NIEUWE AVONTUREN van MUNHEER FIMPElEi&NS
Het piantentafeltje.
Levende geschiedenis
RAADSELS.
KOBUS OP DE VEILING.
(Historisch).
't Was een drukte op de veiling
in de vroege schemering,
Groepjes handelaren stonden
pratend, lachend in een kring.
Op het plein stonden de paarden,
druipend van den morgendauw,
en daarboven was de hemel
wonder-prachtig, helder blauw.
Alles was in blijde stemming
om dien schoonen zonnedag,
grappig waren de gesprekken,
iedereen schoot in den lach.
Totdat eindelijk de heeren
zitting namen in de zaal,
en de afslag zou beginnen
in de groente-boerentaal.
Er bestond één wachtwoord: luist'ren,
voor de groote mannenschaar,
Rustig zitten hier de heeren,
zeggen weinig,.... luist'ren maar.
Luist'ren kunnen zij; ze hebben
immers goede les gehad,
lange jaren school geloopen
bij hun lieve vrouw en schatl
Kijk eens, achter op de banken
zit vriend Kobus, hoog en droog
Ernstig is hij aan het turen,
het vergrootglas voor zijn oog.
„Alle menschen, wat een groote
kooien liggen daar gestald!"
en vriend Kobus gaat aan 't bieden,
dat de zolder er van schalt.
Achter zich, daar hoort hij fluist'ren:
„vijf cent voor die kooien daar;"
Kobus drukt, wel beter wetend,
driftig op de schakelaar.
Onverstoorbaar klinkt zijn ratel:
„Met mijn geld ben ik niet schaarsch:
tien, welnee 'k geef vijftien centen,
'k lap het alles aan mijn laars!"
„Geven jtdlie slechts twee "gulden
voor die kooien", buldert hij,
„vijftig, ja wel zestig stuivers
geef ik graag voor die partij...."
Eind'lijk, als de heele voorraad
hij den kooper is beland,
dan valt het vergrootglas plots'ling
in zijn bleeke, klamme hand.
Kobus ziet het, rilt en siddert:
al die glorie is slechts schijn;
jammerend komt de desillusie,
dat ze klein als.... appels zijn!
Jasper Kram.
Dag vriendjes en vriendinnetjes
Dag vriend, de couranten heer
Dag lezers van de Jutter
Hier zijn Pa en Annie weer;
Wij zouden niet meer rijmen
En zonden u een groet
1 och kunnen wij 't niet laten
t Zit blijkbaar in ons bloed
Wij vragen u een antwoord
Gf 't goed is, ja of neen?
Is 't goed, dan leest gij ons weer,
Niet goed, dan gaan wij heen.
B.
Terwijl zit ginder langs de vaart
Op zijn gemak Hein Bakkebaard;
Gelijk de meeste hengelaars,
Is hij op jacht naar voorn en baars;
De zon verkwikt hem met haar gloed,
De vxörie heerscht in zijn gemoed.
ALS DESSERT.
Hier is vast een voorproefje
Later komt dan een dessert,
Wij gaan u iets vertellen
Van 't leven van een erwt;
Die erwt, dat was een groene
Gekocht bij Albert Heijn,
't Was feitelijk een erwtje
Want o zij was zoo klein.
Dat kleine groene erwtje
Ging 't voorjaar in den grond,
En heel gauw zagen Pa en ik
Dat er een spruitje stond.
Dat spruitje, werd een stengeltje
Met blaadjes, sappig groen
En later kwamen bloesempjes
En nog wat later, toen....
Toen kwamen ijv'rige bijtjes
Die hielpen er aan mee
Dat er ook vruchtjes kwamen
Toen gingen wij aan 't oogsten
De oogst viel mee, want zie
Wij oogsten, een onsje erwtjes
Elk peultje, gaf er drie
Dat onsje erwtjes, kregen wij
Van één zoo'n kleine erwt
En Zondag eten wij die nu
Moe zegt „voor het dessert".
Pa en Annie IV.
Gramofoonplaten en garen
klosjes.
Dit tafeltje zou het sieraad van iedere
kinderkamer kunnen zijn en de .jalouzie
van alle vriendjes en vriendinnetjes
kunnen opwekken. En toch is het zoo
gemakkelijk te maken. Jongens en
meisjes kunnen het gebruiken; men zal
er om vechten, wie het krijgt. Maar
dan voorzichtig, hoor! Want oude gra
mofoonplaten hebben de onaangename
gewoonte bij het vallen wel eens te
breken!
Men zoekt bii kennissen en familie
leden naar gramofoonplaten, die niet
meer bruikbaar zijn en vraagt deze ten
geschenke. Eveneens bedelt men enkele
oude garenklosjes bii elkaar, teneinde
het tafeltje te kunnen maken! De smid
draait op een oude traproede voor u
een schroefdraad en zoekt er een pas
sende moer bii. Die steekt men nu door
de opening van een gramofoonplaat,
door twee klosjes, een gramofoonplaat,
door twee klosjes enzoovoorts. Het
laatst weer door twee klosjes en dan
Van hikkepaf van hikkepof!
O, Pimpelmans, dat wordt een „sof"!
Daar komt een groote stoomboot aan
Waarvoor hij plots opzij moet gaan-
Hij stevent met een sneltreinvaart
Naar i plekje van Hein Bakkebaard.
door een eenvoudig voetstuk, dat men
zelf kan maken (Kerstboom-voet),
waarna men aan beide zijden van de
roede een moer draait. Dan het geheel
een streekje schellak en. het tafeltje
is klaar. Je zult eens zien, wat een
prachtstuk het is
De oudste en grootste boomen vindt
men in Westelijk Noord-Amerika, in
Californië. Jullie weet immers, dat
men den ouderdom van een boom be
oordeelt naar gelang het aantal jaar
ringen? dat zijn de lijnen, die bij
doorsnede in iederen boom zichtbaar
zijn, daar de boom ieder jaar een
nieuwe jaarring krijgt. Tegenwoordig
spaart men zorgvuldig iederen boom,
waarvan men vermoedt, dat hij een
tiental eeuwen of meer achter den rug
heeft. En er bestaan ook nog slechts
enkele honderden van deze „Mam-
moethboomen", zooals men ze noemt,
in Californië. Vroeger ging men daar
niet zoo voorzichtig mee om, integen
deel, de houthakkers waren trotsch
erop, de geweldige schijven van zoo'n
omgehakten boom naar de stad te kun
nen brengen, waar tal van millionnairs
er tafels van lieten maken, door dit
blad te laten polijsten.
Op bijgaande teekening ziet men
zoo'n schijf die een doorsnede van
bijna vier Meter heeft maar er zijn
nog veel grootere en die ongeveer
in 555 begon te groeien. Je kunt nu
wel nagaan, hoeveel geschiedenis er
reeds aan dezen boom voorbijgetrok
ken is. hoewel hij toen nog op een
door ons onontdekt werelddeel stond.
Maar ook zijn eigen geschiedenis heeft
hij geschrevenWij zien uit de
lijnen naar gelang zij breed of smal
zijn welke tijden de boom heeft
doorgemaakt, drooge, dorre of voch
tige, goede jaren en of hij snel of
langzaam groeide.
feiten, die voor ons van belang zijn en
een goed denkbeeld omtrent den ouder
dom geven;
555 De boom begint te groeien....
570 Invoering der Christel, tijdreke
ning.
640 De Bibliotheek van Alexandrië
brandt af.
732 De stroom van de Aziaten naar
Europa wordt gestuit.
800 Kroning van Karei den Grooten.
896 Eerste wetgeving in Oost-Europa.
1000 Noorwegen komt de eer van de
ontdekking van Amerika toe.
5.
Krik-krak! Het ongeluk is groot!
Hein Bakkebaard verkeert in nood!
Hij maakt een schuiver door de lucht,
Hij slaakt een kreet, een snik, een
zucht,
Waarop hij naar beneden schiet,
Tot op den bodem van den vliet.
1066 Slag bij Hastings.
1147 Tweede kruistocht.
1215 Magna Charta Libertatas.
1302 Glanstijd der ridderschap.
1429 Jonkvrouw van Orleans.
1492 Columbus ontdekt Amerika.
1588 De aardappelen worden in Euro
pa ingevoerd.
1620 De oorlogsvlam van Oost-Europa
uitgebarsten.
uitgebarsten (30-jar. oorl.)
1750 Glanstijd van Frederik den Groo
ten.
1770 Goethe gaat naar Weimar.
1816 Napoleon's val.
1861 Opheffing der Russische sla
vernij.
1891 De boom werd geveld...
Oplossingen der vorige raadsels;
I.
Lampekap, Lamp, pek, kap.
IL
Meteoor, tor, room, meer
IIL
Kat, rol, katrol.
IV.
Kachel of Lamp.
Goede oplossingen ontvangen van:
Jan de Sch.; Adriana D.; Trientje
Sch.; Teetje Br.; Ada B.; Truusje B.;
Henk G.; Jan G.; M. L.; Toon Tr.;
Janie Gr.; Nannie Gr.; Johanna K.;
Hann L.; Piet en Mientje Verb.; Jeen
v. d. W.; Dinie K.; Joop van B.; Lieny
van L.; Marietje S.; Froukje Z.; Geer
tje P.; Annie J.; Henny H.; Dina W.;
J. N.; Hermien v. d. Br.; Maria de Gr.;
Nellie J.; Grietje de Gr.; Sientje N.;
Gerda V.; Sara Kr. C. L.; Agatha K.;
Tinie W.; Ina B.; Germaine Fr.; Kees
D.; S. W.; Tiny D.; Tony S.; André G.;
Nellie B.; J. en P. K. (Den Hoorn,
Texel). Jan S. en Trijntje van T.
Nieuwe raadsels:
I.
Ik ben een woord van zes letters.
Als ge op reis gaat, neemt ge mij mee.
Verwissel mijn beide laatste letters van
plaats en vervang dan de vijfde letter
door een andere. Dan ben ik een geu
rige drank.
II.
Schrijf op een maand van 5 letters.
Neem er één letter van af en vorm
van de overige letters een vervoer
middel, dat ge iederen dag door de
straten van de hoofdstad ziet rijden.
III.
Op een visitekaartje stond „Elie
Reving". Welk beroep heeft die meneer,
als de letters van zijn naam, in andere
volgorde, dit aangeven
IV.
a a a a Plaats deze letters zooda-
a g g e nig, dat zoowel horizontaal
e e 1 1 als verticaal te lezen komt
1 1 s n lö. een stekelig dier. 2o.
in is men heel mooi
gekleed. 3o. meisjesnaam. 4o. een mooie
lange weg.
6.
Glukkig steekt hij even later
Zijn waardig hoofd weer boven water;
Hij briest en ploetert, plonst en plast,
En klampt zich aan het bootje vast,
Dat, door zoo'n groot gewicht bezwaard.
Begint te steig'ren als een paard.
door G. Tu. ROTMAN