pOPUI^JR ÖOURAMT pe spionnage Sn den grooten oorlog. 593 VAN ZATERDAG 20 MEI 1933. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN} Ontmaskering. Waarin Kreuger zich niet vergiste SgTlUTTEKTlE. (Slot) 7jj was liet dan ook, die „verkleed" i, weduwe van een Oostenrijksch of- r ier gekomen om aan het front het stoffelijk overschot van haar echtge noot te vinden, het vertrouwen genoot <jen Duitschén Groothertog, belast t de niet onbelangrijke taak om spi onne te verrichten in de kampen der i-riiasgevangenen. De Haagsche ver- duigen van 1899 en 1907 schrijven met oioote gestrengheid voor, dat men op krijgsgevangenen geen middelen mag laten inwerken teneinde hun geheimen van den dienst te ontfutselen. Dat het niettemin aan beide zijden anders is gebeurd, mag wel als vaststaand worden gerekend. Slechts zelden echter ge hikte het, want ol' de krijgsgevangenen wisten te weinig, of zij waren, zoodra 2jj den rang van officier hadden te standvastig, om het gegeven woord te schenden. Vandaar dat men er van Duitsehe en niet lang daarna van En gelsche en Amerikaansche en Fransche zijde toe overging om in de kampen der krijgsgevangenen hetzij spionnen te plaatsen, hetzij geheime geluidsop- vangers op te stellen. De spionnen waren gekleed in uniform van een offi cier van de krijgsgevangenen; zij trachtten te weten te komen wat moge lijk was, al werd dit moeilijk naarmate deze listen aan den vijand bekend waren en de Generale Staven drin gende bevelen uitgaven aan de even- tueele krijgsevangenen om alleen aan die eigen officieren, wier bestaan hen bekend was, mededeelingen te doen. Met de geheime geluidsopvangers was het nog erger en menig geheim is men aan weerszijden op die wijze op het spoor gekomen. Emma verwierf zich zoozeer het vertrouwen van haren vor- stelijken vriend, dat deze haar heel wat meer van den dienst leerde kennen, I dan gewenscht was. Zooveel zelfs, dat zij een vrijwel volledig overzicht kreeg I van de Moritzen in den uitgebreiden sector dien hij beheerschte om zoo doende aan de Geallieerden aanwijzing te geven om deze Moritzen zoo wer- den deze geheime geluidsopvangers der Duitschers genaamd te vernieti gen. Maar haar zeker niet minst be- I langrijke werk deed Emma op de eilan den in de Middellandsche zee, eerst op door M'. LAS AR. Er was geen twijfel aan, sinds Dr. kancast een graag geziene gast was geworden in het groote huis van de Ahnertons, had Ethel Elmerton nog Slechts oogen en ooren v oor hem. En ot'u had niemand van de familie El- werton er aan getwijfeld, zoomin als le °°k van de familie Burk, dat Ethel 2011 trouwen met haar jeugdvriend ■arnes Burk. Men beschouwde hen tods lang stilzwijgend als een paar, Jk al was James wel eens verliefd ge- eest op een ander meisje, ook al had alr-Ü eens Sci'lirt. Ze bleven toch ,4ia bijeen hooren en zij zelf twijfel- .daar blijkbaar nooit aan. James di ^e. eenvoudig totdat hij zijn stu- a,.j volcindigd had hij was een semi- ]ens de beslissende vraag te stel- sch<?n was te modern, om intus- ivp] i 10 zitten smachten. Ze had, hoe- tltiid 0lldei's gefortuneerd waren, willen werken en was secreta Malta, maar daarna op Ivorfoe. Het is begrijpelijk, dat deze beide eilanden broeipunten van spionnage waren, en berichten over de Engelsche vloot naar het Turksche leger Vanuit Malta en over de samenstelling der Gealli eerde vloot naar het Oostenrijksche leger uit Korfoe gingen regelmatig bver. Op Malta ontdekte men een or ganisatie, die bijkans een harem gelijk was en met haremachtige gehoorzaam heid de bevelen van een vermetel üuitsch agent opvolgde. Op Korfoe was men langen tijd niet zoo gelukkig. Tot dat alweer Emma te hulp geroepen werd. En deze schrandere vrouw ont dekte al spoedig een koopman in sigh- ren en tabak, wiens winkel naast het Hotel Suisse was gelegen. In dat hotel gingen de geallieerde officieren in en uit, en de winkelier kon, zonder iets an ders te doen dan in zijn winkel te blij ven, veel zien en wellicht ook veel hooren. Door middel van eenvoudige catalogi correspondeerde hij met zijn opdrachtgever in Athene. De opdracht gever was een zoogenaamde grossier in tabak en sigaren, en de winkelier bestelde naar de kwaliteiten, in den catalogus afgedrukt. Soort no. 1 waren groote sigaren, soort no. 2 iets klei ner, soort no. 3 lichte, soort no. 4 kleine sigaartjes, soort no. 5 cigaret- ten. En alle deze soorten waren een bepaald type schepen, achtereenvol gens linieschepen, gepantserde krui sers, lichte kruisers, torpedojagers en onderzeebooten. Wanneer zoodoende de winkelier aan het adres te Athene schreef: zend mij zoo spoedig moge lijk 800 Havana's no. 2, 900 Havana's no. 3 en 1200 no. 4, dan beteekende dit, dat er zich op dat oogenblik in de haven van Korfoe 8 gepantserde krui sers, 9 lichte kruisers en 12 torpedo- vernielers bevonden. Bestelde de win kelier 300 sigaren no. 3 zonder bandje, dan beteekende dit, dat er 3 lichte kruisers in de haven waren, die her stelling ondergingen. Is het wonder, dat op deze wijze de z.g.n. grossier te Athene op de hoogte kwam van de troepenbewegingen, die in Korfoe werden ondernomen, welke hij doorgaf via Turkije en Bulgarije naar de admi raliteit te Weenen! Emma drong zich in het vertrouwen van den winkelier in, en slaagde er in hem te overrompelen door hem het resse van clien directeur van een ex portfirma. James was nooit jaloersch geweest als ze met anderen ging dan sen en zij op haar beurt bekommerde zich niet om zijn vluchtige vlammen. Zoodra ze bij elkander waren, leek alles onveranderd, alles „in orde", zoo als zij het, met een modern gebrek aan sentimentaliteit en romantiek, nuchter- weg noemden. Maar met Dr. Lancast, den beken den patholoog, was het een ander ge val. Ethel danste of flirtte niet met hem, ze luisterde alleen niet gespannen aan dacht naar het minste woord, dat hij uitsprak en ze had geen blik voor James, zoolang Lancast in de buurt was. Wat ze allemaal in hem zag, was niet duidelijk, daar ze zich niet er over uitliet, doch wat wellicht duidelijk was, daarvoor kon niemand in de om geving meer blind blijven: dat zij Lan cast zou nemen, zoodra hij haar vroeg. En daartoe scheen hij geneigd. Dr. Lancast was geen sentimenteel aangelegd man, had ook niet meer den leeftijd, waarop men met een meisje flirt. Maar juist dit alles, juist zijn grij zend haar, zijn ervaring, zijn geweldige knapheid en het feit, dat ze twintig jaar in leeftijd verschilden, imponeerde een meisje als Ethel. fascineerde haar. James, aanvankelijk slechts verwon derd, werd onrustig, jaloersch. En ja- loersche menschen plegen niet over matig tactvol te zijn. Hij speelde het dan ook in zeer korten tijd klaar, Ethel hoos te maken door zijn opmer kingen over dr. Lancast. En het was vertrouwenswoord toe te fluisteren. Zij deelde hem mede, dat zij gezonden was om de agenten van geheel de streek te inspecteeren. Hij moest, zoo zeide zij, een middel uitvinden om zijne cor respondentie maandelijks te verwisse len, want men was deze corresponden tie, op het spoor en men wilde haar op eene of andere wijze vernietigen. Na eenig nadenken stelde de winkelier voor, dat hij eenvoudig de nummers zou doen opschuiven, zoodat de eene maand no. 1 linieschepen, doch de vol gende maand de gepantserde kruisers zou aangeven en aldus voortgaande. Emma achtte dit een uitstekend mid del en bereikte daardoor, dat van den zelfden dag af de inlichtingen, die de winkelier aan het centraal bureau te Athene verschafte, waardeloos werden. Totdat op een goeden dag de man haar mededeelde, dat zij aan den chef van den dienst had te zeggen, dat hij hoo- ger honorarium moest uitkeeren, want het werk was te gevaarlijk om het voor de kleine sommen, die hij ter beschik king stelde, te doen. De Fransche en Engelsche dienst oordeelde het niet noodig zich van den man meester te maken; het was heter, dat men eenig vertrouwen van vijan delijke zijde in hem bleef koesteren. Totdat op een dag een anonieme mede- deeling den Franschen dienst bereikte over de diensten, die deze winkelier aan de Duitschers bezorgde. Arrestatie diende nu wel plaats te hebben en wat bleek? De Oostenrijkers, vertoornd over de berichten, die zij door het z.g.n. nieuwe geheimschrift ontvingen, en die al spoedig als waardeloos konden worden gequalificeerd, hadden wan trouwen tegen den winkelier opgevat en pasten op hem het gebruikelijke middel toe door hem aan den vijand over te leveren. Of deze er inderdaad toe is overgegaan hem terecht te stel len, dan wel wat in zulke gevallen dikwerf verstandiger is in eigen dienst heeft genomen, vermeldt de ge schiedenis niet. De haas ontdekte een tekort van 10 in de lade. Hoe kan dat nu. vroeg hij aan zijn bediende; alleen jij en ik zijn achter de toonbank geweest. Hoe zit dat nu in eikaar? As u mijn vraagt, meneer: wat zon u er van denken wanneer we allebei vijf gulden bijpasten. En as we de zaak dan maar as afgedaan beschouwden? op zeer korten toon, dat ze hem be groette, toen hij haar moeder kwam gelukwenschen op haar verjaardag. Het was een intiem diner, van men schen, die elkander zeer goed kennen. Dr. Lancast was de eenige die betrek kelijk als buitenstaander mee aanzat en James wist, dat hij slechts op verzoek van Ethel genoodigd was. Men zat na het diner in de gezellige muziekkamer. Ethel speelde wat piano, want dr. Lancast was een groot muziek liefhebber en het was toen, dat het ge sprek kwam op eenige brutale inbra ken, die onlangs gepleegd waren. Dr. Lancast kon boeiend vertellen en had in zijn leven interessante dingen genoeg meegemaakt. Men toonde dus dadelijk belangstelling, toen hij zei: Ik heb op het gebied van inbre kers eens een merkwaardig geval mee gemaakt. O, vertelt u ons dat, zei Ethel. James, geërgerd, stond op en wan delde weg. Aan het andere einde van de kamer ging hij in een vensterbank zitten en bladerde in een tijdschrift. Daar dr. Lancast nooit zijn s_téni uit zette, verstond hij diens verhaal niet. Het is een jaar of acht geleden, zei dr. Lancast, ik woonde toen In X. en had daar een aardig huis. Ik hield er een huishoudster op na en nog een paar bedienden, maar op een avond trof het, dat ik heelemaal alleen was. Mijn huishoudster had vrij gekregen voor een wëek-end, mijn knecht had zijn vrijen avond cn mijn chauffeur woonde niet bij me in. Ik zat nog laat te wer Een lucratieve goudmijn. (Door een bijzoptferen correspondent.) Oslo, Mei 1933. De groote ineenstorting van Kreu- ger's concern en de bedriegerijen, die na zijn zelfmoord aan liet licht kwamen, staan ons nog versch in het geheugen. Hoe vele soliede schijnende onder nemingen hebben wij allen bij die ge legenheid al niet ten onder zien gaan! Des te meer wekt het dan onze ver bazing, dat een tot dusverre vrijwel ge heel onbekende goudmijn in Zweden, die Kreuger kort voor zijn dood heeft aangekocht, zeer veel opbrengt- Deze eene speculatie van den grooten specu lant blijkt goed gezien. Het gaat om de Boiidon-mijn, ver in het Noorden van Zweden, in de pro vincie 'Wüsterbotten aan de kust van de Botnische golf. Daar worden thans jaarlijks 6700 kg goud, 6000 ton eleetro- lytisch koper, 18000 kg zilver en reus achtige hoeveelheden arsenicum gepro duceerd. Er is alle kans, dat de produc tie nog kan worden opgevoerd. Volgens de tot dusverre ingestelde onderzoekin gen, bevatten de aardlagen 6 a 7 mil- lioen ton erts. Dit erts bevat volgens de ervaringen 16 g goud en 60 g zilver per ton en verder 1.8 pet. koper en 9 pet. arsenicum. De laatste stof wordt ge wonnen als bijproduct tijdens het smel ten der ertsen; de hoeveelheid is groot genoeg om te voldoen aan de geheele wereldbehoefte naar dit vergift. Voor zoover er geen afzetgebied voor gevon den kan worden, verzamelt men het, terwijl de chemici van do Bolidon-maat- schappij koortsachtig bezig zijn -om te zoeken naar nieuwe verbruikingsmoge- lijkheden. Op liet oogenblik wordt er 350.000 ton erts per jaar verwerkt, er worden maatregelen genomen om deze hoeveel heid binnen enkele jaren te doen stij gen tot 400.000. De hoogovens en raffi naderijen zijn schitterend ingericht en de Bolidonmijn moet beschouwd wor den als de voornaamste vindplaats van goud in Eurpa- Bovendien zijn in de gebieden, welke aan de mijn grenzen, zeer interessante andere ertslagen ontdekt. Ze zullen systematisch worden onderzocht. Het kapitaal van de Boliden-maatschappij ken, toen ik meende, iets te hooren in een der benedenvertrekken. Nu bezit ik een tamelijk aardige verzameling an tiek, zoodat ik altijd op mijn hoede moest zijn voor inbrekers. Ik nam dus mijn revolver en sloop naar beneden en inderdaadnaar later bleek had mijn huisknecht, overigens ter goeder trouw, aan een kennis verteld op welke dagen hij placht uit te zijn en die vriend had hem verder uitgehoord, bij zonderheden over de inrichting van het huis en mijn gewoonten. Kortom, betrapte inderdaad een inbreker, juist toen hij bezig was diverse kostbaar heden uit mijn verzameling in een zak te laten verdwijnen. Nu bezat ik een beeldje, waar ik bijzonder aan gehecht was. Het was een kunstwerkje van nau welijks vijftien centimeter hoog, een vrouwenfiguurtje, opgegraven in Grie kenland en volgens kenners een zeld zaam exemplaar. Die schurk stond er mee in zijn hand, toen ik binnenkwam en wat erger was, hij liet het van schrik vallen. Als dal niet was gebeurd, zou ik hom waarschijnlijk zonder meer aan de poli tie hebben overgeleverd, maar toen ik mijn arm beeldje in schermen zag lig gen. besloot ik hem een lesje te geven. Hier hield Dr. Lancast even op, zoo als ieder goed verteller op de juiste momenten weet te doen. Men luisterde in gespannen aandacht, Ethel's groote, heldere oogen waren op het gezicht van den beroemden man gevestigd. De uit drukking er in deeü James zuchten, toen hij, van zijn plaatsje af, een blik

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 13