piETEsen uit het
ijerde Rijk.
GEEF G
RAPPEN
EURT
Radio-programma
Ingezonden
HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 17 MAART 1 934.
in.
ZWANENBERG'S
HAM
Iets over belastingen.
Ten bankwerker G. v. d. Wen den 29-
?n E. van L. Ook deze drie personen
angehouden. Zij bekenden een aan-
?che kwartjes in omloop te hebben
*it. Voornantelijk. hebben zij deze
♦maten gébruikt. De kwartjes zijn
<brekkig nagemaakt, van lood en
vijf verdachten zijn in liet Iuus
Varing opgesloten en ter besehik-
♦fi de justitie gesteld.
VARDRONKEX.
kanaal tusschen 't Zand en
Groningen, is het lijk opge-
o de 20-jarige dienstbode A. S.
1. Hoe het meisje in het water
kan nog niet vastgesteld wor-
jjwiel werd op den weg langs
TTivonden. De politie uit Lop-
een uitgebreid oderzoek in.
Bassin^DSTICHTING TE
OP LANGENDIJK.
Onder;
J. KR: Ds dader aangehouden.
Langendijk is Woensdag-
s G. S. gearresteerd, ver-
Iluwëstichting in het pakhuis
2it Bonnet aldaar. Na een
Receptie Zr h»eft S. bekend den
n.m 3—6 gesticht.
Den He).
Ondert: 1
„uie Weserwaoht", een provincieblad
uit Westfalen bevatte 3 Januari aan ar
tikel, overgenomen uit de „Times". Een
Engelschman vertelde daarin, dat hij in
Duitschland geweest was en er niets bij
zonders beleefd had. Alles was ordelijk
en hij zag, behoudens enkele kleine veran
deringen niets bijzonders. Dit bericht
stond met vette letters in het bovenge
noemde blad en werd mij nog eens extra
voorgelezen.
Wonderlijk, die Engelschman! Waar
schijnlijk droeg hij een blauwen bril, die
beslagen was, want dit lijkt me toch wel
erg. Zeventien dagen was ik in staat om
in Duitschlad te verblijven, zeventien
dagen praatte ik met menschen, zag en
hoorde ik. Greep ik elke gelegenheid aan
om meer en meer door te dringen in den
geest, in de organisatie van het nieuw-;
Duitschland, voor zoover er aan een bui
tenlander gegund wordt te zien en te
hooren.
Geen uniform was veilig. Steeds als ik
een uniform zag, die ik niet kende, vroeg
ik aan den drager, wat alles beteekende.
al die streepjes en balkjes.
Het was zoo typisch, zoodna* men be
merkte, dat men met een „Auslander" te
doen had, was men uiterst beleefd, maar
toch sprak men altijd met een zekere re
serve. Nooit rond uit, nooit hoorde ik in
't openbaar een volle meening uitspreken.
Uiterlijk is er heel weinig nieuws,
alleen die uniformen, daar is men ten
slotte in een paar dagen aan gewend.
Maar wat men persoonlijk beleeft, ziet
en hoort, spreekt altijd meer dan de
beste krantenverslagen, toch is het op
vallend dat de Hollandsche bladen over
het algemeen heel goéd ingelicht zijn
over den toestand bij onze buren. Natuur
lijk is er ook veel overdrijving geweest,
tendentieuze berichten. Maar wat de bla
den zeggen, geeft toch meestal een beeld
van het geheel, van den algeheelen in
druk, dien men daar opdoet, men zit niet
direct „in" de dingen, de reactie in en op
de belefenissen van de menschen zelf
gaat ons, de buitenstaanders, voor een
heel groot deel voorbij.
Toch is het mij gelukt om, door mid
del van een vriend van mij, een vroegeren
jeugdleider, een bijeenkomst van de S.S.
en van de „Hitlerjugend" bij te wonen.
Beide waren ze interessant, de eerste om
de discipline en het militaire er in en de
laatste om de zeldzame brautale manier,
waarop de jongensziel opgeschroefd werd
en daardoor een onaangenaam idee
opwekte en alle frisehheid verloor.
Een keurige troep, keurige uniformen,
correct en netjes, een machine, die
liep, stilstond, zwekte en alles deed
wat zijn meester verlangde, ja, een
machine, zonder ziel, een jongens
lichaam met groote-menschen-manieren.
jongensziel! Het klinkt profaan als een
jongen stram voor den leider staat, met
de hakken klapt, den Hitlergroet brengt
en op een harde toonlooze manier zegt.
„Hitlerjunge Muller meldet sich mit
drei Minuten Verspatung zur Stelle!"
Niets, niets wijst er op het mooie jon
gensachtige, er uit geslagen is het. Als
ik me onder de jongens meng hoor en zie
ik kleine lichtpuntjes, hier hebben twee
ruzie om een postduif die weg schijnt,
daar zitten twee hun messen na te kijken.
Maar zoodra klinkt de harde stem van
de „Führer" of zij springen op, want dan
begint het spel toch weer, het spel dat ge
maakt is om de jongensziel te doen uit
leven en dat geworden is een droge hak-
ken-klappende-ang&t-avond.
Bij de S.A. ging alles rustiger maar
niet minder stram en vreugdeloos, zelfs
de kleine lichtpuntjes, die men bij de
„Hitlerjugend" tegenkomt, waren hier
zeok. Daarvoor was in de plaats het be
wuste gevoel „dienst" te hebben en wan
neer een S.A.-man dienst heeft, dan houdt
hij op menseh te zijn, hij wordt machine,
voelt zich een onderdeel van een lichaam
dat gehoorzamen moet aan zijn meester.
Ook hier zag ik het machinale, het geest-
doodende. Als tegenhanger hiervan heeft
men muziek en zang een groote plaats
gegeven. Zingen hoort men altijd en on
der alle omstandigheden. Er wordt goed
gezongen en veel. Er m o et gezongen
worden zoowel bij de „Freiwillige Ar-
beits Dienst" als bij de „Hitlerjugend",
S.A. en S.S. Altijd en overal.
Een leider van een padvinderstroep in
Hannover (natuurlijk was die troep
„Gleichgeschaltet") vertelde me dat er den
laatsten tijd een soort zuivering is ont
staan in dat w at men zingen mag of moet.
Liederen waar b.v. Frankrijk in voor
komt mogen niet meer gezongen worden,
zoo zijn er meer, de Hitier-jugend had
vroeger een bekend lied, of het officieel
was weet ik niet, ik kwam het niet in
den „Hitier jugend" zangbundel tegen,
Een délicotesse van den eer
sten rong. Vraag het merk.
Alle goede zaken verkoopen
Zwanenberg's ham.
maar een jongen van 14 jaar zong het me
voor, zoo zag het schoons er uit:
„Wenn das Juden blut am Sabel
spritzt,
Wann gebt 's noch mal so gut!!
Rrrrits Rrrrats.
Nogmaals, of het officieel is weet ik
niet en dat doet er geloof ik ook niet toe,
vast staat dat het gezongen is. Het geeft
een typisch staaltje van de „opvoeding"
der jeugd. Aan opvoeding wordt „Über
haupt" veel gedaan in Duitschland, het
volk wordt opgevoed! Opgevoed in den
geest van het Derde Rijk, de krant is het
schoolbord en minister Göbels de „mees
ter". Allés wat het Duitsclie volk mag
weten komt in de kranten, verder niets!
Het is ook geen wonder dat ieder Duit-
scher de gelegenheid aangreep om iets
te weten te komen omtrent de gedachten
over Duitschland in het buitenland. Tel
kens weer bleek het mij dat wij, in Hol
land, „beter met de gebeurtenissen op de
hoogte waren dan de Duitschers, die in
hun „eenheidskranten" bijna niets anders
dan nieuwe wetten en geboden lezen, die
op den dag zelf betrekking hebben en
verder eenige zeer algemeene zaken. Al
leen als het over den „Führer" gaat en
over bewapening, dan staan er kolom-
menlange artikelen in!
De pers is minister Göbpls machtigste
wapen. En het kan niet anders gezegd
dit wapen wordt meesterlijk gehanteerd.
Zelfs nu, zoo lang na de „revolutie", ver
dwijnen er nog steeds bladen, worden dan
z.g. opgenomen in een nationaal-socialis-
tisch blad. De „meester" begeert het ge-
heele wapen, duldt geen eventueele on
betrouwbaarheid. Waakzaam is zijn
devies. Waakzaam is men in het Derde
Rijk nog steeds. Men kan er van op aan,
dat de correspondentie van bepaalde lie
den onder geregelde censuur staat. Dit is
iets, wat de Duitschers zelf absoluut ont
kennen, maar wat men direct opmerkt,
als de gesprekken hierover wat dieper
gaan.
Elke objectiviteit ontbreekt, men wil
eenvoudig niet objectief zijn. Juist de
éénzijdigheid van de geheele beweging is
voor de massa de grootste kracht. En één
van de groote eigenaardigheden die men
opmerkt is, dat zeer vele standpnten en
leuzen, die in de tegenpartij bestreden
en vervolgd worden, in de eigen partij
met groot enthousiasme op den voor
grond geschoven worden! Alles wat
„rood" is of naar rood ruikt wordt ver
oordeeld, het is volgens dr. Göbels de
verpersoonlijking van het kwaad. Ik
hoorde spreken over de communisten en
zag afbeeldingen ervan, niets dan gede
genereerden, verloopen typen ziet men
afgebeeld, terwijl de man die in dienst
staat van Hitier afgebeeld wordt in een
goed zittend uniform, prachtkerels, stuk
voor stuk! Jammer, dat de werkelijkheid
er zoo heel anders uit ziet!
Afbeeldingen van joden heb ik niet
gezien. Wel bezocht ik in Hannover een
joodsch warenhuis, dat zoo druk bezocht
was, dat ik haast niet geholpen werd.
Typisch staaltje van de verhouding van
regeering en volk was dat!!
Over het jodenvraagstuk werd heel
veel gesproken.
Vroeger, d.w.z. voor den oorlog, bleven
de joden meestal een of twee generaties
in Duitschland, maar na den oorlog, toen
de Duitschers het verdrag van Versailles
enderteekend hadden, bleef het over-
groote deel in Duitschland. Dit verdrag
immers dicteerde, dat de uit het Oosten
gekomen joden niet meer terug mochten
keeren. Daarbij komt de natuurlijke toe
name van de joodsche bevolking.
De joden namen in Diutschland een
sterk geestelijk leidende positie in.
Vooral in de wetenschap en de kunst
was het joodsche element sterk doorge
drongen. Op tooneelgebied en in de pers
en op velerlei terrein waren het de joden,
die de leiding hadden.
En de Duitscher, wien wij dit alles
uitlegden redeneerde zoo, dat uit Duitsch
oogpunt dit niet langer zoo kon blijven.
Natuurlijk is met dit alles de handelingen
van de Duitschers niet gerechtvaardigd
en goedgepraat, al verschuilt de Duit
scher er zich achter.
Ook waren er menschen, die ik over
dit onderwerp sprak, die vertelden dat
alles heel anders aangepakt had kunnen
worden. Men had beter kunnen zoeken
naar de juiste verhouding tusschen de
twee groepen. Maar met alles wat men
doorleeft in het Duitschland van heden,
alle fouten en gebreken, de Duitschers
zelf zijn er vast van overtuigd, dat het
niet meer zoo voort kan gaan. Ook op het
gebied van het jodenvraagstuk.
En alles, alles (de gebeurtenissen van
den laatsten tijd wijzen er nog eens op)
zal doorgevoerd worden met dezelfde
strengheid. Steeds is en blijft men waak
zaam op eventueele gebertenissen, die
buiten het kader van het nationaal socia
lisme vallen. Een klein voorbeeld maakte
ik mee in Holzminden. Op een morgen
passeerden wij een begrafenis van een
overleden S.A. man. Natuurlijk waren
Lier heel wat menschen bij van de S.A.
en S.S. Voorop ging de „Hitler-vaan".
Het was mij bekend, dat ik als buitenlan
der niet voor deze vlag behoefde te groe
ten en ik was dat ook niet van plan. Het
moet ongetwijfeld een vreemd gezicht ge
weest zijn, op die drukke markt, toen
alle aanwezigen stram den Hitler-groet
brachten, terwiji er één mensch was, die
bet waagde, alleen zijn hoed af te nemen.
En dat nog wel nadat de vlag gepasseerd
was. Toen de stoet voorbij was en ik nog
geen vijf passen gedaan had, werd er op
mijn schouder getikt en omkijkend zag
ik twee S.A. mannen in uniform staan.
De handen gingen de hoogte in en een
kort „Heil Hitier" klonk. Op mijn „Goe
den morgen" kwam de vraag, waarom ik
niet voor de „Hitler-vaan" gegroet had.
'I oen ik vertelde dat ik „Auslander" was,
werden ze uiterst beleefd en vroegen
mijn pas. Alles was in orde, een kort
„heil" geroep en zy lieten mij alleen
staan. Terwijl ik verder liep overpeinsde
ik, hoe het wel afgeloopen zou zijn, als
ik eens geen pas bij mij gehad had, of
erger als ik eens geen Hollander, maar
een Duitscher was geweest. Hoe dat in
de eerste dagen van de revolutie gegaan
is, weet ik niet, maar ik vrees dat er vele
slachtoffers gevallen zijn.
Ten slotte wil ik nog dit zeggen, overal
waar ik kwam en verbleef was men
uiterst beleefd tegen mij. Iedereen hielp,
als ik hulp noodig had. Iedereen gaf mij
inlichtingen voor zoover zij wisten. Al
leen bij officieele zijde stootte ik immer
en was er altijd een zeker wantrouwen.
Mijn indruk was, dat men in Duitsch
land veilig kan reizen, zonder lastig ge-
valen te worden. Alleen is het zaak den
mond dicht te houden, maar dat geldt niet
alleen voor buitenladers, elk individu
binnen de grenzen van het Derde Rijk
moet zich hieraan onderwerpen. Het is de
wil van den Führer.
HET BEZIT VAN ROEREND
KAPITAAL EN DE FISCUS.
II.
Van de in alle verscheidenheid voor
komende vormen van voordeelen, welke
uit roerend kapitaal genoten kunnen wor
den, noemen wij voorts nog
uitdeelingen op aandeelen.
Niet alleen de gewone uitdeelingen als
dividend, interim dividend, e.d., doch ook
de meer buitengewone uitdeelingen welke
een N.V. aan hare aandeelhouders doet,
worden door de inkomstenbelasting ge
troffen. Uit de veelheid der jurispruden
tie noemen wij de gevallen:
dat een N..V een bedrag uitkeert, dat
zij bij ontbinding van een loopende huur
overeenkomst als schadevergoeding heeft
genoten (B. no. 2164);
dat een N.V. aan de aandeelhouders
uitkeert het bedrag, dat onroerende goe
deren meer opbrachten dan waarvoor zij
waren ingebracht (B. no. 3143);
dat een N.V. zich de gelden, benoodigd
voor de dividend-uitbetaling door leening
moest verschaffen (B. no. 3786);
dat niet alle aandeelhouders een uitdee-
ling in gelijke verhouding ontvingen (B.
no. 4287).
Aandeelen in een N.V., waaromtrent
vast staat, dat daarop in geen geval meer
dan hun nominale waarde zal worden uit
gekeerd, rekent d, H. R„ niet meer tot
de bronnen van inkomen. Zoo vormen
aandeelen in een N.V. die in liquidatie is
en waarvan vaststaat, dat zij nimmer
meer eenige dividend zullen opleveren,
voor den bezitter niet meer bronnen van
inkomen; het enkele besluit tot ontbin
ding en vereffening van een N.V. doet
aan de aandeelen dus nog niet het karak
ter van bron van inkomen ontnemen.
Een speciale bepaling bevat ons art. 6
in het tweede lid nog omtrent
bonus-aandeelen.
Aandeelbewijzen en obligaties, aldus de
wet, die aan aandeelhouders anders dan
tegen storting van de volle nominale
waarde worden uitgereikt, worden als di
videnden beschouwd tot het bedrag ten
aanzien waarvan niet blijkt, dat storting
heeft plaats gevonden of zal plaats vin
den; bijschrijving op aandeelbewijzen
wordt met uitreiking van zoodanige be
wijzen gelijkgesteld. Voor bonus-aandee
len is m.a.w. dezelfde toestand geschapen
els voor dividend in geld, n.l„ dat een uit
de winst uit te reiken bonus altijd als di-
viden wordt beschouwd, onverschillig hoe
oud de reserve is, waaruit de dekking
plaats vindt. Vóór 1931 kwam een bonus
uitgifte slechts voor belastingheffing bij
den genieter in aanmerking tot het be
drag, dat gedekt werd uit de winst van
het loopende boekjaar of een der laatst
verloopen vier boekjaren; deze beperking
werd door wetswijziging in 1931 wegge
nomen. Deze wijziging werd verdedigd
met een beroep op het feit, dat het ge
nieten van een „vrucht" van roerend ka
pitaal in den zin van art. 6 dér wet niet
steeds een momenteele verrijking behoeft
mee te brengen, omdat de koers van een
aandeel nagenoeg steeds daalt met de
waarde van de vrucht iets wat niet alleen
voor het bonus-aa"ndeel maar ook voor
het gewone dividend geldt; voor bevoor
rechting van bonus-dividend boven divi
dend in anderen vorm was m.a.w. geen
plaats.
De vraag rees nu of deze speciale be
paling voor bonusaandeelen ook geldt
voor
bonus-aandeelen en oprichters-
en winstbewijzen.
De Minister beantwoordde deze vraag
blijkens Bslissing no. 5141 ontkennend.
Dit antwoord betreft niet alleen bonus-
aandeelen, uitgekeerd op oprichters- of
winstbewijzen, maar ook
oprichters- of winstbewijzen uit
gekeerd op aandeelen en het z.g.
stock-dividend.
Het tweede lid (d.i de speciale boven
vermelde bepaling over bonusaandeelen)
vormt, aldus redeneert de Minister, een
uitzondering op het eerste lid; de uitzon
dering is slechts toepasselijk, indien divi
dend in effecten wordt ontvangen door
een aandeelhouder (dus niet door een
houder van een oprichtersbewijs, een
winstbewijs of een obligatie) en wel in
den vorm van aandeelbewijzen of obliga-
tiën of fractiën daarvan met nomi
nale waarde, en uitgegeven door de ven
nootschap, waarin de belastingplichtige
aandeelhouder is. In alle gevallen, waarin
het tweede lid niet toepasselijk is, moe
ten vruchten van roerend kapitaal, welke
niet in geld, doch in geldswaarden wor
den genoten, worden belast tot het be
drag van haar geldswaarde. Of er spra
ke is van vrucht van roerend kapitaal zal
naar omstandigheden moeten worden be
oordeeld. Uit art. 6 valt af te leiden, dat
ae wetgever ten aanzien vna houders van
aandeelbewijzen met nominale waarde
een agiodividend niet heeft beschouwd
als vrucht van het aandeel, tenzij de uit-
keering ook uit de winst had kunnen
geschieden. Een claim, welker waarde
geheel en al terug te brengen is op prijs
gegeven agio, behoort evenmin te worden
beschouwd als vrucht van het aandeel,
althans indien de aandeelen nominale
waarde hebben. Daarentegen zullen stock
dividenden wel als vruchten beschouwd
moeten worden. Wat tenslotte de schat
ting van de geldswaarde van vruchten,
welke niet in geld worden genoten, be
treft, merkt de Minister nog op, dat de
geldswaarde voor den genieter nooit
lager kan zijn dan het bedrag, dat hij bij
verkoop van deze vrucht ter beurze netto
zou kunnen ontvangen.
Tot zoover de opvatting van den Minis
ter. In hoever de Hooge Raad zich hier
mee kan vereenigen, zal wellicht t.z.t. uit
de jurisprudentie blijken.
In dit verband zij nog melding gemaakt
van een arrest, B. no. 4952, waarin beslist
werd, dat indien een bijschrijving van
winsten bij het vermogen van een N.V.
het karakter heeft van een voldoen aan
de verplichting van aandeelhouders tot
volstorting van kapitaal, de bijgeschreven
winsten deel uitmaken van het inkomen
van de tot volstorting gehouden aandeel
houders.
Een arrest van 18 Jan. 1933 handelt over
certificaten van aandeelen.
Op een certificaat van aandeel; waar
van de eigenaar te allen tijde omwisse
ling in aandeelen kan verlangen, aldus
de H. R„ zal dezelfde opbrengst, behou
dens aftrek van eenige kosten, worden
genoten als op het aandeel zelf. Zoodanig
certificaat staat dus als bron van inko
men en. voor de vraag, wat vrucht is van
roerend kapitaal, gelijk met het aandeel
zelf; een redelijke uitleg van liet tweede
lid van art. 6 (zie boven) brengt dus mee
dat ook de rechthebbende op dat certifi
caat beschouwd moet worden als aan
deelhouder in den zin van dat lid.
(Wordt vervolgd).
ZONDAG 18 MAART.
Hilversum, 1875 M.
9.00—10.00 VARA. 10.30 VPRO. 12.00 AVRO.
3.00 AVRO. 5.00 VARA.
f^.00 Voetbalnieuws.
9.03 Tuinbouwpraatje S. S. Lantinga.
10.30 Kerkdienst uit den Ned. Prot. Bond te Hil
versum. Voorganger: Ds. W. J. Wegerif.
12.00 Filmpraatje L. J. Jordaan.
12.30 Kovacs Lajos en zijn orkest en Gramofoon-
platen.
2.00 Boekbespreking H. Robbers.
2.30 Concertgebouw-orkest o.l.v. Carl Schuricht.
3.30 Gramofoonplaten.
4.10 Mannenkoor „Caecilia", te Bussum txl.v.
L. W. D. Keerewee.
4.30 Vaz Dias en rep. v. d. voetbalwedstrijd
AjaxHercales (Gr.pl.).
5.00 Gevar. concert (hawaian, gitaar-, trompet,
zang, accordeon, piano, saxofoon).
5.15 Voor de kinderen.
5.45 Vervolg concert.
6.00 Voetbalpraatje.
6.20 VAR A-orkest o.l.v. H. de Groot.
7.00 „Wakker en Tropenduit".
7.20 Vervolg orkestconcert, m.m.v. Kees Smulders
(tenor).
8.00 Vaz Dias.
8.15 Verkorte Operette „Der Zigeunerbaron",
m.m.v. solisten koor en orkest o.l.v. Marco
Ibanez.
8.05 Radio-journaal of gramofoonplaten.
9,20 Omroeporkest o.l.v. F. Weiszmann m.m.v.
Adèle Kern (sopraan) en St. Bergmann
(piano).
10.00 Gramofoonplaten.»
10.1512.00 Kovacs Lajos en zijn orkest en Gra-
mofoonmuziek.
Huizen, 30:- M.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.00 NCRV. 7.45—11.00
KRO.
8.30 Morgenwijding o.l.v. J. C. Everaars. M.m.v.
Mevr. I. MulderBelser (alt) en F. Kloek
(orgel).
9.30 Gramofoonplaten.
9.45 Hoogmis.
11.30 Gramofonplaten.
12.00 Causerie.
12.15 Koor- en orkestconcert en lezingen,
2.45 Gramofoonplaten.
4.00 Ziekenlof.
5.00 Kerkdienst uit de Ned. Herv. Kerk te
Vlaardingen o.l.v. Ds. N. Groenenberg, m.m.v.
G. de Graaf (orgel). Hierna Gewijde muziek.
7.45 Sportnieuws.
7.50 Causerie.
8.20 Orkestconcert en voordracht.
8.55 Vaz Dias.
9.00 Orkestconcert en voordracht.
9.30 Orkestconcert m.m.v. sopraan.
10.15 Lezing.
10.30 Vaz Dias.
10.35 Gramofoonplaten.
10.1011.00 Epiloog.
MAANDAG 19 MAART.
Hilversum, 1875 M.
Algemeen programma verzorgd door de VARA.
8.00 Orgelspel J. de Jong.
8.50 Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding VPRO.
10.15 Declamatie Jan Lemaire.
10.30 Klein VARA-ensemble o.l.v. F. Bakels.
11.00 Vervolg declamatie.
11.15 Vervolg orkestconcert.
12.00 De Notenkrakers o.l.v. D. Wins.
2.00 „Toscaopera van Puccini (gramofoon
platen).
4.00 Vioolrecital E. v. Sloghem.
4.30 Voor de kinderen.
5.00 Orgelconcert C. Steyn.
5.30 Gramofoonplaten.
6.00 De Flierefluiters o.l.v. J. v. d. Horst, m.m.v.
A. de Booy (zang).
7.00 Residentie-orkest o.l.v. P. v. Anrooy.
8.00 Herhaling SOS-berichten. Vaz Dias.
8.05 Causerie Jan van Zutphen.
8.15 Vervolg orkestconcert.
9.00 Causerie P. C. Faber.
9.15 Causerie door M. Euwe.
9.20 VARA-orkest o.l.v. H. de proot
10.00 Vaz Dias.
10.05 Gramofoonplaten.
10.15 Causerie Dr. Max Euwe.
10.20 Vervolg orkestconcert.
11.00 Uitzending van de schaakmatch Dr. M.
EuweVera Menchik afgew. met gramofoon
platen.
Huizen, 30,M.
NCRV -uitzending.
8.00 Schriftlezing en meditatie.
8.159.30 Gramofoonplaten.
10.30 Morgendienst o.l.v. Ds. Fokkema.
11.00 Chr. Lectuur.
11.30 Gramoonplaten.
12.30 Orgelconcert J. Zwart.
2.00 Voor de scholen.
2.35 Causerie A. J. Herwig.
3.15—3.45 Kniples.
4.00 Bijbellezing door Ds. H. S. Bouma m.m.v.
zang en orgel.
5.00 Concert door het Amsterdamsch Kamermu-
ziek-kwartet (fluit, hobo, klarinet, piano),
6.30 Vragenuur.
7.00 Het Chr. Persbureau.
7.17 Gramofoonplaten.
7.30 Vragenuur.
8.00 Passiestonde in de Jeruzalemkerk te Am
sterdam, Ds. J. W. P. Ie Rooy (declamatie). Dl
Moorlog (sopraan), het Kerkkoor o.l.v. W. v.
Laar en J. Bley (orgel).
9.30 Gramofoonplaten.
9.50 Vaz Dias.
10.00 Ds. J. C. Koningsberger: „Wat zegt ons
het kruis van Christus".
10.3011.30 Gramofoonplaten.
DINSDAG 20 MAART.
Hilversum, 1875 M.
AVRO-Uitzending. 5.306.00 VPRO.
8.00 Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofonplaten.
10.30 Ensemble Rentmeester.
11.00 Kook -en bakpraatje Mevr. R. Lotgering
Hillebrand.
11.30 Vervolg concert.
12.30 Orgelconcert o.l.v. N. Treep.
2.30 Pianorecital Fr. Weisz.
3.00 Knipcursus.
4.15 Gramofoonplaten.
4.30 Radio-kinderkoorzang o.l.v. J. Hamel.
5.00 Voor kleinere kinderen.
5.03 Jeugdhalfuur v. d. VPRO. o.l.v. Ds. B. J.
Aris.
6.00 Omroeporkest o.l.v. N Treep.
7.00 Jan van Zutphen: De a.s. Zonnestraal-col
lecte.
7.10 Vervolg Omroeporkest.
7.30 Engelsche les Fred Fry.
8.00 Vaz Dias.
8.05 Dr. W. de Vlugt: De a.s. F.I.K.A.-collecte.
8.20 Gevar. programma m.m.v. Kovacs Lajos en
zijn orkest, de AVRO-Girls, Alex de Haas,
Mariette Serlé (zangdeclamatie), Max Tak en
Han Hollander
10.00 Derde bedrijf van „De oude Brit", van J.
Galsworthy. Vert.: Pine Beider. Regie: Kommer
Kleyn. 10.45 Gramofoonplaten.
11.00 Vaz Dias.
11.1012.00 Gramofoonplaten.
Huizen, 301 M.
KRO-uitzending. 4.00—5.10 HIRO.
8.00 Gramofoonplaten,
9.00 Hoogmis.
11.00 Concert.
11.30 Gramofoonplaten.
11.30 Godsdienstig halfuur.
12.151.45 Schlagermuziek en lezing.
2.00 Vrouwenuurtje.
3.00 Modecursus.
4.00 HIRO.
5.10 Gramofoonplaten, zang en pianorecital.
6.40 Cursus.
7.15 Lezing.
7.35 Causerie.
8.00 Lijdensmeditatie.
9.30 Vaz Dias.
9.35 Orkestconcert m.m.v. pianosolist.
10.30 Vaz Dias. Gramofoonplaten.
10.45 Orkestconcert.
11.1512.00 Gramofoonplaten.
(Buiten verantwoordelijkheid van de redacti%
Niet geplaatste stukken worden
niet teruggezonden.)
TIVOLI-BIOSCOOP. j
1
Plaatsbespreking tegen wil en dank.
Verzoeke opname van het volgende. U,
Redactie, bij voorbaat dank.
Toen wij Zondagavond om half zeven
aan de Tivoli-bioscoop arriveerden, werd
ons bij den ingang aan het verstand ge
bracht, dat er in de zaal nog maar enkele
plaatsen beschikbaar waren en wel heel
achteraan of geheel vooraan en dat er
van keus geen sprake was, aangezien by-
na de geheele zaal was besproken. Dit nu
is op zichzelf niets bijzonders, ware het
niet, dat, toen wij aan het loket kwamen,
ons werd duidelijk gemaakt, dat de prijs
70 cent was. Een nuchter mensch begrijpt
dat, als de prijs 60 cent is en men heeft
geen plaats besproken, men ook 60 cent
betaalt, maar wie dat denkt heeft het mis,
wij moesten het betalen omdat de heer
v. Twisk voor ons plaatsen had bespro
ken. Dat is wel heel aaivdig, als je niet
bespreekt en de eigenaar doet het voor
je, zonder dat liij weet of je komt en wie
er komt, maar wij voor ons vinden dat
struisvogelpolitiek.
Wij krijgen nu zoo den indruk, dat de
heer v. Twisk denkt dat hij, als zijnde
koning in het land der blinden, met het
Heldersche publiek kan doen wat hij wil,
maar zoo is het nu juist niet, het is al
onverklaarbaar, dat de prijs voor zoo'u
programma met 10 cent wordt verhoogd.
Wij hebben heel dikwijls een programma
in Tivoli gezien, dat stukken beter was
verzorgd dan dit, zonder prijsverhooging,
al zal de heer v. Twisk zeggen, daar kunt
u niet over oordeelen, maar dat neemt
toch niet weg, dat de reeds hierboven gen
noemde indruk van in het Land der blin
den kan ik mij dit best permiteeren, want
ze komen toch wel bij ons, vast staat.
Het is te hopen, dat de heer van Twisk
dergelijke praktijken in de toekomst ach
terwege laat, want daar is het Heldersche
publiek nu juist niet van' gediend. Het
zou voor onze plaats ook zeer zijn toe te
juichen als er in andere ha#den een
derde bioscoop bijkwam, het publiek zou
er mede gebaat zijn.
Eenige Tivoli-bezoekers.
f 1
De heer van Twisk, aan wien wij het
bovenstaande ter inzage-zonden, schrijft
in antwoord daarop:
„Ik zal het nooit weer doen".
Ik beken, en wie schuld bekent geeft
geen bewijs van zwakheid, doch van kracht.
Maar met mijn hand op 't hart verklaar
ik plechtig: Ik zal het nooit weer doen.
De f 1.60, welke ik met deze manipulatie
in de wacht trachtte te sleepen, zal ik
terugstorten in de kas van het crisiscomité.
Ik kon er niets aan dom, mijn schraperig
en inhalig karakter speelde mij parten.
Maar ik wil met mijn ontevreden Tivoli-
bezoekers goede vrienden worden, en
raad ze daarom aan, bezoekt de crisis
voorstelling op Donderdag 29 Maart
50 en 30 cent en ik ben er van overtuigd,
dat u na deze verrassende fllmvertooning
zult zeggen, nu heeft die vent alles weer
goed gemaakt! Maar zorgt dat ge tijdig
plaats krijgt, onbesproken natuurlijk. Nu
naar den laatsten zin, uw wensch namelijk
voor de derde bioscoop. Wilt u misschien
het zelf probeeren, dan wil ik u op het
volgende wijzen. 12 jaar lang hebben de
Witte en Tivoli concurreerend geëxploi
teerd en in dien tijd, dus met twee theaters,
heeft de Witte kapitalen verloren en kon
Tivoli met den moed der wanhoop en
met inspanning van alle kracht het hoofd
boven water houden. Alleen doordat de
exploitatie nu in één hand zit, bestaat
de mogelijkheid van bestaansrecht. Maar
dat zal de tijd nog moeten leeren.
Ik dank u geachte Redactie.
P. VAN TWISK,
Tivoli.
10 JAREN LANG HOOFDPIJN.
Het middel dat na enkele maanden
reeds hielp.
Wat Mej. J. A. v. L. te Den Haag schrijft.
„Hierbij deel ik U mede, dat ik ruim 10
jaar lijdende was aan hoofdpijn met gal-
brakingen en men zeide mij, dat voor
mijn kwaal geen genezing was. Nu hoor
de ik veel van Kruschen Salts en ilc
dacht: Laat mij dit middel eens probee
ren. Ik neem nu sinds enkele maanden iu
het eerste kopje thee Kruschen Salts in
en kan U mededeelen, dat ik nu maanden
lang geen hoofdpijn meer heb. Anders
lag ik om de drie a vier weken twee da
gen in bed en kon niets gebruiken. Ik
ben nu met dit Kruschen Salts veel be
ter." Mej. J. A. v. L., Den Haag.
Hoofdpijnen en dergelijke klachten,
zooals slechte eetlust, neerslachtigheid,
zenuwachtigheid enz. vinden meest hun
oorzaak in te trage, onvoldoende wer
king der inwendige organen. De voedsel-
resten worden niet volledig uit het
lichaam verwijderd en schadelijke stoffen
zullen zich ophoopen, welke het bloed
onzuiver maken en den geheelen gezond
heidstoestand ondermijnen.
De verschillende zouten in Kruschen
Salts sporen de inwendige organen aan,
zoodat alle afvalstoffen geregeld en vol
komen uit het lichaam verwijderd wor
den. De „kleine, dagelijksche dosis"
houdt U inwendig zuiver en schoon. Uw
bloed wordt weer helder en frisch: hoofd
pijn en andere klachten zullen spoedig en
voorgoed verdwenen zijn. En al gauw zult
U het „Kruschen gevoel" gaan herken
nen aan uw stralenden levenslust, onver
moeibare energie en onverstoorbare op
gewektheid.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg
baar bij alle apothekers en drogisten
0.90 en 1.6Ö per flacon Omzetbelas
ting inbegrepen. Stralende gezondheid
voor één cent per dag. Let op dat op het
etiket op de flesch, zoowel als op de bui
tenverpakking de naam Rowntree Han
dels Maatschappij Amsterdam voorkomt.
(Adv.).