Buitenlandsch Overzicht.
39 dagen, die de wereld deden
wankelen.
KOS
KONINGSTRAAT 76
S. A. KANNEWASSER.
De Tweelingzusters
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Wandelvoetenü!
2 OBLIGATIËN
No. 7456 EERSTE BLAD
ZATERDAG 7 JULI 1934
62ste JAARGANG
Juli 1914.
DAN ZIT AAN ELK DAK R|D|0N
OOK NOG EEN GfcSCNENKENBON
HEDENAVOND ZIJN ONZE ZAKEN
van 10-11 uur geopend.
ZONDAGS tot 2 uur.
GEMENGD NIEUWS
Overval met berooving.
1, 2, 5, 10 en 20 maal hetzelfde nummer
Hoofdkantoor
Patricia Wentworth
ELDERSCHE COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant fl.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65;binnen-
land f 2.— Nederl. Oost- en West Indië per zeepost t 2.10, dem per
mail en overige landen f3.20 Losse ros. 4ct.fr.p.p 6ct. Zondagsblad
resp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.- Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, fl.50, t 1.70
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Ju.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Lngez. meded (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
bij vooruitbetaling 10 ct per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be
taling 15 ct. per regel, min. 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met
brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct.
Verplaatsing van de macht in Duitschland, er op of er onder. -
Herstel van de betrekkingen tusschen Roemenië en Rusland.- De
opperste leiding van de Japansche regeering in militaire handen.
MachtS'
verplaatsing
in Duitschland
Misschien hebben
weinigen van de trou
we overzicht-lezers,
het artikel van een
bizonderen medewer
ker, in het nummer
van Donderdag gelezen, over „De gebeur
tenissen in Duitschland en de toekomst",
waarin geschreven werd over de waar
schijnlijkheid van een dictatuur van
groot-industrie en bankwezen. Duitsch
land, we behoeven het niet te zeggen,
gaat economisch met snelle vaart naar
den afgrond. De groot-industrie heeft een
dreigend tekort aan grondstoffen en
voorraden, noodig voor den export; ten
gevolge van de transfermoeilijkheden
zijn die voorraden door het buitenland
niet aan te vullen en het resultaat van
dit alles zal zijn, dat in Duitschland over
eenige maanden tal van fabrieken zullen
stilliggen, de werkloosheid zal stijgen,
het volk onrustig zal worden. Die werk
loosheid zou nog wel eenigen tijd op
kunstmatige wijze gekeerd kunnen wor
den, maar uiteindelijk zou vèrdoorgevoer-
de steun aan de industrie op devaluatie
van het betaalmiddel uitdraaien.
Men heeft zich nu tot Amerika gewend
voor een grondstoffencrediet op langen
termijn, met goedkeuring van Hitier.
Amerika had er wel ooren naar, mits
Duitschland gehoor zou geven aan de
volgende Amerikaansche eischen.
Men wilde te doen hebben met een ge-
ordenden staat, die meer rechtszekerheid
biedt t.a.v. de schulden en het beiaal-
wezen; men wilde een minder scherp eco-
n'omsch nationalisme, einde van den
kerkstrijd, de Jodenvervolging en meer
blnnenlandsche rust.
Dat is met enkele woorden de inhoud
van het artikel, hierboven genoemd. Men
gaat nu veel begrijpen van het optreden
van Hitier c.s. Het is een demonstratie
geweest tegenover Amerika, een demon
stratie van den wil om koers te wijzigen.
Of de demonstratie geslaagd is, is een
tweede en wanneer we ons oor te luiste
ren leggen naar stemmen uit het buiten
land, dan gelooven we niet, dat Hitier
een gelukkige greep heeft gedaan. Scher
per klinkt de verontwaardiging over den
massa-moord.
Zoo schrijft b.v. de Engelsche „Mor-
ning Post" o.m. dat er nog geen enkel
bewijs voor de samenzwering geleverd is,
en de officieele communiqueé's elkaar te
genspreken.
Ongetwijfeld waren de gedooden
woeste en slechte mannen, maar het
blad vraagt, of zij, die hen dood ge
maakt hebben, anders of beter wa
ren.
Deze mannen zijn in een land, dat on
dersteld wordt in vrede te verkecren, en
toegerust is met een geheele machinerie
voor justitie, gedood op een manier, die
in eenvoudige termen moord heet. De lei
der moge trachten den ladder waarlangs
zijn pas goed met
Kousen of Sokken
van JAAP SNOR aan Uw voet. ie klas reparatie
inr. voor alle soorten wollen kleeding, Kousen
en Sokken (ook de allerfijnste), Zuidstraat 19.
(Let op den gelen winkel).
hij naar boven geklommen is^ weg te
trappen en Goering moge moeilijkheden
vóór geweest zijn, die hij als onvermij
delijk beschouwde. Goebbels moge het
als poliltiek beschouwen, diegenen te
verraden, die hij placht te leiden, het
groote feit blijft, dat Duitschland op het
oogenblik door een gewelddadige en te
gelijk violente en onberekenbare tirannie
beheerscht wordt.
Het blad vraagt, of het ondenkbaar
is, dat een regeering, die op deze ma
nier zonder waarschuwing doodelijk,
steelsch een deel van haar eigen
mensehen kan neerslaan, denzelfden
soort tijgersprong ook niet op een on-
gewapenden óf niets kwaad vermoe
denden buurman kan doen.
Roemenië
en Rusland
In de parlementaire
commissie van bui-
tenlandsche zaken
heeft Titulescu, de
Roemeensche minis
ter van buitenlandsehe zaken, een toelich
ting gegeven op het herstel van de nor
male betrekkingen tusschen Roemenië en
de Sowjet-unie.
Tituleseu verklaarde 0. a., dat Roeme
nië tot 9 Juni 1934 geen enkele relatie on
derhield met zijn belangrijken buur Rus
land, hoewel deze staat sedert 1932 hoe
langer hoe meer internationaal contact
zocht en al eerder aan internationale con
ferenties deelnam en waarschijnlijk bin
nenkort ook een zetel in den Volkenbond
zal innemen. Reeds daarom was het drin
gend gewenscht, dat Roemenië zijn rela
ties met dezen belangrijken buur herzag.
De noodzakelijkheid werd des te grooter,
omdat het waarschijnlijk geacht kan wor
den, dat binnenkort twee belangrijke ver
dragen tot stand zullen komen, en wel
een verdrag der Middellandsche Zee-sta-
ten en een Oost-Locarno-verdrag, waaraan
Frankrijk, Tsjechoslowakije, Polen, Roe
menië en Sowjet-Rusland zullen deelne
men.
Titulescu gaf vervolgens een overzicht
van den stand der onderhandelingen en
den loop ervan, en gaf als zijn meening
te kennen, dat de overeenkomst met de
Sowjet-Unie zeer gunstig voor Roemenië
was, aangezien de Russen voor het eerst
Bessarabië als Roemeensch bezit hadden
erkend. Tegenover het argument, dat her
vatting der betrekkingen met Rusland het
gevaar voor communistische propaganda
in Roemenië schiep, wees Titulescu op
het voorbeeld van Turkije, Italië en andere
staten, waar van communistische propa
ganda geen spoor te bekennen viel.
Gevaarlijke
koerswending
in Japan
Wenden we tenslot
te ons oog nog naar
het Verre Oosten,
naar Japan, waar ad
miraal Okada door
den keizer belast is
met de samenstelling van het kabinet. it
is een beslissing, die van groote betee-
kenis kan zijn voor het wereldgebeuren.
De „Nw. Rott. Crt." schrijft over deze
keizerlijke opdracht o. m.:
De nationalisten en chauvinisten in Ja
pan hebben dus nu hun zin: de opperste
leiding der regeering werd gelegd in han
den van een vertegenwoordiger van leger
of vloot, en hoewel Okada niet behoort
tot de ultra's, mag men verwachten; dat
onder zijn bewind het gezag van parle
ment en pers, dus van de openbare mee
ning, nog meer terrein zal verliezen dan
thans reeds moest worden prijsgegeven.
De „levensbelangen" van het land, voor
zoover deze worden vereenzelvigd met de
begrippen: een sterke vloot, een paraat
leger en de verdediging van de Japansche
belangen op het vasteland van Azia, zul
len in Okada een verdediger vinden. De
admiraal heeft te kennen gegeven, dat hij
in hoofdzaak de politieke lijn, door Saito
gevolgd, niet zal verlaten.
Okada heet een man van gematigde op
vattingen. Hti is een voorbeeld van den
zeeofficier-politicus en is vroeger minister
van marine geweest. Het was voor een
groot deel aan zijn invloed te danken dat
Japan het vlootverdrag van Londen rati
ficeerde .Okada slaagde er toen in, het
bestaande verzet in Japan tegen dat ver-
drag te overwinnen.
Het aan het bewind komen van
Okada, op dit oogenblik, maakt het
zeker, dat Japan op de a.s. vlootcon-
ferentie te Londen indien die con
ferentie doorgaat met vastbera
denheid zal opkomen voor de opinie,
die in Japansche marinekringen ge
koesterd wordt, n.1. dat Japan het
recht behoort het krijgen, een even
groote én sterke vloot te bouwen als
Engeland en de Ver. Staten.
Omtrent de samenstelling van het
nieuwe kabinet wordt nog gemeld, dat
llirota minister van buitenlandsehe za
ken blijft. De portefeuille van marine
onder de hoede van admiraal Osoemi; ook
aan het departement van oorlog komt
geen mutatie: Hajasji, de minister van
porlog, blijft aan.
De stilte die den storm voorafging
T
door
Dr. Fr. BOGENHARD.
's-Gravenhage, 9 Juli 1984.
Het opwindende, in beroering brengen
de drama der 39 dagen de korte spanne
tijds, die verliep tusschen de gruwelijke
daad van Serajevo en het uitbreken van
den wereldoorlog is herhaaldelijk ge
schilderd geworden. Staatslieden hebben
zich in hun mémoires, de historici in hun
wetenschappelijke werken over het ont
staan van den grooten oorlog uit de ge
schiedenis der menschheid uitgesproken.
Geen dier kostbare minuten tusschen den
28en Juni 1914 en de eerste dagen van
r
Augustus of ze werd onderzocht en be
licht. Aan de hand der geschiedkundige
documenten is het mogelijk het geheel te
feconstrueeren.
De schoten van Serajevo waren ver-
klonkeh. De opwinding der bevolking van
de Dönaumonarchie over deze verschrik-
delijke/laad liet zich echter niet zoo gauw
sussen. Steeds dieper en dieper sijpelde
het door, dat de Servische Generale Staf
minstens middellijk de hand in het spel
gehad had. In Weenen, op het Ballhuis-
plein, bekwam men eerst langzamerhand
van den verlammenden schrik. Graaf
Berchtold, de minister van Buitenland
sehe Zaken der Donau-monarchie,. zond
om te beginnen Graaf Hozos met bijzon
dere missie naar Berlijn. Graaf Hozos
moest van de Duitsche Regee.ring de be
lofte zien te krijgen, dat,als Oostenrijk
maatregelen tegen Servië zou nemen,
Duitschland op Oostenrijks hand was.
Den 5en Juli stemde de Duitsche Regee
ring vóór Oostenrijk. Duitschland zou
zijn plichten als bondgenoot en vriend
van Oostenrijk-Hongarije staan.
Daarna eerst, toen de kranten reeds
lang weer over den aanslag van Serajevo
zwegen, deed de Oostenrijksche bevoeg
de macht een gerechtelijk onderzoek in
stellen naar de vermoedelijke daders. In
den avond van den 23en Juli liet de
Oöstenrijk-Hongaarsche regeering een
ultimatum overhandigen een ultima
tum, dat ondanks de zeer hooge eischen
dpor de Servische regeering in hoofdzaak
aangenomen werd. Tot dit moment werk
te Weenen zeer zelfstandig. Steunend op
de Duitsche belofte van den aen Juli.
Intusschen hadden echter gebeurtenis
sen plaats gevonden, die het conflict in
het Zuid-Oosten tot een Europeesche aan
gelegenheid opbliezen. Poincaré, presi
dent der Fransche Republiek, was den
20en Juli te .Petersburg aangekomen en
maakte van deze gelegenheid gebruik om
den nadruk te vestigen op de Russisch-
Fransche vriendschap. Toen nu na de
toegevende Servische antwoordnota de
Oostenrijkers aan den Donau toch mbbi-
liseerden, liet de Russische minister van
Buitenlandsehe Zaken Sasanoff zijn ge
retireerde houding varen, en dat op een
tijdstip, toen Duitschland zich nog zorg
vuldig buiten het conflict in Z.-O. Europa
hield. Op 25. Juli achtte de Engelsche
ministervan Buitenlandsehe Zaken, Sir
Edward Grey, het dan ook wenschelijk
om een actie van bemiddeling tusschen
de groote Europeesche mogendheden
voor te stellen. Midden in deze bemidde
lingspogingen kwam toen de Jobstijding,
dat Oostenrijk-Hongarije zelfstandig was
gaan handelen en op 28 Juli Servië den
oorlog had verklaard. Nu begon men ook
aan het hof van den Tsaar op zorgwek
kende wijze zijn kalmte te verliezen. De
Duitsche gezant te Petersburg waar
schuwde dringend tegen de oorlogsvoor
bereidingen in Europeesch Rusland, wel
ke waarschuwing werd ondersteund door
een telegram van Keizer Wilhelm II aan
den Tsaar. Op dit oogenblik verhoogde
bovendien Sir Edward Grey de alge-
meene nervositeit door aan te kondigen,
dat Engeland in het geval van een
Fransch-Duitsch conflict tot gewichtige
besluiten zou worden genoopt.
Op 30 Juli viel toen de eigenlijke be
slissing. Tsaar Nicolaas II liet zich door
zijn minister van Buitenlandsehe Zaken
overhalen tot algemeene mobilisatie. Dit
besluit beteekende onherroepelijk oorlog.
.Tót op dit tijdstip hadden de diplomaten
nog getracht om door onderhandelingen
hpt dreigende noodlot althans voor eeni-
gën tijd tegen te houden. Doch nu kregen
de militairen de zaak in handen. En de
machtige oorlogspartij aan het hof van
den Tsaar stuurde koelbloedig aan op
den strijd. Hoezeer Londen en Berlijn
zich ook tot op het laatste oogenblik nog
inspanden voor een wreedzame bijlegging
van het conflcit de militaire over
wegingen drongen zich nu op den voor
grond. In Parijs verklaarde op 31 Juli na
eèn ministerraad de minister van oorlog,
dat Frankrijk vastbesloten was tot den
strijd.
In verband met de Russische mobili
satie en de Fransche oorlogsvoorberei
dingen, werd nog op den namiddag van
31 Juli in Duitschland „den toestand van
dreigend oorlogsgevaar" geproclameerd.
De oorlog op twee fronten, welke de
de Duitsche staatslieden altijd trachtten
te vermijden, stond vlak voor de deur.
En nu was Duitschland er alles aan ge
legen om zijn tegenstanders voor te zijn.
ïle laatste hulpe'noze onderhandelingen
der diplomaten werden reeds overstemd
door het wapengekletter.
Op 1 Augustus beval de Fransche re
geering om vier uur 's middags de alge
meene mobilisatie. Op slag mobiliseerde
Duitschland. De gebeurtenissen volgden
elkaar nu verder op met onverbiddelijke
noodzaak. Op den avond van 1 Augustus
verklaarde Duitschland den oorlog aan
Rusland en op 3 Augustus aan Frankrijk.
Doch op den avond van den len Augus
tus was het lot van Europa reeds be
zegeld. De wereldoorlog, waarvoor de
schoten te Serajevo slechts aanleiding
boden, was onvermijdelijk geworden. Al
les, wat later geschiedde, was niet meer
af te wenden vanaf het oogenblik, dat de
diplomaten de zaken overgaven aan de
militairen.
Binnenland
DOOR EEN LOCOMOTIEF OVER
REDEN EN GEDOOD.
zDonderdagochtend is de 17-jarige W.
uit Berg (L.), hulp-machinist bij de ha
venwerken aldaar, onder een locomotief
geraakt. De jongen was op slag dood.
Oude man aangevallen.
In den nacht van Dinsdag op Woens
dag is de alleenwonende 75-jarige A. G.
op de Zeilberg, onder Deurne, door twee
mannen overvallen. De indringers be
dreigden hun slachtoffer met een mes
en bonden den man aan handen en voe
ten. Uit een vest werd een briefje van
25 en een van 10 gestolen. Met deze
UNICUM
F e u iIIe t on
Uit het Engelsch van
Nadruk verboden.
45)
„Ja, dat weet ik. Maar jij hebt er dien
dag wel goed voor gezorgd, dat er niets
van je haar te zien was; en ik veronder
sfel ook niet, dat je hem aangekeken
hebt. Wel? In ieder geval was hij heele
maal van streek en dacht alleen aan zich
zelf. Hij is namelijk ontslagen. Neen.
Anne, je kunt er niet uitkomen. Het was
iemand met blond haar en bruine oogen,
°u die een ring met een smaragd droeg.
Was jij dat, Anne? Of was het Jenny?"
Anne ging rechtop zitten, haar gezicht
was doosbleek, haar oogen waren vol
angst. John sloeg zijn armen om haar
heen en trok haar naar zich toe.
„Anne, liefste Anne, lieveling, kijk
niet zoo! Vertel het mij allemaal. Wil je
dat niet?" Heel plotseling liet hij zijn
hoofd op haar schouder vallen. „En het
is ook niet noodig ik wil je zoo graag
helpen Anne". De woorden klonken
nacht en gedempt.
Ze voelde zijn schouders schokken. Ze
nief haar hand op en begon zyn haar te
streelen. Ze zei:
„John!"
Hij hief het hoofd op. Zijn gezicht was
nat.
„Vertel me alles dan zullen we samen
een weg vinden. Er is altijd een weg als
je er naar zoek.t Jij hebt er niet naar
gezocht; jij bent als een domme, lieve
martelares blijven zitten."
„O, neen!"
„Jawel. Je hebt jezelf op den brand
stapel vastgebonden een heeleboel hout
om je heen gehaald en nu zou je je voor
je heele leven willen roosteren. Dat zal
niet gebeuren. Je moet er af komen en
mij de heele geschiedenis van het begin
af vertellen."
Anne zweeg Haar hand viel terug in
haar schoot. Ze keek er naar, aandachtig,
ernstig.
„Je moet het mij vertellen. Het deert
Jenny niet, als je daar soms bang voor
bent. Ik heb de bewijzen tegen Jenny al.
Kijk eens, Anne, ik zal eerlijk tegen, je
zijn: Ik ben innerlijk woest geweest on
Jenny en ik verlangde er naai, dat zij
haar straf zou krijgen: ik wilde haar doen
bloeden; ik wilde dat zij zou doormaken
wat jü doorgemaakt hebt."
Anne zette haar handen tegen zyn
schouders als om hem weg te duwen.
„Dat mag je niet dat wil je niet.
John bukte zich en kuste haar handen.
„Dara ben ik overheen. Ik lieb het je
niet verteld, maar ze is by mij geweest.
„Wat wilde ze?"
.Ze wilde weten waar jij was.
Je hebt toch niet
",Neen, natuurlijk niet. Ze gaf een
boodschap voor je. Q
Die heb je me niet overgebiacht.
Ik ben eigenlijk mal om je die nu
„v'èr te tongen. Je bent veel te goed
waar het Jenny betreft
„Wat zei ze?"
„Ze vroeg mij 0111 je de hartelijke groe
ten te doen van haar en Tony."
„O!" zei Anne. Ze hield de handen
even voor haar gezicht en keek John
toen met een gelukkigen glimlach aan.
„Je weet niet je weet niet hoe 'n ver
schil dat maakt".
„Je bent gauw tevreden! O, Anne, wat
een lieve domme schat ben je toch! Je
hebt Jenny alles gegeven, en nu ben je
in den zevenden hemel omdat ze je haar
groeten stuurt!"
Anne lachte.
„Je begrijpt het niet."
„Ja, ik begrijp het wel. Het is omdat
rnjjn gevoelens veranderd zijn en ik
Jenny niet meer wil laten lijden. Jij bent
zoo'11 lieve schat, dat ik haar niet kan
straffen zonder jou te* straffen. Ik wil
haar geen pijn doen, nlaar ik wil ook
n'et, dat ze jou pijn doet. Zij en Nieholas
moeten goed worden en alles gemakkelijk
voor je maken."
„Nieholas weet het niet", hernam Anne.
John liet een langgerekt gefluit
hoor en.
XXXV.
„Nieholas weet het niet, en Jenny is
bang ze is altijd bang geweest."
„Ja, dat begrijp ik. Luister, Anne, ver-
lel me nu eens alles, van het begin af."
Anne keek langs hem heen in het vuur.
Ze had zoolang gezwegen, dat het moeilijk
fcéheen dat zwijgen te verbreken.. Ze had
nooit gedacht, dat ze het ooit aan iemand
zou vertellen. Nu leunde ze tegen John's
arm en vond woorden.
„Het begon een heelen tijd geleden. Je
zult niet alles kunnen begrijpen als ik
niet alles van het begin af vertel. Ik wil
zoo graag, dat je het goed begrijpt, ter-
wille van Jenny."
„Ik zal het probeeren."
„Jenny is erg lief ze is zoo zonnig
en lief. Iedereen houdt van haar en zij
houdt van iedereen. Ik ben veel anders
Maar Jenny is altijd zoo geweest ze
heeft zoo'11 lief karakter."
John's gezicht verstrakte.
„Je vergeet, dat ik je zag nadat je met
Jenny gesproken had op Waterdene. Je
keek alsof ze je vermoord had. Hoe uitte
zich haar lief karakter toen?"
„Ze was doodsbenauwd. Het was mijn
eigen schuld ik had daar ook niets te
maken. Zie je, ik dacht, dat ze het Nieho
las verteld had en dat was niet zoo.
Daarom wilde zy my daar natuurlijk niet
hebben en ze was doodsbang."
„O, natuurlijk." Zijn toon klonk droog.
„Nu, laten we verder gaan. En zeg, lieve
ling, wijd niet al te veel uit over Jenny's
deugden, anders kan ik mijn mond niet
houden. Zoo heel veel kan ik niet meer
verdragen."
„Toe, wees lief," zei Anne. „Ik kan je
njiets meer vertellen als je niet lief bent."
„Ik ben een en al liefheid."
„Dan is het goed. Als je niet begrijpt
hoe Jenny is, zul je niets begrijpen. Ik
heb je al gezegd, dat ik een heel eind
teiug moet gaan. Het begon al in het
laatste jaar van den oorlog, toen we zes-
Uen waren. Jenny logeerde by nicht
Jjenifer en ze had een of andere liefdes-
gjeschiendenis met een man, dien ze in
ejen cantine ontmoet had, waar nicht Je
Uifer Werkte. Ik heb hem nooit gezien,
fjns ik kan je niet vertellen hoe hij er
uit zag. Hij schreef Jenny en Jenny
sjnhreef hem. En later, toen hy met ver
lof thuis kwam...." Ze aarzelde
„schreef hy en vroeg aan Jenny om in
de stad te komen en hem in een hotel te
te ontmoeten. Ik. begrijp niet hoe hij
durfde; maar de menschen houden Jenny
altijd voor ouder dan zij is en John, je
begrijpt het, hè Jenny was het soort
meisje, dat nergens kwaad in ziet. Som
mige meisjes zijn nu eenmaal zoo. Het is
niet alleen onschuld, maar het is een
soort verblindheid. Ze vond het grappig
en ze schreef hem drie brieven om hem
te vertellen hoeveel pret ze zouden heb
ben en wat ze allemaal zouden doen. En
toen stierf hij. Ik hoorde het pas jaren
daarna, toen Jenny met Nichalas ver
loofd was. Zyn portret stond in dien tijd
in alle kranten. En op een keer kwam ze
vreeselijk opgewonden uit de stad terug
Ze had een week bij nicht Jenifer ge
logeerd en ze vertelde, dat een vrouw
haar gevolgd was, die geprobeerd had
haar geld af te persen. Ze was buiten
zich zelf en zei, dat die vrouw de drie
brieven bezat, die ze aan dien man ge
schreven had ze waren naar zijn huis
gestuurd met zijn andere bezittingen.
Die vrouw beweerde, dat ze met hem
getrouwd was en ze zei, dat ze de brieven
aan Nieholas zou laten zien, als Jenny ze
haar niet voor vijfhonderd pond wilde
afkoope».
John, ik smeekte Jenny 0111 Nieholas
alles te vertellen.
Ik zei, dat hij haar gelooven zou; dat
idere man, die werkelijk van een vrouw
houdt, haar gelooven zal. Maar ze ging
den volgenden dag naar de stad en
's avonds kwam ze terug niet de brieven
en wy verbrandden ze. Ze had het paarl-
s'nóer beleend, dat Nieholas haar ge
geven had."
„Wat een dom kind!'? zei John.
„Arme Jenny! Ze was buiten zichzelf
van vreugde. Ze lachte en zong en danste
met mij rond zoo geweldig opgelucht
was zij. Zij houdt zoo geweldig veel van
Nieholas."
„Ik begryp niet waarom."
Anne barstte in lachen uit.
„O, John, wat ben jii toch grappig! Je
houdt niet van elkaar omdat je er een be
paalde reden voor hebt."
John zei wat hij niet had w illen zeggen:
„Je had toch zeker niet veel reden on»
van Jenny te houden."
Toen, terwijl Anne een schok kreeg,
riep hij: „Wat ben ik toch een mispunt!"
pakte haar vast en kuste haar.
Anne kuste hem terug, met zachte ver
wijtende kussen.
„Je bent heeiemaal niet lief. Je hebt
beloofd lief te zijn en het lijkt er niets op.
Zul je nu lief zijn?"
„Ik weet het niet. Ik zal het probeeren.
Ga voort."
„Ik weet niet meer waar ik gebleven
ben."
„Dat het domme kind haar paarlsnoer
had beleend."
Anne duwde hem weg en keek naar
hem met lachende oogen, waarover plot
seling een schaduw viel.
(Wordt vervolgd).