AVONTUREN VAN JOOSJE PiNDA E ian Klaasen - zelf gemaakt. RAADSELS. x x man zonder de minste aanleiding met dat lange mes kunnen steken. Ze liet haar oogen over het land schap gaan, dat zich in het koude maan licht baadde. Hier en daar zag zij zwarte schaduwen tusschen de bos,ph- jes. Was het verbeelding, of zag ze daar iets bewegen? Haar hart sprong op van vreugd, doch ze durfde zich niet bewegen, of om hulp roepen. Een, twee mannen kwamen te voet de helling op, heel zachtjes, om de dorpe lingen niet te wekken. Het waren haar vader en mijnheer Fokke, en terwijl ze achter Morosa's rug de helling opkwa men, zagen ze iets, dat ze hun geheele leven niet meer konden vergeten. Daar, in het midden op de open plek, die tusschen de hutten lag, zagen ze Mia op een grooten steen zitten en voor haar hurkte een man in lompen, een woeste figuur, met een lang mes in de opgeheven hand. He mannen, die aan den dood ge wend, eiken dag hun leven op het-spel zetten, wisten wat hun te doen stond. Bijna zonder een woord te spreken, gingen ze elk een anderen kant op, snel en zwijgend. Want ze wisten, dat als Morosa maar het minste onraad bemerkte, hij het mes zou trekken. Een oogenblik later richtte mijnheer ïokke zijn geweer op Morosa, doch zoo, dat Mia niet getroffen zou kunnen worden. Dan klonk een schot, en een gil van Morosa, die opsprong en weer neerviel. Juist toen Mia zich in haar vader's armen wierp, kwamen de dor pelingen uit hun hutten. Een paar woorden van Mia's vader waren voldoende om hen te kalmeeren en de mannen droegen Morosa die niet zwaar gewond was, naar een van ae huttem De vrouwen verdrongen zich om Mia, en luisterden glimlachend, terwijl haar vader de woorden van dank voor hun vriendelijkheid en gast vrijheid vertaalde. Toen de zon opging, vertrokken de drie uit het dorp, naar het kamp. hn ALS DE STEMMING ER MAAR IS. Lena is een aardig meisje Eenigst kind, rijk, maar verwend Zoodat zij voor mooie dingen Geen verwondering meer kent. Kerstfeest, dus zij heeft een kerstboom, Geheel electrisch verlicht, Even gaat zij er naar kijken, Zonder vreugd op haar gezicht. Vlug neemt zij nu haar geschenken, Kerstdag, is 't voor haar geweest. Veel, heel veel, had zij gekregen, Toch had Lena geen Kerstfeest. Lena, nu een ander meisje, Aardig, arm, en niet verwend, Zoodat zij voor een extra'tje, Altijd veel verwondering kent. Zij kreeg dit jaar ook een Kerstboom, Enkele kaarsen gaven licht, Vol verrukking keek zij er naar, Vreugde lag op haar gezicht. Zij zong liedjes, Moe verhaalde, Toen het Kerstdag was geweest, Had zij zelfs niet een geschenkje, Toch had Lena heusch Kerstfeest. Kerstfeest, mooie groote boomen? Wie dat denkt, die heeft 't mis, Kerstfeest kan men zonder vieren Als de stemming er maar is. Pa en Annie W. Kleine acteurs aan draadjes. Hebben jullie al weieens een pop penkast gezien? Niet? En toch is dat alleraardigst. Op een klein tooneeltje, waarin men de groote theaters na bootst, spelen.,... poppen! Echte hou ten poppen, gekleed zooals de rol het eischt. Zij gaan zitten, buigen, krab ben zich de neus, kortom zij doen, zooals echte, levende acteurs gedaan zouden hebben. Het leukste is het zoo genaamde Marionettentheater waarin de kunstenaar, die de poppen laat spreken (d.w.z. hij spreekt zelf voor hen met een telkens veranderde stem) de poppen aan lange draden houdt. Dit heeft het voordeel, dat de beenen van de poppen nu ook zichtbaar zijn, hetgeen bij die poppen in de poppen kast meestal niet het geval is. Zoo'n Marionettentheater is liet eenvoudig! Denk je eens in: aan ieder gewricht, elleboog, schouder knie, heup en zelfs heeft de pop een draad, waarmede de bewegingen geregeld worden, Trekt men aan de eene draad, dan draait het hoofd, aan de andere draad, dan gaat de hand omhoog; trekt men aan den verkeerden draad dan tilt de pop een been op inplaats van met het hoofd knikken, enzoovoorts. Je ziet wel het is werkelijk een kunst. In de eerste plaats als, wanneer men bedenkt, dat goede marionetten spelers voor iedere pop soms twintig draden in de hand hebben, die zij slechts met twee handen besturen. Maar wij zullen het natuurlijk in den beginne niet zoo moeilijk maken. Van sigarenkistjeshout of triplexhout ma ken wij met een figuurzaag een aar dige Jan Klaassen, precies zooals onze teekening aangeeft. Zooals jullie ziet, zijn boven- en onderarm, boven- en onderbeen, apart uitgezaagd. Ook stevig karton is natuurlijk goed te ge bruiken. Nu boren wij de verschillen de gaatjes in de ledematen en in de romp en bevestigen die draaibaar aan elkaar door middel van een stiftje met twee plaatjes, die je in iederen ijzerhandel kunt koonen. Nu hebben we nog vier ijzersterke. gladde draden noodig in den beginne zullen wij die niet te lang maken. Die bevestigen wij zooals de teekening het aan geeft met een klein gaatje aan de teenen en de vingers. Onnoodig te zeg gen, dat wij Jan Klaassen van te voren prachtig beschilderd hebben, natuur lijk aan beide kanten. Je zoudt hem b.v. eerst met wit papier kunnen be plakken en dat beschilderen. Een rood jasje, zwarte hoed met gouden rand, gouden knoopen, blauwe broek, gele kousen prachtig. Nu nemen wij in iedere hand twee draden en passen goed op, dat de dra den over wijs- en middelvinger loopen. In de linkerhand nemen wij de draden van het linkerbeen en de linkerarm van Jan Klaassen, in de rechterhand dito van de rechterzijde. Nu trachten wij Jan Klaassen eens te laten mar- cheeren. Steeds het eene been na het andere voortbewegen, waarbij de tegenovergestelde arm in actie komt. Steeds het eene been na het andere voortbewegen,en dat is geen ge makkelijk werkje, dat zal je zien! En als je daarin een zekere handigheid hebt verkregen, mag je eens probee- ren hem te laten liggen, zitten, op staan, buigen, enzoovoorts. En dan komt het oogenblik, waarop we een klein versje gaan maken waarbij Jan Klaassen zijn kunsten zal vertoonen. Daar moet je je groote broer of vader maar eens voorspan nen, want dat moet iets heel bijzonders worden. Je zult beslist plezier erin krijgen. „Vader, je moest toch altijd kwaad met goed vergelden, he?" „Zeker,, zeker, jongen!!" „Nou, geef u me dan een dubbeltje, want ik heb uw bril kapot gemaakt!" („Politieken"). Oplossingen der vorige raadsels. I Centrale verwarming. Eenig - winter varen - lam - ring - C. II Wie niet hooren wil, moet maar .voelen. III Kers Edarn Raad Slof Taai Fout Eind Ezel Slim Twee Goede oplossingen ontvangen van: H. A.; S. A.; A. A.; I. B.; B. en T. B.; A. v. d. B.; C. B.; J. en G. B.; A. D.; I. en K. E.; J. F.; G. F.; N. J.; K. en J. K. Texel; A. K.; N. K.; R. de K.; C. L.; TI. L.; J. L.; G. M.; M. M.; A. M.; F. en J. N.; J. en M. O.; D. v. R.; C. S.; T. S.; A. v. S.; J. S.; T. T.; A. en M. T.; D. de V.; J. v. d. W.; J. W.; T. W. Wormerveer. Nieuwe raadsels. X X X XXXX X xxxx X X X Op de kruisjeslijnen komt de naam van een muziekinstrument. Op de le rij een medeklinker. Op de 2e rij een kleedingstuk. Op de 3e rij een meisjesnaam. Op de 4e rij een plaatsje in N.-Brabant Op de 5e rij het gevraagde woord. Op de 6e rij een meisjesnaam. Op de 7e rij een hondennaam. Op de 8e rij vindt men in bet koren. Op de 9e rij een medeklinker. II Groen kom ik aan in deze landen. Vervoerd van afgelegen stranden Om, boven 't vuur, door menschen- [handen. Gewenteld, hier mij zwart te branden. Wie of wat ben ik III Welk spreekwoord staat hier? ..s .r ..n p ...r .e m t n r r (Ingez. door J. O.) door G. Th. ROTMAN. 1. Joosje Jtrnda was een kleine Chi nees. Zijn vader was zeeman geweest, maar werkeloos geworden en woonde nu in Rotterdam, ver van zijn ge boorteland. Hij bakte nu lekkere koek jes van suiker en pindanootjes en die moest Josie verkoopen. Eiken morgen vroeg trok hij er met z'n trommeltje op uit, aldoor roepend: „Pinda, pinda! Lèkka-lèkka!" 2. Maar ach, de zaken gingen niet al te best, want er waren een heeleboel werkelooze Chineezen in Rotterdam, en die liepen óók allemaal met pinda pinda. Op eiken straat-hoek stond er een. Het gebeurde dan ook niet zelden, dat Joosje 's avonds platzak terug keerde, als hij 's ochtends weggegaan was. 3. Gelukkig zou er spoedig veran dering in den toestand komen. Op ze keren dag kwam Joosje Pietje Roet tegen. Dat was een negertje, die in een kistje een marmotje droeg en dat voor een cent liet zien. Maar bij Pietje gin gen de zaken ook al slecht. „Weet je wat?" zei Joosje, „we moesten samen een firnla oprichten: Pinda Co." 4. Zoo gebeurde het. Joosje en Pietje maakten een groot bord. waarop ze in groote letters hun firmanaam schilder den, en ieder die voor vijf cent pinda kocht, mocht gratis het marmotje zien. En dat hielp, hoor! De kianten stroom den van alle kanten toe en de concur renten keken nijdig als een spin.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 19