De brand op de Morro Castle. Oost-lndië. 1 Oud-Kapitein ter Zee Koster en „Onze Vloot". GEMENGD NIEUWS De Postvluchten van en naar Indië. Vergiftiging door bedorven gebak Fransch visschersvaartuig in brand. Zeilscheepje vermist. Aanranding te Laren. Paniek in autobus. Een onhandige jager. De Merapi dreigt! Voor den Alkmaarschen Kantonrechter. HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1934. 7 Morgen zal een communiqué verschijnen. i pe Parfische correspondent van „De Telegraaf" heeft een onderhoud gehad met den heer Paul Koster, den gepen- eionneerden marine-officier, wiens za- fcen ruchtbaar zijn geworden ten gevolge van de Amerikaansche enquête naar de •werkzaamheid van de particuliere wapenindustrie. 1 pe heer Koster deelde dezen corres pondent mede, van de Vereeniging „On- ze Vloot" een telegram te hebben ont vangen, waarin het hoofdbestuur mede deelde van hem een pertinente tegen spraak te verwachten op de Nederland- sehe dagbladberichten, in zake het ver band dat tusschen hem en „Onze Vloot" uit een wapenindustrieel oogpunt zou bestaan. Op dit telegram heeft de heer Koster geantwoord, in het geheel niet te kunnen begrijpen, welk verband er tusschen Onze Vloot" en hem zou bestaan in zake de wapenindustrie,... Het Hoofdbestuur van „Onze Vloot" deelt thans mede, dat de zaak zou wor den besproken in een Dinsdag te houden vergadering van het dagelijksch bestuur van „Onze Vloot" terwijl Vrijdag het hoofdbestuur in zijn geheel bijeen zal komen om over den inhoud van een aan de pers te verstrekken uiteenzetting te beraadslagen. De publicatie van het communiqué kan derhalve Vrijdag worden tegemoet gezien. PORTRET VAN DEN OUD-BURGE MEESTER VAN ALKMAAR. De Raad, en het gemeentepersonegl van Alkmaar hadden bij gelegenheid van zijn afscheid als burgemeester in Januari aan mr. VV. C. Wendelaar zijn geschilderd portret aangeboden, dat vervaardigd zou worden door den kunstschilder Oscar Menlick. Dit portret, dat den oud-burgemeester in ambtscostuum weergeeft, is dezer dagen voltooid en thans in de raadszaal dier gemeente aan den heer en mevrouw Wendelaar aangeboden in tegenwoordig heid van alle raadsleden en hoofden van takken van dienst met hun dames alsmede van afgevaardigden van groepen van gemeentepersoneel. De heer Westerhof schetste nog eens in het kort wat mr. Wendelaar voor Alk maar is geweest. „Wij hebben een goeden burgemeester gekregen", aldus spr „naar wij meenen te speuren, maar nog eenmaal wil ik u zeggen, dat wij in u een goed burge meester hebben gehad en als zoodanig zullen allen u blijven waardeeren, zelfs na Zuidlaren Gij hebt in Alkmaar veel gedaan tot bloei van deze stad, die onlangs haar 3D OOOsten burger inschreef. Mr. Wendelaar sprak woorden van dank. Hij noemde het een voorrecht nog eens het woord te mogen voeren in een zaal, waarin hij zoovele heerlijke oogen- blikken heeft doorleefd. Het geschilderde portret van Alkmaars vorigen burgemeester, mr. Wendelaar, waaromtrent we hierboven berichtten, is door den heer Wendelaar aan de ge meente Alkmaar ten geschenke aange boden en zal een plaatsje krijgen in de raadzaal. EEN PIER TE VLISSINGEN. Voorjaar 1935 gereed. Te Vlissingen, naar V,D. meldt, is onder leiding van de firma Erven A. W. Smits een combinatie tot stand gekomen, die te Vlissin gen een pier in zee wil laten bouwen. Voor de exploitatie van de pier is in oprichting de N.V. Wandelhoofd Vlissingen. Reeds de volgende week zal met den bouw, die uitge voerd wordt door de N.V. E. Grupe te s-Gravenhage, een begin worden gemaakt, zoodat nog vóór het voorjaar 1935 de pier gereed zal zijn. Zij zal een lengte hebben van 150 meter en een breedte van 8 meter, met aan het einde een rotonde van 35 bij -40 meter De pier wordt gebouwd aan den Bou levard Banckert, achter een open terrein. De rotonde komt op niet meer dan ongeveer 50 meter afstand van het groote vaarwater naar de Wester-Schelde. De toestemmii.j van den Rijkswaterstaat is reeds verkregen. De pier mocht echter in verband met de nabijheid van het scheepvaartverkeer niet langer dan 150 meter worden. Voor het totstandkomen van deze nieuwe attractie voor Vlissingen, heeft de burge meester, de heer C. van Woelderen, zijn medewerking verleend. DE MELKPRIJS. De Crisis-zuivel-centrale maakt bekend' dat voor de periode van 16 tot en met 22 Sept. de prijs voor het taxe-gedeelte van consumptiemelk, gekocht op regee- ringscontract, is bepaald op 59/4 cent per D met dien verstande, dat voor melk v^n de eerst6 klasse deze prijs wordt ■verhoogd met de kwaliteitspremie, en voor die van de derde klasse wordt ver hinderd met de kwaliteitsafdracht van /4 cent. De afdracht op andere in consumptie gebrachte melk is vastgesteld op 2 cent Per Liter. De sKwarteD (terugreis) vertrok van Batavia en is 12 Sept. te Singapore aan gekomen. De sOehoe« (heenreis) vertrok 12 Sept. van Calcutta en is denzelfden dag te angkok aangekomen. De >Rijstvogel« (terugreis) vertrok 12 ePt. van Cairo en is denzelfden dag te oedapest aangekomen. Buitenland t Het wrak brandt nog hevig. Reuter meldde Dinsdag in den voor avond uit New-York, dat de brand op de Morro Castle nóg altijd heftig woédde. De brandweerlieden waren gedwongen het wrak te verlaten en de toeschouwers op het strand werden teruggedreven, daar er gevaar bestond, dat de vlammen de tanks met stookolie zouden bereiken en dat daardoor een ontploffing zou ontstaan, welke vermoedelijk het strand met brok ken metaal zou bedekken Er is thans een dubbel onderzoek aan den gang. In de eerste plaats het voor- loopig onderzoek van het departement van handel, dat al is begonnen en dat niet kan leiden tot vervolging van mis dadige verwaarloozing, en vervolgens het gerechtelijk onderzoek. Dit geschiedt met gesloten deuren voor een zoogenaamde Grand Jury. Deze hoort thans Warms, den eersten officier, en de verdere offi cieren over hun zinspelingen op brand stichting. De commissie van onderzoek van het departement van handel heeft Abbott, den eersten machinist, gehoord, die ver klaard heeft, dat de brandpompen wel waren blijven doorwerken, maar dat de brand al dadelijk een te grooten omvang had aangenomen om gebluscht te kunnen worden. Op bevel van den kapitein, zoo ging Abbott voort, belastte ik mij met reddingboot No. 1, waarin 33 menschen plaats namen, van wie twee passagiers. Er was nog maar een passagier zichtbaar toen wij de brug verlieten. Stamper, machinist-kwartiermeester had èvenmin passagiers op de brug gezien, toen hij overboord sprong. Wel had hij angstkreten van passagiers gehoord. Bujia, een andere machinist-kwartier meester, een Cubaan, had plaats genomen in een reddingboot met 20 a 30 andere menschen, onder wie, naar hij gelooft, maar één passagier was. Een der overlevenden heeft verklaard, dat er na het uitbreken van den brand geenerlei alarmbel geluid is. De overlevende, die deze mededeelin- gen deed, is een chirurg, dr. Phelps, de eerste passagier, die voor de commissie yan onderzoek van het departement van handel een getuigenis aflegde. Phelps zeide, dat er geen poging is gedaan om de passagiers, die door een paniek waren bevangen, in de reddingbooten te plaat sen. Mijn vrouw, zeide hij, heeft mij ge wekt, met de mededeeling, dat er brand was; er drong veel rook de hut binnen. Mijn vrouw, mijn zoon en ik gingen aan dek, waar wij de passagiers gillend en schreeuwend van angst aantroffen. Mijn vrouw vroeg aan een officier wanneer de reddingbooten zouden gestreken worden. Volgens Phelps antwoordde de officier: '»zoodra wij bevel van de commando-brug krijgen*. Phelps, zijn vrouw en zijn zoon sprongen vervolgens in zee en werden later geholpen. Er werd geen poging ge daan om reddinggordels uit te deelen ban de passagiers, zeide Phelps en vol gens hem was het, bij den loeienden wind én het verschrikkelijke geraas van de ylammen, dwaasheid om te spreken van afwachten van bevelen van de commando brug. Dinsdagmiddag zijn nog 3 officieren van de Morro-Castle voor den Raad van de Scheepvaart ondervraagd. Ook zij ble ken brandstichting te vermoeden omdat elke andere onderstelling niet een brand van zulk een omvang ten gevolge had kunnen hebben. Een der officieren protesteerde tegen de berichten in de bladen over de dron kenschap der passagiers en de tuchte loosheid der bemanning. Het was de laat ste avond voor de plezierreizigers en zooals op alle vacantietochten gebruike lijk is, wordt die eenigszins luidruchtig gevierd Het was waar dat een paar pas sagiers iets boven hun theewater waren en een paar jonge meisjes zich wat aan gesteld hebben, maar van dronkemans- tooneelen was geen oogenblik sprake ge weest. De bemanning had ook een extra oorlam gekregen maar er was niets ge beurd flat tegen.de tucht of de scheeps- wetten indruischte. Uit New York wordt verder gemeld, dat een olieman aan boord van de Morro Caslle, Antonio Giorgie geheeten, vol gens zijn eigen mededeeling, verschei dene vrouwen over boord heeft gewor pen om te probeeren haar aldus te red den. Later klom hij in de reddingboot, no. 5, waarin geen enkele passagier zat. De dood van kapitein Wilmot. Een broer van kapitein Wilmot heeft voor de commissie verklaard dat in zijn geheele familie geen hartzwakte voor kwam en dat hij weigerde te gelooven dat zijn broer, de kapitein, aan hartver lamming zou zijn overleden. De kapitein genoot integendeel een uitstekende ge zondheid en was in jaren geen dag ziek geweest. Een ander familielid vroeg een ernstig onderzoek naar de doodsoorzaak te wil len instellen want ook hij vermoedde een samenzwering of vergif, want het was toch te gek, dat de| kerngezonde gezag voerder precies een uur voor de ontdek king van den brand zou zijn overleden. Een der commissieleden merkte op dat het verkoolde lijk met de kapiteinspet zeer waarschijnlijk dat van den kapitein geweest is maar dat de doodsoorzaak wel nooit zal vastgesteld kunnen worden om dat de scheepsdokter, die den kapitein nog even behandeld heeft, tot de omge komen slachtoffers behoort. Uit het onderzoek naar de oorzaken van de ramp van de *Morro Castle«, dat is ingesteld door de scheepvaartinspi c e, is gebleken, dat de bemanning is alge- weken van de traditie der zeevaarders bij een scheepsramp de vrouwen en kin deren voor te laten gaan. Zelfs de offi cieren zouden hun ondergeschikten in den steek hebben gelaten. Deze verklaringen zijn afgelegd door den eersten machinist Eben Abbott en Anthony R. Bujia, een der machinisten. Voor de groote »jury« verklaarde de radio-telegrafist George Rogers, dat nood seinen zijn uitgezonden drie kwartier voor het schip stopte. Andere getuigen verklaarden, dat het schip reeds gedu rende twee uren in brand stond voor dat de passagiers werden gewaarschuwd. Deze getuigen verklaren, dat de leden der bemanning als ïamateurs* den brand bestreden. Abbott sliep toen de brand uitbrak. Hij werd wakker door het algemeen alarm en telefoneerde zijn mannen, net zoo lang stand te houden, totdat de rook hun het verder werken onmogelijk zou maken. Met 30 leden der bemanning en slechts twee passagiers is hij aan land gekomen. Zijn voornaamste assistent Bujia kwam met een andere reddingsboot aan land. Op de boot van Bujia bevonden zich 19 leden der bemanning en slechts een passagier. Aangezien de leden der bemanning zelfs niet konden roeien, nam Bujia zelf een riem. Officieel worden de berichten van bui- tenlandsche dagbladen betreffende arres taties in verband met het gebeurde aan boord van de Morro Castle« tegenge sproken. Een radio-telegrafist van de »Morro Castle* en verscheidene andere leden van de bemanning zijn op bevel van de rechterlijke overheid gearresteerd, ten einde hun verschijnen bij de behandeling van de zaak voor de federale rechtbank te verzekeren. EEN AUTOMATISCH NOODSEIN VOOR SCHEPEN. Het Instituut voor het Watertransport wezen te Leningrad heeft, naar Reuter meldt, met succes proeven genomen met een seintoestel, dat voor koopvaardij schepen bestemd is en automatisch in werking treedt, wanneer zich een schip op zee in nood bevindt. De door dit schip uitgezonden S.O.S. seinen worden opgevangen door alle schepen, die zich in de nabijheid bevinden en met den nieuwen automatischen ontvanger uitge rust zijn. Het nieuwe zelfwerkende radio toestel, dat in geval van averij ook het eigen schip waarschuwt, maakt drie mar conisten overbodig, die volgens besluit van de laatste internationale conferentie te Madrid op ieder schip aanwezig moeten zijn. VERGIFTIGING OF CHOLERA? Onder de manschappen van een bij Constanza in garnizoen liggend regiment hebben zich, naar Vaz Dias meldt, ver dachte vergiftigingsverschijnselen voor-v gedaan. Er zijn reeds zeven militairen y aan de gevolgen overleden. Het bacterio logisch onderzoek zal moeten uitmaken, wat de oorzaak is van deze massa vergiftiging. Spijsresten 'e.d. zijn naaf' Boekarest opgezonden. De autoriteiten hebben reeds de noo-,! dige voorzorgsmaatregelen getroffen. Men(( vermoedt, dat de soldaten onwel zijn ge worden door het gebruik van bedorven yleesch. Mogelijk is ook, dat het water vergiftigd was. Nader wordt gemeld, dat meer dan dertig mannen in het hospitaal moesten worden opgenomen. Volgens Reuter zou men niet met ver giftiging maar met cholera te doen hebben en liggen er twee op sterven. De bad gasten hebben het besmette plaatsje in allerijl verlaten, dat thans onder strenge quarantaine staat. Binnenland Vijf-en-twintig inwoners van Den Bommel ongesteld. In het dorp Den Bommel op het eiland Overflakkee hebben zich bij een groot aantal personen tengevolge van het eten van on deugdelijk gebak, vergiftigingsverschijnselen voorgedaan. De bakker G. Uil had Zaterdagavond in zijn winkel een vrij groot aantal roomgebak- jes, welke er tengevolge van de warmte op dien dag minder goed uitzagen. Hij wilde dit gebak niet meer verkoopen en daar de hoe veelheid te groot was om alle gebakjes voor eigen gebruik te houden, besloot de bakker, op voorstel van zijn vrouw, aan kinderen, die in den loop van den avond in den winkel brood zouden komen halen, deze taartjes bij het brood toe te geven. Een aantal kinderen kreeg taartjes mee naar huis. De gevolgen waren echter van ernstigen aard. Gedurende den nacht van Zaterdag op Zondag werd een groot aantal personen ziek. Zij kregen koorts en moesten vreeselijk bra ken. Zondagochtend had dr. P. Oosthoek niet minder dan vijf en twintig ernstige pa tiënten. Bij allen constateerde hij dezelfde ziekteverschijnselen, zoodat de oorzaak zeer spoedig was vastgesteld. Een der eerste patiënten was de vrouw van bakker Uil, die zelf ook van het gebak had gegeten. De andere patiënten behoorden allen tot vier ge zinnen, n.1. de families Berkenbosch, De Graaf, Snijder en De Jong. Een andere patiënt is de heer Nipius te Middelharnis, die bij den winkelier Fluit in Den Bommel een depóthouder van bakker Uil, van dit gebak, had gekocht. De heer Fluit had echter spoedig daarna bemerkt, dat de roomtaartjes niet goed meer waren en had, voordat de inwoners van Den Bommel hun Zaterdagavond-inkoopen bij hem kwa men doen, den geheelen voorraad naar bak ker Uil teruggezonden. Daaraan is het te danken, dat nog niet veel meer personen door het ondeugdelijke gebak vergiftigd werden. 1 De toestand van de meeste patiënten was |n den loop van den Zondag zeer ernstig. Pinsdagmorgen was alleen de toestand van twee kinderen van de familie Berkenbosch Zooveel verbeterd, dat zij het bed konden verlaten. Alle andere patiënten moeten nog het bed houden en lijden aan koorts. Van drie van hen, n.1. een 3-jarig en een 8-jarig kind van den heer De Graaf en de 20-jarige heer L. Snijder, was de toestand Dinsdag ochtend nog zeer zorgwekkend. Onmiddellijk nadat de oorzaak van de ver giftiging was vastgesteld, werd de burge meester van Den Bommel, de heer W. J. Donkersloot Lzn., van het gebeurde in ken nis gesteld. Om verder onheil te voorkomen, werd eerst bij bakker Uil een onderzoek ingesteld, of hij nog meer van het ondeugdelijke gebak had. Behalve de taartjes, die van den winke lier Fluit terug waren gekomen, was echter alles verdwenen. De burgemeester heeft tegen den bakker, cp grond van artikel 175 van het Wetboek van Strafrecht, proces-verbaal opgemaakt. De oorzaak van het ondeugdelijk worden van het gebak moet aan het warme weer van Zaterdag worden toegeschreven. Vermoede lijk was de melk, die gebruikt werd voor het klaarmaken van de room, reeds geïnfecteerd. Hoewel alle patiënten in Den Bommel, lij dende aan de vergiftigingsverschijnselen na het eten van ondeugdelijk gebak, nog bedle gerig zijn, is hun toestand toch vooruitgaan de. Ook bij de drie personen, wier toestand ernstige reden tot bezorgdheid gaf, kan thans het levensgevaar als geweken worden be schouwd. ENNY WEBER TER AARDE BESTELD. i Een ontzaglijke menigte op de been. 1 Dinsdagmiddag is het stoffelijk over schot van Enny Weber, bet meisje, dat in de ouderlijke woning aan den Anegang te Haarlem is vermoord, op de algemeene begraafplaats aan de Kleverlaan ter aarde besteld. Een ontzaggelijke menigte heeft den stoet gevolgd en zich op de begraafplaats Verzameld. Voor de woning aan den Ane gang was het zóó druk, dat de politie pïet motorbrigades de belangstellenden naar de trottoirs moest terugdringen en in de Groote Houtstraat moeite had, het jverkeer gaande te houden. Toen eenmaal de stoet zich in beweging zette, was er een zóó geweldige toeloop van menschen, dat de straat dreigde te verstoppen. jLangs den geheelen weg stonden de pnenschen in rijen geschaard. Aan de Kleverlaan en op de begraaf plaats was het zóó vol, dat de politie besloot, de grootste massa buiten het hek te houden. Langs de oprijlaan was geen plaats meer vrij en om de groeve verdrong men zich zoo ver de afzet- jtouwen het toelieten. Het was pijnlijk en |5tuitend. j Toen de verzegelde kist, gedekt door yele kransen was neergelaten, nam ds. p. J. Waardenburg het woord. Een oom dapkte namens de familie. De bemanning door Italiaansch stoomschip gered en naar Amsterdam gebracht. 1 Dinsdagavond is in de Coenhaven te Am- Sterdam het ongeveer 8000 ton metende Ita- liaansche stoomschip „San Piedro" aangeko men, aan boord waarvan zich drie Fransche visschers bevonden, die des morgens in de vroegte nabij den Noordhinder uit zee waren opgepikt. j De drie Fransche visschers waren opvaren den van het vaartuig „Quo Vadis", een scheepje van ongeveer 15 ton, hetwelk te Duinkerken thuishoort. Waarschijnlijk is in den nacht brand aan boord van dit schip ont staan en in verband met het feit, dat zich een groote hoeveelheid benzine aan boord be vond, en nog ander brandbaar materiaal, Stond de „Quo Vadis" weldra in lichte laaie. Het scheepje bevond zich Dinsdagmorgen tusschen het lichtschip „Sandetti" en de Noordhinder, Omstreeks 7 uur passeerde het Italiaansche s.s. „San Piedro", dat een vracht- dienst onderhoudt tusschen Italië en Bremen. De kapitein van dit schip besloot een onder zoek in te stellen, t oen hij het brandende Scheepje ontwaarde. Een boot werd gestre ken en bij de „Quo Vadis" gekomen ontdek te men, dat drie man in het water dreven. Zij ■\ivaren van het brandende schip in zee ge sprongen en hielden zich reeds geruimen tijd drijvende. Geheel uitgeput werd de kapitein \lan de „Quo Vadis" en ook de twee andere leden der bemanning door de Italiaansche boot opgepikt. Vooral de kapitein was er slecht aan toe en had veel geleden. De „Quo Vadis" is daarna gezonken. De „San Piedrois vervolgens opgestoomd naar IJmuiden. Om half acht voer de „San Piedro" verder naar Amsterdam om te bun keren. Daar werden de drie geredde Fransche schepelingen aan de desbetreffende autoritei ten overgegeven. Via het Fransche consulaat zullen de mannen weer naar Duinkerken te- rugkeeren. De kapitein van de „San Piedro" heeft nog telegrafisch bericht gezonden aan de havenautoriteiten van Duinkerken en deze in kennis gesteld van de redding van de opvarenden van de „Quo Vadis Radio oproep gisterenavond. Men verkeert in ongerustheid omtrent het lot van de bemanning van het 16 tons kotter jacht je „BataroeBajoe", dat Woens dag j.1. uit de haven van IJmuiden is vertrokken met bestemming naar Rams- gate. Hi t zeiljachtjc, met als opvarenden de heeren La Haye, Van Vliet, Keizer en Tjaden, waarmede dezen Nederlandsch- Indië hoopten te bereiken, is sinds het vertrek uit IJmuiden niet meer gesigna leerd. De mogelijkheid bestaat, dat men koers heeft gezet n^ar Dover, doch daar zou men Zaterdag j.f. reeds hebben kun nen zijn. Namens de achtergebleven familieleden is gisterenavond getracht via Kootwijk, Radio Holland en de ultrakorte golf Eind hoven een verzoek om opsporing te richten tot alle in het kanaal varende schepen. De dader gegrepen. Na afloop van het Larensche muziek concours is op de heide nabij den Smeek- weg te Laren (N.H.) een aanranding ge pleegd, waarvan mejuffrouw J. \V„ een twintigjarig meisje uit Hilversum, het slachtoffer is geworden. Met een vriendin, mej. E. D., eveneens uit Hilversum, was het meisje des avonds naar het Larensche muziekconcours ge gaan. Op het terrein maakten beide meisjes kennis met twee jongemannen van gelijken leeftijd. Deze stelden de meisjes voor, even de fietsen te gaan stallen bg een oom van één van hen. De meisjes hadden hier wel ooren naar en gezamenlijk ging men van het concours terrein. Onderweg heeft de begeleider van één der meisjes, zekere J. uit Hilversum, mej. J. W. willen aanranden. Het meisje verzette zich hevig en begon te schreeuwen hetgeen den man beangst maakte en hem op de vlucht deed slaan. Een onmiddelijk ingesteld onderzoek wees uit, dat een zekere J. uit de Haven straat te Hilversum, de vermoedelijke dader moest zijn. De politie heeft den man van zijn bed gelicht. Nadat hij naar Laren was overgebracht, heeft hij alles bekend. Drie passagiers er uit gesprongen; één overleden. Dinsdagavond keerden twee autobussen met arbeiders uit Volendam terug uit Leiderdorp, waar deze menschen dagelijks werken. De tweede bus kreeg onder Sassenheim een nog niet geheel opge helderd defect aan den Dieselmotor, ten gevolge waarvan onder de passagiers een paniekstemming ontstond van zóó hevigen aard, dat enkele der inzittenden uit de snel rijdende bus trachtten te springen. Eén arbeider volbracht den sprong goed, maar twee anderen werden gewond, een hunner, de Volendammer J. Klauwer, zelfs zeer ernstig. De man is naar het St. Bernardus- ziekenhuis te Sassenheim overgebracht, waar hij hedenochtend is overleden. De andere gewonde kon, na verbonden te zijn, met de autobus de reis naar Volen dam vervolgen. Vrouw door schot hagel getroffen. Maandagavond om 8 uur stond de 48 jarige mevr. MullerVan Deen uit de Watergeusstraat te Rotterdam in haar volkstuintje aan het Groene Wegje, bui ten de stad in den polder Oud-Matenesse, een oogenblikje te praten met een een denjager, die juist een eend geschoten had, welk dier in een breede sloot ge vallen en afgedreven was. Met een stok hielp zij den jager den vogel bemachtigen. Even later, toen de jager zich verwijderd had om van zijn hinderlaag uit nog meer eenden te verschalken, ging er een schot af, dat mevr. Muller in den hals trof. Zij werd naar den politiepost aan het Marconiplein gebracht, vanwaar de ge neeskundige dienst haar naar het zieken huis aan den Coolsingel transporteerde. In den loop van den dag is de hagel ver wijderd. Er is gelukkig geen slagader getroffen, zoodat de vrouw niet in levens gevaar verkeert. De jager, die het schot moet hebben gelost, is tot dusver onbe kend gebleven. ZORGZAME VINDER. Dezer dagen vond een heer, die aan de Westzijde van de Waalhaven te Rotterdam wandelde, een bundeltje bankpapier ter waarde van f 80.De bankbiljetten waren door het rijverkeer en den regen danig beschadigd. Bij de bijbank van de Nederlandsche Bank aan de Boompjes wisselde hij ze voor nieuwe bankbiljetten in. Daarna is hij naar de politie gegaan om te vertellen, dat hij de biljetten be schikbaar stelt voor den eigenaar. Nieuwe lavadom neemt gevaarlijken vorm aan. Uit Bandoeng komen verontrustende berichten betreffende een waarschijnlijk toekomstige werking der Merapi. De lavadom van den Merapi is n.1. van vorm veranderd. Het hoogste punt heeft zich thans in westelijke richting verplaatst. Reeds hadden zeer vele afstortingen plaats. De nieuwe lavadom is reeds over de lavalaag van 1931 heengezakt en reikt thans tot 150 meter beneden de bres. Alle diensten tot bescherming en het nemen van maatregelen houden zich ge reed voor den staat van alarm. Aldus bericht Aneta. Van zakkenstoppcr tot zwijntjesjager. Het moet gezegd worden, dat dezo dubieuze promotie den 22-jarigen Jan Joh. D. uit Haren G'arspel nog niet veel voordeel heeft gebracht. Hij verscheen althans heden in de ongunstige conditie van preventief ge detineerde, verdacht zich te Alkmaar schuldig gemaakt. Hij zou dan aldaar aan diverse rijwieldiefstallen te hebben een drietal fietsen hebben ingepikt, doch hij bleek vreemd genoeg, bereid één diefstal toe te geven. Wat de twee an dere rijwielen betrof, die beweerde hij te Haarlem van de in den dievenwereld zoo populaire grooten onbekende te heb ben gekocht, hoewel hij ook in dit geval geneigd was te erkennen de wetenschap, dat ook d i e fietsen waren gestolen. Verder gingen zijn confidenties niet en het is te begrijpen, dat de officier, hoewel het vreemd vindend, dat Jan wel zijn daderschap aan 1 rijwiel toegaf, niet genegen was het bekende smoesje van den grooten onbekende, geduldig te slik ken. Waar echter de verdachte nog een blanco strafblad kon vertonnen, wil de de Officier zijn eisch niet hooger stel len dan 30 maanden gev. Mr. Belonje pleitte een voorw. veroor deeling. Van Lotje getikt. Natuurlijk ontbrak op deze zitting niet de naar het schijnt onmisbare af- deeling „gesloten deuren" en zoo werd in de eerste plaats door de rijksveld- waclit aangevoerd de 57-jarige koopman Jan K. uit Schagen, die zich aldaar had bezondigd aan artikel 248 bis. Dr. Kmijtbosch werd o.m. gehoord als psy chiater. Gerequireerd werd plaatsing in een krankzinnigengesticht voor den tijd van 3 jaar, met welk requisitoir de verdedi ger Mr. Belonje accoord ging. 'n Dubbeltje Gp zijn kant! De bediende P. H. te Alkmaar had zich in den Alkmaarschen Hout op straf bare wijze geoccupeerd met kinderen, welke handelingen opleverden het mis drijf strafbaar gesteld bij art, 248 bis, Wetb. v. Strafrecht. Dit jongmensch had alreeds een voorw. veroordeeling opge- loopen, waarvan de proeftijd nog niet eens was verstreken. Derhalve stonden zijn reclaseeringskansen al bijzonder -.zwak en werd gerequireerd 8 maanden onvoorwaardelijk. Mr. Prins, toegevoegd verdediger, ver loor den moed nog niet en stelde voor het er voor ditmaal nog eens met een voor waardelijke straf op te wagen. Nachtelijke visite door het W.C.-raampje in huize Th. ïluytcr. )i In den nacht van 32 op 33 Juni ont waakte mej. Adrian Sluyter, wonend ten huize harer ouders in de Breelaana nabij Vinkenlaan te Bergen, door een harden slag. Zij wipte uit den koffer, blikte door de ruiten en zag alstoen een persoon gekleed in zwarten gummi regenjas en bolhoed op, die blijkbaar iets ond"r zijn ia? verborg ei in de richting van hei dorp op een rijwiel verdween. Het huis werd eens geïnspecteerd en bleek, dat een ongenoode gast door het W. C.-raampje was binnen gedrongen en uit het buffet uit de huiskamer alpaca en ziiver tafelgerei had gestolen bene vens een briefje van f 30 uit een enve loppe. De chef-veldwachter Vermeulen werd gealarmeerd en deze vond er een ledige enveloppe benevens buiten in de strui ken een doosje waarop vingerafdrukken voor kwamen. De chef behandelde de ze afdrukken op dact.yloscopische manier en bracht de voorwerpen over naar Commissaris van IJzendijke, een bekend dactyloscoop. Deze maakte diverse foto's en toen bleek bij het nazien der ten dienste staande vingerafdrukken, dat deze een treffende overeenkomst boden met de vingerafdrukken van een iberucht recidivist, de 37 jarige koop- jman Rink A., reeds 34 maal veroordeeld iter zake diefstal met braak, mishande ling en wederspannigheid. Deze goede bekende bevond zich mo menteel op vrije voeten en het bleek bij onderzoek dat hij destijds te Schoort had vertoefd en in den bewusten nacht door Bergen in richting Alkmaar was getrokken. Hü werd bij confontratie bovendien door mej. Adriana 81uyter herkend als den man met bolhoed en regenjas. Thans werd hij binnengeleid in de gedaante van een motorduivel geheel in 't leer gestoken, met motorkap, motorjas en handschoenen beladen. Hij ontkende echter beslist den diefstal, hoewel hij toegaf dien nacht op zijn motor door Bergen te zijn getuft, in het complete motorcostuum, heden door hem getoond. Mej. Sluyter beweerde ook thans den man te herkennen, echter was hfl dien nacht niet gekleed als motorrijder. Door Commissaris van IJzendijke werd een interessante definitie gegeven van de door hem ontwikkelde dact.ylos copische foto's, die door rechtbank, par ket, verdediger en ook door verdachte met aandacht werd gevolgd. Van de gestolen goederen was niets opgespoord, dus moest de Officier alleen zijn requisitoir bouwen op de vinger afdrukken en de overige bezwarende omstandigheden, alsmede de ongunstige antecedenten van verdachte. Het waren echter voornamelijk de vingerafdruk ken. die den doorslag gaven voor den Officier om te komen tot schuld igver- klaring en een eisch tot het opleggen van 3 jaar en 6 maanden gevangenis straf. Mr. Buiskool van Schagen, toegevoegd raadsman en verdediger hield weer een van zijn bezadigde en keurig gestelde betoogen, waarin hii de overtuigende waarde der vingerafdrukken bestreed en tot vrijspraak concludeerde, subsidiair het toepassen van een meer clemente Uitspraak 18 September.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 7