HET BINNENHOF] TuSt i.',l,w «r HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 4 NOVEMBERJ^I; OP EN OM I tftlStSïSïtti»or...l o"- Nieuwe Uitgaven. as?- Hen voorteeken - Wat het Kabinet-Colijn reeds heeft bereikt - Onze Tweede kamel en de gewijzigde omstandigheden. W vroeger tot heftige conflicten aanleiding gal. - I)e werkloosheid en de sombere financiën.- Naar wijziging van onze Grondwet- De Regeering waarschuwt tegen den waan \an den datr". - Eedschennis. Aan het begin PIJNSTILLEND en GENEESKRACHTIG .Uk. r"ei« 112 laten verdwijnen Z I "M*r' "hen de !wiiiH#frftr Oprichting van een ziekenhuis bepleit. In krachtige bewoordingen, schoon van stijl en inhoud, gaat het verslag verder en zegt: „Gij! Mijne Heeren, zijt de prin cipalen, gij draagt de verantwoordelijk heid voor het verlies van het hoogste ge schenk der Voorzienigheid, het leven, zoowel dierbaar aan de armsteu, als aan de rijksten. Wij verzoeken, wij bidden 11 er om, helpt die misstand wegnemen, y achten ons thans van alle verantwoorde lijkheid voor het vervolg ten deze opzich te ontheven". Met klemmende ernst pleit hot toenmalig bestuur voor de stichting van een gasthuis, tot opname van zoo danige lijders als voor herstel, behoud van hun leven, dit volstrekt vordert. Een halve ïleseh wijn en een broodje voor de vergaderingen. Als dan verder het verslag nog noemt de kosten voor onderwijs en schoolbe- hoeiten van 297—, wil ik, aldus gaat de heer Van Dalen in zijn overzicht voort, als curiositeit nog vernielden, dat aan kosten van beheer en administratie werd uitgegeven 961.87, w.o. 130.43 kostan voor vergaderingen. De toelichting zegt er worden 12 gewone en 6 buitengewone vergaderingen gehouden, tijdsduur van 7 tot 12 's avonds, alsdan wordt voor ieder der Directeuren teu getale van 12, een halve fleseh wijn toegestaan en een broodje. Bij de wekelijksche bedeeling, waar twee directeuren tegenwoordig zijn, wordt thee, kofie en een broodje ver strekt. kosten 13.— voor iedereo Direc teur, Het Bestuur motiveert een en ander door te schrijven: Even wars als bestuur- deren zijn om zich voor hunne movite, zorg, opoffering en verlies van tijd te laten betalen or bezoldigen, evenzoo acht het onvorderbaar zich daarby nog uit gaven of geldelijke opofferingen te moe ten getroosten en het dus zonder schroom zonder verb'oeming en alzoo openbaar zijn uitgave/i ten deze blootgelegd. Het gemeentebestuur aanvaardt dankbaar de kritiek. ...t verslag over 1848, dat onderschei dene vellen papier inneemt, is in zijn ge heel het lezen waard. Een bijzonderheid is nog dat dit verslag door den president van het Armbestuur werd voorgelezen voor de Leden van het Gemeentebestuur. Na het lezen werd gevraagd of nog nadere inlichtingen verlangd werden en, dit ontkennend beantwoord zijnde, nam de heer Burgemeester het woord en be tuigde de hoogste tevredenheid van het Gemeentebestuur over den staml van zaken haar kennelijk gemaakt. H\j deed dat in praehtige bewoordingen en alsof dat nog niet genoeg was werd vervolgens door ieder der leden van het gemeente bestuur de tevredenheid en Ingenomen heid over de werkzaamheden van het be tuur betuigd. „Vervolgens verliet het Ge meentebestuur de vergadering en werd hetzelve door den president, vice-presi- dent en secretaris plegtstatig uitgeleide gedaan tot buiten het Ix>kaal." De heeren waren zeker ook erg voldaan want, nadat het College vertrokken was, werd nog besloten den bijkok gedurende 4 weken 0.75 per weck toe te kennen voor het schoonhouden der lampen, uit hoofde der bevalling zijner vrouw. Tot zoover deze citaten uit het verleden. genoegen dat de heer Wethouder van het Armwezen onze vergaderingen bijwoont. Dit is begonnen met den heer Verstegen. Vóór dien tijd gebeurde dit niet. TocJ) had dit zijn schaduwzijde. Naar mate de tijdsomstandigheden zich wijzigden en daardoor door ons bestuur dikwijls be sluiten moesten worden genomen, die van ingrijpenden aard waren, was het een groot voordeel een vertegenwoordiger van het gemeentebestuur in onze verga dering te hebben. De samenwerking tus schen het Armbestuur en de gemeente werd daardoor bevorderd. H!eT„ï't «Slier t. eiiB «rAviintfeii tö De werkkracht Zendervan. van deu heer Het is onze innige wensch, dat u, mijn heer Smits, de kracht en de wijsheid moogt ontvangen om de niet gemakkelij ke taak die u wacht met vreugde te ver vullen. Voorzoover dit in ons vermogen ligt en van ons verwacht wordt zullen wij u onzen steun en onze medewerking niet onthouden. Nog een enkel woord wil ik zeggen tot onzen waarnemenden secre taris-penningmeester, den lieer Zonder van. Met gemengde gevoelens, geachte heer Zondervan, werd u indertijd tot in- formator bij het B. A. benoemd. De ver wachtingen, te uwen opzichte, gewekt, hebt u echter niet be-schaamd. De werkkracht en ambitie hebt u ech ter het meest kunnen toonen, nadat u tijdelijk de functie van secretaris-pen ningmeester hebt vervuld. De omvang der werkzaamheden, die u hebt moeten verrichten, was als nimmer te voren. ikuierzyds als een goed ambtenaar de belangen der gemeentelijke schatkist niet uit het oog te verliezen en anderzijds re kening te houden met de behoeften der genen die steun vroegen, waren oorzaak, dat uw adviezen met nauwgezetheid moes ten worden gegeven. Door uw plaatse lijke bekendheid en wetende de mentali teit van een deel der aanv ragers om steun, kwam u dikwijls in moeilijkheden. En ge zult het met mij eens zijn, ieder niensch heeft zijn gebreken, ieder ineusch heeft zijn eigen karakter-eigenschappen en dus ook gij, evenals wij allen, deden ons werk niet volmaakt. WH bedoelen gij kondt, evenmin als wij, ieaer bevredigen. Daar om waren uw adviezen dikwijls niet naar den zin van hen die de aanvrage om steun deden, doch juist daaruit bleek uw zelfstandig oordeel, zonder onderscheid. Wij hebben dit steeds in u gewaardeerd. Samenwerking ook voor de toe komst. Dames en heeriU, aldus eindigde de here Van Dalen zjjn rede, ik hoop u niet te veel vermoeid te hebben met mijn lange speech, ik vond het niet overbodig op onze laatste vergadering iets van het ver leden te vertellen. Wü kunnen in de toe komst niet blikken, maar ik wil besluiten met den hartelijken wensch, dat wij allen zooals wij hier bijeen ziju, ook straks in de nieuwe situatie elkander onderling zullen waardeeren en in dezelfde prettige verhouding samen werken, daarbij reke ning houdende met het bereikbare, voor het waarachtig belang der behoeftigen onzpr samenleving. Antwoord van Wethouder Smits. Wethouder Smits, den heer Van Dalen beantwoordend, begint met er op te wijzen, i dat het we! onder zeer bijzondere omstan- Dankbare herdenking van den digheden is, dat men liedenavond bijeen is heer Burgers. Ook de heer Van Oh niet vergeten. Mijne dames en heeren, aldus ging de lieer van Dalen voort, ik gaf U een kijkje in de vergaderingen onzer voor gangers ruim 86 jaar geleden. De toe standen waren toen heel anders dan tegenwoordig, doch gaven toch blijk van bijzondere toewijding voor den arbeid die van hen verlangd werd. Zelfs gaf het den stoot voor een ziekenhuis, dat in die dagen al een bijzondere aanwinst was. doch thans, zooals het in die dagen werd ge ëxploiteerd niet meer zou worden ge duld. Uit dit alles zien wij echter een voort durende verbetering in allerlei misstan den en een aanpassen in gewijzigde op vattingen en behoeften. Een reeks van burgers onzer stad gaf zich aan het mooie, maar ook moeilijke werk der verzorging van de behoeftigen in onze samenleving. Hen allen met name te noemen is ondoenlijk. Wij, van de jon gere generatie, wij denken nog met dankbaarheid terug aan onzen goeden, besten heer Burgers, die zoovele jaren met het Armbestuur was verbonden. Wy hebben hem in zijn leven geëerd voor waj hjj deed en ook bij zijn graf. Maar wy willen, ik ben er zeker van, ook thans in onze laatste vergadering woorden van dank en hulde brengen aan ons geacht medelid den heer Van Os, die vanaf 26 October 1909, dus gedurende 24 jaren, zich geheel gaf voor dit werk dat hij met al zijn gaven en krachten, hem geschonken, van harte lief had. Indien hij niet wettig verhinderd was, was de heer Van Os tegenwoordig en zijn adviezen kenmerk ten zich als degelijk en doordacht en mede door zijn liefdevol hart heeft hij menig leed kunnen verzachten. Als ik speciaal den heer Van Os hulde en dank breng, wil dat niet zeggen, dames en heeren, dat ik uw werk minder waardeer, neen u allen zonder uitzondering hebt u gegeven, met volle toewijd'ng, voor het geen gij uw plicht achttet. Het feit dat u allen door den Raad dezer gemeente op instigatie van den heer Wet houder zijt benoemd als lid van het be stuur van Maatschappelijk Hulpbetoon moge u beschouwen als een welverdiend bewijs van erkentelijkheid voor hetgeen u in uw kwaliteit als lid van het B. A. deed. b® omstandigheden, ik zeide het reeds, zijn zeer veel verschillend van vroegere jaren. Thans is de steun in geld uitge drukt, geen enkele honderden guldens, maar enkele honderd duizend guldens. Mogen de economische omstandigheden spoedig een gunstige wending nemen, opdat de steunbedragen op de begrooting voorkomende, tot normaler bedragen worden teruggebracht! Samenwerking tusschen Arm bestuur en gemeente. Het laatst? lOVal jaren hebben wij het Evenals bij het eindigen eener regeerings periode door het overlijden van een vor stelijk persoon, kan ook hier van toepas sing zijn: de Koning is dood. leve de Ko ning! Immers, op hetzelfde oogenblik waarop Uw taak ais leden van het Burger lijk Armbestuur zal zijn geëindigd, zult gil in Uw geheel aanvaarden eene andere taak, welke, zü het dan in eenigszins ge- wijzigden vorm. als een voortzetting kan worden beschouwd van het werk, dat door U met zooveel lust en toewijding tot heden werd vervuld. Ik heb het tan ook ais het aangenaamste gedeelte van mün taak inzake de reorgani satie van cezen dienst beschouwd. U al len. zonder uitzondering, bü het College van Burgemeester en Wethouders te mo gen voordragen voor een herbenoeming. Terecht werd daarop gewezen; de herbe noeming van U door den Raad is wel het sprekendste bewijs, dat men Uw werk heeft weten te waardeeren. Het stemt my verder tot groote voldoe ning van U te mogen vernemen, dat even als mün voorgangers, de samenwerking tusschen Uw bestuur en mij. niets te wen- schen overliet. In dit verband moge ik er op wijzen, dat dit daarom van zoo'n groote beteekenis is, omdat voor mij de minder prettige taak was weggelegd in de wijze van Armenzorg verandering te brengen, en deze in overeenstemming te brengen met de gewijzigde tijdsomstandigheden. En ofschoon ik met aanvaarding hiervan, deze naar mijn beste weten heb uitgevoerd met zooveel mogelyk vermijding van per soonlijke gevoeligheden, kon het toch niet anders, of er moest, en soms pijnlijk, wor den gebroken met reeds jaren bestaande tradities. Ik ben er mü ten volle van be wust, 'at ik met de aanvaarding van de nijj thans opgelegde taak. eene groote ver antwoordelijkheid op mijn schouders heb genomen. Doch juist daarom stel ik het zoo bijzonder op priis nu reeds van U, en dit onderstreept door het geheele Bestuur, de toezegging te ontvangen, dat gij u ook in de toekomst ten volle hoopt te geven, om in dit voor mü zoo moeilijk werk Uw aandeel te nemen. Mijnheer de Voorzitter, ik zeg U on Uwe medebestuurders hiervoor hartelijk dank. Overtuigd zijnde, dat U allen deze woorden ook zult omzetten in daden. en na mij nogmaals in Uwe welwillende me dewerking te hebben aanbevolen, wil ik de hoop uitspreken, dat door een prettige samenwerking zeer veel in het waarachtig belang van de maatschappelijk minder be deelden onzer gemeente mag worden be reikt. WEEK- KRONIEK f ITI g1 -I RADIO-ACTIEVE COMPRESSEN bij Rheumatiek, Jicht, Spit, Zenuwpijnen, Spataderen, enr. Vraagt gratis Brochure aan bij: ALGEMEENE RADIUM CENTRALE, Amsterdam W, Stadhouderskade 6, Geb. Atlanta. Den Haag. 2 November '33. Men moet thans wel zeer in figuurlijken zin spreken om te gewagen van „stilte op het Binnenhof", indien men daarmee wil zeggen, dat de beide takken onzer Volks vertegenwoordiging in de huidige week haar openbare vergaderzalen nagenoeg gesloten hebben gehouden (slechts de Eer ste Kamer hield jJ. Dinsdag-middag een openbare bijeenkomst van enkele minuten voor het nemen van een „aanloopje" naar het afdeelingsonderzoek), want ook over het aloude Binnenhof loeide de najaars storm en hielden de vinnige rukwinden danig huis. Zou het w oeden der elementen beschouwd kunnen worden als een som bere „voorbode" van mogelyk op lianden zijnde stormachtige debatten bü de behan deling der begrooting voor '34 ln ons La gerhuis? In 't algemeen ly'kt het mij, dat er voor 'n dergelijke biigeloovige vrees niet heel veel aanleiding bestaat. Het buitenge- woon-ernstige karakter van den tUd, waar in wij nu leven heeft alierwege remmend gewerkt op al te heftige uitingen van ge moederen, die zich onder andere omstan digheden niet genoeg in bedwang lieten houden. De Regeering-Colijn heeft reeds in het vrij korte tijdsverloop van zijn bestaan uitstekend werk verricht op het gebied van handhaving van de rust en het bij brengen van het besef, dat in deze dagen vóór alles noodig is een kalm beraden door middel van genteen overleg. Het woelige amateurisme ten aanzien van staatshervor ming werd binnen toelaatbare banen geteld via het uniformverbod, dat gelukkig tUdig genoeg van kracht werd om nog snel en zonder merkbare schokken effect te kun nen sorteeren. En de Regeering blijkt van zins. niets door den beugel te laten wrat zij gevaarlijk acht voor het welzijn van den Staat De verscherpte censuur op hetgeen door de radio in de huiskamer wordt gebracht is daarvan een der symptomen. Ook het uitgevaardigde verbod aan ambtenaren om deel te nemen aan acties, gericht tegen het regeeringsbeleld, staat daarmee na tuurlijk in het nauwste verband. En niet minder de uitlating in de Memorie van Antwoord op de alg. beschouwingen over de Rjjkshegrooting. dat een ontwerp tegen, het bezigen van ontoelaatbare uitdrukkin gen ln het openhaar spoedig bij de Kamer zal worden ingediend. Vooral dit laatste mag ter bestrijding van zedenverniwirg en -verwildering van groot gewicht wor den geacht. De beveiliging, welke de straf- wet tot nu toe bood met betrekking tot excessieve uitlatingen is niet krachtig ge noeg gebleken. Men kan er van op aan, dat een man als Exc. Van Schaik de Juiste methode zal weten te vinden om In deze met stevige kracht te kunnen optreden. In de Sinten-Generaal zal de Regeering bij het treffen van haar maatregelen door een zeer beduidende meerderheid worden gesteund. Het Kabinet Is het minst zeker van de medewerking der sociaal-democra ten de groep, welke zich niet geheel af- keerig van samenwerking heeft betoond, c'och die de daden van Ooljjn en z'n man nen met onverholen argwaan en niet zel den met afkeuring gadeslaat. De commu nisten en de verdere kleine partijtjes daar gelaten heeft de Regeering dus voorname lijk van socialistische zijde ernstig verzet tegen haar gestie te vreezen. Afaar dat daarvan .stormachtige debat ten" het gevolg zullen zün is niet zeer waarschijnlijk. In enkele voorafgaande jaren verleden jaar November nog zeer sterk 1 plachten de defensie-aangelegen heden immers de gemoederen fel ie beroe ren. Dat zal nu wel andere zijn, getuige ook liet Voorloopig Verslag over ge noemde begrooting voor '34, waarin maar zeer terloops over de eenzijdige ontwape ning een woordje wordt gezegd. Zekere gebeurtenissen over onze Oostgrens heeft het inzicht sterk verlevendigd, dat weer loosheid voor ons land wel eens noodlottig zou kunnen worden. En mede in verband met de fascistische stroomingen in ons land is een betrouwbaar leger de beste rem tegen revolutionaire acties. Een andere, zeer belangrijke aangele genheid, weike aanleiding zou kunnen ge ven tot „warme momentjes", is die der werkloosheid en alles, wat daarmee ver band houdt. Maar de schrikbarend dalende landsinkomsten moet ieder tot groote voorzichtigheid manen en brengt dan ook alle verantwoordelijkheidibewusten tot meerder voorzichtigheid. Het antwoord van minister Slotemaker de Bruine bij gelegenheid van de interpel- latie-Kupers over de verlaagde steunuit- keeringen ln de vier groote steden heeft te dien aanzien duidelijke taal gesproken Als men de „Handelingen" nog eens na slaat, dan blijkt toch wel zeer, hoe wy economisch op een vulkaan dansen. Z.Exc zei n. a. woordelilk dit: „Ik moet intussehen aan den anderen kant opmerken; dat wanneer Rille en ge meenten insolvabel worden en daarop kom ik zoo aanstond terug er een toe stand ontstaat, die ook voor onze werk- loozen een zeer bedenkelijke zilde heeft; daarvoor het oog niet open hebben is ook harteloos. Ik neem een voorbeeld. Hier voor mü hel) ik de wet van 22 September 1983 uit Duitschland, die met een wrangen humor genoemd wordt. „Befreiung der Land- tind Forstwirtschaft, der Binnen- und Küsten- fiseherei von der Arheitslosenversiche- rung". Daar staat dus, dat deze lijdende be drijven verlost worden van den nood der verzekering. Men is daartoe gedwongen werken. Zij gevang»*» te wen, zich niet «fjji dag. Voor geven aa» de leuzen van den dag oordaèlen, dat ifzySüd vSi stelle»Dn te dieue». Tweede Kamerlid was, ter i Lieve lezeres, ..Liefde iu de mtot" i, «..nu van een verhaaltje, een banaau met ruiker een lswchuitje met tam. Mu W Langer wonUnde avonden geschikt. Br. Vertekenen b.j N V. V.n Holkuu\Vi. a rf tl M tc Anuterdam: „Bij de TrpL af ons de volgende toeliet notmd het|l<» spr.ko D, «Sn»»' heeft gebracht, nWieHJ* n eU 'voor de iotMvaU* VJ VolkSVertCgenwOOr^l,^. schende„ door I ^''Vfrikaan.che broeder», de beltugsteUiug trouw aan k „baande staatsorde Mi)„fiemen. die wij. onderen, gevoelden? Het te ageeren op noem j heeft zich worden gestuft. De^h K bü hpt oegen niet posit< gedeeld, dat deze tie een onderwerp „ver de nol.. id* >»f Jjj V.V. heelt doei. inboezemen, dte w hartstochtelijke meeleven in hun strijd VUOr Se onafhankelijkheid in 188. en .900. WUir. loe wii ln waren door uititekende cou. ta. weiKe uc Gn.'iten deed ons de lectuur doen voeg. P^ÏJÜl ïe van L n Cachet,, ja r ts van Theal. voor lief nemen, wanneer wij uelicht wilden worden over hunne vroege^ lotgevallen. Maar aal de jeugd van than», dit n'te de genoemde jaren heelt meegemaakt, ook uit die werken willen putten? Vermoedelijk niet> daartoe i* de inkleedmg niet aantrek- keliik genoeg voor hen! Daarom heb ik. in plaats van een gewoon «- aehiedenisboek te schrijven, deu vorm van ce« jongensboek gekozen bij het voortteüen va« een gedeelte der eerste geschiedenis van de Trekboeren. Alle personen, die in het bock icrmeld woc- den zijn zooveel doenlijk, historisch juist be schreven'; zij hebben dus allen bestaan, behal. I ve de verteller Piet van Scholven en de Frie- sche knecht. De eerste treedt op. omdat ik het voorbeeld vil anderen heb gevolgd b.v. v>a Verne in ziju Kapitein van ij jaar om 0e lotgevallen der Boeren te laten meemaken door een jongen van den leetujd der gewensebtg lezers. Door beide gefingeerde figuren kon ik, ongedwongen en tonder te kort ,e doen ug de waarheid omtrent de aistorische pers men, deze hoofdpersonen ta aanraking laten komsa met allen en alles, noodig voor de schilderij van gebeurtenissen en toestanden. Mocht ik bij hel uitwerken van het verhiel der politieke gebeurtenissen de fantasie te hulp hebben geroepen, dan liet ik die to«k altijd steunen op een basis, die ik kan verent- woorden Kn de jachtavonturen, ent., die de verteller meemaakt, zou hij stellig op die na- I nier hebben kunnen bijwonen Telkena heb ik getracht, door het uitwar- ken van een of ander gedeelte, een idee te ga ten van het leven onzer stamgenooten. b.v. van een reit met een ossenwagen door hrt uit voeriger vertellen van den toch tan Durhag naar Pietermaritthurg. of van den trek van Natal naar Potchefatroom; om een -nder voorbeeld te noemen: door het verhaal van de echtgenoote van Beauidenboul. vry ba- werkt naar hetgeen von Holub meedeelt over een dergclyk verheel geef tk een epuode alt het iwarc en gevaarlijke teven der Boeren vrouwen. Somt moest ook door een enkele aan Ju.: ag iets worden overgelaten aan de fantaste vat den jeugdigen lezer, evenals men in ren laar hoek dikwijls rekent op bet levende woord van den leeraarl Er zon wel evna twijfel kunnen bestaan al Dr. Poortman in pl.m. 1850 zoo zou hebben gesproken over bet klimaat, alt ik bet aam iaat doen. maar dan moet dg leaer maar dan ken. dat de verteller ziek vergist heeft re hl hrt met ran den dokter, maar in laterrn rijl geweest; maar dit beteekent, dat alle ar beiders in deze bedrijven buiten de verze kering moesten worden gebracht! Laat inen zich goed herinneren, dat als niet bü tyds gevraagd wordt, wat wü kunnen volhouden het gevolg daarvan moreel, hygiënisch en sociaal voor allen uiterst bêdenkeiyk zal zün." „Ik wil wel zeggen dat liet nty getroffen heeft in de rede van den geachten inter- peilaut, dat hü cüfers gegeven heeft, maar cüfers van het aantal werkloozen alleen en niet ook cüfers, betrekking hebbende op de sommen, die voor de voorziening noodig zün; al geef ik hem onmiddellijk akte hiervan, dat hü op een bepaald oogenblik gezegd heeft, dat de gemeenten onder den groeienden last „bezwijken". Als wü dat vasthouden en als wy daarby vasthouden, dat gemeenten en Rük op het oogenblik samen ons volksleven dragen, dan kom ik met den heer Kupers vrü ge- atakkelük tot overeenstemming; want de gemeenten en het Rü'k mogen niet be- zwüken. Laat mü nu enkel cijfers noemen voor het gansche land, wat Rijk en gemeenten geven voor de kassen, voor de crislswei k- loosheid en voor de andere werkloozen. In de uitgaven, die daarvoor thans worden gedaan, vermeld ik dus niet datgene, wat noodig is krachtens de Armenwet; ik laat ter zijde ruim een mlllloen, dat door het Rük gegeven wordt voor het Nat. Crisis Comltë, voor den moreelen steun aan werkloozen en enkele andere doeleinden. En dan herinner Ik. dat Rük en genieen ten voor steun, werkverschaffing en voor kassen hebben uitgegeven in 1932 ruim 120 mililoen. in 193S ruim 140 millioen. Wil men a-eten hoe de getallen verdeeld zjju. dan zal ik het zeggen: In 19S2 het Rük 57.5 millioen. de gem» enten G2i> ut.; ln 1933 het Rijk 81.5 m. en de gemeen luit 58.5 m. Wil men een paar speciale gege vens. dan grÜP ik voor den voet op. Kort geiedou had ik bezoek van het College van R. en W. uit Maastricht. Zü vertelden mü. dat in deze vrü kleine gemeente men voor 1 groep van gesteunde» gerekend had met een uitgave van 1 ton ln dit jaar; die uil- One zal blüken 2 ton te bedragen. 1 Ik heb uit Rotterdam een paar cüfers. In één week ia voor de georganiseerde ar- WiSere aan steun uitgegeven. dat wil zeggen los van het burgeriük armbestuur hls zoodanig op 25 Januari 1930 in één Ïeek 42.588, op 28 Januari 1933 in één eek 358.644. Deze cüfers bewüzen, dat wü op weg Ai", geluk de geachte interpellant zelf heeft gezegd, naar de „bezwijklng". dat wü op weg zün naar de ontwrichting van het gansche budget van Rük en gemeen ten samen. Wat daaromtrent dezer dagen tot de Kamer is gezegd ln een adres van de Vereenlging van Nederlandsche Ga- meenten. zal Iedereen tot ernstig naden ken hebben gestemd. Derhalve zün maat regelen onverbiddellük noodig." Gez en deze mededeelingen zal het on- mogelük moeten worden geacht, van onze Regeering meerdere geiden los te krügen voor de werkloosheidsverzekering, zoodat over die kwestie wel niet een zeer groot meeningsverschil zal ontstaan. Alleen de „gezagskwestie" kan de par lementaire goiven nog wel eens adl doen opslaan. De heer Albarda heeft immers zün interpellatie over het verbod aan de ambtenaren gereed en bü de begrootings- debatten zal de meer scherpe radioeensuur natuuriük op de Droppen komen. Het nu snel naderende Novembersclie groot-politieke steekspel zal vooral inte ressant kunnen worden met de vraag, of en hoe ons Parlement zich voldoende weet aan te passen bjj de veranderde omstandig heden; of zü volkomen zal beseffen wat zün taak is in tüden, gelük wü die thans beleven. In het Voorloopig Verslag betreffende Hoofdstuk 1 der Rijksbegrooting was tooral van belang de tot uiting gebrachte wensch om te komen tot de instelling van een Staatscommissie, die tot taak zou heb ben te onderzoeken of en zoo ja in hoe verre onze Grondwet wijzigingen behoeft met het oog np nieuwe strooniingen, welke zich overal in de wereld vooidoen. Het spreekt vanzelf dat een en ander in ver band staat met de vraag, of ook ons land in eenitc opzicht rijp is voor een organi satie in corporatieven geest". Het antwoord van de Regeering was niet zeer bemoedigend voor degenen, die van den „corporatieven staat" a l» lie'l verwachten. In dezen hachelüken ty<I, zegt de re geering, overweegt één vraag alle ander- zal de regeering haar taak kunnen ver vullen in gestadige samenwerking met de vertegenwoordiging des volks of zal ook In ons land, de loop der zaken een zoodanige worden, dat dit verband ver broken zal worden? De regeering acht bet eerste onmisbare voorwaarde voor een doeltreffend staatsbeleid, hel laatste zou zü een ramp voor ons volk achten De thans plotseling naar voren komen de belangstelling voor ingrijpende wüzi- ging onzer Staatsinstellingen, is op zich zelf geenszins zonder beteekenis Maar dit is niet de hoofdvraag. Die hoofdvraag is of zulk een wijziging urgent moet wor den geacht Het begrip: „Corporatieve staat 111 zyn meest gangbare beteekenis acht de regeering volstrekt verwerpeliik omdat het het maatschappelijk leven in al zyn geleidingen aan de Staatamach onderwerpt, omdat het Kerk en Gods- dienst wetenschap en bedrijf van natuur- iyke vrijheden berooft. Ter beoordeeling van dit begrip heeft de regeering de voor lichting van een Staatscommissie niet derzoek zul uitmaken. Voorloopig blijft uit onderwerp, dat groote toumool tegemoet: Door de Uee de Kamer zal. eer het Kerst zal Hl», nog uereen werk" moeten worden terzet. 'want naast het begrootingswerk wachton nog talrijke belangrijke ontwerpen op ■!- dHetnLgerhuia zal in de komendep^- ode veel praatlust aan den wil to tzelfbe p.rktnR .«-r Hu go Ponning, De Weldoener. Prijs 2.-, geb. 2.90. Vau Holkema A U arendorf, Amater- dam. Wy hebben dezen roman bier inder- tyd aangekondigd en toen gezegd er nog nader op te zullen terugkomen. Het boek als roman verdient teu volle een nadere beachouwlng; het la een breed opgezet, knap geschreven verhaal van iet leven vau een landjonker, „weldoener" en raadgever zijner zustere, maar die. doordat hü U>taal gespeend is van alle zakelük en finanlieel inzicht en ook ln niaatachappclüke dingen niet moer ia dan een groot kind, zichzelf en de zü'ieu finanlieel naar den afgrond voert De verschillende finantieele transacties waarin deze landjonker zich begeeft met de hulp van een rentmeester, zün met kenuls vau zakeu beschreven. De persoon van dezen rentmeester, die aldus een kans ziet om zün eerzucht te bevredigen de baron financiert alles en hü kan uaar lartelnst zün grootsche ondernemingen opzetten is, evenals trouwens de I overige pereonagiën, de zusters van den landjonker, deftige Haagsche freuMjes, levendig beschreven. Ook verschillende I scherp en juist waargenomen scènes vin den we: de tocht van Matthieu naar den bankier, bü wien hü tevergeefs om ere-1 Khrijvta; anders ao« mm ook a diet voor zün duin-exploratie aanklopt en de diepe vernedering, die hü erover gevoelt, aan het slot, de ineenstorting en nog veel meer. Het boek Is breed opge zet, knap en suggestief uitgewerkt Een andere kwestie is of de lezer zich op den duur voldoende voor de hierin be schreven personen en situaties kan Inte resseeren. Want we hebben uitsluitend te doen met een schatrüken baron, die met zyn geld allerlei domme en nutte- looze dingen uithaalt, en met een rent meester. die er van profiteert door eigen eerzucht te bevredigen. Beiden gaan er aan te gronde. That 's all. Andere proble men worden er niet in aangeroerd. Maar nogmaals: dit alles is knap en boeiend beschreven. De correctie is slordig: blükbaar heeft de spelüng-Terpstra den corrector parten gespeeld. Voor de mannelüke woorden zyn da naamvals-ns afgeschaft, maar aan gezieir hier de spelling De Vries en te w inkel werd gehandhaafd en aangezien de corrector blijkbaar niet meer wist wel ke woorden mannelyk en welke vrouwe- lyk waren, heeft hü, om zeker te zün nu maar een dpzün of wat vrouwelüke woor den tot mannelyke gebombardeerd. We komen dus in geen geval ennetjes tekort Br. T.iefie in de mist. door PameU VNynne Prü» 1.90. geb. 2.50. N «n Holkeina A Wareniorf. Am- steraam. Een 8cha' tv»n «en verhaaltje, lieve lezeres, een dot. een snoesje. Een bonbon, een fondant, een borstplaatje. Om van te genieten als je knus in je boudoirtje zit Z"On Seu -kryKt vun Je (ir,lkk0 vrlen- din. Op bladzijde 115 vindt u den zoen* o„ r mU,1 k«"iwt »n.S2i een paar maal een Rtuk c'sf if* *el pen" in mekaar zette. h„ wat jukken ata-üselüken dood ïitSn at^rv, anderen Je een zachtzinnige s^rven, maar als bent (en dat la pXjtT.nau«e»r mee nrakii,reM, I;"' Wk *at zachter dood \Vu. 1 1 0Vfr Pen is toch nog altüd het vöu^? ',*en Kaan je nog weer hit ïtïiÜ ft"1' ar,f!n« hebben"rffi,ïuer.1k01"' """"K-n. ra tce„ kon '™8 «'l«erd |OOS' rit via ienuad indrrs keeft vtrwinn Verder «u! tk not ■•pmtrttrn. dat tijd pUtts, waarin bet verhaal sper'.t. toolaaif «tja. dat het onmogelijk ta om te vrroujda^ dat er harde dinncn prttgd «rotdrr san hit adres der Eaaelsriie resecris*- Daardoor im antipathie legen Engeland gewekt kunnen worden 7n'ks Is m.i. nn hoogs* oagewensckt en ik heb daarom gezorgd meetlat dies in druk weder wet Ie nemen door bel byroegea van enkele woorden. Trouwens in een eere v'i- werk.-e over den taleren tijd. heb ik herhaal de jk een gelegenheid geschapen om er op M wijzen, dal de Brttche regreriag van thant op een schee! ander standpunt staat dan de toenmalige. Hrt tpreckt wel vanzell, dat nop iets niet mag bclcttrn die oodert tijden te be- Itr onaea v oen, ene. mogen reppen. De lij den waren an ders: die veranderen en de mcntcbcn mei hes! VN aar gesprekken in Het AfrikaaoKh-Hol- Lnd»ch zyn opgenomen, nam ik dte. gewoon- hjk met weinig veranderingen, meestal uit Dn* plr««ta' bekend werk ^toc it ik er m slagen ho de jeugd ecMgn he!angtfe!Iing te wekkrn voor de prackbgn eetchiedenis van den Afnkaanschcn tak van onzen tlam, dan ta mijn doe! bereikt' V driebenen hij N.V. Service, IX Ruth Teiiing door M Seneger-Elo In dit boek beeldt achrijfster op me wijze de rijpere jeugd uit de verKbill mentcn. de cynisch doenden, de opt ■en. de genotzieken, de ge drea n Haagt eMtriijkf en de ele- ■ervlakld- er met hus ng naar natuur en werk en dc meer idezliz- tuchen, die witten werken voor de gemeen schap, voor meer geluk en meer beschaving. Kuth Tciting behoort wat haar karkter betreft 4e laatst., maar wordt door haar vader, *ai deftige afkomst, maar zeer verarmd, ge* vtuwd naar de omgeving, die „haar pa»t", naar dr vroegrijpe, dansende, flirtende en orinkende Bymnaiiaittn. Wel voelt ze zich wua w"'^r VJB k"" '«ven azagetrokken. zij, i'jd even armoedig levend, snakt naar moolt «•«eren. mooiere omgeving, maar de laag-W|- ne-gronache levenaopvattiogen kan zij niet dee- T»ak *<j haar viendin en de vrienden »»n deze ongezouten de wzarheid Dit dubbele even moet onvermijdelijk tot een conflict «omen. een conflict, waarvan Ruth eerst in -ar verlegenheid haar volkomen ondergang MUI. m,lr -41 «»«»»«tte baar rrddme Ken uitateked boek voor de rijpere jcuo v«»oc de ouder*. Ingenaild j.jo. gfbonden j.15. V erschenen hij N.V. Servire. Den Haag: T. !.;h7i°1L0'#v,k': "De b*' n' 1 «en phantaatische verteüin» .i.uü- D* Kfuytbo*ch m«< twee op- 11 0VV •ck''Üv«f «n drie rtproduct.es. ,mT! -.Droom" i, verschenen in Dost»* 1„Dagboek van een schrijver" en ini. ««K'Msbelijdenli, een sterke over- ilaüf'a ftn ul,in« vaa 4e „waarheid emenU t T0n' m*n g«>Pe"bjar<' I) 1.1 l w«arheld van het leven doof ,a,r .••"•fbogwd d»n»r lijn gave van het hpp.T a,J',c'u' luderdazd een te lang g"4* K-u, v,n gr^ft*" ichrljver. Twee v»n ^1 i*n °t»*te!len over den persooi kun./" 'S verband n.et de schilder' «ijn naastenliefde COmpieteerea "fi mooie werkje. men' ^n?. Den Haag: „Stor* vertaileuu Ha?alt". IJslandsch Dr A* Kesbergen. k",eKn.:!ma» uit bestaan van IJslandse» hard» „r.'1' »°«r«i en tegelijk visschcr». •en (pop., Kafaktgfp. geweftd te vccb- - - - *,orn' en golven, maar Vervuld ert hét y"'-ra! de moeder Tborbjór* ,t4in. t nH, f a"* bf0<4ers TtlOftflf en Tb"^ die atrijil mft beider tragischen een r'i voorbereid, geleid: h,*t «npdp Fvoefd- *'s een strijd tussfbr" mooi ?-prk;Pn l »w*4e. F.en buitengew"0!' zijn bpw„,,„P' u beeldend IJsDjf heden p""" h,,fl moe'flP gewoonten en n"*^' 'ig. 0.90; geb. t.jo.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 6