De brand op de
Morro Castle.
Oost-lndië.
1 Oud-Kapitein ter Zee
Koster en „Onze Vloot".
GEMENGD NIEUWS
De Postvluchten van en
naar Indië.
Vergiftiging
door bedorven gebak
Fransch visschersvaartuig
in brand.
Zeilscheepje vermist.
Aanranding te Laren.
Paniek in autobus.
Een onhandige jager.
De Merapi dreigt!
Voor den Alkmaarschen
Kantonrechter.
HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1934.
7
Morgen zal een communiqué
verschijnen.
i
pe Parfische correspondent van „De
Telegraaf" heeft een onderhoud gehad
met den heer Paul Koster, den gepen-
eionneerden marine-officier, wiens za-
fcen ruchtbaar zijn geworden ten gevolge
van de Amerikaansche enquête naar de
•werkzaamheid van de particuliere
wapenindustrie.
1 pe heer Koster deelde dezen corres
pondent mede, van de Vereeniging „On-
ze Vloot" een telegram te hebben ont
vangen, waarin het hoofdbestuur mede
deelde van hem een pertinente tegen
spraak te verwachten op de Nederland-
sehe dagbladberichten, in zake het ver
band dat tusschen hem en „Onze Vloot"
uit een wapenindustrieel oogpunt zou
bestaan.
Op dit telegram heeft de heer Koster
geantwoord, in het geheel niet te kunnen
begrijpen, welk verband er tusschen
Onze Vloot" en hem zou bestaan in
zake de wapenindustrie,...
Het Hoofdbestuur van „Onze Vloot"
deelt thans mede, dat de zaak zou wor
den besproken in een Dinsdag te houden
vergadering van het dagelijksch bestuur
van „Onze Vloot" terwijl Vrijdag het
hoofdbestuur in zijn geheel bijeen zal
komen om over den inhoud van een aan
de pers te verstrekken uiteenzetting te
beraadslagen.
De publicatie van het communiqué
kan derhalve Vrijdag worden tegemoet
gezien.
PORTRET VAN DEN OUD-BURGE
MEESTER VAN ALKMAAR.
De Raad, en het gemeentepersonegl van
Alkmaar hadden bij gelegenheid van zijn
afscheid als burgemeester in Januari aan
mr. VV. C. Wendelaar zijn geschilderd
portret aangeboden, dat vervaardigd zou
worden door den kunstschilder Oscar
Menlick.
Dit portret, dat den oud-burgemeester
in ambtscostuum weergeeft, is dezer dagen
voltooid en thans in de raadszaal dier
gemeente aan den heer en mevrouw
Wendelaar aangeboden in tegenwoordig
heid van alle raadsleden en hoofden van
takken van dienst met hun dames alsmede
van afgevaardigden van groepen van
gemeentepersoneel.
De heer Westerhof schetste nog eens
in het kort wat mr. Wendelaar voor Alk
maar is geweest.
„Wij hebben een goeden burgemeester
gekregen", aldus spr „naar wij meenen
te speuren, maar nog eenmaal wil ik u
zeggen, dat wij in u een goed burge
meester hebben gehad en als zoodanig
zullen allen u blijven waardeeren, zelfs
na Zuidlaren
Gij hebt in Alkmaar veel gedaan tot
bloei van deze stad, die onlangs haar
3D OOOsten burger inschreef.
Mr. Wendelaar sprak woorden van
dank. Hij noemde het een voorrecht nog
eens het woord te mogen voeren in een
zaal, waarin hij zoovele heerlijke oogen-
blikken heeft doorleefd.
Het geschilderde portret van Alkmaars
vorigen burgemeester, mr. Wendelaar,
waaromtrent we hierboven berichtten, is
door den heer Wendelaar aan de ge
meente Alkmaar ten geschenke aange
boden en zal een plaatsje krijgen in de
raadzaal.
EEN PIER TE VLISSINGEN.
Voorjaar 1935 gereed.
Te Vlissingen, naar V,D. meldt, is onder
leiding van de firma Erven A. W. Smits een
combinatie tot stand gekomen, die te Vlissin
gen een pier in zee wil laten bouwen. Voor
de exploitatie van de pier is in oprichting de
N.V. Wandelhoofd Vlissingen. Reeds de
volgende week zal met den bouw, die uitge
voerd wordt door de N.V. E. Grupe te
s-Gravenhage, een begin worden gemaakt,
zoodat nog vóór het voorjaar 1935 de pier
gereed zal zijn. Zij zal een lengte hebben van
150 meter en een breedte van 8 meter, met
aan het einde een rotonde van 35 bij -40
meter De pier wordt gebouwd aan den Bou
levard Banckert, achter een open terrein. De
rotonde komt op niet meer dan ongeveer 50
meter afstand van het groote vaarwater naar
de Wester-Schelde. De toestemmii.j van den
Rijkswaterstaat is reeds verkregen. De pier
mocht echter in verband met de nabijheid
van het scheepvaartverkeer niet langer dan
150 meter worden.
Voor het totstandkomen van deze nieuwe
attractie voor Vlissingen, heeft de burge
meester, de heer C. van Woelderen, zijn
medewerking verleend.
DE MELKPRIJS.
De Crisis-zuivel-centrale maakt bekend'
dat voor de periode van 16 tot en met
22 Sept. de prijs voor het taxe-gedeelte
van consumptiemelk, gekocht op regee-
ringscontract, is bepaald op 59/4 cent per
D met dien verstande, dat voor melk
v^n de eerst6 klasse deze prijs wordt
■verhoogd met de kwaliteitspremie, en
voor die van de derde klasse wordt ver
hinderd met de kwaliteitsafdracht van
/4 cent.
De afdracht op andere in consumptie
gebrachte melk is vastgesteld op 2 cent
Per Liter.
De sKwarteD (terugreis) vertrok van
Batavia en is 12 Sept. te Singapore aan
gekomen.
De sOehoe« (heenreis) vertrok 12 Sept.
van Calcutta en is denzelfden dag te
angkok aangekomen.
De >Rijstvogel« (terugreis) vertrok 12
ePt. van Cairo en is denzelfden dag te
oedapest aangekomen.
Buitenland
t Het wrak brandt nog hevig.
Reuter meldde Dinsdag in den voor
avond uit New-York, dat de brand op de
Morro Castle nóg altijd heftig woédde.
De brandweerlieden waren gedwongen het
wrak te verlaten en de toeschouwers op
het strand werden teruggedreven, daar
er gevaar bestond, dat de vlammen de
tanks met stookolie zouden bereiken en
dat daardoor een ontploffing zou ontstaan,
welke vermoedelijk het strand met brok
ken metaal zou bedekken
Er is thans een dubbel onderzoek aan
den gang. In de eerste plaats het voor-
loopig onderzoek van het departement
van handel, dat al is begonnen en dat
niet kan leiden tot vervolging van mis
dadige verwaarloozing, en vervolgens het
gerechtelijk onderzoek. Dit geschiedt met
gesloten deuren voor een zoogenaamde
Grand Jury. Deze hoort thans Warms,
den eersten officier, en de verdere offi
cieren over hun zinspelingen op brand
stichting.
De commissie van onderzoek van het
departement van handel heeft Abbott,
den eersten machinist, gehoord, die ver
klaard heeft, dat de brandpompen wel
waren blijven doorwerken, maar dat de
brand al dadelijk een te grooten omvang
had aangenomen om gebluscht te kunnen
worden. Op bevel van den kapitein, zoo
ging Abbott voort, belastte ik mij met
reddingboot No. 1, waarin 33 menschen
plaats namen, van wie twee passagiers.
Er was nog maar een passagier zichtbaar
toen wij de brug verlieten.
Stamper, machinist-kwartiermeester had
èvenmin passagiers op de brug gezien,
toen hij overboord sprong. Wel had hij
angstkreten van passagiers gehoord.
Bujia, een andere machinist-kwartier
meester, een Cubaan, had plaats genomen
in een reddingboot met 20 a 30 andere
menschen, onder wie, naar hij gelooft,
maar één passagier was.
Een der overlevenden heeft verklaard,
dat er na het uitbreken van den brand
geenerlei alarmbel geluid is.
De overlevende, die deze mededeelin-
gen deed, is een chirurg, dr. Phelps, de
eerste passagier, die voor de commissie
yan onderzoek van het departement van
handel een getuigenis aflegde. Phelps
zeide, dat er geen poging is gedaan om
de passagiers, die door een paniek waren
bevangen, in de reddingbooten te plaat
sen. Mijn vrouw, zeide hij, heeft mij ge
wekt, met de mededeeling, dat er brand
was; er drong veel rook de hut binnen.
Mijn vrouw, mijn zoon en ik gingen aan
dek, waar wij de passagiers gillend en
schreeuwend van angst aantroffen. Mijn
vrouw vroeg aan een officier wanneer de
reddingbooten zouden gestreken worden.
Volgens Phelps antwoordde de officier:
'»zoodra wij bevel van de commando-brug
krijgen*. Phelps, zijn vrouw en zijn zoon
sprongen vervolgens in zee en werden
later geholpen. Er werd geen poging ge
daan om reddinggordels uit te deelen
ban de passagiers, zeide Phelps en vol
gens hem was het, bij den loeienden wind
én het verschrikkelijke geraas van de
ylammen, dwaasheid om te spreken van
afwachten van bevelen van de commando
brug.
Dinsdagmiddag zijn nog 3 officieren
van de Morro-Castle voor den Raad van
de Scheepvaart ondervraagd. Ook zij ble
ken brandstichting te vermoeden omdat
elke andere onderstelling niet een brand
van zulk een omvang ten gevolge had
kunnen hebben.
Een der officieren protesteerde tegen
de berichten in de bladen over de dron
kenschap der passagiers en de tuchte
loosheid der bemanning. Het was de laat
ste avond voor de plezierreizigers en
zooals op alle vacantietochten gebruike
lijk is, wordt die eenigszins luidruchtig
gevierd Het was waar dat een paar pas
sagiers iets boven hun theewater waren
en een paar jonge meisjes zich wat aan
gesteld hebben, maar van dronkemans-
tooneelen was geen oogenblik sprake ge
weest. De bemanning had ook een extra
oorlam gekregen maar er was niets ge
beurd flat tegen.de tucht of de scheeps-
wetten indruischte.
Uit New York wordt verder gemeld,
dat een olieman aan boord van de Morro
Caslle, Antonio Giorgie geheeten, vol
gens zijn eigen mededeeling, verschei
dene vrouwen over boord heeft gewor
pen om te probeeren haar aldus te red
den. Later klom hij in de reddingboot,
no. 5, waarin geen enkele passagier zat.
De dood van kapitein Wilmot.
Een broer van kapitein Wilmot heeft
voor de commissie verklaard dat in zijn
geheele familie geen hartzwakte voor
kwam en dat hij weigerde te gelooven
dat zijn broer, de kapitein, aan hartver
lamming zou zijn overleden. De kapitein
genoot integendeel een uitstekende ge
zondheid en was in jaren geen dag ziek
geweest.
Een ander familielid vroeg een ernstig
onderzoek naar de doodsoorzaak te wil
len instellen want ook hij vermoedde een
samenzwering of vergif, want het was
toch te gek, dat de| kerngezonde gezag
voerder precies een uur voor de ontdek
king van den brand zou zijn overleden.
Een der commissieleden merkte op dat
het verkoolde lijk met de kapiteinspet
zeer waarschijnlijk dat van den kapitein
geweest is maar dat de doodsoorzaak wel
nooit zal vastgesteld kunnen worden om
dat de scheepsdokter, die den kapitein
nog even behandeld heeft, tot de omge
komen slachtoffers behoort.
Uit het onderzoek naar de oorzaken
van de ramp van de *Morro Castle«, dat
is ingesteld door de scheepvaartinspi c e,
is gebleken, dat de bemanning is alge-
weken van de traditie der zeevaarders
bij een scheepsramp de vrouwen en kin
deren voor te laten gaan. Zelfs de offi
cieren zouden hun ondergeschikten in
den steek hebben gelaten.
Deze verklaringen zijn afgelegd door
den eersten machinist Eben Abbott en
Anthony R. Bujia, een der machinisten.
Voor de groote »jury« verklaarde de
radio-telegrafist George Rogers, dat nood
seinen zijn uitgezonden drie kwartier
voor het schip stopte. Andere getuigen
verklaarden, dat het schip reeds gedu
rende twee uren in brand stond voor dat
de passagiers werden gewaarschuwd.
Deze getuigen verklaren, dat de leden
der bemanning als ïamateurs* den brand
bestreden.
Abbott sliep toen de brand uitbrak.
Hij werd wakker door het algemeen alarm
en telefoneerde zijn mannen, net zoo lang
stand te houden, totdat de rook hun het
verder werken onmogelijk zou maken.
Met 30 leden der bemanning en slechts
twee passagiers is hij aan land gekomen.
Zijn voornaamste assistent Bujia kwam
met een andere reddingsboot aan land.
Op de boot van Bujia bevonden zich 19
leden der bemanning en slechts een
passagier.
Aangezien de leden der bemanning
zelfs niet konden roeien, nam Bujia zelf
een riem.
Officieel worden de berichten van bui-
tenlandsche dagbladen betreffende arres
taties in verband met het gebeurde aan
boord van de Morro Castle« tegenge
sproken.
Een radio-telegrafist van de »Morro
Castle* en verscheidene andere leden
van de bemanning zijn op bevel van de
rechterlijke overheid gearresteerd, ten
einde hun verschijnen bij de behandeling
van de zaak voor de federale rechtbank
te verzekeren.
EEN AUTOMATISCH NOODSEIN
VOOR SCHEPEN.
Het Instituut voor het Watertransport
wezen te Leningrad heeft, naar Reuter
meldt, met succes proeven genomen met
een seintoestel, dat voor koopvaardij
schepen bestemd is en automatisch in
werking treedt, wanneer zich een schip
op zee in nood bevindt. De door dit
schip uitgezonden S.O.S. seinen worden
opgevangen door alle schepen, die zich
in de nabijheid bevinden en met den
nieuwen automatischen ontvanger uitge
rust zijn. Het nieuwe zelfwerkende radio
toestel, dat in geval van averij ook het
eigen schip waarschuwt, maakt drie mar
conisten overbodig, die volgens besluit
van de laatste internationale conferentie
te Madrid op ieder schip aanwezig moeten
zijn.
VERGIFTIGING OF CHOLERA?
Onder de manschappen van een bij
Constanza in garnizoen liggend regiment
hebben zich, naar Vaz Dias meldt, ver
dachte vergiftigingsverschijnselen voor-v
gedaan. Er zijn reeds zeven militairen y
aan de gevolgen overleden. Het bacterio
logisch onderzoek zal moeten uitmaken,
wat de oorzaak is van deze massa
vergiftiging. Spijsresten 'e.d. zijn naaf'
Boekarest opgezonden.
De autoriteiten hebben reeds de noo-,!
dige voorzorgsmaatregelen getroffen. Men((
vermoedt, dat de soldaten onwel zijn ge
worden door het gebruik van bedorven
yleesch. Mogelijk is ook, dat het water
vergiftigd was.
Nader wordt gemeld, dat meer dan
dertig mannen in het hospitaal moesten
worden opgenomen.
Volgens Reuter zou men niet met ver
giftiging maar met cholera te doen hebben
en liggen er twee op sterven. De bad
gasten hebben het besmette plaatsje in
allerijl verlaten, dat thans onder strenge
quarantaine staat.
Binnenland
Vijf-en-twintig inwoners van
Den Bommel ongesteld.
In het dorp Den Bommel op het eiland
Overflakkee hebben zich bij een groot aantal
personen tengevolge van het eten van on
deugdelijk gebak, vergiftigingsverschijnselen
voorgedaan.
De bakker G. Uil had Zaterdagavond in
zijn winkel een vrij groot aantal roomgebak-
jes, welke er tengevolge van de warmte op
dien dag minder goed uitzagen. Hij wilde dit
gebak niet meer verkoopen en daar de hoe
veelheid te groot was om alle gebakjes voor
eigen gebruik te houden, besloot de bakker,
op voorstel van zijn vrouw, aan kinderen, die
in den loop van den avond in den winkel
brood zouden komen halen, deze taartjes bij
het brood toe te geven.
Een aantal kinderen kreeg taartjes mee
naar huis. De gevolgen waren echter van
ernstigen aard.
Gedurende den nacht van Zaterdag op
Zondag werd een groot aantal personen ziek.
Zij kregen koorts en moesten vreeselijk bra
ken. Zondagochtend had dr. P. Oosthoek
niet minder dan vijf en twintig ernstige pa
tiënten. Bij allen constateerde hij dezelfde
ziekteverschijnselen, zoodat de oorzaak
zeer spoedig was vastgesteld. Een der eerste
patiënten was de vrouw van bakker Uil, die
zelf ook van het gebak had gegeten. De
andere patiënten behoorden allen tot vier ge
zinnen, n.1. de families Berkenbosch, De
Graaf, Snijder en De Jong.
Een andere patiënt is de heer Nipius te
Middelharnis, die bij den winkelier Fluit in
Den Bommel een depóthouder van bakker
Uil, van dit gebak, had gekocht. De heer
Fluit had echter spoedig daarna bemerkt, dat
de roomtaartjes niet goed meer waren en
had, voordat de inwoners van Den Bommel
hun Zaterdagavond-inkoopen bij hem kwa
men doen, den geheelen voorraad naar bak
ker Uil teruggezonden. Daaraan is het te
danken, dat nog niet veel meer personen door
het ondeugdelijke gebak vergiftigd werden.
1 De toestand van de meeste patiënten was
|n den loop van den Zondag zeer ernstig.
Pinsdagmorgen was alleen de toestand van
twee kinderen van de familie Berkenbosch
Zooveel verbeterd, dat zij het bed konden
verlaten. Alle andere patiënten moeten nog
het bed houden en lijden aan koorts. Van
drie van hen, n.1. een 3-jarig en een 8-jarig
kind van den heer De Graaf en de 20-jarige
heer L. Snijder, was de toestand Dinsdag
ochtend nog zeer zorgwekkend.
Onmiddellijk nadat de oorzaak van de ver
giftiging was vastgesteld, werd de burge
meester van Den Bommel, de heer W. J.
Donkersloot Lzn., van het gebeurde in ken
nis gesteld.
Om verder onheil te voorkomen, werd
eerst bij bakker Uil een onderzoek ingesteld,
of hij nog meer van het ondeugdelijke gebak
had. Behalve de taartjes, die van den winke
lier Fluit terug waren gekomen, was echter
alles verdwenen.
De burgemeester heeft tegen den bakker,
cp grond van artikel 175 van het Wetboek
van Strafrecht, proces-verbaal opgemaakt.
De oorzaak van het ondeugdelijk worden
van het gebak moet aan het warme weer van
Zaterdag worden toegeschreven. Vermoede
lijk was de melk, die gebruikt werd voor het
klaarmaken van de room, reeds geïnfecteerd.
Hoewel alle patiënten in Den Bommel, lij
dende aan de vergiftigingsverschijnselen na
het eten van ondeugdelijk gebak, nog bedle
gerig zijn, is hun toestand toch vooruitgaan
de. Ook bij de drie personen, wier toestand
ernstige reden tot bezorgdheid gaf, kan thans
het levensgevaar als geweken worden be
schouwd.
ENNY WEBER TER AARDE
BESTELD.
i
Een ontzaglijke menigte op de
been.
1 Dinsdagmiddag is het stoffelijk over
schot van Enny Weber, bet meisje, dat
in de ouderlijke woning aan den Anegang
te Haarlem is vermoord, op de algemeene
begraafplaats aan de Kleverlaan ter aarde
besteld.
Een ontzaggelijke menigte heeft den
stoet gevolgd en zich op de begraafplaats
Verzameld. Voor de woning aan den Ane
gang was het zóó druk, dat de politie
pïet motorbrigades de belangstellenden
naar de trottoirs moest terugdringen en
in de Groote Houtstraat moeite had, het
jverkeer gaande te houden. Toen eenmaal
de stoet zich in beweging zette, was er
een zóó geweldige toeloop van menschen,
dat de straat dreigde te verstoppen.
jLangs den geheelen weg stonden de
pnenschen in rijen geschaard.
Aan de Kleverlaan en op de begraaf
plaats was het zóó vol, dat de politie
besloot, de grootste massa buiten het
hek te houden. Langs de oprijlaan was
geen plaats meer vrij en om de groeve
verdrong men zich zoo ver de afzet-
jtouwen het toelieten. Het was pijnlijk en
|5tuitend.
j Toen de verzegelde kist, gedekt door
yele kransen was neergelaten, nam ds.
p. J. Waardenburg het woord. Een oom
dapkte namens de familie.
De bemanning door Italiaansch
stoomschip gered en naar
Amsterdam gebracht.
1 Dinsdagavond is in de Coenhaven te Am-
Sterdam het ongeveer 8000 ton metende Ita-
liaansche stoomschip „San Piedro" aangeko
men, aan boord waarvan zich drie Fransche
visschers bevonden, die des morgens in de
vroegte nabij den Noordhinder uit zee waren
opgepikt.
j De drie Fransche visschers waren opvaren
den van het vaartuig „Quo Vadis", een
scheepje van ongeveer 15 ton, hetwelk te
Duinkerken thuishoort. Waarschijnlijk is in
den nacht brand aan boord van dit schip ont
staan en in verband met het feit, dat zich een
groote hoeveelheid benzine aan boord be
vond, en nog ander brandbaar materiaal,
Stond de „Quo Vadis" weldra in lichte laaie.
Het scheepje bevond zich Dinsdagmorgen
tusschen het lichtschip „Sandetti" en de
Noordhinder, Omstreeks 7 uur passeerde het
Italiaansche s.s. „San Piedro", dat een vracht-
dienst onderhoudt tusschen Italië en Bremen.
De kapitein van dit schip besloot een onder
zoek in te stellen, t oen hij het brandende
Scheepje ontwaarde. Een boot werd gestre
ken en bij de „Quo Vadis" gekomen ontdek
te men, dat drie man in het water dreven. Zij
■\ivaren van het brandende schip in zee ge
sprongen en hielden zich reeds geruimen tijd
drijvende. Geheel uitgeput werd de kapitein
\lan de „Quo Vadis" en ook de twee andere
leden der bemanning door de Italiaansche
boot opgepikt. Vooral de kapitein was er
slecht aan toe en had veel geleden. De „Quo
Vadis" is daarna gezonken.
De „San Piedrois vervolgens opgestoomd
naar IJmuiden. Om half acht voer de „San
Piedro" verder naar Amsterdam om te bun
keren.
Daar werden de drie geredde Fransche
schepelingen aan de desbetreffende autoritei
ten overgegeven. Via het Fransche consulaat
zullen de mannen weer naar Duinkerken te-
rugkeeren. De kapitein van de „San Piedro"
heeft nog telegrafisch bericht gezonden aan
de havenautoriteiten van Duinkerken en
deze in kennis gesteld van de redding van de
opvarenden van de „Quo Vadis
Radio oproep gisterenavond.
Men verkeert in ongerustheid omtrent
het lot van de bemanning van het 16 tons
kotter jacht je „BataroeBajoe", dat Woens
dag j.1. uit de haven van IJmuiden is
vertrokken met bestemming naar Rams-
gate.
Hi t zeiljachtjc, met als opvarenden de
heeren La Haye, Van Vliet, Keizer en
Tjaden, waarmede dezen Nederlandsch-
Indië hoopten te bereiken, is sinds het
vertrek uit IJmuiden niet meer gesigna
leerd. De mogelijkheid bestaat, dat men
koers heeft gezet n^ar Dover, doch daar
zou men Zaterdag j.f. reeds hebben kun
nen zijn.
Namens de achtergebleven familieleden
is gisterenavond getracht via Kootwijk,
Radio Holland en de ultrakorte golf Eind
hoven een verzoek om opsporing te
richten tot alle in het kanaal varende
schepen.
De dader gegrepen.
Na afloop van het Larensche muziek
concours is op de heide nabij den Smeek-
weg te Laren (N.H.) een aanranding ge
pleegd, waarvan mejuffrouw J. \V„ een
twintigjarig meisje uit Hilversum, het
slachtoffer is geworden.
Met een vriendin, mej. E. D., eveneens
uit Hilversum, was het meisje des avonds
naar het Larensche muziekconcours ge
gaan. Op het terrein maakten beide
meisjes kennis met twee jongemannen
van gelijken leeftijd. Deze stelden de
meisjes voor, even de fietsen te gaan
stallen bg een oom van één van hen. De
meisjes hadden hier wel ooren naar en
gezamenlijk ging men van het concours
terrein.
Onderweg heeft de begeleider van één
der meisjes, zekere J. uit Hilversum,
mej. J. W. willen aanranden. Het meisje
verzette zich hevig en begon te schreeuwen
hetgeen den man beangst maakte en
hem op de vlucht deed slaan.
Een onmiddelijk ingesteld onderzoek
wees uit, dat een zekere J. uit de Haven
straat te Hilversum, de vermoedelijke
dader moest zijn. De politie heeft den
man van zijn bed gelicht. Nadat hij naar
Laren was overgebracht, heeft hij alles
bekend.
Drie passagiers er uit gesprongen;
één overleden.
Dinsdagavond keerden twee autobussen
met arbeiders uit Volendam terug uit
Leiderdorp, waar deze menschen dagelijks
werken. De tweede bus kreeg onder
Sassenheim een nog niet geheel opge
helderd defect aan den Dieselmotor, ten
gevolge waarvan onder de passagiers een
paniekstemming ontstond van zóó hevigen
aard, dat enkele der inzittenden uit de
snel rijdende bus trachtten te springen.
Eén arbeider volbracht den sprong
goed, maar twee anderen werden gewond,
een hunner, de Volendammer J. Klauwer,
zelfs zeer ernstig.
De man is naar het St. Bernardus-
ziekenhuis te Sassenheim overgebracht,
waar hij hedenochtend is overleden. De
andere gewonde kon, na verbonden te
zijn, met de autobus de reis naar Volen
dam vervolgen.
Vrouw door schot hagel
getroffen.
Maandagavond om 8 uur stond de 48
jarige mevr. MullerVan Deen uit de
Watergeusstraat te Rotterdam in haar
volkstuintje aan het Groene Wegje, bui
ten de stad in den polder Oud-Matenesse,
een oogenblikje te praten met een een
denjager, die juist een eend geschoten
had, welk dier in een breede sloot ge
vallen en afgedreven was. Met een stok
hielp zij den jager den vogel bemachtigen.
Even later, toen de jager zich verwijderd
had om van zijn hinderlaag uit nog meer
eenden te verschalken, ging er een schot
af, dat mevr. Muller in den hals trof.
Zij werd naar den politiepost aan het
Marconiplein gebracht, vanwaar de ge
neeskundige dienst haar naar het zieken
huis aan den Coolsingel transporteerde.
In den loop van den dag is de hagel ver
wijderd. Er is gelukkig geen slagader
getroffen, zoodat de vrouw niet in levens
gevaar verkeert. De jager, die het schot
moet hebben gelost, is tot dusver onbe
kend gebleven.
ZORGZAME VINDER.
Dezer dagen vond een heer, die aan de
Westzijde van de Waalhaven te Rotterdam
wandelde, een bundeltje bankpapier ter
waarde van f 80.De bankbiljetten
waren door het rijverkeer en den regen
danig beschadigd. Bij de bijbank van de
Nederlandsche Bank aan de Boompjes
wisselde hij ze voor nieuwe bankbiljetten
in. Daarna is hij naar de politie gegaan
om te vertellen, dat hij de biljetten be
schikbaar stelt voor den eigenaar.
Nieuwe lavadom neemt gevaarlijken
vorm aan.
Uit Bandoeng komen verontrustende
berichten betreffende een waarschijnlijk
toekomstige werking der Merapi.
De lavadom van den Merapi is n.1. van
vorm veranderd. Het hoogste punt heeft
zich thans in westelijke richting verplaatst.
Reeds hadden zeer vele afstortingen plaats.
De nieuwe lavadom is reeds over de
lavalaag van 1931 heengezakt en reikt
thans tot 150 meter beneden de bres.
Alle diensten tot bescherming en het
nemen van maatregelen houden zich ge
reed voor den staat van alarm.
Aldus bericht Aneta.
Van zakkenstoppcr tot zwijntjesjager.
Het moet gezegd worden, dat dezo
dubieuze promotie den 22-jarigen Jan
Joh. D. uit Haren G'arspel nog niet
veel voordeel heeft gebracht.
Hij verscheen althans heden in de
ongunstige conditie van preventief ge
detineerde, verdacht zich te Alkmaar
schuldig gemaakt. Hij zou dan aldaar
aan diverse rijwieldiefstallen te hebben
een drietal fietsen hebben ingepikt, doch
hij bleek vreemd genoeg, bereid één
diefstal toe te geven. Wat de twee an
dere rijwielen betrof, die beweerde hij
te Haarlem van de in den dievenwereld
zoo populaire grooten onbekende te heb
ben gekocht, hoewel hij ook in dit geval
geneigd was te erkennen de wetenschap,
dat ook d i e fietsen waren gestolen.
Verder gingen zijn confidenties niet
en het is te begrijpen, dat de officier,
hoewel het vreemd vindend, dat Jan wel
zijn daderschap aan 1 rijwiel toegaf, niet
genegen was het bekende smoesje van
den grooten onbekende, geduldig te slik
ken. Waar echter de verdachte nog
een blanco strafblad kon vertonnen, wil
de de Officier zijn eisch niet hooger stel
len dan 30 maanden gev.
Mr. Belonje pleitte een voorw. veroor
deeling.
Van Lotje getikt.
Natuurlijk ontbrak op deze zitting
niet de naar het schijnt onmisbare af-
deeling „gesloten deuren" en zoo werd
in de eerste plaats door de rijksveld-
waclit aangevoerd de 57-jarige koopman
Jan K. uit Schagen, die zich aldaar had
bezondigd aan artikel 248 bis. Dr.
Kmijtbosch werd o.m. gehoord als psy
chiater.
Gerequireerd werd plaatsing in een
krankzinnigengesticht voor den tijd van
3 jaar, met welk requisitoir de verdedi
ger Mr. Belonje accoord ging.
'n Dubbeltje Gp zijn kant!
De bediende P. H. te Alkmaar had
zich in den Alkmaarschen Hout op straf
bare wijze geoccupeerd met kinderen,
welke handelingen opleverden het mis
drijf strafbaar gesteld bij art, 248 bis,
Wetb. v. Strafrecht. Dit jongmensch had
alreeds een voorw. veroordeeling opge-
loopen, waarvan de proeftijd nog niet
eens was verstreken. Derhalve stonden
zijn reclaseeringskansen al bijzonder
-.zwak en werd gerequireerd 8 maanden
onvoorwaardelijk.
Mr. Prins, toegevoegd verdediger, ver
loor den moed nog niet en stelde voor het
er voor ditmaal nog eens met een voor
waardelijke straf op te wagen.
Nachtelijke visite door het W.C.-raampje
in huize Th. ïluytcr.
)i
In den nacht van 32 op 33 Juni ont
waakte mej. Adrian Sluyter, wonend ten
huize harer ouders in de Breelaana nabij
Vinkenlaan te Bergen, door een harden
slag. Zij wipte uit den koffer, blikte door
de ruiten en zag alstoen een persoon
gekleed in zwarten gummi regenjas en
bolhoed op, die blijkbaar iets ond"r zijn
ia? verborg ei in de richting van hei
dorp op een rijwiel verdween.
Het huis werd eens geïnspecteerd en
bleek, dat een ongenoode gast door het
W. C.-raampje was binnen gedrongen
en uit het buffet uit de huiskamer alpaca
en ziiver tafelgerei had gestolen bene
vens een briefje van f 30 uit een enve
loppe.
De chef-veldwachter Vermeulen werd
gealarmeerd en deze vond er een ledige
enveloppe benevens buiten in de strui
ken een doosje waarop vingerafdrukken
voor kwamen. De chef behandelde de
ze afdrukken op dact.yloscopische manier
en bracht de voorwerpen over naar
Commissaris van IJzendijke, een bekend
dactyloscoop. Deze maakte diverse
foto's en toen bleek bij het nazien der
ten dienste staande vingerafdrukken,
dat deze een treffende overeenkomst
boden met de vingerafdrukken van een
iberucht recidivist, de 37 jarige koop-
jman Rink A., reeds 34 maal veroordeeld
iter zake diefstal met braak, mishande
ling en wederspannigheid.
Deze goede bekende bevond zich mo
menteel op vrije voeten en het bleek
bij onderzoek dat hij destijds te Schoort
had vertoefd en in den bewusten nacht
door Bergen in richting Alkmaar was
getrokken.
Hü werd bij confontratie bovendien
door mej. Adriana 81uyter herkend als
den man met bolhoed en regenjas.
Thans werd hij binnengeleid in de
gedaante van een motorduivel geheel in
't leer gestoken, met motorkap, motorjas
en handschoenen beladen. Hij ontkende
echter beslist den diefstal, hoewel hij
toegaf dien nacht op zijn motor door
Bergen te zijn getuft, in het complete
motorcostuum, heden door hem getoond.
Mej. Sluyter beweerde ook thans den man
te herkennen, echter was hfl dien nacht
niet gekleed als motorrijder.
Door Commissaris van IJzendijke
werd een interessante definitie gegeven
van de door hem ontwikkelde dact.ylos
copische foto's, die door rechtbank, par
ket, verdediger en ook door verdachte
met aandacht werd gevolgd.
Van de gestolen goederen was niets
opgespoord, dus moest de Officier alleen
zijn requisitoir bouwen op de vinger
afdrukken en de overige bezwarende
omstandigheden, alsmede de ongunstige
antecedenten van verdachte. Het waren
echter voornamelijk de vingerafdruk
ken. die den doorslag gaven voor den
Officier om te komen tot schuld igver-
klaring en een eisch tot het opleggen
van 3 jaar en 6 maanden gevangenis
straf.
Mr. Buiskool van Schagen, toegevoegd
raadsman en verdediger hield weer een
van zijn bezadigde en keurig gestelde
betoogen, waarin hii de overtuigende
waarde der vingerafdrukken bestreed en
tot vrijspraak concludeerde, subsidiair
het toepassen van een meer clemente
Uitspraak 18 September.