Als Baby grooter wordt.
Licht, lucht en water.
Het menu van deze week
door
Dr. J. W. FRANS.
Wanneer baby 9 maanden oud is ge
worden en de moeder het voorrecht
heeft genoten, haar kindje zoolang al
leen met moedermelk te kunnen voe
den, dan komt de overgang. Dit is een
belangrijke periode in zijn leventje,
daar het tot nu toe geheel en al op zijn
moeder was aangewezen en zich (bij
voldoende voeding althans) daarbij vol
maakt gelukkig voelde.
Nu moet de kleine zich niet alleen
aan een geheel andere voeding wennen,
maar tevens wordt hij min of meer on
afhankelijk.
Het beste is, om eenige weken vóór
men hiermede denkt te beginnenj baby
te leeren om uit een kopje te drinken,
hetgeen in den regel heel gauw ge
lukt. Het is niet gewenscht om melk
toe te dienen, veel beter is b.v. sinaas
appelsap.
Heeft de kleine geleerd om zonder
morsen te drinken, dan behoeven wij
niet met een fiesch te beginnen, het
geen veel meer moeite en last geeft.
Moet het kind om een of andere
reden reeds met de vijfde of zesde
maand bijvoeding hebben, dan moet hij
eerst leeren om eenige weken te voren
uit een fiesch met water te drinken. We
nemen dan een soepele speen op de
fiesch, waardoor hij gemakkelijk het
vocht naar binnen krijgt. Indien dit
niet het geval is, zal hij de borstvoe
ding teveel missen en de fiesch weige
ren, terwijl men bij de wisseling van
voeding zooveel mogelijk moet voor
komen, dat de kleine zich opwindt.
Zooals wij reeds in den aanvang zei
den is de beste leeftijd om hiermede te
beginnen 9 maanden, indien dit ten
minste niet midden in zeer warme zo
merdagen valt; het is veel verstandiger
om dan nog een paar weken door te
gaan met zoogen. Ook wanneer men be
merkt, dat baby tandjes moet krijgen
en daardoor onrustig is, wachte men,
totdat hij geheel in orde is.
Het kind zal zich daarna geheel aan
de nieuwe voeding, waartoe natuurlijk
geleidelijk wordt overgegaan, aanpas
sen, terwijl de moeder in den beginne
nog wel eens eenige last zal ondervin
den van te rijke voedselvorming. Het
beste is dan, zoo weinig mogelijk te
drinken (ook geen soep of meelspijzen
eten) en een stevige bustehouder te
dragen.
De meeste babies worden gedurende
den overgang deels nog met melk ge
voed, omdat koemelk de moedermelk
het meest nabij komt. Verder krijgt de
kleine gezeefde groenten, spinazie,
bloemkool, worteltjes enz., vruchten- en
tomatensap, compote, aardappelpuree
met boter, of een met boter besmeerd
sneedje brood (met suiker) en over
goten met warm water; het spreekt van
zelf, dat de korsten van het brood af
gesneden worden in den beginne en
slechts oud brood gegeven wordt.
Biscuits en desnoods een droge korst
brood mag de kleine eveneens hebben,
doch slechts dan, wanneer hij dit onder
toezicht in het mondje steekt, opdat hij
geen te groote brokken naar binnen
krijgt.
Vleesch of aftreksels daarvan in den
vorm van soep of bouillon moeten wij
ten sterkste ontraden als kindervoe
ding.
Hieronder volgt een verdeeling der
voedingsuren:
le week: borstvoeding, 'smor-gens
uur en 10 uur en 's middags 6 uur en
1 uur, tusschentijds vaste voeding om
le twee uur.
2e weck: borstvoeding, 6 uur v.m.
uur en 10 uur n.m., vaste voeding
s morgens 10 uur en 's avonds 6 uur.
3e week: borstvoeding, 6 uur v.m. en
10 uur 's avonds. Vaste voeding 's mor
gens 10 uur, 2 uur en 6 uur n.m.
4e week: borstvoeding, 6 uur v.m. en
verder vaste voeding.
5e week: geheel vaste voeding, hoe
wel men desverkiezend nog ge
durende eenige weken de 4e
week kan volgen, hoogstens
echter totdat de kleine 1 jaar
oud is.
Deze methode is zorgvuldig
samengesteld en de tijd tus-
schen de borstvoedingen is ge
leidelijk langer geworden.
Veel geduld wordt in deze
weken van de moeders ge
vraagd, door deze geheel andere
voeding niet alleen, maar tevens
door het feit, dat baby, die voorheen
zoo heerlijk in moeder's armen gekoes
terd wei-d, nu ineens op zoo geheel an
dere wijze gevoed wordt. Wij zouden
u dus willen aanraden, hem den eer
sten tijd met voeden op schoot te hou
den en te knuffelen, alsof hij nog de
baby was, die alleen van moeder afhan
kelijk was.
Geef hem tegelijk slechts kleine
beetjes van de nieuwe voeding.
Baby kan als een groot kind al uit
een kopje of bekertje drinken, geef
hem wat extra melk, indien hij nog niet
genoeg vaste spijzen tot zich neemt.
Naarmate het kind flink groeit en
ouder wordt, b.v. 12 of 13 maanden,
zijn langzamerhand drie voedingen per
dag voldoende en zal hij met de pot
mee gaan eten. We moeten echter wel
bedenken, dat een kindermaagje teer is
en groote porties en zware voeding niet
verdragen kan; als extra gift kan om
11 of 3 uur een banaan, geraspte appel,
sinaasappel of ander vruchtensap ge
geven worden.
Tenslotte willen wij nog den raad
geven, het wekelijks wegen niet te ver-
waarloozen, daar dit een maatstaf is,
waaruit wij kunnen opmaken of de
nieuwe voeding aan de gestelde eischen
voldoet.
Is de kleine inmiddels een jaar oud,
dan kan met één maal per maand wegen
worden volstaan.
Blijkt het, dat de toename van ge
wicht niet geregeld plaats heeft, dan
raadplege men een kinderarts, die u
zeker naar zijn beste weten in het be
lang van uw kleine zal raden.
De sport bracht gezonde menschen.
door
Dr. J. W. FRANS.
„Verschrikkelijk, zooals die jonge
menschen zich tegenwoordig toch dur
ven kleeden".
Deze uitroep deed een niet meer jon
ge dame, die naast mij stond tijdens een
turndemonstratie, toen zij de krachti
ge, door licht en lucht gebruinde jonge
menschen voorbij zag trekken, in een
gemakkelijk zittend gymnastiekpakje
gekleed.
Eerlijk gezegd waren wij het heele-
maal niet met haar eens en benijdden
wij die bloeiende jeugd bijna.
Twintig jaar geleden was men veel
minder dan thans de meening toege
daan, dat sport zoozeer bijdraagt tot
geestelijk en lichamelijk welzijn en
slechts weinigen brachten vroeger deze
theorie in praktijk.
De gevolgen van het minder beoefe
nen van sport gevoelen velen der
ouderen dan ook aan den lijve en de
jonge menschen, die uit deze genera
tie zijn voortgekomen, hebben veelal
nog tegen het vooroordeel van ouders
of grootouders te kampen.
Toch is er al veel veranderd en ook
verbeterd op dit punt. De groote schare
van bloedarme jonge meisjes van 14
tot 18 jaar, die voorheen op de spreek
uren van geneesheeren kwamen, is aan
merkelijk verminderd. Geen staal-
drankjes en staalpillen hebben deze
verbetering tot stand gebracht, zonder
dat wij evenwel de goede werking van
deze preparaten in enkele gevallen te
kort willen doen.
Licht en lucht hebben dit wonder
verricht. De strijd tegen de tubercu
lose, de zoo gevreesde volksziekte kan
slechts met zegenrijke resultaten ge
voerd worden, wanneer licht, lucht en
water naast goede voeding als bondge-
nooten meevechten. Datgene, waar vaak
in steden en ook op het land, oud en
jong onder moeten lijden, voornamelijk
onder de volksklasse, is een gebrek aan
goede, ruime woningen, zoodat door
hen ieder vrij oogenblik benut moet
worden om buiten in de zon door te
brengen.
Niet alleen wetenschappelijke kennis
drijft ons hiertoe, maar ook in hen wie
wetenschappelijke arbeid vreemd is,
leeft het verlangen naar de zon, naar
licht en lucht.
Wij allen hebben zonder uitzonde
ring de plicht tegenover onszelf, zoo
wel als tegenover de gemeenschap, ons
zelf gezond en krachtig te maken, niet
alleen om in staat te zijn tot werken,
maar ook om op de juiste wijze van het
leven te kunnen genieten. Een nood
zakelijke eisch hiervoor zijn lichaams
beweging in de vrije lucht en reinheid
voor lichaam en geest, die wij slechts
krijgen door licht, lucht en water.
Zondag:
Gevulde eieren,
Kalfsfricandeau, snijboonen,
aardappelen,
Broodschotel met gember.
Maandag:
Koud vleesch,
Postelein, aardappelen,
Rijst met krenten.
Dinsdag:
Gevuld runderhart,
Spinazie, aardappelen,
Griesmeel met abrikozen.
Saus.
Woensdag:
Varkensfricandeau,
Bloemkool, aardappelen,
Macaroni.
Donderdag:
Koud vleesch,
Groentenschotel,
Aardappelpuree,
Custard met roode bessen.
Vrijdag I:
Tomatensoep met groenten,
Blikzalm,
Kropsla en gebakken aardappelen.
Vrijdag II:
Tomatensoep,
Tomatenommelet,
Princesseboonen.
Aardappelen.
Zaterdag:
Gebakken spek,
Groote boonen, aardappelen,
Hangop.
Broodschotel met gember.
250 gram oud brood zonder korst, 4
eieren, 4 dl melk, 125 gram suiker,
kaneel of gehakte geconfijte citroen
schil, 150 gram natte gember en een
paar lepels gemberstroop.
We kloppen de eieren met de sui
ker, de melk en de kaneel of citroen
schil en weeken hierin het aan kleine
blokjes gesneden brood. De gember
wordt aan kleine stukjes gesneden en
met de stroop door de broodmassa ge
roerd.
Een vuurvaste schotel wordt bebo
terd, met paneermeel bestrooid en met
het mengsel gevuld, bedekt met wat
paneermeel en klontjes boter, desver
kiezend bestrooid met suiker en kaneel,
daarna */4 of een half uur in den oven
geplaatst.
Deze maaltijd behoeft Zondag niet
veel drukte te geven; de gevulde eieren
worden Zaterdags klaargemaakt en
Zondags plaatsen wij deze op een
schotel, waarop wat frissche slablaad
jes; het vleesch en de groente, even
als de broodschotel worden daags te
voren gereed gemaakt; het vleesch
wordt of koud opgediend of even ge
warmd; de aardappelen worden opge
zet, op deze pan komt de schaal met
snijboonen en wordt tegelijkertijd
warm, het schoteltje gaat in den oven
en in weinig tijd is ons maal opgediend.
Gevuld runderhart met gehakt.
1 runderhart, 200 gram gehakt, 150
gram boter of delfrite, peper en zout.
Het runderhart wordt ontdaan van
velletjes en spieren en daarna grondig
gewasschen. We zetten het daarna in
koud water met een paar lepels zout
weg, liefst tot den volgenden dag, spoe
len het onder stroomend water flink af
en drogen het. Het binnenste vullen we
met het gehakt, dat we met peper en
zout vermengd hebben en waarvoor we
half runder- half varkensgehakt kun
nen nemen, daarna wordt de opening
met een stuk boterhampapier dichtge
maakt
We maken de helft van de boter of
van het vet in een braadpannetje
warm en braden het vleesch zóó, dat
de kant met het papier vrij blijft, doch
zorgen voor een niet te felle vlam,
daarna voegen we de rest van de
boter en een weinig water bij en laten
alles op een kleine pit ongeveer 3 of
4 uur gaarsmoren, dus zóó, dat men
het gerecht om het kookpunt houdt;
zoo noodig wordt nog wat water bijge
voegd, indien het vocht mocht verdam
pen, hetgeen echter niet noodig zal zijn.
Even vóór het opdienen wordt het
vleesch ia de lengte aan plakken ge
sneden.
Wil men een goedkoope vulling dan
wordt hiervoor genomen:
100 gram broodkruim, 40 gram nier
vet, 1 eetlejjel fijngehakte peterselie,
1 uitje, peper, zout, noot en één ei.
Het niervet wordt van het velletje
ontdaan en zeer fijn gehakt of gemalen
en vermengd met de broodkruimels,
het ei, het zeer fijn gehakte uitje, pe
terselie, peper, zout en noot en tot een
stevig geheel gekneed, waarmede het
runderhart op dezelfde wijze gevuld
wordt.
Groenteschotel.
125 gram bloem, 1 dl melk, 2 eieren
en zout, worteltjes, bloemkool, dop
erwten, princesse- of snijboonen (ge
kookt); voor de saus: 2Vs dl melk, 2
eieren, tomatenpuree, boter en paneer
meel.
We maken een beslag van bloem,
melk en eierdooiers, kloppen het eiwit
stijf en roeren dit er doorheen, waarna
we vijf pannekoekjes bakken, die de
grootte hebben van onze vuurvaste
schaal.
Op den bodem van deze schaal, die
vooraf goed ingevet is, leggen wij een
pannekoekje, hierop een laag wortel
tjes, die bedekt wordt door een panne-
koek, en zoo verder, totdat de groen
ten soort voor soort, alle bedekt door
een pannekoekje, in de schaal zijn en
nu bedekt worden met een sausje, dat
bestaat uit melk, eieren, tomatenpuree,
en wat zout; hierop komen een laagje
paneermeel en klontjes boter.
Het gerecht gaat in den oven om een
mooi bruin korstje te krijgen. We
geven bij deze schotel aardappelpuree
en kunnen, nu we toch den oven aan
hebben, deze eveneens in een vuurvaste
schotel doen en er een bruin korstje
op laten komen.
Deze maaltijd is heel practisch voor
een uitgaansdag; alles kan al vroeg
klaargemaakt worden, zoodat het nog
slechts een half uur of iets langer in
den oven komt en onze maaltijd dan
zonder veel moeite klaar is. Ook de
pudding is daags tevoren gemaakt.
Tomatensoep met groenten.
1 kg soeptomaten, 1 uitje, soepgroen
ten als bloemkool, 1 preitje, een paar
flinke worteltjes, peterselie en kervel,
zout en maggi aroma naar smaak, 50
gram boter, 50 gram bloem.
We wasschen de tomaten, snijden ze
doormidden en zetten ze op met zóó
veel water totdat ze bedekt zijn en het
uitje, brengen ze aan de kook en laten
ze dan op een lage pit ongeveer drie
kwartier op het vuur staan, daarna
zeeven en aanvullen met zooveel wa
ter, totdat we aan puree en wrater ruim
l1/2 liter vloeistof hebben.
We smelten de boter, voegen de
bloem erbij en het zeer fijn gesneder
of gehakte preitje, daarna langzaam
de vloeistof, onder voortdurend roe
ren; de soep moet nu 10 of 15 minuten
zachtjes doorkoken. In dien tijd was
schen wij de bloemkool, de geschrapte
worteltjes en de kruiden. De laatste
worden heel fijn gehakt en bloemkool
en worteltjes op een fijne rasp geraspt
en deze rauwe groenten en kruiden
roeren we op het laatste oogenblik door
de soep heen (dus niet meer mee
koken).
De rasp, die zich bijzonder goed
leent voor het verkrijgen van zeer fijn
verdeelde groenten en vruchten (ap
pels) is de z.g. Bircher-rasp, die voor
verschillende rauwkost-gererhten uit
stekende diensten bewijst. Het groote
voordeel is, dat de prijs niet hoog Is
0.65 en dat de rasp roestvrij is; deze
is te verkrijgen in winkels voor huis
houdelijke artikelen.
Een kleine wond. een armen bloed
verwant of een gerimgen vgaud moet
men nooit nrmacSrten.