IS ALTIJD GOEDKOOPER NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, W1ERINGEN EN ANNA PAULOWNA BuitenSartdsch overzicht. China en Japan. OOK VOOR DAMES-CONFECTIE NENLAND hrMsclis Middenstandsbank No. 7249. EERSTE BLAD 61ste JAARGANG De stervende ontwapeningsconferentie. - De opheffing van het Kngelsche embargo op wapenen. - Het on derhoud tusschen Mac Donald en Boncour. KONINGSTRAAT 7 Handelscredieten Rekehing-Courant Tegen het anti-semitisme. FEUILLETON 9) DONDERDAG 16 MAART 1933 HELDERSCHE COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet;: Heldersche Courant f 1.60; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65;binnen- aru 2. Nederl. Oost- en West Indië per zeepost f 2.10, idem per mail en over,ge landen f 3.20. Losse nos. 4 ct.fr.p.p.Oct. Zondagsblad resp. O.oO f 0.70, t 0.70,f 1.Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, fl.50, fl.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 - Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. AD VERTEN TIEN: 20 ct. per regel (gaijard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te buur) van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewjjsno. 4ct. De stervende ontwapeningsconferentie. »t Is heusch «een grapje, de ontwape- ningsoonferenttie te Genève loopt op haar laatste beenen, of liever staat reeds met een been im het graf. Men doet nu alle mogelijke pogingen om haar geen al te sensabi'oneelen dood te bezorgen, zoo'n sterfbed waarover de wereld spreekt. Ze moet stilletjes uit het hart van de wereld verdwijnen en men doet goed niet te veel meer over haar te spreken, want het was in het leven tooh eigenlijk een familielid, waar je je voor te schamen had. Zoo heele- maal zonder ruggegraat, zoo iemand die met alle winden meedraait en waar je je als fatsoenlijk en principieel mensch eigenlijk voor geneert. Doch laat ons niet voortgaan met filo- sofeeren. De werkelijkheid is zoo meld de Geneefsche corr. van de „Nw. Rott. Crt." aan zijn blad,, dat op verzoek van Beniesj, de kleine acht Dinsdag weer bij eengekomen zijn, waarbij prof. Moreseo Nederland vertegenwoordigde. Het is Ben>esj in deze bijeenkomst ge lukt de toestemming van de kleine acht te verkrijgen voor zijn plan dat geheel in de Fransche lijn ligt, namelijk verdaging der conferentie voor langen tijd, wellicht voor een paar jaar, nadat eerst een voorloopige conventie zal zijn opgesteld, die voorna melijk de in Juli reeds in een resolutie- Benesi omschreven punten van overeen stemming bevatten zal en die een nieuwe wapeningsstilstand voor den duur van de schorsing der conferentie zal met zich brengen. De kleine acht zijn hiertoe be reid onder voorwaarde, dat ite voorloopige conventie tevens een internationaal toe zicht op de naleving dezer conventie zal inhouden, alsmede de veiligheidsclausule, die de staten het recht zal geven zich van de conventie onstlagen te achten, indien andere staten, die buiten de conventie blij ven, waarmede natuurlijk aan Duitschland en Italië gedacht moet worden, hun wape ning zouden vermeerderen. Bovendien eisehen de kleine acht, dat de Ver. Staten aan deze voorloopige conventie zullen mee doen-. Het schijnt zeer de vraag, of de kleine acht juist hebben gehandeld zich aldus naar den wensch van Benesj te voegen. Het sluiten van een conventie in den zin van Benesj, zal ook waarschijnlijk een nieuwen wapendngswedloop niet kunnen tegenhouden zegt de oorr. daar de staten, die de voorloopige conventie onder teekenen met het oog op de veiligheids- clausule, zelfs deze bescheiden conventie zullen opzeggen, zoodra Duitschland op nieuw wapent. Bovendien zal een dergelijke voorloo pige conventie door de ontstemming, die zij in Duitschland en Italië verwekken zal, de internationale spanning nog verscher pen. Eindelijk is het betreurenswaardig, dat de kleine acht zich ten gunste van een de ontwapeningsconferentie in twee par tijen splitsende noodregeling hebben uit gesproken op het oogenblik, dat MacDo nald nog pogingen aanwendt om een op lossing te verkrijgen, die inderdaad een wa peni n gsve r m inde ring tengevolge zou kunnen hebben. De kleine acht zouden beter gedaan hebben zich op dit oogenblik van iederen steun aan 't Fransche streven naar een sehijnoonventie en een isoleering van Duitschland en Italië te onthouden. Zoo besluit de correspondent. Commen taar overbodig. De Fransche schildwacht: „Vlieqtuiq in zicht!" <„J1 420"). Het Engelsche embargo op wapenendat sympathieke gebaar van Engeland, is al weer opgeheven, en van het goede voor beeld, dat Engeland in deze had gegeven, is dus niet veel terecht gekomen. Nu in ternationaal niets valt te regelen en de andere landen met volgen, meent Enge land, dat het in dezen ook geen verplich tingen heeft en stelt dus zijn grenzen weer voor de levering van het moordtuig open. In een hoofdartikel over de opheffing van het embargo op wapens voor China en Japan zegt de „Tim-es", dat de Engelsche regeering niet beschaamd behoeft te ziin voor haar politiek in deze zaak, die wélis- waar het verwijt van voorbarigheid niet kan ontgaan, doch alleen oppervlakkig be schouwd inconsequent is. Van den be ginne af heeft de regeering beseft, dat alleen een internationale actie doeltreffend kon zijn, hetzij deze een algemeen verbod, betrof of onderscheid maakte tusschen de beide partijen. Zooals Baldwin aankondig de, zal de regeering de besprekingen met het buitenland voortzetten om te komen tot een- gemeenschappelijke gedragslijn, in dien zich het geval nog eens voor mocht j doen. En de „Nw. Rott. Crt." zegt o. m,: i De intrekking van het embargo is in ieder geval het bekaai de einde van een actie, die beter dan iets wat te voren was geschied, in het licht stelt hoezeer te Kon den op het oogenblik de diplomatieke tech niek, het begrip voor de inzichten van t anderen, en het besef dat men geen inter nationale politiek naar persoonlijke ge voelens en eigen vaderlijke inzichten kan voeren, verloren is gegaan. Het onderhoud tusschen MacDonald en Paul Boncour. Verschillende Fransche bladen weten mede te deelen, dat MacDo nald tijdens ziin onderhoud met Paul Bon cour, van Frankrijk zou hebben geëischt, dat het zou toestemmen in een werkelijke kwantitatieve en kwalitatieve ontwape ning. Volgens de „Echo de Paris" heeft Mac Donald verklaard, dat het Fransche mini mumplan totaal onvoldoende was. Een mis lukking der ontwapeningsconferentie moest beslist vermeden worden. Hii had er op gestaan, dat men een formule zou zoeken waarmee alle staten accoord ken den gaan. Frankrijk diende te besluiten tot een belangrijke vermindering van ziin strijdkrachten in kwalitatief en kwantita tief opzicht en moest een vlootovereen- komst met Italië treffen. Het blad acht het inwilligen van deze voorstellen onmogelijk en wel omdat Italië, dat nauw met Duitsch land en Hongarije is verbonden, den oorlog voorbereidt en de eenheid van Zuid-Slavie kapot tracht te maken. Het blad zou heb ben vernomen, dat het Fransche kabinet in ziin zitting van Maandagmiddag de hou ding van Paul Boncour heeft goedgekeurd en hem heeft opgedragen zich tegen de voorstellen van MacDonald te verzetten. Het „Journal" schetst de ontwikkeling aldus, dat MacDonald bij zijn eerste onder houd te Genève de bestaande moeilijkheden heeft erkend. De Vereenigde Staten had den zich tegen een Engelse-h-Fra nsch- Amerikaanseh accoord verzet zocals tegen elke afzonderlijke overeenkomst bereid verklaard. Anderzijds hadden Duitschland en Italië zoowel het Fransche maximum als het minimumplan verworpen. MacDo nald heeft getracht op de Duitschers in vloed uit te oefenen met het spook der ver daging, doch de Duitschers hadden verwe zen naar de hun op 11 December j.1. toe gekende rechtsgelijkheid. MacDonald had zeer sterk aangedrongen, doch had het be slissende woord niet gesproken, dat Enge land bereid was zich aan de zijde van Frankrijk te scharen om de rustverstoor ders tot orde te dwingen. Tsaldaiis, de nieuwe Grieksche minister-president. DE ENGELSCHE BEGROOTING VAN LUCHTVAART. Sterke bezuiniging. Bij de indiening van de begrooting van luchtvaart in het Lagerhuis heeft Sir Philip Sassoon, de onder-staatssecretaris voor de luchtvaart, gisteren gezegd, dat de bijdragen van de luchtmacht tot be zuiniging niet zonder bezorgdheid zijn tot stand gebracht. Men had daartoe een ze ker risico op zich moeten nemen. De schijnbare verhooging met 260.000 pond op een totale raming van 7.424.000 pond verbergt een besparing van 340.000 pond na de verlaging van 700,000 pond van verleden jaar. Men heeft geen geld uit- getrokkenvoor nieuwe eenheden, hoewel er nog tien geregelde eskaders noodig zouden zijn om het bescheiden program ma te verwezenlijken, dat reeds in 1923 goedgekeurd is. Het besluit om dit tien jaar oude programma nog een jaar op te schorten is een duidelijke blijk van het verlangen, dat de regeering van gan- scher harte koestert om een welslagen van de ontwapeningsconferentie te be vorderen. Zoolang de uitslag van de con ferentie nog niet vaststaat, heeft zij zich nogmaals bereid getoond genoegen te ne men met het voortduren van de bestaande onevenwichtigheid tusschen de sterkte van de koninklijke Engelsche luchtmacht en die van de luchtvloten van andere groote naties. HET VERBOD VAN SOCIAAL DEMOCRATISCHE KRANTEN. Met veertien dagen verlengd. Het verbod van sociaal-democratische periodieken in Pruisen, dat gisteren zou afloopen, is met veertien dagen verlengd. De Weltbühne tot 13 September verboden. Het tijdschrift Die Weltbühne is met ingang van Dinsdag tot en met 13 Sep tember verboden. DE VERKOOP VAN BIER IN DE VEREENIGDE STATEN. Toegestaan. Het Huis van afgevaardigden heeft het wetsontwerp goedgekeurd, waarbij de verkoop van bier met max. 3.2 pet. alco hol wordt toegestaan in staten, waar daartegen geen verbod bestaat. Het ontwerp is met 31694 stemmen aangenomen. Het is dadelijk naar den Senaat doorgezonden, waar de aanne ming ook zeker geacht wordt. LEVERANTIE VAN WAPENS EN MUNITIE NAAR HET VERRE OOSTEN EN ZUID-AMERIKA. Op schriftelijke vragen van het Twee de Kamerlid Albarda betreffende het spoedig nemen van maatregelen van re- geeringswege ter verhindering van leve ranties van wapens en munitie uit Neder land en Nederlandsch-Indië naar het Verre Oosten en Zuid-Amerika, heeft de minister van binnenlandsche zaken, voorzitter van den raad van ministers, geantwoord: Daar het aan de regeering bekend is, dat in en buiten den Volkenbond inter nationaal overleg gaande is, ten einde te geraken tot het vaststellen vn een ge meenschappelijke gedragslijn met be trekking tot levering van wapenen en munities naar het Verre Oosten en naar sommige landen in Zuid-Amerika, acht de regeering het oogenblik niet gekomen om tot bijzondere maatregelen ter zake over te gaan. Chineesche overwinning bij Hsifengkau. De Chineesche generaal Soeng Tsjey- oesan meldde Dinsdag telegrafisch, dat hij den Japanschen troepen bij den Hsi- fengkaupas een ernstige nederlaag heeft toegebracht en 18 stukken veldgeschut, 7 tanks en 5000 geweren heeft buit ge maakt. De Japansche verliezen zouden 5000 man betreffen. Generaal Soeng heeft den Hsifengkou- pas heroverd en volgt den vijand op den voet. DE HAKENKRUIS VLAG RIJKSVLAG. De rijkscommissaris voor het Pruisische ministerie van onderwijs, Rust, heeft me- gedeeld, dat de hakenkruisvlag bij rijks- dagbesluit mede tot rijksvlag zal worden verheven. JAPAN EN DE VOLKENBOND. Uittreding op 19 Maart Volgens een officieele mededeeling van het Japansche ministerie van buitenland- scbe zaken zal het uittreden van Japan uit den Volkenbond 19 Maart a.s. bekend ge maakt worden. VOORSTEL VAN GÖRING AAN FRANKRIJK TEGEN RUSLAND? Volgens de „Prawda" heeft Göri-ng, de Duitsche minister van Buitenlandsche zaken, aan Poncet, den Franschen gezant te Weenen, het voorstel gedaan, dat Duitschland Frankrijk steunt bh' pogingen tot afscheiding van de Oekrajiene van Rusland, op voorwaarde, dat Frankrijk Duitschland steunt in de quaestie van den Corridor van Danzig. KANTOOR DEN HELDER UIT DE s. D. a. P. Meileuzen. Het dagelijksch bestuur van den alge- meenen raad uit N.V.V. en S.D.A.P. heeft de volgende leuzen voor het a.s. Meifeest vastgesteld: voor de democratie en tegen het fascisme; voor socialisatie; voor ont wapening; naar de 40-urigen werkweek; voor een betere werkloozenzorg. DE NATTONAAL-SOCIALISTISCHE BEWEGING. Ir. Mussert tot de beroeps militairen. De algemeene leider van de Nationaal- Sociailistische Beweging, ir. a. a. Mus sert, heeft tot de beroepsmilitairen, leden der N. S. B., de volgende mededeeling ge richt: De minister van defensie heeft ter ken nis gebracht, dat aansluiting bij of eeni- gerlei steunverleening aan groepen, of vereenigingen van personen op fascisti- schen grondslag in strijd is met de plich ten van den militairen ambtenaar en derhalve verboden is. Gij, die u uit volle overtuiging bij onze beweging, die zich fascistisch noemt, hebt aangesloten, weet dat deze beweging nimmer iets van u gevraagd heeft wat in strijd is met de plichten van den militair. Gij weet, dat plichtsbesef en tuchtgevoel door ons niet ondermijnd doch daaren tegen krachtig bevorderd worden. Gij weet dat het streven van den goeden mi litair en het streven der N. S. B. geheel evenwijdig gaan. Gij weet dat wij steeds den legalen weg gevolgd zijn. Ook thans zult gij het u gegeven bevel nakomen, ook thans zal de N. S. B. den legalen weg blijven gaan. Derhalve verleen ik u eervol ontslag als lid der N. S. B. Ik betuig u mijn dank voor hetgeen gij voor haar gedaan hebt. Protest van de Liberale Staats partij tegen de antisemitische ophitsing. De te Utrecht geliouüen algemeene vergadering van de Liberale Staatspartij De Vrijheidsbond heeft bij acclamatie de volgende motie aangenomen: »De Liberale Staatspartij De Vrijheids bond, in algemeene vergadering te Utrecht .bijeen, protesteert tegen de anti-semitisme ophitsingen zoo van buitenlandsche als van binnenlandsche zijde in ons land; roept het Nederlandsche volk op krachtig stelling te nemen tegen elke inbreuk op onze nationale geestelijke- en gewetens vrijheid.» Brief aan de regeering van het Nederlandsch comité van do alliance israélite universelle. De Nederlandsche afdeeling van de alliance israélite universelle heeft den volgenden brief gericht tot den minister van buitenlandsche zaken, voorzitter vaa den raad van ministers. De Nederlandsche afdeeling wendt zich bij deze tot Harer Majesteits regeering, met het dringend verzoek, maatregelen te overwegen tegen de ophitsende cam pagne, die zoowel door sommige buiten landers als eenige landgenooten en or ganisaties tegen de Joden in ons land. wordt gevoerd. Wij vertrouwen, dat vergaderingen, als belegd door de Duitsche nationaal-soci- alistische partij in Den Haag en elders, tot het verleden zullen behooren en niet meer zullen worden toegelaten. Wij weten bovendien, dat het Nederlandsche volk, in zijn overgroote meerderheid, niet vat baar is voor de opruiende actie, die zoo zeer in strijd is met de hooge tradities van geloofsvrijheid, welke de Nederland sche regeering en het Nederlandsche volk sinds eeuwen hebben gehandhaafd. Maar als goede vaderlanders, wien het Nederlandsche gemeenebest lief is, ge voelen wij ons gekrenkt door de onware, beleedigende, grievende uitingen en voor stellingen, zooals die onder anderen door het orgaan De Nationalist worden ten beste gegeven. Wij achten het een ge vaar voor de nationale eenheid en de openbare orde, dat dergelijke ophitsende handelingen worden toegelaten. Daar de alliance Israélite Universelle sinds haar oprichting nimmer in ons eigen 1 land behoefde op te komen voor de be langen van onze Joodsche burgerij, meenen j wij verplicht te zijn onze waarschuwende stem thans te doen hooren, en verzoeken wij Harer Majesteits regeering met den meesten aandrang, tegen deze opruiende actie stelling te willen nemen. Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tab! a 10 ets. door MARTIN JOHNSON. Hun eenvoudig plantaardig voedsel houdt de rheumatiek wel tegen maar ze Oen zóó weinig, dat ze waarschijnlijk daardoor heel zwak zijn. En toch was er nog zoo heel veel, wat ik van die eigenaardige wezens had willen *eten. Ik had nog allerlei vragen willen doen, die nu wel voor goed onbeantwoord zullen blijven. De pygmeeën op de nieuwe Hebriden ht de Stille Zuidzee zijn psychologisoh en biologieeh verwant aan die van het Ituri- w<md en zjj-n dus vermoedelijk afkomstig v,aiJ een en denzelfden oer stam. Uit HOOFDSTUK IX. Ontmoeting met gorilla's. Nadat we met 165 dragers weer van standplaats veranderd waren, reisden we gedurende drie dagen en nadat we dat nieuwe kamp hadden opgebouwd, zaten we allen tezamen bij het kampvuur. Wel waren we lichamelijk moe, maar ieder wachtte op de dingen die komen zouden. Maandagmorgen trokken we er op uit, om de gorilla's in hun eigen woning te gaan bezoeken, doch we hadden opont houd. We moesten ons een weg banen door een dikke wildernis van bamboe en struik gewas, die als tezamen gebonden waren door verschillende soorten lianen en slin gerplanten. De boomen waren niet hoog, doch dit maakte het stukhakken, om den weg te vinden niet gemakkelijker. De vreemdsoortige atmosfeer tusschen die vegetaties maakte het noodig steeds uit te rusten. Toen we op een plek in het oerwoud kwamen, die plat getrapt was, alsof er een kudde olifanten had geloopen, begon ik langzamerhand wat meer te begrijpen van deze menschapen in natuurstaat, Hier scheen een gorillafamilie den vorigen nacht gelogeerd te hebben. Gedurende een half uur onderzochten wij zoo nauwkeurig mogelijk de nesten en waren toen in staat het spoor der die ren te volgen. We kwamen bij een open plek, en hoor den gorilla's, die bezig waren bamboe af te breken. Ik zag stukken bamboe in beweging komen en begon maar vast te draaien. Plotseling gluurde er een groot, zwart ge zicht door de bamboe heen. Toen begreep ik plotseling, waar alle legenden omtrent dit gevaarlijk uitziende dier hun oor sprong vonden. Het gezicht was zwart, zwart als geolied lakleer. Kroezig, don ker haar omgaf den griezeligen kop, ter wijl twee kleine, ronde oortjes er naast lagen, alsof ze er niet bijhoorden. Twee oogen keken mij ernstig en scherp aan. Ze deden denken aan die van een boozen geest. Ze schenen door mij heen te kijken, gelijk een satan uit de onderwereld zou hebben gedaan. Het is geen wonder, dat de menschen de gorilla beschouwen als half mensch en half demon. Het gezicht met zijn krullende, spottende lippen zag er wreed en moorddadig uit. Slechts enkele seconden had ik 'n blik uit die oogen opgevangen en op hetzelfde oogen blik was het hoofa alweer verdwenen. Plotseling hoorden wfj een oorver doovend gegil, dat de stilte van het woud verbrak. Andere kreten volgden en het onzalige ge schreeuw hield steeds aan. Een echo gaf het lawaai wat zachter terug. Het scheen of alle demonen van de onderwereld plot seling waren losgebroken. Verstijfd van schrik door deze doordrin gende geluiden, bleef ik staan, en het duurde eenige minuten, voor ik mijn zelf- beheersching terughad. Toch moest en zou ik deze dieren fotografeeren, en daarom ging ik naar een ander brullend brok kreupelhout. Ik had geen tijd om mijn toe stel in te stellen, want ik zag wederom zulk een zwarte verschijning tusschen de boomen. Ik meende al, dat de kans voor filmen verkeken was en zette de camera neer. Plotseling zag ik een enormen go rilla, die zich langzaam van zijn zitplaats verhief en die bezig was met zijn beide banden wingerdranken af te rukken. Hij opende zijn grooten bek, begroette mij met ontzettend geschreeuw en vertoonde zijn roode tong en zijn bloedrood gehemelte. Groote slagtanden, en verdér ook een oer sterk en zwaar gebit. Mijn indruk van dit onheilspellende uiterlijk was zóó, dat ik zou hebben durven zweren, dat de gorilla tien voet hoog was en minstens duizend pond1 woog. Ik bleef als aan den grond ge nageld staan. Ik had geen geweer of an dere wapens en ik dacht onwillekeurig aan alle vreeselijke gorillaverhalen en wer- wachtte onmiddellijk in stukken gescheurd te zullen worden. Plotseling zag ik het dier op zijn vier pooten weghollen en mijn angst week. Het gillen en schreeuwen hield maar steeds niet op. Osa en De Witt riepen 0111 de camera, en terwijl ik naar ze toe ging, zag ik een oude, zilverharige gorilla met twee jonge dieren in het kreupelhout ver dwijnen. Toen was alles plotseling dood stil. Uitgeput viel ik neer. Meermalen had ik den dood voor oogen gezien, ik was eens bijna verpletterd door een wilden olifant, liadi tegenover rliinccerossen en leeuwen gestaan, doch geen indruk is zóó diep in mjjn geheugen gegrift als de eerste ont moeting met den gorilla uit het gebergte. Tot in de kleinste bijzonderheden kon ik mij alles weer voor den geest brengen; den gedeeltelijk grijzen kop, de slagtanden en de halfvergeelde tanden. De vingers aan de handen waren kort en stomp, in verge lijking tot dfen algemeenen lichaamsbouw van den menschaap. De armen waren enorm krachtig, de romp, waarop de kop rust, breed en uitgezet. Het scheen alsof het dier geen hals bezat. Het haar was wollig als dat van een teddybeer en het karakteristiekste van den kop was het breede voorhoofd boven de ingezonken oogen en het zwart lederen gezicht. Nooit kan een foto dezelfde duidelijk heid bezitten als de foto, die ik in mijn geest van de gorilla heb gemaakt! Ook Osa en De Witt hadden bijzondere ervaringen met de gorilla's opgedaan. De dieren waren op hen toegevlogen, om weer even gauw in de bosschen te verdwijnen. Onder het middagmaal praatten we alle maal tegelijk over die opwindende sport, de jacht met de camera op gorilla's. Voor geen millioen dollar zou ik dezen dag gemist willen hebben, onze grootste avonturen met wilde dieren zijn slechts kinderwerk tegen onze belevenissen met die menschapen! HOOFDSTUK X. Eindelijk voor de camera. Reeds vóór het aanbreken van den dag vonden onze Balwa-pygmeeën sporen van gorilla's in de nabijheid van ons kamp, daarom maakten we ons gereed 0111 vroeg op te breken. Na een minuut of twintig kwamen wfj bij hun verblijfplaats van den vorigen avond, slechts enkele minuten later toonde een der Batwa's ons de takken van een boom waarop een paar gorilla's rustig aan het takjes afbreken waren, ter wijl zij op boomknoppen knabbelden, ik nam een paar meters film op, doch de go rilla's w-aren verborgen achter het gebla derte, zoodat het me niet gelukte om be langrijke opnamen te maken. Door eenige geluiden aan den voet van den boom, werden wij er opmerkzaam op gemaakt, dat een oude gorilla daar bezig was zich te voeden met de bladeren, die het overige gezelschap van boven naar beneden liet vallen. De oude gorilla was blijkbaar te zwaar om zelf in de boomen te klimmen. Ongelukkigerwijze kreeg de oude heer mii in de gaten en plotseling begon het vreeselijke brul- en schreeuwkoor van voren af aan. De jonge dieren vielen haast uit den hoorn bq lnin pogingen om te ont vluchten. De oude gorilla vlóóg op ons af. Osa en De Witt hadden hun geweren ge reed, daar ze wisten, dat er snel gehandeld moest worden, als hij ons werkelijk te na zou komen. Het kreupeibosch was zóó dicht, dat hij er reeds van door had kunnen zijn, zonder dat wij zijn heengaan zouden hebben bemerkt. Hii scheen inderdaad geen kwade bedoelingen te hebben gehad. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 1