TOBRALCO
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
Wij breien!!! in'fTZ
UUMkSttlli
FOSTER^MAAGPlLtiEM
„Omdat jjj mijn geSuk bent".
DINSDAG 15 AUGUSTUS 1933
61ste JAARGANG
De gespannen verhouding tusschen Duitschland en
Oostenrijk. De gebeurtenissen in Ierland. - Groeiende
oppositie tegen de Estlandsche regeering.
mm
De opstand op Cuba.
Het nieuwe bezuinigingsontwerp
van minister Marchant.
in 50 dessins,
kleur-eeht, - wasch-echt,
KONIJN's GELARDEERDE LEVER
M
Abonnement per 3 maanden bq vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.60- voor
Koegras^Anna Pauiowna, Breezand, Wieringonen Texel f 1.65; binnen-
n.nii 0o8t* en West-Indiö per zeepost f 2.10, idem per
f 8-2a Losse nos' 4ct. ;fr.p.p. 6ct. Zondagsblad
'P- -e f O.iO, f 0^0,f 1.—Modeblad resp. 11.20, f 1.50, f 1.50, f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. O. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., olke regel meei 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct.
De gespannen verhouding tusschen
Duitschland en Oostenrijk ia er niet beter
op geworden na de laatste redevoering
van Habicht, waarin deze, zooals wij in
ons vorig overzicht reeds schreven, met
een slag alle hoop op een gematigder hou
ding van Duitschland ten opzichte van
Oostenrijk, den bodem heeft ingeslagen.
In enkele Duitsche bladen is een kort
overzicht gegeven van de rede, die
Habicht voor den Beierschen Rundfunk
heeft uitgesproken.
Volgens het verslag in de „Germania",
dat het uitvoerigst is, ging Habicht uit
van de stelling, dat Engeland en Frankrijk
hun bekende vertoog tot Berlijn hebben
gericht op aandrang van de Oostenrijk-
sohe regeering, die daarmee z.i. heeft be
wezen, dat zij politiek ten einde raad is.
„Weliswaar heeft de Oostenrijksche re
geering niet rechtstreeks bij de mogend
heden om interventie aangeklopt; zij
heeft veeleer twee weken lang in de haar
dienstbare pers een waar roffelvuur van
artikelen en sensatie-berichten ontketend
om Europa en den Volkenbond hulp te
vragen tegen liet Duitsche rijk. Eerst
daarna is de bondskanselier voor het voet
licht gekomen en heeft in een gesprek
me een Franseh correspondent de hoop
geuit, dat hii de nat.-soc. beweging in
Oostenrijk de baas zou worden, „mits
Europa (d.w.z. Frankrijk) hem niet in den
steek liet".
Tezelfdertijd en met hetzelfde doel heeft
hij le Genève toestemming gevraagd voor
de vorming van eeaiPorps hulppolitie van
8000 man, hetgeen natuurlijk gaarne is
toegestaan.
„Het is niet waar, dat het in dezen strijd
om do handhaving van de vrijheid en on
afhankelijkheid van Oostenrijk gaat en dat
die strijd is uitgelokt door aanvallen van
Duitschland. Het is veeleer een binnen
landsche strijd in Oostenrijk tusschen de
overgroote meerderheid van de Duitsche
bevolking en een minderheidsgroep, die
alle machtsmiddelen van den staat bezigt
om haar heerschappij te behouden en nu
ook nog het buitenland steun vraagt, om
dat zü beseft zich uit eigen kracht niet
meer te kunnen handhaven.
„Wanneer de regeering van Dolfuss zoo
vast overtuigd is als zij herhaaldelijk ver
zekert. dat ze het volk achter zich heeft,
laat zü dan den moed hebben een beroep
op dat volk te doen. De nat.-soc. beweging
verbindt zich bü voorbaat die uitspraak
des volks te aanvaarden.
„Een vriendschappelijk vertoog" te
Weenen zou de zaak des vredes in Europa
heter dienen dan het vertoog te Berlijn,
dat met deze binnenlandsche Oostenrijk
sche aangelegenheid niets uitstaande heeft.
In een üjdperk, dat met de afkondiging
van het zelfbeschikkingsrecht der volken
is begonnen, kan men het Duitsche volk
van Oostenrijk niet verbieden, zichzelf de
regeering te geven die het wenscht. Oos
tenrijk is en blijft Duitsch. Men geve het
Oostenrijksche volle zijn vrijheid en zijn
zelfbeschikkingsrecht en in het hart van
Europa zal rust. vrede en orde heerschen."
Het trekt de aandacht zegt de „N. R.
Crt." dat in dit verslag en ook in die
van andere Duitsche bladen de verzeke
ring van Hobicht ontbreekt dat de stap
pen door de mogendheden ondernomen,
niet de minste uitwerking zullen hebben.
Niemand zoo merkt de Weensche
Keiohspost op zelfs al koesterde hij het
diepste wantrouwen tegen den goeden wil
der Duitsche regeering en al betwijfelde
hd nog zoo sterk baar invloed bü de N.S.
DvA.P., zou hebben kunnen bevroeden,
dat Duitschland de aan den Italiaanschen
ammbassadeur gegeven verzekering, dat
de radiio-propaganda en de vliegerbezoe-
ken aan Oostenrijk zouden ophouden,
reeds na drie dagen zou breken.
wollen kleeding, ook badpakken, kousen en
sokken (ook de allerfijnste) JAAP SNOR, Zuidstraa
19 (Let op den gelen winkel).
EDOUARD HERRIOT,
oud-minister-president van Frankrifk,
welke, naar men verwacht, van groot
belang zal zijn voor de Europeesche
politiek.
De gebeurtenissen in Ierland vragen op
het oogenblik onze aandacht. Met de vor
ming van de z.g. Nationale Garde, door
generaal O'Duffy, nu enkele werken ge
leden, is een nieuwe en scherpere phase
begonnen in den politieken strijd in den
Ierschen Vrijstaat schrijft het „Bbl."
Het optreden van de Blauwhemden van
van den indertijd door De Valera om poli
tieke, doch niet nader bekende redenen ont
slagen chef van de politie te Dublin heeft
opnieuw de aandacht gevestigd op de ont
wikkeling van de gebeurtenissen op het
Groene Eiland, die in de laatste dagen
een loop hebben genomen, welke tot ern
stige, en zelfs gewapende, conflicten aan
leiding kan geven.
Wat precies het doel is van generaal
O'Duffy, die vroeger gewerkt heeft onder
den republikeinschen leider, maar thans
diens voornaamste bestrijder schijnt te
worden, is nog niet geheel duidelijk. Zün
organisatie, die in zooverre fascistisch ge
tint is, dat zü zich verklaart tegen het
huidige parlementaire stelsel, hetwelk naar
haar meening vervangen moet worden
door een soort stendenraad, hetgeen de
leider echter verzekerd heeft de eenige
overeenkomst met het fascisme uit te ma
ken, zou in hoofdzaak streven naar drie
doeleinden, n.1. de nationale vereeniging
van de bevolking, het doen verdwünen van
de verschillende partijen en strijd tegen
het communisme. Welk bepaald program
uit deze stroomingen tenslotte zal voort
komen, moet worden afgewacht. Voorloo-
pig heeft het er allen schqn van, en dit is
wel teekenend voor de nieuwe actie, dat
generaal O'Duffy niet te klagen heeft over
te geringe belangstelling en sympathie
voor zijn beweging.
Dit groote succes wordt toegeschreven
aan de in breede kringen bestaande be
zorgdheid over de plannen en gedragen
van het z.g. Iersche republikeinsche leger,
een illegale, linksradicale organisatie, die
streeft naar politieke en economische re
volutie en onder verdenking staat van
communistische nsigingen.
Een en ander heeft geleid tot de oon-
centratie van de oppositie tegen De Va
lera en diens extremistische supporters,
waarvan de vorming van „het leger" der
Blauwhemden de uitdrukking naar buiten
vormt. Zoo teekent zich geleidelijk de vor
ming af van twee scherp tegenoved el
kaar staande kampen, die waarschijnlijk
beide in behoorlqke mate beschikken over
de ultima ratio, over wapenen, om des
noods te trachten met geweld het resp.
standpunt te doen zegevieren.
Of het werkelijk tot zulke uitersten zal
komen, is moeilijk te zeggen, hoe driegend
er voor het oogenblik de toestand ook
moge uitzien.
Kan wellicht voor het oogenblik gewa
pende strijd nog voorkomen worden, zoo
is de verscherping van de politieke ver
houdingen in ieder geval toch zoo groot
geworden, dat een beslissing in de een of
andere richtiog moeilijk meer kan uitblij
ven zoo zegt het blad.
We mogen dus met belangstelling de
verdere ontwikkeling van de gebeurtenis
sen afwachten.
IGNACY MOSCICKI,
president van Polen, die thans, na de her
vormingen, die in de constitutie van
dat land plaatshadden, grooter
macht verkrijgt.
Groeiende oppositie tegen de Estland
sche regeering. De maatregelen der re-
geering-Toennissen in Estland ter bestrij
ding van de vrijheidsstrijders worden in
in een regeeringscommuniqué en in een
radioredevoering van overheidswege ge
motiveerd met de opmerking, dat van den
kant van de vrijheidsstrijders een coup
d'état was voorbereid. De vrijheidsstrij
ders echter ontkennen dit. Tot dusverre is
de uitvoering van de regeeringsverorde-
ning inzake de ontbinding van de verschil
lende bonden volgens de mededeeling der
regeering in het geheele land rustig ver-
loopen. De binnenlandsche politieke toe
stand blijft echter gespannen, daar de re-
geering-Toennissen in breede kringen op
positie ontmoet. Reeds de kort geleden tot
stand gebrachte verkoop van de beide Est
landsche oorlogsschepen aan Peru heeft
zoowel in kringen der vrijheidsstrijders
alsook in kringen der in de oppositie zijn
de landbouwers afkeuring gewekt. Vrij al
gemeen gelooft men, dat de laatste stap
pen der regeering de binnenlandsche span
ning niet zullen opheffen. Wel heeft men
den indruk, dat do sociaal-democraten, dl©
tot dusverre de regeering-Toenniasen be
streden, hun tactiek hebben veranderd,
uit vrees voor de vrijheidsstrijders en
er nu toe overgaan de regeering indirect
te steunen.
GUGLIELMO MARCONI,
thans op een studiereis in de Sovjet
republiek, welke, naar men verwacht,
van groot belang zal zijn voor de
Europeesche politiek.
De troebelen in Cuba.
President Machado.
Muiterij onderdrukt.
Brigade-generaal Olores is een gevan
gene te Oastillo della Fuerza.
In het telefoonverkeer naar het binnen
land bestaat een strikt censuur.
Toen te Santa Clara het gerucht ging,
dat Machado reeds afgetreden was, liep
de heele stad uit, om het feit te vieren.
Aan alle kanten hoorde men: „Weg met
Machado!'
De houding der Vereenlgde Staten.
Op de Amerikaansche departementen
van oorlog en marine is in verband met
den toestand op Cuba den geheelen
nacht doorgewerkt. Men is van meening,
dat ook Ferrara als voorloopig waarne
mend president van Cuba onhoudbaar is.
In politieke kringen te Washington
wordt reeds de vraag overwogen of de
Amerikaansche regeering Machado zoo
noodig als politieke vluchteling zou kun
nen toelaten in de Vereenigde Staten.
EEN NIEUWE AANVAL OP DE
HALIMZAI IN DE N.W. GRENS
PROVINCIE.
De reeds lang verwachte aanval van de
Baezai, de groep der Opper-Mohmands,
die voornamelqk aan de Afgaansche zij
de van de Khapakpas wonen, op de Ha-
iimzai aan de Britsclujndische zijde van
den pas in het z.g. niemandsland is Za
terdag om 5 uur losgebroken. Er woedt
een gevecht aan den voet van den pas.
De colonne Britsch-Indische troepen
uit Peshawar, die uitgezonden is om de
Halimzais te helpen, is Vrijdagnacht om
8 uur uit Ghalanao opgerukt, doch had
bü afzending van dit bericht nog geen
voeling met den vijand gekregen.
De leerlingenschaal.
In het nummer van Zaterdag hebben
wij mededeeling gedaan van de memorie
van toelichting van minister Marchant op
het door hem ingediende tweede bezuini
gingsvoorstel.
Hoofdzaak is de vervroegde invoering
van de nieuwe leerlingenschaal.
Naar men zich herinnert was bü de wet
van 30 December 1982 een overgangster
mijn vastgesteld van 2 ja rep. Deze wordt
nu tot 1 jaar ingekort.
Daardoor zullen over 1934 meer dan
2500 onderwijzers minder voor rekening
van het rijk worden gebracht.
Tevens stelt do minister voor de rege
ling voor de bejaarde onderwijzers-wacht
gelders in dier voege te verbeteren, dat
een einde wordt gemaakt aan het benoe
men van deze oudere wachtgelders in af
gelegen gemeenten, welke benoeming op
straffe van geheel of gedeeltelik verlies
van hun wachtgeld moest worden aan
vaard. Deze sanctie wil de minister doen
vervallen voor hen, wier wachtgeld 6b pet.
van de laatste genoten jaarwedde bedraagt.
Wij ontleenen nog het volgende aan de
memorie van toelichting:
In de tweed© plaats acht de ondergetee-
kende een aanvulling van artikel 79 der
wet wenschelijk. Het heeft zich in de prac-
tqk voorgedaan, dat besturen van bijzon
dere lagere scholen zijn komen te verkee-
ren in de omstandigheden, bedoeld in het
tweede of derde lid van dit artikel, doordat
het aantal leerlingen dier scholen beneden
d© in die wetsbepalingen aangegeven mi
nima is gedaald, uitsluitend of in hoofd
zaak als gevolg van de werking van het
Koninklijk besluit van 22 Juli 1932 (Staats
blad no. 312) inzake de verhooging van
den leeftijd van toelating van de kinderen
tot de scholen voor gewoon lager onder
wijs. De ondergeteekende is van oordeel,
dat deze bezuinigingsmaatregel van de re
geering, waarmede de schoolbesturen uit
den aard der zaak niet hebben kunnen re
kening houden bij de inzending van de
opgaaf volgens artikel 73, eerste lid, onder
c, der wet, redelijkerwqze voor de bestu
ren niet mag leiden tot geheel of gedeel
telijk verlies van de waarborgsom.
De in artikel III van het wetsontwerp
voorgestelde aanvulling van artikel 79 der
Lager-onderwq'swet 1920 beoogt dit te
voorkomen.
Artikel IV heeft ten doei de herplaat
sing van de wachtgelders bij het bijzonder
onderwijs eenigermate te bespoedigen. In
i zijn antwoord op de vragen van het lid der
smaakt 's zomers en 's winters even fijn! Tweede Kamer den heer Lingbeek (Aan-
per el.
Verkrijgbaar bij:
Let op naam op den zelfkant
Vraagt onze StaSen-cotlectie
hangsel Handelingen, Zitting 1933 Vri
12) heeft de ondergeteekende ten deze O
bestaande ongelijkheid tusschen het open
baar en het bijzonder onderwijs erkend en
als oorzaak daarvan gewezen on het feii.
dat de wet de openbare scholen als een een
heid behandelt, maar ten aanzien van de
bijzondere scholen alle instellingen of vei
eenigingen, die één of meer scholen be
sturen, individualiseert, zonder eenig vel
band van gelijke richting in aanmerkinr
te nemen. Het komt hem voor, dat dit
verband van gelijke richting zoncer be
zwaar kan worden gezocht in de aanslui
ting van de school bii een zelfde commis
sie van beroep, als bedoeri in artikel 92
der Lager-onderwiiswet 1920. Een zooda
nig voorstel werkt z. i. in het belang zoo
wel van het rük als van de wachtgelders
zelf en stelt d© schoolbesturen in het alge
meen niet voor verplichtingen, welke zl?
in redelijkheid niet zouden kunnen aan
vaarden. Voor gevallen van het tegendep'
staat de weg open van de ontheffing, be
doeld aan het slot van het vierde lid van
artikel 97 der wet.
GEORGANISEERD OVERLEG IN
AMBTENARENZAKEN.
Ir. M. H. Damme voorzitter.
„Het Volk" meldt, dat tot voorzitter van
de centrale commissie voor georganiseerd
overleg in ambtenaarszaken, in de vaca-
Verstoppma en slechte
spijsvertering maken U
ellendig en humeurtq.
Neem bijtijds de zeer
zacht werkende Foster s
Maagpillen. het bekende
en beste laxeermiddel.
Alom verkrijgbaar f 0.65 per flacon
FEUILLETON
Een Heldersche roman
door
W1LLIARIS.
25)
Het werd ai vol in liet logies. De men-
schen kwamen naar beneden om te schaf
ten.
Toen plotseling weerklonk het snerpen
de fluitje en des bootmans stem daverde
door hetverblijf: „Marinier eerste klas
Rookinaskerü"
Niemand antwoordde. Niemand ook be
greep er iets van.
Weer klonk het, maar nu ongeduldiger.
„Marinier eerste klasse Rookmasker,
laat je kop eens zien!!!"
Dit was wat de Kluif gewild had. Maar
hij hield zich goed.
Daar kwam de schipper het verblqf in-
„Zeg Touw, je was er vanmorgen niet,
maar er ia een kist geplaatst, stuurboord
voor. Daar zit een rookmasker in en daar
ben jij verantwoordelijk voor. Hier heb
je den sleutel ervan."
Als ging het op commando, zoo barstte
er plotseling een helsch lawaai los en een
Schaterend gelach schalde door het tus-
schondek. De bootsman lachte niet mee,
maar liep he.el voorzichtig aan bakboord
achter den toren langs om de Kluif te
grüpen.
Deze had echer al onraad geroken en
*ocht zijn heil in de vlucht.
H- voelde niets voor een nauwe aanra
king met de poezelige handjes van den
bootsman. Dan liet hq liever zijn eten
maar staan.
Dat was de laatste streek, dien de Kluif
uithaalde en het liep, gelukkig voor hem,
zonder een stevig pak slaag af.
Al meerdere malen had de Kluif gepro
beerd om den strengen sergeant der ma
riniers eens uit zqn rol te doen vallen.
Het was hem nooit gelukt.
Hoogstens liep hq dan een fl inleen uit
brander op of dreigde de sergeant hem
op het rapport te zetten En daar had de
Kluif niet van terug.
Den laatsten rijd had hq tegen den ser
geant geen grappen meer durven maken,
want zqn plan was om examen te doen
voor eerste klas. Daarvoor moest hq
ook de noodige kennis van de infanterie
exercitie hebben. Voorheen had hq altqd
tegen den bootsman en ook tegen den
sergeant zelf beweerd, dat hq dat over
bodig vond.
„Ik ben toch matroos," placht hq dan
te zeggen. „Mijn werk is dus aan boord
van een schip. Voor dien onzin moeten
ze maar mariniers of infanteristen ne
men; hun werk is het."
De sergeant bracht hem toen aan zqn
verstand, dat de matrozen dat ook moes
ten kennen.
„Kjjk eens hier jongen. Verbeeld je,
dat jé in de koloniën zit en er breekt er
gens een oproer uit. Of in het buitenland
zijn ernstige onlusten of iets van dien
aard. Dan moet je daar naar toe.
Daar wonen Nederlanders, want bijna
overal, waar je ook komt, tref je Hollan
ders aan.
Die mensehen moeten dan beschermd
worden, daar hebben ze recht op, niet
waar? Juist!
Dus nu breekt er ergens revolutie uit
en de regeering stuurt er een oorlogs
schip heen, om onze landgenooten te be
schermen.
Is 't niet zoo? Goed!
Je komt op zoo'n plaats aan en je wordt
ook aangewezen voor de landingsdivisie.
Je gaat dus met den troep aan wal om
de Nederlandsche onderdanen en hun be
langen te verdedigen.
Is dat duidelijk? Mooi!
Er wordt een gevecht geleverd en je
groepscommandant sneuvelt.
Dat kan toch gebeuren? Best!
Nu moet jij als matroos eerste klas
zijnde, je groepscommandant kunnen
vervangen en de leiding op je nemen
over de groep.
Zooiets is heel logisch, nietwaar?
Prachtig!
Je ziet dus wel Kluif, dat die exer
citie noodig is. Als jij niet met een ge
weer, een revolver of een sabel weet om
te gaan, hebben ze daar niets aan je. Dat
moet je me toegeven, is 't niet? Schitte
rend! Daarom wordt dat- iedereen ge
leerd.
Je krq'gt je tractement niet voor niets!
Je moet je commando's kennen en we
ten wat je te doen staat in geval van
nood.
Daarom krijg je al die oefeningen
vooraf.
Dringt het goed tot je door?"
„Jawel sergeant, ik begrqp het."
„Dan zijn we het dus nu eens? Geluk
kig!"
De Kluif had dus veel moeite gedaan
om ook met de vereischte kennis van de
infanterie-exercitie voor den dag te
kunnen komen.
Op den dag na die geschiedenis met
het rookmasker begon zijn examen.
In de examen-oommissie zaten een of
ficier, bootsman Touw en de sergeant der
mariniers. De geheele voormiddag was
besteed aan artillerie, geweer, revolver,
en de verschillende soorten van munitie,
die daarvoor gebruikt werden.
Zqn kennis van rangen en standen
moest hq luchten, touwwerk en staal
draad splitsen, seinen met de armen en
alle natievlaggen en seinvlaggen opnoe
men. Hij kreeg de verschillende signalen
op den lioorn en de bootsmansfluit, theo-
die over het kompas, eerbewüzen enz. enz.
Op den achtermiddag kreeg hq' exei-
citie bij den sergeant der mariniers.
Vijftien man waren hem toegewezen,
waarmee hq moest gaan exereeeren.
„Nu Morein," zei de sergeant „ga je
gang maar. Laat ze maar aantreden en
inspecteer hen, of ze hun leergoed. om
hebben zooals 't behoort.
Breng mq daarna rapport uit over je
sectie."
De Kluif had dikwqls genoeg exercitie
gehad bij den sergeant om te weten wat
hij moest doen, en nu kwam zijn aanleg
om anderen te imiteeren hem daarbü te
hulp.
Hij toonde een volleerd comediant te
zijn.
„Ik zal den sergeant nadoen," dacht hq.
Helder klonk zqn stem over het terrein,
kort afgebeten de commando's, als van
een instructeur.
„Aantreden!" „Geeft acht!" „Num
meren!"
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven,
acht. klonk het.
„Rechts richten!"
„Nummer vier van het voorste gelid,
heter afstand nemen. Je hand op de heup
man, straks stoot je met je geweer je
maat een ongeluk."
„Nummer vqf achterste gelid, achter je
voorman en kq'k naar rechts."
„Staat!"
„Daar deugt niets van. Ik hoor een
roffel.
Als je de geweren neerzet, moet het
één klap zijn, dien ik hoor. De kolf komt
naast en tegen de punt van den rechter
voet, nummer twee!
Zet het maar gerust flink neer hoor.
't Is je moeder niet!
Voorste gelid één pas voorwaarts
marsch!
Op de plaats rust."
Met het geweer aan den schouder wan
delde de Kluif tusschen de troep door
om hen te kunnen inspecteeren. Onder
wijl maakte hq zün opmerkingen.
„Jq hier," porde hq iemand in den
rug» „jü moet dien riem door het oog
van je bajonetschede doen. En jü, die pa-
troontasch dicht, straks verlies je je pa
tronen."
De inspectie was goed naar zqn zin.
Weer klonk het bevelend.
„Achterste gelid één pas voorwaarts
marsch!
Rechterrot twee pas achterwaarts
marsch!
Achterwaarts, rechts richten!
Staat!
Aan den schouder geweer!"
Met militairen pas liep hü naar den
sergeant toe om rapport uit te brengen
en stram in de houding staande, meldde
hij:
„Eerste sectie zeven rot, I) een blind..
en twee scheel,'.' viel hem uit zijn mond.
De eerste sectie grinnikte zacht.
1) Twee man Is een rot. Is er een on
even getal, dan staat er een man alleen.
Dat noemt men een blind rot.
Hoofdschuddend vroeg de sergeant:
„Kun je nu nooit eens vqf minuten
ernstig blqven? Ik verlang niet meer van
die grappen, begrepen! Ga je gang!"
De Kluif maakte rechtsomkeert en be
gon weer te commandeeren.
„Zet af geweer!"
„Vult magazijn!"
„Hé daar, nummer drie, eerst je gren
del open, daarna de tasch.
Nummer acht, je vergeet de hanapal-
vleugel om te leggen. Dat mag nooit voor
komen kerel! Als je door struikgewas
moet kruipen en je trekker blq'ft haken,
gaat je schot af.
Misschien schiet je je maat dan over
hoop en je verraadt je plaats.
Aan den schouder geweer!
Met vieren rechts uit de flank
marsch!
Niet te groot die passen! En niet meer
dan 120 in de minuut.
Links, rechts, links rechts, een, tweo,
drie, vier, links links, een, twee, drie,
vier," telde hij.
De sergeant knikte goedkeurend.
Die Kluif kon goed commandeeren.
„Links opmarcheeren marsch.
Guide links! Kijk naar links jullie!
Rechtsomkeert haltl
Deugt nog niet veel van Als het halt
is moet je precies staan of je pas gericht
bent.
Dat nroet nu e<m réchte lijn verbeelden,
't Lijkt wel een Chineesch vrangteeken!
Rechts richten!
Staat!
(Wordt vervolgd).