b" MODEPRAATJE II AMS1 rERDAMfiOHE 1. Hl B R B E¥K N laffe pit, totdat de saus mooi gebon den is. I>e verschillende lagen worden nu met de vla bestreken en desnoods ook de zijkanten, die we dan nog even met chocoladestrooisel bestrooien. Indien het maken van de taart vol gens het voorschrift gaat, zal hii zeker gelukken; de hoeveelheden moeten pre cies worden afgewogen, hetgeen een eerste vereischte is; vooral geen oogen- maat of wegen „op gevoel", want daar bij vergissen zelfs de meest ervaren huisvrouwen zich meermalen. Willen wü den bovenkant nu ook nog versieren, dan bestrijken we deze met glazuur, waarvoor we een onge- klopt eiwit en 150 gram poedersuiker (waarin geen enkel klontje mag zijn, dus eerst gezeefd of fijngestampt moet er daarna een paar druppels likeur bij- worden) gedurende 15 min., roeren en doen. Met een mes strijken we dit gla zuur zeer gelijkmatig over den boven kant uit. Appelvla. 1 kg appelen, 50 gram sun maid ro zijnen, 150 gram suiker, 8 eieren. We schillen de appelen, snijden ze in stukjes en zetten ze op met heel wei nig water, vooral op een lage pit om aanbranden te voorkomen en wrijven ze daarna door de paardeharen zeef, vermengen ze met de helft van de sui ker, de even opgewelde rozijnen en de geklopte eieredooiers, doen deze massa in een vuurvasten schotel. Het eiwit wordt met de overige suiker zeer stijf geklopt en hiermede worden de appelen bedekt. De schotel komt in een matig warmen oven, totdat de schuim licht bruin en bros geworden is en wordt warm opgediend. Aardappelstr lYz Liter water, 750 gram koude aard appelen, 10 gram zout, 1 bos prei, 50 gram boter, peper naar smaak, Yz dL. melk en 2 eetlepels fijn gehakte peter selie en kervel. We koken de aardappelen op de ge wone wijze gaar met zout, laten ze ech ter gerust een beetje tot moes koken en wrijven ze daarna door de zeef, ver mengen ze met het kookwater totdat er 1 Yz liter vocht in is. De prei wordt zeer dun gesneden, goed gewasschen en met de fijn gehakte selderij bü de soep ge daan, die nog een half uurtje op een lage pit moet doorkoken. Even vóór het opdoen worden boter en de melk door de soep geroerd, peper naar smaak, de peterselie en kervel; deze kruiden moe ten niet medekoken. In of bü de soep kunnen dobbel steentjes in boter gebakken brood ge presenteerd worden. Karnemelk met grutjes. 2 Liter karnemelk, 3 ons (ruim) grutjes, tikje zout. De karnemelk wordt al roerende aan de kook gebracht en daarna de grutjes erin gestrooid, die nog ongeveer 15 mi nuten moeten nakoken, liefst op een asbest plaatje of een kleine pit. Willen we de pap stijf hebben, dan gebruiken we meer grutjes en bewaren een gedeelte in een platten vorm voor Maandag, dat aan plakken gesneden en in de koekepan aan beide zijden met boter gebakken wordt. Opdienen met stroop of suiker. HET KINDJE. In 't wiegje ligt een kindje kleen Met oogjes als fluweel De knuistjes drukt het vast ineen. Zoo teer, zoo'n klein geheel! Het hoofdje rond, het mondje fijn De voetjes zijn net van satijn, Het haar dat lijkt wel dons En broerlief klom vlug op de stoof. En keek de kleine aan, Hoe komt dat kindje in de wieg? Waar kom jij nu vandaan! Ben jij door moeder daar gelegd Of door de ooievaar? Toe, doe je oogjes nu niet dicht En zeg het mij nu maar. Kan jij niet met mij spelen, zeg Daar op de boulevard, Of ben je daarvoor, veel te klein Jij lieve duimelaar? Maar als wij nog wat grooter zijn Dan gaan we naar de hei. Wist ik nu maar wat of je bent. Een jongen of een zij. Mijn mooiste vlieger is voor jou En ook dat groote paard. Het is wel heelemaal van hout, Maar heeft een echte staart. Het geeft niet of 'k je alles zeg, Je slaapt maar altoos door, Ik stap nu nog heel even weg. En ga naar moeder hoor. J- H. DUNK—AB-BE'N'E'S. GOEDKOOPE PATRONEN. Hoe te bestellen? Patronen worden binnen 3—6 dagen toegezonden na overschrijving van het bij ieder patroon vermelde bedrag op postrekening 191919 ten name van den „Knippatronendienst" te 's-Graven- hage, onder duidelijke vermelding van gewenscht nummer en juiste maat. Aanvragen kunnen ook per postwissel en indien niet anders mogelijk per brief onder bijsluiting van postzegels ge richt worden aan de Moderedactrice van dit' blad, Muzenstraat 5 B, te 's-Gravenhage. Een beknopte handleiding voor het gebruik wordt met de patronen mede- gezonden. Eenvoudige najaars- en wintermantel. (No. 223.) Om aan de vele tot ons gerichte ver zoeken te voldoen, plaatsen wij hierbij een model van een eenvoudige najaars mantel, die echter evenzeer als winter mantel dienst kan doen, wanneer we b.v. namaak Astrakan of Breit- schwanz op den kraag en revers bren gen of een los bont dragen. In zwart laken, zibeline of gemol- tonneerd wollen georgette met een garneering als bovengenoemd, wordt vooral vooc oudere dames met min of meer gezette figuren een zeer goed kleedend geheel verkregen. Het spreekt vanzelf, dat ook echt bont een prachtige garneering geeft, maar dat is natuurlijk veel kostbaarder. Hierbij komt, dat het verwerken van bont meer op den wog van vakmenschen ligt en de huisvrouw veel hoofdbre kens kost. Voor jongedames zouden wij een fantasiestof kiezen, waarvoor wij een groote menigte weefsels in de winkels geëtaleerd zien. Benoodigde stof 3 m a 3.25m, bij een breedte van 1.30 m. Patronen beschikbaar tot en met maat 52, prijs 0.58. Namiddag japon. (No. 224.) Deze japon is zeer eenvoudig en heeft geen andere garneering dan een klein vlindertje van stof, zijde of kant. Zeer goed kan er echter een of ander garnituur op gedragen worden, in dien men het geheel wat te sober vindt. Practisch is het model echter wel, vooral om onder wintermantels gedra gen te worden, daar de lichte japon- kragen hierdoor altijd erg kreukelen en vuil worden. Het mooie aanzien der japon moet gevonden worden in de stof en in de tint. Men kan b.v. keus maken uit ree bruin, donker- en fuchsiarood, een of andere tint paars, bleu of zwart, het geen afhangt van de persoon, die de japon zal dragen. Het lijfje is, zooals gezegd zeer een voudig en heeft gladde mouwen, ter wijl de rok apart ingezette zijstukken heeft en van de taille of 'n doorloo- pende rond uitgeknipte vóór- en ach terbaan; de noodige onderruimte wordt verkregen door de ingezette klokstuk- ken; om het middel een smalle ceintuur. Patronen verkrijgbaar tot en met maat 52. Prijs 0.58. De voetgangers-week. Het nieuwtje van de verkeerslampen. Al verkeeren we dan ook misschien in min of meer bewogen tijden, het leven van den gemiddelden Amsterdammer is heden ten dage ongetwijfeld 1 ichtelijk saai. Er mogen dan al meer demonstraties plaats heb ben dan anders, deze week hadden wij er weer een van een goede 6000 handels- en kantoorbedienden, die onder leiding van de „Algemeene" voor het eerst ook eens op straat gingen betoogen voor hun diverse eischen als daar zijn een 40-urige arbeids week, een minimum maandloon van f 6;. enz., maar die verloopen meestal ook saai op de wijze van een stillen, goed gediscipli- neerden omgang, zóó dat er voor het publiek niet veel aan te beleven valt; en van de meerdere fleurigheid die het Initiatief- Comité-Amsterdam ons op straat beloofde te brengen, bemerkt men, na enkele kleine op flikkeringen tijdens de zomerfeesten, niet veel.... We zijn dan ook hoogst dankbaar voor het buitenkansje van de voetgangers- week die we zoo juist achter den rug heb ben en die wat leven in de straat-brouwerij bracht, al was zij dan ook juist bedoeld om dat leven in wat ordelijker en veiliger banen te doen verloopen. Vooral het nieuwe verkeers-seinen-systeem op het Leidsche Plein bleek een groote attractie en het was daar, voor den Stadsschouwburg en voor Hirsch, dan ook eiken dag zwart van de menschen die vanaf de trottoirs van het nieuwtje op hun gemak wenschten te genie ten en er hun humoristische, goedkeurende of wel critische opmerkingen over ten beste gaven. Men bleef geboeid kijken naar het spel der roode, groene en gele lichten dat thans in de plaats getreden is voor de diri gent-gebaren van den man met de manchet bij het stopbord. Ook de weggebruikers, de automobilisten en de fietsers, waren nieuws gierig naar het nieuwtje en vele van hen, wier route niet direct dezen kant uitleidde, namen toch maar den omweg over het Leid sche Plein teneinde zelf zoo gauw mogelijk ook van het nieuwtje te profiteeren! Over het algemeen valt wel te zeggen dat de proef neming geslaagd is. Hef publiek reageerde goed en zonder veel vergissingen op het on veilige rood het veilige groen en waar schuwende geel der lampen. Vergeten mag daarbij echter niet worden, dat het ook, juist omdat het hier een nieuwtje was dat de nieuwsgierigheid prikkelde, 1— deze eerste dagen bijzondere aandacht had voor die, aan de trampalen bevestigde en betrekkelijk kleine lampen. De vraag is nu maar of die aandacht voldoende blijft als eenmaal het nieuwtje er af is! Er gaan dan ook al stem men op, die pleiten voor een geluids-signaal dat, even voor dat de kleur van het licht wisselt, de opmerkzaamheid prikkelt. Op dit advies vanuit het publiek zal de politie ech ter wel niet ingaan; zij voelt er niets voor het toch al groote verkeerslawaai, veroor zaakt door de auto-toeter-muzikanten, met veel bel-gelui nog eens wat te gaan aanzet ten en zij merkt terecht op, dat dit gelui in vele gevallen de ooren van chauffeurs achter eenigszins lawaaiige motoren toch niet zou bereiken. Een ander advies echter heeft bij de politie wel een gewillig oor. Het betreft hier het z.g. „afgaande verkeer naar rechts". Daarmede is het, onder de thans geldende regeling, dan ook zeer zeker nog niet in den haak. Zooals het nu is wordt, indien het groene licht verschijnt het doorgaande ver keer vrijgegeven en tevens op hetzelfde oogenblik het naar rechts afslaande verkeer. Dit heeft tot gevolg, dat de voetgangers die dit sein ook recht door willen gaan en dus den overweg willen oversteken, in de knel komen. Het advies is: schakel tusschen het rood en het groen nog een fase geel licht in (nu is dat gele licht er alleen maar als het veilige groen uitgaat en het onveilige rood op komst is, bij wijze van attentie-sein) waarop we! de voetgangers reeds kunnen doorgaan, maar nog niet het rij verkeer; laat dat pas geschieden als het groen er is! Er is dan voor overstekende voetgangers even respijt. Ook met nog andere methoden is zulk een respijt wel te bewerkstelligen. In alle geval kan en zal inzake dit naar rechts afslaande verkeer nog wel een betere voor ziening getroffen worden. De lichtsignalen hebben hun entree gemaakt en het is wel haast zan geen twijfel meer onderhavig of binnenkort zal de geheele Leidsche straat en verder het traject Koningsplein, Singel, Spui van hen worden voorzien om later op andere trajec ten nog meer veroveringen te gaan maken. Dat zal dan, als lang niet te versmaden bij komstigheid, meteen een aardig bezuinigings- huitenkansje met zich meebrengen. Als men bedenkt, dat de kosten per verkeers-agent tegenwoordig per jaar een drieduizend gul den bedragen en er van Leidsche Plein tot Spui, zooals het nu is, een twaalftal van der gelijke agenten geposteerd staan, dan geeft dit bij invoering van het licht-systeém dat negen van hen overbodig maakt, op dit eene traject al een besparing van zeven en twintig duizend gulden per jaar! Overigens heeft deze voetgangersweek wel bewezen, dat onze weggebruikers nog wel degelijk gevoelig zijn voor de vaderlijk-ge moedelijke wijze van opvoeding die de ver keerspolitie deze dagen, in tegenstelling met de methode van „dadelijk maar op den bon slingeren" anders nogal eens in practijk bracht, toepaste. „De mentaliteit van het overgroote deel onzer weggebruikers, met ecnige schaamte moet het toch gezegd, is zoo, dat heeft de tijd nu toch langzamerhand uitgewezen, dat goede woorden, vriendelijke verzoeken en welgemeende raadgevingen niet baten. Ook hier is alleen het het „wie niet hooren wil moet voelen" dat uitkomst kan brengen. Wij zijn 'nu niet ontvankelijk voor aardige brochures en andere goede bedoelingen van de zijde der autoriteiten; dan blijft tenslotte alleen nog maar de rationeelere weg: het bon netje. over.. Zoo dachten er nog niet z°° lang geleden velen over, de tegenwoordige leider van het Bureau voor Veilig Verkeer, de heer S. Vaz Dias, van wien deze woor den destijds afkomstig waren, vooraan! Zóó pessimistisch behoeft men thans, na wat deze dagen te zien gaven, niet meer te zijn. „Veilig Verkeer", dat in de organisatie van deze week zulk een groot aandeel had en voor uitdeeling van een groot aantal „aardi ge" en suggestieve brochures en pamfletten zorg droeg is het in de eerste plaats niet meer en men zou kunnen zeggen, dat de energieke en optimistische daden van den leider van haar Bureau zijn eigen pessimistische woor den van eertijds op gelukkige wijze volkomes hebben geloochenstraft! Onze sportieve Br and-weet. Hoeveel medewerking de voetgangersweek dan ook van autoriteiten zoowel als van het publiek ondervond, het weer heeft zeker niet meegewerkt. Het trachtte met fornd' dabele herfststormen en extra veel nattig heid onze veiligheid zooveel mogelijk te h{' lagen, wierp boomen om, joeg parmes van de daken en bracht schoorsteenen en zelfs stukke torenspits aan het wankelen- Maar zooals beneden op straat de po!ihe waakzaam bleef en het gevaar keerde, z0° zorgde de brandweer daarboven, op daken en op kerken, dat het slechts bij dreigen bleef. Die brendweer blijkt ook telkenmaal als „storm-weer", in welke functie zij mi"' stens evenveel moet klimmen en acrobatisch toeren moet verirchten als bij haar bestfh' ding van den Rooden Haan, volkomen P' raat. Om goed paraat te blijven is een voo durende en fiksche lichamelijke training de brandwachts een eerste vereischte.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 16