ipe Nederlandsche jeugd en de Marine. Esn enthousiast pleidooi voor het behoud van onze zelfstandigheid. GEMENGD NIEUWS Villabrand te Epe. Kleinhandelaaar van ouden adel. Inbraak te Haarlem. Dolle schietpartij in een woonwagenkamp. Brutale roofoverval te Alkmaar. Brand in de Cunerakerk te Rhenen. Auto te water bij Schalkwijk. Verdronken. Engelsch jacht vergaan. De doodslag bij Kerkrade HELDERSCHE COURANT VAN DINSDAG 4 SEPTEMBER 1934. t DEMONSTRATIE TE SCHEVENINGEN. (Van onzen eigen verslaggever) «cheveningen en Den Haag staan van- i (T in het teeken van de Marine en dat 7>< d Nederland, het land van zeevaar- door de zee groot geworden, kan .t «enocg herinnerd worden aan het fpTt dat een Marine geen overbodige weel- L Nederland heeft zyn Marine noodig, „t Nederland moet Nederland blijven. 'wV)veral in de geheele wereld knauwt de •lSiS ook m Nederland en toch is Hol- f.'.'d te midden der overige natiën als een dorado, als een oase in de woestijn. Ne derland heeft een Regeering, die eerbied afdwingt. In ons land is gewetensvrijheid gewaarborgd. Onze lage landen aan zee steken wat eerbiediging van overtuiging betreft torenhoog boven vele andere lan den uit. Hier niet de wil van één, die de creteert, die als ware hij onfeilbaar, mil- lioenen zijn wil oplegt. Dat kan, dat wil liet volk van Nederland niet. Nederland wjl vrij geregeerd worden. Eeuwenlang is (het zichzelf gebleven. Je Maintiendrai. Het zal de Nederlandsche vrijheid hand haven. Niet door aanval, door machts wellust, maar door zijn rechten te Verde digen als het mocht worden aangevallen, erT daarvoor heeft het, zeer zeker de Ma rine noodig, de Marine, die niet alleen tot taak heeft zee-Nederland te beschermen, jnaar «uk in de Oost tot in verafgelegen deelen de eer van Nederland naar de tra ditie der ouden moet verdedigen. Geen ongezond chauvinisme mogen wü opwekken, ook geen hartstochten opzwe pen, wij mogen niet lijden aan zelfver heerlijking, dat wij zooveel beter zijn dan andere volken. Wèl moeten wij onze ge hechtheid toonen aan het land, waar wij het levenslicht aanschouwden, want Ne derland is ondanks alles, een ideaal plekje op aarde, dat wü niet door vreemde krach ten, die onzen aard niet kennen, mogen laten overheerschen. Daaruit hebben wii, vrije Nederlanders, de consequentie te trekken, dat, willen wij ons vrije Neder land tegen landhongerenden, naar ex pansie zoekenden beschermen, wii de Ma rine als belangrijk instituut voor verde diging van Nederland hebben hoog te houden. Een Marinedag in Scheveningen I) rarbü mag de Nederlandsche marine- ki ■uit, de „Heldersche", niet ontbreken. Als wij op Scheveningen aankomen, triest een motregen over de straat en een gure herfstwind waait over pleinen en straten, huiverend loopen velen in dunne regenjassen. Maar in de groote zaal van het Kurliaus df r is warmte, geestdrift. ">e groote zaal, feestelijk versierd met na ionale vlaggen, is tot den nok toe ge vuld. Duizenden en nogmaals duizenden Nederlanders zijn hier tezamen gekomen om te getuigen van hun liefde voor de vl otde Nederlandsche Marine. Onder de aanwezigen merken wii vele vo «aanstaande Nederlanders op. De ka rakteristieke figuur van den Minister van Defensie, dr. Deckers, Generaal Snijders. Verder zyn aanwezig admiraals Brutel de la Rivière, De Graaff, Hoog, Surie. Ook onze nieuwbenoemde Commandant van de Marine, Schout-bii-Nacht Kruijs, zien wii tusschen de genoodigden. Nadat het orgel van het Kurhaus zich Heeft doen hooren, betreedt de Vaandel- wacht met vele en kleurige banieren het tooneel. Te midden van hen verschijnt de Voorzitter van de afdeeling Den Haag. Welkomstwoord van den heer Bautz. i De voorzitter van de afdeeling, de heer Th. M. Bautz, heette allen hartelijk wel kom en bracht in het bijzonder dank aan <Dn minister van defensie voor zijn groote welwillendheid by de voorbereiding van bezen marinedag. Voorts richtte spr. zich 111 °t een bijzonder woord van welkom tot fceneraal Snijders, die altijd waakzaam is geweest voor onze weermacht en voor 'and in het algemeen. Spr. uitte zijn atkeuring over een dezen middag ver spreid pamflet van N. S. B.-ers, waarin jet aftreden van den minister van defensie werd verlangd. Ge weermacht aldus spr. kan zich zekerd weten dat wij achter haar staan. °g deelde spr. mede, dat een telegram an instemming was ontvangen van het .''bestuur van de Ver. van onderoffi- .'eri'n bij de zeemacht. Wjj, nationaal J 'Jgeren, zoo eindigde spr., hebben een rpifVfSt Ke'°°f 'ri ons 'an(D Hat wij ge- (lh'ee,If' W(,*en door iemand, die onze pste verkering heeft en die door de !L ®®'e wereld als een groot Vorstin Zuil™ ^ken.<1- (Langdurig applaus). Wy n Wranje verdedigen tot in den dood. zongen ens werd Wilhelmus ge- 'Jaarop sprak minister Deckers de ope- ningsrede uit. Openingsrede minister Deckers. feu«io^n rede zcide de Minister van De- doe 111 r* dr. L. N. Deckers, dat het toocli/811 dezen dag geen ander was en Velen *?zen.>. dan de aanwezigen en de Wel tó Nederland, in het Rijk "West V(;n''aan, in Europa, in Oost en in te 'met z'°h vereenigd wisten, nader bch,, jyj^j11 'ot de Koninklijke Nederiand- deinu.J sde. dat Nederland een deug- Oecoim, rtlar'ne "iet kan ontberen. De met fPihS- 'le s^rUd wordt door vele landen Oersterk- 1(1 gevoerd; schier alom volgt den vooVng V8n ('0 weermac'lt hem op ïtand^.' a'dus spr., overtuigde voor- zU'i van internationale gelyk- tijdige vermindering der bewapening en wij blijven hopen op succes van den arbeid op dit terrein, moeten wy in het belang van land en volk rekening houden met do mogelijkheid, dat voor of na de strijd ons wordt opgedrongen. Dat is geen pes simisme, dat is beleid. Wjj moeten in staat zijn de onafhankelijkheid van ons rijk, hier en overzee, te beschermen. Geen deel er van mag aan zijn lot worden overgelaten. Als offers gevraagd worden voor de weermacht, overwege men daarenboven de groote beteekenis van haar preventieve waarde, die in 1914 is gebleken. Zy is thans niet minder dan toen. Onze weer- kracht moeten wij behouden. Dit staat een goede staatsoeconomie geenszins in den weg. In zulk een weerkracht is de marine onmisbaar, zoowel voor de ver dediging van onze vaderlandsche kust als voor het verre Oosten. De bescherming van Indië, de handhaving van zyn neu traliteit is zonder marine niet denkbaar. Hat wij ondanks alle oeconomische moeilijkheden en de zware slagen, die ook op ons zijn neergekomen, nog zijn wat wij zijn en een weerstandsvermogen bezitten, ons door velen benijd, danken wij voor een goed deel aan Indië. Dat Nederland en Indië één blijven is het belang van land en volk hier zoowel als ginds, is ook in het belang van den wereldvrede. Het is in dienst van deze eenheid, dat de marine staat, en hij die dit beseft, gelijk wij het beseffen, geeft de marine zijn belangstelling, zijn steun en zyn liefde. Een marine, die zich ge dragen weeti door de belangstelling van het volk, zal dit volk met opgewektheid dienen. Deze marinedag worde dan, besloot spr. met medewerking van u allen, hoorders hier en hoorders verre buiten deze zaal, een nationale dag in den rijksten zin. Een dag van zedelüke versterking der Nederlandsche weermacht. Met deze woorden en den uitroep leve de Koninklijke marine verklaarde spr. de bijeenkomst geopend. Rede kapitein ter zee Ferwerda. Daarna was het woord aan den kapitein ter zee H. Eerwerda, commandant van het vliegkamp De Kooy. Spr. gevoelde zich hier de trait d'union tusschen de oorlogsschepen, welke op dat moment opstoomden van Den Helder naar Sche veningen om straks voor de kust van Scheveningen te verschijnen eenerzijds en het N. J. V. anderzijds. Hy gaf de ver- zèkering, dat het de Kon. Marine in haar geheel uitermate goed deed, dat het N.J.V. aan haar dezen dag had gewijd. Spr. herinnerde aan de fiere woorden, door de Koningin op 9 September 1933 in het Stadion te Amsterdam gesproken. „Wij willen ons zelf blijven", woorden van eenzelfde zuiver gehalte als onze wapenspreuk: „Je Maintiendrai", woorden die zoo goed passen in en geheel over eenstemmen met de politiek van zelfstan digheid en afzijdigheid van de Neder landsche regeering, waarvan zoo menige regeeringsverklaring heeft getuigd. Om in een wereld, zooals die zich thans aan ons toont, onszelf te kunnen blyven, dient onder het oog te worden gezien, dat de mogelijkheid niet is uit gesloten, dat wij gedrongen kunnen wor den, in een ernstig en gevaarlijk conflict met anderen. Spr. gaf vervolgens een schets van de internationale situatie en wees er o.a. op, dat een eventueel conflict in den Pacific in hoofdzaak ter zee zal moeten worden beslecht. Tenslotte hield prof. jhr. mr. B. C. de Savornin Lohman een redevoering. Rede prof. jhr. mr. B. C. de Savornin Lohman. Spr. richtte zich allereerst tegen wat hij noemde de drogredenen der ontwa- penaars. Hij noemde het argument, dat de de fensie de groote slokop is, onwaarachtig. Vergeleken met andere landen, ook b.v. Denemarken, geeft toch Nederland per hoofd en per jaar verreweg het minste uit voor de land- en luchtmacht. Ook daalde de begrooting van Defensie van 140 tot 88 millioen, en werd in tien jaar 35 pet. op de militaire uitgaven bezui nigd. In ongeveer vijf jaar daalden de uitgaven voor het materieel der zeemacht en der rijkswerven van I6V2 millioen tot ruim 9 millioen. Vergelyk daarmede de andere departementen. Men begint zich meer en meer af te vragen, of het nu niet eindelijk tijd wordt om elders naar bezuinigmgsobjecten uit te zien, temeer omdat alleen bij de de fensie bezuiniging beneden een bepaalde grens datgene wat er overblijft waarde loos maakt. Een drogreden is ook, dat Genève en de Volkenbond de landsverdediging over bodig maken. Andere landen, ook kleine als Zwitser land en Denemarken, breiden ondanks Genève, na de mislukking van Lausanne, hun bewapening uit. Een derde drogrede is, dat een weerbaar Nederland den oorlog aantrekt. Èn voor Nederland èn voor Indie is juist het tegendeel waar. Ten slotte nog een drogreden: wy kunnen toch niets tegen de groote legers en vloten en voorts, wat in het byzonder voor Indië zou gelden, niet in onze weermacht, maar in de ja loezie der groote mogendheden ligt onze ^Drogredenen der lamlendigheid noemt spr. deze defaitistische argumenten, die bovendien van onwaarschynlyke onder stellingen uitgaan, omdat het gevaar niet zoozeer is poging tot annexatie van Ne derland of tot roof van Indië, maar de kwetsbaarheid onzer geografische situatie bij een oorlog tusschen groote mogend heden in het Westen of in het verre Oosten, waarbij ook een klein leger en een kleine vloot den doorslag kunnen geven, zoodat vergelijkingen b.v. tusschen de Japansche en de Nederlandsche vloot absurd zijn. Wel moet onze vloot zoo sterk zijn, dat degene, die b.v. onze oliehavens zou willen bezetten, daarvoor een grooter eskader zou moeten afzonderen, dan hy kan missen en dat is zeer wel mogelijk. Ook voor de valschheid van deze drog redenen begint ons volk meer oog te krijgen. De kentering is echter nog te eenzijdig, omdat te veel alleen op de landmacht wordt gelet. Op zichzelf uitnemend, maar men zie niet over het hoofd de hoogst- belangrijke functie van de vloot. In Nederland vergete men het vooral ook in de naaste toekomst niet by de kustverdediging. Maar in Indië als hoofdwapen, gesteund door de luchtmacht en het Indische leger. Spr. voert in dit verband een pleidooi voor de rykseenheid, waarbij hij wijstop het vrijwel verstommen van de leuze: „Indië los van Nederland" en op de hooge roeping van Nederland, centrum van een wereldrijk, ter handhaving van de Pax Neerlandica in Indië en in de Pacific. Een flinke, harmonisch samengestelde vloot is in het Oosten een gewichtige pacificeerende factor wat vooral thans van het grootste belang is, daar de toe stand aldaar volgens velen nog onrust barender is dan in het Westen. Het afbouwen onzer vloot volgens het vastgestelde plan mag niet beginnen te gelijken op een vertraagde film. Van nu aan geldemet vollen stoom vooruit. Wij kunnen, zoo houdt men ons voor, de drooglegging der Zuiderzee financieren, zouden wy dan niet een vloot die er zyn mag kunnen bekostigen Van papieren plannen trekt het buitenland zich niets aanwel van de daad. Spr. meent dat de aandacht van de natie op deze dingen moet worden gevestigd. Daarom wenschte hij het Nat. Jong. Verbond geluk met het organiseeren van dezen Marinedag als aanloop voor een krachtige propaganda voor een deugde lijke vloot, waarby hy zich beroept op „een stem van voor den mast" in het orgaan „Onze Vloot" ouder het motto: „Nederland paraat!" Besluitende wees hy op het glorieus verleden onzer Marine. De geest van onze zeehelden kan ook een kleine vloot als de huidige bezielen. Maar dan mag ook van de Nederland sche vegeering en Staten-Generaal en van het Nederlandsche volk worden verwacht, dat verzamelen worde geblazen onder de leuze: „Voor de Marine: geen afbraak, maar afbouw en opbouw". Handelen wij naar dit parool, dan, maar ook alleen dan hebben wij het recht de vloot te begroeten met den jubelkreet: „Hoezee, driewerf hoezee voor Harer Majesteits Marine." De maaltijd. Hiermede was het officieele gedeelte afgeloopen en deden denationaal Jongeren onder deskundige leiding van de marine een aanval op de potten van Egypte, pardon van het Grand Hotel. Keurig zag de eetzaal er uit, overal of tafel stond een keur van spijs en drank. Broederlyk zat leger en vloot zich te versterken maar ook de burgers, lieten zich in het versterken niet onbetuigd. Een hoeraatje ging op, toen medege deeld werd dat de Hertog Hendrik in zicht was. De maaltyd werd gekruid met de noodige speechen doch aangezien de speciale verslaggever van de Helder sche Courant zorgen moet, dat deze copy op tijd verzonden moet worden kon hy niet alles verslaan. Terwijl de anderen zich zaten te ver sterken zat hy in gedachten verzonken zijn vingers blauw te schrijven. Een stille natte herfstavond begint te duisteren over Scheveningen. Op den boulevard en het strand. Op den boulevard en 't strand, in 't kurhaus lijkt 't wel of 't mid-zomer is. Duizenden, neen tienduizenden bewegen zich over strand en boulevard. De terras sen van de café's zitten tjokvol. Scheve ningen maakt goede zaken, niettegen staande een troostelooze motregen neer daalt. Toch heerscht onder die duizendkop pige menigte een opgewekte stemming. Wij in Den Helder kennen die stemming als taptoestemming. De marinebooten uit Den Helder liggen nu tegenover de Scheveningsche boule vard. Helblauw schijnen de lichtbundels van de zoeklichten door de duistere avond lucht. Aller oogen zijn gericht op de Heldersche marine, die oefeningen houdt. Voor ons Helderschen als heel gewoon, maar velen die hier momenteel in Sche veningen zyn kenden tot nu toe de marine alleen by naam. Vandaag echter is 't in Den Haag en Scheveningen al marine wat de klok slaat. De „Hertog Hendrik", „Piet Hein", K XVI en XVII zyn langs de pier gestoomd in Z.w. richting. Drie mijl voorbij de pier keeren ze om en stoomen in N.o. richting terug. Nu is het verband verbroken en de „Hendrik" en „Piet Hein" ankeren in de nabijheid van Scheveningen. De onderzeebooten hebben zich, na het verbreken van het verband, naar vol doende diepte begeven en demonstreeren daar eenige malen het boven- en onder water varen. Dat gebeurt allemaal op zee en alles wordt met interesse door de menschen gade geslagen. Om half negen beginnen de „Hendrik" en de „Piet Hein" seinoefeningen te hou den, daarna doet de „Piet" een schyn- aanval en lanceeroefening op de „Hen drik". De vaandelwacht trekt voorbij. 9 uur. De vaandelwacht en devlaggen- compagnie trekt met de N. J. V.band langs de boulevard en dan is voor een oogen- blik weer alle belangstelling voor de lun 1 rotten. Als een lange lichtende rij trekken honderden fakkeldragers en draagsters van den zeekant komende, over de bou levard. Het is een fantastisch gezicht, die grillige verlichting tegen de donkerzwarte avondhemel. Geheimzinnig walmen de toortsen, als iets uit een ver grijs ver leden doen zy aan tegen de duizendkaars- booglampen der groote boulevardhotels, en dan valt plotseling een stilte... De Marine-taptoe. 10 30 uur. De taptoe van de Marine. De taptoe die wij kennen, die wy zoo vaak in stille ontroering hebben beluisterd aan het havenhoofdfyn trillen de klanken op van de pijpers, dan als het kweelen van nachtegalen is hun geluid 11a het luide hoorngeschal der trompetten. Als het oude Wilhelmus met fijne fluit- trillers hoog boven de duizendkoppige menigte geblazen wordt, staan allen als één man van hun zetel, ontblooten het hoofd en in de nachtelyke stilte staan devoot en stil de mensehen. Een wonder- schoone aanblik biedt de 1111 geheel niet duizenden electrische lampen verlichte Pier. Hoog op hun paarden schimmen de bereden agenten moeite hebben zy om de afzetting te bewaren. Het is byna half twaalf als de defileermarsch uit is ga ik naar het station. Duizenden staan hier in de hallen op de laatste trein te wachten. Ik heb nog vijf minuten en zet mij haastig aan een tafeltje, om dit verslag af te pennen. Plots davert het station van handgeklap en luide bravo's. Ik wend my om De marinemannen en mariniers, die de taptoe geblazen hebben, komen binnen. Hen geldt deze spontane hulde. Scheveningen heeft waardig de marine, de Heldersche, de Nederlandsche marine gehuldigd. De hemel geve, dat het altijd vreedzaam spel moge blijven, dat Nederland nooit in een toestand zal ko men, waarin het noodig is de marine als machtsinstrument te gebruiken. Binnenland De villa Taman Sari aan den Heerder- weg te Epe is gisterenmorgen door brand verwoest. In de villa was dezen zomer door de familie Hoekstra-Nies waag een rusthuis gevestigd. De laatste herstelde gast was Zaterdag vertrokken. De brand is ontstaan in de bovenver dieping, vermoedelijk dooreen lek in den schoorsteen, waardoor het rieten dak in brand vloog. De brandspuit was spoedig ter plaatse, maar kon niet verhinderen dat het gebouw geheel uitbrandde. Een klein deel van den inboedel is ge red. Huis en inboedel waren verzekerd. ;De burgemeester eener Overysselsche gemeente, iemand van ouden adel, kreeg dezer dagen bezoek van gasten, die zich bij den maaltyd in het byzonder de aard appelen goed lieten smaken. De gastvrije en vriendelijke magistraat, die de aard appelen zelf had verbouwd, besloot der halve, zyn gasten eenige 'proefjes* 11a te sturen, doch ondervond, dat zelfs het geven van geschenken tegenwoordig bij de vele crisismaatregelen niet zoo ge makkelijk meer is. De tuinbaas, die den zak met aardappelen zou wegbrengen, maakte hem er op attent, dat een ver- vóervergunning noodzakelijk was. Ten slotte bleek, dat de burgemeester zich moest laten inschrijven als kleinhande laar in aardappelen... De inbreker, die gemaskerd was, is ontkomen. Een inbreker is in den nacht van Zaterdag op Zondag op uiterst brutale wijze te werk gegaan in de woning van dén heer T., opzichter van een woning- bouwvereeniging, wonende in de Eiken straat te Haarlem-Noord. Om kwartover vipr werd de heer T. wakker door het scjhijnsel van een zaklantaarn in zijn slaapkamer. Hij sprong zijn bed uit en zag een zwart gemaskerde gedaante, die ijlings de trap afrende. De heer T. ging hem na, maar toen hij beneden kwam was de gedaante spoorloos verdwenen. De bewoner opende de voordeur en riep om hulp, hetgeen gehoord werd door twïee personen, die de politie waar schuwden. [Ondertusschen stelde de heer T. een oijderzoek in zijn woning in. Het bleek hem, dat de gemaskerde bezoeker binnen gekomen was door aan de achterzijde eep keukendeur open te breken. Hij had hét geheele huis doorzocht. Een kast in een kantoortje had hij met een schroeven draaier opengebroken. Een blikken trom- mèl, welke in deze kast stond was even eens geopend, doch bevatte niets wat den inbreker interesseerde. De trommel heeft hij daarna op een zonderlinge plaats, n.1. in een kippenren in den tuin gede- pdneerd. Hoewel de bewoners te bed iajjjen heeft de gemaskerde bezoeker ook de slaapkamer doorzocht. jUit een linnenkast had hij een geld kistje gehaald en dit op den grond klaar gezet om mee te nemen. Deze moeite zon overigens vergeefsch zijn geweest, want het kistje was leeg. Op een stoel naiast het bed lag een handtaschje onder eefiige kleedingstukken. Zonder de be- wóners in hun slaap te storen heeft de inbreker kans gezien dit taschje onder dej kleeren weg te nemen. Het bevatte f io aan kleingeld. De inbreker heeft het huis door de keukendeur verlaten. Daar heeft hij zijn masker verloren. Hij is vervolgens gevlucht over een ruim twee meter hoogen muur, waarna hij in de Beukenstraat kwam. Verscheidene gewonden. In het woonwagenkamp te Grave in N.-Br. heeft Zondagmorgen een hevige vechtpartij plaats gehad, waarbij vier per sonen zijn gewond. De aanleiding was een veete tusschen de families van E. en R., die in het kamp verblijf houden. Reeds meermalen is het woonwagenkamp in op schudding gebracht door oneenigheid tus- leden van beide genoemde families, die fel op elkaar gebeten zijn, en ook thans was dit weer het geval. Er ontstond een woor denwisseling, die weldra in een hoogloo- penden twist ontaardde en tenslotte in een handgemeen eindigde. Bij deze vechtpartij liep de 46-jarige S. van E. een ernstige verwonding aan het schedeldak op, welke met een knuppel moet zijn toegebracht. Hiermee was de strijd echter allerminst beslecht. Door het gebeurde waren de gemoederen in beroe ring gebracht en de familieleden van den getroffene zonnen op wraak. Er vormden zich. twee partijen, die elkander als dollen te lijf gingen. De vechtersbazen, die voor zien waren van jachtgeweren en revol vers, maakten van hun wapens gebruik. Er knalden verscheidene schoten en het gevolg was dan ook, dat aan beide zijden slachtoffers vielen. De schoten bracht het geheele kamp in rep en roer. Weldra was een groot aantal personen in den strijd betrokken. Behalve van schietwapens, bediende men zich van messen en knuppels. Inmiddels hadden omwonenden, die op het rumoer waren toegesneld, de mare chaussee gewaarschuwd. Een aantal man schappen verscheen in het woonwagen kamp,, waarop de vechtersbazen den strijd staakten en de vlucht namen. De politie mannen vonden vier gewonden op den grond liggen, die naar het St. Catharina- ziekenhuis werden overgebracht. Dr. Kan- ters constateerde bij den 41-jarigen J. B. S. verwondingen aan de rechterzijde van het lichaam, veroorzaakt door hagelkorrels, terwijl de 15-jarige A. R. eveneens door een schot hagel was getroffen in borst en gelaat. De 46-jarige S. van E. bleek een ernstige wonde aan het schedeldak te heb ben. Voorts had de 26-jarige C. R. een messteek in den rechterarm, waardoor een diepe wonde was ontstaan, tengevolge waarvan het slachtoffer veel bloedverlies leed. Verder hadden nog verschillende personen, die in het gevecht betrokken wa ren geweest, onbeteekenend letsel aan hoofd en handen opgeloopen. Bij het politie-onderzoek werden twee personen, een dochter en een zoon van de familie van E., gearresteerd. Beiden zijn in de marechaussee-kazerne te Grave op gesloten. Twee revolvers en twee jacht geweren zijn in beslag genomen. Het duurde geruimen tijd voordat de rust in het woonwagenkamp was hersteld. Bejaarde landbouwer beroofd. In den laten avond van Zaterdag had te Alkmaar een brutale roofoverval plaats. De heer Hopman, wonende aan het Zeglis aan den weg naar Akersloot, was dien avond alleen thuis en vroeg naar bed gegaan. Ongeveer elf uur werd hij plot seling in zijn slaap gestoord. Een onbekende sloeg met een stuk hout een raam geheel in elkaar, stapte toen naar binnen en greep den reeds bejaarden heer H. onmiddellijk bij de keel, voordat déze nog om hulp had kunnen roepen. Daarna pakte de onbekende een broeit, welke onder het hoofdkussen lag, en nam het zich daarin bevindende bedrag ad 1 890 mee, waarna de man langs den zelfden weg weer verdween. H. heeft daarop zijn buren gewaar schuwd, die de politie met het gebeurde op de hoogte stelden. Een onderzoek, dat direct werd inge steld, leverde tot nog toe geen resul taat op. Het dak is verbrand, de schade valt mee. Gisteren omstreeks half een ontdekten voorbijgangers dat brand was uitgebroken aan den buitenkant van het dak der linker beuk van het kerkgebouw der Ned. Herv. gerfieente te Rhenen, welk gebouw een geheeluitmaaktmetden bekenden Cunera- toren. Op het dak was 's ochtends arbeid verricht door een loodgieter, zoodat het wel vaststaat, dat het onvoorzichtig omgaan met benzine als oorzaak van den brand moet worden aangemerkt. De brandweer werd gewaarschuwd en deze begon onmiddellijk het vuur te be strijden. Er werd hulp gevraagd aan de brandweer te Wageningen, Veenendaal en Arnhem. Een oogenblik sloegen de vlammen zoo fel op, dat de steiger om den Cuneratoren, waaraan herstelwerk wordt uitgevoerd, vlam vatte. De Wageningsche brandweer slaagde er in op groote hoogte het vuur te blus- schen. Intusschen bleek, dat het dak der kerk niet te behouden was. De droge 7 bekapping door leien gedekt, verbrandde geheel. Dank zy de zware steenen ge welven leed echter het inwendige der kerk geen schade Om vier uur was het vuur gebluscht en kon de brandweer inrukken. Het kerkgebouw is verzekerd voor f 65.000 bij de Brandverzekeringsniaat schappy te Utrecht. Ook het orgel is verzekerd. De schade aan het dak wordt geraamd op plm. f 35.000. INBRAAK TE AMSTERDAM.. Inbrekers hebben zich toegang ver schaft tot de woning van een advocaat en procureur aan de Sarphatistraat te Amsterdam. Uit een geldkistje, staande in een bureau, zijn f 2000, 21 gouden tientjes, een spaarbankboekje met f 150 en een gouden ring gestolen. MOTORRIJDER ERNSTIG GEWOND. Te Enschedé is Zondagavond op den hoek van de Haaksbergerstraat en den Padmossingel een aanrijding geschied tusschen ee'n personenauto en een motor fiets, bestuurd door A. J. Bake uit En schedé. Deze kreeg glasscherven in zijn hoofd. Zijn reehteronderbeen werd ver splinterd. In ernstigen toestand is hij naar het r.k. ziekenhuis gebracht. Een inzittende verdronken. Om balfelf gisterenmorgen is op den provincialen weg onder de gemeente Schalkwijk juist tegenover het gemeente huis een auto, weike uit Amsterdam af komstig was van den weg gereden en in de Schalk wijksche wetering terecht ge komen. Van de zes inzittenden konden vyf personen nog bijtijds worded gered. De 58-jarige mevrouw A. II. v. d. Kruyf, geboren Borghols uit Baarn, die onge veer tien minuten in het water had ge legen toen zij naar boven werd gebracht, was reeds overleden. VIER WIELRENEERS GEWOND. Zondagmorgen is op den Keienbergweg te Beekbergen een groep van zes wielrenners, leden van de Apeldoornsche Rennersvereeni- ging „De Adelaar" komen te vallen. Het pe- leton was om negen uur uit Apeldoorn ge start voor een trainingsrit om het kampioen schap van Nederland. Een traject van 40 km was reeds afgelegd, toen de gangmaker, de renner Ten Berk de Boer door een wielrij der werd aangereden, met het noodlottig ge volg, dat het geheele peleton, dat met een snelheid van 35 tot 40 km reed, kwam te val len, De renner M, Huiskes liep een ernstige hoofdwonde op. Voorts zijn nog drie ande ren gewond. Zij zijn op advies van dr. Pont uit Beekbergen, die de eerste hulp verleende, naar hun woningen vervoerd. Drie racefiet sen werden vernield. MET EEN ZEILKOTTER NAAR INDIË De vier Nederlandsche jongelieden, die een Belgischen visscherskotter hebben gekocht en daarmede naar Indië willen gaan, zijn te IJmuiden aangekomen. Zondagmiddag wer den de kompassen van de Batara Bafoe ge steld en gisteren zouden zij bij gunstig weer de groote reis aanvaarden. DOOR EEN TAXI DOODGEREDEN. Zondagavond omstreeks kwart voor elf is het 10-jarige meisje M. Verlande in de Hoofdstraat te Eindhoven bij het overste ken van de straat aangereden door een taxi. Met een ernstige hoofdwond is zy naar het Binnengasthuis vervoerd, waar zy kort na aankomst is overleden. Gisteravond is het 2J/£-jarig zoontje den schipper A. G. Elfrink, uit Hillegom, spelenderwijze te water geraakt en verdron ken. Toen het kind werd vermist, ging de vader eerst op den wal zoeken en daarna in de haven, waaruit hij het kind levenloos op haalde. Pogingen tot opwekking der levens geesten mochten niet baten. De opvarenden gered. Het Duitsche stoomschip Scheer, dat Maandagnacht te Vlissingen werd verwacht om kolen te bunkeren, komende van Ham burg, heeft een dame en zeven heeren aan boord van het Engelsche jacht Lafore. Dit jacht is vermoedelijk ter hoogte van Ter schelling vergaan. Het meet 20 registerton en behoort thuis te Londonderry. Voor de arrondissements-rechtbank te Maastricht heeft gisteren terecht gestaan B,, mijnwerker te Kerkrade, gedetineerd, ter zake van doodslag in den nacht van 28 op 29 April van Rosa Kurz, die op 1 Mei aan de gevolgen is overleden. Verdachte zou met de overledene, die gehuwd was en af en toe als huishoudster bij verdachte woonde, naar Aken gaan om het laatste geld uit te geven en elkaar dan dood te schieten. Hij had de revolver en heeft de vrouw op den Kaalheiderweg in den buik geschoten. Volgens verdachte heeft de vrouw zich zelf doodgeschoten. Dit wordt echter door den deskundige, den heer van Waegeningh, ontkend. Het O.M. achtte de schuld van verdachte bewezen en eischte 6 jaar gevangenisstraf. EEN TRAM RAMT EEN SLIPPENDEN AUTO. Zondagmorgen is op den Oudedyk to Rotterdam een personenauto, bestuurd door den heer A. J. van Heuven uit Amersfoort, op de tramrails geslipt en dwars op de andere trambaan terecht gekomen, juist voor een met groote snel heid naderende tramwagen van lijn 22. Met een hevigen slag botste de tram

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 7