OVERPEINZINGEN VAN EEN ZEEMAN.
tjes mee. Zulke uitstapjes zijn iets
verrukkelijks voor den eenvoudigen
Japanner en het is verrassend, hoe zy
kunnen genieten van kleinigheden.
De landbouwer te arm.
De landbouw is van oudsher de rug-
gegraat van de Japansche maatschap
pij geweest. Een stukje grond van on
geveer een hectare is voldoende om
in het onderhoud van een gezin te
voorzien, vooropgezet dat alle leden
daarvan hard werken op de rijstvel
den. De onophoudelijke strijd om het
bestaan heeft zijn stempel gedrukt op
de rustige, berustende gezichten van
de armen, doch al zijn zij ook straat
arm, zij bezitten een waardigheid, die
hun aangeboren schijnt te zijn.
Het leger ls arm.
Tot onze verbazing zien wij zoo
waar een officier in de uniform van
het Japansche leger op de Ginza loo-
pen. Dat is iets zeldzaams. Er zijn offi
cieren te Tokio, nie nog nooit in deze
straat geweest zijn en er zijn er heel
wat, die nog nooit in hun leven een
bioscoop hebben bezocht. Zoowel het
leger als de marine vormen een
krachtige steun voor het conservatis
me. Deze man, die om onbekende
reden in de Ginza verdwaald is. leidt
ongetwijfeld een zeer eenvoudig leven
en als hij niet toevallig bij de gene
rale staf of het ministerie van oorlog
werkzaam is, gaat hij met bijna nie
mand anders om dan met de officie
ren van zijn eigen regiment. Hij heeft
een klein salaris, werkt hard en is
bereid tot elke opoffering; hij is een
trouw en toegewijd dienaar van den
staat en een ijverig beschermer van
de oude Japansche idealen.
De politicus is arm.
Daar komt een optocht van arbei
ders aan, waaronder zich ook enkele
vrouwen bevinden. Zij dragen vaan
dels mee met opschriften, die in Mos
kou geen slecht figuur zouden maken.
Zij zingen iets, wat men met wat goe
den wil voor de internationale kan
houden. Een groot aantal politieagen
ten houdt toezicht op den stoet; af en
toe halen ze er een uit, die straks in
de gevangenis verder zal worden on
dervraagd. Langs den stoet heen rijdt
in een taxi een gewichtig uitziend
heer met hoogen hoed en rok. Dat is
geen kapitalist, maar een politicus,
die vermoedelijk op weg is naar een
vergadering van zijn partij. Een
verkiezingscampagne kost minstens
50.000 yen en het salaris als afgevaar
digde bedraagt 3000 yen per jaar. Hoe
lang zij zitting houden, is ten zeerste
afhankelijk van de omstandigheden,
maar het maximum is vier jaar. Van
geld verdienen is in de Japansche po
litiek dus geen sprake. Slechts de
vurigste partijmannen houden zich
ermee op.
De restaurants weerspiege
len het Japansche leven.
Als men over de Ginza loopt, ruikt
men telkens de aanwezigheid van een
restaurant. Deze zijn hier dan ook in
grooten getale aanwezig, in alle soor
ten en voor alle beurzen. In dit typisch
Japansch uitziend gebouw kunt u op
alle uren van den dag een groot aan
tal menschen gebraden oesters zien
eten, een gerecht, dat heerlijk smaakt.
U zult er vermoedelijk ook weinig an
ders kunnen krijgen, behalve de tra
avond te tobben, omdat ik geen stof
voor een spannend verhaal kon vin
den. Vertel me eens, wat u tot dit
vreemde bezoek heeft gebracht, mis
schien zit er de stof in, dan zal ik me
dankbaar toonen!"
Grans keek op. „U zult het niet ge-
looven."
„Dat hindert niet, als er maar een
idee in zit."
De ander glimlachte flauwtjes. Sinds
drie jaar waren ze buren, soms had
den ze by toevallige ontmoetingen een
praatje gemaakt en Grans las al de
boeken van zijn bekenden buurman.
„Wel," zei hy, „ik zal het u vertel
len. Mqn vader is gefortuneerd, hij is
een goed man, maar erg streng."
„Nu krygen we de schulden," zucht
te Erich, „kon je niets nieuwers be
leven?"
„Niet mijn schulden," zei Grans.
„mijn moeder.
Erich spitste de ooren. „Ha
vreeselyk geheim in haar verleden?
Chantage van schurkachtig en heer
met knevel?"
tSk>t volgt.)
ditioneele ryst en groene thee. In een
andere dergelyke gelegenheid is de
speciaüteit byv. gebakken paling, wat
by de ryst uitstekend smaakt, dan wel
gyunabe, een vleeschschotel, die voor-
I al touristen gaarne eten. Men vindt
hier ook tal van kleine restaurants,
die Europeesch eten serveeren; na de
aardbeving van 1923 zyn ze als pad
destoelen uit den grond gekomen en
de Japanners maken er meer en meer
gebruik van.
Hier zien wy plotseling een veel
grooter restaurant. Het meest worden
wq getroffen door de schoonheid van
de kellnerinnen. Dat werpt een licht
op een der vele veranderingen, welke
bezig zyn, zich in Japan te voltrek
ken. Vanaf de zeventiende eeuw heb
ben n.1. de geisha's kleur, gratie
en amusementskunst tentoongespreid
voor de dineerende Japanners. De
geisha's zyn echter altyd een kostbaar
instituut geweest, dat alleen voor de
zeer welgestelden was weggelegd; de
hoogere kosten van het levensonder
houd hebben ze dan ook meer en meer
doen verdwenen. Dat was een pracht
kans voor de restauranthouders; door
alleen de mooiste meisjes als kellne
rinnen aan te nemen, konden zy hun
gasten aangenaam bezig houden, zelfs
diegenen onder de gasten, die niet
eens zoo goed by kas zyn. De geisha's
bemerken zeer goed de gevolgen van
deze concurrentie en sommigen hun
ner verruilen reeds hun brocaten ki
mono's met een coquet schortje.
Verdwijnende schoonheid.
Toch zijn er nog genoeg ouderwet-
sche theehuizen met echte geisha's.
Als wy deze zystraat inslaan, zullen
wy er spoedig te zien krygen, diep
verscholen in een mooien Japanschen
tuin. Als men binnenkomt, wordt men
dadelyk aangenaam verrast door bui
gingen en glimlachjes en door de on-
berispelyke zindelykheid, die overal
heerscht. De strenge eenvoud van de
lange dinerzaal, waar de gasten langs
de wTanden zitten met lage tafeltjes
van lakwerk voor zich, de geisha's in
hun gracieuse kimono's, die straks
zullen dansen of tokkelen op de sami-
sen, het is alles van een zeldzame be
koring, maar.... gedoemd om te ver-
dwynen binnen zeer afzienbaren tyd.
Als wy verder loopen, komen wy
aan een zeer ouderwetsch gebouw,
waar een echt bosch van lange palen
voor staat met aan elke paal een
smallen wimpel met groote Japansche
opschriften. Dat is een echte Japan
sche schouwburg. Tydens de voorstel
ling, die acht uur duurt, heeft men
tyd genoeg om kennissen aan te spre
ken, te dineeren of onderdehand on
telbare kopjes thee te drinken. Alle
rollen worden vertolkt door mannen
en elke beroemde tooneelspeler heeft
zijn groep van trouwe bewonderaars,
die hem luide toejuichen.
Men kan in Tokio echter ook zeer
moderne Amerikaansche films zien,
waarby het merkwaardigste de benshi
of explicateur is. Deze blyft voort
durend aan het woord; zonder hem
zou het publiek van de voorstelling
weinig begrypen, want de groote
massa kent geen Engelsch. Doch ook
buiten de drukke, half-Japansche,
half-Europeesche Ginza is er genoeg
te zien in Tokio. Door deze smalle
straat komen wy in een mooie woon-
wyk. De huizen en tuinen liggen ver
borgen achter houten of bamboe schut
tingen of aarden muren en van het
leven daarachter bemerkt men niets.
Ook dit is iets van het oude Japan,
dat maar al te spoedig zal verdwynen,
met de knielend uitgevoerde begroe
tingsceremonie en het gebruik, om by
het betreden van een huis de schoenen
uit te trekken. Doch de pynlyke zin
delykheid, die men zelfs in de armste
huizen vindt, de eenvoudige, vriende-
lyke en waardige toon der gesprekken
zullen blijven.
Als wy weer terugkeeren uit de
smalle straat met ongelyke steentjes,
gaat de zon reeds onder achter het
dichte groene woud binnen de muren
van het oude keizerlijke paleis, het
tastbare bewys van den trouw aan den
Mikado, die het geheele land by alle
onderlinge verschillen vereenigt. Op
de Ginza is het nu in den avond veel
minder druk; het avond- en nachtleven
zooals de Westerling dat kent,, is in
Japan zelfs tot in de zeer groote
steden nog slechts in zeer beperkte
mate te bespeuren. Wel ziet men juist
tegen den avond draagbare kramen
met snuisterijen, bloemen of huis-
houdelyke artikelen langs de straten
verschynen, doch deze blyven er niet
lang staan en lang voor middernacht
zal de groote Witte Weg van Tokio
verlaten zyn.
Nw van vtanMnn.
door
YV'ES LE PRIEDR,
Kapitein ter zee, Lid van de Pr&nsche
Marine Academie.
Wij publiceerden reeds meermalen
artikelen van Amerikaansche, En-
gelsche en Duitsche luchtvaart
experts. Ditmaal geven wij het oor
deel Van een bekenden 1' ranschen
deskundige, den Kapitein ter zee
Yves le Prieur, die door zijn vele
publicaties op luchtvaartgebied in het
Journal de Aeronauti<jues sterk de
aandacht op zich gevestigd heeit.
Het oversteken van den Oceaan is
met het materiaal, waarover de moder
ne luchtvaart de beschikking heeft,
nog even gevaarlyk als in 1919, toen
Alcock en Brown de eerste, schitte
rende en roekelooze vlucht over den
Atlantischen Oceaan volbrachten. Zy
waagden hun leven, doch een piloot,
die in 1932 op weg gaat om de uitge
strekte watervlakte over te steken met
een landvliegtuig, doet dit eveneens.
Een watervliegtuig is niet snel genoeg;
er wordt dus altyd een landvliegtuig
gebruikt met alle daaraan verbonden
gevaren. De adspirant-oceaanvlieger
weet bovendien, dat hy op geen enkele
manier tydens de vlucht een van de
vele en altyd gevoelige onderdeelen
kan aanraken van den eenigen motor,
die zyn toestel in de lucht houdt. Lukt
het waagstuk ondanks die beide groo
te bezwaren, dan wordt hy een held;
lukt het niet, dan is het aantal slacht
offers van de transatlantische vluchten
met één vermeerderd. Lukt het, dan
kan hy zeker geldelyke- voordeelen en
in elk geval persoonlyken roem ver
wachten, doch ondanks alle gevaren,
die hy getrotseerd heeft, zal by de
veiligheid van het luchtverkeer geen
stap vooruit hebben gebracht. Voor de
eerste oceaanvliegers was het vooruit
zicht om de eersten te zyn, nog by-
zonder aanlokkelyk; voor hen was het
waagstuk daarom als zoodanig reeds
de moeite waard; doch van de latere
oceaanvliegers kan dit niet gezegd
worden.
Een man, die zyn leven waagt om
een nieuwe parachute of een brand-
bluschapparaat te onderzoeken op hun
praktische waarde, verdient myns in
ziens dan ook in veel hoogere mate
onze bewondering dan deze oceaan-
vliegers. Wat zou men wel zeggen van
een mailboot waar, als eenmaal de
machines op gang waren gebracht, de
machinekamer ontruimd en afgesloten
werd, het technisch personeel van
boord ging, voordat de trossen wer
den losgegooid en alles werd overge
laten aan het vanzelf goed function-
neeren der machines, tot te eeniger
tyd de overzyde van den Oceaan was
bereikt? Het zou bovendien een mail
boot moeten zyn, die, als in volle zee
de machines niet meer werkten, by
slecht weer 50 pet. kans had om met
zijn passagiers in de diepte weg te
zinken! Wie zou met een dergelyk
schip willen reizen? Zeker niemand,
die zyn verstand by eikhar heeft. En
toch wil men het doen voorkomen, als
of de tot dusverre by de transatlan
tische vluchten gevolgde methode
moet worden gehandhaafd.
By de meeste moderne vervoermid
delen reist er iemand mee die, als het
geval zich voordoet, de machine on
derweg kan repareeren. Wy denken
aan de auto, de locomotief, het zee
schip, de duikboot en het luchtschip.
Alleen het vliegtuig maakt een uitzon
dering op dezen regel en schynt daar
op altyd een uitzondering te moeten
blyven maken. Waarom? Zoodra im
mers het vliegtuig op dit zoo voor de
hand liggende voordeel kan bogen, zal
er voor dit in menig opzicht ideale
vervoermiddel een nog niet vermoede
bloeityd aanbreken. De eindelyk ver
kregen veiligheid van het vliegtuig-
verkeer zal het mogelyk maken om by
nacht zoowel als by dag dit is een
eerste vereischte op rationeele wy-
ze luchtverbindingen over groote af
standen te onderhouden.
Het luchtschip wy denken byv.
aan de Graf Zeppelin bezit reeds
de faciliteit, dat tydens de vlucht
reparaties» kunnen worden verricht;
de machinekamers zyn toegankelyk
voor de machinisten, die een speciale
opleiding hebben genoten. Aan den
anderen kant bestaan er echter tegen
het luchtschip als middel tot het on
derhouden van een geregelden lucht
vaartdienst ernstige bezwaren, vooral
by vluchten over den Atlantischen
Oceaan, waarboven zich zeer onver
wacht en plotseling hevige depressies
kunnen vormen. Door zyn lengte jg
het luchtschip minder goed bestaaq
tegen stormen, terwyi het landen en
bergen er van groote moeilykheden
oplevert, getuige het losschieten van
de Akron.
Vliegtuigen en zelfs watervliegtui.
gen vormen, als zy uitgerust zyn met
meerdere motoren, die tydens de
vlucht kunnen worden bereikt, on.
tegenzeggelyk de snelste en veiligste
vervoermiddelen, die men zich den-
ken kan. Doch deze practische oplos,
sing van de moeilykheden, welke
thans nog aan een geregelde trans-
atlantische verbinding in den weg
liggen, kan alleen bereikt worden
door rationeele studie. Het land- 0f
watervliegtuig is thans reeds veel
sneller dan de oceaanstoomer, doek
dan zal het bovendien een veiligheid
aanbieden aan de reizigers, die tot
dusver onbekend is by onverschillig
welk vervoermiddel. Evenals op een
zeeschip, kan men aan boord van een
vliegtuig de plaats, waar men zich
bevindt, bepalen uit drie elementen:
de plaats, waar men zich onder abso
luut normale omstandigheden zou moe
ten bevinden; de plaats, die door de
radiopeilinrichting wordt gevonden en
de plaats, die men op grond van astro
nomische waarnemingen berekent. De
laatstgenoemde wyze van plaatsbepa
ling is de meest nauwkeurige; meer
dan een eeuw is er besteed aan de ver
volmaking daarvan. Zy heeft echter
één bezwaar: zy kan aan boord van
een sohip absoluut niet worden toe
gepast, wanneer de lucht bedekt is, en
dat is zy maar al te dikwyis by de
veel voorkomende mist op de Noord-
Amerikaansche kust. Voor het vlieg
tuig bestaat dit bezwaar niet, want dit
kan zelf zyn hoogte kiezen en daar
door altyd een helderen hemel boven
zich hebben. Alle transatlantische
vluchten zyn trouwens op aanzienlyke
hoogten verricht; sommige oceaan
vliegers hebben nauweiyks de zee ge
zien. Door zyn bijzondere karakter
moet het geperfectionneerde vliegtuig
dus gemakeklyker en veiliger te be
sturen zyn dan een zeeschip.
De Do X onvolmaakt
De reizen van de Do X, die 54 ton
woog by haar vertrek van New-York"
schynen my dan ook zeer belangrijk
toe, omdat zy ons het eerste begin
laten zien van de toekomstige ontwik
keling dezer toestellen, een ontwikke-
ling, die niet lang op zich zal laten
wachten, aangezien er onvermoeid aan
gewerkt wordt. Het is alleen te be
treuren, dat by dergelyke belangrijke
technische pogingen niet er voor ge
zorgd is, dat de motoren in elk geval
volkomen toegankelyk waren tydens
de vlucht, waar dit immers de voor
naamste basis is voor de veiligheid,
die een geregeld verkeer vereischt
loch vormen de resultaten, die op de
transatlantische reizen heen en terug
bereikt werden, een groote stap in de
richting van de toestellen, die
voor de toekomst verwachten.
oor de toekomstige ontwikkeling
van de luchtvaart achten wy de stu-
dievluchten van de groote vliegboot
dan ook van veel grooter belang dan
de transatlantische vluchten of pogin
gen daartoe, welke den laatsten tijd
door Miss Earhardt, Reichers en
Hausner zyn ondernomen. Dat de
beide laatstgenoemden niet in de g°'"
ven zyn omgekomen, mag een wonder
worden genoemd. Deze piloten en
die anderen zyn sportief en heldbaf'
tig; zy hebben hun roem onder
moeilijkste omstandigheden verdie11"'
doch zy hebben voor de luchtvaart
niet dezelfde beteekenis als de Do
die het product is van jarenlang Se'
oefend doorzettingsvermogen en ver
trouwen. Hierom verdient Dr. Dornier
onze onverdeelde bewondering;
Do X is thans nog onvolkomen, doen
zy rechtvaardigt onze hoop voor de
toekomst en zy vertegenwoordigt e®"
Poging, die iedereen, die het wel me*nn
met de luchtvaart, tot voorbeeld k»n
strekken.
De tong zoo zacht, kan woorden
Die marmersteenen harten breken.
Der tong, zoo teer, is maoht gegeve»
Tot wel en wee, tot dood en leveft-