_J DAMMEN. 9 wl wT* Bridge-rubriek. contract-bridge. 1 m m. 'm.m' m mm Hoe het spel moet worden gespeeld. Waar de belangstelling voor brid gen steeds grooter wordt, meenen wij goed te doen nog eens de regels van het spel te moeten geven voor hen, die daarmee nog niet op de hoogte zijn. Contract-Bridge (C.B.) wordt door 4 personen, twee aan twee als partners, met 2 spellen van 52 kaarten, aan de achterzijde verschillend gekleurd, ge speeld. Allereerst moet worden vast gesteld, welke spelers tezamen moeten spelen, door een geschudspel kaarten, met de achterzijde boven, op de tafei uit te spreiden, waarna elke speler een kaart trekt, en deze kaart eerst keert, wanneer alle 4 spelers een kaart hebben genomen. Samen spelen de 2 hoogste en de 2 laagste kaarten, waarbij de volgorde van de kaarten loopt van aas tot 2, terwijl aan Je kleuren de volgende rangorde wordt toegekend: Schoppen, Harten, Ruiten, Klaveren, zoodat bij gelijke hoogte van de kaarten de kleur beslissend is, waardoor nooit behoeft» te worden overgetrokken. Zou zich b.v. het ondenkbare geval voordoen, dat alle vier spelers een kaart van dezelf de hoogte trokken, laten we zeggen een boer, dan spelen Sch. b. met H. b. en R. b. met K. b. tezamen. Hij, die de hoogste kaart heeft ge trokken, heeft de keuze van zitplaats, zijn partner neemt tegenover hem plaats; de beide andere spelers zetten zich aan de twee overige zijden van d.e tafel. De hoogste kaart heeft verder de keuze uit de twee spellen kaarten en moet beginnen te geven. Voor ons nuchtere Hollanders maakt het niet veel uit, of met een rood of een blauw spel kaarten wordt gespeeld, er zijn echter bygeloovige mensehen, die daar wel degelijk waarde aan hechten. Het door den gever gekozen spel wordt door den speler aan zijn linker hand geschud (gewasschen); alvorens tc geven laat hij door den speler aan z'n rechterhand afnemen (coupeeren) en deelt daarna het spel met één kaart tegelijk rond in de richting van de wijzers der klok, dus van links naar rechts. Elke speler wacht met het op nemen van de hem toekomende der tien kaarten, totdat geheel is rondge- geven. Terwijl een speler geeft, wordt het andere spel door zijn partner ge wasschen en aan zijn rechterkant neer gelegd. Wordt hieraan de hand ge houden, dan behoeft na een spel nooit te worden gevraagd, wie er moet ge ven, de kaarten liggen altijd aan den linkerkant van hem gereed, hij laat weer rechts afnemen enz. Evenals bij andere kaartspelen xs het behalen van zooveel mogelijk pun ten het vooropgezette doel, bij C.B. zijn het de gemaakte slagen, (trekken) die de punten geven. Gespeeld kan wor den inet een van de vier kleuren als troef (Sans-Atoutj en worden hiervoor verschillende waarden toegekend, die alle op de tariefkaart te vinden zijn. De door elke partij, door beide spe lers, gemaakte slagen, worden bij elkaar gevoegd, zoodat aan het eind van elk spel duidelijk zichtbaar is hoeveel slagen zijn gemaakt. Allereerst moet worden geprobeerd een manche, dat is een totaal van 100 punten aan gewonnen trekken te maken, hetzij in één, hetzij in meer dere spellen, waarbij het natuurlijk kan voorkomen, dat eerst de eene, dan de andere partij een spel wint, zooda beide een gedeeltelijke manche heb ben. Heeft één van beide partijen de 100 punten of meer bij elkaar, dan is de eerste manche gewonnen en tellen de door de andere party in diezelfde manche gemaakte punten niet mee voor een volgende manche; voor de tweede manche staan beide pai'tijen dus weer op nul. Wordt de tweede manche door de zelfde party gewonnen, dan winnen zy hiermede tevens den robber; het ge- heele spel is dan geëindigd en wordt ana een nieuw begonnen. Wordt de tweede manche door de andere party gewonnen, dan is de robber niet uit, een derde manche, de vechtmanche, moet dan de beslissing brengen, welke partij de robber wint. Wie het spel na het ronddeelen zal spelen, wordt bepaald door bieden. De gever moet het eerst zeggen, hoeveel slagen hy, met z'n partner tezamen, in een bepaalde troefkleur of zonder troef denkt te kunnen maken, waarby in aanmerking moet woi'deii genomen, dat alle slagen boven de zes eerste worden geannonceerd, biedt b.v. de gever 1 Ruiten, aan neemt hy aan, met z'n partner tezamen, 7 slagen te maken met Ruiten als troef. Denkt hy geen snel te kunnen spelen, dan zegt hy „pas". Op den ge ver volgt z'n linkerbuur, die eveneens mag bieden, echter alleen een h o o- g e r bod, dus eenzelfde aantal slagen in een hoogere kleur, of één meer in een lagei-e kleur. Daarna de partner van den gever, die het bod kan steunen door meer slagen te bie den of een andere kleur of Sans kan laten hooi-ren, echter moeten de bie dingen steed hooger worden. Sans- Atout gaat boven elke kleur. Het bie den gaat zoolang verder, totdat drie Probleem van A. G. Noordhuis, Groningen. mat WM. y p tmt m mak mm mm i i i jp j 'm m m ''wm y'M&, y' Oplossingen van vorige week: Zwart: 7/10, 15, 17/19, 21, 22, 27 Wit: 25, 28/30, 33, 34, 36, 39, 43, 48, 50. 1. 30—24 19X30 2. 29-23 18X49 3. 36-31 22X44 4- 31X4 30X39 5. 25—20 15X24 6. 4X16 39—43 50X39 43X34 8- 48—43 49X38 9. 16X25 Zw.: 7/10, 17, 20, 31, 36, 39. Wit: 23, 28, 33, 35, 38, 41,42,44,47,49. Wit speelt en wint. Eindspel van C. Blankenaai-, R'dam 'VA Zw. 3 schgven op 27, 30 en 37. Wit 3 schijven op 7, 9 en 47. Wit speelt en wint. Zwart 2 schyven op 6 en 38. Wit 2 schy ven op 16 en 26 en dam op 28. 1. 28—19 6—11 Op 38-42; 19-37! Op 38—4319—32, 43—49 (op 43—48; 32-37); 32—271 2. 16X7 38-43 3. 7-2 43-49 Op 43—4819—37 4. 19—35 49—32 5. 26-21 32X16 6. 35—49 wint Alles betreffende deze rubriek te adresseeren aan: G. L. GORTMANS Roerstraat 101 Amsterdam (Z.) Vader heeft zyn dochtertje van zes jaar een standje gegeven, dat hem nu het volgende verwyt maakt: U moet niet denken, vader, omdat u toevallig met moeder getrouwd bent. dat u tegen alle vrouwen ruw moogl optredenl spelers na een bod hebben gepast wordt nua een pas van één der spelers door een der aderen geboden, dan mag ook de reeds gepast hebbende speler weer aan het bieden meedoen: degene die het eerst een kleur of sans heeft geannonceerd is, wanneer na het bieden blykt, dat die party het spel moet spelen, de speler. Gemakshalve geven we eiken speler een letter, Zuid (Z), West (W), Noord (N) en Oost O). Nemen we aan, dat Z. heeft gegeven, dan kan b.v. het bieden als volgt verloopen: Z. pas 2 H. 3 H. pas W. 1 R. pas 4 R. pas N. 1 S.A. 2 Sch. 4 H. O. 2 R. 3 R. pas Na het 4 H. bod van N. hebben 3 achtereenvolgende spelers gepast, het bieden is nu afgeloopen en moeten Z./N. tezamen 10 slagen maken met H. als troef. Z. heeft het eei-st de H. ge boden en moet het spel dus spelen, hy is de Leider, z'n partner wordt de Blinde (N.) De speler volgende op den Leider moet uitkomen (in dit geval dus W daarna legt N. (de Blinde) z'n kaarten open op tafel, doch speelt niet by, dit moet hy aan den Leider overlaten. De blinde moet z'n kaarten zoo over- zichtelyk mogelyk voor den Leider openleggen, het beste is hiervoor altyd een bepaalde volgorde aan te nemen, n.1. links de troeven, dan de kleuren in volgorde er naast, steeds met de hoog ste kaart het verst van den L. af. By S.A. komen de kleuren dus van links naar rechts te liggen in rangvolgorde, S„ H., R.. K. Z. speelt nu verder met 2 6 kaarten (de blinde mag geen aanwyzingen 0f opmerkingen maken) en probeert de geboden 10 slagen te maken, zoodat hh aan z'n contract kan voldoen, en de puntenbelooning voor de eerste man che kan noteeren. Maakt Z. de 10 tree ken, dan is de belooning 4 X 30 is m punten voor de eerste manche, waar mede deze tevens gewonnen is. Maakt Z. slechts 9 trekken, dan is het spel verloren, hy is 1 down en krijgt de tegenpartij de belooning voor 1 down of 50 punten (zie puntentelling), welk» echter niet voor de manche tellen doch afzonderlyk worden genoteerd' Evenmin tellen méér dan het aantai geboden slagen voor de manche, zou b.v. 2 H., dus 8 slagen moeten worden gespeeld en worden 10 gemaakt, dan tellen alleen de gecontracteerde 2 voor de manche, de 2 overslagen wor. den wel beloond, doch afzonderlyk ge. noteerd. «wu "UIUCII maakt, dan kunnen zij doubleereu, waardoor de belooningen anders wor den (zie puntentelling), een doublé geldt echter als een bod, zoodat het 4 H. bod dan weer kan worden veran derd, en weer wordt doorgeboden tot 8 achtereenvolgende spelers hebben gepast. De party, die één manche heeft ge- wonnen, wordt kwetsbaar, moet dan voorzichtiger bieden, want de down- slagen worden veel zwaarder gestraft. Hebben beide partyen een manche gewonnen, dan zyn ook beide kwets- baar. N. D. S. SCHADE n_i De oplossing van het probleem van Ernst zal ik de volgende week be handelen. Het volgende probleem geeft aardige interferentie verdedigingen van zwart. A. Ellerman II Problema 1932. jl|l|f J§p£ v..*. ®t Wit begint en geeft mat in twee zetten. Wit: Kh5, Ta3 en h4, Lc6 en h8, Pd7 en e7, pi c2, d4, d5 g2, g3 en g4. Zwart: Ke4, Da5, Le2, Pel, pi e3 en f7. De volgende fraaie party werd in November 1932 in een match gespeeld. L. Engels G. Michalowski 1 d4 Pf6 2 c4 g6 3 Pc3 Lg7 4 e4 d6 Konings indisch. Men acht dit niet zoo sterk meer. 5 g3 Pbd7 g3 is hier niet zoo goed. Beter f3. 6 Lg2 0-0 7 Pge2 c5 8 d5 Pe5 Wit krijgt nu moeilykheden op f3. Gevolg van g3. 9 b3 Lg4 10 h3 Lf3 11 0-0 Pfd7 12 Dd2 Pc4: Misgreep of opzet van wit? Hy verliest nu een pion. Lb2 was solider. 13 bc4Le2: 14 De2Lc3 15 Tbl Tb8 16 f4 a6 17 h4 Da5 Maar nu komt de wrake op de konings vleugel. 27 d6 ed6: Wit breekt door! 28 e6 f5 Ook Le5f helpt maar weinig meer. 29 30 31 Een 32 33 34 gf6: e7 Deö :f mooi dameoffer. Le61 Lg5 Kh3 Zwart heeft niet anders. 18 Lh3 Pf6 Zwart 19 e5 Ph5 49 20 Kh2 ba 50 21 g4 Pg7 51 22 h5 bc4: 52 23 Tb8 Tb8: 53 24 h6 PeS 54 25 gó deó: Beter is Dc7. 26 feó i Dcï 35 36 37 38 .39 40 41 42 Lf6:t Tf6: Lb3 Te6 Lc2 Te3 TcS: Tc4: Zwart is verloren. 43 Tc7 44 Tg7f 45 Te7 46 Le4 47 Ld 5 48 Ta7 Zwai-t hoopt nog op pat. Le4 Kg4: Ta2: Kf4 Lf5 Ke5 Pf6: Le5f Deó Kh8 e4t De6: DfG: c3 e3 c4 Kg8 Tb2 Ta2: Tbl Tb8 Kh8 a5 a4 a3 g5 g4f a2 Tg8t Tf8t Tb8 opgegeven Dr. P. EEBNSTRA KUff®*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 24