Buitenlandsch Overzicht. ally's avontuur. NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA GEMENGD NIEUWS Minnenijd. Onder buren Boschbranden te Ermelo. Een Zeeleek. Q v 7479 EERSTE BLAD 62ste JAARGANG DONDERDAG 30 AUGUSTUS 1934 Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Crt. f 1.50; Koegras, Anna I aulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65 binnenland f '2.— Nederl. Oost- en West lndië per zeepost l 2.10, dem per mail en overige landen 13.20 Losse nos. 4ct.fr. p.p 6ct. Weekabonnementen 12 ct. Zon dagsblad resp f 0.50 f 0.70, f 0.70, f 1.- Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50,f 1.70 Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij vJÉ C. DE BOER Jb. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. AD VERTEN TIEN 20 ct. per regel (gaijard). Ingez. meded (kolomnreedte als redaction. tekst! dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be taling 15 ct. per regel, min. 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct. De overwinning van generaal Johnson legt hem geen windeieren - Japan zal het vlootverdrag van Washington opzeggen. De spanning in het verre Oosten. De overwin^ ning van gene' raai Johnson Gen. Johnson heeft zijn tegenstanders glans rijk verslagen. We heb ben dat in ons vorig nummer vermeld. De „Nw, Rott. Crt," noemt ),êt ,,de overwinning van de dictatuur over ge meenschappelijk overleg". Het heeft er gespannen na de terugkomst van Roosevelt, schrijft het blad in een artikel 0ver deze overwinning. In die paar weken js heel wat gebeurd. Het mag niet allemaal even prettig zijn, in ieder geval zal het aanzien van Roosevelt er weer door gestegen zijn. De vacantie had hem blijkbaar goed ge daan; met zijn oude veerkracht voorzien, is hij van zijn zeereis teruggekeerd. De indruk, dien hij daarna in zijn land heeft gemaakt, doet eenigszins denken aan dien van den eersten tijd van zijn bewind. Hij was de man, die han delde, toen anderen geen vinger roerden, ter wijl Amerika naar den afgrond gleed. Zijn voorganger had uitgemunt door passiviteit, Roosevelt was het in de eerste plaats om acti viteit te doen. Velen, die zijn daden op zich zelf ongunstig beoordeelden, waren toch be reid om te erkennen, dat hij zich door zijn bedrijvigheid en moed tot aanpakken op zich zelf reeds groote verdiensten had verworven. Het grootste gevaar, de moedeloosheid, was hij met succes te lijf gegaan! In stormachtig tempo tracht Roosevelt den socialen achterstand van de \ereenigde Sta ten in te halen. Hoe groot die achterstand was, blijkt wel daaruit, dat men het algemeen ook bij de tegenstanders van den nieuwen koers een der grootste verdiensten van de N.R.A. vindt, dat zij een einde heeft ge maakt aan het misbruik van kinderarbeid, dat anders niet licht uit te roeien geweest ware In Amerika. Roosevelt gaat nu dus verder op den inge slagen weg. Hij moet trachten de critiek te overwinnen. Of hij daarin slagen zal? Zij komt van alle kanten. Dat vele industrieelen groote bezwaren koesteren, is voldoende bekend. Maar ook de arbeiders zijn, zooals men weet, niet bijster tevreden. Zij zien zich teleurge steld in de verwachting, dat nu het stelsel van collectieve onderhandelingen over het loon voorgoed zou worden gevestigd. Het is met de vrijheid van organisatie niet gegaan, zooals zij het hadden verwacht. Wat de werkloos heid betreft, ook deze is niet overeenkom stig de gekoesterde hoop verminderd. Het is geen wonder, dat het er gestormd heeft na de terugkomst van Roosevelt, schrijft het blad. Miss Perkins, de vrouwelijke minister van arbeid, en Richberg, het hoofd van de Natio nal Emcrgency Council, zijn in opstand ge komen tegen de dictatuur van den kort aange bonden en autocratischen generaal Johnson over de uitvoering van de N.R.A. Zij ver langden o.a. wat ook vele anderen eischen, dat de belanghebbenden, werkgevers zoowel als werknemers, daarin meer medezeggenschap zouden krijgen. Men zou meenen, dat de resul taten van generaal Johnson, en de machteloos heid, die hij heeft vertoond tijdens de afwe zigheid van Roosevelt, het zijn bestrijders vrij gemakkelijk moesten maken. Het heette dan ook, dat hij niet langer alleenheerscher zo'i 2ijn, maar alleen in eere zou worden gehou den als voorzitter van een raad voor de N.R.A. Roosevelt zou in ieder geval niet be reid zijn hem te verloochenen. Wel hebben al lerlei geruchten geloopen van een verlof. Het jongste bericht is nu echter, zooals gezegd, dat hij zou hebben gezegevierd. In den kóp van dit overzicht schreven we, dat deze overwinning Johnson geen windeieren heeft gelegd. De motiveering daarvan vindt men elders in dit nummer in een berichtje, waarin melding wordt gemaakt van de ver hooging van Johnson's salaris van 6 tot 15.000 dollar. Japan zal het vlootverdrag opzeggen Over het vlootverdrag en de opzegging daar van door Japan, is op dzee plaats al meer dan eens geschreven. Het Japansche blad „Asa- hi schrijft nu, dat de japansche regee ring niet officieel besloten heeft het vlootver drag van Washington op te zeggen. Het blad voegt er aan toe, dat de kwestie op 7 of 11 September door het Kabinet officieel beslist zal worden. Zonder twijfel, aldus Reuter, zal het ver drag officieel opgezegd worden, maar het is nog niet beslist, of dit voor of na de vlootbe- sprekingen, welke in October te Londen wor den gehouden, zal plaats hebben. In marine kringen in Japan wil men, dat het verdrag voor die besprekingen opgezegd zal worden. Volgens een ander Reuter-bericht uit Tokio was bij een bespreking tusschen den min.-pre sident, den minister van buitenlandsche zaken en den minister van marine nog geen defini tief besluit gevallen. De instructies voor schout-bij-nacht Yamamoto, den Japanschen gedelegeerde voor de a.s. besprekingen te Londen, zullen half September gereed zijn. Men verwacht, dat de schout-bij-nacht dan naar Londen zal vertrekken. Weer een verdrag dus, dat zijn beteekenis voor de wereld verliezen zal, want als Japan zich losmaakt dan beteekent dat, dat ook de andere mogendheden niet meer gebonden zijn. Het heden is niet rooskleurig, de toekomst dreigend. De toestand in het Verre Oosten blijft on ze aandacht eischen. Hieronder volgde een aantal uitingen van opgewondenheid, die een kijk geven op den geest die er heerscht tus schen Rusland en Japan. Uit Habarofsk wordt gemeld, dat sedert IJ Augustus 54 ambtenaren van den Oost-Chi- neeschen spoorweg, die van Russische natio naliteit zijn, gearresteerd werden. Terwijl in den eersten tijd de arrestaties verricht worden door Mantsjoerijsche politie en wit-gardisten, worden thans de arrestaties openlijk door Ja pansche gendarmerie verricht. Te Habarofski zijn berichten ontvangen omtrent slechte be handeling en wreede martelingen van de gear resteerden. Uit Harbin wordt gemeld, dat de dagbladen hun anti-Russische campagne voortzetten en nieuwe arrestaties eischen, vooral van leidende functionarissen van den spoorweg. Voortdu rend worden gegevens gepubliceerd omtrent samenzweringen en bloedige represailles, die door de Sowjet-Russische burgers zouden worden voorbereid. Het blad Chardinskoe Vermia meldt, dat te Harbin de Japansche vertegenwoordigers van het Mantsjoerijsche ministerie van verkeersmiddelen, Morita, Mori en Sato zijn aangekomen. Volgens het blad zullen belangrijke conferenties gehouden worden door deze vertegenwoordigers met vertegenwoordigers van den Oost-Chinee- schen spoorweg met het doel nieuwe plannen en nieuwe maatregelen uit te werken. Het Japansche dagblad „Charbin Sjimboen" stelt voor het probleem van den Oost-Chi- neeschen spoorweg op te lossen onafhankelijk van de besprekingen te Tokio en uit het Mantsjoerijsche gebied alle Sowjet-onder- danen te verwijderen, teneinde den spoorweg ter beschikking en onder beheer te stellen van de Mantsjoerijsche spoorwegen. DE JOODSCHE WERELD CONFERENTIE IN GENEVE. Prof. Dr. D, Cohen, Secretaris van het Comité voor Bijzondere Joodsche Belan gen, schrijft ons: De verslagen betreffende de J.*.dsche Wereldconferentie, welke te Genève is gehouden, wekken den indruk alsof deze conferentie, of wel het voortdurend in uitzicht gestelde Joodsche wereldcon gres, zou uitgaan van alle Joden ter wereld of althans van de voornaamste organisaties. Deze opvatting is onjuist. De conferentie is op touw gezet door het Comité des Délégations Juives en het American Jewish Congress en de afge vaardigden vertegenwoordigden slechts fracties van de Joodsche bevolking in ver schillende (geenszins alle) landen. De representatieve landelijke organisaties in West-Europa, als het Engelsche Joint Foreign Comittee, het Fransche National de Secours aux réfugiés allemands, het Belgische Comité d'Aide et d'Assistance, de Schweizerischer Israelitischer Gemein- debund, en het Nederlandsch Comité voor Bijzondere Joodsche Belangen nemen er geen deel aan, evenmin als het belang rijke en invloedrijke American Jewish Comittee. De Joodsche Wereldconferentie kan dus geenzins geacht worden den wil van de Joden der wereld uit te drukken, noch nemen de genoemde Joodsche organisaties eenige verantwoordelijkheid op zich voor de door haar genomen besluiten. DRAADLOOZE TEWATERLATING. De proef, tusschen Zuid-Afrika en ons lapd genomen bij de tewaterlating van de Bloemfontein, zal in December tus schen Australië en Engeland herhaald worden. Het hertog van Gloucester, 's Konings derde zoon, die dan m Au stralië vertoeft voor het eeuwfeest van Melbourne, zal op 7 September van Bris- bane uit de Orion te waten laten, een schip van 20,000 ton, dat bij Viekers Armstrong in aanbouw is voor den Au- strallschen maildienst. De prins zal de handeling verrichten op een bijeenkomst van oud-strijders. DE ONDERWIJZERSSALARISSEN TE CHICAGO. De voorzitter van de schoolcommissie van Chicögo, James B. MacCahey, is uit Washington teruggekeerd met een ehèque ten bedrage van 22.365,000 dol lar, bestemd voor uitbetaling van de ach terstallige salarissen van 14.000 onder wijzers. DE OVERWINNING VAN GENERAAL JOHNSON. Zijn salaris meer dan verdubbeld. Dinsdag werd te Washington bekend, dat het salaris van generaal Johnson, den leider van de N. R. A.s die zooals gemeld bij de kwestie van de reorganisatie van dat lichaam juist een overwinning heeft behaald op zijn tegenstanders, met ingang van 1 Juli j.1. van 6 op 15.000 dollar is gejn-acht. Roosevelt heeft deze beslissing genomen, ten einde Johnson een salaris te geven dat meer in overeenstemming is met de waarde van de diensten, welke hij presteert en in verband met de groote uitgaven, die hij uit hoofde van zijn functie gedwongen is te maken. DE ORGANISATIE VAN DEN LANDBOND ONTBONDEN. Volgens een officieel communiqué heeft de staatssecretaris voor de veiligheid, Harnmeistein, de Nationale Landvolkver- eeniging (de vroegere landbondpartij), alsmede den Oostenrijkschen Jungland- uund, welke beide te Weenen gevestigd zijn, ontbonden. Krachtens de verordening houden ook de onderafdelingen der beide ontbonden vereenigingen op te bestaan. Binnenland Maandag is in het ziekenhuis te 's-Her- togenboseh overleden zekere F. v. d. Oord Fzn., uit Ammerzoden, die op de kermis te Haarsteeg Zondagavond was mishandeld. De oorzaak schijnt minne nijd geweest te zijn. Achter het café van Achten aldaar ontstond een vechtpartij, waarbij v. O. met een bierflesch op het hoofd geslagen werd. Toch is hij dien nacht nog naar Ammerzoden gefietst, doch later werd hij zoo onwel, dat de dok ter gewaarschuwd werd, die onmiddel lijke overbrenging naar Den Bosch ge lastte. De politie heeft inmiddels te Haar steeg twee personen gearresteerd, waar van een reeds heeft bekend niet een bierflesch geslagen te hebben. Het onder zoek duurt nog voort. In den loop van den dag zou sectie op het lijk worden verricht. Een handelaar in tweede-hands-automo- bielen woont in een pand aan de Rose- Straat te Rotterdam, één hoog. Boven hem woont een gescheiden vrouw. Bei den hebben al sedert geruimen tijd ru zie. Dinsdagmorgen heeft de handelaar tijdens een twist iets onvriendelijks ge zegd over het uiterlijk der vrouw. Deze werd daarover zoo boos, dat zij een ketel greep en deze naar den buurman wierp. De ketel miste zijn doel, maar de inhoud, kokend water, trof den buurman aan rug en rechterarm. De man is dusdanig gewond, dat hij naar het ziekenhuis aan den Coolsingel moest worden vervoerd. Tegen de vrouw is proces-verbaal op gemaakt. Kwaadwilligheid in het spel? Dinsdagmiddag half 4 werd brand ont dekt in het dennenbosch nabij het onder Ermelo bebouwde gedeelte De Dennen kamp. Onmiddellijk werd de boschbrand weer gewaarschuwd, die met behulp van politie en vrijwilligers het vuur bestreed. Het bosch bestond uit hooge dennen. Daaronder lag veel dood hout, hetgeen uitermate brandbaar was. Een gedeelte van ongeveer 2 H.A. stond spoedig in lichter laaie en tot ver in den omtrek was het vuur en waren de rookwolken te zien. De huizen van De Dennenkamp liepen op een gegeven moment zelfs ge vaar, doch met vereende kracht slaagde men er tenslotte in, den boschbrand te stuiten en verder onheil te voorkomen. Omstreeks half 5 brak op eenige kilo meters van het verbrande gedeelte,even eens onder Ermelo, een tweede bosch brand uit, doch de boschbrandweer was hier snel bij en kon het vuur in den aanvang meester worden. Zoowel bij den Dennenkamp als op het tweede gedeelte heeft men bij een inge steld onderzoek lonten gevonden,zoodat men aanneemt met kwaadwilligheid te doen te hebben. Een onderzoek wordt ingesteld. Een stuurman, die niets van varen wist, een marconist, die niet seinen kon en een reiziger, die niet aankwam. Eenigen tijd geleden kwam op het kan toor van een reederij te dezer stede een jongeman, die vroeg, of men geen plaats voor hem had als stuurman. Toevallig had deze reederij juist een schip in Londen lig gen, waarvan de tweede stuurman ziek was geworden, zoodat er inderdaad een tijdelijke vacature was. Men vroeg den jongeman, of hij „voldoende" had, om als tweede stuurman te kunnen varen, waarop de jongeman bevestigend antwoordde. Voorts vroeg men hem, of hij een certi ficaat draadlooze had, want de tweede stuurman moest tevens als marconist kun nen fungeeren, Ook dat had de jongeman, althans, zoo zeide hij. Men verschafte hem daarop reisgeld en zei hem zoo snel moge lijk naar Londen te gaan, zich daar bij den kapitein te melden en monsteren, want het schip lag vaarklaar. De jongeman kwam inderdaad den volgenden morgen bij den kapitein, die inmiddels al telegrafisch op de hoogte was gesteld. De kapitein ging met den jongeman, die de 23-jarige N. H. bleek te zijn, naar den Nederlandschen consul om voor dezen te monsteren. Op het kantoor van den consul vroeg deze naar de papieren van den adspirant-stuur- man. Deze tastte in zijn zak en legde eenrijbewijs over. De consul zei, dat hij daar niets aan had. H, antwoordde, dat het hem erg speet, maar dat hij in zijn haast, om gauw naar Londen te reizen, zijn diploma's te Rotterdam had laten lig gen. Omdat de tijd drong, het schip moest denzelfden dag nog vertrekken, werd bij wijze van uitzondering toen zoo maar ge monsterd, waarna de kapitein met zijn nieuwen tweeden stuurman naar boord terugkeerde, waar hij hem terstond de radiohut toonde. H. verdween in deze hut, waarop de kapitein, die zelf in het bezit is van een certificaat-marconie, een aller zonderlingst gestommel in die hut hoorde. Hij ging eens kijken en trof zijn stuurman aan, die allerlei zonderlinge manipulaties met de toestellen verrichtte. De verbaasde gezagvoerder vroeg, wat of de man uit voerde en toen vertelde H. dat hij heele- maal niets van het bedienen van een radio toestel afwist. Hij had dat van het certi ficaat maar gezegd, omdat hij zoo graag weer aan den slag wilde komen en omdat hij bang was geweest, dat als hij had ge zegd, niets van radio af te weten, het schip niet had kunnen krijgen. De kapitein zei een heeleboel onvriendelijke dingen, welke hier niet ter zake dienen, stuurde den stuurman de radiohut uit en sloot deze hut af, want volgens de bepalingen mag de kapitein niet als marconist fungeeren, be halve in gevallen van nood. Aangezien geen der andere stuurlieden een certificaat marconist had, moest het schip het dus op deze reis maar zonder radio stellen. Inmiddels werd het sein tot vertrek ge geven en het schip koos zee, Nóg was men in het zich van de Engelsche kust, of de euilleton O Uit het Amerikaanse!"). 17) »En daarna," ging hij voort, „verscheen Plotseling op het tooneel, de hemel mo- £e weten, waar vandaan. Door zijn manier van kijken zette hij ®e'i vraagteeken achter dien eenvoudi- eftn laatsten zin. Sally kreeg een schok van schrik oor hoofd was een wirwar van impul sieve gedachten, die ze niet meer te rege- ®b wist, waartegenover ze machteloos Zou ze alles bekennen of zou ze P'obeeren zich eruit te liegen? Moest ze dit handig bedachte en zeer geloofwaardig-klinkende verhaal zoo maar oetstoots gelooven of moest ze het als "o i knappe fantasie en niets mee be schouwen? Als (je man tegenover haar inderdaad 'is, wat hij beweerde te zijn, dan zou hij 'lrii' geleende plunje toch als het eigen- o0fVan z'-'n zuster moeten herkennen! schoon...neen, dat behoefde eigenlijk 'p. mannen hadden gewoonlijk zoo eniig verstand van en zoo weinig oog oor vrouwenkleeren; als hun aandacht Per sé op gevestigd werd, vonden ze m 1 lopon of iets anders mooi of leeliik, 'aar verder ze waren het vergeten 'J'0 ze het niet meer zagen. En de uit- n_ 'iv"i(, garderobe, die ze gezien had in imerking genomen was het den man kwalijk te nemen, dat hfi één kleedingstuk daaruit niet herkende? En wat ziin ver haal aanging, ze kreeg den indruk, dat hü de waarheid zat te vertellen blijk baar begreep hij evenmin iets van haar als zü van hem. Maar ana den anderen kant gesteld dat alles een keurig in elkaar gezette één- akter was! 't Kon ziin, maar niettegenstaande dat behield het verlangen, om alles te beken nen en dan de gevolgen te dragen, den boventoon. „Ik ben bang begon ze kleintjes, terwijl ze angstig naar hem opkeek. „Dat hoeft niet absoluut geen reden voor, voor zoover ik tenminste weet", viel hij haar sussend in de rede, maar zonder zijn scherpen blik van haar af te wenden. „Dat komt omdat u niet begrijpt Aarzelend hield ze op een paar oogenblikken keek ze hem nog onzeker aan, toen zuchtte ze geresigneerd en be gon: ,,'t Geeft toch nietsbekennen, dat is het eenige, dat er voor mij over schiet. Ik ben vanavond geweest, mr. Sa- vage, wat u niet bent geweest." „Dat klinkt als een raadseltje: ik zie ik zie wat üi niet ziet. En de oplossing? „U heeft vanavond maar gedaan alsol, u bent een surrogaat geweest. Ik daaren tegen het echte artikel, een doodgewone dief. Neen, laat me liever uitspreken 't gaat gemakkelijker, als u me met m de rede valt. Goed, ik zal u vertellen, hoe ik heet, ofschoon mijn naam u niets zeggen zal. Ik ben een doodgewoon iemand, een winkeljuffrouw zonder werk, barah Man vers heet ik. „Maar dat i* geen verklaring.... Neen. dat is de inleiding - de ver klaring komt nu. Ik woon in 't zeilde blo huizen als u natuurlijk aan 't andere einde een van de laatste huizen van Lexington Avenue op atelier de an dere twee waren weg. En nu, hoe 't gekomen is. Vanmiddag was 't zoo warm en benauwd en eenzaam in 't atelier de andere twee waren op weg en toen dacht ik, dat 't boven op het dak misschien koeler zou zijn. We hebben daar een paar stoelen staan, door de warmte ben ik er in slaap gevallen en toen ben ik wakker geregend die on weersbui was in vollen gang. En ik wist me geen raad, want iemand had het dak raam dichtgedaan en toen heb ik alle da ken afgezocht. Ik dacht: ergens zal ik toch wel een open dakraam vinden, maar eerst had ik pech en toen opeens, toen ik maar weer om wilde keeren, vond ik er een dat was uw huis, en ik was zoo bang voor het weerlicht, dat ik niet meer wist wat ik deed. Ik zette me over den rand heen en klom naar beneden en ,,'t Verstandigste wat u onder de gege ven omstandigheden doen kon", viel de man met 't blauwe colberteostuum haar in de rede. Maar zij had zijn woorden nauwelijks gehoord, verdiept in haar eigen herinne ring ging ze door: „en toen heb ik een soort van onderzoekingstocht door het heele huis gedaan, maar er was niemand en ik voelde me zoo afschuwelijk, zoo koud en armoedig in m'n natte kleeren.. en toen werd de verleiding me te sterk, alles zag er zoo aanlokkelijk uit.ik besloot een had te nemen en wat kleeren te leenen tot de mijne droog waren. En toen kwam er een gedachte bij me op. Met een verlegen gezicht hield ze zich opeens stil.... ze begreep, hoe moeilijk het zou zijn, om een ander te doen geloc- ven, dat het werkelijk haar intentie ge weest was, om de kleeren terug te sturen, na een soort van nachtelijke excursie, op jacht naar avonturen, een product van haar fantasie, ingegeven door haar ver langen naar iets anders dan 't heel ge wone, dat ze nu ten slotte zelf zag als iets fantastisch, iets, dat natuurlijk op iets geheel anders dan bevrediging van haar verlangen uitgeloopen zou ziin. Neen over die quaestie kon ze niet met een wild vreemd iemand spreken, en daarom, om haar aarzeling te bedekken, sprak ze ge jaagd voort. „En toen toen ik weg wilde gaan, hoorde ik voetstappen op 't dak. Ik had het dakraam wel dicht gedaan, maar toch was ik bang doodsbang. Toen dacht ik, dan maar door de voordeur ik zoo zacht mogelijk de trap af en toen toen zag ik 't licht in de bibliotheek en.... en dat is alles." Vol verwachting, met een opgewonden licht in haar oogen, keek ze haar metgezel aan toen er nite dadelijk een antwoord /■wam, voegde ze er op eenigszins uitda- genden toon aan toe: „Nu weet u alles alles!" De man in 't. blauw schrok op, alsof liij aan geheel andere dingen had zitten denken. „Maar waarom noemt u u zelf een dief of liever dievegge alleen voor dat!" „Omdat.... omdat...." In haar ijver, om hem alles begrijpelijk te maken, viel ze over haar woorden, „omdat 't het aller beste is, om feiten maar flink onder de oogen te zien: in mijn binnenste binnenste was ik dievegge. O, natuurlijk gaat u nu edelmoedig doen u gaat me nu vei tel len, dat u er zeker van bont, dat ik die kleeren alleen maar wilde leenen en dat ik, heuseh, alles teruggestuurd zou heb ben, enz. Maar dat is de waarheid niet de waarheid is, dat ik gestolen heb, en dat ik nooit, eerlijk, van plan geweest ben, om de kleeren terug te sturen. In 't begin, jamissehien toen nog wel, maar toen ik ze eenmaal aan had neen, ab soluut niet! Ik heb het me zelf wel wijs gemaakt, en ik heb die suggestie ook werkelijk geloofd, maar in den grond van mijn hart, neen, geen klein, klein oogen- blik hen ik het werkelijk, eerlijk, oprecht van plan geweest. En dus ben ik niet alleen een dievegge, maar ook een leuge naarster." ,Kom, kom," viel de man in 't blauw haar kalmeerend in de rede, terwijl hij achterover in zijn stoel ging zitten en haar oplettend aankeek.. „Kom, met dat afkammen van u zelf bereikt u niets." „Goed laat ik dan zoo zeggen: alles wat ik verteld heb, is waar, behalve dat woord: leenen! en dat is op zichzelf een leugen, groot genoeg om de waarheid van al 't andere te doen eclipseeren.... Maar dat begrijpt u niet, dat kunt u niet begrijpen! Daarvoor bent u een „man". En die kunnen niet begrijpen wat het zeggen wil om te snakken naar kleeren, om te hongeren naar iets behoorlijks om aan te trekken zooals ik jaren lang gedana heb en u zoaols iedereen, die tot de categorie winkeljuffrouwen behoort, haar heele leven doet." „Misschien begrijp ik er meer van, dan u denkt," gaf de man aan den over kant van de tafel met een eigenaardige uitdrukking in zijn oogen ten antwoord. „Ik weet, hoe u zich voelen moet, want ik ben het er niet mee eens, dat alleen winkeljuffrouwen het privilege hebben om het onbereikbare te verlangen. Ande re menschen weten ook, wat het betee kent te hongeren, al is 't dan niet naar kleeren, zooals u doet." „Ik, maar...." begon ze aarzelend, in een echt vrouwelijke poging om zijn ar gument, waartegen ze feitelijk niets in te brengen wist, toch te weerleggen. „Maar dat van mij is iets anders ik heb nooit, nooit iets gehad. Kunt u zich erin denken, wat het is om van 's morgens acht tot 's avonds zes en dikwijls nog later te moeten werken, zes wagen in de week en op een salaris, met behulp waarvan je niet in 't leven kunt blijven, als je zoo'n bestaan ten minste leven noemt! Weet u wel, dat ik nu al ln tien jaar niet buiten geweest ben, de zee niet gezien heb uitstapjes naar Coney? twee of drie keer op zijn hoogst, boven op volgepropte auto-bussen. Jawel, ik had vrijen tijd genoeg, maar alleen als ik bui ten werk was. N et hoogste salaris, wat ik verdiend heb is tien dollar geweest, en dat was een uitzondering, in den drukken tijd, hoogstens twee of drie weken ach tereen. Ik heb moeten leven op vijf, ik heb moeten leven van giften en gaven; weken achtereen heb ik van de goed- geefschheid van m'n twee kamergenooten moeten bestaan. Begrijpt u nu, dat 't me onmogelijk was om de verleiding te weer staan, toen ik me daar opeens, op dien grooten spiegel, behoorlijk gekleed zag staan, en dat, terwijl ik wist, of dacht te weten, dat ik ongehinderd weg kon komen Waar ik heen moest, in deze kleeren en met geen cent op zak dat wist ik niet; maar dat ik wegging en nooit, nooit meer terug zou komen, dat stond vast.. „Groote hemel, wat een toestand", zeide de man zachtjes. „Dom kind, dat je bent...;" (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 1