PELIKAAN-COMITÉ.
Stadsnieuws
Hè
die vervelende kies....
HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 1 FEBRUARI 1934.
Collectedag Zaterdag 3 Februari.
Steunt het Nationaal
Luchtvaartfonds
Prof. Mr. Dr. G.A.v. Poelje
Uit het politierapport.
Jubileum-voorstelling
„Tavenu".
wilt V. Utwï
i
opge;
TWEEDE BLAD
Het Plaatselijk Pelikaan-Comité maakt
bekend:
1°. dat de inzameling van gelden in
Den Helder ten bate van het Nationaal
Luchtvaartfonds zal plaats vinden in den
namiddag van Zaterdag 3 Februari a.s.
en wel door een huis-collecte door de ge-
heele stad van 2 uur tot 6 uur en door
straatverkoop van Pelikaan-vlaggetjes
van 12 uur tot 4 uur, op 15 a 20 posten,
verspreid door de geheele stad:
2°. dat de inzameling in de verschillen
de wijken vanaf 2 uur zal worden op
geluisterd door de muziekkorpsen: Staf-
muziek Kon. Marine, Stedelijk Muziek
korps. Winnubst, Oranje Harmoniekapel
en Helders Fanfarekorps en de Radio-
demonstratiewagen van de firma Van
Baaren.
Alle muziekkorpsen en de firma van
Baaren verleenen welwillend en belange
loos hun medewerking aan het Comité;
.3 dat de collecte in Huisduinen en
Julianadorp afzonderlijk en plaatselijk ge
regeld is.
Ingezetenen van Den Helder, het
Comité wekt U nogmaals op om dit
Nationale werk te steunen, zooveel als in
Uw vermogen ligt.
Elke bijdrage, ook de kleinste, is wel
kom; ieder geve dus wat hij missen kan!
Ter bespoediging van de collecte wordt
een ieder beleefd verzocht zijn gift reeds
vooraf gereed te leggen.
Het Comité.
W. F. G. L. Driessen, Voorzitter.
H. Ferwerda.
P. C. de Boer.
W. Velthuys,
H. van Willigen.
P. Th. Luyckx.
A. J. van der Hoeven.
Joh. Bakker.
J. de Jong.
W. Biersteker.
P. Vroon, Secretaris-Penningm.
N.B. De bussen van alle collectanten
zijn voorzien van het stempel van den
Commissaris van Politie Den Helder en
van het opschrift Pelikaan-Comité,
Licht op voor alle voertuigen.
Donderdag 1 Feb.
Vrijdag 2
17.14 uur
17.16
Herdacht Woensdag 31 Januari
zijn 50sten verjaardag.
Den Helder is altijd noq een beetje
trotsch op den naam van Poelje. Want
hoewel de heer (toen nag geen profes
sor) van Poelje maar een kleine drie
jaar hier ter stede als gemeente-secretaris
werkzaam was hij werd in het voor
jaar 1919 opgevolgd door den tegenwoor-
digen functionaris, den heer J. Kamman,
heeft hij in die paar jaren heel wat tot
stand gebracht.
Prof. van Poelje heeft Woensdag zijn
50sten verjaardag herdacht en het is naar
aanleiding van dat feit, dat wij daarover
iets vermelden. In het „Weekblad voor
den Nederlandschen Bond van Gemeente
ambtenaren. waarvan hij in October 1.1.
het hoofdredacteurschap neerlegde, werd
bij die gelegenheid een serie herdenkings
artikelen aan hem gewijd. O.a. schreef de
heer Kamman daarin een en ander over
zijn administratief werk. Hij was oor
spronkelijk opgeleid voor onderwijzer,
doch ging omstreeks 1904 over naar de
gemeentelijke administratie van Naald
wijk. In 1914 promoveerde hij tot meester
in de rechten op een proefschrift „Heden-
daagsch gemeenterechten werd toen
als commies aan de- secretarie in Den
Haag aangesteld. Een reeks geschriften
zijn van zijn hand verschenen, welke alle
getuigen van zijn groote kennis.
Men weet, dat de heer van Poelje, na
hier van 19161919 als secretaris werk
zaam te zijn geweest, wederom naar de
residentie terugkeerde, toen in de functie
van referendaris, later chef van de afdee-
fing onderwijs. Thans is hij directeur-
generaal van onderwijs aan het Departe
ment.
Tijdens zijn werkzaamheden aan de
secretarie heeft de heer van Poelje be
vorderd, dat de gemeentelijke administra
tie, die hier toen zeer achterlijk was, werd
gemoderniseerd. Zoo is er het is de
heer Kamman die daarvan vertelt
in zijn tijd de decimale registratuur inge
voerd. een centrale boekhouding, zóó
finaal onafhankelijk van de directie der
bedrijven en zóó volledig gecentraliseerd,
als in geen enkele andere gemeente tot
stand gekomen, een ordening van het
archief voltooid, een geheel gemoderni
seerd uitbreidingsplan gemaakt en zijn er
de grondslagen gelegd voor de oprichting
var een gemeentelijk grondbedrijf. Met
volle overtuiging, aldus de heer Kamman,
kan ik verklaren, dat de gemeente Den
Helder van het werk, dat van Poelje
heeft verricht, een zeer nuttig resultaat
heeft verkregen en mede, dat dat werk
ook voor andere gemeenten een uitstekend
voorbeeld is geweest.
Hoezeer zijn oud-collega s trotsch zijn
op dezen bekwamen man, getuigen de vele
waardeerende artikelen, destijds, bij zijn
aftreden als hoofdredacteur van het
bovengenoemd Weekblad, daarin gepu
bliceerd. En in het nummer van Donder
dag 25 Januari komt dit nogmaals naar
voren in een kort herdenkingswoord, dat
de redacteur H(elmstrijd) daarin aan hem
wijdt. Hierin zegt hij:
„Zijn loopbaan vertoont een climax,
zooals slechts zelden is waar te nemen.
Onze organisatie (d.i. de Ned. Bond van
Gemeente-ambtenarenrekent het zich
tot een voorrecht, dat prof. van Poelje
gedurende een reeks van jaren zijn groote
gaven van hoofd en h^t mede in haar
j dienst heeft willen stellen. Wie kan de
j waarde schatten van zijn arbeid voor de
wetenschap en de praktijk? Een zeer
groote invloed is van zijn optreden, in
woord en geschrift, uitgegaan. Hij sloeg
raak, hij sloeg krachtig, nimmer falend.
Hij was de genialè leidsman op het ge
heele gemeentelijk terrein. Kan het anders,
of de bond gedenkt, den vijftigsten ver-
I jaardag van prof. van Poelje in het zicht,
i met groote erkentelijkheid, wat hij in de
voorbijgegane periode voor hem is ge
weest?"
Wij mogen deze korte herinnering niet
besluiten zonder dat ook de Heldersche
Courant op haar beurt haar hartelijke ge-
lukwenschen aan dezen vijftigjarige heeft
gebracht. Even als de heer Kamman zijn
ook wij overtuigd van de zegenrijke
vruchten, welke de betrekkelijk korte
Heldersche ambtsperiode van prof. van
Poelje voor onze gemeente heeft afge
worpen. Dat ons grondbedrijf, waarvoor
de heer van Poelje, zooals in het artikel
van den heer Kamman al naar voren
kwam; de grondslagen Leeft gelegd en
waarvan hij de groote stuwkracht is ge
weest, zegenrijke vruchten voor de ont
wikkeling en den bloei onzer stad heeft
afgeworpen, zal tegenwoordig wel nie
mand meer betwisten of ontkennen willen.
In verband hiermede moet dan tegelijker
tijd het moderne uitbreidingsplan onzer
stad worden genoemd.
Ook onzerzijds dus vanaf deze plaats
aan prof. van Poelje een hartelijke geluk-
wensch!
CHR. GEREF. KERK.
Men verzoekt ons alsnog opname van
het volgende:
De Chr. Geref. Kerk alhier mag zich,
na 7 jaren vacant te zijn geweest, weer
verheugen in een eigen voorganger, den
eerw. heer J. Rebel, van Huizen.
In de voormiddaggodsdienstoefening j.1.
Zondag werd Z.Eerw. kerkelijk bevestigd
door ds. J. L. de Vries, van Bussum. Na
een predikatie over Joh. 3 29 en 30, han
delende over de verhouding van Johannes
tot Christus, bepaalde spr. zijn gehoor bij
een drietal gedachten: de taak, die hij
heeft de blijdschap, die hij geniet
en de plaats, die hij inneemt en brengt
dit in verband met den taak van den nieu
wen voorganger, waarna deze op de ge
bruikelijke wijze in zijn ambt werd beves
tigd. Spr. richtte hierna eenige toepasselij
ke woorden tot den voorganger, kerkeraad
en gemeente.
Des avonds trad de heer J. Rebel voor
het eerst als voorgangeif voor de gemeente
op in een geheel gevuld kerkgebouw. Na
een inleidende toespraak tot de gemeente,
verbond spr. zich aan deze gemeente met
een predikatie over psalm 121 1 en 2 en
bepaalde zijn gehoor bij de zekere hulp
van God en ontwikkelt dit in 3 gedachten:
de hulp die ons uitdrijven moet die ons
omhoog doet zien en die alles omvat.
Spr. hield hierrfa een korte toespraak tot
zijn bevestiger, den kerkeraad, de gemeen
te en de vereenigingen, waarna spr. door
den ouderling E. F. van Heuvel namens
kerkeraad en gemeente werd toegespro
ken. De plechtighteid eindigde met een
gemeenschappelijk zingen van Ps. 119 9
en 10 (gewijzigd), hetwelk staande werd
gezongen.
AANBESTEDING.
Door den architect J. J. van der Leek
werd Woensdagmorgen alhier aanbe
steed in het Kegelhuis: het bouwen van
een woon- en winkelhuis aan de Sluis
dijkstraat 21, alhier, voor rekening van
den heer C. J. van de Poll. De volgende
biljetten waren hiervoor ingekomen: A.
Bontes 7116.—; W. F. Labout 7105.—;
Kraft Oeljee 725B.A. Kersbergen
7450.E. Kramer 7950.—; Modder
Couperus 1080.P. Tuin, 't Zand
8290.—; A. de Kloe 8350.—; Minneboo
Walboom 8555.r—E. Doorn, St.
Maartensbrug 8730T. G. Reyers
9369.firma Gebr. van Pelt 9400.—;
Gebr. Veter, Schagerbrug 9400.
firma Steeman 9800.
OMZETBELASTING.
De Kamer van Koophandel ontving
zoo juist het voor vele zakenlieden ver
heugend bericht, dat de Minister tege
moetgekomen is aan haar bezwaren ten
aanzien van het belasten van de oude
handelsvoorraden van bijkomstige fabri
kanten. Handelaren, die voor deze rege
ling in aanmerking wenschen te komen
moeten vóór 15 Februari a.s. een onge
zegeld verzoek bij den Inspecteur der
Invoerrechten en Accijnzen te Den Hel
der indienen om hen te beschouwen als
fabrikant met een afzonderlijke handels-
afdeeling als bedoeld in art. 4 der Om-
zetbelastingwet. De Inspecteur kan een
vergunning verleenen dat de niet zelf
gefabriceerde handelsvoorraad die op 81
December jl. aanwezig was, vrij van om
zetbelasting wordt afgeleverd. De fabri
kant is gehouden dagelijks een lijst van
de verkochte goederen die onder de ver
gunning vallen bij te houden een en an
der onder de voorwaarden door den In
specteur te stellen. De vergunning ver
valt op 31 Maart 1934- Na dien dag moet
ook voor de goederen die tot den handels-
vooraad behooren bij verkoop omzetbe
lasting worden geheven, tenzij bij inkoop
hiervan reeds omzetbelasting is voldaan.
Eventueele nadere inlichtingen worden
verstrekt door de Kamer van Koophandel.
Rijwieldiefstal.
Voor een perceel aan de Loodsgracht
werd Maandag een rijwiel ontvreemd. De
recherche stelt een onderzoek in.
Door een inwoner dezer gemeente werd
Dinsdag bij de politie aangifte gedaan
van vermissing van zijn rijwiel, dat
eenige oogenblikken onbeheerd op den
openbaren weg stond.
Eenige personen, die hun rijwielen op
een erf te Huisduinen hadden geplaatst,
kwamen, toen zij hun vehikels weer
wilden gebruiken, tot de ontdekking dat
de banden doorgesneden en de lantaarns
vernield waren-
„Lady Windermere's waaier
Wijze menschen, die wij spraken
(wezenlijk, lezer, dit gebeurt van tijd tot
tijd!) en aan wie wij vertelden, dat we
Waar een opvoering moesten van Tavenu,
die dit blijspel van Oscar Wilde zou ver
tolken, schudden het hoofd. „Dat wordt
niets", zoo zeiden ze, „het is veel te zwaar,
er is weinig spel, maar bijna doorloopend
dialoog, en dilettanten brengen daar niets
van terecht".
Zoo spraken wijze menschen. Maar zij
kenden „Tavenu" niet, de plaatselijke ver-
eeniging, die met dit stuk haar 30-jarig
bestaan wilde herdenken, en die daar-
dat men 30 jaar kan worden en nochtans
mede en daardoor tevens wilde oewijzen,
eeuwig jong kan blijven. En de voorstel
ling is dan ook voor ons, die uit den aard
al van ons beroep, een beetje pessimis
tisch zijn, een openbaring geworden.
„Lady Windermere's fan" werd voor
het eerst den 22sten Februari Ï892 opge
voerd in het St. James's Theatre in Lon
den. Het was het eerste blijspel van den
befaamden Engelschen schrijver en het
verwekte een sensatie, die voor Londen
ongeëvenaard was. De auteur werd door
alle rangen van het publiek gevierd en
op een voetstuk geplaatst, en dit niet in
de eerste plaats nog wegens het stuk als
zoodanig. Want de intrige was vrijwel
vieux jeu en ook de personages muntten
niet uit door buitengewone karakter
eigenschappen. Maar de oorzaak van de
furore, die dit stuk destijds maakte, was
de brillante dialoog, waren de geestige
epigrammen, de slagvaardige paradoxen,
door de handelende personen gelanceerd,
dingen, waarvan het Engelsclie tooneel
van die dagen gespeend was.
Maar wist het Londensche theaterpu
bliek dan al dadelijk zijn houding tegen
over het stuk te bepalen, de kritiek zat
er mee. Dat was een onaangename verras
sing voor hen, die de nieuwe tooneelsehrii-
ver hun had bereid, door in één enkelen
avond alle gangbare conventies ten aan
zien van dramatische kunst omver te wer
pen, en met iets principieel nieuws te
komen.
Men zat ermee, en het erge was: de hee-
ren tooneelcritici konden het ontwijfelbare
talent, dat de jeugdige schrijver bezat,
niet negeeren.
Wij zullen er ons niet verder in ver
diepen: sedert zijn meer dan 40 jaar voor
bijgegaan, en we zijn op het tooneel aan
heel wat meer en heel wat anders niet
altijd wat beters helaas! gewoon ge
raakt.
Het was voor een dilettanten-vereeni-
ging dus een heele onderneming een stuk
als dit, dat feitelijk een tekort aan actie
bezit, te ondernemen. Aangezien de dia
loop hier primair is, moet dus ook van
den spelende stuk voor stuk verwacht
kunnen worden, dat hij dien dialoog be-
heerscht; dat hij minstens de paradox, die
hij heeft te lanceeren, de geestige toespe
ling of de woordspeling, die moet worden
gezegd, begrijpt of apprecieert. Daarbij
moet dan worden geacteerd op zeer na
tuurlijke en ongedwongen wijze, geheel
zooals in een dergelijk geval in werkelijk
heid zou plaats hebben.
Laat ons aanstonds constateeren, dat
„Tavenu", op enkele uitzonderingen na,
voortreffelijk voor deze taak berekend
bleek te zijn. Die enkele uitzonderingen
en men zal ons ten goede houden dat
wij maar geen namen noemen konden
evenwel het verband met de anderen niet
verbreken en aan den totaal-indruk geen
afbreuk doen, en wij gelooven, dat de
Burgemeester dan ook vri, »vel den alge-
meenen indruk vertolkte toen hij zeide,
dat het spel dat van beroepsartisten zeer
dicht naderde. Speciaal de hoofdrollen
waren in voortreffelijke handen en hier
past het ons wél namen te noemen. Mevr.
WestenbergSpaans vertolkte de rol van
Lady Windermere voortreffelijk, zooals
ieder zal toestemmen, die haar gezien
heeft. En dit is niet maar een gewoon
blijspel-rolletje van dertien in een dozijn,
hier komt wel degelijk dramatisch talent,
Kiespijn overvalt U meestal op een
tijdstip dal U géén gelegenheid
heeft naar den tandarts te gaan.
Neem dan een "AKKERTJE" dat
helpt U tenminste dadelijk van de
Pijn af. AKKER-CACHETS zijn
bijzondere pijnstillers bij Kiespijn,
Hoofdpijn, Zenuwpijn, Spierpijn.
"AKKERTJES" kosten slechts 50 cent
per 12 stuks. Overal verkrijgbaar.
sterke uitbeelding bij te pas. Als haar
echtgenoot fungeerde de heer Westtyoeve,
die zijn sporen bii „Tavenu" al lang ver
diend heeft en die een volkomen natuur
lijk, ongekunsteld spel gaf. Dan krijgen
we mejuffrouw L. van Hoek als de her
togin van Berwick: statige, aristocratische
kwaadspreekster, die eigenlijk, vulgair
uitgedrukt, in het stuk de kachel aan
maakt. C. J. Mol Jr., ook een oude ge
trouwe van het „Tavenu"-tooneel, was als
lord Darlington uitstekend, en tenslotte
last not least mevrouw Westhoeve1
Visser als de befaamde mrs. Erlynne.
Voorwaar, dit is een figuur, waarmee het
puriteinsche Londensche publiek van 40
jaar geleden geen raad geweten heeft en
Wilde de heeren critici wanhopig heeft
gemaakt.
Daartussehen bewegen zich dan een
aantal dames en heeren, die in het stuk op
het tweede plan komen en waarbij er wa
ren, die alleraardigste typeeringen gaven.
De regie in handen van den heer Kott-
mann is in één woord voortreffelijk: niets
ontgaat aan zijn spiedend oog, letterlijk
overal is aan gedacht en het is waarlijk
geen vleierij als wij zeggen, dat zijn regie
in menig opzicht beter verzorgd is dan bü
een beroepstooneel. Dat is trouwens het
voordeel van de „liefhebberij"-komedie
boven die van het „beroep". Nu stond
men ten aanzien van dit stuk voor een
moeilijkheid. Zooals gezegd, het stuk da
teert can 1892, en heette toen een stuk
„uit onze dagen". Maar die dagen zijn in
middels 42 jaar geleden en kon men nu
wel de dames en Leeren laten optreden in
zulke ouderwetsehe costuums als toen
werden gedragen? Men heeft den knoop
doorgehakt en er zonder meer een 18e
eeuwsch costuumstuk van gemaakt. Hoe-j
wel, zooals uit het bovenstaande blijkt,
hierdoor wel een soort anachronistisch
hybridum werd geschapen, hindert dat
voor óns modernen niet meer en zoo kan
men dus deze oplossing, die bovendien het
voordeel heeft van de fleurigheid van
schilderachtige costuums, aanvaarden. Bii
deze costumeering was de geheele omge
ving verder aangepast, zoowel wat inte
rieurs betreft (die uiterst verzorgd waren)
als wat réquisieten aangaat. Let op de-
lange pijpen bijvoorbeeld, die de heeren
in het derde bedrijf rooken! Kortom, aan
alles was in dit opzicht gedacht. Costuums
van de firma Ridderikhoff te Hoorn wa
ren smaakvol en keurig; het kapwerk van
de firma Michels te Amsterdam sloot zich
daarbij aan.
De band onder leiding van den heer
Visser, die zorgde voor entr'acte-muziek,
had de jazz en de step onmiddellijk vóór
het opgaan van het doek terzijde gezet en
gaf ons klassieke Don Juan- en andere
muziek bij wijze van entrée. Dus ook in
dit opzicht was de regie diligent, en wij
Buitenlandsch Overzicht peg 1
Feuilleton - I
Radio-programma ..2
Van links en rechts „2
Dinsdag is te Rotterdam Hr. Ms.
,,K XVI" in dienst gesteld 2
Van Moskou uit is een nieuwe
stratosfeertocht ondernomen.
Het schuitje is naar beneden ge- f
stort en de drie inzittenden zijn
gedood7
44 leden van de Zuidpool-expe-
ditie van Byrd verkeeren in ge
vaar B| 7
Hevige branden en hevige koude
te New-York 2
De moord op dr. Arlosoroff, in
Palestina. opgehelderd. Twee
Arabieren gearresteerd - 7
De notaris uit de Umwertungs
zaak is uit zijn ambt ontslagen m 1
Het aantal dooden bij de aard
beving in Br.-Indië is tot ruim
6000 gestegen 2
In Amerika zullen 1184 nieuwe
vliegtuigen gebouwd worden 8
Ingediend is een wetsontwerp tot
vergrooting van het landingster
rein op Schiphol <5
Twee ongelukken met doodclij-
ken afloop te Rotterdam 7
Overleg arbeidsvoorwaarden
landbouwbedrijf
De belastingontduiking en de cir
culaire van den Minister 8
Een Fransch-Oostenrijksche han
delsovereenkomst onderteekend 8
Omtrek-nieuws«6
Marktberichten éup 8
Marineberichten 8
Sportnieuws8
8
Donderdag 1 Februari.
Leger dés Heils, 8 uur, openbare Ge
zinsbondsamenkomst.
Vrijdag 2 Februari.
Lezing over Fascisme. R.K. Jonge Mid-
denstandsvereeniging. gebouw Hoofd
gracht 23.
Zaterdag 3 Februari.
Casino, 8.30 u., Bal-Masqué „Tavenu".
Ouderavond Speeltuinvereeniging afd,
„Oude Helder", Musis, 8 u.
Zondag 4 Februari.
Propaganda-avond Drankbestrijding,
Mariavereeniging en Kruisverbond,
R.K. Volksbond, 8 uur.
Maandag 5 Februari.
V.A.R.A. tooneelvoorstelling. Casino, 5 en
8 uur.
Soirée R.K. Dansclub „Decentia", Musis
Sacrum, 8 uur.
Woensdag 7 Februari.
Concert Muziekvereeniging „Winnubst".
Casino, 8.15 uur.
„Hè, pa," zei de getrouwde dochter,
die in Den Haag woonde, tot haar vader.
I „Als u het wagentje eens naarRótter-
'dam bracht." Haar vader, een gezette
zestiger, die aan niets
zoo het land had als aan
„met pakjes loopen,"
keek haar ontsteld aan.
I iflIlitllllUlllllllllllltlillitlllllllllHIIII i „Wat, moet ik dat wa
gentje naar Rotterdam
(brengen? Dank je feestelijk!"
De kinderen en het anderhalf-jarige
kleinkind, waar hij stapelgek op was,
zouden met Kerstmis naar Rotterdam ko
men, en het was nu twee dagen voor die
logeerpartij. „Maar pa," zette de dochter
door. „Wij kunnen dat ding toeh niet mee
in den auto nemen! Wat flauw, u stapt
hier op de tram, dan bent u gauw aan
het station, en in Rotterdam neemt u lijn
10. Toe doet u het nu maar!"
De oude heer weifelde al. Voor zijne
kinderen liad hij veel over, maar dat was
wel heel erg. „Ziet u nu wel, dat u het
doet", besliste de dochter, haar vader ken
nend. „Ik zal het terwijl even in orde ma
ken."
Na een klein kwartiertje kon men een
kleinen, dikken heer met een ledigen
kinderwagen door de stille laan zien
stappen, op weg naar de tramhalte. Hij
had nauwelijks een paar meter geloopen,!
of een schooiertje, opmerkzaam geworden i
op het dwaze van het geval, bleef staan en 1
riep: „Hé, opa, je hep je kind verloren!"!
Doende, alsof hij niets zag en hoorde, liep
de oude heer verder. Daar begon het al,
hij liep totaal voor gek. „Hè. ouwe", plaag
de de jongen. „Mag ik d'r niet es in rije?
Moeizaam voortduwend, redeneerde de
oude heer met zichzelf. Wat kon hem
dien jongen schelen, in een paar minuten
was hfj immers aan de halte. Plof, de wa
gen ging ineens scheef, er liep een voor
wiel "af, dat precies midden in een plas
modder rolde. Verdorie, daar had hij niet
lUllllllllllftilinilllinillilllllllllllllHIHilllt
liimiiimiHiiiitiiniiiMiniHiiHiiiudiHMnulf
aan gedacht, dat wiel liep ieder oogen-
blik af. Dat zijn dochter daar nog altijd
niets aan had gedaan! De jongen kreeg
meelij, sleepte het ding uit de modder en
samen eendrachtig nu in het geval, deden
ze het smerige wiel weer aan den stang.
Hierbij hield de jongen het ding even
tegen opa's keurig gestreken pantalon,
zoodat er zich een breede streep met wa
gensmeer vermengde modder vormde.
Die kon hij naar een kleermaker laten
brengen, overdacht de oude heer woe
dend. Nadat hij den jongen een kwartje
had gegeven (kleiner kon hij zoo gauw
niet vinden), reed hij het wagentje, het
weerspannige wiel angstig In de gaten
houdend, naar de tramhalte. Het laatste
eindje moest hij nog op een drafje loo
pen, want de tram kwam juist den hoek
om. Vlug zette hij het wagentje op het
voorbalcon, en ging er
in zijn volle breedte
voor staan. Gelukkig,
de conducteur maakte
geen bemerking en
tikte aan zijn pet voor
de fooi. Dat liep tenminste goed af!
Aan het station gekomen, duwde de
oude heer zijn vracht, alsof het de ge
woonste zaak van de wereld was, de
drukke hal door,sjouwde het wagentje de
steenen trappen op, die naar het perron
leidden. Eenmaal dreigde het aan zijn
handen te ontglippen,maar het draaide
nog net tegen de beenen van een achter-
hem aankomende heer, die op zeer on
dubbelzinnige wijze zijn misnoegen te
kennen gaf.
Ondanks het winterweer zweette de
oude heer als in het hartje van Augustus,
maar tenslotte gelukte het hem, op het
voorbalcon van den electrischen trein
naar Rotterdam een plaatsje te vinden.
Terwijl de trein zich in beweging zette,
werd de deur nog eenmaal opengetrok
ken en de conducteur stapte naar bin
nen. Even keek hij, zeer verbaasd naar
het wagentje, en zei toen, plichtsgetrouw:
„Dat gaat zoo maar niet, u moogt dit
wagentje niet meenemen!"
„Maar goeie man," verdedigde zich de
overtreder van het spoorwegreglement,
„ik heb dat ding al zoo dikwijls meege
nomen." Het argument had juist de ver
keerde uitwerking. De conducteur, schijn
baar in een prikkelbare stemming, ver
volgde:
„Juist meneer, ik heb u al dikwijls in
de gaten gehad en het wordt alle tijd, dat
ik er nu eens een einde aan maak. Uw
biljet s.v.p.".
„Ik ben abonné, beste man," probeer
de Opa nog indruk te maken, maar op het
hooren van deze verklaripg werd de con
ducteur heelemaal woedend en raasde:
„Juist, mooi zoo, dan behoorde u het
reglement zeker te kennen. Geeft u uw
kaartje op, dan zullen wij dat maar eens
inhouden".
De oude heer verbleekte. Abonnement
inhouden, dat beteekende een enorme
schade. En hoewel hij het zonde vond van
het geld, haalde hfj een gulden uit zijn
zak en hield dien den zich opwindenden
man voor. „Koop je hier een paar sigaren
voor," teemde hij, angstig naar de uit
werking van zijn woorden kijkend. Alsof
hij een klap in het gezicht had gekregen,
staarde de conducteur hem aan.
„Mijnheer", brulde h'j daarna. „Dat is
omkooping van een ambtenaar in functie,
daar staat gevangenisstraf op! Geeft u
onmiddellijk uw abonnement, of ik maak
er werk van!"
Met bevende handen Kaf de gepijnigde
man zijn abonnementskaart af en zweeg.
De conducteur vertrok, zichtbaar opge
lucht zijn woede eens goed te hebben ge
koeld.
Daar was Rotterdam intusschen al. Na
dat de conducteur, blakend van dienst-
doenerij, het geval aan een dienstdoen-
den chef had uitgelegd, vertrok de oude
heer zonder abonnement, hijgend, ter
neer geslagen door de ellende, niet meer
in staat het wagentje verder te sjouwen.
Een witkiel droeg het vrachtje naar be
neden tot aan de tramhalte. Het was in-
t middels begonnen te regenen en geluk-
kig kwam daar juist Lijn 10 aan. Neen,
daar kon hij niet in, die was zonder bij
wagen. De regen was overgegaan in een
piasbui en tevergeefs probeerde de oude
man zich te beschutten tegen de water
stralen. Daar kwam de volgende tram.
„Vol, mijnheer," verklaarde de conduc
teur nadrukkelijk en belde af. Zielig, het
sliknatte wagentje aan zijn hand, inwen
dig zijn dochter verwensehend, wachtte
hii. Na nog een tram zonder bijwagen te
hebben moeten laten voorbijgaan, kwam
er tenslotte een met een leeg voorbalcon.
Haastig tilde hij de last erop (je krijgt in
alles handigheid) en zuchtte van opluch
ting. De tram zette zich in beweging,
maar stond plots weer stil. Zeker iemand,
die nog mee wil, overpeinsde hij, maar
tegelijk verscheen de conducteur aan het
balcon. „U mag hier niet met dien wagen
op, vooral met dit weer niet. U ifêemt
plaats voor vier in en als er straks een
controleur komt, krijg ik er de last mee.
En vinnig door het oponthoud, voegde hij
erbij, „waarom huurt u niet liever een
verhuiswagen?" En meteen zette hij 3e
wagen op straat in den regen.
Verbijsterd, diep geschokt in zijn ver
trouwen in conducteurs (geen cent fooi
kregen ze ooit meer van hem) staarde de
oude heer hopeloos om zich heen. In zijn
brein kwamen moorddadige plannen op
tegen het wagentje. Laten staan hier, in
de Schie rijden, weg geven aan den eer
sten den besten bedelaar. Maar goedmoe
dig als hij was, onderdrukte hij direct
deze neigingen, en voortsjokkende, be
reikte hij, doornat, in een soort wolkbreuk
zijn huis.
„U hebt het
UI=>U'O.UUtnl^li=li zetj.. verweet
8 zijn dochter
hem eenige da
gen later," men kan u nu nooit eens iets
laten doen!"
(Nadruk verboden).
willen dit hier met waardeering vast
leggen.
Na afloop van de voorstelling had de
huldiging plaats. Ofschoon een dertigjarig
jubileum natuurlijk niet op één lijn kan
worden gesteld met een zilveren of gou
den, is een herdenking ervan toch zeker
geoorloofd ten aanzien van een tooneel-
club. En zoo kregen we dan allereerst Bur
gemeester Driessen, die namens het Col
lege van B. en W. (wethouder De Boer en
de heer Kamman, gemeente-secretaris,
waren, met den burgemeester, als offi-
cieele vertegenwoordigers van de ge
meente aanwezig) zijn gelukwenschen uit
sprak en een bloemstuk aanbood. De
wijze, waarop dit stuk is vertolkt, is boven
onzen lof verheven, zoo zeide de burge
meester; zü benadert het beroepsspel.
De heer VVijker Jr., die 5 jaar geleden
zelf fungeerde als voorzitter der feestcom
missie, vertolkte thans namens alle kunst
lievende leden de gelukwenschen met dit
30-jarig bestaan; hij bood een envelop aan,
welker inhoud was bijeengebracht door
de kunstlievende leden en de som van
100 bevatte. Verder bood de lieer Wijker
namens een aantal oud-werkende leden
een bloemstuk aan.
Namens „Volksonderwijs" werd even
eens een bloemstuk aangeboden en ten
slotte kwam de heer Polak zelf. Wij
schrikten toen hij zijn speech openvouw
de: zouden we dat allemaal moeten op
schrijven? Maar gelukkig, 't bleek een
dichtwerk te zijn, waarin van alles en nog
wat over de jubilares.se verwerkt bleek te
zijn, en dat zich niet leent voro een korte
weergave. Of wij zouden een apart bijblad
ervoor moeten drukken. Tenslotte bood
ook de heer Polak aan „Tavenu" aan een
papieren envelop. (Met inhoud, wel te
verstaan).
De heer Kottmann dankte de gevers.
Wü hebben nooit gevraagd, zoo zeide hu.
of een uitvoering te mooi of te kostbaar
zou worden; wü hebben alleen maar den
eiseb gesteld, dat zij goed moést zijn. En
hoewel wij dan ook niet in de eerste plaats
om een finantieele bijdrage hebben ge
vraagd, zal natuurlijk ieder begrijpen, die
deze I.ostbare uitvoering ziet. dat zü ten
zeerste welkom is, en een druppel vormt
op een gloeiende plaat. De heer Polak, die
li. ?iin berijmde toespraak een en ander-