HET BINNENHOF]
TuSt i.',l,w «r
HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 4 NOVEMBERJ^I;
OP EN OM I
tftlStSïSïtti»or...l o"-
Nieuwe Uitgaven.
as?-
Hen voorteeken - Wat het Kabinet-Colijn
reeds heeft bereikt - Onze Tweede kamel
en de gewijzigde omstandigheden. W
vroeger tot heftige conflicten aanleiding gal. -
I)e werkloosheid en de sombere financiën.-
Naar wijziging van onze Grondwet- De
Regeering waarschuwt tegen den waan \an
den datr". - Eedschennis. Aan het begin
PIJNSTILLEND en GENEESKRACHTIG
.Uk. r"ei« 112
laten verdwijnen Z I "M*r'
"hen de !wiiiH#frftr
Oprichting van een ziekenhuis
bepleit.
In krachtige bewoordingen, schoon van
stijl en inhoud, gaat het verslag verder
en zegt: „Gij! Mijne Heeren, zijt de prin
cipalen, gij draagt de verantwoordelijk
heid voor het verlies van het hoogste ge
schenk der Voorzienigheid, het leven,
zoowel dierbaar aan de armsteu, als aan
de rijksten. Wij verzoeken, wij bidden 11
er om, helpt die misstand wegnemen, y
achten ons thans van alle verantwoorde
lijkheid voor het vervolg ten deze opzich
te ontheven". Met klemmende ernst pleit
hot toenmalig bestuur voor de stichting
van een gasthuis, tot opname van zoo
danige lijders als voor herstel, behoud
van hun leven, dit volstrekt vordert.
Een halve ïleseh wijn en een
broodje voor de vergaderingen.
Als dan verder het verslag nog noemt
de kosten voor onderwijs en schoolbe-
hoeiten van 297—, wil ik, aldus gaat de
heer Van Dalen in zijn overzicht voort,
als curiositeit nog vernielden, dat aan
kosten van beheer en administratie werd
uitgegeven 961.87, w.o. 130.43 kostan
voor vergaderingen. De toelichting zegt
er worden 12 gewone en 6 buitengewone
vergaderingen gehouden, tijdsduur van 7
tot 12 's avonds, alsdan wordt voor ieder
der Directeuren teu getale van 12, een
halve fleseh wijn toegestaan en een
broodje. Bij de wekelijksche bedeeling,
waar twee directeuren tegenwoordig zijn,
wordt thee, kofie en een broodje ver
strekt. kosten 13.— voor iedereo Direc
teur, Het Bestuur motiveert een en ander
door te schrijven: Even wars als bestuur-
deren zijn om zich voor hunne movite,
zorg, opoffering en verlies van tijd te
laten betalen or bezoldigen, evenzoo acht
het onvorderbaar zich daarby nog uit
gaven of geldelijke opofferingen te moe
ten getroosten en het dus zonder schroom
zonder verb'oeming en alzoo openbaar
zijn uitgave/i ten deze blootgelegd.
Het gemeentebestuur aanvaardt
dankbaar de kritiek.
...t verslag over 1848, dat onderschei
dene vellen papier inneemt, is in zijn ge
heel het lezen waard. Een bijzonderheid
is nog dat dit verslag door den president
van het Armbestuur werd voorgelezen
voor de Leden van het Gemeentebestuur.
Na het lezen werd gevraagd of nog
nadere inlichtingen verlangd werden en,
dit ontkennend beantwoord zijnde, nam
de heer Burgemeester het woord en be
tuigde de hoogste tevredenheid van het
Gemeentebestuur over den staml van
zaken haar kennelijk gemaakt. H\j deed
dat in praehtige bewoordingen en alsof
dat nog niet genoeg was werd vervolgens
door ieder der leden van het gemeente
bestuur de tevredenheid en Ingenomen
heid over de werkzaamheden van het be
tuur betuigd. „Vervolgens verliet het Ge
meentebestuur de vergadering en werd
hetzelve door den president, vice-presi-
dent en secretaris plegtstatig uitgeleide
gedaan tot buiten het Ix>kaal." De heeren
waren zeker ook erg voldaan want, nadat
het College vertrokken was, werd nog
besloten den bijkok gedurende 4 weken
0.75 per weck toe te kennen voor het
schoonhouden der lampen, uit hoofde der
bevalling zijner vrouw.
Tot zoover deze citaten uit het verleden.
genoegen dat de heer Wethouder van het
Armwezen onze vergaderingen bijwoont.
Dit is begonnen met den heer Verstegen.
Vóór dien tijd gebeurde dit niet. TocJ)
had dit zijn schaduwzijde. Naar mate de
tijdsomstandigheden zich wijzigden en
daardoor door ons bestuur dikwijls be
sluiten moesten worden genomen, die van
ingrijpenden aard waren, was het een
groot voordeel een vertegenwoordiger
van het gemeentebestuur in onze verga
dering te hebben. De samenwerking tus
schen het Armbestuur en de gemeente
werd daardoor bevorderd.
H!eT„ï't «Slier t.
eiiB «rAviintfeii tö
De werkkracht
Zendervan.
van deu heer
Het is onze innige wensch, dat u, mijn
heer Smits, de kracht en de wijsheid
moogt ontvangen om de niet gemakkelij
ke taak die u wacht met vreugde te ver
vullen. Voorzoover dit in ons vermogen
ligt en van ons verwacht wordt zullen wij
u onzen steun en onze medewerking niet
onthouden. Nog een enkel woord wil ik
zeggen tot onzen waarnemenden secre
taris-penningmeester, den lieer Zonder
van. Met gemengde gevoelens, geachte
heer Zondervan, werd u indertijd tot in-
formator bij het B. A. benoemd. De ver
wachtingen, te uwen opzichte, gewekt,
hebt u echter niet be-schaamd.
De werkkracht en ambitie hebt u ech
ter het meest kunnen toonen, nadat u
tijdelijk de functie van secretaris-pen
ningmeester hebt vervuld.
De omvang der werkzaamheden, die u
hebt moeten verrichten, was als nimmer
te voren.
ikuierzyds als een goed ambtenaar de
belangen der gemeentelijke schatkist niet
uit het oog te verliezen en anderzijds re
kening te houden met de behoeften der
genen die steun vroegen, waren oorzaak,
dat uw adviezen met nauwgezetheid moes
ten worden gegeven. Door uw plaatse
lijke bekendheid en wetende de mentali
teit van een deel der aanv ragers om steun,
kwam u dikwijls in moeilijkheden. En ge
zult het met mij eens zijn, ieder niensch
heeft zijn gebreken, ieder ineusch heeft
zijn eigen karakter-eigenschappen en dus
ook gij, evenals wij allen, deden ons werk
niet volmaakt. WH bedoelen gij kondt,
evenmin als wij, ieaer bevredigen. Daar
om waren uw adviezen dikwijls niet naar
den zin van hen die de aanvrage om
steun deden, doch juist daaruit bleek uw
zelfstandig oordeel, zonder onderscheid.
Wij hebben dit steeds in u gewaardeerd.
Samenwerking ook voor de toe
komst.
Dames en heeriU, aldus eindigde de here
Van Dalen zjjn rede, ik hoop u niet te veel
vermoeid te hebben met mijn lange
speech, ik vond het niet overbodig op
onze laatste vergadering iets van het ver
leden te vertellen. Wü kunnen in de toe
komst niet blikken, maar ik wil besluiten
met den hartelijken wensch, dat wij allen
zooals wij hier bijeen ziju, ook straks in
de nieuwe situatie elkander onderling
zullen waardeeren en in dezelfde prettige
verhouding samen werken, daarbij reke
ning houdende met het bereikbare, voor
het waarachtig belang der behoeftigen
onzpr samenleving.
Antwoord van Wethouder Smits.
Wethouder Smits, den heer Van Dalen
beantwoordend, begint met er op te wijzen,
i dat het we! onder zeer bijzondere omstan-
Dankbare herdenking van den digheden is, dat men liedenavond bijeen is
heer Burgers. Ook de heer
Van Oh niet vergeten.
Mijne dames en heeren, aldus ging de
lieer van Dalen voort, ik gaf U een
kijkje in de vergaderingen onzer voor
gangers ruim 86 jaar geleden. De toe
standen waren toen heel anders dan
tegenwoordig, doch gaven toch blijk van
bijzondere toewijding voor den arbeid die
van hen verlangd werd. Zelfs gaf het den
stoot voor een ziekenhuis, dat in die dagen
al een bijzondere aanwinst was. doch
thans, zooals het in die dagen werd ge
ëxploiteerd niet meer zou worden ge
duld.
Uit dit alles zien wij echter een voort
durende verbetering in allerlei misstan
den en een aanpassen in gewijzigde op
vattingen en behoeften.
Een reeks van burgers onzer stad gaf
zich aan het mooie, maar ook moeilijke
werk der verzorging van de behoeftigen
in onze samenleving. Hen allen met name
te noemen is ondoenlijk. Wij, van de jon
gere generatie, wij denken nog met
dankbaarheid terug aan onzen goeden,
besten heer Burgers, die zoovele jaren
met het Armbestuur was verbonden. Wy
hebben hem in zijn leven geëerd voor waj
hjj deed en ook bij zijn graf. Maar wy
willen, ik ben er zeker van, ook thans in
onze laatste vergadering woorden van
dank en hulde brengen aan ons geacht
medelid den heer Van Os, die vanaf 26
October 1909, dus gedurende 24 jaren, zich
geheel gaf voor dit werk dat hij met al
zijn gaven en krachten, hem geschonken,
van harte lief had. Indien hij niet wettig
verhinderd was, was de heer Van Os
tegenwoordig en zijn adviezen kenmerk
ten zich als degelijk en doordacht en
mede door zijn liefdevol hart heeft hij
menig leed kunnen verzachten. Als ik
speciaal den heer Van Os hulde en dank
breng, wil dat niet zeggen, dames en
heeren, dat ik uw werk minder waardeer,
neen u allen zonder uitzondering hebt u
gegeven, met volle toewijd'ng, voor het
geen gij uw plicht achttet.
Het feit dat u allen door den Raad dezer
gemeente op instigatie van den heer Wet
houder zijt benoemd als lid van het be
stuur van Maatschappelijk Hulpbetoon
moge u beschouwen als een welverdiend
bewijs van erkentelijkheid voor hetgeen
u in uw kwaliteit als lid van het B. A.
deed.
b® omstandigheden, ik zeide het reeds,
zijn zeer veel verschillend van vroegere
jaren. Thans is de steun in geld uitge
drukt, geen enkele honderden guldens,
maar enkele honderd duizend guldens.
Mogen de economische omstandigheden
spoedig een gunstige wending nemen,
opdat de steunbedragen op de begrooting
voorkomende, tot normaler bedragen
worden teruggebracht!
Samenwerking tusschen Arm
bestuur en gemeente.
Het laatst? lOVal jaren hebben wij het
Evenals bij het eindigen eener regeerings
periode door het overlijden van een vor
stelijk persoon, kan ook hier van toepas
sing zijn: de Koning is dood. leve de Ko
ning! Immers, op hetzelfde oogenblik
waarop Uw taak ais leden van het Burger
lijk Armbestuur zal zijn geëindigd, zult gil
in Uw geheel aanvaarden eene andere
taak, welke, zü het dan in eenigszins ge-
wijzigden vorm. als een voortzetting kan
worden beschouwd van het werk, dat door
U met zooveel lust en toewijding tot heden
werd vervuld.
Ik heb het tan ook ais het aangenaamste
gedeelte van mün taak inzake de reorgani
satie van cezen dienst beschouwd. U al
len. zonder uitzondering, bü het College
van Burgemeester en Wethouders te mo
gen voordragen voor een herbenoeming.
Terecht werd daarop gewezen; de herbe
noeming van U door den Raad is wel het
sprekendste bewijs, dat men Uw werk
heeft weten te waardeeren.
Het stemt my verder tot groote voldoe
ning van U te mogen vernemen, dat even
als mün voorgangers, de samenwerking
tusschen Uw bestuur en mij. niets te wen-
schen overliet. In dit verband moge ik er
op wijzen, dat dit daarom van zoo'n groote
beteekenis is, omdat voor mij de minder
prettige taak was weggelegd in de wijze
van Armenzorg verandering te brengen,
en deze in overeenstemming te brengen
met de gewijzigde tijdsomstandigheden.
En ofschoon ik met aanvaarding hiervan,
deze naar mijn beste weten heb uitgevoerd
met zooveel mogelyk vermijding van per
soonlijke gevoeligheden, kon het toch niet
anders, of er moest, en soms pijnlijk, wor
den gebroken met reeds jaren bestaande
tradities. Ik ben er mü ten volle van be
wust, 'at ik met de aanvaarding van de
nijj thans opgelegde taak. eene groote ver
antwoordelijkheid op mijn schouders heb
genomen. Doch juist daarom stel ik het
zoo bijzonder op priis nu reeds van U, en
dit onderstreept door het geheele Bestuur,
de toezegging te ontvangen, dat gij u ook
in de toekomst ten volle hoopt te geven,
om in dit voor mü zoo moeilijk werk Uw
aandeel te nemen.
Mijnheer de Voorzitter, ik zeg U on
Uwe medebestuurders hiervoor hartelijk
dank. Overtuigd zijnde, dat U allen deze
woorden ook zult omzetten in daden. en
na mij nogmaals in Uwe welwillende me
dewerking te hebben aanbevolen, wil ik
de hoop uitspreken, dat door een prettige
samenwerking zeer veel in het waarachtig
belang van de maatschappelijk minder be
deelden onzer gemeente mag worden be
reikt.
WEEK-
KRONIEK
f ITI g1
-I
RADIO-ACTIEVE COMPRESSEN
bij Rheumatiek, Jicht, Spit,
Zenuwpijnen, Spataderen, enr.
Vraagt gratis Brochure aan bij:
ALGEMEENE RADIUM CENTRALE,
Amsterdam W, Stadhouderskade 6, Geb. Atlanta.
Den Haag. 2 November '33.
Men moet thans wel zeer in figuurlijken
zin spreken om te gewagen van „stilte op
het Binnenhof", indien men daarmee wil
zeggen, dat de beide takken onzer Volks
vertegenwoordiging in de huidige week
haar openbare vergaderzalen nagenoeg
gesloten hebben gehouden (slechts de Eer
ste Kamer hield jJ. Dinsdag-middag een
openbare bijeenkomst van enkele minuten
voor het nemen van een „aanloopje" naar
het afdeelingsonderzoek), want ook over
het aloude Binnenhof loeide de najaars
storm en hielden de vinnige rukwinden
danig huis. Zou het w oeden der elementen
beschouwd kunnen worden als een som
bere „voorbode" van mogelyk op lianden
zijnde stormachtige debatten bü de behan
deling der begrooting voor '34 ln ons La
gerhuis?
In 't algemeen ly'kt het mij, dat er voor
'n dergelijke biigeloovige vrees niet heel
veel aanleiding bestaat. Het buitenge-
woon-ernstige karakter van den tUd, waar
in wij nu leven heeft alierwege remmend
gewerkt op al te heftige uitingen van ge
moederen, die zich onder andere omstan
digheden niet genoeg in bedwang lieten
houden.
De Regeering-Colijn heeft reeds in het
vrij korte tijdsverloop van zijn bestaan
uitstekend werk verricht op het gebied
van handhaving van de rust en het bij
brengen van het besef, dat in deze dagen
vóór alles noodig is een kalm beraden door
middel van genteen overleg. Het woelige
amateurisme ten aanzien van staatshervor
ming werd binnen toelaatbare banen geteld
via het uniformverbod, dat gelukkig tUdig
genoeg van kracht werd om nog snel en
zonder merkbare schokken effect te kun
nen sorteeren. En de Regeering blijkt van
zins. niets door den beugel te laten wrat
zij gevaarlijk acht voor het welzijn van
den Staat
De verscherpte censuur op hetgeen door
de radio in de huiskamer wordt gebracht
is daarvan een der symptomen. Ook het
uitgevaardigde verbod aan ambtenaren
om deel te nemen aan acties, gericht tegen
het regeeringsbeleld, staat daarmee na
tuurlijk in het nauwste verband. En niet
minder de uitlating in de Memorie van
Antwoord op de alg. beschouwingen over
de Rjjkshegrooting. dat een ontwerp tegen,
het bezigen van ontoelaatbare uitdrukkin
gen ln het openhaar spoedig bij de Kamer
zal worden ingediend. Vooral dit laatste
mag ter bestrijding van zedenverniwirg
en -verwildering van groot gewicht wor
den geacht. De beveiliging, welke de straf-
wet tot nu toe bood met betrekking tot
excessieve uitlatingen is niet krachtig ge
noeg gebleken. Men kan er van op aan,
dat een man als Exc. Van Schaik de Juiste
methode zal weten te vinden om In deze
met stevige kracht te kunnen optreden.
In de Sinten-Generaal zal de Regeering
bij het treffen van haar maatregelen door
een zeer beduidende meerderheid worden
gesteund. Het Kabinet Is het minst zeker
van de medewerking der sociaal-democra
ten de groep, welke zich niet geheel af-
keerig van samenwerking heeft betoond,
c'och die de daden van Ooljjn en z'n man
nen met onverholen argwaan en niet zel
den met afkeuring gadeslaat. De commu
nisten en de verdere kleine partijtjes daar
gelaten heeft de Regeering dus voorname
lijk van socialistische zijde ernstig verzet
tegen haar gestie te vreezen.
Afaar dat daarvan .stormachtige debat
ten" het gevolg zullen zün is niet zeer
waarschijnlijk. In enkele voorafgaande
jaren verleden jaar November nog zeer
sterk 1 plachten de defensie-aangelegen
heden immers de gemoederen fel ie beroe
ren. Dat zal nu wel andere zijn, getuige
ook liet Voorloopig Verslag over ge
noemde begrooting voor '34, waarin maar
zeer terloops over de eenzijdige ontwape
ning een woordje wordt gezegd. Zekere
gebeurtenissen over onze Oostgrens heeft
het inzicht sterk verlevendigd, dat weer
loosheid voor ons land wel eens noodlottig
zou kunnen worden. En mede in verband
met de fascistische stroomingen in ons
land is een betrouwbaar leger de beste
rem tegen revolutionaire acties.
Een andere, zeer belangrijke aangele
genheid, weike aanleiding zou kunnen ge
ven tot „warme momentjes", is die der
werkloosheid en alles, wat daarmee ver
band houdt. Maar de schrikbarend dalende
landsinkomsten moet ieder tot groote
voorzichtigheid manen en brengt dan ook
alle verantwoordelijkheidibewusten tot
meerder voorzichtigheid.
Het antwoord van minister Slotemaker
de Bruine bij gelegenheid van de interpel-
latie-Kupers over de verlaagde steunuit-
keeringen ln de vier groote steden heeft
te dien aanzien duidelijke taal gesproken
Als men de „Handelingen" nog eens na
slaat, dan blijkt toch wel zeer, hoe wy
economisch op een vulkaan dansen. Z.Exc
zei n. a. woordelilk dit:
„Ik moet intussehen aan den anderen
kant opmerken; dat wanneer Rille en ge
meenten insolvabel worden en daarop
kom ik zoo aanstond terug er een toe
stand ontstaat, die ook voor onze werk-
loozen een zeer bedenkelijke zilde heeft;
daarvoor het oog niet open hebben is ook
harteloos.
Ik neem een voorbeeld. Hier voor mü
hel) ik de wet van 22 September 1983 uit
Duitschland, die met een wrangen humor
genoemd wordt. „Befreiung der Land- tind
Forstwirtschaft, der Binnen- und Küsten-
fiseherei von der Arheitslosenversiche-
rung".
Daar staat dus, dat deze lijdende be
drijven verlost worden van den nood der
verzekering. Men is daartoe gedwongen
werken. Zij gevang»*» te
wen, zich niet «fjji dag. Voor
geven aa»
de leuzen van den dag
oordaèlen, dat
ifzySüd vSi stelle»Dn te dieue».
Tweede Kamerlid was, ter i
Lieve lezeres, ..Liefde iu de mtot" i,
«..nu van een verhaaltje, een banaau met
ruiker een lswchuitje met tam. Mu W
Langer wonUnde avonden geschikt.
Br.
Vertekenen b.j N V. V.n Holkuu\Vi.
a rf tl M tc Anuterdam: „Bij de TrpL
af ons de volgende toeliet
notmd het|l<» spr.ko D, «Sn»»'
heeft gebracht, nWieHJ* n eU 'voor de iotMvaU* VJ
VolkSVertCgenwOOr^l,^. schende„ door I ^''Vfrikaan.che broeder», de beltugsteUiug
trouw aan k „baande staatsorde Mi)„fiemen. die wij. onderen, gevoelden? Het
te ageeren op noem j heeft zich
worden gestuft. De^h K bü hpt
oegen niet posit<
gedeeld, dat deze
tie een onderwerp
„ver de nol.. id* >»f Jjj
V.V. heelt doei.
inboezemen, dte w
hartstochtelijke meeleven in hun strijd VUOr
Se onafhankelijkheid in 188. en .900. WUir.
loe wii ln waren door uititekende cou.
ta. weiKe uc Gn.'iten deed ons de lectuur
doen voeg. P^ÏJÜl ïe van L n Cachet,, ja r ts
van Theal. voor lief nemen, wanneer wij
uelicht wilden worden over hunne vroege^
lotgevallen. Maar aal de jeugd van than», dit
n'te de genoemde jaren heelt meegemaakt, ook
uit die werken willen putten? Vermoedelijk
niet> daartoe i* de inkleedmg niet aantrek-
keliik genoeg voor hen!
Daarom heb ik. in plaats van een gewoon «-
aehiedenisboek te schrijven, deu vorm van ce«
jongensboek gekozen bij het voortteüen va«
een gedeelte der eerste geschiedenis van de
Trekboeren.
Alle personen, die in het bock icrmeld woc-
den zijn zooveel doenlijk, historisch juist be
schreven'; zij hebben dus allen bestaan, behal.
I ve de verteller Piet van Scholven en de Frie-
sche knecht. De eerste treedt op. omdat ik het
voorbeeld vil anderen heb gevolgd b.v. v>a
Verne in ziju Kapitein van ij jaar om 0e
lotgevallen der Boeren te laten meemaken door
een jongen van den leetujd der gewensebtg
lezers. Door beide gefingeerde figuren kon ik,
ongedwongen en tonder te kort ,e doen ug
de waarheid omtrent de aistorische pers men,
deze hoofdpersonen ta aanraking laten komsa
met allen en alles, noodig voor de schilderij
van gebeurtenissen en toestanden.
Mocht ik bij hel uitwerken van het verhiel
der politieke gebeurtenissen de fantasie te
hulp hebben geroepen, dan liet ik die to«k
altijd steunen op een basis, die ik kan verent-
woorden Kn de jachtavonturen, ent., die de
verteller meemaakt, zou hij stellig op die na-
I nier hebben kunnen bijwonen
Telkena heb ik getracht, door het uitwar-
ken van een of ander gedeelte, een idee te ga
ten van het leven onzer stamgenooten. b.v.
van een reit met een ossenwagen door hrt uit
voeriger vertellen van den toch tan Durhag
naar Pietermaritthurg. of van den trek van
Natal naar Potchefatroom; om een -nder
voorbeeld te noemen: door het verhaal van
de echtgenoote van Beauidenboul. vry ba-
werkt naar hetgeen von Holub meedeelt over
een dergclyk verheel geef tk een epuode alt
het iwarc en gevaarlijke teven der Boeren
vrouwen.
Somt moest ook door een enkele aan Ju.: ag
iets worden overgelaten aan de fantaste vat
den jeugdigen lezer, evenals men in ren laar
hoek dikwijls rekent op bet levende woord
van den leeraarl
Er zon wel evna twijfel kunnen bestaan al
Dr. Poortman in pl.m. 1850 zoo zou hebben
gesproken over bet klimaat, alt ik bet aam
iaat doen. maar dan moet dg leaer maar dan
ken. dat de verteller ziek vergist heeft re hl
hrt met ran den dokter, maar in laterrn rijl
geweest; maar dit beteekent, dat alle ar
beiders in deze bedrijven buiten de verze
kering moesten worden gebracht! Laat
inen zich goed herinneren, dat als niet
bü tyds gevraagd wordt, wat wü kunnen
volhouden het gevolg daarvan moreel,
hygiënisch en sociaal voor allen uiterst
bêdenkeiyk zal zün."
„Ik wil wel zeggen dat liet nty getroffen
heeft in de rede van den geachten inter-
peilaut, dat hü cüfers gegeven heeft, maar
cüfers van het aantal werkloozen alleen
en niet ook cüfers, betrekking hebbende
op de sommen, die voor de voorziening
noodig zün; al geef ik hem onmiddellijk
akte hiervan, dat hü op een bepaald
oogenblik gezegd heeft, dat de gemeenten
onder den groeienden last „bezwijken".
Als wü dat vasthouden en als wy daarby
vasthouden, dat gemeenten en Rük op het
oogenblik samen ons volksleven dragen,
dan kom ik met den heer Kupers vrü ge-
atakkelük tot overeenstemming; want de
gemeenten en het Rü'k mogen niet be-
zwüken.
Laat mü nu enkel cijfers noemen voor
het gansche land, wat Rijk en gemeenten
geven voor de kassen, voor de crislswei k-
loosheid en voor de andere werkloozen. In
de uitgaven, die daarvoor thans worden
gedaan, vermeld ik dus niet datgene, wat
noodig is krachtens de Armenwet; ik laat
ter zijde ruim een mlllloen, dat door het
Rük gegeven wordt voor het Nat. Crisis
Comltë, voor den moreelen steun aan
werkloozen en enkele andere doeleinden.
En dan herinner Ik. dat Rük en genieen
ten voor steun, werkverschaffing en voor
kassen hebben uitgegeven in 1932 ruim
120 mililoen. in 193S ruim 140 millioen.
Wil men a-eten hoe de getallen verdeeld
zjju. dan zal ik het zeggen: In 19S2 het
Rük 57.5 millioen. de gem» enten G2i> ut.;
ln 1933 het Rijk 81.5 m. en de gemeen luit
58.5 m. Wil men een paar speciale gege
vens. dan grÜP ik voor den voet op. Kort
geiedou had ik bezoek van het College van
R. en W. uit Maastricht. Zü vertelden mü.
dat in deze vrü kleine gemeente men voor
1 groep van gesteunde» gerekend had met
een uitgave van 1 ton ln dit jaar; die uil-
One zal blüken 2 ton te bedragen.
1 Ik heb uit Rotterdam een paar cüfers.
In één week ia voor de georganiseerde ar-
WiSere aan steun uitgegeven. dat wil
zeggen los van het burgeriük armbestuur
hls zoodanig op 25 Januari 1930 in één
Ïeek 42.588, op 28 Januari 1933 in één
eek 358.644.
Deze cüfers bewüzen, dat wü op weg
Ai", geluk de geachte interpellant zelf
heeft gezegd, naar de „bezwijklng". dat
wü op weg zün naar de ontwrichting van
het gansche budget van Rük en gemeen
ten samen. Wat daaromtrent dezer dagen
tot de Kamer is gezegd ln een adres van
de Vereenlging van Nederlandsche Ga-
meenten. zal Iedereen tot ernstig naden
ken hebben gestemd. Derhalve zün maat
regelen onverbiddellük noodig."
Gez en deze mededeelingen zal het on-
mogelük moeten worden geacht, van onze
Regeering meerdere geiden los te krügen
voor de werkloosheidsverzekering, zoodat
over die kwestie wel niet een zeer groot
meeningsverschil zal ontstaan.
Alleen de „gezagskwestie" kan de par
lementaire goiven nog wel eens adl doen
opslaan. De heer Albarda heeft immers
zün interpellatie over het verbod aan de
ambtenaren gereed en bü de begrootings-
debatten zal de meer scherpe radioeensuur
natuuriük op de Droppen komen.
Het nu snel naderende Novembersclie
groot-politieke steekspel zal vooral inte
ressant kunnen worden met de vraag, of
en hoe ons Parlement zich voldoende weet
aan te passen bjj de veranderde omstandig
heden; of zü volkomen zal beseffen wat
zün taak is in tüden, gelük wü die thans
beleven.
In het Voorloopig Verslag betreffende
Hoofdstuk 1 der Rijksbegrooting was
tooral van belang de tot uiting gebrachte
wensch om te komen tot de instelling van
een Staatscommissie, die tot taak zou heb
ben te onderzoeken of en zoo ja in hoe
verre onze Grondwet wijzigingen behoeft
met het oog np nieuwe strooniingen, welke
zich overal in de wereld vooidoen. Het
spreekt vanzelf dat een en ander in ver
band staat met de vraag, of ook ons land
in eenitc opzicht rijp is voor een organi
satie in corporatieven geest".
Het antwoord van de Regeering was
niet zeer bemoedigend voor degenen, die
van den „corporatieven staat" a l» lie'l
verwachten.
In dezen hachelüken ty<I, zegt de re
geering, overweegt één vraag alle ander-
zal de regeering haar taak kunnen ver
vullen in gestadige samenwerking met
de vertegenwoordiging des volks of zal
ook In ons land, de loop der zaken een
zoodanige worden, dat dit verband ver
broken zal worden? De regeering acht
bet eerste onmisbare voorwaarde voor
een doeltreffend staatsbeleid, hel laatste
zou zü een ramp voor ons volk achten
De thans plotseling naar voren komen
de belangstelling voor ingrijpende wüzi-
ging onzer Staatsinstellingen, is op zich
zelf geenszins zonder beteekenis Maar
dit is niet de hoofdvraag. Die hoofdvraag
is of zulk een wijziging urgent moet wor
den geacht Het begrip: „Corporatieve
staat 111 zyn meest gangbare beteekenis
acht de regeering volstrekt verwerpeliik
omdat het het maatschappelijk leven in
al zyn geleidingen aan de Staatamach
onderwerpt, omdat het Kerk en Gods-
dienst wetenschap en bedrijf van natuur-
iyke vrijheden berooft. Ter beoordeeling
van dit begrip heeft de regeering de voor
lichting van een Staatscommissie niet
derzoek zul uitmaken.
Voorloopig blijft uit
onderwerp, dat
groote toumool tegemoet: Door de Uee
de Kamer zal. eer het Kerst zal Hl», nog
uereen werk" moeten worden terzet.
'want naast het begrootingswerk wachton
nog talrijke belangrijke ontwerpen op ■!-
dHetnLgerhuia zal in de komendep^-
ode veel praatlust aan den wil to tzelfbe
p.rktnR .«-r
Hu go Ponning, De Weldoener.
Prijs 2.-, geb. 2.90. Vau
Holkema A U arendorf, Amater-
dam.
Wy hebben dezen roman bier inder-
tyd aangekondigd en toen gezegd er nog
nader op te zullen terugkomen. Het
boek als roman verdient teu volle een
nadere beachouwlng; het la een breed
opgezet, knap geschreven verhaal van
iet leven vau een landjonker, „weldoener"
en raadgever zijner zustere, maar die.
doordat hü U>taal gespeend is van alle
zakelük en finanlieel inzicht en ook ln
niaatachappclüke dingen niet moer ia
dan een groot kind, zichzelf en de zü'ieu
finanlieel naar den afgrond voert De
verschillende finantieele transacties
waarin deze landjonker zich begeeft met
de hulp van een rentmeester, zün met
kenuls vau zakeu beschreven. De persoon
van dezen rentmeester, die aldus een kans
ziet om zün eerzucht te bevredigen de
baron financiert alles en hü kan uaar
lartelnst zün grootsche ondernemingen
opzetten is, evenals trouwens de I
overige pereonagiën, de zusters van den
landjonker, deftige Haagsche freuMjes,
levendig beschreven. Ook verschillende I
scherp en juist waargenomen scènes vin
den we: de tocht van Matthieu naar den
bankier, bü wien hü tevergeefs om ere-1 Khrijvta; anders ao« mm ook a
diet voor zün duin-exploratie aanklopt
en de diepe vernedering, die hü erover
gevoelt, aan het slot, de ineenstorting en
nog veel meer. Het boek Is breed opge
zet, knap en suggestief uitgewerkt
Een andere kwestie is of de lezer zich
op den duur voldoende voor de hierin be
schreven personen en situaties kan Inte
resseeren. Want we hebben uitsluitend
te doen met een schatrüken baron, die
met zyn geld allerlei domme en nutte-
looze dingen uithaalt, en met een rent
meester. die er van profiteert door eigen
eerzucht te bevredigen. Beiden gaan er
aan te gronde. That 's all. Andere proble
men worden er niet in aangeroerd. Maar
nogmaals: dit alles is knap en boeiend
beschreven.
De correctie is slordig: blükbaar heeft
de spelüng-Terpstra den corrector parten
gespeeld. Voor de mannelüke woorden
zyn da naamvals-ns afgeschaft, maar aan
gezieir hier de spelling De Vries en te
w inkel werd gehandhaafd en aangezien
de corrector blijkbaar niet meer wist wel
ke woorden mannelyk en welke vrouwe-
lyk waren, heeft hü, om zeker te zün nu
maar een dpzün of wat vrouwelüke woor
den tot mannelyke gebombardeerd. We
komen dus in geen geval ennetjes tekort
Br.
T.iefie in de mist. door PameU
VNynne Prü» 1.90. geb. 2.50.
N «n Holkeina A Wareniorf. Am-
steraam.
Een
8cha' tv»n «en verhaaltje, lieve
lezeres, een dot. een snoesje. Een bonbon,
een fondant, een borstplaatje. Om van te
genieten als je knus in je boudoirtje zit
Z"On Seu -kryKt vun Je (ir,lkk0 vrlen-
din. Op bladzijde 115 vindt u den zoen*
o„ r mU,1 k«"iwt »n.S2i
een paar maal een Rtuk c'sf if* *el pen"
in mekaar zette. h„ wat jukken
ata-üselüken dood ïitSn at^rv, anderen
Je een zachtzinnige s^rven, maar als
bent (en dat la pXjtT.nau«e»r
mee nrakii,reM, I;"' Wk
*at zachter dood \Vu. 1 1 0Vfr Pen
is toch nog altüd het vöu^? ',*en Kaan
je nog weer hit ïtïiÜ ft"1' ar,f!n«
hebben"rffi,ïuer.1k01"' """"K-n.
ra tce„ kon '™8 «'l«erd
|OOS' rit
via ienuad indrrs keeft vtrwinn
Verder «u! tk not ■•pmtrttrn. dat tijd
pUtts, waarin bet verhaal sper'.t. toolaaif
«tja. dat het onmogelijk ta om te vrroujda^
dat er harde dinncn prttgd «rotdrr san hit
adres der Eaaelsriie resecris*- Daardoor im
antipathie legen Engeland gewekt kunnen
worden 7n'ks Is m.i. nn hoogs* oagewensckt
en ik heb daarom gezorgd meetlat dies in
druk weder wet Ie nemen door bel byroegea
van enkele woorden. Trouwens in een eere v'i-
werk.-e over den taleren tijd. heb ik herhaal
de jk een gelegenheid geschapen om er op M
wijzen, dal de Brttche regreriag van thant
op een schee! ander standpunt staat dan de
toenmalige. Hrt tpreckt wel vanzell, dat nop
iets niet mag bclcttrn die oodert tijden te be-
Itr onaea
v oen, ene. mogen reppen. De lij den waren an
ders: die veranderen en de mcntcbcn mei hes!
VN aar gesprekken in Het AfrikaaoKh-Hol-
Lnd»ch zyn opgenomen, nam ik dte. gewoon-
hjk met weinig veranderingen, meestal uit Dn*
plr««ta' bekend werk
^toc it ik er m slagen ho de jeugd ecMgn
he!angtfe!Iing te wekkrn voor de prackbgn
eetchiedenis van den Afnkaanschcn tak van
onzen tlam, dan ta mijn doe! bereikt'
V driebenen hij N.V. Service, IX
Ruth Teiiing door M Seneger-Elo
In dit boek beeldt achrijfster op me
wijze de rijpere jeugd uit de verKbill
mentcn. de cynisch doenden, de opt
■en. de genotzieken, de ge
drea
n Haagt
eMtriijkf
en de ele-
■ervlakld-
er met hus
ng naar natuur en werk en dc meer idezliz-
tuchen, die witten werken voor de gemeen
schap, voor meer geluk en meer beschaving.
Kuth Tciting behoort wat haar karkter betreft
4e laatst., maar wordt door haar vader,
*ai deftige afkomst, maar zeer verarmd, ge*
vtuwd naar de omgeving, die „haar pa»t",
naar dr vroegrijpe, dansende, flirtende en
orinkende Bymnaiiaittn. Wel voelt ze zich
wua w"'^r VJB k"" '«ven azagetrokken. zij,
i'jd even armoedig levend, snakt naar moolt
«•«eren. mooiere omgeving, maar de laag-W|-
ne-gronache levenaopvattiogen kan zij niet dee-
T»ak *<j haar viendin en de vrienden
»»n deze ongezouten de wzarheid Dit dubbele
even moet onvermijdelijk tot een conflict
«omen. een conflict, waarvan Ruth eerst in
-ar verlegenheid haar volkomen ondergang
MUI. m,lr -41 «»«»»«tte baar rrddme
Ken uitateked boek voor de rijpere jcuo
v«»oc de ouder*.
Ingenaild j.jo. gfbonden j.15.
V erschenen hij N.V. Servire. Den Haag: T.
!.;h7i°1L0'#v,k': "De b*'
n' 1 «en phantaatische verteüin»
.i.uü- D* Kfuytbo*ch m«< twee op-
11 0VV •ck''Üv«f «n drie rtproduct.es.
,mT! -.Droom" i, verschenen in Dost»*
1„Dagboek van een schrijver" en
ini. ««K'Msbelijdenli, een sterke over-
ilaüf'a ftn ul,in« vaa 4e „waarheid
emenU t T0n' m*n g«>Pe"bjar<'
I) 1.1 l w«arheld van het leven doof
,a,r .••"•fbogwd d»n»r lijn gave van het
hpp.T a,J',c'u' luderdazd een te lang g"4*
K-u, v,n gr^ft*" ichrljver. Twee
v»n ^1 i*n °t»*te!len over den persooi
kun./" 'S verband n.et de schilder'
«ijn naastenliefde COmpieteerea
"fi mooie werkje.
men' ^n?. Den Haag: „Stor*
vertaileuu Ha?alt". IJslandsch
Dr A* Kesbergen.
k",eKn.:!ma» uit bestaan van IJslandse»
hard» „r.'1' »°«r«i en tegelijk visschcr».
•en (pop., Kafaktgfp. geweftd te vccb-
- - - *,orn' en golven, maar Vervuld
ert hét y"'-ra! de moeder Tborbjór*
,t4in. t nH, f a"* bf0<4ers TtlOftflf en Tb"^
die atrijil mft beider tragischen
een r'i voorbereid, geleid:
h,*t «npdp Fvoefd- *'s een strijd tussfbr"
mooi ?-prk;Pn l »w*4e. F.en buitengew"0!'
zijn bpw„,,„P' u beeldend IJsDjf
heden p""" h,,fl moe'flP
gewoonten en n"*^'
'ig. 0.90; geb. t.jo.