Rijk en geen geld
IS ALTIJD GOEDKOOPER
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
■F #1 Z4
OOK VOOR OAMES-CONFECTIE
No. 7173. EERSTE BLAD
DINSDAG 20 SEPTEMBER 1932
60ste JAARGANG
Duitschland niet vertegenwoordigd in het Ontwape
ningsbureau. - De Fransche pers over den brief aan
Henderson. - De oorlog tusschen Bolivië en Paraguay
De spanning tusschen China en Japan.
Een nieuwe burgeroorlog
in China.
Konijn's gevulde Kalfsborst gebraden
Vereenigde vergadering van de
beide Kamers.
De Rijksmiddelen over Augustus.
mm,
Drama op den Schiedamschen
Dijk te Rotterdam.
MAAGPILLÉN
voor Bejaarden
FEUILLETON
SCHE COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, NederL Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,
f 1._. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4ct.; fr.p.p.6ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jn.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4ct.
Duitschland zal niet vertegenwoordigd
zijn in het Ontwapeningsbureau dat deze
week te Genève bijeenkomt ter voorbe
reiding van het werk van het tweede ge
deelte van de Ontwapeningsconferentie,
waarmede men in Januari hoopt aan te
vangen. Zooals wij in het vorig nummer
nog hebben vermeld, heeft Duitschland in
een zakelijk schrijven aan den voorzitter,
Henderson, meegedeeld, dat het haar on
mogelijk is voorloopig verder aan de be
raadslagingen deel te nemen, omdat, bij
voortduur van den huidigen toestand van
ongelijke behandeling, Duitschland aan
een conferentie zou meewerken, welker
beslissingen niet op dat land van toepas
sing zouden zijn.
Het Handelsblad schrijft daarover o. m.:
Een poging van Duitschland om inmid
dels langs diplomatieken w:eg de quaestie
van de gelijkheid der bewapening op te
lossen, heeft nog tot geen resultaat ge
leid, zoodat Duitschland zich verplicht
ziet de consequentie te trekken door voor
alsnog niet naar Genève te gaan. Uit een
slotzinnetje, n.1. dat Duitschland met be
langstelling het werk van de conferentie
zal blijven volgen en daarvan zijn verde
re houding zal laten afhangen, kan wor
den afgeleid, dat Duitschland geenszins de
deur toewerpt.
De Fransche minister-president kan
niet blind blijven voor het principieel
juiste in de Duitsche stelling. Van het
oogenblik, dat Duitschland lid is gewor
den van den Volkenbond, is een volkomen
gelijkheid tusschen de leden ingetreden,
welke onmogelijk op den duur alleen in
theorie kan worden verleend; eenig uit
zonderingssysteem is daarmede onbestaan
baar geworden.
De wijze echter, waarop Duitschland
zijn in beginsel goed recht tracht te doen
zegevieren, lijkt niet in alle opzichten
gelukkig gekozen. Nauwelijks ontheven
van zijn herstelbetalingen op grond van
zijn onvermogen om verder te betalen,
poneert het op vrij bruuske manier zijn
pariteitseisch en doet dit optreden ge
paard gaan met verschillende opzien
barende voorbereidende maatregelen, die
wijzen op plannen tot herbewapening voor
het geval, dat van krachtige ontwapening
der anderen niets mocht komen.
Aan het slot van het artikel zegt het
blad:
De „draufgangerische" politiek van
Duitschland kan niet erg tactvol genoemd
worden en maakt het den Engelschen be
middelaar niet gemakkelijker in zijn
streven beide partijen tot elkaar en tot
een oplossing te brengen.
Hetgeen toch noodig zal zijn, wil het
alternatief van een nieuwen bewape
ningswedloop en daarmede de algeheele
débScle van de toenaderingspolitiek van
Briand en Stresemann, alsnog voorkomen -
worden.
De komende niet-officieele besprekin-
gen te Genève kunnen daarom van het
hoogste belang worden.
De Fransche pers over den brief aan
Henderson. Het was te begrijpen, dat
de brief van de Duitsche regeering aan
Henderson, waarover wij hierboven ook
schreven, de noodige commentaar zou uit
lokken. De Parijsche pers ziet hem over
het algemeen als een nieuw bewijs voor
een volledige koerswisseling in de Duit-
j sche politiek. Mne oordeele uit onder-
staande persstemmen:
De buitenlandsch politieke medewerker
j van de „Echo de Paris" Pertinax be
schouwt den brief als een directe provo
catie. Helaas leidden de jongste verkla
ringen van den president der Ontwape
ningsconferentie en die van Lord Cecil tot
de conclusie, dat Duitschland bij hen reeds
gewonnen spel heeft. Herriot zou het best
handelen door eens en voor altijd te ver
klaren, dat hij zoowel tegenover Amerika
als tegenover Engeland op het gebied der
financieele politiek heeft toegegeven,
doch dat de kwalitatieve en de kwantita
tieve sterkte van het Fransche leger
nooit tot een onderwerp van bespreking
zal kunnen worden gemaakt.
Het „Journal" meent te weten, dat de
brief van de Duitsche regeering aan den
president van de Ontwapeningsconferen
tie in buitenlandsche diplomatieke krin
gen te Berlijn als een bom gewerkt heeft.
De geheele houding van de Duitsche re
geering bewijst duidelijk, dat zij vast be
sloten is den weg tot hernieuwde bewa
pening voort te zetten, wanneer zij niet
met geweld daarvan wordt teruggehou
den. Onder deze omstandigheden is het
voor de Fransche regeering absoluut on
mogelijk eenigerlei ontwapeningsover
eenkomst te onderteekenen, zonder dat op
het gebied der veiligheid nieuwe ernstige
waarborgen zullen zijn gegeven.
De „Matin" constateert, dat de Duitsche
regeering niet meer met woorden en di
plomatieke documenten doch met acties
tegen de Ontwapeningsconferentie op
treedt. Deze acties kunnen echter onder
zekere omstandigheden ernstige gevolgen
hebben.
De oorlog tusschen Bolivia en Paraguay
duurt voort, doch Reuter weet nu de voor
waarden mee te deelen, die beide staten
gesteld zouden hebben voor de staking
van de vijandelijkheden. Het persbureau
seint uit La Paz:
De regeering van Bolivië heeft aan de
neutrale mogendheden doen weten dat het
onmogelijk is de vijandelijkheden te
staken wegens het offensief van Para
guay. Bolivië eischt eerst waarborgen
tegen nieuwe aanvallen.
Paraguav wil nopens een Reuter-tele-
gram uit Assuncion de voorstellen dei-
neutralen aanvaarden mits beide strij
dende legers zich zouden terugtrekken tot
een plaats op den zestigsten lengtegraad
ten Westen van Greenwich. Drie dagen
latèr zouden dan de vijandelijkheden ge
staakt kunnen worden en fn de volgende
14 dagen zou het Boliviaansche leger ver
der terug moeten gaan tot den 62.5 graad
en het Paraguaansche tot de oevers van
de Paraguay-rivier.
door Japan ontstane spanning neemt
steeds scherper vormen aan. De Chinee-
sche volksbeweging tegen Japan breidt
zich uit. De Kamer van Koophandel in
Sjanghai en oeconomische organisaties
aldaar eischen van de Centrale regeering
verbreking der diplomatieke betrekkin
gen met Japan, terwijl de vakvereenigin-
gen de onmiddellijke mobilisatie en den
aanvang van een militaire strafexpeditie
tegen Mantsjoerije eischen.
Volgens een bericht van een Japansch
agentschap hebben de Japansche instan
ties in Mantsjoerije opdracht gekregen
uitlevering van alle wapenen van de be
volking van Mantsjoerije te verlangen. De
staf van het Japansche Kwantoeng-leger
is overgeplaatst naar de Mantsjoerijsche
hoofdstad Tsjangtsjoen.
DE RIJKSDAGVERKIEZINGEN.
Vastgesteld op 6 November.
Naar Wolff verneemt, heeft het rijks-
kabinet besloten, dat de verkiezingen,
voor een nieuwen Rijksdag op 6 Novem
ber zullen plaats hebben.
UIT DE FRANSCHE KAMER.
Het ontwerp aangenomen.
Omstreeks vijf uur Zaterdagmiddag
heeft de Kamer met 540 tegen 48 stem
men het regeeringsvoorstel inzake de
conversie goedgekeurd. In het regee-
ringsontwerp zijn slechts enkele kleine
wijzigingen van formeelen aard aange
bracht.
Na de stemming werd de Kamer tot
Zaterdagmiddag 6 uur verdaagd. De Se
naat zou Zaterdagmiddag om drie uur
met de beraadslaging over het regee
ringsvoorstel beginnen.
DE VER. STATEN EN DE
OORLOGSSCHULDEN.
Stilzwijgende moratoriumver
lenging.
Volgens berichten uit Washington is
de secretaris van de schatkist gemach-
tigd, niet meer vast te houden aan een
verklaring vóór 15 September van de
Europeesche debiteurlanden, wanneer zij
van meening zijn, hun op 16 December
a.s. vervallende oorlogsschuld-verplich
tingen niet te kunnen nakomen.
WIJ BREIEN en repareeren alle soorten wollen
kleeding. Kousen en Sokken (ook de allerfijnste).
Voor nieuw werk zijn wij No. 1.
Voor TexelWed. BUIJSMAN, Parkstraat 30,
JAAP SNOR, Zuidstraat 19.
(Let op den gelen winkel.)
De toestand tusschen China en Japan
wordt er niet beter op. Zoo meldt de „Nw.
Rott. Crt.":
De na de erkenning van Mantsjoerije
Uit Sanjghai wordt gemeld, dat in de
provincie Sjangtoeng een nieuwe burger
oorlog is uitgebroken. De gouverneur van
de provincie heeft duizenden manschap- j
pen per Tsingtao-Tsinan spoorweg laten
transporteeren teneinde de krijgsbedrij- j
ven te openen tegen den militairen
machthebbende Lioe Tsjen-jen die al een
jaar of vijf in het gebied van Tsjifoe de
macht uitoefent, maar die poogt het ge
bied van zijn invloed uit te breiden. De
gouverneur Hanfoetsjoe beschikt over
een strijdmacht van tachtigduizend man;
Lioe Tsjen-jen schijnt aan het hoofd te
staan van een krijgsmacht van dertigdui
zend man. De burgers in de streek, waar
deze krijgsbedrijven gaan ontbranden,
nemen de vlucht. De Japansche consu
laire autoriteiten zijn in onderhandeling
met Hanfoetsjoe over een bescherming
van de talrijke duizenden Japanners, die
woonachtig zijn in het bedreigde gebied.
In Crisistijd is kwaliteit goedkooper!
Sluiting van de zitting 1931—1932.
De heer De Vos van Steenwyk,
voorzitter van de Eerste Kamer, bekleedt
den voorzittersstoel.
De voorzitter doet door den griffier
van de Eerste Kamer voorlezen 'n Konink
lijk Besluit, waarbij de minister van bin-
nenlandsche zaken wordt gemachtigd,
heden te drie uur des namiddags zich te
begeven naar de vergadering van de Sta-
ten-Generaal, ten einde in de vereenigde
vergadering der beide Kamers de zitting
in naam der Koningin te sluiten.
De voorzitter benoemt de volgende
leden in een commissie, die den minister
in het gebouw zal ontvangen en uitgeleide
doen: de heeren: Steger, Snoeck Henke-
mans, de Wilde, Koster, mevr. Bakker
Nort en den heer Kortenhorst.
Kort daarna treedt de minister, vooraf
gegaan door de leden der oommissie, de
vergaderzaal binnen.
De Minister van binnenland-
sche zaken, de heer Ruys dè Beeren-
brouck, plaatst zich achter de ministers-
tafel en houdt de volgende rede:
Het heeft Hare Majesteit de Koningin
behaagd mij op te dragen de zitting van
de Stat en-Generaal in Haren naam te
sluiten.
Naast verschillende andere wettelijke
maatregelen zijn, dank zij Uwe medewer
king, onderscheidene regelingen tot stand
gekomen in verband met de crisis, welke
onze volkswelvaart heeft aangetast.
De Koningin heeft mij opgedragen U
Haren dank te betuigen voor Uwen ijver
en Uwe toewijding aan 's lands belang.
In naam der Koningin en daartoe d-oor
Haar gemachtigd, verklaar ik deze zitting
van de Stat en-Generaal te ziin gesloten.
Den minister wordt door de commissie
uitgeleide gedaan.
Nadat de commissie in de vergaderzaal
is teruggekeerd, sluit de voorzitter d'e ver
eenigde vergadering.
DE Zi: IDERZEE-STEUNWET.
Het Kon. Besi. komt binnen
eenlge dagen.
Het Tweede Kamerlid, de heer Duy-
maer van Twist, had den minister Van
Waterstaat gevraagd of de minister spoe
dig het Koninklijk Besluit inzake de gel
delijke tegemoetkomingen aan de belang
hebbenden in den zin van artikel 1 van
de Zuiderzeesteunwet 1925 wilde publi-
ceeren.
De minister heeft hierop geantwoord,
dat overeenkomstig het advies van de
Generale Commissie Zuiderzeesteunwet
reeds tot verkrijgbaarstelling van het be
doeld Koninklijk Besluit was besloten.
Aangezien tezelfder tijd nog een wijzi
ging van dit Koninklijk Besluit aanhangig
was, is gewacht totdat deze wijziging
haar beslag had gekregen. Het Koninklijk
Besluit wordt binnen enkele dagen alge
meen verkrijgbaar gesteld.
De Nw. Rott. Crt. schrijft:
De loop der rijksmiddelen is, evenals
het leven, vol verrassingen. Nadat nu reeds
maanden achtereen de eene staat na den
anderen met nadeelige verschillen van
vaak vele millioenen voor den dag was ge
komen, om over Juli met een minimale
opbrengst van nog geen 26 millioen een
achterstand van ruim 10K millioen
tegenover het vorige jaar aan te wijzen,
krijgen wij daar pardoes over Augustus
een eindcijfer uit de gewone bronnen, dat
de overeenkomstige opbrengst van ver
leden jaar met meer dan 2 millioen te
boven gaat. Vooral in dezen tijd, nu elk
plekje blauw aan den oeconomischen
hemel al is het nog niet eens groot ge
noeg om er een ordentelijke matrozen-
broek uit te snijden gretig als de voor
bode van beter weer wordt aangemerkt, is
het jammer, illusies te moeten verstoren.
En met dit, op het eerste gezicht fraaie
resultaat van den laatsten middelenstaat,
die de door ons allen met kloppend hart
verbeide millioenennota voorafgaat, moet
dit toch inderdaad geschieden. Want het
eindbedrag van 31.838.000 over Augustus
is, reeds op zichzelf beschouwd', heelemaal
niet fraai te noemen. En bü nadere ont
leding van den staat zal men zien, dat het
bepaald ongunstig is. Dat het tegenover
verleden jaar nog wat lijkt, komt in de
eerste plaats hierdoor, dat Augustus 1931
wel een zeer schrale maand is geweest. De
opbrengst daalde toen voor het eerst sedert
1920 onder 80 millioen en vormt aldus
afgescheidèn dan van die uitzonderlijk
slechte ontvangsten over Juli j.1. en de
opbrengsten in de eerste helft van 1919
welhaast een laagte-record voor al de jaren
na den oorlog.
Doch zelfs het aureool van een beschei
den accres tegenover deze gelijknamige
maand van het vorige jaar kan de afge-
loopen maand Augustus niet worden ge
laten. Want de vermeerdering van
2.055.230 is uitsluitend hieraan te dan
ken, dat die dividend- en tantièmebelasting
een opbrengst van 5.497.000 heeft ge
geven, zijnde 2.944.500 meer dan ver
leden jaar. En deze abnormaal hooge op
brengst was, gelijk door een noot op den
officieelen staat in het licht wordt gesteld,
een gevolg van de invoering van de wet
betreffende het opleggen van voorloopige
aanslagen voor de bedoelde belasting.
Voor het overige wemelt het op dezen
middelenstaat weer van de verminderin
gen, die te bedenkelijker zijn omdat, zoo
als gezegd, de maand, waarmee de verge
lijking wordt gemaakt, reeds een bijzonder
slechte was geweest.
In de eerste acht maanden heeft de
schatkist uit de gewone bronnen 33.457.30
minder kunnen putten dan een jaar ge
leden. En zelfs al maken wij de verge
lijking wat zuiverdèr door grond- en per-
soneele belasting, wegens hun storenden
invloed, buiten beschouwing te laten, dan
komt men toch nog tot een achteruitgang
voor de overige middelen van ruim 23H
millioen. In hoofdzaak aan de verhooging
van de invoerrechten en de daaronder ver
antwoorde benzinebelasting, die ruim
9 millioen meer in de schatkist deden
vloeien, is het te danken, ddt het resultaat
nog niet ongunstiger is.
DE LOONSVERLAGING IN HET
BOUWBEDRIJF.
Door de r.k. arbeiders aanvaard.
De r.k. Bouwvakarbeidersbond St. Jo
zef heeft in zijn Zaterdag te Utrecht ge
houden landelijke vakgroepvergadering
voor het bouwbedrijf de voorstellen tot
loonsverlaging aangenomen met 617
579 stemmen.
De landelijke vakgroepvergadering voor
het schildersbedrijf heeft de voorstellen
tot loonsverlaging aangenomen met 206—
190 stemmen.
DE NOOD IN DEN TUINBOUW.
Demonstratie van
Amsterdam.
tuinders te
Zaterdag heeft de Neutrale Bond van
boeren, land- en tuinbouwers, in verband
met den nood in het bedrijf, een demon
stratie door Amsterdam gehouden. Uit
verscheidene plaatsen van Noord-Holland
waren deelnemers naar de hoofdstad ge
komen. De stoet van auto's waarop vet*
scheidene landbouwproducten waren ten
toongesteld, trok naar het Oosterpark,
waar verscheidene sprekers den noodtoe
stand van den tuinbouw hebben uiteen
gezet.
Op de wagens prijkten verscheidene op
schriften; op een der auto's stond o.m. te
lezen, dat het gemiddeld verlies per H.A,
thans 600 per jaar bedraagt.
STEUNREGELING VOOR DEN
TUINBOUW.
Aan het departement van oeconomi
sche zaken en arbeid is thans de laatste
hand gelegd aan een steunregeling voor
den tuinbouw over het jaar 1932.
Binnenland.
Vrouw vermoord. Signale
ment van den vermoedelijken
dader bekend.
Een moord op een publieke vrouw, die
onder dezelfde omstandigheden plaats
had als het voor twee jaar in de Prinsen
straat gepleegde misdrijf, heeft Zaterdag
nacht den Schiedamschen Dijk in rep en
roer gebracht, meldt „De Crt.":
Ongeveer halftwee werd het politiebu
reau Groote Paauwensteeg verwittigd,
dat de 33-jarige Wilhelmina Ehrismann,
een bekend „Dijk-type, in haar woning
Schiedamschedijk 197 vermoord op bed
was gevonden. In genoemd pand bewoont
zij op de tweede verdieping de voorka
mer. Beneden is een café gevestigd, de
eerste verdieping wordt bewoond door
den caféhouder, die twee hoog achter zijn
slaapvertrek heeft, terwijl op (ie derde
zijn inderdaad het meest
ideale middel ter bevorde
ring van een normalen
stoelgang. Gemakkelijk in
te nemen, aangename
smaak, verwekken geen
krampen.
0.65 per flacon.
door
E. PHILLIPS OPPBNHEIM.
48)
„Ik wil u wel even wegbrengen, zegt u
maar waar u naar toe moet." zeide hij
hulpvaardig, ,,'t Is toch een kleine Pan-
hard, is 't niet? Ja, dat soort wagens ken
ik heel goed."
De jonge man mompelde een verlicht
„hè, Goddank," maar toen hij Bliss even
onderzoekend aankeek, veranderde de on
verschillig-vriendelijke uitdrukking van
zijn oogen plotseling in een van groote
verbazing. „Wel verduiveld," mompelde
hij zachtjes.
Het eerste oogenblik was Bliss bang,
dat hij herkend was, maar toen de jonge
man niet de minste toespeling meer
maakte op de oorzaak van zijn zeer op
vallende verbazing van een oogenblik
geleden, trok Bliss de conclusie, dat hij
zich blijkbaar vergist had.
„Zoudt u me zoo snel mogelijk naar
Princess restaurant willen brengen?"
vroeg de jonge man. „Ik heb daaF een
dineetje en ben toch al te laat."
„Met 't meeste genoegen, mijnheer,"
antwoordde Bliss.
„Maar laat ik eerst even gaan vragen,
naar welk gasthuis ze mijn chauffeur wil
len brengen", ging de jonge man voort.
„Ik geloof niet daj er veel aan hapert,
maar liq is pas geopereerd en voelt zich
natuurlijk nog wat slap."
Bliss startte den motor en ging al vast
op zijn plaats zitten; een paar minuten
daarna zag hij den eigenaar van den wa
gen terugkomen.
„Gelukkig, dat ik zoo gauw een plaats
vervanger gevonden heb," zeide de jonge
man toen ze wegreden. Ik kan merken,
dat u dit soort wagen kent. Bent u lang
chauffeur"
„Neen, nog niet zoo lang, mijnheer,"
antwoordde Bliss. „Tot mijn spijt ben ik
juist buiten betrekking gekomen, door
het liquideeren van de Sun motor Corn-
pany."
Weer keek de jonge man Bliss scherp
aan. Het leek wel, alsof hij om een of
andere reden het uiterlijk van Bliss bui
tengewoon belangwekkend vond.
„Zijn je getuigschriften in orde?" vroeg
hij.
Ja, volkomen mijnheer", verzekerde
Bliss hem.
„Zou je er wat voor voelen, om tijdelijk
ergens geplaatst te worden?"
„Als chauffeur, mijnheer?"
„Neen, om je de waarheid te zeggen.
maar 't is veel beter, als we daar mor
gen over spreken. Hier heb je in eik ge
val vijf shillings, omdat je me hier naar
toe gebracht hebt."
Vlak voor den hoofdingang van het
Princess restaurant bracht Bliss den auto
tot staan. Bijna gelijktijdig stond zijn
toekomstige patroon op, om, uit te stap
pen.
„Waar stalt u den auto, mijnheer?"
vroeg Bliss.
„De garage in Bulow street no. 14, wil
je hem daar even naar toe brengen?"
„Moet ik u nog komen halen, mijn
heer?"
De jonge man schudde het hoofd.
„Neen, vanavond niet. Maar kom me
morgenochtend maar even opzoeken."
„Heel graag, mijnheer."
„Mijn adres is Arleton Court no. 27 Ar-
letonstreet. Daar moet je naar Mr. Dor-
rington vragen."
„Ik heb het adres niet goed verstaan,
mijnheer," bracht Blisse er met moeite
uit.
„Arleton Court no. 27", riep Mr. Dor-
rington hem in 't voortloopen toe. „Zorg,
dat je er voor tienen bent. Ik heb mis
schien wel iets voor je."
In een stemming, waarin hü niet recht
wist of hij waakte of droomde, reed
Bliss naar de garage in Bulow street.
Binnen het kwartier stapte hij het kleine
restaurant in Drury Lane binnen, waar
Frances op hem zat te wachten. Triom
fantelijk liet hij haar dt vijf shillings
zien en bestelde meteen, zonder haar toe
stemming af te wachten, een flesch wijn.
„Nou is dat niet tip top", vroeg hij
lachend. „Ik verdien ons middagmaal,
terwijl jij hier op me zit te wachten".
Ze schudde het hoofd terwijl ze hem
verwijtend aankeek.
„Wat ben je toch onverstandig, Ernest,"
zeide ze toen. „Je had er een week huur
van moeten betalen en niet ons middag
eten."
„Kom, onzin," zeide hij quasi bestraf
fend, terwijl hij aan het kleine tafeltje
ging zitten. „We moeten zorgen, dat we
niet al te ernstig worden, Frances. We
moeten alles een beetje lichter opvatten,
't leven een beetje van den vroolijken
kant bekijken. Ik heb zoo'n idee, dat alles
ten slotte nog goed voor ons afloopt, en
morgenochtend.
„Ja, wat is er met morgenochtend?"
„Morgenochtend ga jij naar je nieuwe
betrekking en ik ga naar den mijnheer,
die mij zoo even de vijf shillings gegeven
heeft en die me het meest zonderlinge
adres ter wereld opgegeven heeft."
„Toe vertel me eens, waar dat is!"
„Arleton Court no. 27".
„Maar waarom is dat het zonderlingste
adres ter wereld?"
„Dat zal ik je op een anderen keer wel
eens vertellen," zeide hij met een ge
heimzinnig gezicht.
HOOFDSTUK XXV.
Den volgenden morgen stapte Bliss, om
even voor tienen, de ruime hall van Ar
leton Court binnen en drukte op het
knopje van de lift. Gelukkig had de hall
portier niet op hem gelet en tot zijn
groote verwondering was er een nieuwe
liftjongen. „Vierde verdieping", zeide
hij kortaf, maar toen hij eenige minuten
daarna voor zijn eigen huisdeur stond
en zijn vinger op het schelknopje legde,
merkte hij tot zijn niet geringe verba
zing, dat zijn gevoelens veel weg hadden
van een zeker soort plankenkoorts. Bijna
onmiddellijk na zijn schaliën werd de
deur geopend door een vreemden huis
knecht.
„Zou ik Mr. Dorrington even mogen
spreken?" vroeg Bliss.
De nieuwe bediende, die op geen stuk
ken na een vergelijking met den onver-
gelijkelijken Clowes kon doorstaan, gaf
hem een stoel en verdween. Even daarna
kwam hij weer terug. Bliss was in dien
tusschentijd in een van de groote antieke
leuningstoelen gaan zitten, die hij nog
geen jaar geleden bij Christie had ge
kocht en begon juist een van zijn eigen
etsen met een kennersoog te bekijken.
Toen de man weer binnenkwam en hem
daar zoo zag zitten, gaf hij door zijn kij
ken heel duidelijk blijk van zijn afkeu
ring over zooveel brutaliteit.
„Wilt u maar even meegaan," zeide hij
neerbuigend. „Dezen kant op alsje
blieft".
Met een eigenaardige uitdrukking op
zijn gezicht wandelde Bliss achter den
bediende aan, de hall door en zoo naar
de kamer, die hij zelf als bilbliotheek
gebruikte.
Hier vond hij zijn vriend van den vo-
rigen avond, die op zijn gemak in een
grooten clubfauteuil zat. Naast hem op
een klein tafeltje stond een kistje sigaren.
Bliss kon zijn oogen er bijna niet vanaf
houden, maar tegelijkertijd voelde hij
zijn woede tegen Clowes nog toenemen,
toen hij het merk zag. Het waren zijn
eigen, onvergelijkelijke partagas van den
oogst )894.
„Prettig, dat u precies op tijd bent",
zeide Mr. Dorington, terwijl hij zijn be
diende een wenk gaf om weg te gaan.
„Wilt u even wachten, ik ben zoo da
delijk klaar."
Meteen nam hij den brief, dien hij
even neergelegd had, weer op en begon
met de grootste aandacht de laatste blad
zijde de bestudeeren. Bliss maakte van
de gelegenheid gebruik om eens om zich
heen te kijken. Hij had dien nacht juist
heel slecht geslapen op een veelgebruikte
stroomatras, die niets meegaf, in een
kamer, waar bijna geen ventilatie was;
hij had zich dien morgen gebaad in een
zinken teil met niet bepaald overvloedig
veel water. E11 terwijl hjj zoo zat rond te
kijken, werd het plotselinge verlangen:
naar zijn vroegere leven hem bijna te
machtig, als een noodzaak voelde hij op
dat oogenblik al die weeldedingen, die
hem nog geen week geleden zulk een
groote ballast hadden toegeleken. Daar,
achter die half openstaande deur, was
zijn luxueus ingerichte badkamer, met
het ingebouwde witmarmeren bad. E11
wat was deze kamer heerlijk verwarmd.
En daar tegenover hem aan den wand,
hingen zijn geliefkoosde schilderijen, en
die boekenkast, daar aan zijn rechter
hand, was gevuld met boeken, die hij
zorgvuldig bijeenverzameld had. En als
contrast had hij juist een van zijn slecht
ste dagen. Doordat zijn schoenen den
vorigen dag nat geweest waren, was het
leer hard opgedroogd, zoodat elk stap
hem pijn deed. Voor op de jas van zijn
zorgvuldig afgeborsteld pak, bevond zich
een groote olievlek, die zich hardnekkig
handhaafde, ondanks alle pogingen om
haar weg te krijgen. En om de maat vol
te krijgen was het oude, oververmoeide
gevoel, waarvoor hij naar Sir James
Alroyd gegaan was, er ook weer. Op dat
oogenblik snakte hij naar een paar van
de vroeger zoo heel gewone dingen: een
kop beste koffie, een gemakkelijke stoel,
een goede sigaar. En tegelijk met dat
groeiende verlangen werd zijn veront
waardiging steeds grooter en grooter.
Wie was die man, die in zijn kamer zat,
zijn sigaren rookte, die van alles genoot,
wat hij zich ter wille van een wedden
schap ontzegd had? En waar was Clowes?
(Wordt vervolgd.) 1
c