S. A. KAHÜEWASSER Zn. Rijk en geen geld. De aanstaande presidentsverkiezing in de Ver. Staten. NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Buitenlandsch overzicht. Konijn'5 Casselerrib Nr. 7130. EERSTE BLAD ZATERDAG 11 JUNI 1932 60ste JAARGANG Het bureau der ontwapeningsconferentie tegen Dins- dag bijeengeroepen. - De Iersche eedskwestie. - Pessimisme te Londen. - De nieuwe Pruisische nood verordening. - De Ver. Staten en het schulden- en herstelvraagstuk. Weigert namaak! De revolutie in Chili. dessins, lekerTriescheHeewibaai,maardan ECHTE FR1ESCHE [HEERENBAAI FEUILLETON COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65;binnen land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70, f 1. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p. p. 6 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct. Het bureau der ontwapeningsconferen tie is nu definitief door Henderson Dins dag bijeengeroepen. Het bureau za>. dan een beslissing moeten nemen over de ver dere procedm'e ten aanzien van de behan deling der rapporten der technische com missies over de aanvalswapenen en het bureau zal dan eveneens de procedure van behandeling moeten vaststellen ten aan zien van een voorstel, dat ie Snwjetdele- gatie in de commissie voor budgetaire be perking had ingediend en dat iaetrekking heeft op de particuliere kapitalen, die in de oorlogsindustrie belegd zijn. Ofschoon men te Genève nog steeds ver moedt, dat Herriot en enkele andere mi nisters van buitenlandsche zaken de zit ting van het bureau van a.s. Dinsdag zul len bijwonen, heeft men hieromtrent nog niets stelligs vernomen. De beslissing zal ■waarschijnlijk eerst Zóndag genomen worden, wanneer Herriot te Parijs Mac Donald en Sir John Simon spraken zal. Het gaat met de Iersche eedskwestie niet naar wensch, en in Londen is men over het algemeen pessimistisch gestemd ten aanzien van het resultaat van de be sprekingen, die Mac Donald en zijn col lega's gisteren met de Valera zouden hebben en waarover men wellicht elders in dit blad nog bizonderlieden vindt. Uit de Valera's toespraak tot den Ier- sohen Senaat van Woensdag blijkt wel, dat hij voor zich geenerlei wijziging in zijn houding ten opzichte van den eed in den geest heeft. Hij heeft gezegd, dat hij op dit punt noch van concessie noch van een vergelijk weten wil. Voor het geval de Valera in zijn gesprek met Thomas inderdaad de mogelijkheid van hereeni- ging van Ierland geopperd mocht heb ben, is men hier overtuigt, dat de Britsche regeering in besprekingen daarover niet treden kan en het bericht alleen reeds heeft in Ulster de noodige- beroering ge wekt en ijzervreters als Carson tot de ver klaring gebracht, dat „Ulster niet te koop is". Het ziet er dus niet naar uit, dat de onderhandelingen tusschen de Britsche en Iersche regeering een resultaat zullen hebben, waardoor de door den Senaat voor afschaffing van den eed gestelde voor waarden vervuld zouden worden. De Se- naat n.1. heeft de schrapping van den eed uit de constitutie aangenomen, maar niet de bepalingen volgens welke ook de eisch van conformiteit der constitutie met het verdrag van Londen gesteld werd, in welk laatste de eed natuurlijk voorkomt. Ook heeft de Senaat, gelijk te voorzien was,1 het werkelijk vervallen van den eed aan de voorafgaande overeenstemming met Groot-Britannië afhankelijk gemaakt. Met deze besluiten heeft de Senaat feite lijk duidelijk te kennen gegeven, dat hij op zich zelf den eed graag vervallen zag, maar dat hij er geen onmin met Groot- Britannië voor over heeft. Voor de bin- nenlandsche politieke positie der tegen- standers van het ontwerp is dit ongetwij- j feld een veel gunstiger beslissing dan de j eenvoudige verwerping van het heele ont werp geweest ware. De Valera heeft nu de keus tusschen achttien maanden wachten of ontbinding van de Dail. Welke van de twee mogelijkheden hij zal kiezen, daar over bevatten de bladen nog geenerlei ietwat betrouwbaar bericht. De nieuwe Pruisische noodverorde ning bevat drie maatregelen ter dekking van het tekort op de begrooting en wel: le. Invoering met ingang van 1 Juli van een accijns op het geslacht, waarvan de opbrengst op 80 a 100 millioen wordt geschat; 2e. Korting op de salarissen der onge huwde en kinderlooze ambtenaren en be ambten van 5 pet, en op die der ambte naren en beambten met kinderen van 2V2 pet. Deze bedragen zullen van 1 Juli 1937 af in maandelijksobe termijnen wor den terugbetaald. Bij het overlijden en verlaten van den dienst wordt het ge heele bedrag uitbetaald. De opbrengst tengevolge van deze kor- ting beloopt ca. 26 millioen; j 3e. Het nu nog bestaande tekort van 34 millioen zal worden bezuinigd door ver dere schrapping op de zakelijke posten der begrooting. j Ten slotte houdt de noodverordening bepalingen in tot wijziging der huishuur- j belasting en wel in dien zin, dat de ge meenten 160 millioen Mark krijgen toe gewezen, waarmede zij hunnerzijds be hoeftige huurders moeten steunen. Dit komt neer op een bezuiniging voor de staatsfinanciën, aangezien voortaan alleen ondersteunden met een bestaansmini mum van 700 tot 800 Mark jaarlijks deze i toelage zullen krijgen, welke tot dusverre werd verstrekt tot een bestaansminimum van 1200 Mark. I De bladen wijden uitvoerige beschou wingen aan de nieuwe noodverordening, welke de Germania „uiterst pijnlijk" noemt, die echter bewijst, dat in dezen tijd elke regeering, of zij afhankelijk is van een parlementaire meerderheid of niet, tot het treffen van ingrijpende financieele maatregelen genoodzaakt is. De Voss. Ztg. merkt op, dat deze nood verordening het rijk elk voorwendsel om in te grijpen ontneemt, ook als de onder handelingen over de vorming van een nieuwe Pruisische regeering mislukken. De Pruisische regeering verdient waar deering voor den moed, waarmede zij tracht haar erfgenamen een goede boek houding en geen schuld achter te laten. De Vorwarts stelt het rijk, dat zijn schulden niet betaalt, aansprakelijk voor de verordening. De D. A. Ztg. vreest dat de korting op de ambtenaarssalarissen bedenkelijke ge volgen op oeconomisch gebied zal heb ben. De Lok. Anz. spot met deze korting, die zij een „gedwongen ambtenaarsspaar bank" noemt. De Tag vraagt zich af, of een demis sionaire regeering het recht heeft, een dergelijke noodverordening uit te vaar digen en acht dat hoogst twijfelachtig. De Ver. Staten en het schulden en herstelvraagstuk. Het Amerikaansche de partement van Staat geeft in verband met een bericht van de New York Times uit Londen, dat inhoudt, dat Stimson zich in een onderhoud met den Engelschen gezant, tegen de volledige schrapping van de schadevergoedingen heeft uitge sproken, de volgende toelichting: De Amerikaansche regeering heeft altijd het standpunt ingenomen, dat zij met de schadevergoedingskwestie niets uitstaande heeft en de regeling daarvan moet overlaten aan de betrokken staten, die naar zij hoopt het thans te Lausanne eens zullen worden. Het departement van staat heeft op vragen van vrschillende landen steeds geantwoord, dat het internationale schul denprobleem uiterst moeilijk is, aange zien het Congres zich in December 1931 in vereenigde zitting van beide Huizen tegen vermindering of schrapping van de schulden, die de geallieerden aan de T er. Staten hebben, heeft uitgesproken. Het departement van staat heeft voorts in gesprekken met buitenlandsche diplo maten er altijd den nadruk op gelegd, dat bij schrapping der schulden het Ameri kaansche volk behalve de eigen lasten ook nog voor het leeuwendeel van de oorlogskosten der Geallieerden zou moe ten opkomen. En dergelijke regeling zou geenszins strooken met de Amerikaan sche openbare meening. Waarom Hoover Impopulair is geworden. (Door onzen correspondent). I New York, Juni 1932. President Hoover is zeer impopulair in de Vereenigde Staten. Gedeeltelijk komt dit natuurlijk door de algemeene malaise: het volk is maar al te- zeer ge neigd om daarvan de schuld te geven aan de regeering, ook al spant deze zich nog zoo sterk in om aan den ongunstigen toe stand een einde te maken. Hoover heeft daarbij nog de onhandigheid begaan, de mensohen voor te houden, dat de malaise niet van langen duur zou zijn en dat de tijden al beter begonnen te worden. Mis schien was dat zijn persoonlijk inzicht, misschien dacht hij door zoo'n autosug gestie het vertrouwen tusschen de men- schen onderling weer aan te kweeken, maar hoé het ook zij, Amerika is van kwaad tot erger vervallen. De Amerika nen hebben hun levensstandaard veel te hoog opgeschroefd; zij meenden dat ei aan den tijd van „prosperity" nooit een einde zou komen. En wat die te hooge uitgaven in den tijd van algemeene wel vaart betreft, heeft Hoover niet geremd, maar al even onverstandig gehandeld als zjjn landgenooten. „Gouverneur c'est prévoir", zegt een Fransch spreekwoord, maar daarin is Hoover ontegenzeggelijk te kort geschoten. Zijn persoonlijk opti misme, zijn typisch Amerikaansch aan voelen van de dingen hebben Amerika juist nog wat dieper in de ellende ge bracht. De ellende in Amerika, dat zoo lang het rijkste land van de wereld is genoemd en dit vermoedelijk nog steeds is, doet ons werkelijk versteld staan. Naar schat ting zijn er ongeveer tien millioen werk- loozen. De juiste getallen zijn niet be kend, omdat er van staatswege geen steun aan werkloozen wordt uitgekeerd. In 1931 is het bedrag, dat bij de banken gestort werd, met 72000 millioen dollar verminderd, terwijl 2500 banken met een gezamenlijk kapitaal van 2000 millioen dollar failliet zijn gegaan. Groote steden als Philadelphia en Chicago hebben geen geld meer om hun ambtenaren geregeld te betalen. Ook New York heeft te kam pen met geldgebrek en de banken geven geen crediet meer zonder solide onder panden. De uitvoer is in 1931 met 1418 millioen verminderd en de staatsfinan ciën leverden een tekort op van 900 mil lioen. De begrooting voor dit jaar is zelfs afgesloten met een tekort van 200 mil lioen. Zefs de minister van financiën verklaart openlijk, dat hij voor 1934 niet op een kloppende begrooting durft te rekenen. Er zjjn dus buitengewone maat regelen noodig; daarover zijn allen het eens. •Nu is in de Vereenigde Staten de pre sident feitelijk de man, die voor alles ver- antwordelijk is. Na zijn verkiezing be noemd hij niet alleen zijn ministers, maar ook zijn ambtenaren en hij bepaalt, meer dan in één ander democratisch gere geerd land mogelijk zou zijn, de koers, die het kabinet zal volgen. Het parlement stelt den president dan ook verantwoor delijk voor alle fouten; wel kan het hem niet afzetten, maar het kan hem wel op allerlei manieren duidelijk laten merken, dat men over zijn bestuur niet tevreden is. Het verwerpen van regeeringsvoor- stellen met een overgroote meerderheid moet dan ook opgevat worden als een wenk -aan Hoover, om zijn canddatuur voor het presidentschap niet te hand haven. De verkiezingsstrijd is n.1. in den grond der zaak,reeds aan den gang, al worden de verkiezingen eerst in Novem ber a.s. gehouden. In begin Februari heeft Hoover bekend gemaakt, dat hij zich weer herkiesbaar stelt, iets wrat mogelijk is volgens de Amerikaansche gebruiken, daar hij nog slechts één ambtsperiode achter den rug heeft. De republikeinsche partij, waartoe hij j behoort, kon dus niet anders doen dan hem opnieuw als candidaat aanvaarden. De stemming in het land is echter zoo sterk tegen Hoover gekant, dat de repu- blikeinen er eigenlijk weinig voor voe len, om met hem de verkiezingscampagne in te gaan en de democraten voelen zich reeds sterker door het enkele feit, dat Hoover de candidaat is van de tegen partij. Hun eigen candidaat is juist een zeer populair man, n.1. Franklin D. Roo- sevelt, gouverneur van den staat New York, die evenals zijn vrouw verwant is 'aan den vroegeren president Theodore Roosevelt, die zelfs na zijn dood zijn po pulariteit niet verloren heeft. Hoover staat daarentegen bekend als de bescher mer van de millionairs. Hijzelf is schat rijk en Mellon, zijn minister van finan ciën, wordt door sommigen beschouwd als de rijkste man van de Vereenigde Staten. De meerderheid in de volksverte genwoordiging verlangt een belasting op de groote vermogens, doch als Hoover aan hun eisch voldoet, laten de millio nairs, die zijn verkiezingscampagne financieren en in vele gevallen zijn per soonlijke vrienden zijn, hem in den steek. De democraten in het Congres staan juist daarom zoo op deze belasting, omdat zij weten, dat zij Hoover daarmee in het nauw drijven. De republikeinen willen deze belasting eveneens, ten eer ste omdat zij noodig is en de kiezers er op staan, maar ook, omdat Hoover op die wijze misschien gedwongen kan wrarden, zijn voor zijn party schadelijke oandida- tuur in te trekken. Ingezonden mededeeling. 104 Vraagt de echte Poeders en Tabletten! Echt zijn ze alleen, wanneer op de verpakking de naam van den fabrikant in nevenstaande handteekening voorkomt. DfflnBBBHBBH Het programma der nieuwe regee ring. De nieuwe regeering is gisteren, in strijd met de berichten, dat haar positie steeds zwakker wordt, overgegaan tot het beraadslagen over de maatregelen tot uit voering van haar program. Begonnen zal worden met het brengen onder staatscon trole van den handel en de geheele pro ductie. Op deze wijze hoopt men productie en handel zoodanig te kunnen regelen, dat aan de werkloosheid een einde kan wor den gemaakt, waardoor men tevens ge looft, de voornaamste oorzaak van den crisis te kunnen wegnemen. Het schijnt nu weer, dat de nieuwe re geering in Chili nog vast in het zadel zit, ofschoon de censuur zoo streng wordt uit geoefend dat zoo goed als geen betrouw baar nieuws naar buiten doordringt. Om trent de plannen der nieuwe regeering vinden wij nog vermeld dat het opperste gerechtshof is ontbonden en dat verschei den rechters zjjn afgezet. De vakvereeni- gingen in Chili dringen er op aan dat er een revolutionaire wacht zal worden ge vormd door welke de arbeiders invloed zullen kunnen uitoefenen op den gang van zaken. UITBREIDING VAN TARDIEU'S DONAUPLAN DOOR HERRIOT Naar verluidt, zou in officieele Fran- sche kringen het voornemen bestaan het door Tardieu ontworpen plan inzake een Donaufederatie weer aan de orde te stel len en het in uitgebreider vorm nogmaals aan de Europeesche mogendheden voor te leggen. De uitbreiding zou voornameiyk hierin bestaan, dat ook Bulgarije en Grie keland in de Donaufederatie zouden wor den opgenomen om ook in de behoeften van deze landen te voorzien. MACDONALD EN DE ONTWAPENINGSCONFERENTIE. MacDonald zal zich na zijn bezoek aan Parijs, zooals gemeld, eerst naar Genève begeven. Een conservatief Engelsch blad spreekt van de mogelijkheid, dat MacDonald zal trachten de zaken te Genève weer aan den gang te krijgen. In Engeland verwacht men hiervan weinig succes, vooral daar de commissies van deskundigen het op alle belangrijke punten oneens zjjn en zich slechts alge meen tegen den chemischen- en bactereo- logischen oorlog hebben uitgesproken. Het blad betoogt, dat er thans feitelijk minder kans op een tastbaar resultaat is dan vóór de benoeming van de commis sies van deskundigen. BEZUINIGINGSMAATREGELEN VAN DE AMERIKAANSCHE REGEERING. De begrooting in evenwicht. De Senaat heeft Woensdag de bezuini- gingswet aangenomen. Met de enkele dagen geleden aangenomen belastingwet zal de begrooting hierdoor in evenwicht worden gebracht. In politieke kringen neemt men aan, dat door deze bezuinigingswet een ver mindering der regeeringsuitgaven van ongeveer 360 millioen gulden mogehjk zal zjjn. Het ministerie van financiën had oorspronkelijk een vermindering der uit gaven van ruim 600 millioen gulden ge- eischt. De Senaat heeft echter de ver langde verlaging der uitkeeringen van de oudstrijders van 120 millioen verwor pen. Voorts heeft de Senaat een plan van Hoover aangenomen om inplaats van een in 50 kleur-eoht, wasch-echt, per el. Verkrijgbaar bij: Let op naam op den zelfkant Vraagt onze Stalen-collectie In Crisistijd is kwaliteit goedkooper algemeene salarisverlaging der ambtena ren van 10 procent een onbetaalden vacan- tietijd in te voeren. Hierdoor worden de uitgaven met 360 millioen gulden verminderd. COMMUNISTISCH BEWIND AAN DE BOVEN JANGTSE. Te Sjanghai is Woensdag de kapitein teruggekeerd van een rivierstoomboot, zekere Charles Baker, die geruimen tijd gevangen heeft gezeten aan de Boven Jangtse. Hij verklaarde, dat in dat gebied een communistisch bewind heerschte, dat erin geslaagd scheen te zijn een zekere orde te scheppen. DE INHECHTENISNEMING VAN SBARDELLOTTO. En zijn gansche familie. Sbardellotto, de anti-fascist, die te Rome was in hechtenis genomen omdat hij een aanslag op Mussolini wilde plegen, is na tuurlijk voorloopig onschadelijk gemaakt. Maar de fascistische regeering doet de dingen niet ten halve. Daarom heeft zij in het plaatsje Mei, gelegen in de provincie Bellupo, ten Noorden van Venetië, een razzia laten houden. Daarbij werden de ouders, de broers en de zusters van den anti-fascist gevangen genomen. door E. PHILLIPS OPPENHEIM. „In dat koffertje zit alles, wat ik noo dig heb," zeide Bliss op een toon, welke geen tegenspraak toeliet. „Ik zal je eens precies zeggen, wat je te doen hebt. Eiken morgen breng je de brieven naar Mr. Crawley, je zorgt dat de kamers goed gelucht en geheel in orde zjjn en verder wordt je beleefd verzocht niets te vragen en in geen geval, welke vragen ook, te beantwoorden. Al wat betaald moet wor den, rekeningen enzoovoort, moet naar Mr. Crawley doorgestuurd worden, ver der weet je niets en zeg je niets. Zoover jy weet kgn ik in. Tymbuctoo zijn of in de straat hiernaast. Op het oogenblik is het je werk niets te weten en dus weet je ook niets. Laat dat alsjeblieft goed tot je door dringen." „Natuurlijk begrijp ik het heel goed, mijnheer," antwoordde zjjn bediende met een gezicht, dat nog steeds onver holen verbazing uitdrukte. „Maar neemt u mij niet kwalijk, u bent toch eigenlijk niet gewoon om zonder bediende te rei zen. Ik hoop werkeiyk, dat u er nog eens over na zult denken, of u my maar niet mee zult nemen." „Uitgesloten," zeide Bliss. „Stel dar maar uit je hoofd. Ik zal heusch geen bediende noodig hebben. Je kunt mij den grootsten dienst bewijzen, door kalm hier te blijven en goed op het boeltje te pas sen. Ik geloof wel, dat ik je ten volle kan vertrouwen. Je zult je volle salaris uit betaald krijgen en laten we hopen, dat je je vrijen tijd zoo nuttig mogelijk zal be steden. Zorg er vooral voor, dat je door al dien vrijen tijd geen slechte gewoonte gaat aannemen. En zorg, dat je hier bent om me op te wachten, als ik vandaag over een jaar weer terug kom." Gedurende een paar oogenblikken was de bediende niet in staat te antwoorden. Bliss was bezig al zijn zakken te inspec- teeren en het geld dat hij vond op een hoopje voor zich op tafel te leggen. Toen hij ai zijn zakken nagevoeld had, was het hoopje aangegroeid tot een flinke hoe veelheid bankpapier en goudstukken. „Vier en dertig pond en wat klein geld," zeide hij, toen hij het nageteld had. „Luister nu eens goed Clowes, jij hebt me gekleed, jij bent dus getuige dat ik verder geen geld op zak heb." „Natuurlijk niet, mijnheer," gaf de man toe. „Neem dat bankbiljet van vijf pond," ging Bliss voort, „vouw het op en stop het in mijn zak. Je bent dus overtuigd, dat ik geen ander geld op zak heb?" De man keek hem bijna angstig aan. Zjjn meester was gek geworden, geen andere verklaring was voor zulk een ge drag mogelyk. „Ja, mijnheer, natuuriyk, dat bankbil jet van vijf pond is het eenige geld, dat u bjj u heeft." „Goed," zeide Bliss toen. „De rest mag jy hebben in plaats van de fooien waar aan je gewend bent. Wil je nu even mijn koffertje naar beneden brengen en het in de taxi zetten?" De man deed wat hem gezegd werd, zonder verder een- woord van tegen spraak te uiten. Toen hij, achter zijn heer en meester aan, de lift binnenstapte, had hij een uitdrukking op zijn gezicht, alsof hij niet wist of hij waakte of droomde. Bliss daarentegen zag er veel levendiger uit dan gewoonlijk, zelfs zyn loop was veerkrachtig. Terwijl hij op de taxi stond te wachten had hij het gevoel van een schooljongen, die met vacantie naar huis gaat, „Wat moet ik tegen den chauffeur zeg gen, mijnheer?" vroeg Clowes, nadat hij het koffertje naast den bestuurder had gezet. Die viraag had Bliss niet verwacht, ge durende een paar oogenblikken wist hij niet wat te antwoorden. Toen kreeg hij plotseling een goeden inval: „Zeg hem, dat hij mij naar de City brengen moet," zeide hij toen zonder eenige aarzeling. HOOFDSTUK III. „U komt dus op de advertentie," zeide mr. Masters, terwijl hij met zyn bureau stoel zoo ver achterover wipte, dat de toeschouwer tegen wil en dank zat te overwegen of hij omslaan zou of niet; en terwijl hij zyn bezoeker onderzoekend monsterde, ging hij voort: „Hoe is 't mo gelyk! Ik dacht wis en drie een klant voor me te hebben." Mr. Ernest Bliss ging ook wat makke lijker zitten en leunde achterover in zyn stoel dien hij maar genomen had zonder eerst een uitnoodiging daartoe af te wach ten. Hy droeg nog steeds -het keurige donkerblauwe pak, waarin hij zijn proef- i jaar begonnen was. Maar er waren in zyn I uiterlijk toch teekenen van achteruitgang I te bespeuren zyn broek zat vol modder- I spatten en zijn schoenen, zyn keurige schoenen, begonnen ook al teekenen van verval te vertoonen. Des te opvallender was zyn kostbare malacca wandelstok, dien hy over zyn knieën gelegd had. Ter wijl hij sprak begon hij langzaam zyn peau de suède handschoenen uit te trek ken. ,,'t Spyt me, als mijn komst een tegen valler is," merkte hij op, „maar ik ben werkelijk in antwoord op uw advertentie gekomen. Ik zou heel graag die.... die Alpha fornuizen, ik geloof ten minste dat u ze zoo noemt, willen verkoopen." Mr. Masters keek zijn bezoeker nog eens van onder tot boven aan; dit type reiziger had hij nog nooit meegemaakt. „Zoo, zoo, wil graag onze fornuizen ver koopen," herhaalde hij twijfelend. „Vanmorgen zag ik in de publieke lees zaal uw advertentie in de „Daily Tele- graph"," ging Bliss voort, „U vraagt daar in een reiziger, die jong is, een goed ver- kooper is en veel energie heeft. En daar ik alle drie die eigenschappen bezit, dacht ik, dat ik wel geschikt zou zyn." „Bent u al eens op pad geweest?" vroeg mr. Masters. De jonge man wachtte even, voordat hij antwoordde. De vakterm, welken hy voor het eerst hoorde, deed hem begrijpen, dat dit een zakenvraag was, welke zake lijk diende beantwoord te worden. „Ik heb misschien nog niet veel onder vinding," zeide hy ten laatste, „maar ik ben wel een goed verkooper en ik durf ook wel zeggen, dat mijn gebrek aan on dervinding dubbel en dwars goed wordt gemaakt door myn groote energie." By die woorden keek het jonge meisje, dat in een hoek van de kamer zat te typen, op en bekeek den aspirant-reiziger eenigszins sarcastisch. Wat mr. Mastera zelf betreft, zyn geheele gezicht vertrok in een grijns, dien hy tevergeefs trachtte te verbergen. „U lijdt niet bepaald aan bescheiden heid, hè," zeide hij. „Nu niet meer," antwoordde Bliss. „Ik ben ermee begonnen, toen ik veertien dagen geleden werk begon te zoeken. Nu op het oogenblik probeer ik mijn eigen vraarde niet te onderschatten. Ik ben tot de ontdekking gekomen, dat dat de eenige manier is, om indruk op de menschen te maken." De gelaatsuitdrukking van mr. Masters veranderde plotseling. Hij fronste zijn wenkbrauwen en keek heel ernstig. Er was nu geen spoor van een lach op zijn gezicht te bekennen. Hij was nu een per soonlijkheid, waarmede niet te geksche ren viel. j „Ik geloof, dat u nog nooit in uw leven zelfs een stukje zeep verkocht hebt," zeide I hij eindelijk wantrouwend. „Wat komt het erop aan?" vroeg zijn bezoeker koeltjes, „wat hebben stukken I zeep in 's hemelsnaam met ons onder- werp van gesprek te maken. Laten we de I zaak eens even goed voor elkaar zetten. U bent de uitvinder van het Alpha-for- nuis. En ik ben de man, dié door de Voor zienigheid naar u toegestuurd is, om dat beroemde fornuis te verkoopen, laten we zeggen tegen een salaris van twee pond per week, 5 commissie van den verkoop en verder alle onkosten vrij." Mr. Masters sloeg zoo hard met zijn vuist op de tafel, dat alles rinkelde. „Ho, ho, niet zoo vooruitloopen, ventje. Je bent nog niet aangenomen," viel hij Bliss in de rede. „Maar u zult me w-el aannemen," ver klaarde Bliss vol vertrouwen. „Ik ben ab soluut overtuigd, dat u het doen zult en dan is het toch eigenlijk maar het beste, als U het meteen doet. Dan kan ik ten minste dadelijk aanpakken." Mr. Masters was zoo in-verbaasd, dat hij zijn bezoeker alleen maar aan kon sta ren. Hij was een groote, zware man, met een breed gebouwd gezicht en een hoog- roode kleur. Hij had den zoekenden, on- rustigen blik van iemand die steeds ver beteringen en veranderingen in bestaan de dingen wil aanbrengen. Het leek wel, of het een van zyn grootste ambities was, om voor een hard, onverbiddelijk mensch te worden aangezien en daar zijn gevoe- j lig hart hem steeds parten speelde, was de strijd zoo nu en dan nogal zichtbaar in afwisselende gelaatsuitdrukkingen. „Wel, dat wordt me te bar," riep hij eindelijk ongeduldig uit. „Luistert u eens 1 even, Miss Clayton." (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 1