Buitenlandsch Overzicht. 4 GROOTE Ttu- IS STUKKEN De nieuwe spelling De Tweelingzusters NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA BINNENLAND cent 7439 EERSTE BLAD DONDERDAG 31 MEI 1934 62ste JAARGANG Het Japansche bevolkings overschot. Nog tien millioen werk loozen in de Ver. Staten. De stakingsepidemie in de Ver. Staten N.S.B. en Nat. Herstel. Patricia Wentworth xxm. No> HELDERSCHE COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet. Heidersche Courant f 1.60; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, W ieringen en 'lexei f 1.65: binnen land f 2.- Nederl. Oost- en West Indië per zeepost i 2.10, dem per mail en overige landen I 3.20 losse tos. 4ct. fr.p.p Pet. Zondagsblad resp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.- Modeblad resp. f 1.20, f1.50, fl.50. I 1.70 Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V Drukkerij v/h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 7S - Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN 20 ct. per regel (galjard). Lngez. meded (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be taling 15 ct. per regel, min. 60ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct. Behandeling van het veiligheidsvraagstuk op de ontwapeningS' conferentie. - De Fransche minister van buitenlandsche zaken over de Fransch-Duitsche betrekkingen. De ontwapeningS' conferentie Er bestaat belang stelling voor de ont wapeningsconferen tie. Natuurlijk, men is uitermate benieuwd wat er nog van de be sprekingen terecht zal komen en de ver gaderzaal van de ontwapeningsconferentie was Dinsdag heel dicht bezet met regee- ringsvertegenwoordigers, journalisten en andere belangstellenden. Het veiligheids vraagstuk is bij de besprekingen van Dinsdag op den voorgrond geplaatst. Men wil eerst absolute veiligheid, voordat men ART HU R HENDERSON, Voorzitter der Ontwapeningsconferentie. wil denken over ontwapening en de vei ligheid zoekt men in „militaire en mari tieme veiligheid", zoodat men op zijn vingers na kan tellen dat van een ontwa pening niets zal komen. Dinsdag waren de sprekers, de voorzit ter Henderson. de Amerikaansche gede legeerde Norman Davis en de Sowjet- minister, Litwinof. Van deze hebben Henderson en Nor man Davis heel stellig het standpunt in genomen, dat nog ernstig naar een con ventie tot vermindering van wapening moet worden gestreefd, zegt de Geneef- sche corr. van de N. R. Crt., terwijl daar entegen Litwinof geenerlei mogelijkheid meer ziet hieromtrent tot overeenstem ming te komen en evenmin aan de kans op een conventie tot stabiliseering van de tegenwoordige wapening nog eenige waarde toeschrijft. Litwinof kwam daarom met de aan beveling maar ronduit te verklaren, dat op het oogenblik noch aan wape ningsvermindering, noch aan bewa peningsbegrenzing door een conventie te denken is en alle krachten voort- ^nnrflrniiQPn f 11 doorons ze,f gereid, OjJUI IftUUoGll zijn ijzersterk,en kosten niet duurdeï dan andere. JAAP SNOR, Zuidstr. 19 (Let op den gelen winkel). Ie klas reparatie-inr. voor alle soorten wollen Kleeding, Kousen en Sokken (ook de alletfijnste). aan er aan te wijden, dat door een be tere organisatie der veiligheid althans het oorlogsgevaar zal worden vermin derd. Hij gaf in overweging, dat de ontwa peningsconferentie zich permanent zou verklaren als conferentie voor de hand having van den vrede. Misschien zou dan later, als het veiligheidsgevoel vergroot zou zijn, een poging tot wapeningsver mindering met meer succes kunnen wor den ondernomen. Opmerkaelijk was, dat ook Henderson met betrekking tot het veiligheidsvraag stuk, evenals Litwinof, krachtig het Fransche standpunt van een colletieve internationale actie tegen den aanvaller ondersteund heeft. Henderson wil echter deze versterking van de veiligheid met een wapeningsvermindering doen gepaard gaan, terwijl Litwinof daarentegen voor het oogenblik alle krachten op de orga nisatie van de veiligheid wil concentree- ren, ook al zou Sowjet-Rusland ieder aan vullend ontwapeningsvoorstel van welken aard ook ondersteunen, indien daarover eenstemmigheid te verkrijgen zou zijn. Qok Norman Davis heeft nog een schuchtere pog.ng gedaan om aan het Fransche veiligheidsstandpunt eenigszins meer dan vroeger tegemoet te komen. Hij verklaarde, dat de Amerikaansche regee ring op iedere mogelijke wijze behulp zaam wil zijn den oorlog te ontmoedigen en te verhoeden, doch de Amerikaansche regeering wil zich niet verbinden tot het verleenen van eenigen militairen bijstand. Wellicht zou uit deze laatste woorden kun nen worden afgeleid, dat Amerika des noods wel bereid zou zijn zich tot eenige oeoonomische of financieel e sancties tegen een aanvaller te verbinden. Een Fransch blad, de „Paris Soir", pu bliceert een onder houd met den Duit- schen rijksminister van buitenlandsche zaken, von Neurath, waarin deze 0. m. verklaarde, dat de kwestie der rechtsgelijkheid slechts kan worden opgelost door een directe gedach- tenwisseling met Frankrijk. Toen rijkskanselier Hitler aan de regee ring .was gekomen, bevatte zijn eerste rijksdagrede de verzekering: wij zoeken verstandhouding met Frankrijk. Men heeft hem niet geantwoord. Verdere po gingen hebben geen resultaat opgeleverd. De tragiek van beide landen ligt ih het feit, dat wü genoodzaakt zijn tot toenadering te komen, maar dat een gedachtenwisseling daarover telkens weer afstuit. Bij de oude moeilijkheden zün nog kwesties van sociale politiek gekomen. Bepaalde Fransche ministers meenen, dat men met de nat.-socialisten niet mag spre ken, wat gelijk staat met een niet meer spreken met Duitschland. Als een kanse lier van het oude Duitsche rijk, een Bis- marek, op dezelfde wijze over Frankrijk gesproken zou hebben als Adolf Hitler in üen Rijksdag, zou men dat in Frankrijk als een triomf voor Frankrijk beschouwd hebben en als een van de beste kansen op vrede, die de geschiedenis van Europa ooit geboden had. Frankrijk schijnt evenwel de voorkeur te geven aan vijandigheid tusschen beide landen zoo aeide de minister boven de verzoening met dengene, dien men ginds dictator noemt. Von Neurath zeide vervolgens, dat na het bezoek van Eden aan Berlijn in Fe bruari j.1., de Duitsche regeering een ver klaring heeft afgelegd, welke in het En- gelsche witboek is gepubliceerd. Voorts besprak hij de „categorische weigering van Frankrijk, dat verklaard heeft, de herbewapening van Duitschland niet te sanctioneeren". Op de vraag, of het niet waardiger zou zijn voor Duitschland offi cieel toe te geven, wat voor niemand meer een geheim is, n.1. de vervaardiging van wapens, antwoordde von Neurath: Zoover zijn we nog niet. Wü hopen nog steeds op een conventie, welke de wapeningen zal regelen, doch dit wachten kan niet eeuwig duren. Wanneer men niet tot een verdrag komt, zal volgens von Neurath het oogen blik komen, waarop ook Duitschland aan grooter veiligheid moet denken. Ook wü zullen er toe gedwongen worden ons te verdedigen, doch geenszins uit een aanvalsgeest. Als een bewijs van het niet hebben van aanvallende bedoelingen, noemde de Duitsche minister het verdrag met Polen. Wü hebben definitief afgezien van Elzas Lotharingen en voor het Saar- gebied een oplossing voorgesteld, welke het prestige der beide naties waarborgt. Von Neurath zeide een overtuigd aan hanger te zijn van Duitsch-Fransche toe nadering. Het nationaal-socialisme zou het als een harer schoonste triumfen be schouwen, wanneer haar zou gelukken, wat geen ander tot stand heeft kunncA brengen: den Europeeschen vrede. Ten aanzien van de wapenfabricatie zeide von Neurath tenslotte nog: „Dat wij fabrieken bezitten, welke voor de fabri catie van wapens kunnen worden inge richt, is een in Europa bekend feit, doch juist hierin zijn wü ver van gelijk met andere naties." VLOOTBESPREKINGEN JAPAN- AMERIKA. De Japansche ambassadeur te Wash- hington heeft den Amerikaanschen mi nister van buitenlandsche zaken Cordell Huil voorgesteld diplomatieke besprekin gen te beginnen ter voorbereiding van de vlootconferentie van 1935. Huil heeft in dat voorstel toegestemd. DE WERKLOOSHEID IN ENGELAND BLIJFT VERMINDEREN. Op 14 Mei waren in Engeland 1.659.677 personen ingeschreven in de registers der verzekering tegen werkloosheid; 341.028 waren tüdelük werkloozen en 90.676 personen waren seizoen werkloos. In het geheel waren het 2.090.381 perso nen, d.i. 57.814 minder dan op 23 April j.1. en 942.498 minder dan verleden jaar. DREIGENDE MISOOGST IN RUSLAND Het blükt, dat in Rusland weder een ge deeltelijke misoogst dreigt. In de belang- rükste graandistricten is dit voorjaar veel te weinig regen gevallen, terwül in be paalde districten vrüwel geen regen is gevallen. Een gedeelte van de Oekraine, een gedeelte van den Noordelijken Kauka- sus, een gedeelte van het Wolgagebied en gedeelten van de Krim worden met mis oogst bedreigd. Bovendien blijkt de oogst- raming van het vorig jaar aanzienlyk overdreven. Zal worden afgeleid naar Mantsjoekwo. Nu Brazilië de grenzen sluit voor de Japansche immigratie, zoo wordt uit To kio gemeld, trekt Mantsjoekwo opnieuw de aandacht als gebied voor berging van het overschot der Japansche bevolking, welke jaarlijks met 1 millioen zielen toe neemt. Tot nu toe zijn ieder jaar 500 Ja pansche boeren in Mantsjoekwo gekolo niseerd met regeeringssubsidie, doch thans wordt gemeld, dat het emigratie- plan voor Mantsojekwo zoodanig zal wor den uitgebreid, dat in de volgende jaren een half millioen Japanners zich er zui len vestigen als landbouwers, mijnwer kers, handelslieden en arbeiders. Volgens een verklaring van den presi dent van de Amerikaansche federatie van den arbeid, Green, hebben gedurende dts maand April ongeveer 260,000 arbeiders werk gevonden. Het aantal werkloozen bedroeg in het begin van de maand Mei echter nog ongeveer 10,600,000. Naar ra ming hebben hiervan gedurende de maand Mei nog ongeveer 600,000 arbei ders werk gevonden, zoodat het totaal aantal werkloozen nog ongeveer 10 mil lioen bedraagt. Green verklaarde, dat de werkloosheid in April nog iets grooter was dan in September van. het vorig jaar, doch iets minder dan in April 1933. Volgens de laatste statistieken is er een kleine ver betering in den stand der werkloosheid waar te nemen. tie wordt uitgevoerd. Voorts zyn de arbei ders in de rubber-industrie van plan, hun eischen, inzake invoering van een mini mumloon en verhooging van het uurloon van 40 tot 75 ets. Maandag aan de fabri kanten kenbaar te maken. In de havenwijk van San Franeisco heb ben de stakende bootwerkers ernstige on lusten veroorzaakt, waarbij tal van men- schen zün gekwetst. Dreigende algemeene staking te Tolcdo (Ohio). Na het mislukken van de onderhande lingen te Toledo (Ohio) wordt algemeen op algemeene staking gerekend. Tot nu toe hebben van 103 vakvereenigingen er 86 voor het uitroepen van de algemeene staking verklaard. De ministerraad heeft nog geen definitief besluit genomen. Blijkbaar toch nog niet bezworen. Behalve de metaalarbeidersstaking zul len in de Vereenigde Staten misschien nog twee andere groote stakingen uitbre ken; 300.000 textielarbeiders willen Ih sta king gaan, wanneer het besluit van de Nira, inzake de beperking van de produc- Minister Marchant heeft op een vraag van de Maasbode, in welke verhouding hy met het spellingvraagstuk staat tegen over het Kabinet, geantwoord: „Men doet het voorkomen, alsof mijn toeleg is, zoowel den ministerraad als het volk van Nederland en België te overrom pelen. Men wil weten, hoe de ministerraad tegenover de vraag staat en wat tot dusver in den ministerraad is geschied. Ik wil het nog wel eens herhalen. Ik was over tuigd, dat het scheppen van orde op dit gebied noodzakely'k was. Met het oog op de ervaring van myn ambtsvoorganger, mr. Waszink, wilde ik echter geen moeite doen, indien de ministerraad niet bereid zou zyn, een aannemelük compromis te aanvaarden als officieele schryfwyze. Daarom stelde ik de vraag: Is de minis- raad daartoe bereid, indien wü zullen ko men tot een aannemelijk compromis? Het antwoord luidde bevestigend. Toen ben ik aan het werk getogen, heb de com missie benoemd en daarna de verantwoor delijkheid aanvaard voor het door haar ontworpen compromis. By een volgende bespreking in den ministerraad is beslo ten, het compromis te publiceeren en de critiek af te wachten, voordat een defini tief besluit zou worden genomen. Daar tegen had ik niet het minste bezwaar. Al dus is geschied. Ziedaar alles, wat in den ministerraad is voorgevallen." De minister wilde zyn radiorede niet beschouwd zien als het woord van i''BLIJVEN GEHANDHAAFD! den ministerraad. Wat hy daarin ge zegd heeft, zei hy op eigen risico Hy kreeg voor het uitspreken van die radiorede volgaarne medewerking van binnenlandsche zaken en heeft den in houd na het uitspreken aan zijn ambt- genooten toegezonden. Geen Invoering met 1 September? De Maasbode heeft ook gevraagd, of de aankondiging, dat de nieuwe regeling met 1 Sept. zou worden ingevoerd, niet was vooruit loopen op de beslissing van den ministerraad. Ziehier 's ministers be scheid: „Zooals u het formuleert, heb ik het niet gezegd. Men met name drukkers en uitgevers vroeg zekerheid. Dat is vol komen verklaarbaar. Zoodra een voor nemen tot wyziging is gepubliceerd, zyn de uitgevers huiverig om een boek, dat onderhanden is, in de afgesleten spelling van De Vries en Te Winkel, af te werken. Zü vreezen minder afzet, als de nieuwe schryfwyze zal zyn ingevoerd. Dit had zelfs tydelyke werkloosheid van zetters tengevolge. D a a rom heb ik gezegd: abso lute zekerheid kan ik niet geven; de cri tiek wordt afgewacht en er is overleg gaande met de Vlamingen. Wilt gij onder die omstandigheden echter het maximum van zekerheid, dat ik kan geven: „Rekent er dan op, dat met September voor het onderwijs de schryfwyze van het compro mis wordt ingevoerd." Kon ik iets anders zeggen? Nu heb ik al onder meer een adres van alle organisaties van werk gevers in het drukkersbedrüf ontvangen. Onafhankelük van de vraag, of de rege ling wenschelyk is of juist, dringen zy op zoo spoedig mogeüjke invoering aan, nu de zaak aan de orde is. De organisaties van leerkrachten doen hetzelfde. Allen zien naar de invoering reikhalzend uit. Moet ik, die verantwoordelyk ben voor den goeden gang van zaken bij het onder- wys, zelf overtuigd van de juistheid van de gevonden oplossing, dan niettemin van het scheppen van orde afzien of dit uit stellen?" De tegenstand. De minister trad vrij scherp in het ge richt met enkele tegenstanders. Fusie Naar verluidt, worden er onderhande lingen gevoerd tusschen de Nationaal So cialistische Beweging en het Nationaal Herstel om tot samensmelting te komen. De onderhandelingen zouden worden ge voerd tusschen ir. B. Wiegersma voor de N. S. B. en generaal Snijders voor het Verbond voor Nationaal Herstel. Naar aanleiding van bovenstaand be richt ontkent het hoofdbestuur van het Verbond voor Nationaal Herstel met na druk, onderhandelingen te voeren 0111 tot een fusie met de N.S.B. te komen. STOPZETTING KALVEREN- AFSLACHTING. Het laatste restje der rundvee-afslach ting van overheidswege, n.1. van nuchtere vaarskalveren, zal thans ook verdwy'nen; de gelegenheid tot inlevering eindigt Vrijdag a.s. Feuilleton Uit het Engelsch van Nadruk verboden. 29) uohn liep nog in de nabyheid der win kels toen hy zyn gastvrouw van den vor.gen avond aan zag komen, in een sta tig wandeltoilet. Ze naderde langs het trottoir aan de overzyde, mrs. Fossick Yates had nog geen drie stappen gedaan, nadat John haar in 't oog had gekregen of bij had reeds een heenkomen gezocht in den dichtstbüzünden winkel, een groente en fruitzaak, zooals het tot hem doordrong, toen hy" zich omringd zag door bananen, sinaasappelen, appelen, vroege aardbeien en andere voortbrengselen van moeder «arde. Wat kon je in hemelsnaam in een dergelüken winkel koopen? Op een plank stonden pruimen in flesschen, lagen bos sen uien en doozen dadels en de vloer was gestoffeerd met manden aardappelen. 11 ij kocht een -doos dadels, vroeg toen et ze een pond konden wisselen en na een elik over zyn schouder geworpen te heb ben voegde hy het verzoek er aan toe hem z,'s stuivers te geven voor een six-pence. Ge vrouw, met kortgeknipt rood haar, die hem hielp, slaagde er niet zonder moeite in twaalf halve stuivers bijeen te brengen. Daarna bleek de kust vry te zün. Mrs. Fossick Yates was uit het ge zicht verdwenen. John stopte het doosje dadels in zyn zak en verliet flu tende den winkel. Iemand die om drie uur 's middags uitging, in kleeren zooals hy daarnet had gezien, had gedecideerd de bedoeling een poos weg te blyven. Mrs. Fossick Yates was dus van de baan, hetgeen echter niet beteekende, dat hij ook maar een flauw idee had, hoe hü Anne te pakken moest krügen. Hü liep het flatgebouw voorMj en be gon langzaam den heuvel op te klimmen. Het was een by'zonder mooie middag, de hemel was helder blauw en er woei een zachte wind. De huizen op den heuvel hadden tuinen, waarin Goudenregen en roode Meidoorn begonnen te bloeien. Hü zag sneeuwballen, seringen en goed on derhouden perken vol muurbloemen en vergeet-me-niet. Maar de kleurige, zoetgeurende( voor- jaarsweelde kon hem niet lang boeien, zyn geest was te zeer vervuld van het doel van zün tocht; niet ver van het hoog ste punt van den heuvel keerde hij om en wandelde terug. Toen hü zoowat halver wege de helling was, zag hü iemand ui' het flatgebouw komen en op het trottoi* blijven staan. De zon scheen verblindend op het wit van een schortje en muts Het mewje, dat het schortje en muts droeg, had een brief in de hand. Ze keek de straat af in de richting van de winkels en daarop in die van den heuvel De brievenbus stond aan den linkerkant van den weg tegenover het derde huis met een tuin. Na nog een snellen blik naar beide zyden liep het meisje naar de brievenbus. Het was Anne Belinda. John had het gevoel alsof er plotseling hard tegen hem geschreeuwd werd. Hy zou zelf hard hebben willen schreeuwen, gillen uit alle macht, als een bezetene den heuvel afhollen naar haar toe. Hij beheerschte zich echter en toen hü by de brievenbus was, begon hy een oogen- schijnlyk geboeide studie van de lich- tingsuren. Hjj leunde zoo tegen de bus, dat Anne haar brief er niet in kon doen. Ze stond er nu vlak bij en hy' was zich bewust, dat ze daar stond, geen halve meter van hem af en wachtte tot hjj den weg voor haar zou vry laten. Plotseling richtte hjj zich op en keek haar aan met een vreemde ontroering. Ze was nog erg bleek, 't Was niet alleen het zwart en wit, dat haar bleek maakte; ze zag er uit alsof ze gehuild had. Nu moest hü gauw iets zeggen, anders zou ze denken, dat hjj gek was. Hij hield zy'n hand op de brievenbus en zei: „Anne Belinda." Anne had van den man bü de brieven bus nauwelijks notitie genomen, tot by zich oprichtte en haar aankeek. Toen herkende ze den gast van den vorigen avond en ze begreep er niets van. waarom hy zich zoo vreemd gedroeg. Hij zag er heelemaal niet uit als de soort mannen, die je op straat aanspreekt. Plotseling voelde ze zich trillen van drift, want hjj sprak haar toch aan. Ze had juist tijd om boos te worden en langs hem heen te kiiken. alsof bij niet bestond. \,Mr ze besefte, dat bij Anne RpUnU. tegen haar gezegd had. Het bewustzijn daarvan joeg een vuurroode blos naar haar wangen'. Even richtten haar oogen zich op den brief, in haar hand en ze zei: „Laat u me alstublieft door." „Anne." „Ik ken u niet." „Ik moet je spreken." Anne draaide zich woedend om en be gon snel den heuvel af te dalen.. Maar met een paar groote passen was John bü haar. „Ik lyk warempel wel mal. Natuurüjk weet je niet, wie ik ben. Maar luister nu eens even. Ik ben John Waveney John Maurice Waveney Je eigen neef." Anne bleef staan. Daarop, zonder een woord te zeggen, keerde ze zich om en liep terug naar de brievenbus. Haar neef, John Waveney hij had haar Anne Belinda genoemd hij was .Tohn Maurice Waveney; maar zij was nu niet meer Anne Waveney. Ze was nu Annie Jones, die in de gevangenis ge zeten had wegens diefstal en die nu een nieuwe kans had gekregen als binnen- meisie bij Mrs. Fosick Yates. Zii liet den brief in de bus glijden en stond een oogenblik stil Ze voelde zich duizelig: er dansten sterretjes voor haar oogen. „Tk heb me werkelijk als een idioot aangesteld, ik heb je aan het schrikken gemaakt het snijt me verschrikkelük. Maar ik wist heusch niet meer, hoe ik je anders te pakken moest krijgen. Ik was hang. dat als ik je zoo liet ontsnappen. maar zeg. voel je je niet goed?" ..O. het gaat alweer over," fluisterde Anne. Haar woorden klonken onzeker; de grond onder haar voeten scheen te golven. Maar dat trok voorbij. Ze had de oogen gesloten en die sterretjes voor haar oogen niet te zien; nu opende ze ze weer en er was alleen maar heldere, zonnige lucht tusschen haar en John. Hy keek haar zoo bezorgd aan, dat ze glimlachte. „Ik ben weer in orde. Ik moet naar huis." „Maar ik wil je absoluut even spreken." „Hier? Het lijkt me toe... „Neen, niet hier natuurlyk. Maar ik moet je heusch spreken. Mrs. Fossick Yates is uitik heb haar zien weg gaan. Is de kleine baas thuis?" „Ja." „Ga dan vragen of je een half uurtje uit mag. Ik zal verderop by de winkels op je wachten." Anne boog het hoofd en ging terug naar huis. Haar hoofd duizelde. John Maurice Waveney! hoe was het mogelijk! Ze had gehoord, dat ze hem gisteravond „Sir John" noemden. Hoe had hij haar gevonden en waarom had hü getracht haar te vinden? En hoeveel menschen hier in de buurt hadden haar in haar schort en muts, daar by' die brievenbus uiet een man zien praten? John liep eveneens den heuvel af en keek op zijn horloge. Als ze binnen een kwartier niet op de afgesproken plaats was. dan zou hij naar het dichtstbijzijnde postkantoor gaan om haar op te hellen. He tmoest nu maar uit zyn met dat ver stoppertje spelen. Hij had haar gevonden en hjj zou haar spreken, terwijl de kust veilig was. Het duurde lang, maar Anne kwam, in een grijs mantelpak met een zwart hoedje op. precies zooals hij haar beschreven had aan Messing. Anne zelf kon je eigenlijk niet be schrijven; alleen baar kleeren. De ma nier, waarop zy haar mondhoeken optrok en waarop haar oogleden zich over haar oogen legden, waarop ze keek als ze boos was en wanneer ze verdriet had neen, dat was allemaal niet te beschrijven. Nie mand kon dat. Het was alsof lijj dat altijd van haar gekend had en het verborg een mysterie, dat hü met al zyn kracht ver langde ontsluierd te zien. Dat alles met elkaar was Anne Belinda. Ze kwam naar hem toe met een kleur op de wangen. „Ik hoefde het niet te vragen hy vroeg of ik een pakje voor hem naar het postkantoor wilde brengen; hü veront schuldigde zich wel een keer of drie omdat hjj me ook al met dien brief had bad weggestuurd." „Ik moet naar het postkantoor." John fronste de wenkbrauwen. „Ik kan straks dat ding wel afgeven. Laten we een rustige lunchroom opzoe ken, waar we kunnen praten." „Neen," verzette Anne zich. „Ik heb maar een half uurtje tijd en moet het pakje zelf versturen." „Onzin." „Ik heb gezegd, dat ik het zelf zou doen Waarom wil je me eigenlük spre ken?" „Ik heb je gezocht van het oogenblik af. dat ik terug ben." De smartelijke schaduw die over haar oogen trok, deed hem nijn. „Waarom?" „Nu. in de eerste plaats omdat ik je wilde vinden; ten tweede och, ik heb nu eenmaal een obstinate natuur. Het scheen alsof ze allemaal samenspanden om mij niet te vertellen, waar je was. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 1