GEWELDIGE VERMINDERING
Ingezonden
Schagen.
Wieringen.
Vereenigde Brandstollenhandel N.V.
Julianadorp.
De Postvluchten van en
naar Indië.
Wat voor weer vandaag?
Visscherijberichten
De toestanden in Duitsche
concentratiekampen.
Door
der loco mijn-prijzen, zijn wij in staal om onze diverse
kolensoorten a v. te verlagen.
Ie soort Hollandsche Anthraciet III - van f 2.50 tot f 1.75
2e 1.50
2.20
1.80
1.50
1.40
1. I 5
2e
TURENNE ANTHRACIET
EIERKOLEN.
Kleine TURENNE Anthraciet (ook wel genoemd Industri^nootjes 1VJ
Spoorgracht no. 15 - Telefoon no. 485
Stoomvaartberichten
De kustvisscherij en de
visscherij in het
meer Flevo.
De rechtszaak
Onnes van Nijenrode.
HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 7 APRIL 1934.
li© winkeldieveggen naar Alkmaar.
De beide vrouwen, die zich alhier aan
verschillende winkeldiefstallen hebben
schuldig gemaakt, zijn heden voor den
Officier van Justitie te Alkmaar geleid en
in het Huis van Bewaring ingesloten.
Rijwieldiefstal.
Door een ingezetene dezer gemeente
werd aangifte gedaan van vermissing
yan zijn rijwiel. Een onderzoek wordt in
gesteld.
Een ongelukkig toeval.
Donderdagavond geraakte in de Jon
kerstraat een chauffeur bekneld tusschen
twee vrachtauto's. Hij bekwam inwendige
kneuzingen en werd per ziekenauto naar
het Marinehospitaal vervoerd. Het onge
luk is veroorzaakt doordat de motor van
den vrachtauto, welke de chauffeur wilde
aanslaan, in de versnelling stond. De auto
schoot plotseling vooruit en daar op on
geveer 4 meter afstand een andere auto
stond, geraakte de chauffeur er tusschen.
PREDIKBEURTEN'.
Ned. Herv. Gem.
's Avonds 7.30 u., Eerw. Heer R. Frank
Zendingsgebouw „Do Ster der Hope".
's Avonds 7 uur, de heer H. J. Kraak
van Den Helder.
SCHAGER MARKT.
De aanvoer van vette koeien was Don
derdag belangrijk. De handel was goed
te noemen. Op de gelde- en kalfkoeien-
markt was het heel druk; een mooie aan
voer en nogal vraag. De handel in gelde-
koeien had iets beter kunnen zijn. Naar
melkkoeien was veel vraag en duur; de
handel was merkbaar vlugger- Met de
pinken had het weer beter kunnen zijn;
de handel leeft nog niet hard op. Naar
nuchtere kalveren was veel vraag, vlugge
handel; slachtkalveren tot f 18. Er werd
nog een dikbil verkocht, oud 14 dagen,
voor den prijs van f 36.
Handel in oude slachtschapen was iets
minder tot f 33 de duursten;overhouders
voor den slacht werden niet gekocht; voor
de weide, goede tot f 18; handel kalm.
In paarden was wel handel.
De handel in vette varkens was vrij
goed, hoogste noteering 19 et. De biggen
en schrammen waren iets duurder, de
handel is iets vooruitgaand.
Kippen, konijnen enz. kunnen zeker
wel meer aangevoerd worden Vooral de
konijnen hadden best verkocht kunnen
worden.
Verkocht werden 90 stuks Regeerings-
koeien, opgekomen maar 45 stuks.
Over 't geheel genomen was het een
gunstige markt.
VISSCHERIJ.
Konden we in het begin dezer week
gunstige resultaten omtrent de haringvis-
scherij melden, thans schijnen de bordjes
te zijn verhangen. De vangsten der laatste
dagen zijn zeer onbevredigend te noemen.
Waar het aan ligt, we kunnen het niet
zeggen. De een geeft de schuld aan den
afsluitdijk, den ander zegt, dat er geen
haring is. Hoe het is weten we niet.
doch het is bedroevend wat sommige vis-
schers gedurende het haringseizoen ver
diend hebben. Vergeleken met verleden
jaar is het verschil ook ontzettend groot.
Ook de prijzen zijn niet bepaald schitte
rend te noemen. Ze beliepen ongeveer met
uitzondering van een enkelen dag, een
gulden per kist. We zullen maar hopen
dat de komende weken nog wat opleving
geven, daar het er anders voor een groot
deel der kamervisschers donker begint uit
te zien.
Heenreis.
De Snip vertrok 6 April van Bangkok
en landde denzelfden dag te Singapore.
De Ijsvogel vertrok 6 April van Bagdad
en landde denzelfden dag te Caleutta.
Medegedeeld door het Koninklijk
Meteorologisch Instituut
Naar waarnemingen verricht in den
morgen van 7 April.
Verwachting:
Zwakke tot matige O. tot Z. wind, half
tot zwaar bewolkt, weinig of geen regen
In het Oosten, in het Westen waarschijn
lijk eenige regen, zelfde temperatuur.
S April
Aangebracht door haringvisschers*
150.3 tal ha rins p. tal 0.60—0.32
Door korders:
io kg tong p. kg
98 kisten schol n kict
18 kisten schar
Aangebracht door haringvisschers:
P5o tal haring p. tal 0.60—0.30
Door korders:
ao kisten schol p. kist
kisten schar
0.96—0.70
3.00i.8o
1.30—0.75
2.70—t.75
1.20—0.80
De ervaringen van een naar
Denemarken uitgeweken
Duitsch burger.
Het Deensche blad „Hjemdal" van
Woensdag 28 Maart bevat een artikel ei
de ervaringen die een Duitsch vluchte
ling uit concentratiekampen heeft opge
daan. We laten ze hier I eenigszins ver
kort volgen:
De' vischrooker Thomas 1 etersen uit
Aabenraa is kort geleden aldaar terug
gekeerd. nadat hij een half jaar in con
centratiekampen in Duitschland had ge
zeten. Hij, die Duitsch burger is, is uit
Duitschland gevlucht. Hij schildert zijn
lotgevallen aldusIk had gedurende eeni-
gen tijd verblijf bjj mijn zwager in Angel,
toen ik in den nacht van 23 Juni werd
gearresteerd. Mijn zuster heeft mij ge
wekt en vertelde mij ontdaan dat het huis
door S. A. mannen was omsingeld. Toen
ik vroeg om welke reden ik weg moest,
gaf een S. A. man mij vier vuistslagen
in het gezicht. Ik ben geen lid van eenige
partij geweest en bij de huiszoeking is
niets gevonden, wat mij kon compromit-
teeren. Alles wat ik mij bewust ben is,
dat ik bij eenige bijeenkomsten tusschen
de bewoners van de streek gewezen had
op de heel wat vrijere en vreedzame toe
standen in Denemarken in tegenstelling
tot het nazistische Duitschland en dat ik
in enkele gevallen iets geagiteerd had
voor de Deensche school in Sleeswijk.
Om drie uur in den nacht kwamen wij
te Sleeswijk aan en werden met zijn 90
in het arrestlokaal gebracht, waar er voor
50 plaats was. Ik probeerde tevergeefs
voor een rechter te worden geplaatst,
men heeft mij geen antwoord gegeven.
Hier bleef ik tot 29 September, toen wij
naar een concentratiekamp zijn vervoerd.
Vreeselijk was het de vrouwen en kin
deren te zien, die gekomen waren om
van de hunnen afscheid te nemen en
botweg werden afgewezen.
Wij kwamen in het kamp Kuhlen dicht
bij Neumünster, waar wij werden ont
vangen door den kampcommandant, die
nazi-jeugdleider in Oostenrijk was ge
weest, maar naar Duitschland was ge
vlucht. Hij heeft ons bij aankomst op
slagen van een liondezweep onthaald.
Zonder iets te eten te hebben gekregen
zijn wij naar bed gestuurd en den vol
genden ochtend om 5 uur begonnen de
«oefeningen*, mishandelingen waarbij ge
balde vuisten en slagen van een leeren
zweep werden gebruikt. Gedurende de
rest van den dag moesten wij graafwerk
verrichten. Was de kampcommandant een
avond uit fuiven geweest, en dat gebeurde
een paar keer in de week, dan werden
wij bij zijn thuiskomst uit de bedden ge
jaagd en moesten op de openluchtpiaats
(exercitieveld) in ons hemd rondloopen.
De oudere gevangenen, die niet hard ge
noeg loopen konden, zijn met leeren
zweepen bewerkt. Van het kantoor van
den commandant uit, dat onder ons de
gruwelkamer heette, hoorden wij vaak
wild geschreeuw, wanneer de comman
dant zijn gevangenen mishandelde. Tel
kens zag ik mijn kameraden bloedend
daarvandaan komen. Velen zijn naar het
hospitaal verhuisd.
Van Kuhlen zijn wij later naar het
kamp van Papenburg, dicht bij de Neder-
landsche grens gevoerd. Op onzen 35 km
langen marsch van het station zijn wij
weer met leeren zweepen bewerkt Ik
probeerde een kameraad te helpen, maar
werd zoo afgeranseld, dat ik de eerste
week daarna niet op mijn rug kon liggen.
De mishandelingen, waarvan in het
bijzonder de joden slachtoffers waren,
werden voornamelijk door*de S.S.-mannen
uitgeoefend, het ergst, als zy, wat vaak
gebeurde, dronken waren. In den herfst
gebeurde het, dat zij hun loon op een
dag niet kregen. Dit had spektakelscènes
ten gevolge, die open muiterij naderden.
De politie werd geroepen en 300 agenten
ontwapenden de 180 S.S.-mannen en voer
den hen onder geleide weg.
In het geheel waren er in Papenburg
vijf kampen met 5000 gevangenen. Onder
de gevangenen in Papenburg was ook de
vroegere president van politie in Altona,
Eggerstedt. lederen avond werd hij ge-
geeseld. Mijn kameraad heeft hem de
broek uitgetrokken en moest de mis
handeling gadeslaan. Een eerste poging
om Eggerstedt dood te schieten, mislukte,
daar een S.S.-weigerde, het bevel uit te
voeren. Toen de commandant het te weten
kwam, is hij woedend geworden en dien
zelfden avond is Eggerstedt van achteren
neergeschoten, toen hij met twee andere
kameraden samen aan een boomstam
trok, die zy hadden geveld. De eene
van deze kameraden heeft een zenuw
schok gekregen van die gebeurtenis. Deze
moord is op 14 October begaan en ik kon
andere noemen.
Bij de groote „Gnaden-Erlass" ben ik
met andere samen vrijgelaten. Een plaats
vervanger van Goering hield een rede
voor ons omtrent het nieuwe grossartige
Duitschland, dat opgegroeid was, terwijl
wij gevangen hadden gezeten en voorde
draaiende filmfotografen werden wij ge-
komrnandeerd, den Hitlergroet te doen,
ten teeken, dat wij waren bekeerd!
Ik was gelukkig, maar niet rustig, voor
dat ik over de grens naar Denemarken
was gekomen en weer vrij ademen kon.
Indien de Duitschers hier in Noord-
feleeswyk slechts wisten, hoe goed zy het
hebbenDe waarheid is, dat er in Duitsch
land nooit zoo veel nood en zoo veel
d\3 ang is geweest als thans. De eenigen
die proflteeren, zijn de nazi-partijgenooten
wel te verstaan, de oude leden van de
beweging. Alles is er op gemunt oud
gedienden partijgenooten de beste haan-
Los te geven. Er is nooit zooveel ontevre
denheid in de lagere kringen geweest als
5U" l"1' 1S alleen niemand, die het hardop
durft te zeggen.
Verder vertelt Thomas Petersen, dat
na zyn terugkeer in Aabenraa nazisten
lem op instigatie van over de grens
hebben bewerkt met lokkende aanbiedin
gen, om hem te bewegen er van af te
zien, zyn herinneringen te laten drukken.
Ook heeft men van dien kant tevergeefs
getracht, uit te visschen, hoe hy over de
grens was gekomen.
le II 2 35 \'Z2
2e III 2 30
II
per H.L. f O.VU
Daar het stookseizoen zich ten einde spoedt, en U voor direct
wellicht niet veel brandstof meer zal noodig hebben, raden imj
diegenen, die nog geen kennis gemaakt hebben met onze prima
Anthraciet-soorten. thans eens 1 H.L. of '/j H.L. van onze eersje
kwaliteit Hollandsche Anthraciet te bestellen a f 1.75 per H.L.
Wij twijfelen niet, of deze kennismaking zal er toe leiden, dat u
deze komende Zomer Uw bergplaats door ons zal laten vullen.
fa. I'. BANDSMA, Zwaanstraat 2-4. fa. P. DE GROOT, v. Hogendorpstraat no. 57.
Telefoon no. 124 en 462. fa. W. DE RUVTER, Jonkerstraat no. 3.
(Buiten verant3voordelijkheid van de redactie.
Niet geplaatste stukken worden
niet teruggezonden.)
MINDER BELASTING BETALEN.
Geachte Redactie.
In Uw Blad van 24 Maart j.1. schrijft
„Navorscher" een artikel waarin wordt
aangetoond dat de Heldersche Winke
liers hun omzet zien verminderen doordat
zéér veel goederen buiten Den Helder
gekocht worden. Gewezen wordt op het
feit, dat dit ten gevolge heeft dat er
minder winst wordt gemaakt en ergo als
gevolg minder „batig saldo" is te boeken
en aldus minder belasting behoeft te
worden betaald, hetgeen wederom ten
gevolge heeft minder inkomsten voor de
gemeente-huishouding, waardoor het Col
lege van B. en W. moet zoeken om de
schaal in evenwicht te kunnen houden
en dus per aangeslagene méér belasting
moet worden betaald, het gas of elec-
trisch licht duurder gaat kosten en er
verdere maatregelen worden genomen
die de lasten der ingezetenen verhoogen.
Dit zou niet noodig zijn als in zaken ge
kocht werd waarvan de eigenaar in Den
Helder woonachtig was. De dames (de
koopsters) hebben alzoo ook een beetje
schuld aan de hoogere lasten en duur
dere electriciteit.
Geachte Redactie, we zullen de groote
lijnen in het artikel van „Navorscher"
volgen en onderschrijven dus het betoog.
Ook komt het ons voor, dat van de vele
ingezetenen, gezien de «slechts anderhalf
millioen* die reeds boven water zijn ge
komen, zij het ook zijn, die het ons Col
lege van B. en W. moeilijk maken de
begrootingen sluitend te maken. Ook bij
het voldoen van de z.g. „achterstallige
verplichtingen" zouden waarschijnlijk,
zacht uitgedrukt, geen verhoogde lasten
op onze ingezetenen gelegd behoeven te
worden.
Geachte Redactie, wij zijn het dus met
„Navorscher" eens, maarzouden
het artikel even willen aanvullen en rich
ten dan ons oog ook op de Heldersche
Winkeliers, waarbij wij alleen sommigen
van hen in het oog hebben, diedenlaat-
sten tijd hun zaken gebouwd of vèrbouwd
hebben. We beginnen dan wederom den
cirkelgang, vérkoop omzet winst
saldo belasting enz. enz. Ook de
Heldersche bouwarbeiders verkoopen hun
arbeidskracht. Helaas blijven velen met
hun „waar" zitten, in Januari 1934 on
geveer 300 in Den Helder. De voort
brenger van die arbeidskracht moet ech
ter, ook al verkoopt hij niet, leven en
ook veelal zijn gezin. Hij „stempelt" dus,
krijgt werkloozenuitkeering van ge
meente of Maatschappelijk Hulpbetoon
steun aanvullende steun, geneeskun
dige bijstand, gevolg: geraamd Begroo
ting 1934 M. H. rond f 354.000, en alweer
dientengevolge verhooging der lasten van
iedere ingezetene. De bouwarbeider maakt,
als hij „stempelt" geen winst, verliest en
kost integendeel aan de gemeenschap,
betaalt ergo geen belasting, wederom een
factor verhooging der lasten voor iedere
ingezetene, ook al betalen een deel van
hen geen belastingen.
Bovengenoemde winkeliers betalen dan
echter waarschijnlijk des te meer, het
geen ook niet in hun belang is. Ook zij
hebben wel een beetje schuld aan de
hoogere lasten (zie boven van de dames).
Waarmede wij alleen maar willen aan-
toonen, geachte Redactie, dat wy het ook
niet in het belang der gemeenschap Den
Helder vinden, dat vooral in 1933 eiken
morgen vrachtauto's met bouwarbeiders
van buiten Den Helder de zaken van
meergenoemde winkeliers gaan bouwen
of verbouwen, waardoor geen cent ar
beidsloon uitgegeven door die winkeliers
in Den Helder zelf wordt besteed, laat
staan dat hiervan belasting in onze stad
wordt betaald. Ook de bouwarbeiders
willen dus verkoopen, niet uitverkoo-
p e n en we hopen dan ook dat in den
vervolge alle Heldersche ingezetenen
hiermede ernstig rekening zullen houden,
ook in het belang van hun eigen aanslag
in de belastingen. Den Helder heeft werk-
loozen te over.
XI Redactie dankend.
Namens Bestuur afd. Den Helder
Alg. Ned. Bouwarbeiders Bond,
W. KRAAK.
Stoomvaart Mij. Nederland.
Tajandoen, t., 6 April te Marseille.
Poelau Bras, u., 5 April te Antwerpen.
Marnix van St. Aldegonde, t., 5 April te Suez.
Tawali, u., 5 April v. Djeddah.
Rotterdamsche Lloyd.
De'mpo, u., 5 April te Marseille.
Kota Pinang, t., pass. 4 April Point de Galle.
Slamat, 5 April te Batavia.
Palembang, t., pass. 4 April Perim.
Baloeran, t., 6 April v. Singapore.
Kon. Roll. Lloyc
Salland, wordt 8 April te IJmuiden verwacht.
Pernambuco, u., pass. 3 April Madeira.
Zeelandia, u., 5 April v. Boulogne.^
Kon. Paketv. Maatschappij.
Van Spilbergen, 4 April v. Lorenzo Marqués.
N. Holland, 5 April te Sydney.
CRISIS-INKOMSTENBELASTING.
Een adres van de Kamer van
Koophandel.
De Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Hollands Noorderkwartier, ge
vestigd te Alkmaar, heeft in een adres aan
de Tweede Kamer hare bezwaren naar vo
ren gebracht, die bij haar ten aanzien van
het Wetsontwerp tot heffing van een Cri
sisinkomstenbelasting zijn gerezen.
Alhoewel zij de heffing van iedere be
lasting, waardoor nieuwe lasten op de
burgerij worden gelegd, betreurt, zou zij
tegen het Wetsontwerp tot heffing van
heen Crisisinkomstenbelasting geen on
overkomelijke bezwaren hebben, indien
'daardoor uitsluitend die inkomens zouden
'worden getroffen, die direct of indirect
vermeerderd zijn door den crisistoestand,
tot' tengevolge van de door onze Regeering
getroffen crisismaatregelen.
Uit het onderhavige Ontwerp blijkt ech
ter helaas overduidelijk, dat het in de be
doeling ligt iedere inkomstenvermeerde
ring zy het met enkele uitzonderingen
te treffen, waardoor vele onbillijke hef
fingen niet zullen kunnen worden voor-
komen.Zoo zullen personen onder de Wet
gaan vallen, wier inkomen vermeerderd,
of stationnair gebleven is, door omstan
digheden, die met de huidige crisis totaal
geen verband houden.
Het Wetsontwerp belast in wezen vrij
wel iedere inkomstenvermeerdering, ook
wanneer van een vermeerdernig van
draagkracht of van een „bijzondere"
draagkracht in feite niet kan worden ge
sproken.
Met het heffen van een belasting, ge
grond op deze principes, afwijkende van
een zuiver belasten van inkomstenver
meerdering tengevolge van de crisismaat
regelen, kan onze Kamer zich niet ver
eenigen, en het is daarom, dat zij Uwe
Vergadering wet klem verzoekt het Ont
werp in zijn huidigen vorm geheel te wil
len afwijzen.
Mocht de Tweede Kamer onverhoopt
toch een ander besluit nemen, dan worden
door de K. v. K. eenige wijzigingen en
aanvullingen in overweging gegeven,
waardoor aan hare hoofdbezwaren eenigs
zins kan worden tegemoetgekomen.
Het ware dan wenscheliik, in de Wet
een bepaling op te nemen, waarbij de be
lasting niet geheven zal worden wanneer
kan worden aangetoond, dat geen werke
lijke vermeerdering van draagkracht aan
wezig is.
Ook wijst de Kamer o. a. op de onbillijk
heden, die kunnen ontstaan by het laten
gelden van slechts één vergelijkingsjaar.
Voorgesteld wordt het aannemen van
een gemiddelde van drie vergelykings.ja-
ren, b.v. over de belastingjaren 1930/31,
1931/32 en 1932/33.
KANTONRECHTER.
TE ALKMAAR.
NACHTRAVEN IN DE „MORREBOK".
In den Oudejaarsnacht j.l„ bevond het
echtpaar Berghuis, wonende in de Moer
beek. gemeente N. Niedorp. zich in diepe
rust, die echter plots wreed werd gestoord
door een helsch spectakel, gerammel van
een verbrijzelde ruit en heftig gebrul: we
zullen jullie koud maken! Het leek wel of
alle „gangsters uit het donkere polder
land waren saamgerot. De ontstelde ech
telieden liepen naar beneden en ontwaar
den een bende van 7 personen, die hen
weer in huis terugdreven, alwaar zij in
hun angst in den stal een schuilplaats
zochten. Onder de aanvallers hadden zij
ook ontdekt zekeren Cornelis Z. en deze
mooie meneer stond dan nu terecht om tot
15.boete of 15 dagen te worden ver
oordeeld. Feitelijk veel te kort, doch de
wet laat geen zwaardere straf toe.
Schagen.
Een verdwaalde brakwater-kapitein.
De schipper Klaas Br., uit Schagen. had
het stuur van zijn fregat verwisseld voor
het rad van een auto en kon op 28 Feb
te Barsinqerhorn desgevraagd, geen gel
dig rijbewijs toonen. Wat deed ie 00 - 1
d£Zij>n winst- en verliesrekening sloot
heden met een nadeelig saldo van J i-
boete of 3 dagen.
Den Helder.
AI'te goed is buurmansgek.
De autobus-chauffeur Piet R„ uit Den
Helder, had het gewaagd eenige passa
giers boven het wettige aantal op te
nemen, wat door een Alkmaarschen ver
keersagent werd gesnapt. Zijn slapheid
werd de man noodlottig, niet alleen moest
hij uit eigen beurs het reisgeld van het
overschot passagiers bijpassen, maar werd
hij thans ook nog veroordeeld tot 3.
boete of 3 dagen.
In Februari.
De afdeeliug visscherjjeu van het depar
tement van oeconomische zaken deelt het
volgende mede omtrent de kustvisscherij
en de visscherij in het meer Flevo, waarbij
de tusschen haakjes geplaatste cijfers
betrekking hebben op Februari 1933.
De weersgesteldheid was voor de uit
oefening der kustvisscherij en de visscherij
in het meer Flevo over het algemeen
niet ongunstig.
De geldelijke uitkomsten der visscherij
in de Waddenzee en het niet-afgesloten
gedeelte van de Zuiderzee en de Zuid-
hollandsche stroomen en zeegaten waren
beter, in de Lauwerzee en den Dollarten
het meer Flevo daarentegen slechter dan
in Februari van het vorig jaar.
De hoeveelheid en opbrengst der aan
gevoerde visch bedroeg nl. volgens voor-
loopige opgave respectievelijk in de
Lauwerzee en den Dollart 977 (50.775)
kg. en f 33 (f 541), in de Waddenzee en
het niet-afgesloten gedeelte van de Zui
derzee 2.819.722 (2.195.547) kg. en f 115.382
(f 110094), in het meer Flevo 318.627
(322.588) kg. en f 55.573 (f 64.305).
In het meer Flevo verliep de bof-
visscherij met staande netten over het
algemeen nog gunstig. De kwaliieit van
de bot was zeer goed, zulks in tegenstelling
met de tijden toen de Zuiderzee nog niet
was afgesloten en de aldaar in de winter
maanden gevangen bot doorgaans mager
en van slechte kwaliteit was. De spiering-
visscherij met sleepnetten leverde zeer
goede vangsten op. De visscherij met
staande spieringnetten verliep niet zoo
gunstig. Voorts wei'd nog door eenige
Harderwijker visschers de visscherij met
den dwarskuil ui!geoefend, waarmede nog
al veel spiering werd gevangen, welke
echter voor een deel te klein was voor
de consumptie en als eendenvoer werd
gelost.
De garrialenvisscberij in het Marsdiep
was van geen beteekenis. Van de mossel-
perceelen werden ongeveer 2500 balen
mosselen afgevischt- voor de markt te
Rotterdam en voor Zeeland.
Nieuwe sensaties.
De drie-en-twintigste zitting van dit
proces brengt weer nieuwe sensaties.
Eerst wordt gehoord de rijksveldwachter,
die mededeelingen zal doen omtrent het
op de vorige zitting door den Utrecht-
schen rechercheur Van Cooten ter sprake
gebrachte contact, dat zou hebben bestaan
tusschen Johanknegt en zyn gewezen
secretaresse, mejuffrouw Nöggerath. Deze
veldwachter weet echter van niets; alleen
weet hij, dat de twee in het kabinet van
den rechter-commissaris contact met el
kander hebben gehad. Dat Johanknegt
flauw zou zyn gevallen, weet getuige niet,
evenmin dat de rechercheur Van Cooten
hem op die omhelzing gewezen heeft,
waarop hij zou hebben geantwoord, dat
zulke dingen wel meer voorkomen. Een
tweede veldwachter, als getuige gedag
vaard, herinnert zich wel iets van dien
aard, maar die opmerking sloeg op de uit
lating van een der rechercheurs: „We
zyn hier als getuigen opgeroepen, maar
het lijkt wel of we verdachten zijn!", waar
op toen zou zyn geantwoord, dat zulke
dingen herhaaldelijk voorkomen.
Vervolging wegens meineed?
Getuige Van Cooten, hierna gehoord, is
wederom zeer opgewonden en spreekt op
luiden toon. Hij blijft bij zijn vorige ver
klaringen; de president voegt hem toe, dat
hy een anderen toon heeft aan te slaan en
dat zyn optreden een schandaal is.
Getuige stelt voor, dat men zyn supe
rieuren uit Utrecht hoort; daar heeft hij
nog denzelfden avond medegedeeld, wat ei-
bij den rechter-commissaris was voorge
vallen.
Bij de verdere discussie zegt de officier,
mr. Van Dullemen, dat hij acte vraagt van
de verklaringen van Van Cooten en ik zal
hem vervolgen wegens meineed.
Verdachte: En waarom Koning niet?
President: Houd uw mond.
Getuige: Als ik wegens meineed ver-
volgd word, zal ik hier verder niets zeg-
Mr. Muller Massis brengt den getuige
by, dat die houding minder juist is, stelt
dan nog verschillende Vragen, ten ant
woord waarop getuige nog eens een lezing
geeft van het voorgevallene by den rech
ter-commissaris, welke lezing dan op ver
schillende punten niet overeenstemt met
die van veldwachter Elzinga.
De laatste wordt opnieuw voorgeroepen
en blijft er by, dat hij niet gezien heeft,
dat de detective en zyn secretaresse bij
den rechter-commissaris contact hebben
gehad.
De officier herhaalt, dat hy deze zaak
zal onderzoeken.
Maar dan ook tegen Koning;
Mr. Muller Massis: Dan mag van den
officier worden verwacht: „gelijke monni
ken, gelijke kappen". Stelt de officier te
gen dezen getuige een vervolging in we-
gc ns meineed, dan herinner ik er aan, dat
er hier een getuige is geweest, die door
twee getuigen pertinent is tegengespro
ken. De vervolging wegens meineed van
Koning zal dan in één moeite kunnen
doorgaan!
De officier: Ik heb tocli gezegd, dat ik
dat zou overwegen.
Mr. Muller Massis: Ik zal ze hier niet
uitspreken, maar er beginnen de zonder
lingste geruchten te loopen
De president lacht.
Mr. Muller Massis: ....Lacht u niet,
president, er moet toch rekening worden
gehouden met de openbare meening.
Officier: Wat voor geruchten dan?
Verdediger: Dat Koning om bepaalde
redenen de hand boven het hoofd wordt
gehouden. Ik weet wel, dat de rechterlijke
macht hooger staat....
Verdachte: President, mag ik wat zeg
gen..
President: U hebt uw mond te houden.
Verdachte: Dat wordt toch te gek U
dan kunt u mij de zaal wel uitzetten
mijn leven wordt hier verwoest, ik zou
niets mogen zeggenis er dan geen
rechtvaardigheid meer?
Mr. Kappeync: President, maar ten
aanzien van Koning.
President: De zaak Koning is afgeloo-
pcn.
Verdedigers: Afgelooper,
Verdachte: Nee maar....
President: Ik bedoel natuurlijk de de
batten van vervolging van Koning w-gens
meineed. Dat moet de officier wet,
Er is de laatste oogenbiixkon een onbe
schrijflijke verwarring ontstaan. Alle par
tijen spreken opgewonden door elkaar, di
antwoorden en opmerkingen worden lui
der stemme en in vinnig karak+er gelan
ceerd.
Het vinden van de buit.
Als ten slotte het verhoor weer in nor
male banen is gekomen, vervolgt Van
Cooten zyn relaas met betrekking tot zijn
onderzoekingen in deze zaak.
We krijgen dan het, ongetwijfeld inte
ressante, verhaal van het „vinden" der
miniaturen nabij de Hollandsche Rading.
Deze rechercheur is met Johanknegt daar
heen gereisd, de detective heeft zorgvul
dig de telegraafpalen geteld en tusschen
paal 16 en 17 moest iets te vinden zijn.
Men zag voetsporen, die naar een grep
pel .leidden en na eenig zoeken vond men
een pakket, dat geen enkel spoor droeg
er lang te hebben gelegen. Getuige kreeg
dus den indruk, dat het pak er 's morgens
of 's avonds tevoren moest zyn neergelegd.
Bij den burgemeester van Bi-cnkelen
heeft Johanknegt toen dingen verteld,
waarover hy ie voren nooit gesproken
had. Hij deed dat, ornaat de rechercheur
hem niet onduidelijk te verstaan had ge
geven, dat hij hem niet al te y-r ver
trouwde.
De rechercheur stuift v.cer op.
Ten aanzien van deze mededeelingen
ontstaat weer even een heftige scène, als
de president een vraag stel! over het vin
den van den buit.
President: Was van te voren afgespro
ken, op welk gebied de buit moest worden
gevonden?
Getuige (luidkeels, slaat de vuist op het
hekje): President, dat is een strikvraag.
President: Uw houding is ongepast.
Getuige: Van u is het ongepast, dat u
dergelijke vragen doet.
Verwoed gaat men tegen elkaar te keer,
en als mr. Muller Massis wil bemiddelen
en zeggen, dat geinige de strekking van
de vraag wellicht verkeerd begrepen heeft,
krijgt de verdediger van den president
ten antwoord: „Geen praatjes!" intus-
schen maakt verdachte een gebaar van
wanhoop tegen zijn verdedigers.
De president zet den getuige uiteen, dat
het geen strikvraag was, maar een ge
wone, directe vraagden informeert dan:
President: Dus u hebt het goed by de
Hollandsche Rading niet zien neerleg
gen?
Getuige schijnt een nieuwe woede-aan
val te onderdrukken en antwoordt dan:
Pertinent nee!
De president begint nu een ondervra
ging, geheel aan de hand van Johan-
knegt's verklaringen en getuige spreekt
verschillende feiten lijnrecht tegen.
Nog geruimen tijd gaat het verhoor
voort; ook verdachte stelt den getuige en
kele vragen, ten antwoord waarop Van
Cooten zegt, dat Johanknegt's lezing van
de Hollandsche Rading-ontdekking on
waar is.
Met een felle uitbarsting sluit de och
tendzitting, als men voorstelt getuige's
vrouw als getuige op te roepen.
Getuige: Ik acht mijn vrouw te hoog om
hier te komen, niet om het college, maar
om dat gajus (geboefte)
Een getuige, die alle beheerscliing dreigt
te verliezen, vloekt er over, dat rechtsin
gang tegen hem is verleend geweest.
Officier: Een vraag. Waarom hebt u de
schilderijlijsten niet in beslag genomen?
Getuige (kort): Een nalatigheid!
President: Gaat u nu maar heen, ik vu
u niet meer zien.
Getuige: Als ik hier anders ben opge
treden dan ik als politieman had moeten
doen, dan hebt u, mijnheer de president,
en u, mijnheer de officier, mij daartoe ge
noodzaakt. Dank u!
Hij krijgt hulp van een collega-
De tweede rechercheur, als getuige ge
dagvaard, bevestigt de mededeelingen van
zijn collega, ook waar deze afwijken van
de uiteenzettingen van Johanknegt. OoK