Autogrammen
gewenscht.
Wist U dat
dat ló «Me
'T JUTTERTJE
„PLEASE, MY WOSJSJEK!"
De „Java-bode" vertelt:
Tandjong-Priok, Donderdagmorgen.
De Holland-boot is binnen. Het is niet
druk. er zijn niet veel verlofgangers
teruggekeerd met deze boot.
De douaniers, achter de lange tafels,
hebben dus ook niet veel te doen. Zij
wachten geduldig, met een krijtje in de
hand, op de gedebarkeerden, die drup
pelsgewijs de loods binnenkomen om
hun koffers te laten onderzoeken naar
contrabande.
Komt een jong blond vrouwtje op
een der douaniers af. Douane-man
groet beminnelijk en kijkt vragend.
Mevrouw steekt eerst een sigaret op.
inhaleert eens diep en vraagt dan:
„Please, my wosjsjek."
Douane-man kijkt even verwonderd.
De eerste twee woorden waren onmis-
Kenbaar Engelsch, maar dat derde.
Hij herinnert zich niet, dit woord eer
der gelezen of gehoord te hebben: op
de H.B.S. niet, in de Tarief-wet niet er.
ook niet tijdens zijn verlof, toen hij
vele landen van Europa bezocht
„Wosjsjek"
Dan, heel even, komt een spottend
lachje om zijn lippen, doch daarna
schudt douane-man mistroostig het
hoofd.
„Oh, you dont' understand eh....?"
Douane-man blijft treurig zijn hoofd
schudden.
„Afijn, daar komt m'n man...
Douane-man:
De juist aangekomen mijnheer- );Ali-
da, waar is de waschzak?
Douane-man: Oooooooh!
Alida af,
Douane-man gaat de „wosjsjek"
halen.
Neen, neen, die hoeft niet open. Zal
wel goed zijn! En hij zet er met het
krijtje royaal zijn paraaf op.
Waarom staat er bij den havenin
gang ook niet met duidelijk leesbare
letters: „N e d e r 1 a n s c h-mdië?
In Hollywood worden de groote
filmsterren in twee partijen verdeeld:
zij, die autogrammen geven, en zij die
cnder geen enkele voorwaarde notitie
boekjes, programma's, bierviltjes en
andere .onbeschrijfbare voorwerpen
met. hun naam willen sieren. Tot deze
iaatste behoort Lyanel Barrimore.
Nu heeft Ly een zoon, die op 3chool
geenszins tot de gemakkelijke leerlin
gen behoort. Barrimore Jr. maakt het
zijn leeraren heusch niet altijd naar
den zin. Onlangs was de maat weer
eens overgeloopen. Een vermelding in
het klasseboek was onvermijdelijk.
Daar kinderen echter niet altijd be
trouwbare berichtgevers zijn, wanneer
het om onaangename dingen gaat, gaf
de leeraar er de voorkeur aan een
schriftelijke waarschuwing aan den
vader te zenden over zijn ondeugen-
den zoon. De laatste regel bevatte het
onschuldige verzoek om het schrijven
na kennisname te onderteekenen
Hy las het schrijven door, entoen
lachte hij een begrijpend, veelbetee-
Kenend lachje. En hij schreef op den
land \an het briefje (met een schrijf
machine): „Ik weet wel, dat de jongen
tot de beste en rustigste leerlingen be
hoort. U moet betere listen uitdenken
om een autogram te krijgen." Zon
der onderteekening!
een chèquevervalscher in Empo-
ria in Kansas, door het gerecht tot 635
jaar gevangenisstraf veroordeeld is en
dat zijn vader ook in de gevangenis zit
en voor verschillende bedreigingen een
totale straf van 600 jaar heeft gekre
gen?
in Parijs ieder jaar 1 op de
25.000 menschen door een auto-onge
luk gedood wordt? In Londen zelfs 1
op de 10.000? De meeste slachtoffers
zijn voetgangers,
....op het eiland Wight een oude
dame woont, een zekere Mrs. Hitchell,
die niet minder dan 130 directe nako
melingen heeft, namelijk 8 kinderen,
50 kleinkinderen en 72 achterkleinkin
deren? De 92-jarige overgrootmoeder is
nog heel monter en beweeglijk en pre
sideert met veel opgewektheid, wan
neer zij de heele familie om zich heen
verzameld heeft.
in geen enkel land ter wereld
zooveel honderdjarigen zijn als in
Amerika? Wegens de nieuwste sta
tistiek zijn er daar eventjes 4000!
't Is toch gek. h.è. De eene keer.ge
beurt er een heele hoop en de andere
keer gebeurt er niks en toch moet je
maar schrijven. Dat noeme ze nou
komkommertijd.
Toen ik nog niet in de krant mog
schrijve, toen zei me'n zussie datte die
meheeren van de krant in de komkom
mertijd op komkommers lagen te sab
belen, maar daar is niks van an, en
nou heb ik van de week tegen m'n
zussie gezegd, dat ikke geloof, dat die
man van d'r, waar ze nouw een maand
mee getrouwd is, datte die op kom
kommers sabbelt, omdat ie zoo zuur be
gint te kijken en nou zeg m'n zussie,
dat ik zellef een komkommer ben.
Afin, laat ze maar kletsen.
In die politiek hebben ze geloof ik
ook komkommertijd, want de eene keer
lig die meneer die in Frankrijk woont,
op die meneer die in Engeland woont,
teur van een verzekeringsmaatschap
pij, v aarbij de vrouwelijke hoofdrol
\oor een waanzinnig hoog bedraCT ver
zekerd was. Zij stierf bij de repetitie
van de vergiftigings-scène zóó na
tuurlijk, dat het hem benauwd om het
hart werd. Hij smeekte dus zijn vriend
den film-directeur om het scenario te
veranderen; zóó was het voor hem
niet om aan te zien!
Mjjn vriend de acteur trok zich
wanhopig de haren uit het hoofd.
„Maar meneer de directeur", steun
de hij, „die sterfscène is de laatste, die
conform mijn manuscript wordt ge-
Behalve deze dramatische ver
giftiging is er in de heele film niets
meer dat nog lijkt op Geneviève's
Noodlot"!"
„Ach, maar man", was het antwoord,
v eet je dan niet hoe een film gemaakt
wordt? Vermoedde je niet dat het op
een (dergelijke manier ging? Nou, hou
.te dr dan buiten! Wij beginnen aan
cie hand van een tooneelstuk dat suc
ces heeft gehad. Daarvan nemen we
den titel ever. Of we beginnen aan de
hand van een scenario, dat ons wel
aardig lqkt. Al gaandeweg kijken we
de zaak eens aan. Valt ons het een en
ander in, tijdens de opname, dan zou
den we wel gek zijn, om aan het ge
schreven scenario te houden, inplaats
van op te nemen, wat ons veel aar
diger lijkt. Neen, deze meneer heeft
gelijk, inplaats van de sterfscène danat
miss Nola Pegri een Dooden-dans op
een roulette-tafel, waardoor zij een
millionair zóó bekoort, dat hij beroeps
danseur wordt, om altijd bij haar te
kunnen zijn. Daarna....
Mijn vriend de auteur hoorde al niet
meer. Hij was de studio uitgevlucht
en vergat zelfs voorschot op zijn hono
rarium te vragen.
Na drie maanden gingen mijn vriend
en ik samen kijken naar de „Schlager"
van het tooneelseizoen: „Het schot in
den Nacht". Ook gingen wij kijken
naar de beste film van het jaar: „De
Hartstochtelijke Harlekijn".
Hij trakteerde, want hij was van zijn
auteursrechten rijk geworden. Hij
wilde graag zien wat hij nu eigenlijk
geschreven had. Toen we weer bui
ten stonden, spraken we daar niet over.
Hij liep een oogenblik peinzend voort.
Toen zei hij tegen me: „Herinner je je
dat oude lollige stukje van me, dat
ik je eens voorlas, en waarom we sa
men zoo gelachen hebben? Je weet
wel, het heette: De besuikerde Ha
ring in het kanariekooltje. Nou, dat
heeft de film van me gekocht. Ze heb
ben er een ijzingwekkend drama met
twee dooien van gemaakt. De titel van
de film zal luiden: „Geneviève's Nood
lot".
EINDE.
te mopperen en effe later wil ie weer
goeie vrienden met mekaar zijn.
Net twee kleine meissies heo, de
eene keer steken ze de tong tegen me
kaar uit en dan komen ze vragen °f ze
weer met je spelen wil, en dat me
neer Moeselientje niet veel zm hep om
met 't Hollandsche Hietlertje te spe
len, nou ik hep d'r niet veel verstand
van dus dat moeten ze zellef maar op
Die* negers die waren fijn hè die in
Kassienoo gespeeld hebben. Ik hep ook
effe magge kijken en die zwarte me-
heereri konden 't toch maar fijn,
ze hingen hun hoed op de trompetter
en waren met hun lijfe en hun beenen
aan 't draaien en bibberen en dat dee
die juffrouw ook, die d'r voor stond,
maar as je nouw een hond aan z n
staart gaat draaien en je doet het aan
ook bij een kat, en as je dan een soep
ketel van je moeder neemt en je slaat
er op, en as je dan ook nog op dat witte
ding slaat, wat in je nachtkassie naast
je bed staat, en je gooit een ruit aan
scherven en je trekt een stuk of twin
tig meissies aan d'r haar en je toe
ter met de toeter van 't Mokbootje,
nou, dan hep je ook zoo'n soort mu
ziek wat er af en toe op lijkt van wat
die negers speelden. De menschen von
den het toch allemaal mooi. Maar weet
u wat ik zoo mooi vond. Als ze van
die dingen in hun trompetten douw
den, dan speelden ze zoo heel zacht er
op. En dat klonk erreg mooi. Dan
kreeg je zoo'n raar gevoel in je buik-
kie, net of je moest huilen zoo mooi
was het en ik moest toen aan dat
arreme konijntje denken, wat we met
Paschen opgepeuzeld hebben en waar
m'n zussie natuurlijk weer de pootjes
van moest opeten. Enfin ik wil nou
maar zeggen, dat het mooi was, alleen
was het nouw maar jammer, dat die
zwarte heeren d'r niet met de Hemito
waren, dan had ikke ze vast gezegd,
datte ze eens naar Persil moesten
gaan, dan zouwen ze misschien wel
wit gewasschen worden omdat die zak
doek van mij ook zoo zwart was en
ook heelemaal wit geworden is, maar
dan zouwen de menschen die muziek
misschien niet meer zoo mooi gevon
den hebben, omdat 't dan van gewone
menschen kwam.
Ze willen hier ook altijd wat anders
as anders hebben hè, maar as de men
schen met die Hemito nouw maar alle
maal goed geleerd hebben, dat ze
nouw in 't vervolg ook Nederlandsch
fabriekaat gaan koopen en dat ze 't in
de Jutterij ook even goed kenne koo
pen.
Op de leeszaal komp nouw weer een
nieuwe meneer hè om de deur open
en dig te maken en tegen de aapen te
zeggen, dat ze de boeken niet zoo
vuil magge maken. Tenminste tegen
mij zeg ie dat altijd. Hoe dat nou pre
cies zit met die andere meheeren, dat
weet ik ook niet, want d'r was d'r eerst
een met zoo'n sikkie op z'n gezicht
en die ging weg, en toen hebben ze
tegen een andere gezeg, dat-ie 't moes
doen, maar die wouw niet en nou gaat
't misschien weer een andere doen.
Heb u dat duiffie ook gezien in die
winkel in de Koningstraat? As ik d'r
nouw langs kom dan gaan ik altijd te
gen 'm staan te fluiten en dan steek-ie
z'n oogjes in z'n hoofie zoo aardLig bui
ten het nest en dan lijkt het net of ie
licht, 't Is nouw net of ie zeggen wil:
„Dag Wimpie".
't Was toch een gemeene aap hè,
die dat nest kapot wouw slaan. Nee,
dat was vast geen Jutter want een Jut
ter, die doet dat niet hè. As je nouw
eens een groote hond aan z'n staart
trekt, die ken tenminste nog wat doen,
maar zoo'n duiffie. Neen dan ken je
beter een ander soort duiffies aan hun
haren trekken, dan gillen ze ook nog
en dan zeggen ze altijd dat ik 'n lee-
lijke aap ben, maar dat zijn ze zellef.
Ik zal blij zijn as we nou gauw va-
kansie hebben, want de meester be
gint een beetje lastig te worden. Hij
lig de laatste dagen maar niks anders
as te mopperen. Zeker omdat die da
gen voor de vakansie zoo lang duren,
maar die zalle ook wel koomen en as
die dan weer om is, dan kenne we op
school de spelling van marsjan gaan
schrijven.
Tk hep nou al een hoop centen bii
mekaar voor jeukpoeder te koopen en
die aan 't strand in de meissies hun
nekken te gooien. As het nouw dan
maar mooi weer is met de vakansie,
LÜ uTTf maar alt«d n°g "iet
lm w Mlss?hieV hep het weer ook
ook ïi«r° Daaaaa^'
JALOEZIE.
Wat bereikt men er mee?
Eifersucht ist eine Leidenschaft die
mit Elfer sucht was Leiden schafft»
Door vertaling gaat de woordspeling
verloren, maar zeker is het, dat de ja-
leerschen (met ijver) zoeken naar zelf
kwelling!
En nog maar al te veel menschen
kunnen het slechts met leede oogen
aanzien, dat een ander, op welk ge
bied dan ook, wat meer heeft dan zij.
Wat een ongeloofelijk saaie wereld
zou het zijn, indien wij allen van alles
evenveel hadden. En bovendien,
hoe kort zou die toestand duren, want
de een zou behouden en weten te ver
meerderen wat hij had, terwijl een an
der ervan zou weggeven of verliezen!
Een zeer gezond standpunt hoorden
wij laatst innemen door iemand, die
zei: Jaloezie? Wat een onzin! Er zijn
zooveel menschen die meer hebben
dan ik. Waarom zou ik nu jaloersch
zijn op degenen, die ik toevallig ken
en die wat meer hebben?
Men staat zijn eigen levensgeluk in
de weg, wanneer men zich blind staart
op iets, wat men nu eenmaal niet heeft
en niet krijgen kan, en zich voorhoudt
dat nu net van dat ééne zijn geheele
geluk afhangt. Daarbij is men dikwijls
"blind voor andere dingen, die men op
het meerendeel der menschen voor
heeft, en daardoor ondankbaar!
Mannen zijn nogal eens afgunstig
op de betere carrière van een of an
dere kennis. Kortzichtig en dwaas is
dat; wij kunnen nu eenmaal niet allen
dezelfde mate van begaafdheid bezit
ten. Is de persoon in kwestie niet bo
venmatig begaafd? Dan moet hij bij
zonder hard gewerkt hebben om te be
reiken, wat hij bereikt heeft. Is het
z ij n schuld, wanneer u het wat kal
mer "heeft aangelegd, en daardoor nu
met bescheidener resultaten tevreden
moet zijn?
En onder de vrouwen is uiterlijk
schoon nog al eens aanleiding tot ja
loezie. Bedenkt eens, hoe véél erger
het voor een schoonheid is, wanneer
ook voor haar de rimpels en grijze
haren komen, vooral als zij haar ge
heele leven op het uiterlijk gericht
heeft.
En dan, niet iedere vrouw kan-
mooi zijn, maar zij kan wèl iets eigen
aardigs hebben, iets wat geen ander
heeft, wanneer zij er zich op toe
legt, door kleeding en kapsel haar
eigen persoonlijkheid op bescheiden
wijze te accentueeren.
Wat materieele welvaart betreft, dat
is iets zeer betrekkelijks. Wat de één
een schamel inkomentje noemt,
daarmee zou de ander al de koning te
rijk zijn. En luxe verliest gauw haar
bekoring, wanneer men het altijd heeft.
Van wat dagelijks verkeert, gaat de
prikkel van het verlangen af, zóó is
nu eenmaal de menschelijke natuur.
Iemand die er na veel sparen en over
leg eens een paar dagen uit kan, ge
niet oneindig veel meer, dan iemand
die gewend is aan dure buitenlandsche
reizen.
En populariteit! Dat is ook iets,
waarnaar menigeen verlangt. Ja, hoe
stelt u zich voor, dat iemand populair
wordt? Zeker niet door jaloezie, en
ook niet door egoïsme. Toont u een
hartelijk en oprecht vriend, bereid tot
hulp zonder er iets voor terug te vra
gen. Hebt ware belangstelling v0°r
anderen, hun leven en hun moeilijkhe
den, en dit niet uit nieuwsgierigheid,
maar steeds geleid door het verlangen
cm, zoo mogelijk, te helpen. Teveel
moeite? Dan moet u ook geen popu
lariteit verlangen. Men krijgt de goede
dingen in het leven niet voor niets.
En dat is nu juist de kortzichtige fout
van alle jaloersche menschen: ze kij
ken alleen maar naar het resultaat,
dat zij zich ook wel zouden wenschen,
maar zij vergeten, dat ieder resul
taat, ten koste van iets verkregen lS<
ten koste van werk, geduld, inspan
ning. zelfopoffering, wat dan ook. In*
nerlijke noch uiterlijke waarde krijg'
men voor niets. Jaloezie en op hetgeen
een ander heeft. Het is een zelfkwel
ling, die u niet tot eer strekt.
Overweegt liever rustig, wat voor u
werkelijk geluk zou beteekenen en
dcet iets om dat te verkrijgen.
Dr. JOS DE COCK.
ongeveer In 1500 de eerste lepöjjj
m Europa in gebruik kwamen? In 15°
wordt voor het eerst daarvan te Paru
melding gemaakt.