Bij den dood van de Koningin-Moeder. Een rijk en dienend leven. BINNENLAND HELDERSCHE COURANT VAN DINSDAG 20 MAART 1934. Adelheid, Emma, Wilhelmina, Theresia, Prinses van Waldeck en Pyrmount. \qw,: •Preidde zich snel door Den Haag. Dade De Nederlandsche zenders staken hun uitzendingen. Het Marine-concert van W oen sdaga vond gaat niet door. Alle bioscopen in Nederland gesloten. Overgang van personeel uit 's rijksdienst naar crisisinstellingen. Het zestig-millioervplan. Oost-Indië. Salarisherziening zeemacht. De berechting van de muiterij op „De Zeven Provinciën". Tweede Kamer. Wijziging defensie- begrooting voor 1933. Den Haag, 20 Maart 1934, I Hedenmorgen te kwart voor acht is j H.M. de Koningin-Moeder rustig in geslapen. Aan het sterfbed bevonden zich de Koningin, Prinses Juliana en de Vorst van Waldeck. De laatste uren. De nacht in het paleis van H. M. de Koningin-Moeder werd in alle rust doorgebracht. Het paleis lag geheel in het duister. Geen lichtschijnsel blonk door de gordijnen heen. Het voorplein werd langzamerhand geheel door de belangstellenden verlaten, terwijl de lantarens gedoofd werden. Niets wees er op, dat de nacht eenige verande ring zou brengen. De Koningin en de Prinses brachten den nacht in het paleis door. Ook Dr. de Jongh was aanweizg. Langzamerhand be gon de dageraad te gloren, en nog niets wees er op, dat de rust, welke over het Voorhout lag, zoo spoedig gestoord zou worden. Even vóór half acht werden de gordijnen opgetrokken en begon het pa leis weer te leven. Precies te half acht reed een auto het voorplein op, waaruit de Vorst van Waldeck stapte. Hij ging het paleis binnen, direct gevolgd door Z.K.H. Prins Hendrik. Toen begrepen de omstanders, dat er iets bijzonders aan de hand was en dat de indruk, welke men van buitenaf had gekregen, dat er geen of weinig verandering in den toestand van de zieke was gekomen, niet juist kou zijn. Het was immers bekend, dat Trins Hen drik in het Paleis Noordeinde nadere me- dedeelingen zou afwachten en zich bij alarmeerende kennisgevingen naar het paleis Voorhout zou begeven. Het feit, dat zoowel de vorst van Waldeck als Prins Hendrik op dit ongewone uur voor het Paleis verschenen, gaf het nog schaarsche publiek de wachtende journalisten en de fotografen aanleiding om te vermoeden, dat in de ziekte van H. M. een ongunstige wending was gekomen. Dit vermoeden werd zekerheid, toen te ongeveer tien mi nuten over half acht een communiqué werd uitgegeven, wat meldde, dat de nacht van H. M. de Koningin-Moeder rustig was geweest, doch dat het laatsU halfuur de toestand zoodanig was \erer- gerd, dat de dokter de patiënte had op gegeven. Nauwelijks was dit bekend geworden toen Prins Hendrik het Paleis verliet en 'ich per auto naar liet Noordeinde begaf. Nij had afscheid van Hare Majesteit ge- bomen. Bij het ziekbed, dat haar sterfbed zou worden vertoefden de dochter, Ko ningin Wilhelmina, de Vorst van Wal deck en Prinses Juliana. He belangstelling van het publiek nam gestadig toe. Enkelen hadden juist door de radio vernomen, da't de toestand hope loos was, en dit was het onderwerp van de gesprekken. dit moment werd echter de nieuwe tijding bekend, dat de Koningin-Moeder reeds was overleden. Het bericht ver- lijk na het vernemen werden van verschil lende huizen en gebouwen de vlaggen halfstok geheschen. De couranten ver schenen spoedig met extra-edities. Om Half negen werd de dood van H. M. door beide zenders omgeroepen, waarbij mede gedeeld werd, dat de muziek-programma's niet verder zouden worden uitgevoerd. Nuchterheid, zuiver gevoel voor reali teit en critische zin zijn de drie voornaam ste eigenschappen, die het Nederlandsche volk kenmerken. Een volkomen uit de grillige lijn van zijn bewogen geschiede nis verklaarbaar wantrouwen tegenover buitenlandsche invloeden deed het begrij pelijk zijn, dat, toen de Prinses van Wal deck Pyrmont ook al had zij van moe ders zijde Nassausch bloed in de aderen als jonge gemalin van den ouderen Koning Willem III in de residentie kwam. ook in de gevoelens van hen. die uit hoof de van rang of geboorte tot de Hoogere kringen behoorden scepticisme domi neerde. Hoe snel heeft deze Duitsche prinses, door haar groote eigenschappen van geest en gemoed, den weg weten te vinden naar het ondanks uiterlijke onbewogenheid toch zoo warm kloppend hart van onze natie, die als geen andere valschen schijn van echtheid weet te onderscheiden! Vrouw in de hoogste beteekenis van dit woord, miste zij, in de dagen van zorg en leed, welke haar in haar rijke leven niet bespaard zijn gebleven, allerminst den moed en het zelfvertrouwen, die zij behoefde om te volharden in wat zij tot haar hoogste plicht rekende. Maar juist de echt-vrouwelijke gaven, die in zoo rijke mate haar deel waren, en waarvan zij. door den drang van haar na tuurlijken eenvoud, zoo talloos vele malen onbewust heeft doen blijken, zullen haar in de herinnering van het volk doen voort leven als de Koningin-Moeder, met welke betiteling haar persoon en persoonlijk heid tevens op de beste wijze wordt gekenschetst en geëerd. In Augustus van het vorige jaar heeft, ter gelegenheid van den 75sten verjaardag der Koningin-Moeder, het overgroote deel der Nederlandsche pers, in hoogge stemde artikelen, die geïnspireerd waren door hetgeen er leeft in de breede lagen van het volk. de loftrompet over deze no bele vrouw gestoken en het is in dit ver> band wel een zeer droeve gedachte, dat de feiten en bijzonderheden, welke wij ook thans hebben te releveeren uit het leven van haar. wie dit artikel is gewijd, het sombere karkter hebben van een necrolo gie. Adelheid. Emma. Wilhelmina. There- sia werd 2 Augustus 1858 te Arolsen ge boren. als. gerekend naar de volgorde van den leeftijd, de derde der kinderen van vorst George Victor van Waldeck Pyr mont en prinses Helena van Nassau, een strenge vrouw van groote intelligentie, die alles in het werk stelde om haar kinderen onder haar persoonlijke leiding met be hulp van bekwame leeraren 'n veelzijdige ontwikkeling deelachtig te doen worden. Prinses Emma voelde zich. wat haar stu dies betreft, vooral aangetrokken tot V geschiedenis; haar karaktereigenschappen deden haar echter in nog grootere mate belangstelling koesteren voor sociaal werk In het lenigen van den nood van zieken en behoeftigen vond zij haar grootste voldoening en ook op lateren leeftijd heeft zij, in haar nieuw gekozen staat, meer malen gelegenheid gevonden om daarvan te doen blijken. Een extra-nummer van de ..Staatscou rant" maakte op 1 October 1878 de ver loving beleend van Zijne Majesteit Koning Willem III, wiens gade, Koningin Sophie hem op 3 Juni 1877 ontvallen was, met Prinses Emma. Op 19 October d.a.v gaven de Staten-Generaal de bij de wet vereischte toestemming tot het huwelijk Op verzoek van den Koning belastte Dr. Laurens Reynhart Beynen, die sinds kort was afgetreden als rector van het Gymnasium te Den Haag, zich met de eer volle taak, de toen twintigjarige Prinses van voorlichting te dienen omtrent het land, dat van nu af aan haar vaderland zou zijn. De hoogbejaarde doctor vertoef de te dien einde enkele maanden te Arol sen en ook zijn dochter, die hem in ver band met zijn leeftijd naar het Duitsche grondgebied had vergezeld, werd spoe dig toegelaten tot de Prinses, die zich uiterst leergierig toonde en in korten tijd de Nederlandsche taal eenigermate leerde spreken. De huwelijksvoltrekking. Slechts kort was de tijd der verloving: in den namiddag van 7 Januari 1879 had nadat de daartoe vereischte formali teiten door den Opperkamerheer van den Koning, Mr. C. Th. Baron van Lynden van Sandenburg, waren verricht de hu welijksvoltrekking plaats, in tegenwoor digheid van een vrij groot gezelschap vor stelijke personen en hoogwaardigheidsbe- kleeders, waartoe o.m„ behalve de vorste lijke familie Van Waldeck, Prins Willem von Wied, schoonzoon van Prins Frede- rik der Nederlanden, Prins August vott Wurtemberg, als vertegenwoordiger van Keizer Wilhelm I, de voorzitters der Eer ste en Tweede Kamer van Nederland, de vice-president van den Raad van State, de minister van Buitenlandsche Zaken en de directeur van het Kabinet des Konings,* behoorden. Bij de kerkelijke inzegening, in de kapel van het slot van Arolsen, trad de hofprediker Scipio als voorganger op. Drie dagen na de huwelijksvoltrekking vertrok het Koninklijk echtpaar per extra- trein naar Nederland; bij het passeeren van de grens bij Oldenzaal geschiedde de eerste begroeting door de Nederlandsche autoriteiten. Het eerste bezoek aan de hoofdstad had eerst 21 April plaats; de intocht te Den Haag een week later, aangezien deze ver traagd waren door het overlijden, in Lu xemburg, van Prins Hendrik, den broeder des Konings. De residentie begroette de jonge Koningin met warme geestdrift en vooral aan de ontvangst van het Konin klijke echtpaar in het Gebouw van Kun sten en Wetenschappen hebben degenen, die daarbij aanwezig mochten zijn, onver getelijke herinneringen bewaard. Groot was, op 31 Augustus 1880, de weerklank in het geheele land van de tij ding, dat Koningin Emma in het Paleis te 's-Gravenhage het leven had geschonken aan een dochter. De blijde mare verspreid de zich door de bijzondere maatregelen, welke de ook in dien tijd reeds actieve persvertegenwoordigers hadden genomen, in een oogwenk over geheel Europa. De dynastie der Oranjes, ernstig bedreigd door de slagen, die dit Huis getroffen hadden het overlijdensbericht van den Prins van Oranje kwam een half jaar na den dood van Prins Hendrik uit Parijs, terwijl toen reeds vaststond, dat ook den eenig overgebleven zoon van den Koning, Prins Alexander geen lang leven bescho ren zou zijn kon als gered worden be schouwd. Herinnerd moge hier worden aan de boodschap van den Koning aan de Sta ten-Generaal, bij welker lezing, op dien vreugdevollen dag, menigeen het hart is volgeschoten: ,,Het is voor ons een groote vreugde" aldus ving de boodschap aan „U de blijde tijding te kunnen mededeelen. dat Hare Majesteit de Koningin, Onze be minde Gemalin hedenmiddag bevallen is van eene Prinses. Wij zijn overtuigd, dat de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal van harte deelen in de gevoelens, die deze heuglijke gebeurtenis bij Ons opwekt en met Ons dankbaar den zegen erkennen, die door den Allerhoogste aan Ons Huis en het Vaderland is geschonken. En hiermede. Mijne Heeren, bevelen wij U in Godes heilige bescherming. Willem". 's-Gravenhage, 31 Augustus 1888. Te hall negen hedenmorgen werd over dé beide Nederlandsche zenders officieel het overlijden van H. M. de Koningin Moeder medegedeeld. De uitzendingen van beide zenders zijn daarop tot Woens dagochtend 8 uur gestaakt als teeken van rouw. Woensdagochtend te acht uur zul len de uitzendingen "worden hervat uit sluitend voor het doen van mededeelingen. Tevens is aan alle radiocentrales verzocht om zoolang de Nederlandsche zenders hun uitzendingen staken ook de radio- distributiebedrijven geheel stop te zetten De A.V.R.O. en K.R.O. zullen he denmiddag te twaalf uur en vanavond om 8 uur mededeelingen doen in ver band met het overlijden van H. M. de Koningin-Moeder. Voor Koningin Emma braken schoon zij zich gedragen wist door de toegene genheid en aanhankelijkheid van het volk, dat haar had leeren kennen en waardee- ren als een vorstin, die rechtschapenheid aan eenvoud paarde moeilijke jaren aan, toen de gezondheidstoestand van haar Gemaal langzaam achteruit ging en eindelijk zorgwekkend werd. Tot aan zijn verscheiden op 23 November 1890. be toonde zij zich de lieve gade en trouwe verpleegster, die door haar gestadige en opofferende zorgen, niet alleen de laatste dagen van den Koning verlichtte, maar zich tevens een zoo mogelijk nog diepere gene genheid in het hart van het Nederlandsche volk wist te verwerven. De lijkdienst op het Loo, geleid door Nicolaas Beets op 1 December van genoemd jaar, was een ontroerende plechtigheid. Thans zag Koningin Emma zich ge plaatst voor een ontzagwekkende taak; op 32-jarigen leeftijd werd zij geroepen tot het Regentschap. Acht moeilijke jaren jaren van partijstrijd in zijn felste scha keeringen heeft zij zich, door haar groote gaven van geest en gemoed, van deze taak gekweten op een wijze, die het best kan worden weergegeven door het woord van Staatsraad Mr. A. P. W. Cort van der Linden, oud-premier tijdens de oorlogsjaren en oud-minister van justitie tijdens het regentschap van de Koningin- Moeder, neergeschreven in het Gedenk boek, dat ter gelegenheid van haar zeven tigsten verjaardag en vijftigjarig Neder landerschap is uitgegeven. „De Koningin-Moeder! In den loop der tijden heeft deze naam een eigen beteeke nis gekregen. Zij, die evenals ik het voorrecht had den, als minister samen te werken met de Koningin-Moeder, toen zij Regentes was of later Haar mochten benaderen in moei lijke omstandigheden en bewogen tijden, zij weten, wat zij geweest is voor haar nieuw gekozen vaderland. De Koningin-Moeder heeft ons volk liefgekregen, want zij zag in ons volk, zijn zieden en gewoonten, bijna alleen het \jvaardevolle en het goede: spiegelbeeld van Haar eigen gemoed. Zij heeft Haar liefde betoond door Haar trouw medeleven met allen, die Haar dienden, door Hare onvermoeide belangstelling in ziekenver pleging, in wetenschap en kunst en door Haar stille hulp in nood. En ons volk heeft hare liefde met liefde vergolden. Moge ons volk zijn Koningin-Moeder nog lang behouden en steeds met dank baarheid gedenken den zegen, dat deze hooge vrouw uit den vreemde tot ons kwam". Naast haar regentschap wijdde de Ko- gin-Moeder zich in volle overgave en met groote bekwaamheid aan de vorming van haar dochter; het geringste had in de op voeding van Koningin Wilhelmina, die eenmaal tot de hoogste plaats in den Staat geroepen zou worden, haar toege wijde aandacht. Zij was het zelf, die haa; dochter tien jaren lang onderwees in Bij- rélsche geschiedenis envaardigheid met de naald! De reizen naar de hoofdsteden der pro- vjncies, opdat deze haar dochter zouden cünnen begroeten, werden even zoovele spontane demonstraties van Oranjeliefde van de zijde der bevolking: zij deed ook ïaar kind kennis maken met de vreemde loven en liet haar tegenwoordig zijn bij de ontvangst van buitenlandsche vorsten. Was het te verwonderen, dat het Ne derlandsche volk, toen Koningin Wilhel mina meerderjarig was geworden, van zjjn groote dankbaarheid voor hetgeen Koningin Emma tijdens haar regentschap gedaan had, getuigenis wilde afleggen? Het deed dit in den vorm van een gelde lijk geschenk en «het moge een bewijs te meer zijn van de groote sympathie en ge- négenheid, die van de Koningin-Moeder uitging naar de zieken en misdeelden. dat zij het haar geschonken bedrag ter be schikking stelde voor het oprichten van het Sanatorium „Oranje-Nassau Oord bij Renkum. waar tuberculoselijders wor- In verband met het overlijden van H. M. de Koningin-Moeder is het Marine-Con cert van a.s. Woensdagavond afgelast. In ons volgend nummer hopen w-y in staat te zyn te kunnen mededeelen welke regeling door de Comité's is getroffen ten aanzien van de reeds verkochte entrée-bewijzen; op het oogenblik van afdrukken van dit nummer was dit uiteraard nog niet be kend. Ingevolge een besluit van het Hoofd bestuur van den Nederlandschen Bios coopbond zullen heden ten teeken van rouw wegens het overlijden van H.M. de Koningin-Moeder alle bioscopen in Ne derland gesloten zijn. Met het oog op het feit, dat de Koninklijke Familie in Den Haag resideert heeft het Hoofdbestuur vervolgens besloten, de bioscopen, welke in de Residentie gevestigd zijn, geduren de drie dagen, nJ. Dinsdag, Woensdag en Donderdag te doen sluiten. Bovendien zullen op den dag der begrafenis alle bioscopen in Nederland gesloten zijn. den opgenomen en verpleegd. De herin nering aan het regentschap wordt mede levendig gehouden door de plechtige ont hulling op 25 September 1905, door Ko ningin Wilhelmina, van een monument op het Regentesseplein te 's-Gravenhage. Eerlijk, groot en oprecht was de uiting van waardeering en sympathie, die haar gewerd toen zij, in 1898 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam de grootsche inhul diging van haar dochter bijwoonde. Totdat Koningin Wilhelmina. op 9 Februari 1901, met Prins Hendrik van Mecklenburg in het huwelijk trad, bleef de Koningin-Moeder bij haar dochter verblijf houden. Daarna betrok zij het Paleis aan het Lange Voorhout, waar zij thans de oogen gesloten heeft. Zij be woonde dit des winters, terwijl zij de zomermaanden meestal doorbracht ten Paleize Soestdijk. Toen zij, in 1928, haar zeventigsten verjaardag herdacht, is op haar verzoek de huldiging, die men haar toen heeft willen bereiden, verschoven naar den 17den Januari 1929. den dag, waarop het Vijftig jaar geleden was, dat zij door haar huwelijk Nederlandsche was geworden. Talrijke bewijzen van sympathie en er kentelijkheid zijn haar toen ten deel ge vallen. Het moge, bij de droefheid, die het volk gevoelt, nu deze beminde figuur voor altijd is heengegaan, tot troost strek ken. dat het der Koningin-Moeder be schoren is geweest, in de jaren na haar regentschap ten volle te mogen ervaren, hoe ook Koningin Wilhelmina, die zij op binnenlandsche reizen en bij feestelijke gelegenheden meermalen vergezeld heeft, alsook haar kleinkind Prinses Juliana, het hart der natie gevonden hebben. Het grootsche huldebetoon der Koningin ter gelegenheid van haar vijfentwintigjarig regeeringsjubileum, in 1923 gebracht, was daarvan wel het sprekend bewijs, nog slechts kort geleden zoo overtuigend her- naald bij de nog ijl aller herinnering levende en zoo diepe nawerking uit oefenende betooging in het Olympisch Stadion te Amsterdam. Haar leven, dat ook na haar regent schap d i e n e n d is geweest, wijl zij zich op onnavolgbare wijze en wars van er- cenning voor wat zij verrichtte, met nieuwe kracht wijden ging aan de leni ging der nooden en behoeften van talloos velen, zal altijd herdacht kunnen worden als dat van een vrouw, die Moeder en Vorstin is geweest in de zuiverste betee kenis van deze woorden. ^lag in het algemeen niet bevorderd worden door aan de betrokkenen een hooger salaris te bieden. De voorzitter van den raad van minis ters heeft in een brief aan alle hoofden van dienst er de aandacht op gevestigd dat het geval zich heeft voorgedaan, dat een persoon, op arbeidscontract werk zaam bij een rijksdienst met een voor zijn leeftijd vrij hooge bezoldiging, door het hoofd van een crisisdienst werd aan gezocht, om op een belangrijk hooger salaris bjj dien crisisdienst een betrek king te aanvaarden. Uiteraard kan, vooral in deze tijden an algemeene salarisverlaging, aan het personeel niet verboden worden positie erbetering te zoeken. De regeering acht het echter in strijd met het landsbelang en daarom ontoe laatbaar, dat overheids- en semi-over- heidsdiensten door aanbieding buiten de betrokken chefs om, van een hooger sala ris, de goede krachten van elkander trach ten w eg te lokken. Instelling van een werkfons te verwachten. Naar wy vernemen ligt het in de be doeling om ter uitvoering van het 00 millioen-plan een Werkfonds 1934 in te stellen, waarvan de minister-president, dr. H. Colijn, als algemeen voorzitter zal optreden, terwyl de heer C. J. P. Zaal berg, directeur van de Scheepvaart Bank en oud-directeur-generaal van den arbeid het voorzitterschap en dr. ir. A. H. W. Hacke, directeur-generaal van den arbeid het vice-voorzitterschap en tevens het se cretariaat daarvan zal waarnemen. Omtrent de werkwijze van het fonds wordt avndaag een nadere mededeeling verwacht. (Nw. Rott. Crt.). VERRUIMING ZOXDAGSVERKOOP. Het Christelyk Nationaal Vakverbond heeft een adres gericht aan de Tweede Kamer betreffende de voorgestelde wijzi ging der winkelsluitingswet. Adressant betdbgt daarin ernstig bezwaar te hebben tegen verruiming van den Zondagsver koop. Voor het militair personeel. Batavia. Met ingang van 1 April zal een herziene regeling der bezoldiging van militair personeel van de Zeemacht, dienende binnen de keerkringen, in wer king treden. Met behoud der verschil lende thans aan de regeling ten grond slag liggende beginselen, sluit de nieuwe regeling zich in mening opzicht voor wat betreft de bedragen aan bij de eveneens op 1 April in werking tredende herziene salarisregeling der burgerlijke en militaire landsdienaren. De van 1 April af toe te kennen in komsten mogen niet dalen beneden 75 pet. van de thans geldende regeling zon der de daarop reeds toegepaste korting; met ingang van 1 April zal de kinder toelage die buiten de keerkringen geldt, ook binnen de keerkringen aan Euro- peesch personeel worden toegekend. Europeesche militairen bij de Zeemacht die van 1 April af binnen de keerkrin gen lagere inkomsten zouden genieten dan het bedrag waarop zij alsdan buiten de keerkringen vertoevende aanspraak zouden hebben, vermeerderd met 20 pet., worden in het genot gesteld van een bij slag ten bedrage vau het verschil. Voor inlandsche militairen wordt, con form de regelingen voor burgerlijke en militaire landsdienaren, een overgangs bepaling vastgesteld, waardoor tot zekere hoogte tot 1 Januari 1936 een vooruit gang in inkomsten niet zal plaats hebben. Aneta seint uit Batavia: Het Hoog Militair Gerechtshof heeft uitspraak gedaan met betrekking tot de vonnissen tegen de derde, uit 77 schepe lingen bestaande, groep muiters van de De Zeven Provinciën. Met een twintigtal wijzigingen, meeren- deels vervat in de eischen van den advo caat-fiscaal, werden de vonnissen van den Zeekrijgsraad bevestigd. Vervolgens ving het Hof aan met de berechting van de muitersgroep-Margono, een 27-tal schepelingen. In een nota naar aanleiding van het verslag zegt de minister, dat bij de samen stelling van de begrooting voor 1933 nog geen sprake was van een indienststellen van H. Ms. „Banckert"; de wenschelfjkheid daartoe deed zich eerst in het tweede kwartaal van 1933 voor. Het doen houden van gevechtsschiet oefeningen met dit schip was het noodza kelijk gevolg van de indienststelling. De kosten, verbonden aan deze schietoefenin gen, hebben ongeveer 50.000 bedragen. Het is niet juist, dat deze oefeningen zonder voorkennis van den minister zijn gehouden. De verhooging van de prijzen van de artillerie-inrichtingen is dikwijls niet te vermijden, aangezien de noodzakelijke l>e- zuinigingen op de aanschaffing van het materieel tot vermindering van de pro ductie van dat staatsbedrijf moeten leiden. De particuliere industrie kan in dezen niet met iiet staatsbedrijf worden vergele ken, omdat de eerste zich uit den aard harer organisatie beter op een juiste hou ding tusschen opdrachten en productie kosten kan instellen dan de artillerie-in richtingen, welke aan verscheidene wettelijke voorschriften gebonden een dergelijke soepelheid in veel mindere mate bezitten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 3