TOB NOOIT HOEKJE
1
Bridge-rubriek.
J
1üp
ülH IS H HH
n m i
P i
„ft
m i
iW
ui
r
LAAT NIET ONTMOEDIGEN.
De groote kunst bestaat
hierin: het niet de teleur
stellingen klaar te spelen.
Albert Schweitzer.
Het is niet zoo moeilijk een ideaal te
hebben. Het is zelfs heei makkelijk,
want meestal zoekt het ideaal ons.
Moeilijker is het al voor dat ideaal te
gaan werken. We droomen en peinzen
er liever over, dan dat we meteen aan
pakken. Want we voorvoelen het al:
met het aanpakken zullen de teleurstel
lingen komen. Van alle kanten komen
ze, van buiten af, uit ons-zelf.
Als er geen teleurstellignen waren,
hoeveel groote dingen zouden er dan
niet tot stand worden gebracht. Ieder
mensch heeft in gedachten meerdere
malen de wereld veroverd, groote, no
bele daden verricht. Hij heeft zichzelf
opgewerkt tot een Uebermensch, zijn
werk, zijn zaken bereikten ongekende
hoogten.
Maar tusschen het ideaal en de ver
wezenlijking liggen de teleurstellingen.
Daar is in de eerste plaats de spot
van de wereld. Alles wat groot en
nieuw is wordt met spot en eritiek
ontvangen. Zoodra we van onze plan
nen reppen, komen van alle kanten
ontmoedigende woorden. Meestal ko
men die woorden van menschep, die
zichzelf hebben laten ontmoedigen en
die nu teleurgesteld door het leven
gaan. En ze ontmoedigen ons ook. We
waren zelf zoo enthousiast, we ver
wachtten een even groot enthousiasme
van anderen. De bitterheid van die an
deren schokt ons vertrouwen in de toe
komst. Schokt ook ons zelfvertrouwen.
Onze blijde hoop is weg.
En dan krabbelen we al achteruit.
We probeeren misschien nog iets, maar
het mislukt. „Zie je wel", zeggen de
onheilvoorspellers. We zetten de .tan
den op elkaar, willen toch verder gaan.
Uit koppigheid. Maar niet meer uit in
nerlijke drang. Het enthousiasme is ge
weken. En zonder enthousiasme berei
ken we niets.
Begin dus met de eerste teleurstel
lingen te vermijden. Spreek niet over
uw plannen, uw verwachtingen niet an
deren. Dan zult ge in ieder geval met
blijdschap en enthousiasme beginnen,
En verwacht teleurstellingen. Be
denk, dat de grootsten onder de grooten
met teleurstellingen te kampen hebben
gehad. Zij zijn juist groot geworden,
omdat ze zich na elke teleurstelling met
vernieuwd enthousiasme aan hun taak
hebben gewijd.
Wees niet laf! Laat u niet ontmoedi
gen.
Door niemand en door niets!
Ook niet door teleurstellingen. Nie
mand heeft ooit in één ren den hoog-
sten top bereikt.
Dr. Jos. de Cock.
XLVIII.
Zuinigheid, die de wijsheid
bedriegt.
Bij een spel, c'at wij onlangs speelden,
was de kaartveröeeling als volgt:
Sch
Ha:
Ru
Ki
A
A
A
10
V
V
B
7
10
10
6
3
2
9-8-6-3-2
N
Sch
10-9-6-2
W
O
Ha
2
Ru
B-9-3
Z
Ki
Sch
Ha:
Ru
Ki
B
H
v
A
B
9
H
7
S
V
8
5
4
Z opende het bieden met 1 Klaveren,
W paste en N bood 3 Sans, waarop Z
4 Klaveren bood, door N opgehoogd tot
5, waarop raidgepast werd. Nu is het
bij een bod van 5 geboden om geen
snijdpartijtjes te doen als het niet abso
luut noodzakelijk is, want het halen van
'n vijfbod vereischt dat men geen enkel
steekje laat vallen. Dit zou Z aan den
lijve oir Vit in den. W kwam uit met
Huiten 2 en Z had uil de verdeeling der
Kuiten kunnen opmaken dat Z onmo
gelijk op een Heer inviteerdie, iets wat
men thans nooit meer doet, dus dat W
vrij waarschijnlijk uit en single ton uit
kwam. Instede nu direct Ruiten Aas in
den Blinde bij te spelen, sneed de onge
lukkige en het gevolg daarvan was, dat
O de Heer maakte en aan slag kwam;
in dien slag vallen: Ruiten 2, 3, H en 8.
O was zooverstandig om direct Rui
ten na te spelen, daar hij wel begreep
waai- W heen wilde. O speelde dus Rui
ten 4, Z de Vrouw, W troefde met Kla
ver 3 en in N kwam de 10 bij. Z kon
dus geen enkelen slag meer missen en
had nu meer dan ooit op zijn „qui vive"
moeten zijn. Hij had echter met dien
eersten flater geen leergeld betaald en
z;jn partner N zag deze debacle aanko
men, maar moest als blinde zwijgen en
gaf ook geen kik. W daciit nu bij zich
zelf: „Hoe kan ik in hemelsnaam O
weer aan den slag brengen, opdat deze
weer Ruiten naspeelt voordat ik al mijn
troeven kwijt ben?" Hij zag zijn eenige
kans in het spelen van een Schoppen,
hopend op de snijdmanle van Z. Zijn
voorgevoelens bedrogen hem niet, Z
sneed weer verkeerd en deed er in N
die Vrouw op, O nam met de Heer, waar
Z de Boer op speelde. Dat was te meer
razend dom, omdat hij daarna renonce
had, dus dat snijden had niets geen
doel. O kwam nu uit met Ruiten. 5,
waarop Z de 9, W Klaver 9 en N de
Boer dteed. Als men het spel nu nagaat,
komt natuurlijk daarna, wat W ook
speelt, Z hetzij in eigen hand of N aan
slag, slaat den laatsten troef van W er
uit en maakt de rest. Hij miste 4 slagen,
was dus 2 down, en waar N—Z ai een
manche hadden, dus kwetsbaar waren,
kostte die stommiteit van Z aan hem en
zijn partner 250 strafpunten, die geheel
overbodig waren. Had Z juist gespeeld,
dan hadden zij de robber gehad en aan
gezien de tegenpartij geen manche had,
daarvoor 700 punten gekregen plus 5
maal 20 voor de gemaakte 5 Klaveren,
du9 100, in totaal 800, wat hun dus op
een werkelijk verlies van 1050 kwam te
staan, geheel onnoodig.
Had Z juist gespeeld, c'an was de eer
ste slag geweest: Ruiten 2 (W), Aas (N),
4 (O), 8 (Z); daarna komt N met Klaver
2 uit, waarop O: Ha 3, Z: Aas, W: 3,
vervolgens gaat Z door met fcroefslaan:
H, W: 9, N: 6, O: Ha 4 gaat door met
troef: V, W: B, N: 7 O: Ha 5.
Z heeft het nu in zijn hand. om de
rest te maken en hoeft niet eens te
snijden om te probeeren de Schoppen
Heer te vangen. Hij mist slechts de
Ruiten Heer en maakt derhalve op zijn
gemak klein slem. Hij kan dus nog
een overtrek halen instede van 2 down
te zün, waarmee is aangetoond dat ons
opschrift volkomen toepasselijk was,
men zij niet overdreven zuinig, zelfs
niet in diezen. tijd!
UITSLAG WEDSTRIJD
HELDERSCHE DAMCLUB.
Groep I.
gesp. gew. rem. verl. pnt.
J. Stoll 9 7 2 0 16
A. J. José 11 6 1 4 13
D. Dissel 7 3 3 1 9
J. C. Kossen 10 8 3 4 9
D. C. W. Rab 4 3 10 7
A. A. Bremer 6 3 12 7
L. Simonse 10 2 3 5 7
S. Slort 7 2 2 3 6
P. H. C. Groene-
meijer 9 0 4 5 4
Joh. Bremer 7 0 2 5 2
Groep II.
P. J.Smolenaars 9 5 3 1 13
O. Ottervanger 11 5 3 3 13
B. de Best 10 5 2 3 12
Jn. Bremer 7 5 1 1 11
P. .J. Arends 13 3 4 5 10
P. Slort 10 2 5 3 9
W. Wieren 6 3 2 1 8
J. Jagel 6 3 12 7
H. G. Fonteijn 9 3 15 7
A. J. Beezemer 11 2 3 6 7
A. Bosman 11 1 3 7 5
Groep III.
J. Elzas 14 12 2 0 26
W. v. Brederode 16 10 3 3 23
C. Thomas 14 8 4 2 20
R. Dol 13 6 4 3 16
G. v. Roekei 16 7 2 7 16
O. G. J. Lokkers 10 6 2 2 14
M. v. Kalken 15 5 1 9 11
F. Leijtenaar 13 5 0 8 10
J. A. v. Vliet 14 4 2 8 10
W. Dienaar 15 5 0 .9 10
W. Volkers 16 4 1 11 9
H. Thijssen 12 4 0 8 8
W. Slort 10 3 1 6 7
De wedstrijd wordt gehouden iederen
Donderdagavond van half 8 tot 11 uur,
in de bovenzaal van het Evangelisatie
gebouw, Palmstraat,
De wedstrijden zijn ook toegankelijk
voor *jiet- leden.
SCHAKEN.
De driezet van Mühlthaller zal ik de volgende maal bespreken. Hierbij oen
aardig cross check probleem.
H. Maas
3e4e prijs N.S.B. 1931.
Spielmann
d4
PfB
c4
Pc3
e4
Eliskases
dó
e6
c6
dc4
b5
Wit begint en geeft mat in twee zetten.
Wit: Ka8, Da5, Tfl en g4, Lg3, Pf4 en f5, pi h8.
Zwart: Ke4, Lhl, pi c3, e3, e6 en e7.
Uit de onlangs gespeelde match Spielmann—Eliskases is de volgende partij
17 Dc2 pfe
Met c5 had zwart de dame gered, t ^ar
De4: is niet plezierig.
18 Tf6: Lf6:
Steeds blijft het elegant.
19 De4: Kf7
Na direct Pc5 was Ld4:f gevolgd.
20 Pcö Tae8
21 Df3 Te2
Daar komt de ellende
Na Dd2: kan Ld4:f.
22 Pa6Telf
Wat kan het tegenloopen in het lever,!
23 Kf2 The8
24 Pcö Lc8
25 h4 Kg8
26 Lb2 Tle3
27 Ddt c3
28 Lel c2
Men speelt hier ook a4, maar zwart kan
dan a5 spelen. Nu behoudt zwart de
c pion.
6 e5 Lb7
7 Le2 Pe7
8 Pe4 Pd5
9 0-0 Pd7
10 Pg5 Le7
Na h6 zou Pe6fe6 Lhof enz. volgen.
11 f4 g6
12 f5 ef5:
Spielmann stormt! Na gf5: kon weer
Pe6fe6Lh5f, Kf8, Lh6f, Kg8,
Dg4f, fg4:, Lf7f. mat.
13 eO fe6:
Na fe4volgt ef7 :f en Pe6f met dame
winst.
14 Pe6Db6
15 a4 fe4
Wit had het paard kunnen redden,
maar besluit de dame te winnen.
Dit blijkt echter gevaarlijk.
16 aö Da6
Nu begint zwart te offeren.
29
30
31
32
Dc2
De2:
Le3
Dfl
Te2f
Ld4 :f
Te3
TaSf
opgegeven.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
1
DAMMEN.
1 1
Eindspel van L. Blankenaar,
Rotterdam.
y "|gpW& WM 'fü
Jll
i
m Wm. Wti,
'M% ww,. mm
pi w% wm
Wit 3 sch.35, 36, 50. Zw. 2 sch.: 5,20.
Wit speelt en wint.
Klein eindspel van C. Blankenaar,
Rotterdam.
Wit 5 sch.: 14, 25, 34, 38, 47
Zw. 4 sch. 3, 4, 5, 36
LWit speelt en wkk.
Oplossingen der problemen van
vorige week.
Zwart 7, 9, 12, 17, 20, 21, 36
Wit 28, 34, 38, 40, 41, 43, 45
1 28—22 17X28
Op 36X47 22X& 47X33 34-29.
33X24; 2X30
2 43—39 36X47
3 39—33 28X30
4 40—34 47X40
5 45X3
Zwart 6/9, 11/13, 19, 26, 30
Wit 17, 21, 22, 32, 33, 37, 39, 40,43,45
1 22—18 12X23
Op 13x22; 17X28, 26X17; 28-22,
17X28; 32X3
Op 11X22; 18X27, 26X17; 27-22,
17X28; 32X3
2 33—29 23X34
Op 11X22; 29X27, 26X17; 2722,
17X28; 32X1
3 40X29 11X22
4 43—38 26X17
5 39—34 30—39
6 38—33 39X28
7 32X1
Alles betreffende deze rubriek W
adresseeren aan: xT_
G. L. GORTMANS
Roerstraat 101
Amsterdam (ZJ
In den schouwburg.
„De voorstelling is al aan den
Gaat 11 alstublieft heel zachtjes na»
bin nen".
„Wat? Slaapt alles dan nu atóf'