Buitenlandsch Overzicht.
Neem 'n "AKKERTJE"
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Nsderlandschs middenstandsbank
GEMENGD NIEUWS
De Tweelingzusters
DONDERDAG 24 MEI 1934
62ste JAARGANG
Hftaat A7 I I 48, 50 en 52 breien wij
IVIuul 'ff ook in alle soorten Kousen
KONINGSTRAAT 7
Handelscredieten Girorekening
De vo kenbond en de
oorlog tusschen Bolivië
en Paraguay.
De politieke onrust
in Japan.
Verscherpt gevangenis-
regime in Duitschland.
Onrust in de universiteit
van Belgrado.
De staatsgreep in Bulgarije
Een „draadlooze"
tewaterlating.
Patricia Wentworth
HEEL-E2
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant 1.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65: binnen
land f 2.— Nederl. Oost- en West Jndië per zeepost 1 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20 I.osse rog. 4 ct.fr.p.p Oct. Zondagsblad
tesp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.— Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f1.50, 1 1.70
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V Drukkerij v/b C. DE BOER Ju.
Bureau: Koningstraat 78 - Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. ineded (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be
taling 15 ct. per regel, min. 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met
brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct.
De militaire dictatuur in Bulgarije. De Daily Expres doet
onthullingen over den aanleg van militaire luchthavens in
Duitschland.
De militaire
staatsgreep
in Bulgarije
Bulgarije heeft de
wereld verrast met
een militaire staats
greep, want „hetgeen
in den nacht van
Vrijdag op Zaterdag
in Bulgarije is geschied, is van dieper
strekking te achten dan gewoonlijk een
wijziging van regeeringsstelsel ln een be
trekkelijk onbelangrijk land is"# schrijft
het Hbl. De N. Rt. Ort. laat zich in den
zelfden geest uit. Het blad schrijft na
melijk o.m.:
De staatsgreep in Bulgarije wijkt in ka
rakter zeer af van hetgeen wij in de laat
ste jaren aan fascistische ondernemingen
hebben beleefd. Dit nu is eens een echte
militaire dictatuur, veel zuiverder nog
dan de „kolonels-regeering in Polen, al
is zij niet uit enkel militairen samenge
steld. De heeren doen volstrekt niet wild.
Zij hebben ervoor weten te zorgen, dat
Koning BORIS van Bulgarije.
er heelemaal geen bloed heeft gevloeid,
wat te opmerkelijker is, omdat de staats
greep voorviel in een land, waar de po
litieke moord een veel gebruikt middel
uit de politieke medicijnkast is. Hun pro
gramma is in veel opzichten belangwek
kend, en bevat allerlei goede dingen, die
helaas echter gemakkelijker te beloven
dan uit te voeren zijn.
Tot de staatsgreep is, na maandenlange
voorbereiding, besloten in een geheime
bijeenkomst van generaals en andere ver
tegenwoordigers van de groote organisatie
der Bulgaarsehe militairen. Toen eenmaal
het besluit genomen was, hebben zij er
geen gras meer over laten groeien. Een
van hun eerste daden is geweest het ko
ninklijk paleis te omsingelen. Daarop
hebben zij, bij wijze van imperatief re
kwest, de nkoning hun eischen gesteld
betreffende de hervormingen, die zij
en Sokken, le klas reparatie-inrichting voor alle
soorten wollen kleeding, kousen en sokken (ook
de allerfijnste). JAAP SNOR, Zuidstraat 19 (Let
op den gelen winkel).
wenschten in te voeren. De koning heeft
lang geaarzeld. Maar hjj heeft tenslotte
ingezien, dat hij geen keus had.
Als troef in het Italiaansche spel op
den Ballkan had het zijn vroegere betee-
kenis al verloren. Nu echter komt er een
militair bewind tot stand, dat den koning
zijn wil oplegt, vérstrekkende toenadering
tot Zuid-Slavië op zijn program heeft en
tegelijk een erkenning van Sovjet-Rus
land; een anti-Italiaansche en stavophile
politiek dus. De holle kern, die Bulgarije
nog voor het Balkanpact vormde, zal nu
volgegoten worden. Het blok van den
Balkan wordt opeens heel massief. Het
vertoont voor het oogenblik geen enkele
spleet meer, waarin Italië zich politiek
nestelen, of er een explosieve patroon
plaatsen kan.
Gaat het pas gestichte bewind in
Bulgarije door, dan is dit de bezege
ling van de verwonderlijk complete
mislukking van Mussolini's politiek
in Zuidoostelijk Europa. Zelfs op Al-
Banië valt, zooals men weet, niet meer
te vertrouwen!
De erkenning van de sovjetregeering
getuigt natuurlijk in het minst niet van
spmpatliie voor haar systeem. Het hoort
slechts bij de Slavische aaneensluiting.
Tot dit beleid hoort ook een onderdruk
king van de bloedige politiek der Mace-
doniërs. Zij hebben naar het heet, allerlei
Macedonische leiders in hechtenis geno
men, en kondigen thans een straf beheer
over het Macedonische gedeelte van het
land, van Sofia uit, aan. Niets mag op het
oogenblik de consolidatie in de Slavische
wereld storen.
De nijpende economische moeilijkheden
van Bulgarije zullen door strenge spaar
zaamheid in het staatsbeheer verholpen
worden, zoo zeggen de nieuwe mannen,
waarvan er enkelen om hun integriteit
bij alle partijen in aanzien staan.
Intusschen staat de positie van het
nieuwe bewind nog verre van vast.. Alle
gevaarlijke elementen heeft men niet ge
vangen kunnen zetten. Bij militaire, revo
lutionaire regeering blijkt ook menigmaal
dat de handen verkeerd staan voor de
taak, die zij op zich hebben genomen. Dan
zijn andere, gematigder raadgevers als
helpers soms zeer welkom. Een kat in
een vreemd pakhuis is wel te lokken!
Wij moeten afwachten, zoo besluit het
blad, of het militaire bewind in Bulgarije
standhoudt dan wel, of het spoedig weer
vervangen zal worden, hetzij door iets
waarlijk nieuws of wel door al dan niet
gewijzigde vormen van het oune.
4
Militaire
luchthavens
in Duitschland
De wereld ver
trouwt Duitschland
niet en Duitschland
vertrouwt de wereld
niet en te verwonde
ren is het dus geens
zins, vooral onder het tegenwoordig re
giem, dat onze Oosterburen zich ln het
geheim bewapenen, zoodat wanneer het
tot een gewapende botsing komt, zij niet
onvoorbereid zijn. Evenmin baart het ver
wondering dat in Duitschland tal van
spionnen zijn van andere Europeesehe
landen, die trachten achter den werke-
lijken toestand te komen van het „militaire
Duitschland". En zoo heeft dezer dagen
de Berlijnsche corr. van de „Daily Ex
press" een artikel gepubliceerd over den
aanleg van militaire luchthavens in
Duitschland, dat heel wat stof zal doen
opwaaien en den bestaanden geest van
wantrouwen opnieuw zal versterken.
Hefartikel bevat 0. m. het volgende:
Hannover: Ondergrondsche militaire
aerodrooms, gevrijwaard tegen luchtaan
vallen, worden in verschillende deelen van
Duitschland aangelegd. Een dezer onder
grondsche luchthavens is bii het plaatsje
Celle in de provincie Hannover in aah-
bouw. Celle ligt op slechts enkele miilèn
van de groote handelsluchthaven Hanno
ver, daarom is geen commercieele recht
vaardiging aan te voeren voor de nieuwe
luchthaven, welke alleen voor militaire
doeleinden bestemd is.
Het is de grootste luchthaven, welke de
corresondent ooit heeft gezien: grooter
dan Croydon, Le Bourget, Amsterdam,
Weenen en Berlijn en toch was zij uiterst
moeilijk te vinden, geheel te midden van
bosschen gelegen, van den weg en uit den
trein geheel onzichtbaar ligt deze lucht
haven achter hoogopgaande boomen. Zelfs
S.A.-mannen worden er niet toegelaten!
Het luchtstation is zoo groot, dat de
correspondent voor zijn onderzoek een
uur noodig had. Er zijn drie geweldige
loodsen, glazen daken, grijze ijzeren deu
ren, voorts groote barakken voor de be
stuurders er. mecaniciens.
De werkzaamheden onder den grond
zijn juist begonnen. Er zijn geen toestel
len in de loodsen. De militaire aard van
deze havens wordt verraden door grijs
groene benzinetanks, welke een inhoud
hebben van ongeveer 5000 liter.
De correspondent vervolgt dan:
Duitschland heeft thans geen luchtvloot.
De luchtvloot is ten minste niet te zien.
Zü ligt over het geheele land verdeeld: in
de eene fabriek motoren, in een andere
vleugels, ergens anders rompen, zulks in
afwachting van de toestemming der mo
gendheden of de mislukking der ontwa
peningsconferentie om er vliegtuigen van
te construeeren. Generaal Goering kan
niet wachten totdat Junkers de motoren
voor de luchtvloot zal klaar hebben.
Groote aantallen Amerikaansche vlieg
tuigmotoren worden ingevoerd, doch ook
Britsche. De correspondent verklaart te
weten, dat „dag en nacht aan de vervaar
diging der rompen wordt gewerkt bii de
wereldbekende scheepsbouwers Blohm en
Voss te Hamburg, waar in drie ploegen
wordt gewerkt", terwijl te Kiel een be
langrijke radiofabriek hulzen maakt voor
bommen en granaten, te Gluckstadt wer
ken 700 arbeiders in een papierfabriek
aan ontplofbare stoffen voor bommen. Al
deze werklieden moeten schriftelijk ver
klaren, niets van hun werkzaamheden
mede te zullen deelen. Op overtreding
staat in sommige gevallen de doodstraf.
KANTOOR DEN HELDER
ROOSEVELTS ZILVERVOORSTELLEN
Blijkens de boodschap, die hij Dinsdag
bij het congres heeft ingediend, zal een
vierde van de dekking der biljetten uit
zilver bestaan, dat de regeering tegen ten
hoogste 50 $-cents per ounce zal aankoo-
pen. De helft der zilverwinsten zal aan
belasting moeten worden afgestaan.
Reeds zijn onderhandelingen met naburige
landen aangeknoopt over het gebruik
van zilver en goud als metaal-dekking.
Het voorgenomen verbod van
wapenuitvoer.
De correspondent van de N. R. Crt. te
Genève melat:
Het Volkenbondssecretariaat heeft op
verzoek van de raadscommissie van drie
voor den oorlog tusschen Bolivië en Para
guay tot de regeering van 31 staten
waaronder Nederland, de vraag ge
richt, of zij bereid zouden zijn op üun ge
bied uitvoer en wederuitvoer van oorlogs
materiaal naar Bolivië en Paraguay te
verbieden. Tot de buurstaten van de oor
logvoerende partijen, namelijk Argentinië,
Brazilië, Chili, Peru en Uruguay is aan
dit algemeen verzoek de opmerking toe
gevoegd, dat het van bijzonder belang zal
zijn, indien deze grensstaten de transit
van wapenen, enz. zouden verbieden.
De staten, tot wie het telegram gericht
is, zijn zoo gekozen, dat daaronder vallen
alle staten die verleden jaar of dit jaar
bij de besprekingen in den Volkenbonds
raad reeds hun princlpieele bereidwillig
heid hebben uitgesproken, voorts de buur
staten van Bolivië en Paraguay en ten
slotte al die staten wier medewerking ver
leden jaar noodzakelijk werd geacht voor
de doeltreffendheid van het verbod of van
wier medewerking andere staten hun
eindbeslissing in dezen deden afhangen.
Het is opmerkelijk, dat onder fleze staten
blijkbaar niet behooren Japan en Sowjet-
Rusland.
Arrestatie van 736 communisten.
Naar de Times uit Tokio verneemt,
heeft de politie 736 communisten ge
arresteerd, van wie er zich 53 voor
de rechtbank te verantwoorden zul
len hebben.
Onder de gearresteerde communisten
is ook de Nieuw Zeelander Maxwell
Bickerton.
Van ongeveer 60 arrestanten is komen
vast te staan, dat zij twee communistische
kameraden, die verraad zouden nebben
gepleegd, hebben willen lynchen, terwijl
het voorts in hun voornemen zou hebben
gelegen een politiebureau in de lucht te
laten vliegen.
De communisten die voor den rechter
zullen moeten verschijnen, worden er ook
van beschuldigd een anderen communist
te hebben vermoord en tien personen te
hebben gepijnigd.
Van de gearresteerden zijn 163 studen
ten, 249 in ander opzicht intellectueel ge
schoold en 324 werklieden.
bij Gevalle kou, Griep, Influenza.,
Reuter meldt uit Berlijn:
Op last van den rijksminister van justi
tie zal de behandeling der gevangenen
in de gevangenissen verscherpt worden.
De minister heeft een nieuw besluit uit
gevaardigd, waarin de eenzame opsluiting
wordt aanbevolen en bfj overtreding van
de gevangenisreglementen het zitten op
water en brood en het niet verschaffen
van werk.
Verder is het aan bezoekers verboden
een handdruk of kus te wisselen met ge
vangen, terwijl aan de gevangenen ver
plicht onderwijs wordt gegeven in het
zingen van nationaal-socialistische liede
ren.
De gouverneur van de Plötzensee-
gevangenis verklaarde, dat het doel van
deze maatregelen is het verblijf in de ge
vangenis voor den gevangene zoo onaan-
aangenaam mogelijk te maken, om aldus
de eventueele wetsovertreders af te schrik
ken.
bOO studenten belegerd.
Ruim 600 studenten worden sinds gis
termorgen in de universiteitsgebouwen
van Belgrado door een stence politie
macht belegerd, die echter niet meer kan
doen dan de belegerden uithongeren,
want ze hebben vijf professoren als gijze
laars in hun midden. Het conflict is ont
staan door een proclamatie van tien rec
tor magnificus, die Zaterdag is aange
plakt en waarin zware straffen worden
aangekondigd tegen hen die de colleges
om politieke of andere motieven zouden
verstoren. De studenten hadden reeds
betoogd tegen de benoeming van een
Sloweensch professor en deze proclamatie
belette hun daarmee voort te gaan. Zij
hebben toen drie der voornaamste ge
bouwen bezet en vijf professoren, die, op
hun populariteit vertrouwend, als bemid
delaars wilden optreden, als gijzelaars
gevangen genomen. De studenten bewe
ren voor 3 a 4 dagen leeftocht te bezitten
en daarna zullen ze zich wel moeten over
geven, maar ze hopen inmiddels op een
ingrijpen van de publieke opinie.
Maatregelen tegen corruptie.
Naar het blad Kambana van bevoegde
zijde verneemt, zal de regeering dezer da
gen scherpe maatregelen tegen corruptie
uitvaardigen. Verduistering van staats
geld zal b.v. met de doodstraf bedreigd
worden.
Een machtigingswet.
Na den ministerraad heeft de nieuwe
Bulgaarsehe minister-president Georgief,
Dinsdag aan de pers verklaard, dat het
kabinet vergaande besluiten had genomen,
die gisteren bij decreet in werking zouden
treden. Daarin zal bepaald worden, dat
alle door de regeering uitgevaardigde ver
ordeningen, of zij met de bestaande wette
lijke bepalingen overeen komen of niet,
rechtsgeldig zullen zijn. Het aangekon
digde decreet, dat de regeering buiten
gewone macht verleent, beteekent tevens
de egaliseering van de dictatoriale macht,
DE IMMIGRATIE NAAR PALESTINA.
Niet voldoende.
Men schrijft uit Tel-Aviv aaii de
N. R. Crt.:
Zeer teleurgesteld is de Joodsche be
volking van Palestina over het geringe
aantal arbeiders-certificaten, dat niet
tegenstaande den dringenden grooten
nood aan werkkrachten, weer voor het
halve jaar April tot October verleend is
geworden. Gedurende het laatste IJ jaar
blijft dit aantal ongeveer stabiel. Hoewel
de Jewish Agency om drie maal zooveel
arbeiders vroeg, is slechts aan 5600 im
migranten der arbeiderscategorie verlof
gegeven het land binnen te komen. Dit
aantal is in de verste verte niet voldoende
om aan de steeds stijgende behoefte .aan
arbeiders te voldoen. Het land blijft in
snel tempo vooruitgaan op elk gebied.
Deze vooruitgang wordt zeer stern getem
perd, zelfs opgehouden en onmogelijk ge
maakt, als oude ondernemingen tot stil
stand gedoemd en met nieuwe onderne
mingen niet begonnen kan worden.
Niet slechts op het land lijdt men door
het gebrek aan arbeidskrachten, ook in
de steden, bij den bouwarbeid, de in
dustrie en handel is hetzelfde het geval.
In Tel-Aviv lijden wij zeer onder oen ar-
beidersnood. Straten die hersteld moeten
worden blijven eeuwigen tijd opgebroken,
de huizenbouw en de bouw van openbare
gebouwen gaan veel te langzaam vooruit
en zoo blijft men steeds in een atmosfeer
van stof, opgebroken wegen, ongemak en
woningnood leven, wat verre van aange
naam is.
Binnenland
Op 16 Juni zal te Amsterdam
een schip te water loopen, waartoe
te Pretoria (Zuid-Afrika) het sein
wordt gegeven.
Reuter meldt uit Johannesburg, dat
generaal Herzog, minister-president, op
16 Juni draadloos het nieuwe, 17.000 ton
metende stomschip Bloemfontein, dat te
Amsterdam wordt gebouwd, te water zal
laten, door te Pretoria op een knop te
drukken.
Tegelijkertijd zal minister Colijn hier te
lande deelnemen aan deze tewaterlating
door op een anderen knop te drukken.
Deze eerste „draadlooze tewaterlating"
brengt een zeer ingewikkelde organisatie
teweeg wat betreft een volmaakte synchro
nisatie van de telegrammen tusschen de
radiodeskundigen van beide lanldcn.
KIND VERDRONKEN.
Dinsdagmiddag is het 6-jarig zoontje
van den heer Z. uit de Valkstraat te Haar
lem bij de schuiten van de groentemarkt
op den Kondenhorn te water geraakt en
verdronken. Na enkele uren is het lijkje
opgehaald en naar de Maria-stichting
overgebracht.
Feuilleton
Uit het Engelsch van
Nadruk verboden.
26)
„Ja, gisteren kwam ze uit Holloway."
„Bent u naar de politie geweest?"
„Neen. Ze werd gisteren in vrijheid ge
steld en ging toen familieleden buiten de
stad opzieken. Omstreeks half zeven moet
ze in Londen zijn teruggekomen, aan Wa-
terloostation. Haar familieleden zijn on
gerust over haar en zouden graag willen
weten waar ze nu is, omdat ze oang zijn,
dat ze geen geld bij zich heeft,"
„En nu 't adres van die familieleden?"
„Dat kan ik u niet geven. Dat doet er
ook heelelmaal niet toe. Het komt er alleen
maar op aan, uit te vinden waar ze naar
toe is gegaan, toen ze in Londen terug
kwam."
„Heeft ze ook familie of vrienden in
Londen?"
„Ze heeft zich niet met hen ln verbin
ding gesteld ze hebben niets van haar
gehoord daarom zijn ze zoo ongerust.
„Hm signalement?"
Gruwelijk in woord, om aan dit sinistere
fiujet 'n gedetailleerde beschrijving van
Anne Belinda te moeten geven. Maar er
2at niets anders op ze moest immers
gevonden worden. Daarbij was al het
andere va ngeen belang.
„Donker haar kort geknipt" (de her
innering aan haar lange, donkere vlech
ten, gaf John een pijnlijken prik(. „Bleeke
gelaatskleur (maar ze zou toch wel niet
steeds zoo bleek blijven, als toen ze zich
aan zijn arm had vastgeklemd en hem
aangestaard had met groote blauwe oogen,
die niets schenen te zien).
„Bleeke gelaatskleur," herhaalde Mes
sing schrijvend.
„Donker blauwe oogen. Donkere wim
pers." (Die zouden nu wel niet meer door
weekt zijn van tranen).
„Kleeding?"
„Grijs mantelpakje, en een klein zwart
hoedje, 'n soort muts, die het haar heele
maal bedekt."
„Bijzondere kenteekenen?"
Het kleine hartvormige moedervlekje
stond John weer levendig voor den geest;
maar voor geen geld ter wereld zou hij
hierover tegen Mr. Messing hebben ge
rept.. Hij schudde het hoofd.
„Annie's lengte." Hij wist, dat ze tot
zijn schouder kwam, maar dat was alweer
iets, dat hij niet vertellen kon. Snel reken
de hij even en taxeerde één vijf en zestig.
„Heel middelmatig. Nu, ni jjnheer.
pardon, ik geloof, (lat ik uw naam niet
goed verstaan heb."
„Robinson," antwoordde John prompt.
„Nu, mijnheer Robinson, we zullen on
middellijk met het onderzoek beginnen.
ziekenhuizen, lijkhuizen, de politie, reclas-
seeringsvereenigingen, te huizen voor
meisjes, toevluchtsoorden voor onbehuis-
den en andere liefdadige instellingen, die
in aanmerking komen. We zullen ze alle
maal systematisch afwerken en ik twijfel
er niet aan, of we zullen u in minder dan
geen tijd bevredigende berichten kunnen
geven. Mag ik nog even uw adres?"
John gaf het adres van zijn advocaten
kantoor.
Zoodra hij het detectivebureau, dat hem
een ellendig gevoel van beklemming had
gegeven, veriaten had, belde hij Lewis
Smith weer op om hem te vragen of hij,
zoodra er eenig bericht kwam voor Mr.
Robinson, hem dit direct te willen laten
weten. In zijn hotel vond hij een dikken
bundel drukproeven, die zoo juist per post
gekomen waren en hij was blij afleiding te
kunnen vinden in werk.
Den volgenden dag herinnerde hij zich
plotseling met iets van schrik, dat hij af
gesproken had dien avond bij mevrouw
Fossick Yatos „De" mevrouw Fossick
Yates, te gaan dineeren.
„Zij zal mij natuurlijk aangenaam bezig
houden met boetpredikaties over het on
recht dat de maatschappij aan de vrouw
bedrijft en de kleine Fossick Yates zelf
zal mij doorzagen met beschouwingen
ovei; albinisme bij kikkers en soortgelijke
wetenswaardigheden hemeltjelief, dat
kan een gezellige avond worden!"
Als inleiding tot den „geezlligen avond"
ha dJohn een heel drukken dag. Met tus-
schenpoozen belde hij Lewis Smith op om
te informeeren of Messing al wat van zich
had laten hooren en de laatste maal werd
hij op bepaald onparlementaire wijze af
gescheept.
De Fossick Yates bewoonden een flat
in een der lastigst te bereiken voorsteden
van Londen. John, die in de meening
verkeerde met de underground er op de
minst omslachtige wijze te kunnen komen,
ervoer dat hij twee keer overstappen
moest, toen verder met een bus, vervol
gens weer met een andere bus om ten
slotte na een wandeling van circa tien
minuten op de plaats van bestemming te
belanden.
Er was geen lift, dus klom hij de vijf
en twintig treden naar de flat der familie
Fossick Y ates in een verre van vroolijke
stemming op. Hij had nauwelijks gebeld
of de deur ging open en de heer des
huizes, opgewonden en onstuimig-harte-
lijk als altijd verwelkomde hem in
hoogst eigen persoon.
„Beste jongen m'n waarde Sir John
bijzonder aardig van u, werkelijk bij
zonder aardig. Ja, ja, kom trek uw jas uit
en o, hier is nog een leege kapstok, ik zal
m'n pet wel ergens anders hangen. Eens
kijken uw jas, uw hoed, en das. Ja,
kom ga mee naar binnen."
De das, die hij zenuachtig in de weer,
van John had aangepakt, viel op den
grond, en toen hij bukte om hem op te
rapen, viel de hoed. Ten slotte was het
John zelf, die de garderobe op hingl
Zijn gastheer voerde hem in de zitka
mer, waar hij werd voorgesteld aan Mrs.
Fossick Yates, een groote en onweerspre
kelijk knappe vrouw, met een modern,
hevig geonduleerd kapsel en goed-zitten-
de, zwart satijnen japon, die haar welge
vormde schouders ten volle de verschul
digde eer bewees.
Zij begroette John met een honingzoet
lachje en stelde hem op haar beurt voor
aan „mijn vriendin, Miss Webster," een
lange, hoekige dame met kortgeknipt
vlasblond haar en groote, eenigszins kwij
nende oogen, die steeds op mevrouw Fos
sick Yates bleven rusten in een haast
extatische bewondering. Miss Webster
droeg een overdreven hoeveelheid groene
tule, met iets van Oosterschen zwier kun
stig om haar broodmager lichaam gedra
peerd en was behangen met een ongeper
mitteerde hoeveelheid kettingen, kralen
en halfsteenen, van zeer gevarieerde
Orientalische herkomst. Een enorme
broche, al even exotisch als de kralen en
juweelensnoeren, en twee marklezenrin-
gen met vreemdblauwe steenen er in, vol
tooiden den rijkdom harer versierselen.
Dank zij de kettingen, rammelde ze bij
eiken stap dien ze deed.
Het gezelschap begaf zich naar de
kleine eetkamer, waar de soep reeds op
gediend was.
Laag boven de gepolitoerd mahonie
houten tafel hing een lamp met een don-
ker-roode kap. Ofschoon het buiten nog
licht was, waren de zware donkerbruine
gordijnen dichtgetrokken, zoodat de kamer
in een rossigen schemer gehuld was. Het
licht van de lamp was geconcentreerd op
het midden van de tafel waar de kunstig
opgevouwen servetten en het zilver blank
contrasteerden met het 'halfduister in de
rest van het vertrek.
Mrs. Fossick Yates en Miss Webster
zaten tegenover elkaar aan de lange zijde
van den ovalen disch. Het licht viel over
hun handen en armen, wierp nog juist
een paar flitsen op 't rood en blauw van
Miss Webster's tooi en fonkelde in de
groote diamanten zon, die de uitsnijding
van Mrs. Fossick Yates' zwarte japon ver
sierde; hun gezichten lagen in 't donker.
John en Mr. Fossck Yates, die aan de
korte kanten van de tafel hadden plaats
genomen, vonden zelfs hun borden in
't half duister. John schoof het zijne voor
zichtig een beetje naar voren, en het ver
maakte hem inwendig dat zijn gastheer
zijn voorbeeld volgde.
Terwijl ze hun soep nuttigden, hield
Mrs. Fossick Yates tegen John een gedo
cumenteerd betoog over door de regee
ring voorgestelde wijzigingen in het straf
recht, een onderwerp waar haar slacht
offer geen grein verstand van bleek te
hebben. Midden in het vuur van haar
redevoering hield ze op om op een elee-
trische bel te drukken, als sein voor het
kamermeisje, om de soepborden weg to
nemen.
John hoorde de deur achter zich open-
gana en werd zich vaag bewust van een
schaduw, die tafelgerei verwisselde en
nieuwe spijzen binnen bracht.
„Ofschoon de voorgestelde maatregelen
absoluut ontoereikend zijn heböen ze er
in elk geval toch toe bijgedragen om de
publieke aandacht te vestigen op ten
hemel schreiende misstanden, die door de
overgroote meerderheid van kiezers
schandelijk genoeg verwaarloosd is ge-
Worden," vervolgde de gastvrouw haar
uiteenzetting.
„Ja, dat is zoo," beaamde Miss Webster
en leunde voorover, zoodat ze binnen den
lichtcirkel kwam.
„De onwetendheid. Tusschen twee haak
jes, we zijn geheelonthouders. Annie, geef
eens even het gerstenwater aan Sir John
weet u, het is zoo rijk aan vitaminen;
Frederik de visch staat voor je, wil jij die
even doorgeven? Zooals ik zei, de betreu
renswaardige, schandelijke onwetend
heid
John liet den woordenstroom langs zich
stroomen. Hij at de glibberige visch en
spoelde die weg met de kleverige vloei
stof, waaraan blijkbaar wat citroensap was
toegevoegd. Nooit te voren had hij gerste
water geproefd; maar de kennismaking
was van dien aard, dat hij zichzelf moest
bekennen, verre de voorkeur te geven aan
een glas rooden wijn. (Wordt vervolgd).