Het ouderlijke huis.
Versche vruchten gedurende
den Winter.
Het menu van deze week
.•*V s
Verhouding tusschen ouders en
kinderen.
Opvoeding van grooten Invloed om
later in het leven te slagen.
Door
T1NE BREEBAART.
Hoeveel herinneringen komen er,
vooral op lateren leeftijd niet op, die
betrekking hebben op het ouderlijk
huis. De invloed, die hiervan is uitge
gaan, kan veelal zoo beslissend zijn
voor het verdere leven van de kinde
ren.
Het huisgezin is een van de vele vel
len. waaruit de maatschappij wordt op
gebouwd en die de samenleving vormt,
waaruit de mensch zijn hoogste kracht
kan putten.
Het jonge kind leert in het ouderlijk
huis. waar zijn eerste schreden worden
geleid, in den aanvang stamelende, de
taal van zijn land spreken, leert de
zeden en gewoonten en het verschil
tusschen goed en kwaad onderschei
den.
Helaas zijn er gevallen, waarbij kin
deren dien opbouwenden invloed moe
ten missen, welke van het gezin uit
moet gaan, en zelfs zóó worden opge
voed. alsof het leven niets is, dan een
aaneenschakeling van eten, drinken,
slapen en genot en die den ethischen
kant van het leven niet lééren kennen.
Taan kinderen, aan wie zorgende
ouuers het verschil tusschen goed en
kwaad niet hebben geleerd eenmaal
het groote leven in, dan zullen zij, in
dien althans de aangeboren goede
eig.nschappen hen niet steunen, tot
hipbreuk gedoemd zijn.
"V gedachte aan het ouderlijk huis
7.a, geen lichtbaken zijn, dat bun
le' scheepje door de ontstuimige
golven den weg naar de veilige haven
w ij
V. anneer echter het kind, dat door
liefje omringd en door verstandige
ouders geleid is geworden, in het volle
leven komt te staan, dan zullen, ook
al worden door de omstandigheden en
kele karaktertrekken gewijzigd, de
grondslagen die eenmaal gelegd zijn.
nerht genoeg blijken te zijn. om daar
op venier zijn ..Levenshuis" te bou
wen.
Als de tijd eenmaal daar is, dat de
kinderen als volwassen mannen en
vrouwen het ouderlijk huis gaan ver
laten, om zich een eigen gezin te vor
men, dan zal veel van hetgeen zij in
hun jeugdjaren gezien en geleerd heb
ben in bun herinnering blijven leven
en in het jonge gezin worden toegepast,
«eilicht onbewust.
Groot is de verantwoordelijkheid
van de ouders tegenover hunne kinde
ren en tegenover de Maatschappij. De
jeugd van heden torh is het volk van
de toekomst.
Reds op jeugdigen leeftijd moeten
de goede eigenschappen van kinderen
'orden aangekweekt en moeten de
minder goede bestreden wordpn.
Het kind moet leeren zich te geven
en weten, dat hij deel uitmaakt van het
Groote Gezin, de Maatschappij.
Het samenleven met andere men-
achen, zal hem gemakkelijker vallen,
«Is zij wéét, dat niet zijn eigen ik-held
moet héérschen. maar dat óók andere
menschen recht hebben.
Men kan het veelal aan de kinderen
hespeuren, uit welke omgeving zij
komen en of zij hebben geleerd ook
voor anderen iets te zijn.
Wij ouderen, en in het bijzonder de
moeders, hebben een groote verant
woordelijkheid tegenover de jeugd en
pon ernstige taak te vervullen.
Het voorbeeld, dat zij van huis uit
hebben meegekregen, drukt een steni-
Pél op hun latere levenshouding.
•luist omdat, van de tegenwoordig'
i*ugd als toekomstig volk zoo heel veel
afhangt, is het meer dan ooit noodig
die eigenschappen van geest en ge
moed aan te kweeken, die hen tot
goede burgers vormen, lot mannen en
vrouwen, die weten wat zij willen en
kunnen.
Vol vertrouwen in de toekomst zullen
onze kinderen, éénmaal volwassen,
dankbaar terug zien op het verleden,
hierbil krachtig gesteund door het
voorbeeld in het ouderlijk huis ge
geven.
Hoe deze te bewaren.
M allicht zullen enkele der hieronder
volgende wenken, betreffende het be
waren van vruchten vreemd klinken,
inderdaad zijn zij beproefd en worden
veelal met goede gevolgen toegepast.
Druiven, die echter niet te lang in
den winkel gelegen inogen hebben,
doch rechtstreeks van de kweekerij
betrokken zijn, kan men wekenlang
bewaren, door aan den steel een nieuw
snyvalk te maken, dat met lak afge
sloten wordt, waarna men om den steel
der trossen een dun touwtje bindt en
in een steenen pot gedaan, laag om
hangt.
Droge, rijpe okkernoten bewaart
meii tusschen lagen zand in een in
maak pot.
Rijpe pruimen worden met hand
schoenen aan geplukt, afgeveegd en
in een steenen pot gedaan,, laag om
laag pruimen en bladeren van den
pruimeboom. De bovenste laag moet
uit bladeren bestaan waarna men den
pot met een varkensblaas of vochtig
perkamentpapier, waarover men een
linnen doek doet. afsluit en den pot 1/2
meter diep in den grond graaft.
Meloenen kan men in asch bewaren,
waarmede men vruchten, die elkan
der niet mogen raken bedekt.
Mooie gave handperen worden in
een houten tonnetje bewaard op een
laag venkelbladeren, de eerste iaag
met liet kroontje naar beneden en de
volgende met het kroontje naar boven.
Als men zes lagen boven elkaar heeft
bedekt men de laatste weer met ven
kelbladeren, giet het tonnetje vol met
water sluit het af met een houten dek
sel, welke er precies op past en vult
het water geregeld aan.
Indien men géén speciale kist bezit
om aardappelen in te bewaren, een z.g.
silo en men ze in een gewone kist moet
bergen, dan moet men In den onder
kant éénige openingen maken, en de
kist op 4 steenen plaatsen, zoodat de
lucht van onderen af altijd kan toe
treden.
Het ultzwavelen van de kist vóór
deze in gebruik wordt genomen, is zéér
aan te bevelen, daar het ultloopen der
aardappelen grootendeels voorkomen
wordt.
Alle koolsoorten kan men bewaren,
wanneer men de leelijke buitenbla
deren verwijdert, den stronk afsnijdt
en de kooien In een dikke 'aag zand
in een luchtige keider plaatst met den
stronk in het zand.
Wortelen en bieten, worden even
eens tusschen een dikke zandlaag be-
w8Hrd
(Nadruk verboden).
(och
Itidgc.
aan dien
„Hoe komt u
langen baard?"
Schot: ,.Tlcn (aar geleden hen
ik door mijn broers verlaten en
die hebben het scherrapparaat
meegenomen."
Zondag:
Verinicellisoep,
Kalfsnierstuk,
Bloemkool,
Aardappelen,
Roonirijst.
Maandag:
Koud vleesch.
Princesseboonen,
Aardappelen,
Griesmeelschotel,
met peren.
Dinsdag:
Bloemkoolsoep,
Gestoofde saucijsjes.
Groene kool,
Aardappelen.
Woensdag:
Ommelet, Italienne,
Kropsla.
Aardappelschotel,
Spinazie.
Donderdag:
Rolpens,
Roode kool,
Aardappelen,
Appel beignets.
Vrijdag I:
Gekookte schol met
zure saus,
Worteltjes,
Aardappelen,
vla met biscuits.
Vrijdag II:
Fruit,
Boonensoep,
Tomatensla,
Snijboontjes,
Aardappelen,
Gesmolten boter.
Zaterdag:
Koninginnesoep,
Varkenslapjes,
Zoete appeltjes,
Aardappelen.
Roonirijst.
6 dl. melk, 3 dl. slagroom, 100 gram
suiker, 80 gram rijst, 6 blaadjes witte
gelatine, 1 pakje vanille suiker.
Men brengt de melk aan de kook en
strooit roerende de rijst erin, waarvan
de korrels mooi héél moeten blijven,
zoodat het aan te bevelen is een goede
soort te nemen.
Terwijl de rijst zachtjes gaar kookt
wordt de gelatine in ruim koud water
geweekt, daarna flink uitgeknepen in
een scheut water (heet) opgelost en als
de rijst gaar is er doorheen geroerd
evenals de suiker en vanille-suiker.
De room wordt met een klein tikje
zout stijf geklopt, waarbij men echter
moet zorgen, niet te lang te blijven
kloppen, opdat zij niet in boter ver
andert.
Is de pudding afgekoeld dan wordt
de geklopte room er door geroerd en
de massa in een omgespoelden pud
dingvorm gedaan om geneel en al stijf
te worden.
Is de pudding gestort, dan wordt deze
met wat geconfijte kersjes gegarneerd.
Gelatine pudding moet bij voorkeur
daags te voren klaar gemaakt zijn.
Griesmeelschotel met peren.
750 gram stoofperen, 1 dl. bessen
sap. 1 dl. water, 75 gram suiker, lU 1.
melk, 1 ei, 40 gram griesmeel, 50 gram
suiker.
De peertjes worden geschild in vie
ren gedeeld, van het klokhuis ontdaan
en gHargekookt In de bessensap, het
water en de suiker, terwijl men naar
verkiezing een citroenschilletje mee
kan koken. Koken de peren, dan wor
den zij op den spaarbrander verder
gaar gekookt en daarna door de paar
denharen zeef fijn gewreven, nadat de
citroenschil er eventueel uitgehaald is.
Voor de griesmeel vla wordt de melk
aan de kook gebracht en suiker en
gri.^meel er loorhe n geroerd, alles
moet nu ouder flink roeren, waarbij
vooral de bodem van de pan geraakt
moet worden 4 ti 5 min. doorkoken,
daarna neemt mei de pan van het vuur
en roert de geklopte eierdooier er
voorzichtig door.
In een beboterde vuurvaste schotel
doet men laag om laag griesmeel en
peren purée, tenslotte wordt het stijf
geklopte eiwit over den bovenkant
uitgestreken en het schoteltje, dat zoo
wel koud als warm gegeten kan wor
den in den oven geplaatst gedurendw
15 a 20 minuten.
Aardappelschoteltje.
1 kg koude aardappelen, pl.m. 4 dl.
melk, 2 eieren, een uitje, 200 gram
ham, zout, peper, noot, boter en pa
neermeel.
Men wrijft de aardappelen fijn doe»
een zeef, hetgeen het best warm kan
geschieden, terwijl men ze evenzeer in
een purée molen kan malen.
Het uitje wordt zéér fijn gehakt en
door de purée geroerd: met de melk,
peper, zout en noot, daarna alles op
het vuur verwarmd, de eierdooiers er
door geroerd en de gehakte ham.
Het laatst komt het zéér stijf geklopt
eiwit door de aardappelmassa, die
overgedaan wordt in een beboterde
vuurvuste schotel, en bedekt met een
laagje paneermeel, waarop klontjes
boter komen.
Het geheel wordt in een matig war
men oven geplaatst, om een mooi
bruin korstje te krijgen en warm op
gediend.
Appelbeignets.
200 gram bloem, pl.m. 21/» dl. spuit
water. een weinig zout, 8 bellefleurs,
frituurvet, suiker en kaneel.
Voor frituurvet moet gebruikt wor
den bij voorkeur een niet te laag
ijzeren pannetje, waarin de slaolie zoo
héét gemaakt wordt, dat er een blauwe
damp afkomt.
De appelen worden geschild en daar
na met een boor het klokhuis uitge
stoken, waarna men ze in plakken
snijdt.
De bloem wordt met het spuitwater
tot een dik beslag gemaakt, waardoor
tevens een tikje zout geroerd wordt,
daarna dadelijk gebruikt om te bak
ken.
Is de slaolie heet genoeg, dan wen
telt men eenige appelschijven in het
beslag en doet ze in het heete vet om
de beignets lichtbruin te bakken.
Men schept ze het gemakkelijkst nu
met een frituurlepel, omdat het meeste
vet dan weg kan druppelen, legt ze
daarna nog even op grauw papier, be
strooit ze met niet te grove suiker, ^ie
met kaneel vermengd is en dient ze
warm op.
Theemoppen.
150 gram lichte basterd, 300 gram
bloem, 300 gram boter, geraspte schi'i
van 1 citroen, 50 gram amandelen, 56
gram sucade. 1 eierdooier, tikje zout.
Men kneedt boter, basterdsuiker,
tikje zout en de gezeefde bloem door
een tot men een stevig deeg heeft ver
kregen, dip men een uurtje laat rusten
aangezien de boter door het kneden
slapper wordt.
De amandelen worden in heet water
gerold met de met bloem bestoven hol,
lijk van het velletje ontdaan worden.
Men snijdt ze aan reepjes en hakt de
sneade eveneens fijn.
Het deeg wordt tot een dunne lap urt-
uitgerold met de bloem bestoven rol,
terwijl men niet vergeten mag de
steenen aanrecht of plank eveneens
met bloem te bestrooien, aangezien het
deeg anders plakt.
Een bakblik wordt ingevet met sla
olie of delfrito en hierop komt de deeg
lap. waarvan de bovenkant met ge
klopt eigeel wordt bestreken en be-
slrooid met amandelen en sucade,
daarna gedurende 15 a 20 min. in den
oven geplaatst en nog warm aan lang
werpige stukjes gesneden.
("Nadruk rerbndwné.