KANNEWASSER
VERKOOPT UIT!
Rijk en geen geld
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
DE MACHTHEBBERS ACHTER DE SCHERMEN.
ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1932
60sie JAARGANG
De viering van den grondvvetsdag in Duitschland. -
Er dreigt gevaar in de Engelsche textielindustrie. -
De mislukte aanval op de Spaansche republiek.
INVLOEDRIJKER DAN KONINGEN EN KEIZERS I
WAAR DE WERELD GEREGEERD WORDT
Onnoodig lijden.
De mislukte opstand in Spanje.
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,
f 1.Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, fl.25, f 1.35. Losse nos. 4ct.; fr.p.p. 6ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIEN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct.
De vierinq van den qrondwetsdaq in
Duitschland is, de tegenwoordige omstan
digheden in aanmerking genomen, met
vreugde gevierd en in alle rust en kalmte
verloopen. De hoogste autoriteiten hebben
er aan deelgenomen en overal werd druk
gevlagd. Het spreekt vanzelf, dat er op
dezen dag natuurlijk tal van speechen wor
den gehouden en een van de belangrijkste
redevoeringen was die van den minister
van binnenlandsche zaken, von Gay], die
met groote openhartigheid heeft gespro
ken'over het standpunt van de regeering
ten opzichte van de grondwet.
Von Gayl heeft inderdaad waardig en
indrukwekkend gesproken zegt de „Nw.
Rott. Crt.":
„Wij hebben geen andere-basis als uit
gangspunt voor onzen opmarsch naar een
staatkundig bestaan", heeft hij erkend.
Het is uiterlijk opmerkelijk hem te hooren
verkondigen, dat de grondwet van Weimar
wel veranderd moet worden, doch tegelij
kertijd de grondslag moet blijven van het
ging van den minimumleeftijd voor kie
zers, beteekent verzwakking van het radi
cale element in Duitschland en vooral van
de partij van Hitier. Instelling van een
Senaat zou beteeken en: bescherming van
de tegenwoordige regeering tegen de par
lementaire macht, die nu meer dan eenige
andere groep, de nationaal-soeialisten wil
len doen gelden. Die Senaat zou mogelijk
moeten maken wat Hindenburg op het
oogenblik heet te willen: Een regeering
buiten de partijen staande en niet alleen
afhankelijk van den Rijksdag."
Wordt Hitier rijkskanselier?
leven van het Duitsche volk, en hem te
vens die grondwet te hooren prijzen, om
dat zij het Duitsche volk moeilijke tijden
heeft helpen te boven komen. Voor de ge
breken, die de politiek van het nieuwe
Duitschland bleken aan te kleven, is niet
alleen dè grondwet verantwoordelijk, zoo
betoogde hij.
Niet dat hij een wijziging van de grond
wet bepleitte was het gewichtigste, maar
dat hij die grondwet daarvoor als grond
slag wilde behouden. Monarchisten en na
tionaal-soeialisten zal hij met zijn woorden
bitter hebben teleurgesteld en zelfs ge
krenkt. Voor Hitier is van de hervormin
gen, die von Gayl aanduidde, en die daar
na ook door von Papen werden overge
nomen, niets te verwachten. Een verhoo-
Dreiqende stakinq in de Enqelsche tex
tielindustrie. Naar Reuter uit Manchester
meldt, heeft de algemeene raad van den
bond van textielarbeiders besloten een al
gemeene staking in de katoen-fabrieken
aan te bevelen. Dit besluit is gevallen na
afbreking der onderhandelingen met de
patroons over een loonsverlaging en een
weer te werk stelling van ontslagen ar
beiders.
De algemeene raad heeft geadviseerd
steun te vragen aan den centralen raad
van den textielarbeidersbond in de noor
delijke graafschappen, die Maandag te
Blackburn bijeenkomt, vóórdat aan het
stakingsbesluit gevolg wordt gegeven.
Een algemeene staking van arbeiders in
de katoenindustrie in Lancashire zou bijna
een kwart millioen arbeiders omvatten en
zou kunnen leiden tot stopzetting van een
aantal spinnerijen die eveneens bijna een
kwart millioen arbeiders aan het werk
hebben.
Op de Spaansclie republiek is een mis
lukte aanval qepleeqd, de eerste nadat ko
ning Alfonso weggejaagd is. De ex-koning
heeft er met „belangstelling" kennis van
genomen, toen hij terugkwam van een
jachtpartij. Het was een monarchistische
beweging, waarvan de republikeinsche re
geering al eenigen tijd mee op de hoogte
was, vandaar dat de overval niet onver
wachts kwam en men direct krachtige
maatregelen kon nemen om den opstand
te onderdrukken, en met succes.
Het „Hbl." schrijft er o. m. over:
De poging van een groepje generaals
om, gebruik makende van de in breede
kringen heerschende ontevredenheid over
het beleid van de linksrepublikeinsche re
geering, het republikeinsche regime als
zoodanig een voetje te lichten, is falikant
uitgeloopen en men moet zich afvragen
hoe het mogelijk is, dat een generaal van
het formaat van een Sanjurjo zich heeft
laten vinden voor zulk een uiterst riskante
Borah tot Marianne: „Als u de helft van
moet u mij de helft daarvan geven!"
de schulden wilt kwijtschelden,
(„Le Rire").
onderneming en daarvoor zijn persoon
heeft ingezet.
Het voornaamste resultaat van deze re
actionaire „revolutie" zal wel zijn, dat de
republikeinen van diverse pluimage zich
thans nauwer aaneensluiten, nu zii een
kleine waarschuwing hebben gehad, dat
het rechts-revolutionaire gevaar niet ge
heel denkbeeldig is te achten
door
onzen reizenden correspondent
ANTON E. ZIEG FIELD.
De wereldcrisis heeft een eigenaardig
gevolg gehad; zij heeft een voor een alle
personen en machten, die als de stuwen
de krachten der wereldgeschiedenis van
hun tijd, er altijd naar streven om zich
op den achtergrond te houden en zich in
een geheimzinnig waas te hullen, op den
voorgrond gebracht.
Toch zijn er ook thans nog selfmade-
men, die heerschen, zonder dat wij iets
naders van hen weten. Zoowel van de be
kenden als van de onbekenden heeft onze
medewerker, Anton E. Ziegfield, er
eenige op zijn wereldreizen bezocht. Van
hun loopbaan en hun tegenwoordigen in
vloed, van hun pressie op den loop der
wereldgeschiedenis, van hun rol in het
wereldgebeuren, wordt in dit artikel een
en ander verteld.
Het gebouwtje in Wallstreet.
Wallstreet 23, op een hoek van de be
roemde Broadway staat een klein huis.
Een ingang, door twee zuilen ^nhrand.
Daarboven staat in eenvoudige letters:
„J. P. Morgan Sons". Hier heerscht dus
de machtigste en misschien ook rijkste
man ter wereld, dit kleine huis geldt als
het financieele centrum der aarde. My
stieke voorstellingen zijn aan den naam
Morgan verbonden. Hij heeft den franc
gered, hij kan oorlogen ontketenen, hij
kan vrede brengen. Morganzelfs een
kind kent zijn naam. Maar men denkt niet
aan de dikwijls nog machtiger lieden in
het donker op den achtergrond. Morgan
heerscht niet alleen! Een handjevol an
deren houden de draden in handen, één
dozi,jn, misschien twee dozijn deelen met
Morgan in het regentschap der wereld.
Opkomen, achteruitgaan, duizeling
wekkende hoogten en vergeten. Welser,
Fugger, de Rothschilds. En daarnaast
namen als Mitaud, Lord Bearstead
Hebt ge er reeds van gehoord? Bijna on
bekenden bezitten tegenwoordig bijna
ongehoorde macht, zijn invloedrijker dan
keizers en koningen waren.
Azië1000 millioen menschen, die
langzaam ontwaken, die met de niet tegen
te houden kracht van lawinen zich uit
breiden. 1000 millioen menschen.... en
een handjevol menschen slechts, een fa
milie slechts, die dit handjevol be-
heerscht. Dat zijn de Mitsuis. Heeft u ooit
hun naam gehoord? Hachiroemon Mitsui,
de heerscher over het groote Japansche
industrie- en bankconcern heeft kortge
leden het inwijdingsfeest gevierd van het
nieuwe kantoorgebouw in Tokio. Het is
een paleis, dat 30 millioen yen kostte, 36
millioen gulden ongeveer. Een wolken
krabber temidden van het wolkenkrab
berskwartier. Expresse-liften, staal, glas,
beton, zooals in New York. Veel licht,
metalen meubels, aardbevingzekere fun
deering. En dit reuzenhuis werd volgens
de oude zeden door de Shintopriesters in
gewijd. Visch en olie werden geofferd, de
oude gongs klonken door het huis en
Hachiroemon Mitsui bad voor zijn voor
vaderen. Mitsui, dat belichaamt in Azië
allen rijkdom, dien men zich kan droo-
men. Geen groot schip, geen magazijn en
geen kolenmijn, geen bank en geen wa
renhuis van eenigen omvang, dat niet de
drie letters M. B. K. zou dragen. Dat wil
zeggen: Mitsui, Bussan Kaisha, Mitsui's
Handelmaatschappij. Deze wordt geleid
door Baron Hachiroemon en zijn zoon.
M. B. K. heerscht in Japan en op Korea,
in de vlakten van China en Mantsjoereij.
M. B. K. staat op de drie millioen petro
leumlampen, die de Mitsui's voor de helft
van den kostprijs in China verkochten om
daar een markt voor hun petroleumbi-qn-
nen te vormen. Zij deden dit lang voor de
Standard Oil. Baron Mitsui ontvangt zijn
gasten gezeten achter een volkomen leege
schrijftafel. Hij is een kleine grijsharige
Japanner. En ondanks de verscheiden
heid der rassen, ondanks de belachelijk
heid van de vergelijking: hij lijkt op den
filmspeler Adolphe Menjou. Hetzelfde
snorretje, dezelfde schuinopgetrokken
wenkbrauwen. Alleen draagt de baron een
bril zonder randen.
In 1602 opende een van de voorvade
ren van Mitsui een pandhuis. Een onder
neming, waaraan ook andere families hun
grootheid te danken hebben. Spoedig
werd het pandhuis uitgebreid met een
handel in specerijen en Saké-wijn. De
zaak heette: In den vorst van Echigo, om
dat dit de titel was van de voorouders
van Tobuké. De oudste zoon van Tobuké
ging naar Yedo, zooals Tokio destijds
heette en handelde in stoffen. De onder
neming van Mitsui begon bijna op dezelf
de wijze als die der Fuggers in Europa,
met het eenige verschil, dat de onderne
ming der Mitsui's nog bestaat.
Dit is een van de groote onbekenden.
Maar ook midden in Europa heerschen
mannen, die bijna niemand kent. Dannie
Heinemann bijv., de leider der „Sofina",
de „Société financière et d'entreprises
industriecles" in Brussel, die met de Gb-
neral Electric achter zich, de almachtige
electriciteitsmaatschappij onder directie
van Owen Young, die op zijn beurt weer
Morgan achter zich heeft, een wijdver
takt concern leidt, waarin bedrijven van
bijna niet voor te stellen kapitaalkracht
zijn vereenigd. Dannie Heinemann is de
tegenstander van Löwenstein geweest de
bankier met de sprookjesachtige carrière,
die uit een vliegtuig verdween en van
wien men tot op het huidige oogenblik
niet weet hoe hij stierf en of hij stierf
Dannie Heinemann was ten tijde van
Rathenau een eenvoudig ingenieur bij de
A. E. G. En is op het oogenblik de rech
terhand van Loucheur, den voormaligen
minister, chef van Thomson Houston in
Frankrijk. Het vermogen van Heinemann
wordt op 100 millioen dollar geschat. Zijn
macht wordt door geen enkele andere in
de Europeesche electriciteits-industrie
overtroffen. En toch kent bijna niemand
zijn naam.
En dan: Daar zijn de onbekenden der
Londensche City. Tot voor kort nog de
geldmarkt van de geheele wereld. Het
hart van een wereldrijk. In dit gewirwar
van stegen en gangen, hier in de hon
derdduizenden kantoren loopen nog
steeds vele draden der wereld samen.
Hier werkt een geweldige macht. Een
millioen man personeel gemiddeld. En
een handjevol weer, dat heerscht. Twee,
drie menschen weer, die in een mystiek-
duister verscholen blijven, wier macht en
wier rijkdom zoo groot is, dat zij in de
wolken zwevende aan den blik van het
groote publiek onttrokken blijven.
Lord Bearstead bijvoorbeeld behoort
hiertoe. Men spreekt nauwelijks van Lord
Bearstead. Zelfs in Engeland zal van de
honderd menschen er nauwelijks één
weten wie hij is en wat hij gedaan heeft.
Hij heeft Engeland de voorpoststelling
in de toekomstige petroleumzaken ver
zekerd.
De petroleumbronnen van Rockefeller
vloeien en brengen elke seconde goud
binnen.
De firma's van Bearstead echter bezit
ten alle bronnen der toekomst, in alle vier
werelddeelen behooren de geweldige nog
niet ontgonnen petroleumbronnen aan
hen. Velden, die veertien maal zoo rijk
zijn als alle Amerikaansche tezamen ge
rekend. Zijn kunst is het onderhandelen,
het samenbrengen van tegenstanders,
het samenknoopen van belangen. Hoe
deze man leeft, hoe hij eruit ziet? Hij
draagt zijn cylinder zooals nog vele
andere leiders der City die dagelijks
dragen, hij heeft meestal een donker
grijze overjas met zijden revers aan en
een boord, die de breede hals niet be
moeilijkt. Zijn blik is heidér, zijn mond
steeds een weinig geopend. Scherpe bril-
leglazen en een snor. Lord Bearstead
zegt niets over zijn werk, trouwens hij
spreekt over hef' algemeen zeer weinig.
Ook „Who's Who", het groote naslag
werk voor alle grooten dezer aarde, zegt
bijna niets over hem. „Bearstead, Vis-
count, Marcus Samuel" staat daar. In
1853 in Whitechapel als zoon van ortho
doxe joden geboren. Hoofdorganisator
van de Engelsche Oliebelangen (Royal
Dutch Shell groep) 1902 Mayor of Lon-
don. 1921 Peerage (Lord Bearstead) 1924
Viscount
Olie, dat is tegenwoordig de voornaam
ste grondstof der wereld. De stille, mach
tige, onophoudelijke strijd tusschén En-
Als iedere beweging u pijn doet, als pijn in
de lendenen, urinestoornissen, hoofdpijn, dui
zeligheid en rtjeumatische pijnen uw leven tot
een last tnaken en gij uw werk moet laten lig
gen, wordt gij gewaarschuwd, dat de organen
van uw rug niet behoorlijk werken.
Waarom wilt gij noodeloos lijden aan rheu-
matiek, spit, waterzucht of blaaszwakte?
Gebruik Foster's Rugpijn Pillen bij het
eerste waarschuwende teeken der organen,
welke de urine afscheiden en zoodoende ds
onzuiverheden uit het bloed filtreeren. Fos
ter's Pillen heelen en versterken deze ver
zwakte organen, zoodat de onzuiverheden,
welke zich anders ophoopen en afzetten en
zoodoende eindelooze pijn en ongemak ver
oorzaken, afgevoerd worden.
In alle deelen van Holland hebben dankbare
personen hun levenslust herwonnen, dank zij
Foster's Pillen.
Bij alle drogisten enz. 4 1.75 per flacon.
geland en Amerika gaat om de olie.
„Of men het geld bezit, of slechts con
troleert", zei eens John J. Rascob, de
vroegere president van de General Mo
tors, „blijft hetzelfde. De machtigste lie
den zijn de bankdirecteuren, die zelf ten
hoogste een dozijn millioen bezitten,
maar een stroom van honderd millioen
kunnen besturen en over de deposito's
van hun ondernemingen beschikken..."-
(Slot volgt).
Volgens de thans uit Madrid inkomen
de officieele berichten is de militaire op
stand, die zijn kern te Sevilla scheen te
hebben, waar de populaire generaal San
jurjo zelfs reeds de samenstelling van een
nieuw ministerie had bekend gemaakt,
waarvan hij zelf het hoofd was, bedwon
gen.
Het ministerie van binnenlandsche
zaken heeft verklaard, dat het thans over
al rustig is.
De gewezen koning is, eveneens vol
gens een officieele mededeeling, niet bij
den opstand betrokken geweest. Koning
Alfons bevindt zich in Tsjechoslowakije,
zijn kinderen zijn op een zomerreis in
Ierland.
Generaal Sanjurjo in hechtenis
genomen.
Belga seint uit Madrid:
Het ministerie van binnenlandsche
zaken deelt mede, dat generaal Sanjurjo,
generaal Herraiz, luitenant-kolonel Este-
ran en kapitein Sanjurjo, zoon van den
generaal, in de buurt van Sevilla in hech
tenis zijn genomen.
Te Sevilla.
Te Sevilla hebben de opstandelingen
zich overgegeven.
De regeering heeft ter onderdrukking
van den opstand troepen ter sterkte van
ongeveer 15.000 man naar Sevilla gezon
den. De militaire rechtbanken zijn reeds
Woensdag bijeengekomen om de gear
resteerde leiders der opstandelingen te
veroordeelen.
De Sevilliaansche vakverbonden heb-
Wil meneer de directeur zoo vrien
delijk zijn en dit einde van de centi-
metermaat vasthouden, dan zal ik met
het andere eind omloopen ik ben
direct terug.
(„Vart Hem").
FEUILLETON
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
32)
„Maar denk er 0111, ik vind het een
schandelijke verkwisting", zeide ze nog
eens bestraffend.
Plotseling stond Bliss zijn leven van zes
maanden geleden voor den geest. Hij
lachte en sloot even zijn oogen. Afkeu
rend keek ze hem aan.
„Ik meen het heusch," hielud ze aan,
„En nu moet je me eens vertellen,, wat je
op het oogenblik uitvoert en wat je ver
dient".
„Op het oogenblik ben ik chauffeur bij
de Sun motor Company op een salaris van
dertig shilling in de week", zeide hij
lachend. „Maar daar ik het genoegen heb
om vijf shilling in de week te mogen af
dragen aan mijn lieven engel van een
meesterknecht, is mijn netto salaris vijI-
en-twintig shilling. En de vent verdient
zelf nota bene vier pond tien shilling in
de week".
„Wat een mispunt!"
„Maar", ging hij voort, „we moeten
niet vergeten, dat we tenminste een be
trekking hebben en daardoor een dak
bovqp het hoofd".
„Het schijnt wel, dat sommige men-
gchen het altijd moeilijk moeten heb
ben'-', zuchtte ze. „Zoo nu en dan over
dondert het je gewoonweg. Als je eens
nagaat, dat er voor ons eigenlijk maar
twee dingen mogelijk zijn: of je hebt een
betrekking en daardoor eten en dinken,
of je hebt geen betrekking en dan heb je
ook niets, geen eten en geen dak boven
je hoofd. Weet je wel, dat ik nog net zeven
shilling in mijn zak had, toen ik deze be
trekking kreeg?"
„Maar waarom ben je bij rnr. Masters
vandaan gegaan?"
„Hfj wou met alle geweld met me trou
wen," zeide ze rustig. „En ik ik kon
't gewoonweg niet."
„Waarom niet?" vroeg hij schor.
Frances hief het hoofd op en keek hem
aan. Even daarna had hij onder het ta
feltje door haar hand gegrepen, 't Was,
alsóf het kleine restaurant er plotseling
heel anders uitzag; door hun eigen ge-
luksstemming werd het in een paradijs
van warmte en licht herschapen. In wer
kelijkheid was het zaaltje heel poovertjes,
bestonden de gasten hoofdzakelijk uit dat
speciaal soort menschen, dat met den ver
zamelnaam „Bohémiens" wordt aange
duid. Aan het tafeltje naast hen zat een
man, die een mandoline te voorschijn had
gehaald en er nu, terwijl hij achterover
in zijn stoel was gaan zitten en zijn oogen
in de verte schenen weg te droomen, een
eigenaardig tinkelende muziek aan ont
lokte. De andere gasten waren bijna allen
menschen, die even waren komen eten,
voordat ze weer aan 't werk moesten
variété-artisten, waarvan de meesten nog
een avond hard werken voor den boeg
hadden, schouwburg-suppoosten en een
collega van Bliss. Geen van de gasten had
dat air van uitzijn, dat men in de voor
name restaurants zoo veelvuldig aantreft,
voor hen was het eten buitenshuis een
deel van den gewonen gang van zaken.
En toch leek het Frances en Bliss, terwijl
ze daar had in hand aan hun tafeltje za
ten, dat die geheele omgeving volmaakt
was.
„Dus nu ben je chauffeur," trachtte ze
het gesprek te beginnen, terwijl de kell-
ner den volgenden „gang" op tafel zette.
„Ik ben bang, dat je nogal van variatie
houdt.eerst was je reiziger, toen por
tier bij dien eigenaardigen ouden heer
mr. Cockeril. wat ben je eigenlijk nog
meer geweest?"
„Hulp in een groentenwinkel," voltooi
de hij haar opsomming. „En dat zou zijn
succesbetrekking geweest zijn, als mijn
voorganger niet weer onverwacht was
komen opdagen."
Frances zuchtte.
„Ik geloof, dat je erg onpractisch bent,"
zeide ze ernstig.
„Dat kan ik niet tegenspreken," moest
hij toegeven, „maar van vanavond af ben
ik van plan mijn leven te beteren."
„Iemand van jouw opvoeding," ging ze
streng door, „moest hoogere aspiraties
hebben dan chauffeur te zijn op een sala
ris van dertig shilling in de week."
„Vergeet de fooien niet," zeide hij op
gewekt. „Deze week heb ik zes shilling
aan fooien bijverdiend."
„Volgens mijn opinie," zeide ze heel
ernstig, „zijn fooien beneden je waardig
heid."
Overbluft keek hij haar een oogenblik
aan.
„Voor ons zijn fooien iets heel ge
woons," stelde hij haar gerust. „Zoo iets
als een dankoffer, dat de menschen veilig
en wel op de plaats van bestemming zijn
aangeland."
Frances schoot in den lach. Het leek
wel alsof er gedurende dat laatste halfuur
een veel intiemere verhouding tusschén
hen beiden ontstaan was.
„Nu moet je me toch eens eerlijk ver
tellen," zeide Frances, „waarom je bij mr.
Masters vandaan gegaan bent, nadat je
hem zoo vooruit geholpen had. Denk eens
aan de positie, die je had kunnen heb
ben," ging ze neerslachtig voort, „wat zou
alles dan nu anders geweest zijn."
Bliss boog zich iets tot haar over.
„Ik zal je eerlijk de waarheid zeggen.
Het geld, dat ik voor het slagen van mijn
plan noodig had, heb ik geleend van mijn
ergsten vijand, onder de voorwaarde, dat
ik op geen manier er persoonlijk van
mocht profiteeren."
„Van je ergsten vijand heb je het ge
leend," herhaalde ze verbaasd. „Wat be
zielde hem, 0111 het jou te geven?"
„De man had nu eenmaal zekere ver
plichtingen aan me," legde Bliss haar uit.
„die hij met geen mogelijkheid kon
negeeren. Je kunt me gelooven, als ik je
zeg, dat die vijfhonderd pond voor hem
evenveel beteekenden als een penny voor
ons. Hij is een type, dat in een royale bui
dikwijls zulke sommen weggeeft, zonder
er iets van te merken."
„Zoo nu en dan," zeide ze, terwijl ze
hem strak aankeek, „ben ik bang, dat je
niet heelemaal goed bij je hoofd bent."
„Wel, gewoonlijk ben ik er zeker van,"
lachtte Bliss, ..Neem vanavond bijvoor
beeld. Hier in dat kleine restaurant, ter
wijl mijn eenige bezitting, een paar shil
ling is en de kleeren die ik aanheb, heb
ik een gevoel, ik in het paradijs zit.
Wat is er?"
Met een ruk draaide hij zijn hoofd om.
Zonder dat ze het gemerkt hadden, was
een mager jongmensch, gekleed in een
onsmakelijk uitziend werkpak, hun tafel
tje genaderd. Terwijl hij de boodschap
overbracht, leunde hij vertrouwelijk over
Bliss heen.
,,'t Spijt den baas heel erg," begon hij
met een schorre stem, „maar twee lui
zijn d'r ziek en George moest met een
wagen naar Yorkshire. Hij is daarnet op
gescheld en nou moet jij rijden."
Bliss knikte.
„Over vijf minuten zal ik zorgen er te
zijn," beloofde hij.'
De man verdween met een grijns, die
zijn sympathie moest uitdrukken.
„Ik moet weg," mopperde Bliss. „De
menschen daar in de garage houden er
niet de minste rekening mee, dat ik mijn
vrijen avond heb."
„Daar is nu eenmaal niets aan te doen,"
antwoordde Frances, terwijl ze haar
handschoenen aantrok.
„Wil je daar even blijven zitten?'
vroeg hij. „Ik wil je goed in me opnemen,
zooals je nu bent."
De man met de mandoline was weg
gegaan, maar aan den anderen kant van
het kleine zaaltje zat een groep jongelui,
waarvan een een viool te voorschijn had
gehaald, waarop hij zacht zat te tokkelen.
Het zaaltje was nu stampvol, de atmos
feer was een zuivere mengeling van
geuren, waarvan tabaksrook en een ge-
braden-vleesch-en-uien-luchtje wel de
twee hoofdbestanddeelen waren. En 't
was in zulk een milieu, dat Bliss voor het
eerst bewust de vrouw zag, door wie hij
een geheel nieuw gevoel had leeren ken
nen. Ze was een slank en mooi gebouwd
meisje, wat door haar slechtzittend con-
fectie-mantelcostuum slechts ten deele
verborgen werd. Achter tegen die blanke
huid van haar mooi geronden hals lag
een donkere krul, welke uit het zware ge
vlochten kapsel ontsnapt was. Weliswaar
zag ze wat bleek, maar haar karakteris
tieke wilskrachige mond sprak elke ge
dachte aan ziek zijn tegen. Ze had groote,
heldere oogen, waarmee ze hem nu plot
seling half-lachend, half-verontwaardigd
aankeek, toen ze zijn blik ontmoette.
„Hoe durf je me zoo aankijken," pro-
tersteerde ze.
„Nog heel eventjes," vroeg hij smee-
kend.
Hij keek naar haar eenvoudig zwart-
vilten hoedje met zijn eenigszins ver
bogen rand, dat als eenige versiering
een klein verregend bosje viooltjes had.
Daarna keek hij naar haar handschoe
nen, welke ze juist aan 't dichtknoopen
was; wat waren ze teekenend met hun
vele stoppen! Hij keek zelfs naar de een
voudige rijglaarzen met hun dikke zolen,
waarvan de een met een zoogenaamd
onzichtbaar lapje prijkte. Nu lachte ze
vrijuit, waai'door eeen rij tanden te zien
kwam, die Maisie Linden haar benijd
zou hebben.
„Ik denk er niet aan, 0111 nog langer te
blijven zitten," zeide ze quasi verontwaar
digd, terwijl ze meteen opstond.
Bliss volgde haar voorbeeld. In zijn
overmoedige bui drukte hij den kellner,
die hem gedienstig in zijn jas hielp,
stilletjes six pence in de hand met het
prettige gevoel, dat hij eigenlijk iets
deed, wat niet mocht.
„Wees maar niet boos," zeide hij
lachend, terwijl hij met Frances de deur
uitging, „ik wou je alleen maar eens goed
opnemen, zoodat ik me later precies zou
kunnen herinneren, hoe je er op dat
oogenblik uitzag."
(Wordt vervolgd.)