Rede van Prof. Obbink.
Na de plechtigheid.
De rust in Den Haag keert weer.
Hulpverlesning bij ongelukken.
Plechtigheden in lndië.
De uitzendingen der begrafenis
zeer goed gehoord.
Medeleven in het buitenland.
Ik had ze zien staan, de hofhouding, de kamer-
heeren, onbewegelijk, onaandoenlijk als altijd, het ge
laat een masker. Maar toen de oude Koningin weg
gedragen werd naar haar graf zag ik, hoe zoon zwaar
gegalonneerde kamerheer, het hoofd boog en een zak
doek aan zijn oogen bracht en snikte als een kind en
toen o wonderlijk, klein menschenhart, toen weende
ook ik, toen stroomden mij de tranen over de wangen
en ik schaamde mij niet.
De Koningin is onder de klanken van het Oude
Wilhelmus naar beneden gedragen in de kamer der
dooden. Slechts enkelen hebben haar daar gevolgd,
onder die enkelen was Haar Dochter en daar beneden
baden zij innig en geloovig tot den Eeuwigen God het
Onze Vader die in den Hemel zijt.
Achter mij, in die groote kerk staan katholieke
geestelijken, eenvoudige pastoors, voor mij zie ik het
purper der Bisschoppen, ook zie ik Dr. Colijn en ook
vele vooraanstaande hoogwaardigheidsbekleeders van
de Protestantsche kerk, even verder zit de vertegen
woordiging van de Joden, de Ned. Isr. Hoofdsynagoge
en allen, allen zitten ze in die kerk om het graf van
de eenvoudige vrouw, een vorstin, die Nederland, het
Vrije Nederland vele jaren als Regentes vereend heeft.
Velen in Godsdienst en politiek verschillend, zitten nu
vereend om haar baar. Beneden in de gewelven wordt
gebeden het Onze Vader.
Het was een verheven slot van een sobere, in het
harte grijpende plechtigheid.
Vervolgens hield de Hofprediker, Prof. Dr. H. Th.
Obbink, Hoogleeraar aan de Utrechtsche Universi
teit, de volgende rede:
Het moge niemand verwonderen, dat wij hier, staande
aan den ingang van een grafkelder, zijn begonnen met
een -Paaschlied op de lippen en het lezen van het
Paaschevangelie, dat ons spreekt van overwinning van
den dood door het leven. Immers hier, bij de lijkbaar van
ons aller Koninklijke Moeder, der Vorstin, die zoo
wonderlijk bemind was door het Nederlandsche Volk,
mogen wij niet enkel ons hoofd in droefheid buigen en
treuren om den zwaren slag, die ons geliefd Vaderland
heeft getroffen, maar wij moeten ook roemen in de
wonderlijke liefde Gods, die den dood zijn scherpen
prikkel heeft ontnomen en het graf van zijn wreedheid
heeft beroofd.
Haar, naar het Koninklijk woord, „ons aller Moeder",
wier gansche leven één machtig getuigenis was van de
liefde van Christus, dragen wij in de „Stille Week"
naar Haar laatste rustplaats, die toch niet „Haar laatste
rustplaats" is, want reeds rijst de Paaschzon boven Haar
graf. God heeft Haar zóó begenadigd. Haar, die naast
veel levensvreugde, ook veel zware smart heeft gekend
in Haar leven dat Haar die ééne smart waarvoor Zij
vreesde: het oogenblik van het afscheidnemen van die
Haar het liefste op aarde waren, is bespaard gebleven.
God sloot Haar oogen zoo vredig toe en nam Haar tot
Zich zonder scheidingssmart.
En nu staan wij hier en gedenken Haar. deze begena
digde Vrouw. Het zou gemakkelijk zijn bij deze lijkbaar
te prijzen en te danken voor alles wat Zij voor ons Land
en Volk gedaan heeft en geweest is. Ja. het zou gemak
kelijk zijn en verleidelijk ook. Er zou veel te zeggen zijn,
veel dat bekend is en nog meer dat niemand weet. Maar
wij zullen dat niet doen. Allereerst niet, omdat de Ma
jesteit van den dood verbiedt de grootheid van een
mensch te roemen, maar ook omdat wij daarmee niet
zouden spreken in den geest van Haar, die wij straks
ten grave zullen dragen.
Hier is iets anders om over te spreken. Dat rijke leven
was zoo rijk en heerlijk door de voortdurende gemeen
schap met Hem, die de bron is van alle waarachtige
grootheid. De liefde van Christus was de stuwkracht
van Haar gansche leven, de altijd vloeiende bron van
Haar vroomheid en vreugde, het geheim van Haar ge
zegend werk. Christus heeft gezegd, dat wij zoo hebben
te leven, dat de menschen onze goede werken ziende,
onzen Vader, ^ie in den Hemel is, verheerlijken. Zoo te
leven dat de menschen óns er om prijzen, is al veel,
maar méér is het als het zoover komt, dat de menschen
óns en óns doen ziende, erkennen, dat hier meer is dan
menschelijk kunnen en deswege onzen Vader in den
Hemel verheerlijken voor wat Hij door menschen doet.
Zóó was Haar werk en Haar leven.
Zoo zien wij dan nu over menschelijke daden en men-
schelijke deugden heen naar Hem, uit Wien, door
Wien en tot Wien alle dingen zijn en danken Hem voor
wat Hij ons Vorstenhuis en ons Land en Volk heeft
geschonken in dit heerlijk leven, dat wij zoo noode uit
ons leven zullen missen.
En wij kunnen niet nalaten aan deze plaats onze ge-
eerbiedigde Koningin en onze Prinses Juliana gelukkig
te prijzen, dat God Haar de genade verleent op deze
wijze en met zulke gevoelens Haar zoo beminde Moeder
en Grootmoeder ten grave te geleiden, en daarbij zich
gedragen te weten door de gebeden van allen, die bid
den hebben geleerd. Wij weten en getuigen hier met
dankbaarheid aan God. dat menschelijke Majesteit zich
ootmoedig buigt voor Gods liefde in Christus. God zij
geloofd, die ons Volk in Oranje zulk een Vorsten
huis gaf.
Zoo is het dan waarlijk niet enkel rouw, die ons hier
samenbrengt, maar ons hart is vol van dank en geluk
voor Gods groote liefde, zoo dat wij aan deze lijkbaar
Paaschliederen kunnen zingen, liederen der overwinning
in den mond van sterfelijke menschen.
Amalia van Solms nam bij Haar huwelijk als levens
leuze: quid reddam Domino (wat zal ik den Heer ver
gelden?). Wij doen dat ook hier bij deze lijkbaar. Wat
zullen wij volk van Nederland, den Heer vergelden voor
wat Hij ons gaf in dit zoo begenadigde leven? Wij wil
len elkander hier bij deze lijkbaar beloven, dat wij den
band tusschen Oranje en Nederland, die ons Land en
Volk reeds tot zoo grooten zegen is geweest, niet alleen
bewaren, maar versterken en daardoor toonen dat wij
bij elkaar behooren en bij elkander willen blijven en
samen ontvangen den zegen, dien Gods goedheid ons
nog zal willen schenken.
Geloofd zij Jezus Christus: Amen.
Tegeii half-vier klonk opnieuw het commando „geeft
acht", gevolgd door „presenteer geweer Inmiddels
was een aantal hofauto's voor den hoofdingang van de
kerk voorgereden.
Omstreeks half-vier namen Prins Hendrik, prins
Karei, prins Eugen en prins Felix in den eersten auto
Tot op de daken waren de belangstellenden gekropen bij aankomst
rouwstoet op de Groote Markt voor de Nieuwe Kerk te Delft
van den
plaats. De vorstelijke personen, die hetzij met H. M. dé
Koningin hetzij in den begrafenisstoet waren meegekoj-
men, namen in de andere auto's plaats, welke daarop
naar Den Haag afreden. Even later volgden de andere
hoogwaardigheidbekleeders uit den stoet eveneens per
auto.
Om 10 minuten over half 4 verliet H. M. de
Koningin in het gezelschap van Prinses Juliana en
de Prinses van Erbach Schönberg de kerk. De
Marinekapel bracht toen opnieuw het Wilhelmus I
ten gehoore.
De gordijntjes van den hofauto waren thans weer
omhoog. Het publiek wuifde de Koningin hartelijk toe,
maar niemand juichte. Minzaam buigend dankte H.M.
de Koningin voor deze stille hulde, welke zoo treffend
getuigde van aanhankelijkheid, trouw en piëteit.
Het verkeer te Delft werd omstreeks half zes in alle
rcihtingen vrijgegeven. Ook de versperringen in de bin*
nenstad waren toen voor zoover noodig opgeruimd.
Dank zij de medewerking van het publiek, heeft de
politie een gemakkelijke taak gehad.
Op het station der Nederlandsche Spoorwegen kwa
men ongeveer 40.000 personen aan, bijna 2/3 uit de rich
ting Rotterdam. Het grootste deel der reizigers kwam
's morgens voor tien uur. Het afvoeren van deze menig
te geschiedde zeer regelmatig. Omstreeks half drie be
gon het vertrek en omstreeks zeven uur liep alles weer
normaal. De treinen kwamen vrij regelmatig op tijd aan;
slechts enkele hadden eenige minuten vertraging.
De Nw. Rott. Crt. schrijft:
Hoe snel was, nadat de stoet voorbijgetrokken was,
de belangstelling van het publiek vervlogen! Om 2 uur
uur was het op het Voorhout, in vergelijking met dei)
ochtend, leeg. Er wandelden evenwel nog horiderdeq
en honderden en voor het paleis van de Koningin-*
Moeder stonden er weer velen te kijken. Maar er was
daar niets meer te zien. De eerewacht was reeds langt
ingerukt, de groepen officieren en deputaties huiswaarts
gegaan en er restte niets dan het nu leege grijze huis
vol herinneringen, waarvan de man op straat geen weet
kan hebben.
Ook elders langs den weg van den stoet loste zich de
menigte weldra op. Men was moe en verlangde naar
rust. Langs den Hofweg verdwenen ook de laatste toe
schouwers. Om half drie waren alle tribunes en étalages,
die als uitkijkposten hadden gediend, verlaten.
Gaandeweg kreeg de residentie weer haar aspect van
iederen dag. Alleen in de nauwe straten van de binnen
stad bleef het zeer en zeer vol.
De gemeentelijke geneeskundige dienst en het Roode
Kruis hadden uiteraard uitgebreide maatregelen ge
nomen voor hulpverleening bij ongelukken. Er is ge
lukkig niets van belang gebeurd. Van de ongeveer
zeventig menschen, die geholpen zijn. waren de meeste
flauw gevallen; anderen hadden onbeteekenende ver
wondingen opgeloopen. Er behoefde niemand naar een
ziekenhuis te worden vervoerd.
Saluutschoten en militair ceremonieel.
Men meldde gisteren uit Batavia:
Vanmiddag te 6 uur 10 minuten vangt te Buitenzorg
een serie aan van 33 minuutschoten, welke ter ge
legenheid van de uitvaart van H. M. de Koningin-
Moeder worden afgevuurd, in tegenwoordigheid van
den gouverneur-generaal, den geheelen Raad van Ned.
Indië, de hoofden van de departementen van algemeen
bestuur, den commandant van de zeemacht, den com
mandant van het leger, met den chef van den staf,
den president van het Hof, den procureur-generaal,
den gouverneur van West Java en plaatselijke autori
teiten in groot ambtscostuum.
Te 6.42 wordt de radio tijdelijk ter beschikking ge
steld van den gouverneur-generaal, die gedurende vijf
minuten zal spreken, waarna de radio weder de Neder
landsche uitzending zal vervolgen. Eveneens worden
saluutschoten afgevuurd in andere garnizoensplaatsen,
waar bijzonder ceremonieel wordt in acht genomen.
De dienst in de Portugeesche Buitenkerk.
Palmen, aaronskelken en de rouwversiering, aange
bracht in het schip van de oude Portugeesche Buiten
kerk in de benedenstad van Batavia waar vandaag
een plechtige dienst gehouden is, symboliseerde den
rouw in den Ned.-Indischen archipel, waar in alle
protestantsche kerken vanmorgen rouwdiensten ge
houden zijn om het leven, de moeilijkheden en de
dienende liefde van wijlen Koningin Emma te herdenken.
De dienst in de Buitenkerk werd bijgewoond door
den gouverneur-generaal met gevolg, het consulaire
corps, de raad van Ned.-Indië, de Volksraad, de hoof
den der departementen, hoofdambtenaren, autoriteiten
van het militaire en burgerlijke bestuur en leidende
personen uit scheepvaartkringen, het bankwezen, den
handel en de industrie- Ook van de zijde van de bur
gerij werd een ongeëvenaarde belangstelling aan den
dag gelegd. De dienst ving aan met orgelspel, hetwelk
werd onderbroken door klokgelui tijdens het binnen
treden van het landvoogdelijk gezelschap. Ook autori
teiten uit Buitenzorg waren aanwezig.
Het kerkbestuur van de Ger. Kerk, alle predikanten
van Batavia en Meester Cornelis alsmede vertegen
woordigers van de Bataksche, Armenische en Israëli
tische gemeenten woonden den dienst bij, die werd
voorafgegaan door een lithurgie geleid door ds. Keers,
die later van den kansel een preek hield.
Hierna herdacht ds. Keers wijlen Koningin Emma
als Koningin, als Regentes en als Moeder, waarbij spr.
den nadruk legde op het godsdienstonderwijs van haar
dochter Wilhelmina, dat van het vierde tot het veer
tiende levensjaar door haar zelf werd gegeven. Na het
terugtreden van Koningin Emma als Regentes wist zij
sociaal werk met oneindige takt te verrichten en aldus
het voorbeeld te geven van dienende liefde. „Aanvan
kelijk was zij noch Nederlandsche, noch een deel van
Oranje, doch Zij is beide geworden."
Het geheim van haar populariteit was karakteradel,
de bewandeling van den weg van Christus, den weg
van zelfverloochening, volgens de spreuk, dat God
liefde is, volgens de grondwet van het Christendom,
dat zij, die het leven zou willen behouden, het zal
verliezen, doch wie het wil verliezen het zal behouden.
Koningin Emma heeft van het leven weinig gekregen,
daarentegen ontzaglijk veel gegeven. Zij stond haar
jeugd af, haar eigen omgeving en zelfs stond zij haar
eenige kind af.
In deze tijden wordt gevraagd om een sterken man.
Hier is iets grooters, een groote vrouw: „Wie zich
zelf overwint is sterker dan die een stad inneemt".
Zoo werd zij ons aller Moeder, die ons het voorbeeld
gaf tot eendracht, afwezigheid van zelfzuchtigheid en
verheven moederschap.
Een zangkoor en orgelspel gaven dezen rouwdienst
een bijzondere wijding.
Naar het „Handelsblad" verneemt, is de uit
zending van de begrafenisplechtigheid in Oost en
West over de Rijkszenders te Kootwijk volkomen
geslaagd.
Blijkens telegrafisch uit Batavia ontvangen bericht is
de uitzending van de plechtige bijzetting in Neder-
landsch Oost-Indië goed ontvangen, het laatste gedeel
te, de plechtigheid in de kerk, zelfs zeer goed. De
Rijkszenders P.C.K. en P.C.X. werden op drie gouver
nementszenders heruitgezonden voor de buitengewes
ten, verder op vier N.I.R.O.M.-zenders en op vijftien
zenders van plaatselijke vereenigingen.
Curagao meldt de geheele uitzending van P.D.V. en
P.C.K. als voortreffelijk, bevestigd door tal van luis
teraars.
Ook te Paramaribo kon de uitzending uitstekend
worden gevolgd.
Te Londen.
Reuter meldde gisteren uit Londen:
Honderden vlaggen, die van de groote gebouwen te
Londen wapperden, zijn vandaag halfstok geheschen,
als blijk van medeleven met de uitvaart van Koningin
Emma. De vlaggen van de regeeringsgebouwen hingen
eveneens halfstok, op bevel van den Koning.
Te Brussel.
Velen te Brussel, die een radiotoestel bezitten, hebben
vanochtend op Hilversum afgestemd en naar de radio
reportage van de plechtige uitvaart van Koningin Emma
geluisterd. Talrijke leden van de Nederlandsche kolonie
in België zijn sedert gisteren per trein of auto naar Den
Haag of Delft vertrokken. Ook hebben verscheidene
ereenigingen van in België wonende Nederlanders
bloemstukken naar Den Haag gezonden.
De Bond van Nederlandsche vereenigingen en licha
men in België heeft aan het paleis van de Koningin-
Moeder een krans van seringen, witte anjers en rozen
afgegeven. Aan de gevels van alle openbare gebouwen
in de Belgische hoofdstad hangt heden ten teeken van
deelneming in den rouw der Nederlandsche natie de
Belgische vlag halfstok.
Te Nice.
Men schrijft uit Nice, d.d. 25 dezer, aan de „Nw.
Rott. Crt.":
Tijdens de godsdienstoefening dei Israëlietische Ge
meente alhier, heeft de rabbijn Schumacher gisteren
eenige gevoelige woorden gewijd aan de nagedachtenis
van Hare Majesteit de Koningin-Moeder en daarbij ook
uiting gegeven aan de dankbaarheid zijner geloofsge-
nooten jegens Nederland, waar reeds eeuwen lang ge
loofsvrijheid heerscht en asyl verleend wordt aan allen,
die om hun geloof vervolgd worden. Spreker eindigde
met een gebed voor de eeuwige rust van de hoogver
eerde Ontslapene en riep den Goddelijken bijstand in
voor de Koninklijke familie in Hare beproeving.
Zondag waren talrijke Nederlanders aanwezig onder
het gehoor van ds. Blanquis ,die in de Hervormde Kerk
tijdens de godsdienstoefening eveneens de Koningin-
Moeder herdacht.
In de Roomsch-Katholieke kerk van het H. Hart,
welke geheel gevuld was, werd aan het einde van de
Hoogmis gebeden voor de zielerust van de Koningin-
Moeder. Behalve de consul en mevrouw De Kuyper
waren talrijke autoriteiten, onder wie de consul van
België, aanwezig.
Belgische evlag halfstok.
Te Berlijn.
Reuter meldde gisteren uit Berlijn:
Naar aanleiding van de begrafenis van de Koningin-
Moeder te Delft waaien de vlaggen van het rijks
ministerie van buitenlandsche zaken, van de „Reichs-
kanzlei" en van den Rijksdag halfstok.
Op initiatief van Hr. Ms. gezantschap is Dinsdag
avond onder leiding van dr. G. W. Oberman uit
Utrecht, in de Amerikaansche kerk te Berlijn, een her
denkingsdienst gehouden voor wijlen H. M. de Ko
ningin-Moeder. De kerk was vol. Naast de leden van
Hr. Ms. gezantschap waren de meeste prominente te
Berlijn woonachtige Nederlanders aanwezig.
De dienst werd ingeleid door een liturgie.
Tot tekst had hij gekozen Filippenzen 3 14: „Maar
één ding doe ik, vergetend hetgeen dat achter is, en
strekkend mij tot hetgeen d^t vóór mij is, jaagt naar
het wit tot een prijs der roeping Gods, die van boven
is in Christus Jezus".
Dr. Oberman sprak over het viervoudige koning
schap van de vorstelijke overledene. Zij was Koningin
als gemalin van wijlen Willem III, als Koningin-Regen
tes, als Koningin-Moeder en als Koningin der barm
hartigheid. Koningin der barmhartigheid blijft zij ook na
Haar dood.
Op de prediking volgde orgelspel en zang van Louis
van de Santé uit de Johannes Passion, waarop tot slot
na herdenking en gebed mej. Meta Condoo Kerdijk:
„Komm süsser Tod" van Bach zong.
Rouwdienst te Davos.
Te Davos is Zondagavond bij de godsdienstoefe
ning, welke geleid werd (ditmaal in het Nederlandsche
sanatorium) door den Nederlandschen predikant dr.
Ten Doornkaat Koolman het overlijden van H. M. de
Koningin-Moeder herdacht. De godsdienstoefening
werd door een vijftigtal landgenooten bezocht, onder
wei de Nederlandsche consul. In treffende bewoordin
gen schilderde de predikant de Hooge Ontslapene en
dankte God voor alles, wat Zij voor ons land gedaan
heeft als Koningin, als Regentes en als Koningin-
Moeder.