IS ALTIJD
DE STRIJD OM WEENEN.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
OOK VOOR DAMES
Roosevelt en de economische wereldconferentie.
Oost-lndië.
No. 7218. EERSTE BLAD
DINSDAG 3 JANUARI 1933
61ste JAARGANG
Eennieuvvjaarsrede van president v. Hindenburg. -
En een nieuwjaarsboodschap van Hitier. - De Iersche
president, De Valera, in moeilijkheden. - Het Chineesch-
Japansche probleem.
Wij Breien en repareeren alle
soorten wollen Kleeding, Kousen en Sokken,
(ook de allerfllnute).
■Mm
De toestand in Indië.
FEUILLETON
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65binnen
land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Losse no6. 4ct.fr.p.p.6ct. Zondagsblad
resp. f 0.50 f 0.70, 0.70,f 1.—. Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50, f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meei 10 ct. bij vooruitbetaling (adre3
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4ct.
Een nieuwjaarsrede van Hindenburg.
In een dankwoord, dat de Duitsche rijks
president, v. Hindenburg, tot den nuntius
van het corps diplomatique sprak, toen
deze de gelukwenschen van het corps
overbracht, herinnerde hij er aan, dat be
langrijke internationale kwesties van jaar
tot jaar onopgelost blijven en steeds
zwaarder druk op de wereld oefenen.
De economische kwesties zullen niet op
te lossen zijn, zonder dat het grondbegin
sel, waarop alle internationale betrekkin
gen berusten, n.1. het wederzijdsche ver
trouwen, wordt hersteld. Er is een goede
samenwerking tusschen de regeeringen
en voor alles een wijdstrekkende nieuwe
regeling der internationale handelsbetrek
kingen noodig om de levensvoorwaarden
der volken weer draaglijk te maken. Door
de oplossing der economische kwesties
alleen, zal de crisis echter niet kunnen
verdwijnen. Naast de economische proble- j
men staan de niet minder urgente, groote
politieke kwesties, waarbij, aldus von Hin
denburg, de vitale belangen van het Duit
sche volk zijn gemoeid.
Daarna vond de ontvangst van de rijks-
regeering plaats, waarbij von Schleicher
het woord voerde en er o. m. op wees, dat
in de ontwapendngskwestie het principe
der gelijkheid van recht uitdrukkelijk door
de groote mogendheden is erkend en dat
aan de ontwapeningsconferentie de taak
is gesteld, dit beginsel te verwezenlijken.
Duitschland keert ter conferentie terug
om, aldus de rijkskanselier, een ware al-
gemeene ontwapening te verwezenlijken
en zich dezelfde veiligheid te verzekeren,
die elk ander land geniet. Indien daarbij
aan de jeugd het recht teruggegeven wordt
om in het kader van den algemeenen
dienstplicht, het vaderland te dienen, dan
zal tegelijkertijd een groote schrede zijn
gedaan op den weg naar pacificatie en op
heffing der inwendige tegenstellingen in
Duitschland zelf. Bij zijn ambtsaanvaar
ding heeft de rijkspresident hem gezegd:
„Verschaf arbeid en tracht de spanningen
in het Duitsche volk door sociale maat
regelen te lenigen".
In zijn antwoord zeide de Rijkspresi
dent, dat de wenschen, aan het einde van
het vorig jaar uitgesproken, wel is waar
niet alle in vervulling zijn gegaan, doch
dat niettemin de gang van zaken in het
Jaar 1932 menige hindernis heeft over
wonnen en de hoop heeft gerechtvaardigd
lat de ergste nood in Duitschland over
wonnen is.
Ook Hiuer heeft zich met nieuwjaar
niet onbetuigd gelaten en heeft een bood-
ichap aan zijn vrienden en aanhangers
doen toekomen, waarin hij o.m. zegt:
Het jaar 1932 zal eens in de geschiede
nis van de nationaal socialistische bewe
ging gelden als een groote en zegen
rijke periode van onzen strijd. De reli
gieuze en ten opzichte van haar wereld
beschouwing ontwortelde liberale mensch-
heid heeft het einde aan haar tijdsge
wricht bereikt. Tot reuzenhoogte ver
heft zich het bolsjewistische gevaar,
welks ingrijpen in het wereldbestel zoo
begunstigd wordt door de blindheid en
de waandenkbeelden van z.g. staatslie
den. De gevolgen moeten vernietigend
zijn. De burgerlijke partijpolitiek en de
burgerlijke ministers hebben van het
ontstellende gevaar, dat de wereld be
dreigt geen voorstelling. In een staat,
die 6 mililoen communisten, 71/, millioen
sociaal-democraten en zes millioen min
of meer pacifistisch georiënteerde ele
menten telt, zou men beter doen niet
meer te spreken van „gelijkgerechtigd
heid" en andere van dergelijke schoon
klinkende woorden. Het innerlijk verval,
dat in het jaar 1918 slechts als crisisver
schijnsel heeft gegolden, is thans chro
nisch geworden. Wil men Duitschland
weer op de been helpen, dan kan dit
alleen geschieden door een beweging,
welke even intolerant en immer bereid
tot handelen is als waarvan de tegen
standers blijk geven. Slechts het natio-
naal-socialisme kan, daar andere bewe
gingen gefaald hebben, de overwinning
brengen.
De voornaamste taak van het komende
jaar zal zijn, den nationaal-socialistischen
leden en aanhangers met groote duide
lijkheid voor oogen te steillen, dat de par
tij zelf niet het doel is, doch slechts het
instrument om het gestelde doel te berei
ken.
Ziezoo, dat weten we weer.
DUITSCHE VLOOTBOUW.
In het begin van dit jaar -zal de pantser
kruiser A, waarover zooveel te doen is
geweest en die „Deutschland" zal heeten,
in de vaart komen en ongeveer terzelfder
tijd zal de tweede kruiser van hetzelfde
type, van stapel loopen. Voor den bouw
va* den derden kruiser zijn op 1 October
p. de opdrachten aan de marinewerf ge
geten. De vierde en laatste zal in 1934
wóTden gebouwd.
»Als zij bij de marine ingelijft zijn zullen
de vier verouderde schepen, die ze ver
vangen, de „Preusen", de „Emden", de
„Lotharingen" en de „Braunschweig" bui-
ton dienst gesteld en gesloopt worden.
Krachtens het besluit van den Rijks
dag is de levensduur van oorlogsschepen
(pantserschepen, kruisers, jagers en tor
pedobooten) op 20 jaar gesteld, gerekend
van het tijdstip waarop zij van stapel
loopen.
President Lebrun stelt Marianne het
„nieuwe" kabinet voor.
Marianne: „Curieus, ik geloof, dat ik de
heeren al eens eerder gezien heb!"
(„Canard enchainé").
JAAP SNOR, ZUIDSTRAAT 19.
(Let op den gelen winkel).
De Iersche president in moeilijkheden.
De Valera schijnt op het oogenblik leelijk
in de knel te zitten. De Londensche corr.
meldde daarover Zaterdag aan zijn blad:
De Valera heeft op het oogenblik zeer
ernstige moeilijkheden met de labour-
partij, waarop hij steunt en zonder wier
steun hij onmiddellijk ten val zou komen.
Het gaat om de verlaging in de bezoldi
ging van ambtenaren waarvan de labour-
partij niet hooren wil. De Valera heeft
reeds iets van een schikking voorgesteld,
maar tot nu toe is deze door de labour-lei-
ders afgewezen. Volgens de berichten uit
Dublin zou Norton, de leider der partij
verklaard hebben, dat de Valera kaar
eisch in te willigen heeft en dat er anders
een nieuwe algemeene (verkiezing zal zijn.
Ondertusschen is door senator Vincent een
beweging gaande gemaakt tot stichting
van een nieuwe partij, waarvan die van
Cosgrave de hoofdmassa zou vormen en
die verder de in den laatsten tijd buiten
gewoon snel gegroeide nieuwe boerenpar
tij van MacDermott in zich zou opnemen.
Volgens Vincent zou nieuw bloed en nieu
we methodes in Cosgrave's partij nood
zakelijk zijn en is het MacDermott, die
haar dezen geven kan. Hoewel-er in deze
opvatting mogelijk \tat critiek op Cos
grave's partij als zodanig opgesloten
ligt, heeft Cosgrave rich toen reeds zeer
De Belgische minister-president
Brocqueville, die den Duitschen geestelijke
Gillis binnen 24 uur het land liet uitzetten.
gunstig over dit plan uitgelaten en heeft
hij niet uitgesloten, dat het een groote
toekomst zou kunnen hebben. Doel van
deze nieuwe partij zou zijn om de regee
ring nu zoo spoedig mogelijk ten val te
brengen. Over het algemeen bestaat in
den Vrijstaat het gevoelen dat de alge-
meene verkiezing niet lang meer kan uit
blijven.
Het Chineesch-Japansche probleem.
'Hoe staat het er bij het begin van het
nieuwe jaar voor met het Chineesch
Japansche probleem? Zoo mogen we ons
afvragen. Met twee woorden zouden we
daar een antwoord op kunnen geven:
weinig hoopgevend. Verschillende din
gen wijzen er op, dat het conflict zich
zal verscherpen en dat het tot internatio
nale moeilijkheden aanleiding kan geven.
Het optreden van Japan wordt agressie
ver en de „wanhopige" pogingen van
Genève om een uitweg te vinden, zijn tot
nog toe op niets uitgeloopen. Waar dit
alles heen zal gaan is een vraag, waar-
op nog geen antwoord te geven is, doch
dat er dit jaar schier onoverkomelijke
moeilijkheden zullen rijzen is wel zeker,
tenzij er een wonder gebeurt.
f
'i'.
De nieuwe Fransche minister van finan
ciën zoekt tevergeefs naar geld.
(„L'Oeuvre").
DE JONGSTE WERKLOOSHEIDS
CIJFERS VAN FRANKRIJK.
Bijna tweemaal zooveel als een
jaar geleden.
Blijkens de jongste cijfers betreffende
de werkloosheid waren er op 24 Dec.
271.856 personen als geheel werkloos in-
1 geschreven of 6264 meer dan de week
tevoren. In de overeenkomstige week
van 1931 bedroeg het aantal ingeschre
ven geheel werkloozen 147.009, zoodat er
een vermeerdering te constateeren valt
van 124.847.
Ter vergelijking diene, dat het aantal
werkloozen in het zooveel kleinere Ne-
1 derland meer dan 3000, bedraagt.
(Hbl.)
Er begint een weinig teekening te ko
men in de Amerikaaiiische internationale
politiek van Roosevelt, al zijn de berich
ten, die daaromtrent de wereld ingezonden
worden, nog zeer vaag en weinig in getal.
Amerika schijnt in zekere mate voor de
komende economische wereldconferentie
geporteerd te zijn en wel in de hoop, dat
men daar de graanprijzen in de hoogte
TO11 werken en tevens de stabilisatie van
liét Engelsche Pond voorbereiden. Dit
laatste in verband met de regeling der oor-
lagsschulden.
'Deze berichten stemmen aan de andere
zfrcie weinig hoopvol. De positie van het
Enge'sche Pond is een gevoelige snaar
voor de Engelsche regeering; zij zal zich
geen moeite ontzeggen om te dezen op
zichte baas in eigen huis te blijven en
r.immer toe te staan, dat het Engelsche
devies een punt van bespreking zal gaan
uitmaken op een conferentie van out
siders. Mijn huis is mijn kasteeldit
geldt ook voor het Britsche monetaire
vraagstuk. Wil Amerika het Pond aan de
een of andere ketting gaan vastleggen ter
wille van de oorlogsschulden, dan wordt
een andere gevoelige snaar aangeraakt.
De Europeesche landen rekenen zoo'n
beetje met het feit, dat Amerika de oor
logsschulden zal schrappen. Wanneer
Washington daarvoor niets voelt en
alle uitlatingen wijzen daarop dan zou-
d'ui de onderhandelingen dér grootmach
ten wel eens langer kunnen duren en on
vruchtbaarder zijn dan vele optimisten
misschien vermoeden.
De kwestie der graanprijzen is 'n derde
vitaal twistpunt. Meer en meer gaan de
verschillende landbouwstaten, die nog niet
het graan-export stadium bereikt hebben,
er toe om over den intensieven landbouw
in eigen land te gaan bedrijven. Op die
wijze wil men trachten de werkloosheid op
het platte land te verminderen en den in
voer van buitenlandsche granen te beper
ken. Hoe minder graan men noodig heeft,
hoe moeilijker het voor de graan-expor-
teerend© landen zal worden om niet alucn
hun oogst, maar ook hun voorraden te
spuien. Op dit gebied zal er dus een ver
woede concurrentie komen die de bestaan
de ongunstige prijzen opnieuw doet dalen.
De graanprijzen sluiten op het laagste
punt. Chicago-tarwe b.v. opende het jaar
1932 op 53.25 dollarcent per bushel, be
reikte het hoogste punt op 1 Juni met
55.25 dollarcent en verliet het jaar op
circa 43 cent en met de andere soorten is
het van hetzelfde laken een pak.
Wü hebben hier al drie redenen aange
voerd, die ons zeer sceptisch stemmen
voor het goede verloop van de conferentie.
En hier gelden het nog maar de verlan
gens van één land. Wanneer elke natie met
haar verlanglijstje komt, met telkens
andere eischen, dan ziet het er slecht uit.
Voegt men daarbij de verscherping van
de verschillende tegenstellingen, dan
wordt men nog somberder gestemd.
Nu is het de Zuid-Afrikaansche mone
taire politiek, die de onrust over den gou
den standaard weer heeft aangewakkerd.
Hierbij zal het vermoedelijk niet blijven,
want ook in Amerika gaan meer en meer
stemmen op om het prijsniveau op de een
of andere wijze naai' boven te schroeven
en den zoo goed als stop gezetten export
j weer op gang te brengen. Het aan de
democraten toegeschreven plan om door
heffingen bij den consument uitkeeringen
aan de producten te doen, is daarvan een
der voorbeelden. Misschien nog wel het
meest onschuldige. Naar verluidt, koeste
ren sommige senatoren het snoode plan
om den dollar op een lager peil te stabili-
seeren, als uitvloeisel van het voorstel,
destijds door den heer Goodsborough ge
daan om den dollar te fixeeren op de koop
kracht, gemiddeld in 1926 bestaan hebben
de. Hoover sprak zijn veto hierover uit.
Men moet een opluikend verlangen in
deze richting niet te licht tellen. Het feit,
dat men in bijna elk land overweegt, in
hoeverre men den verkoopsprijs kan aan
passen aan den kostprijs, doet vermoeden,
dat er in 1933 exoerimenten op dit gebied
zullen worden ondernomen. Een opschroe
ving van het algemeen© prijsniveau zou
wellicht het uitgeven van milliarden gul
dens aan diverse staatsleeningen in de
verschillende landen kunnen voorkomen
of in alle geval beperken. Beide mogelijk
heden. het opvoeren van het prijs
niveau of het financieren van in nood ver-
keerende bedrijven en uit hun evenwicht
gerukte budgetten door middel van staats
leeningen, hebben hetzelfde gevolg....
min of mee verkapte inflatie.
Inflatie leidt tot depreciatie van de be
trokken ruilmiddelen en tot het moge
lijkerwijs verlaten van den gouden stan
daard. Vandaar, dat er van stabilisatie van
het Pond weinig terecht zal komen, wan
neer de goudlanden niet eerst zélf tot
klaarheid zijn gekomen, wat met hun
eigen valuta's te doen staat.
Het jaar 1933 zal voldoende problemen
te verwerken krijgen om het tot een der
meest belangrijke perioden in de wereld
geschiedenis te bestempelen.
Radio-rede van
neur-Generaal.
den Gouver-
I Oudejaarsdag hield de gouverneur-ge
neraal van Nederlandsch-Indië, jhr. de
Jonge, de reeds aangekondigde oudejaars
avond-rede, wTelke door den K.R.O. via
Huizen en de V.A.R.A. via Hilversum
werd her-uitgezonden.
Precies te 1 u. 20 klonk hard en duide
lijk de stem van den omroeper der Bata
viasche Radio-vereeniging, daarna ge
volgd door die Van den g.g.
Spr. weidde uit over den toestand, dien
hij niet rooskleurig vond, terwijl voor
hem de vele requesten die hij ontving
en de vele protestvergaderingen welke
werden gehouden erop wezen, dat de be
volking van Ned.-Indië onder dien toe
stand gebukt ging.
De toestand is zeker verre van aange
naam en verbetering is verder af dan
eenige maanden geleden. Toen waren
verschillende teekenen van opleving
merkbaar, maar sindsdien schijnt alles
op de wereld weer te hokken..
Z.Exc. gaf daarna een korte uiteenzet
ting van de voornaamste feiten op inter
nationaal gebied, en beschreef vervol
gens de situatie in Indië.
Gij, die klaagt over een salariskorting
van 17 procent, aldus spr., en ik die
weet hoe zwaar die voor velen te dragen
is, kan u verzekeren dat ik zeker niet
lichtvaardig aan haar medewerkte
geeft gij u wel eens rekenschap ervan
wat een korting van vijftig proc. betee-
kent in de landshuishouding, die ook van
haar inkomsten moet leven en op onge
woon zware lasten zit?
Overweegt u die vraag eens ernstigl
Ik leg ze u voor, omdat ik in verband
ermede wil wijzen op den eigenaardigen
staatkundigen toestand die hier te lande,
waar geen parlement, is bestaat. Hier
behoeft niemand mede regeerings-verant-
woordelijkheid te dragen, kan een ieder
zich zelfs op elk oogenblik de weelde
veroorlooven om zich tegenover de re
geering te stellen en haar taak nog
zwaarder te maken.
In uw gezin vraagt gij aller mede
werking, ten einde aan de groeiende
moeilijkheden het hoofd te kunnen bie
den. Mag en moet het land niet hetzelfde
doen, wanneer de inkomsten van dat
groote gezin zoo zijn verminderd?
Ge kunt de regeering alleen laten
laten staan, zelfs haar tegenwerken, haar
verlammen en machteloos maken. Maar
gij moogt dat niet doen, al ware het
alleen uit welbegrepen eigenbelang."
„Er worden fouten gemaakt in dezen
tijd van snel wisselende gebeurtenissen"
ging jhr. De Jonge voort. „Ook andere
regeeringen zouden nu fouten maken,
maar niemand kan ongedaan maken wat
de wereld-constellatie heeft bedorven.
Daaronder moeten wij allen te zamen
lijden, dit alles moeten wij te zamen
dragen, en zullen wij te zamen te bo
ven komen.
Wij zullen ons echter moeten instellen
op een veel lager niveau, en daarop zul
len wij opnieuw met kracht de zaken ter
hand moeten nemen. Maar als eenmaal
het pijnlijk proces zal zijn afgeloopen,
dan zullen wij inzien dat ook op dat
lagere niveau plaats is voor geluk"
SALARISKORTING
MARINEPERS. GEHANDHAAFD
Officieel wordt gemeld, dat na overle;
tusschen de Indische regeering en he'
opperbestuur, de bestaande korting van
10 pet. voor het militaire marinepersoneel,
in afwachting van eene nadere regeling
gehandhaafd blijft.
Een dosii Foster's Maagpillen
's avonds bij het naar bed gaan
genomen, verzekert een goede
nachtrust en verschaft 's morgens
volkomen normale stoelgang.
f 0.65 per flacon.
Roman van
HUGO BETTAUER.
(Nadruk verboden).
23)
Zij begon zachtjes te huilen.
„U hebt zeker gedacht, dat ik er zoo
een ben, voor wie geld alles is, die u en
uw millioenen aan de voeten zou vallen!
En om dat te voorkomen, gaf u er de
voorkeur aan eerst eens als een soort
Haroen Al Raschid te probeeren of u
zoo misschien ook reeds succes had. En
nu ben ik door u uit mijn armzalig, maar
rustig leven gesleurd en met smaad en
schande overladen."
Hilda was zichzelf nu weer geheel
meester. Hoog opgericht wendde ze zich
tot den commissaris:
„Is die schoft, die me in het verderf
wilde storten, ontmaskerd? Is overtui
gend komen vast te staan, dat ik het
slachtoffer geworden ben van een samen
zwering?"
De commissaris werd weer geheel amb
tenaar, die zijn woorden op een goud
schaaltje moest wegen. Voorzichtig ant
woordde hij:
„Dat nog niet, Jufrouw Wehningen,
maar het feit, dat de zoogenaamde Ba
ron Morolt een valsch adres heeft op
gegeven, werpt alleen reeds een geheel
ander licht op de zaak. Ik twijfel er ech
ter niet aan, of uw onschuld zal wel spoe
dig aan het licht komen."
„Voor mij staat die wel vast, Hilde,
voor mij ben je weer het reinste en beste
schepsel ter wereld! En ga nu met mt>
mee."
Hilda trad een pas achteruit en strekte
afwerend de handen uit.
„Een oogenblik! U zegt „weer" dus
hebt u ook gedacht, dat ik schuldig was.
Meneer Ralph, of eigenlijk meneer O'Fla-
nagan, u bent rijk en rijkdom vermag
veel. Doet u al het mogelijke om de ge-
heele wereld mijn onschuld te bewijzen.
Toont u mij den schurk, die mij tot een
dievegge wilde verlagen, dood of levend.
Drie dagen zal ik geduld hebben en dan
zal ik met mezelf uitmaken, of ik ver
der kan leven. En tot zoolang wensch ik
I u niet meer te zien, meneer O'Flanagan."
Ralph wilde haar naloopen, maar
Kriegel hield hem terug.
„Laat haar gaaÉi! Ze heeft gelijk. Voor
jou is er slechts één taak: dit meisje vol
komen te rehabifiteeren."
Op het spoor.
Terwijl zich in d'e Kreuzgasse een hart
verscheurende scène afspeelde tusschen
Hilda en haai, door de gebeurtenissen
der laatste ure! geheel verslagen moe
der, vertelde Ralph de geschiedenis In
't kort aan den politie-president. Het vi
sitekaartje met den naam Ralph O'Flana
gan had ook hier weer zijn uitwerking
niet gemist en zonder moeilijkheden wa
ren zij tot den chef der Weensche politie,
hef 1
wiens macht bijna onbegrensd is, toege
laten. Onderweg had Kriegel zijn vriefïd
over de beteekenis van deze persoonlijk
heid ingelicht, hem verteld, dat lief uit
sluitend aan den phenomenalen takt van
den politiechef, gepaard aan diens niet te
beïnvloeden wil te danken was geweest,
dat men bij de revolutie 1 van ernstige
straatgevechten verschoond was geble
ven, zooals het trouwens over het alge
meen aan den goeden geest en de voor
treffelijke organisatie der Weensche •10-
litie te danken was, dat Weenen onder
alle Europeesche steden naar verhouding
de gunstigste statistiek der criminaliteit
kon aantoonen.
Nu stonden zij voor den politiechef,
die geïnteresseerd naar het verhaal van
Ralph luisterde, terwijl hij af en toe zijn
snor opstreek of zijn lorgnet wat vaster
op den neus zette.
Ralph besloot zijn mededeelingen met
de woorden:
„Meneer de president, voor mij zoowel
als voor elk ander, die juffrouw Wehnin
gen kent, is het aan geen twijfel onder
hevig of liier heeft een laffe aanslag
plaats gehad- Ik verzoek daarom u, als
chef van een politiecorps, dat een wereld
reputatie geniet, alle pogingen in het
werk te «lellen de schurken te ontmas
keren en juffrouw Wehningen te reliabi-
liteeren,"
De poliliepresident was een en al be
langstelling.
„Het «preekt vanzelf, dat ik geen mid
del onbeproefd zal laten om deze duis
tere zaak op te helderenfcDat ben ik niet
alleen aan juffrouw Wehningen maar
ook aan mezelf schuldig. Het zou ons werk
echter zeer vergemakkelijken, wanneer
we wisten, tegen wien deze schurken
streek eigenlijk gericht was. Uitsluitend
tegen het arme meisje of misschien in
direct tegen u?"
Kriegel schraapte zich de keel en ant
woordde:
„Meneer de president, ik geloof, dat u
daar een zeer verstandige vraag stelt.
Meneer O'Flanagan heeft vergeten u in
te lichten over de belangstelling, welke
hij hier van alle zijden geniet en dib
zich o.m. ook geopenbaard heeft in een
voortdurende achtervolging door een
particulieren detective".
Op het gelaat van den president kwam
een glimlach.
,,'t Wordt me toch al wat duidelijker.
Kennen de heeren mischien den parti-
i culier-detective Lazlo Bartos?"
1 „Ja, helaas wel," antwoordde Kriegel.
,,Tk wilde juist zijn naam noemen. Van
dien schurk kun je alles verwachten."
1 „Zeer juist, mijne heeren! Een fraai
type, die Bartos. Jammer genoeg geniet
hij de bijzondere protectie hm, dat
kunnen we gevoeglijk laten rusten
hooge politiek beschermers op alle
mogelijke plaatsen enfin, laten we ons
onderzoek bij hem eens beginnen. Om
verschillende redenen kan die Bartos er
belang i>ij hebben gehad juffrouw Weh
ningen van u te scheiden."
Verbaasd interrumpeerde Ralph:
„Maar hij wist toch heelemaal niet, dat
ik die dame ken!"
De president lachte luid.
„U schijnt dus niet te weten, wie en
waarom men zich zoo buitengewoon voor
uw persoon interesseert! Bent u er zeker
van, dat u niet elke minuut van den dag
vervolgd werd, dat niet iemand u bespion-
neerde, wanneer u met juffrouw Weh
ningen in het een of ander café zat?"
Ralph sprong op.
„Ja, nu u het zegt. Eenige dagen ge
leden wandelde ik met juffrouw Wehnin
gen in het Volkspark en toen heb ik een
oogenblik gemeend, dat een lange, ma
gere kerel achter ons aansloop, 't Zou
best die Hongaar geweest kunnen zijn!"
„Laten we onze veronderstellingen eens
verder voortzetten. Bartos heeft iemand
in den arm genomen, die zich voor Ba
ron Morolt heeft uitgegeven. Door mid
del van een vervalschten brief lokte hij
den betreffende dame naar de daarin ge
noemde plaats
„Maar hij kende toch mijn hand
schrift niet
„Daar was gemakkelijk genoeg aan te
komen. Wat dat betreft, zullen we in uw
hótel eens een onderzoek instellen."
Ralph streek nadenkend met de hand
over het voorhoofd.
„Merkwaardig, nu schiet me te binnen,
dat ik eergisteren een aangevangen
brief, welke in mijn schrijfmap moest
liggen, niet meer kon vinden. En mijn
bediende vertelde mij 's avonds, dat
iemand hem op de trap voor den gek
had gehouden door hem toe te roepen,
dat ik hem beneden in de hall zocht, ter
wijl ik niet eens in het hotel was
„Daar hebben we dus weer een scha
kel in den keten. Terwijl uw bediende u
beneden zocht, ging Bartos of een hand
langer naar uW kamer, stal uw brief en
misschien ook wat schrijfpapier, waarna
het hem niet moeilijk zal zijn gevallea
uw handschrift na te maken. En nu zul
len we tot de daad overgaan. Vermoede
lijk zal Bartos wel zoo verstandig ge
weest ziin, niet alles zelf op te knappen.
De man, die met hem samengewerkt
heeft, zal natuurlijk voorloopig wel met
hem in verbinding blijven. Derhalve
moet Bartos, die zijn woning en kantoor
in de Annagasse heeft, van nu af aan
dag en nacht worden nagegaan. Juffrouw
Wehningen zou het best een signalement
van Baron Morolt kunnen opgeven,
maar laten we haar voorloopig liever
met rust laten. De agent, die op zijn be
schuldigingen tot de arrestatie van hel
slachtoffer is overgegaan, zal hem ook
wel herkennen. Ik zal er twee van mijn
beste rechercheurs heensturen en boven
dien den agent, die zich natuurlijk ia
burger moet kleeden."
Nadat nog eenige formaliteiten waren
afgehandeld, namen Ralph en Kriegel
afscheid. Toen hij op het punt stond hel
vertrek te verlaten, bleef Ralph echter
staan en zei:
„Meneer de president, ik ben er van
overtuigd, dat uw menschen hun uitersts
best zullen doen. Desondanks echter ver
zoek ik u mij toe te staan een premie van
vijfhonderd millioen kronen beschikbaar
te stellen, welk bedrag verdeeld zal wor.
den onder de menschen die in deze du ij.
tere zaak licht weten te verschaffen."
(Wordt vervolgd^.