IS ALTIJD GOEDKOOPER
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
OOK VOOR DAMES-CONFECTIE
De ambtsaanvaarding van Roosevelt.
Visscherskousenü!
No. 7245. EERSTE BLAD
DINSDAG 7 MAART 1933
61ste JAARGANG
Het kabinet Hitier behaalt een meerderheid bij de
verkiezingen. - Van de ontwapeningsconferentie. - De
intrede van den nieuwen Amerikaanschen president -
De provincie Jehol in handen van Japan.
OSTER'S
MAAG PILLEN
FEUILLETON
C O IR ft
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2. Nederl. Oost- en West-lndië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20 I.osse nos. 4ct.; fr.p.p. 6ct. Zondagsblad
resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,fl.—Modeblad resp. f 1.20, fl.50, f 1.50, fl.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 - Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct.
Hitier heeft een groote overwinning be
haald, al heeft zijn partij dan ook geen vol
strekte meerderheid, een stemmenwinst
van bijna zes miltioen, in vergelijking met
Donald en Sir J. Simon om naar Genève
te tijgen wordt te Londen opgevat als een
laatste poging om de ontwapeningsconfe
rentie in zooverre te redden, dat er nog tot
die verkiezingen van November, is een re- eenige beperking van bewapening, hoe ge-
sultaat, waarover de Nazi's wel tevreden ring ok, besloten wordt, meldt de Bonden-
zullen zn.
De Berlynsche ooit. van „De Telegraaf"
schrijft over dezen uitslag o. m.:
Men zal wellicht opmerken, dat deze
overwinning is tot stand gekomen ten ge
volge van een serke moreele pressie op het
kiezerscorps. Inderdaad is dat het geval.
De verkiezingscampagne is gevoerd met
een groote eenzijdigheid. De brand in den
Rijksdag is ten volle uitgebuit en in het
bijzonder zijn tegen de communisten
scherpe maatregelen genomen. Bovendien
heeft men de geheele regeeringsmachine
op een wijze in dienst der partijpropaganda
sche eorr. van de „Nw. Rott. Crt.":
Men begrijpt, dat volslagen mislukking
van juist deze conferentie in een t-üd van
zooveel spanning in alle richtingen, o. a.
in die van de «economische wereldconfe
rentie, een slechten invloed zou doen gel
den. De „Daily Herald" onderstelt, dat de
voornaamste taak van de Britsche minis
ters zal zijn om de Fransehen en de Duit-
sohers bij elkaar te krijgen, hetgeen met
een klein beetje goeden wil beiderzijds niet
onmogelijk zou zijn.
De „Daily Telegraph" geeft de schuld
voor de dreigende mislukking natuurlijk
gesteld/, zooals dat in Europa zelden is aan diegenen, die van de ontwapenings-
voorgekomen. Dat alles moge waar zijn, conferentie dwazelijk te veel gehoopt had-
het neemt de beteekenis der regeerings- den en meent, dat er geen reden is om
overwinning niet weg. Per slot van zaken heel erg te klagen, wanneer de conferentie
was de kiezer die vandaag het stembureau haar al te eerzuchtige doeleinden niet be-
betrad, en met zijn stembiljet in de hand reikt. De conferentie zal integendeel de
achter het zwarte gordijn verdween, een staatslieden der leidende mogendheden er-
vrii man, daar het verkiezingsgeheim is van doordrongen hebben, dat zij bij iedere
geëerbiedigd. Indien niettemin velen voor toekomstige bijeenkomst van dezen aard
den druk der regeering zijn bezweken, dan een zorgvuldige voorbereiding moeten la
gen den toestand als volgt„De ei'eeujg-
de Staten verkeeren op het oogenblik in
een toestand van volkomen verlamming
van het openbaar vertrouwen. Het is nog
slechts een stap tot de verlamming van al
len handel voor onbeperkten tijdsduur, als
Roovevelt er niet in slaagt tusscheiibeüle
te komen. Het gevaar is zoo groot, dat men
het ternauwernood nog zou kunnen over
drijven".
En verderop heet het:
Het zal den Amerikanen in hun diepe
neerslachtigheid wellicht eenige opluch
ting verschaffen dat eindelijk weer een
commandant de brug van het schip van
staat betreedt. Men zal volstrekt geen
I wonderen verwachten van Roosevelt; zijn
overweldigende zegepraal drukte meer de
diepte uit van de impopulariteit van Hoo-
ver dan de hoogte van het vertrouwen in
zijn tegenstander. Maar men zal overwe
gen dat het altijd beter kan dan het was
en hopen: men kan nooit weten.
De geheele provincie Jehol in handen
van Japan. De toestand in het Verre
Oosten ontwikkelt zich ten nadeele van
China. De Japanners blijken de Chinee-
zen in de krijgskunst verre de baas te zijn
en als de berichten juist zijn, dan heeft
Japan zijn doel reeds bereikt en is in het
bezit van Jehol gekomen. Men leze:
Volgens een bericht uit Moekden deelt
het Japansche oppercommando mede, dat
de voorhoede der Japansche cavallerie in
den nacht van 3 op 4 Maart in de hoofd
stad van Jehol, Tsjende, is binnengedron
gen. Er speelden zich hevige straatge
vechten af waarbij de Japanners door de
Chineezen vanuit de huizen werden be
schoten. Achttienduizend gevangenen
werden gemaakt, w.o. zes generaals en
een aantal andere hoogere officieren van
het Chineesche leger. Op het comman
dantsgebouw' te Tsjende waait de Japan
sche oorlogsvlag. Voor hun aftocht heb
ben de Chineezen alle militaire magazij
nen, munitie- en levensmiddelenvoorraden
vernietigd. Bovendien hebben zijn drie
bruggen opgeblazen.
Het hoofd der Japansche troepen in Je
hol, generaal Mogi, heeft aan het Japan
sche ministerie van oorlog getelegrafeerd,
dat met de bezetting van Tsjende zich de
geheele provincie Jehol in Japansche han
den bevindt. De Japanners zuiveren nu
de provincie van de overblijfselen van het
Chineesche leger en hebben in Tsjende
een ontwapening op groote schaal op
touw gezet.
bewijst dat slechts, dat het algemeen kies
recht rechten geeft aan liedten die deze niet
weten te gebruiken.
Het nieuwe kabinet zit thans vast in den
zadel en heeft van zijn tegenstanders geen
gevaar meer te duchten, zoo zegt de corr.,
maar hij voegt er tevens aan toe:
Juist dit gemis aan oppositie, dat uiter
lijk zoo gunstig schijnt, zal een bron van
moeilijkheden blijken te ziin. De bondge-
nooten, die tezamen de overwinning heb
ber bevochten, moeten, kt thans toe over
gaan, onderling de groote buit te verte
len Ól; grond van de cijfers komt het leeu
wenaandeel toe aan de nationaal-sociaüsteV
UMcUl'UCUJ KTC döll uv ltCJ wailI UJJ JIIJIUriKct 111 til» 1K5I» JlWllöt
kunnen d'e Duitsch-nationalen slecntg te lijden heeft. Elders in dit nummer is de
en
bescheiden aanspraken geldend maken
Wie de psyche van Hugenberg's para kent,
zal begrijpen, hoe moeilijk dat voor de oude
lieerschende klasse in Pruisen is. Ander
zijds ontbreekt in c.eze regeeringscombi-
natie, die zich van het parlement onafhan
kelijk heeft weten te maken, iedere rem.
De beide partijen vechten over de vraag,
welke van beide het meest rechtstaan 1 is
Het zal een concurrentie worden in natio
nalisme.
De wijzers van de klok zijn in het groote
Duitsche rijk niet uren., maar jaren ach
teruitgezet. Hoever moet men in de Duit
sche geschiedenis teruggaan om een der
gelijke vloedgolf van nationalisme terug
te vinden?
Van de ontwapeningsconferentie. Het
verzoek van liet Britsche kabinet aan Mac-
(alle soorten Truien), Sportkousen, lange Kousen.
ALLE Kousen en Sokken, zijn alléén BEST bij
JAAP SNOR. (Hij breit ze zelf), ie klas reparatie-
inrichting voor alle soorten wollen Kleeding,
Kousen en Sokken (ook de allerfijnste). Zuidstraat
19. (Let op den gelen winkel).
ten voorafgaan. Blijkbaar hoopt het blad,
dat het verworpen voorstel van MacDonald
van verleden jaar December, dat de vijf
voornaamste mogendheden eerst tezamen
vergaderen zouden om naar een voorloo-
pige overeenkomst te streven, thans kans
van aanvaarding zal krijgen.
Be intrea'e»- xgn den nieuwen Amerikaan
schen presidernSy^=Président Roosevelt
heeft Hoover verlangen. De positie is niet
beipjjjjyéffitteaardig in dezen ontredderden
rijd. waarbij Amerika zeker niet het minst
intreerede van president Roosevelt opge
nomen, die sober en zakelijk was en korter
dan eenige presidentaeele intreerede voor
hem gehouden. De geheele plechtigheid
kenmerkte zich trouwens door soberheid,
op verzoek van Roosevelt zelf.
In een beschouwing aan den toestand in
de Ver. Staten gewijd, schreef de „Nw.
Rott. Crt." Zaterdagavond o. nu:
Een van de vele ongemakken van dit
tijdperk, die samenwerken om de wereld
voor een zoo groot mogelijk gedeelte van
zijn bewoners tot een hel te maken, loopt
vandaag ten einde. Met dte intrede van pre
sident Roosevelt in zijn ambt houdt in
Amerika een periode van feitelijke stuur
loosheid op. Een, helaas juist te laat gewij
zigde, verouderde bepaling van de grond
wet heeft, door deze periode van stuurloos
heid te veroorzaken, de rampen van dezen
tijd op de noodlottigste wijze kunnen ver
ergeren. Als ooit ingrijpen van een orde
nende hand in het oeconomisch en finan
cieel bestel noodig is geweest, dan was dat
in de laatste maanden in de Vereenigde
Staten het geval. Doordat iedere leiding
van boven ontbrak en niemand kon gissen
welke plannen men voor de naaste toe
komst mocht verwachten, nam het verderf
ongebreideld zijn loop. De voortreffelijke
Washingtonsehe correspondent van de
Londensche „Times" omschreef dezer da-
De eed op de Grondwet.
„Ik zweer plechtig, dat ik op eerlijke
wijze het ambt van president der Ver
eenigde Staten zal uitoefenen en dat ik
naar mijn beste vermogen de grondwet
der Vereenigde Staten zal handhaven, be
schermen en verdedigen."
Door deze woorden, uitgesproken met
opgeheven rechterhand voor den „Chief
Justice", is mr. Franklin D. Roosevelt,
Zaterdag de 32ste president der Ver
eenigde Staten geworden.
De inaugureele plechtigheid was kort
doch plechtig.
De rede van Roosevelt.
I11 zijn rede zeide Roosevelt, dat het uur
gekomen is, 0111 de waarheid en de volle
waarheid te zeggen, openhartig en stout
moedig. Wij zullen niet terugdeinzen voor
de toestanden, welke op het oogenblik in
ons land heerschen. Onze groote natie zal
herboren worden en opnieuw bloeien.
Onze eerste groote taak is het volk aan
het werk te zetten.
Dit moet misschien gedeeltelijk geschie
den door een recruteering rechtstreeks
door de regeering zelf, welke deze taak
moet behandelen, zooals we een oorlogs-
noodzaak behandeld zouden hebben.
Maar tegelijkertijd zullen we hierdoor de
plannen vervullen, waaraan groote be
hoefte is, om de natuurlijke hulpbron
nen te prikkelen, te reorganiseeren en
ten nutte te maken.
Wij moeten eveneens openhartig het
gebrek aan evenwicht erkennen in de
bevolking van onze industrieele centra
en moeten beter gebruik van den grond
maken.
Bij ons streven om tot hervatting van den
arbeid te komen, hebben we behoefte aan
twee waarborgen tegen den terugkeer
van de kwalen van het oude regiem. Er
moet een strikt toezicht op alle bank-,
crediet- en beleggingszaken zijn. Er moet
een eind komen aan het speculeeren met
andermans geld. Ziedaar het aanvalspunt.
Weldra zal aan een buitengewone zitting
van het Congres gevraagd worden de
uitgewerkte maatregelen goed te keuren
om dit te bereiken en de onverwijlde hulp
van de staten zal worden gezocht.
Hoewel zeer belangrijk, komen onze
internationale handelsbetrek
kingen na het herstel van een
gezonde nationale huishouding.
Er zal geen inspanning gespaard wor
den, om tot het herstel van den wereld
handel te komen door de internationale
huishouidng weer op orde te brengen.
Maar de noodtoestand in eigen huis kan
daar niet op wachten. In de sfeer van de
wereldpolitiek zal ons land een politiek
van goede nabuurschap aanbevelen, met
eerbiediging van de rechten van andere
buren, die hun verplichtingen nakomen
en het geheiligde karakter respecteeren
van hun overeenkomsten in en met een
wereld van buren. Wy geven ons, aldus
Roosevelt, als nooit eerder, rekenschap,
van onze onderlinge afhankeiykheid; wy
geven ons dat wy niet slechts kunnen
nemen maar ook moeten geven en dat,
indien wy vooruit willen komen, we moe
ten marcheeren als een getraind en loyaal
leger, bereid tot opofferingen voor het
wel van de gemeenschappelijke discipline.
Men moet hopen, dat het normale even
wicht van de uitvoerende en wetgevende
machten volkomen opgewassen is tegen
de taak zonder weerga, waarvoor wy
staan, maar het is mogelyk, dat een
noodzakelijkheid zonder voorheeeld van
onverwijlde actie dwingt tot een tijdelijke
afwijking van het normale evenwicht. Ik
ben bereid in de uitoefening van mijn
constitutioneele plichten de maatregelen
aan te bevelen, welke het beproefde va
derland te midden van een beproefde we
reld kan eischen. Binnen de lijst van myn
constitutioneele rechten zal ik trachten
snel deze maatregelen te laten aannemen
of zoodanige andere, als het congres zal
ontwerpen. Maar in geval het congres
niet een van deze wegen zou volgen
en in het geval de buitengewone toestand
nog kritiek zou zijn, zou ik dien weg niet
vermijden, welken myn plicht my duide
lijk voorschreef. Lk zou aan het con
gres het eenige instrument vragen, dat
over is, om de crisis af te weren, te weten
ruime uitvoerende bevoegdheden,
om den stryd te voeren tegen een buiten
gewonen staat van zaken, bevoegdheden
zoo groot, als men my zou kunnen geven,
als een buitenlandsche vijand binnenge
drongen was.
In plaats van, zooals zyn voorgangers
drie kwartier of zelfs twee uur te spre
ken, zette Roosevelt in een rede van
slechts 15 minuten zijn programma uit
een.
Na het uitspreken van zyn rede, reed
Roosevelt, geëscorteerd door een afdee-
ling cavalerie naar het Witte Huis, waar
de plechtigheid voor een oogenblik werd
onderbroken voor een lunch.
President Roosevelt nam daarna plaats
in het midden van „Court of Honour",
dat opgericht is op de Pennsylvania
Avenue tegenover het Witte Huis, van
waar hij de groote parade afnam.
Aan het hoofd der parade reed als
Grand marshall" generaal Pershing, de
opperbevelhebber der Amerikaansche
troepen gedurende den wereldoorlog, ge
volgd door vier divisies van het leger.
Achter deze troepen kwamen de leden
van het democratische nationale comité
en de gouverneur der verschillende sta
ten met hun gevolg.
In den stoet liepen verder de veteranen
uit den burgeroorlog, uit den Spaanstóh-
Amerikaanschen oorlog, den Indischen
oorlog en den wereldoorlog en daarach
ter de leden van militaire orden en va-
derlandsche organisaties.
De inaugureele plechtigheid werd be
sloten met een groot vuurwerk en een
bal in het Washington Auditorium, dat
niet ver van het Witte Huis af ligt.
Nader meldt men ons omtrent de plech
tigheid:
Het reusachtige plein voor het Kapi-
tool is gevuld met een menigte, die veilig
op 100,000 zoo niet meer geschat mag
worden en die zich werkwaardig rustig
houdt en alleen even applaudiseert als
bekende persoonlijkheden als senator
Hiram Johnson, oud-rechter Hughes,
oud-president Hoover, senator Borah e.a.
hun plaatsen innemen op de officieele
tribune.
De nieuwe president verschijnt, bege
leid door zyn zoon, onder de tonen van de
Yankee Doodle, precies te half zeven
(Amsterd. tyd) en eenige oogenblikken
later legt hy met aklme vaste stem den
eed op de grondwet af. Onmiddellijk
hierna wendde de nieuwe president zich
tot de tribune en het volk voor het uit
spreken van de presidentieele rede.
Aan het einde van zyn rede, die de
kortste was, ooit door eenigen president
in de laatste 100 jaar bij zyn ambtsaan
vaarding uitgesproken, klonk levendig
maar kort applaus, dat ook een paar maal
onder het uitspreken geklonken had. De
muziek speelde de Stars Bangled
Banner en levendig toegejuicht door
de 700,000 vreemden en de 100.000 inwo
ners van Washington, die de straten en
pleinen vulden, reed president Roosevelt
naar het Witte Huis.
Het kabinet.
De Senaat heeft de benoemingen in het
kabinet van Roosevelt geratificeerd. De
leden van het nieuwe kabinet hebben
reeds beraadslaagd naar aanleiding van
de bankcrisis om middelen te vinden tot
verbetering in den toestand, die in 47 van
de 48 staten heerscht daar alleen Zuid-
Carolina nog geen beperkingen in hefc
bankverkeer heeft noodig gehad.
MINISTER DECKERS EN DE
MARINEBONDEN.
Telegram van S.D.A.P. en N.V.V,
Het volgende telegram is, naar „Het
Volk" meldt, aan den minister van defen-i
sie gezonden:
Algemeene Raad van S.D.A.P en
N.V.V. protesteert ten sterkste tegen
aanranding vereenigingsrecht door eisch
tot ontslag burgerbestuurders van mari
ne-schepelingenbonden en door algemeen
verbod lidmaatschap S.D.A.P., voor mili
taire ambtenaren.
DE NIEUWE GOEDERENTARIEVEN
VAN DE NEDERLANDSCHE
SPOORWEGEN.
Treden op 1 Mei in werking.
Het ligt in de bedoeling de nieuwe goe
derentarieven by de Nederlandsche Spoor
wegen op 1 Mei a.s. in werking te doen
treden.
DE R. K. STAATSPARTIJ.
Het aantal leden.
Uit het maandblad van de R. K. Staats
party blijkt, dat het aantal ingeschreven
leden op 1 Januari j.1. 374.377 bedroeg,
tegen 357.809 op 1 Januari van het ver
kiezingsjaar 1929.
LOONEN VOOR RIJKSPERSONEEL.
Verlaging van de belooning
van werkvrouwen.
De ministerraad heeft besloten de loo-
nen der werkvrouw-en in 's Rijksdienst te
verlagen als hieronder aangegeven:
a. Het maximum-uurloon zal bedragenj
35, 31 en 26 cent in de gemeenten respec
tievelijk van de le, 2e en 3e klasse;
b. deze maxima mogen alleen worden
toegekend, indien zulks in verband met
den plaatselijke» loonstandaard gewet
tigd is;
c. in zeer bijzondere gevallen, wanneer
strikte noodzakelijkheid daartoe aanwe-
AT£f!G£#SWSTM/
Wilt gi) U weer frisch
en opgewekt voelen, vrij
van slechte spijsvertering,
verstopping en de daaruit
voortvloeiende lusteloos
heid, gebruik dan Foster'
Maagpilllen.
f 0.65 fier flacon.
I...
door
MARTIN JOHNSON.
b)
Ik had den baron geschreven omtrent
myn plannen, het Pygmeeënvolk te willen
bestudeeren, en hy had alle mogelijke be
langrijke inlichtingen omtrent deze in
boorlingen weten te verzamelen. Door
hem was het ons eveneens mogelyk, een
geschikte plaats voor ons kampement uit
te zoeken.
HOOFDSTUK III.
Kleine menschen.
We kozen een plaats zes myl verwij-
derd van Irum, op vyf mijl afstand van
het Ituriwoud als tijdelijke operatiebasis.
Toen gingen Osa en ik op verkenning
fit, om een blijvend kampeerterrein te
*oeken. Sedert ons vorig bezoek aan den
Congo had de regeering twee wegen ver
beterd en bovendien twee geheel nieuwe
aangelegd. Deze wegen sloten onze ope
ratiebasis in een V-vorm in. Links van
de V lag Beni, bij de Semlikirivier en
rechts Mambassa in het hart van Ituri
woud.
Wij hoopten de Pygmeeën tusschen
deze twee wegen te vinden. Osa en ik
gingen over den Beniweg. terwijl de an
deren in het kamp achterbleven.
De hoornen waren hier zwaarder en
dikker, evenals het oerwoud, dat hier
bijna ondoordringbaar was. Tusschen de
woudreuzen was het donker en nevel
achtig. De natuur bood hier een geheel
veranderd aspeet en zelfs de inboorlin
gen waren donkerder van kleur. We gin
gen van dorp tot dorp, dertig kilometer
ver en vonden eiken inboorling gewa
pend met speer, pijl en boog.
Spoedig lieten wij de dorpen achter
ons liggen en zagen nu slechts hooge hoo
rnen en oerbosschen aan beide zijden van
den weg. Hier waren ook versche voet
sporen van olifanten. Het drassige gras
en lage kreupelhout waren zóó dicht, dat
een kudde olifanten zich ongezien had
kunnen voortbewegen.
Eenmaal hoorden we hoefgetrappel,
dat van een kudde afkomstig had kunnen
zyn, doch we zagen verder niets.
Na enkele eenzame en verlaten dorpen
te zijn doorgetrokken, ontwaarden we de
drie besneeuwde toppen van de Ruwen-
zoribergen. Deze vormen het Noordelijk
deel van liet Maangebergte en liggen op
de grenslijn tusschen Uganda en den
Congo. We hielden ons hier korten tijd
op, 0111 de prachtige bergpanorama's te
bewonderen.
Bij liet vallen van den avond bereikten
wij het gouvernementsgebouw- van Beni,
I verkregen daar eenige inlichtingen en
i vervolgden daarna onzen weg.
We hadden het plan nog eenige uren
door te rijden, tot we een plaats zouden
bereiken waar pygmeeën te vinden waren.
We wilden hier den nacht doorbrengen
en den volgenden morgen onzen onder
zoekingstocht vervolgen.
We sliepen in een prachtig boseh en
begonnen den volgenden dag de inboor
lingen van elk dorp te ondervragen.
In den namiddag scheen er kans van
slagen. Het was het dorp Ewana Sura,
dat gelijk alle Ituri boschdorpen den
naam droeg van zijn stamhoofd. Het ge
heele dorp stroomde tezamen en omring
de ons, en hier ontmoetten wy de eerste
twee pygmeeën.
De eerste droeg den naam van Deelia,
althans zoo klonk het ons tenminste in de
ooren. Hij was een klein baardig ventje
met een vroolijk gezicht, 1.10 meter lang,
ongeveer zestig jaar oud, vlug als een
aap en met een gewicht van vijftig pond.
Om zyn lendenen droeg hij een dieren
huid, verder een ijzeren halssieraad. Zijn
kroezig hoofdhaar was dichtgeplant en
zijn neus plat en breed. Zijn lichaam was
behaard, terwijl zijn bouw normaal was.
Zijn oogen waren groot en starend, zijn
lippen dik en opgetrokken by de mond
hoeken, als in een voortdurenden grijns.
De jongste van de twee was Deelia's
zoon, Salou, die bijzonder groot van stuk
was (1.16 m). Hij was tamelijk dik en woog
ongeveer tachtig pond; hy was echter
even bewegelijk als zijn vader. Ook Salou
had een dikken breeden neus, een grijn
zende» mond en starende oogen. Hy ver-
lelde ons in de Kingwanataal, dat hij het
hoofd was van alle pygmeeën uit zijn
district.
Osa en ik waren opgetogen. We hadden
twee intelligente pygmeeën ontmoet, op
wier hulp we blijkbaar konden rekenen.
We vroegen Salou of er vele pygmeeën
in de buurt waren en zijn antwoord klonk
bevestigend. We wilden ook weten of hij
ze in onze nabijheid kon brengen, indien
we hier ons kampement opbouwden.
Salou wendde zich tot een inboorling en
hield een kort gesprek met hem. Het was
Bwana Sura, het stamhoofd van het dorp.
Ik had dien man gezien, in lompen ge
huld, met een oude broek aan, die eens
wit geweest was. Hy leek me dom, daar
om hadden we niet eerder op hem gelet.
Men vertelde mij, dat hij een weinig ach
terlijk was, en geen invloed in zyn dorp
bezat. Bij de pygmeeën was hij echter in
hoog aanzien.
Bwana Sura en Salou vertelden my,
dat ze een groot aantal pygmeeën tezamen
zouden kunnen roepen, doch waarschuw
den mij, dat het dwergvolk geheel onbe
kend was met de zeden en gewoonten der
blanken. Ik zou hun vertrouwen moeten
winnen met geschenken, bestaande uit
zout en tabak.
Nadat we dus ongeveer zeker waren
van hun komst, wilden we geen tyd ver
liezen om ons kamp in de afgesproken
streek op te bouwen. We spreken met
Bwana Sura af, 0111 over vier dagen alles
in gereedheid te brengen. Op het punt
van te vertrekken, zagen wy twee pyg
meeën uit het bosch komen. Net als
Deelia en Salou, hadden ook zij een lich
tere huid en beter gebouwde lichamen
dan de andere zwarten. Ook hadden zij
groote, donkere oogen, waar een voort
durende verbazing uitsprak.
We gingen verder langs den Beniweg,
bezochten verscheidene dorpen, maar
konden nergens zulk een geschikt terrein
als te Bwana Sura vinden.
Nadat Osa voor ons middagmaal heer
lijke visch had gevangen, zetten we ons
aan den disch, en we genoten een rusti
ge» nacht.
Den volgenden dag trokken we over
de Ituririvier, in een kano, en kwamen
we al dieper en dieper in het bosch te
recht
De menschen, die we hier ontmoetten,
waren geheel verschillend. Ze waren don
kerder, wilder en verslaafd aan den alco
hol. We gingen door dozijnen dorpen,
waarvan de bewoners allen dronken
waren. Daarna bereikten wij het aanzien
lijke dorp Peligbo. Het stamhoofd hield
hier juist een vergadering met ongeveer
een twaalftal lagere ambtenaren en een
honderdtal onderdanen. Peligbo was on
geveer vijftig jaar oud, had een rond
verstandig gezicht en leek intelligenter
dan deinboorlingen, die we tot nu toe
gezien hadden. Hy was gekleed in een
helder wit pak en droeg een gele helm op
het hoofd.
Toen we hem naderden, maakte hij een
diepe buiging, nam zijn hoed af, en zeide:
„Jambo, Bwana en Madame".
Toen hij hoorde wat wy verlangden,
zeide hij, dat we in zijn district alles zou
den vinden wat we wenschten. Hy zelf
kon ons honderd pygmeeën brengen en
zou er dan ook nog minstens vierhonderd
door zyn onderdanen laten aanrukken.
Den volgenden dag bereikten wij Mom-
basa, een luguber, eenzaam woud met
eenige ruw opgezette woningen. Wy
waren blij, toen we er weer vandaan kon
den gaan, en het huis van de Amerikaan
sche zending bereikten, waar men ons een
lunch aanbood.
De zendeling en zijn vrouw vertelden
ons, dat hun zoon naar het dorp Peligbo
zou gaan als missionaris en dat hij de
taal van dat district beheerschte. Dit
maakte Peligbo's voorstel voor ons nog
aantrekkelijker. Om vijf uur waren we
weer by hem. Hij had zeven Pygmeeën bij
zich, kleine, wilde kereltjes, die gereed
stonden 0111 zoo weer in de bosschen te
verdwijnen. Onze geschenken, bestaande
uit zout, sigaretten en lucifers, boezem
den vertrouwen in. Spoedig waren de
mannekes zóó op hun gemak, dat ze flinke
happen met zout met smaak oppeuzelden.
Peligbo beloofde ons binnen enkele
dagen een flink aantal pygmeeën. We
keerden naar onze basis terug, zorgden
voor onze voedselvoorziening, kregen
vergunning op twee olifanten te schieten,
ook op andere dieren, behalve op den
okapi, bonga of Chimpansee.
HOOFDSTUK IV.
We maken kennis.
Op den derden morgen gingen wij naar
Peligbo's dorp terug. We beleefden een
wonderlijke sensatie, want daar, in dat
onbekende dorp, vonden we eindelijk dat
gene, waarvoor we dien langen afstand
hadden afgelegd.
We zagen een zestigtal pygmeeën in
den feilen zonneschijn, dansend en zin
gend rondom twee tom-tomspelers! Het
leek een dwergenvergadering uit een
sprookjesland, zooals de kleine wilden
daar ronddwarrelden. Hun huid was lich
ter dan die van de groote inboorlingen,
sommigen waren niet bruiner dan Euro
peanen, terugkeerende van de winter^
sport.
(Wordt vervolgd).