palels- wachter Los vlegel! losde persik moet naar voren! (Tot Chronos): Vergeef mij heerhet is misschien wat boud, Maar 'k vraag beleefd een zaak'lijk onderhoud. Chronos: Hoe kwaamt ge hier? Door 't dak of door de ruiten? Journalist: Ik liet mij vóór de conferentie binnen sluiten. Chronos (lachend): 't Is goed. Begin meneer en sla uw slag, Voor welke krant als 'k vragen mag? Journalist: De Heldersche heer, mag 'k u eentje presenteeren? (Haalt een krant uit zijn zak). Chronos (knikkend): Is mij bekend. Welnu meneer de journalist? ge nog niet wist? Wat kan ik u vertellen, dat Journalist (bladert in zijn boekje): Ik zou wel heel graag willen weten Laat zien Ik heb 't opgeteekend 't is maar voor 't vergeten O jaweet u ook bij geval, Wanneer 't werk'lijk vrede wezen zal? En 't aantal conferenties, dat nog moet mislukken Alvorens ons hier één ding zal gelukken? Het vraagstuk van de schulden, dat steeds de rust verstoort Bereikt men daaromtrent een goed accoord? En dan de ontwapening, de leus van deze dagen. Ik zou U gaarne wlilen vragen, Of men nu straks wat licht mag zien In deze taaie kwestie. Of zal misschien De wereld in haar oude fout vervallen En zal men weer de „ijz'ren vuist" gaan ballen? 't Conflict in Mandsjoerije baart ons zorg, Men vecht er maar op los, wie staat ons borg. Dat 't vuurtje, als 't eenmaal flink gaat branden, Geen voedsel vindt in and're landen? De crisis woedt in heel de wereld voort. Malaise of werkloosheid is een woord Dat men in eiken toonaard hoort. Mag ik U vragen, Wanneer 't gezond verstand er in zal slagen Den weg te vinden naar herstel? En danlaat zieno ja, vertel mij, zal het is warempel niet te hopen De gulden ook gevaar nog loopen? Voorloopig ben ik klaar ik wacht uw antwoord heer, Spreek niet te vlug als 't kan ik geef het woordelijk weer. Chronos: Dat antwoord zult ge niet ontloopen. Zet bei uw ooren dus maar open! Een beter antwoord zult ge nooit begeeren: Pas op, noteer: De tijd zal 't leeren!!! J. LEENINGA. zijn verdwenen van 't tooneel. And'ren zijn er weer gekomen: (zijn er heusch nou niet te veel?!?). Tekst en plaatjes van Th. J. V. Allereerst om te beginnen, wenscht de Heldersche Courant aUe lezers, hier en elders, velen ook in 't buitenland b)j het eind van één en dertig, trrt volgend, nieuwe, gloort reeds daar óndanks crisis en malaise, een Gelukkig, Goed Nieuwjaar. T Het stadsaspect, gebouwen, enz. Op dit punt is ons Den Helder dit jaar zéér vooruitgegaan, want er is aan stadsverfraaiing werkelijk heel veel gedaan. Heel het jaar werd veel gesproken en (van ouds) gediscussieerd over moties werd bij bosjes lang en breed gedebatteerd, maar er werd toch ook wel wat goeds door de leden saamgewrocht. Onder and'ren werd besloten: wordt, op pof, wat geld gekocht. Er werd nog veel meer besloten maar vermelding duurt te lang en voor U soms te vervelen ben ik wel een beetje bang. Het voornaamste in December op de raadsmarkt aangevoerd, was de kermis, die na jaren van 't program werd afgevoerd. Dank aan onzen burgervader (voor 't beteugelen van de praats die vaak dreigd' over te loopen) Is hier zeker op zijn plaats. De Marine. Verder gaan we met het rijmen van 't beknopt jaaroverzicht, en thans worden onze oogen naar marinekant gericht. Ook kreeg het een postagentschap, voort ging men met huizenbouw, last not least: de Brakkeveldweg kreeg het frame schoolgebouw. Thans heeft men het meeste wat er noodig is al bij elkaar Tuindorp kan tevreden wezen 't was een goed en vruchtbaar jaar. Te Huisduinen is er weinig wat verand'ring heeft gebracht. Voor de oude straatverlichting werd een beet're aangebracht. Hier kwam ook een postagentschap daar was Tante Pos goed voor Later ging zij nog wat verder en gaf toen een postkantoor. Heel gelukkig heeft slechts tweemaal wat betreft Den Helder-stad Honderd jaar was het geleden dat van Speyck de lucht in vloog, 't was dan .ook niet te verwonderen, dat men aan 't herdenken toog. Heele ceelen uit z'n leven, werden uit 't archief gehaald en aan wie het nog niet wisten (of wél wisten!) werd 't verhaald. Als iedereen I - maar sliep bij nacht. Gij z^ót i?r' v'' "l0"- m'' ee" bezoek vereeren. ai zeker kost lijk amuseeren, En 't ,dee' dCr br3Ve burgers slaapt. En t ander deel eerst recht ontwaakt; Die" met" bocmelaars en nachtpoëten Pn rT M 96611 Faad meCr Weten> tin cheveklantjes, zonder tal, Die slaan hun slag of loopen in de val Of jonkmans, die bij 't liefje poozen Om rustig wat te minnekoozen. had een saaie wacht, Eén der eerste mooimaakdaden was voor de Prins Hendriklaan waar, inplaats van kale boomen thans die prachtlantaarns staan. Een trottoirtje, een plantsoentje en een mooie breede straat is de vrucht van die verbouwing, 't Is een keurig resultaat. Verder: met de Buitenhaven werd reeds een begin gemaakt, 't Havenplein is dit jaar bijna de voltooiing reeds genaakt. 't Peperhuisje is verdwenen na een kleinen, korten strijd moest het zich gewonnen geven aan de roepstem van den tijd. t Ankerpark heeft eind'lijk ook eens met den rommel afgedaan: t Zwarte veld wordt een plantsoentje, dat zal heel wat netter staan. 't Tuindorp werd in één en dertig op veel nuttigs getracteerd; een voornaam en groot gedeelte werd geëlectrificeerd. t ongewcnschte, maar onweerb're Roode Haan-bezoek gehad. Eens bij Govers, waar in 't duister van een ijzig kouden nacht, door een felle brand de brandweer werd in rep en roer gebracht. Oud Den Helder zag zich tevens met zijn hoog bezoek vereerd. Liever had men, dat is zeker, als het kon, dit beest geweerd. Dit jaar was nog niet verloopen of de oude Langestraat werd er nogmaals aan herinnert dat het brandspook nog bestaat. Maar het is goed afgeloopen: Dank aan ieder brandweerman die er hielp; want 't is bewezen dat iets kleins, groot worden kan En tot slot van dit kapittel zij hier nog gememoreerd, dat Den Helder dezen zomer met een herberg werd vermeerd. t Pad hiervoor ging niet op rozen na veel moeilijks werd 't hoog tijd maar op tijd nog werd „de Noordkaap" met veel plechtigs ingewijd. Op het wachtschip ging de driekleur met drie sterren met pensioen. Men kan 't tijdelijk met vlaggen met een ster'tje minder doen. Dit had d'oorzaak in 't verwisselen van Marinecommandant Schout bij nacht Brutel ging zitten Waar eens zat admiraal Quant. Ook hield men weer vlootmanoeuvres; ditmaal maar op kleine schaal. D' eene vloot ging als een haasje voor de ander aan den haal! Vijf en twintig jaar geleden: d' onderzeedienst opgericht. Ook dit is men gaan herdenken, t Was een feit van groot gewicht. De Raad. Wat betreft dit punt is 't eerste dat vermeldingswaarde heeft dat ons Juni, na de stemming, stemmingsresultaten geeft. Enk'le van de oude leden Bij den vliegdienst weer een doode. Dit jaar weer geen schoone lei. Bij de lijst van ongelukken kwam er weer een droevig bij. Als gewoonlijk gingen vele schepen weg van onze ree namen voor de beide Indien vaderlandsehe groeten mee. Vereenigingen. Bonden, enz 't Heilsleger herdacht als eerste 't veertig-jarig jubllé: dacht terug aan mooie daden, die het in die jaren dee. Voor een feestelijke stemming was het feit, dat dit jaar voor vijftig jaren werd begonnen met ons Helder s Mannenkoor. Verder zochten tal van bonden Helder voor hun bondsdag uit en verschoten hier hun jaarlljksch feestelijke vreugdekruit. t N.C.G.V. met de turners uit het West van Nederland hadden tweeden Pinksterdag hun wedstrijddag: un jour trés grand.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 2