DE MELBOURNE-VLIEGERS OVER HUN TOCHT. HU DERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 1 NOVEMBER 1934. Uit het politie-rapport. Arrondissements rechtbank te Alkmaar. Wat de Uiver-bemanning beleefde. Weinig moeilijkheden. De terugreis van de Uiver. Een luchtschipdienst om de wereld. Engelschen in zeven dagen naar Australië? Engeland en de internationale luchtroutes. Militaire voorzorgen van Frankrijk. maar het zou in het derde bedrijf nog over troffen worden door de „Chant Hindou", een aria die men zelden hoort, doch van een tref fende, eenvoudige schoonheid is. Het cello- spel was natuurlijk van den heer Bandel, stafmuzikant, wiens qualiteiten overbekend sijn Ook mogen we het koor niet vergeten te vermelden, nota bene een koor van Tavenu zelf. Ja, ja, er werden veel eischen gestel' zoo schreven we reeds, een tooneelvereeni- gingtevens zangkoor. Het mooiste is echter, dat het koor de aanduiding „zeer goed" verdient. De zang was zuiver en het geluid goed. Rest ons nog te vermelden, dat de bloemen- rijkdom van de fa. Krijnen was en de uitste kende grime van den heer M. N. Wolzak, te Amsterdam. Aangehouden. Door de politie werd een persoon aange houden die in het Algemeen Politieblad stond gesignaleerd. Hij is naar Alkmaar overge bracht voor het ondergaan van de hem opge legde straf. Brand. Te omstreeks 12 uur 's nachts ontstond brand in den schoorsteen van een perceel aan de Oostslootstraat alhier, tengevolge van roetaanzetting. Met hulp van den bewoner werd de brand gebluscht. Een jeugdig zwerver aangehouden. Een minderjarige jongen, die zwervende en zonder middelen van bestaan in deze gemeen te werd aangetroffen, is door de politie aan gehouden teneinde naar Huizum (Fr.) te worden overgebracht, waar zijn ouders wonen Meervoudige Strafkamer. Zitting van Dinsdag 30 October. Den Helder. De onbevoegde chauffeur. Den 44-jarigen vrachtrijder Cornelis S., uit Den Helder, was op 15 Mei door een gerech telijk vonnis de bevoegdheid om motorrijtui gen te besturen ontzegd voor den ttfd van 1 jaar. Niettegenstaande deze ontzegging had deze chauffeur gedaan of zijn neus bloedde en was ijskoud doorgegaan met zijn wagen te rijden of er geen vuiltje aan de lucht was. De vrachtrijdr was op 16 Juni door den rijks veldwachter Brouwer te Huisduinen aange houden en geverbaliseerd. Heden terechtstaande, beweerde hij wel in de courant te heben gelezen, onder de uit spraken, dat hem de bevoegdheid was ont zegd, doch niet dat hij niet meer mocht rijden. Zijn verdediger, Mr. Mulder, advocaat te Den Helder, had verdachte het vonnis medege deeld, doch hem niet extra er op gewezen, dat hij niet mer mocht rijden. Wél had Mr. Mulder gezegd, dat hem de bevoegdheid om te mogen rijden was ontzegd. Uit de getui genverklaring van Mr. Mulder bleek echter wel, dat verdachte te goeder trouw had ge reden. Hij had ook aan den heer H., portier klerk le kl. medegedeeld dat hij had ver meend te mogen rijden, omdat het rijbewijs niet was afgenomen. De officier, overwegende dat verdachte de wetenschap had, dat hem de bevoegdheid was ontnomen, achtte verdachte dus strafbaar, doch nam verzachtende omstandigheden aan vorderde dus bij exceptie 75, subs. 30 dagen ïechtenis. In gewone gevallen, waarbij opzet wordt verondersteld, is de eisch steeds ge vangenisstraf. De verdachte was zeer aangedaan en be liep zich op zijn geringe middelen. Schagerbrug. Vervalsching van een stempelkaart. Een 22-jarig los-arbeider, Jetse T. uit Schagerbrug, gem. Zijpe, stoffeerde het zon daarsbankje als gevolg van een ongeoorloof de uiting van zijn goede hart. Hij vertoefde als commensaal ten huize van den 48-jarigen werkloozen werkman J. Landman, die het uiteraard niet breed had. De heer Landman genoot steun van de gemeente op een kaart, waarop door hem was opgegeven een ver dienste van 5, doch de verdachte, die op 22 Juni voor hem met die kaart naar het gemeentehuis ging om te stempelen, veran derde het cijfer 5 in 2, waardoor natuur lijk het steunbedrag steeg. Landman kreeg daardoor 2 méér steun. De goedhartige, maar ondoordachte jongeling, die het feit erkende, stond dan terecht terzake oplichting en valschheid in geschrifte, 'n misdrijf dat lang niet voor de poes is en waarop een duchtig maximum is gesteld, terecht. Men overhandigde een brief van zijn vader, die voor hem een voorw. straf verzocht. Voor het overig gaf verdachte toe, dat hij een ge- meene streek had gespeeld. Volgens de inlichtingen staat Jetse als brutaal en voorts ongunstig bekend. De officer vond de methode van verdachte om een gezin te bevoordeelen niet te juiste, vooral als zulks geschied op kosten der ge meenschap. Voor een voorwaardelijke veroor deeling voelde de officier niet en requireerde 1 maand gevangenisstraf. Den Helder. Een levensverzekeringspolis verzwegen. De vrachtrijder Corn. S. te Den Helder, de- relfde man die even te voren terechtstond terzake het onbevoegd chauffeeren, verscheen thans weer als verdachte naar aanleiding van het feit, dat hij in October '33, toen hij in staat van faillissement verkeerde, aan den curator, Mr. Veldman, verzuimd had op te geven een polis van een levensverzekering ter waarde van duizend gulden, gesloten bij een R'damsche bankvereeniging. De afkoop som bedroeg pl.m. 100.—. Verdachte wist niet precies meer, wat hij aan curator Veldman had opgegeven. Mr. Mulder, verdediger, bracht in het midden, dat het met de polis niet geheel in de haak was. De bank had moeten zorgen dat de polis moest zijn opgegeven aan den curator, waarover alle finanüeele aangele genheden moeten loopen I Gerequirêerd werd, omdat het opzet be- wezen werd geacht voor dit ernstig feit, een i gevangenisstraf voor den tijd van 2 maanden. Maximum is 4 jaar en 6 maanden gev. Mr Mulder pleitte vrijspraak op grond dat verdachte de dupe was geworden van de Verzekeringsbank. Den Helder. Het was weer zoo laat. De 31-jarige ongehuwde schilder Jan Wil lem M genoot de dubieuze eer terecht te moeten staan ter zake het helaas tegenwoor dig zoo veelvuldig voorkomende zedenmisdrijf, strafbaar gesteld bij artikel 247 Wetb. van Strafrecht, welke zaak met gesloten deuren werd behandeld. Als verdediger was toegewezen Mr. Dwars uit Hoorn. De officier vorderde 1 jaar gev. Mr. Dwars verzocht een reclasseerings- rapport. Den Helder. Misbruik van gezag. Onze oud-stadgenoot, de heer Aris B., elec- tricien, later radiodisrtibutie-directeur te Den Helder, thans koopman te Arnhem, stond te recht terzake dat hij aan zijn monteur te Den Helder, C. D„ last had gegeven 4 draden der radiodistributie, bevestigd aan een per ceel aan den Ruyghweg, door te knippen en te verwijderen. Zooals men weet is het radio- bedrijf overgedaan aan de firma E. Heyligen- berg. Later was er ongenoegen gerezen tus- schen partijen. De heer B. had bij exploit geëischt, dat de draden zouden worden ver wijderd en toen dat exploit geen gevolg had, was hij als eigen rechter opgetreden, wat de officieele rechter hem kwalijk scheen te nemen. De verdachte vermeende gerechtigd te zijn hiertoe, omdat hij zulks op gerechtelijke wijze had gevi iderd, doch volgens den presi dent had hij alleen recht gehad, indien hem dat bij gerechtelijke uitspraak ware verleend. Subsidiair was aan den heer B. ten laste gelegd wederechtelrjke toeëigening van ge zegde 4 draden. De verdachte had voorts zijn juridische be langen toevertrouwd in de handen van Mr. Schut te Amsterdam. De heer Heiligenberg verklaarde, dat de draden niet waren bevestigd aan het perceel, doch daar overheen liepen. Verdachte had eerst een exploit tot verwij dering ontvangen, waarop per brief was ge antwoord. In een conferentie te Alkmaar met ver dachte had deze geantwoord, op de vraag van Mr. Buiskool, dat hij het bedrijf geen moeilijkheden in den weg zou leggen. Over het bewste perceel had verdachte niet gesproken, aldus de heer Heiligenberg. Het was een mastiek dak, zei verdachte en daarop kon niet worden gewerkt, zonder verwijdering der bewuste draden. De president noemde de geste van ver dachte: chicaneeren. De heer Heiligenberg zeide, dat, indien de heer B. een boodschap had gestuurd aan de Centrale, men de draden zou hebben verwij derd, indien zulks bij eventueele reparatie noodig was. De voormalige monteur van verdachte, de heef C. D., had in opdracht van verdachte de draden boven het bewuste perceel doorge knipt. Misbruik van gezag had verdachte niet uit geoefend, verklaarde get. D. Verdachte had wel last gegeven, maar geen eisch gesteld. Deurwaarder B. had op 5 Juli op verzoek van verdachte een exploit uitgebracht tegen de Heldersche Radio-Centrale. Hij beschouwde aanvankelijk dit exploit als een plagerij. Get. dacht né dit exploit, dat verdachte hem last zou hebben gegeven te dagvaarden, doch dit was met geschied. Wel had de deurwaarder een brief geschre ven op verzoek van verdachte aan de Held. Radio-Centrale, firma Heijligenberg en Breg- man, dat hij, indien de draden met verwijderd werden, 2.per draad zou vorderen. Voor dit nuchtere zaakje moest nu een ver dachte uit Arnhem, 'n advocaat uit Amster dam en 'n deurwaarder uit Den Helder ko men; 'n soort interlocale conferentie! Mr. Hellema, advocaat uit Amsterdam, die ook in deze radio-kwestie was gehaald, en pleidooi had gehouden, waarop besloten was tot arbitrage, gaf een uiteenzetting van het verhandelde van een outsider Vrijwel onbegrijpelijk. Mr. Hellema had ook in een vakblad een ar tikel geschreven over de Heldersche radio kwestie. Verdediger legde er voorts een heel dossier van over. Deze getuige brak, zoover we het konden vol gen, een krachtige lans voor het standpunt van verdachte. Als getuige a décharge werd gehoord de accountant S. te Amsterdam, welke heer zich had gepresenteerd als middelaar in het radio-conflict. De heer B. verdachte had zich bereid verklaard het geschil in den minne te schikken, waartoe de heer M. niet bereid scheen te zijn. Tenslotte verscheen nog de technicus S. D. te Amsterdam en legde een verklaring af over de moeilijkheden waar mede de overname gepaard was gegaan. De vijandelijkheden zoude gestaakt worden, maar wat het commercieele element betrof, dit zou niet aan banden worden gelegd. Hierna verkreeg de officier het woord, om te wijzen op het simpele feit, met een gewel digen achtergrond. De officier wilde zich echter liever houden aan het tenlaste gelegde en sprak de meening uit dat verdachte zich niet had gehouden aan de gemaakte afspraak geen verdere chicanes op te werpen en den kooper te laten in het rustig bezit van zijn eigendom. Het afknippen der draden achtte de officier wederrechtelijk en hij requireerde 20 boete of 10 dagen hech tenis. Verdediger Mr. Schut hield daarop een uit voerige pleitrede en stelde in het licht, dat een leek niet geacht kan worden de wet te kennen maar meermalen door de jurispridentie in 't gelijk wordt gesteld. Zulks door voorbeelden gestaafd uit het weekblad in de Nederl. juris prudentie. Het ging niet om de boete, maar om den verdachte in 't gelijk te stellen. Zijn exploit was een waarschuwing. Een briefje daarop had hij van get. Biersteker niet ont vangen. Toen is de zaak hem gaan vervelen en had hij D. last gegeven, de draden door te knippen. Pleiter vermeende op verschillende juridische gronden tot slot van zijn pleidooi, dat hieir geen veroordeeling kon volgen. Plei ter gaf toe met den officier, dat hier geen uitlokking tot het plegen van een strafbaar feit had plaats gevonden. Den Helder. Hooger beroep aanrijding de La Reystraat. De 19-jarige heer F. C. te Den Helder, was door den Helderschen Kantonrechter veroor deeld tot 30 boete of 10 dagen, benevens 48.45 schadevergoeding wegens een door hem veroorzaakte aanrijding in de La Rey straat met een motor bereden door den tele grafist van de Rijks Marine W. H., wien hij als van rechts komend geen voorrang had verleend. De heer C. kon zich met dit vonnis niet ver eenigen en kwam in appèl, heden behandeld. De verklaringen der drie gehoorde getuigen waren echter niet in zijn voordeel en het resul taat van zijn actie was, dat de officier be vestiging van het gewezen vonnis vorderde. Aneta meldt uit Batavia, wat de Handels- blad-correspondent uit Melbourne van de Uiver-bemanning hoorde over den succes vollen tocht. Hieronder volgt het relaas: Melbourne, nog steeds vol van de prestaties van hun landgenooten Scott en Campbell Black en niet minder van onze Hollanders, zoemt nog van enthousiasme over de daden van de helden der lucht. Het zijn voor de vliegers drukke, uiterst drukke dagen geweest. Geen minuut werden zij met rust gelaten en met moeite moesten zij zich vrij maken om de noodige aandacht te besteden aan de inspectie van hun vliegtuigen. Eindelijk zijn Parmentier en zijn menschen in de bijna eindelooze opeenvolging van lun ches, diners en officieele ontvangsten enz. tot rust gekomen. Nu is het dan de tijd voor een weloverwogen en gedegen onderhoud. Wij hebben ze nu alle vier bij elkaar: den commandant Parmentier, den jongste van het gezelschap, dan Moll, dien wij hier al eerder zagen, toen hij met de „Abel Tasman" Mel bourne bezocht, voorts Prins en Van Brugge. Als wij hun vragen, hoe de tocht geweest is, een vlucht, waarvan wij denken, dat het er een was vol avonturen en wederwaardigheden, valt het op, dat zij bijna niets op onze vraag weten te zeggen. Het is alles zoo gewoon, zoo normaal ge weest. En dan pas dringt ten volle het besef tot ons door, dat deze tocht door uitnemende voorbereiding en uiterst stipte uitvoering ten volle verantwoord was en volkomen volmaakt en vlot is verloopen, als gold het een HollandIndië-vlucht, zooals er elke week een plaats heeft. Prachtig weer en geen moeilijkheden! Dat is de samenvatting van alle belevenis sen. Een kleinigheid de drassigheid van het vliegveld te Alor Star verdient nauwe lijks vermelding. Trouwens, de HollandIndië- vliegers kennen Alor Star, dat zij nu ruim anderhalf jaar geregeld hebben aangedaan, vrijwel „uit het hoofd". Wij hadden het over het eigenlijk tekort aan avontuur op deze reis, welke de geheele wereld in spanning hield en thans met be wondering vervult. Maar dan komen ook de Hollanders met een avontuur en een van lou ter blijheid, dat hun altijd zal bijblijven: het eerste contact met het moederland en wel bij aankomst in Ned.-Indië, toen zij door de Aneta-Nirom-radio-uitzending voor het eerst met het vaderland in verbinding stonden. Prachtig Indië. Het was, alsof de tropische natuur haar volle medewerking had verleend, om dit moment onvergetelijk te maken. Het was een prachtige Indische vooravond, vol van alle schoonheid, zooals die slechts de warme luchtstreken kent. Nog even verwijlen hun gedachten bij dit onvergetelijk moment. Maar wij moeten verder met ons interview en vragen feiten over den tocht van Milden- hall af. „Met prachtig weer vlogen w\j naar Rome", luidt het antwoord, „zooals u weet zonder tusschenlanding. Wij hadden een schitterend uitzicht op de Alpen en {leze inzet van de groote race beloofde al veel. Of het steeds door zoo zou blijven, wisten wij niet, maar de omstandigheden waaronder dit stuk werd gevlogen, brachten ons ten minste in de beste stemming en zoo arriveer den wij vol goeden moed op het vliegveld van de historische stad. Hartelijk zijn wij hier ontvangen. Onze pas sagiers waren opgetogen, niet alleen over het stukje, dat zjj hadden afgelegd, maar ook over alle vriendelijkheden, die hun hier als personen in het middelpunt van de wereldbelangstelling werden bewezen. Wij bleven dien dag verder ook nog in het historische leven, want van de Romeinsche beschaving ging het naar de Helleensche: Athene was onze tweede landingsplaats. Ook hier was iedereen vol belangstelling en rep ten tientallen handen zich om ons behulpzaam te zijn. In schitterenden maneschijn ging het ver der. Over het feeërieke Korfoe, over Rhodos, Cyprus, en meer plaatsen, waarvan de naam alleen den filosofeerenden aanschouwer terug brengt naar een tijdperk van eeuwen her. Naar Bagdad. Dan valt de duisternis, maar wij vliegen voort, als een moderne trekvogel, Bagdad tegemoet. In den nacht dalen wij op deze eerste ver plichte landingsplaats voor de speedrace. Dui zenden staan klaar om ons te verwelkomen, maar dat niet alleen, er wacht ons nog een extra verrassing, n.L onze collega's, die hier met het gewone HollandIndië lijnvliegtuig zijn aangekomen. Van Veenendaal voelt zich klein en zooals hij zegt: „als de conducteur van een paarden tram!" Alles Inspecteeren. Hier weer dezelfde technische voorzienin gen als overal elders: benzine bijvullen, moto ren even inspecteeren, enz. enz. Als dit alles gebeurd is en wjj klaar zrjn om weer voort te gaan, nemen wij afscheid van onze vele vrienden en vertrekken. Bagdad schijnt vol met verrassingen te zijn, want nauwelijks zijn wij los, of wij bemer ken dat onze „jonge collega", de Pander jager, neerstrijkt. Dan gaat het verder in den donkeren nacht, zonder dat er iets bijzonder voorvalt. Bij Boesjir zien wjj het daglicht. Onder deze gunstige weersomstandigheden belooft de dag weer mooi te worden en onze verwach tingen zjjn niet teleurgesteld. Wij landen zon der de minste stoornis te Karatsji. Hier steken wij natuurlijk ons licht op hoe het staat met de andere deelnemers van de race. Wij zijn vol goeden moed en verlangen om het er zoo goed mogelijk af te brengen, maar toch kunnen wjj eenigen spijt niet onderdruk ken, als wij hier hooren hoe het vliegende echtpaar Mollison met pech te kampen heeft en uit den wedstrijd is. Als wij de balans opmaken, blijkt dat alleen Scott vóór is en de rest van de deelnemers allen achter, hetzij door geringer snelheid, hetzij door pech, hetwelk iedereen kan over komen. Van Karatsji gaat het weer voort en wij begroeten den nieuwen avondstond te Jodh- poer. Wij houden ons nergens lang op, wij zitten nu eenmaal in een wedstrijd en moeten het er, met inachtneming van de strenge eischen, welke het vliegverkeer stelt, toch zoo goed mogelijk afbrengen. Spoedig zijn wij dan weer op weg naar Allahabad en daar wacht ons de eerste teleur stelling, alhoewel die niet onszelf betreft. In Calcutta bereikt ons het bericht, dat de Panderjager pech heeft en wel in zulke mate, dat een ernstig oponthoud niet uitgesloten is. Hier ontmoeten wij veel landgenooten. Het lijkt wel, alsof geen enkele Nederlander, in Calcutta woonachtig, dien nacht een oog heeft toegedaan. De geheele kolonie is aanwezig en als wij landen weerklinkt een hartelijk applaus. De wildernis tegemoet. Weer benzine inladen, weer olie innemen, alle technische „plichtplegingen", waaraan wij ons te houden hebben en in nieuwe duis ternis vertrekken wij uit Calcutta, nagestaard door talrijke landgenooten, die ons wel tot het eindpunt zouden willen volgen. Wij gaan nu de wildernis tegemoet. Wij vliegen over ongerepte streken, totdat wij Rangoon in zicht krijgen, waar het landings terrein door petroleumvlammen duidelijk is aangegeven. Weer als van ouds en weer zoo gauw moge lijk verder. Dan komt een van de onvergete- lijkste momenten van den tocht, de onver getelijk schoone zonsopgang boven de tallooze eilandjes, waarmee de zee tusschen Victoria- point en Alor Star als het ware bezaand is. „Batavia nadert al dicht", zoo gaat door ons aller gedachten. Wij zijn al in de tropen en al lijkt het tér- iein van Alor Star wat doorweekt, al is de bodem zoo drassig, dat het landen hier een ininder prettige gewaarwording is, wij zijn blij, dat wij in een korte spanne tijds zoo ver zijn. En de gunstige omstandigheden, waar onder wij zoo ongeveer de helft van onze taak hebben beëindigd, maken alles goed. Na Alor Star komt Singapore, dat wij als Vast K.L.M.-station bijna als „eigen land" be schouwen, waaraan het feit, dat Moll ais K.N.LL.M.-vlieger tijden lang de route Bata viaSingapore vice versa heeft onderhouden, ook niet weinig toe doet. Maar deze gemoedgesteldheid bestaat niet alleen bij ons, Hollandsche vliegers. Singa pore is van dezelfde meening en hier is niet alleen de Hollandsche kolonie bijna volledig, maar ook honderden Britten staan klaar om ons welkom te heeten. En zij lijken bijna even verheugd over ons Succes tot nog toe, als eigen landgenooten. Verder gaat het weer, nu naar de hoofdplaats Van onze kolonie, het eindpunt van onze ge regelde HollandIndië-vluchten. Naar Batavia. Wij ondergaan als het ware een climax van belangstelling, waarvan Batavia het hoogte punt was. t Zooals Thea Rasche opmerkte: „men kan bijna geen groen onderscheiden van al het wit, van de tropische „pakeans". Alles juichte spontaan daar in Batavia en honderden d/jkten ons de hand. Het was een belangstelling, die ons werkelijk ontroerde. Niet het minst greep ons het feit aan, dat wij hier de gelegenheid vonden, dank zij de Aneta-Nirom-uitzending, om eenige woorden tot Holland te richten. Al hadden wij weinig tijd, al werden wij van alle zijden in beslag genomen, dat moest er toch af, 'n paar woordjes die men in Holland kon verstaan als te zijn van ons. En niet het minst waren hier onze gedachten vol van de dierbare betrekkingen in het moederland, die met onze ervaringen van minuut tot minuut medeleefden. Op Tjililitan werd post voor Indië aange bracht, nieuwe post voor Australië ingeladen én onder alle romantiek moesten wij toch even materialistisch zijn voedingsmiddelen ingeslagen. In het schemerduister stegen wij op, lieten wij de duizenden achter ons en vlogen den tropenavond tegemoet. Nog juist had onze marconist even gelegenheid om te hooren, hoe ons contact met Holland door de radio uit stekend tot stand was gekomen, iets wat onze harten met vreugde vervulde. Zoo vlogen wij in den avond over Java, za gen wij Semarang en Soerabaja als een massa lichtjes onder ons liggenhier zag men vermoedelijk ontroerd van beneden af onzen lichtenden driehoek, welke zooveel voor de Nederlandsche reputatie te beteekenen had en vermoedelijk pinkten hier velen een traan uit het oog, toen Hollands nieuwste vliegtuig yoorbij snelde Nadat wij Java waren overgevlogen, ont moetten wij een sterken tegenwind. Maar zonder eenige wederwaardigheden be reikten wij Rembang, waar wij in totale duis ternis landden. Hierna ging het weer voort in de richting van Australië en het volgende sta dion Koepang werd hierna aangedaan. Het Was nog nacht, maar de tjjd vlood en de tijd veranderde. DanAustralië. mochten wij, ^^^^Smfanteljjke van Australië, ons eindpunt, het land waar ons doel lag. Australië was nu in zicht en alles ging goed. Wij vlogen boven de wolken en tenslotte tegen zonsondergang vlot op vlieeveld te Charleville. Toen kwam tegenslag. De elementen „u een laatste hardnekkige poging om zien tegen de overwinning van het luchtruim door de Hollanders te verzetten. Tegenslag. Het onweerde voortdurend en op de hevig ste wijze, waardoor radio-communicatie on mogelijk werd gemaakt. Wj) stegen met de Uiver" tot op een hoogte van 15.000 voet, doch werden ook hier nog door de elementen achtervolgd, want de op die hoogte optreden de aanzetting van ijs op de vleugels nood zaakte ons om weer lagere regionen op te zoeken. Wij waren nog 200 mijl vóór het eindpunt en toen moest de „Uiver" weer naar beneden, terug naar Albury, om grondzicht te krijgen. Wij poogden nog met onze machine onder het wolkendek tusschen de bergen door Mel bourne te bereiken, doch de elementen hielden niet op, ons te bestoken en zetten den strijd voort. Een hevige slagregen, gepaard met hagel, sloeg ons als het ware met blindheid. Het zicht minderde sterk en dwong ons ten slotte onverbiddelijk om terug te gaan. Parmentier en Moll vertellen dan hoe zij besloten om te Gootamundra te landen, maar hoe, voor zij aan dat plan gevolg konden ge ven, Albury weer zichtbaar werd. Albury helpt. Hier deed zich een wonderlijke aanblik voor. De stadslichten seinden, zij gingen uit en aan, zij seinden in Morsetaaiwjj za gen het race-terrein afgeteokend en sterk onze aandacht trekkend door een verlichting van een massa auto's, naar wij later met dankbaarheid vernamen, door bemiddeling van den radio-omroep opgetrommeld. Dat, vervolgt Parmentier, deed ons beslui ten om, ten bate van post, passagiers en re putatie, voorloopig den strijd maar op te geven. Wij wierpen parachutefakkels uit en kon den door deze verlichting van weerszijden èn van den grond èn van ons vliegtuig uit, de „Uiver" behouden neerzetten. Onze eerste be hoefte, na dezen strijd, en onze behouden lan ding, was: „Contact met Holland". Zoo spraken wij dus met onze betrekkingen in het oude land, maar na deze verkwikking werden wij door den slaap overmand. Het terrein was drassig en de „Uiver" zakte weg in den doorweekten bodem, maar de bevolking van Albury, spontaan en enthou siast, leefde geheel met ons mede en deed wat zij kon om hulp te verleenen. Men haalde de „Uiver" uit de modder, leg de planken neer om den ondergrond te ver stijven en zoo konden wij, na achterlating van post, passagiers en twee leden van de beman ning, weer weg. De „Uiver" startte vlot, passeerde een uur later de eindlijn van het Flemington Race- Court en landde onder daverend gejuich als tweede in den grooten wedstrijd, met de ze kerheid, dat Australië, Indië en Holland dit moment met ons in volle intensiviteit door leefden. De „Uiver" waarschijnlijk Don derdag te Soerabaja. Volgens telegrafisch bericht van Parmen tier kan de „Uiver" Donderdag a.s. te Soera baja worden verwacht. Een nieuwe passagier voor de terugreis. Een zekere Lady Moulden, welbekend in de society-kringen van Adelaide, is voornemens om met de „Uiver" mee te vliegen naar Ne derland, en vandaar de reis voort te zetten naar Londen. De a.s. huldiging van de „Uiver"- bemanning te Amsterdam. Nu binnenkort de „Uiver"-bemanning, na haar koenen tocht van Londen naar Mel bourne, waarmede zij de aandacht van de ge heele wereld op de beteekenis en waarde van de Nederlandsche vliegkunst heeft gevestigd, naar ons land terugkeert, zal het Initiatief- Comité Amsterdam de stadgenooten in de ge legenheid stellen de „Uiver"-bemanning, bin nen de grenzen van Amsterdam, ook persoon lijk te doen blijken hoe geestdriftig de Am sterdammers de bewonderenswaardige pres taties der koene vliegers hebben gevolgd. De recordpoging van Jones en Waller. Jones en Waller zijn om 1.45 (pl. tgd) uit Karachi vertrokken. Naar Reuter uit Calcutta meldt, hebben de Mollisons er m toegestemd, dat Jones en Wal- ler een van de cylinders van de Cornet der Mollisons gebruiken om hun eigen toestel te herstellen. VVrlght en Potando geven den strijd op. De Amerikaansche vliegers Wright en Po- ando hebben wegens motordefet tengevolge Tta^ brTVan Cen l'er C*Undera ^e Cal cutta den stnjd opgegeven en zich uit de Londen-Melbourne-race teruggetrokken. Ve^ ^lnnenk0rt Per schlP naar de I^nbfri mD gkeCFCn' waarhecn ook hun Lambert-Monecoupe zal worden verscheept. De behandeling van Wright en Polando in Perzië. Vereenigde Staten onderzoeken ernstig ieSTXn WfkC Wright en Polan'lo in verzie hebben ondervonden. Het buitenlandsche zaken deelt mede daT w onderzoek van den Amerikaanschen gezant te Teheran gebleken is, dat het rannJ vliegers, .dat zij 24 uur werden vastgeh'™ i"® omdat zij'geen toestemming tot landen hn," den, volkomen juist is. De gezant heeft opdracht ontvangen een diepgaand onderzoek in te stellen. De tocht van Fitzmaurice gaat niet door. Fitzmaurice, die met zjjn Irish Swoop naar Melbourne zou vliegen, heeft dezen tocht woï onbepa&lden tijd uitgesteld. Het toestel naar de Amerikaansche fabriek worden ten^ gezonden om er nauwkeurig te worden keken. Het laatste traject van Mei 'rosé, Melrose is om 11 u. 28 Dinsdagavond te Mei boume geland. Het laatste traject is nog njc» geheel zonder moeilijkheden geweest. Nadat hij n.1. van Charleville naar Mei bourne was gestart, vernam men, dat hi, 17 mijl buiten Charleville verdwaalde. Hjj landde naast een weg en vroeg een brie. venbesteller hoe hij moest gaan en na een uit. stekende start landde hij als zevende te Mei. bourne. Dr. Eckener's besprekingen in de Ver. Staten. Dr. Eckener, de Duitsche ïuchtschipbou- wer, die zich op het oogenblik in de Ver. sta. ten bevindt en daar voor de luchtvaartcom missie over den stand van het luchtschipver- keer heeft gesproken, deelde een en ander mede over zijn plannen voor de toekomst. Hij verzekerde dat hij in den zomer van 1935 met het nieuwe luchtschip L. Z. 129 proeftochten tusschen Friedrichshafen en Noord-Amerika zou houden. Hij stelt het nieuwe luchtschip ook voor rondvluchten in Amerika ter be schikking. In den herfst van 1935 komt de L. Z. 129 in den dienst op Zuid-Amerika. De luchtvaartcommissie heeft toegezegd om aan het congres een voorstel te doen, waardoor de proeftochten naar Noord-Amerika tevens als voorbereidingen voor een geregelden dienst kunnen gelden. Dr. Eckener kwam op voor inrichting van een luchtschipverkeer om de wereld tusschen Duitschland, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Neder! andsch -Indië en Br. Indië. Over een doeltreffend luchtschip heeft men reeds de beschikking. Er moet slechts zonder aar zelen gehandeld worden. Het heliumgas, dat voor de verwezenlijking van dit groote plan noodzakelijk is, dient door de Amerikaansche, regeering, die het heliummonopolle bezit, ter beschikking gesteld te worden. Dr. Eckener was van meening, dat het verkeer tusschen Duitschland en Amerika in het belang van belde landen bevorderd moet worden. In concurrentie met K.L.M. Het Engelsche ministerie voor luchtvaart zal de fabrieken gaan steunen welke voor de burgelijke luchtvaart werken, meldt de „Daily Herald", die post- en passagiers vliegtuigen zullen willen bouwen evenredig aan het vliegtuig dat met zulk een verbazing wekkend succes voor Nederland deelnam aan de Melböurnerace. Het blad meldt verder dat de Britsche deskundigen bij elkaar zijn geko- rhen en besloten dat Groot-Brittannië binnen eenige maanden een vliegdienst moet bezit ten, welke in zeven dagen Australië bereikt. Dit is het onmiddellijk resultaat van de Ne derlandsche prestatie in den vliegwedstrijd. Op een vraag in het Lagerhuis, hoe het zat met de instelling van een luchtdienst over den Atlantischen Oceaan naar Canada, heeft onder-minister Sir Philipp Sasson, gisteravond in het Lagerhuis nog geantwoord, dat de plannen voor Canada bestudeerd werden, maar zich nog in een aanvangsstadium bevonden. De geregelde dienst op Australië zou voof het einde van dit jaar nog geopend worden, maar na de ervaringen bij de wedvlucht LondenMelbourne werd nog onderzocht of de oorspronkelijk vastgestelde tjjd van 1213 dagen niet eenigszins bekort kon worden. Ingeval van een Duitsche aanslag in het Saargebied. Volgens de Matin heeft het opperbevel van het leger zich dezer dagen bezig gehouden met inlichtingen over de mogelijkheid van een aanslag van Hitleriaansche Sturmabteilungen in het Saargebied. Deze aanslag zou onmid dellijk volgen op de volksstemming ten einde den Volkenbond voor een uitgemaakte zaak te plaatsen. De groote staven te Metz en Nancy hebben alle noodig geachte beschikkingen ge nomen en de africhting van de recruten ih Elzas Lotharingen wordt bespoedigd. D. N. B. meldt uit Berlijn: Zoowel de Times als de Paris Soir berich ten in hun nummer van heden, dat de com- mandeerende generaal van het zesde Fransche legercorps, dat dicht langs de grens van bet Saargebied gestationeerd is, aan zijn troepen voorloopige aanwijzingen heeft gegeven hoe z(ji in het geval van een nat.-soc. putsch in bet Saargebied, moeten handelen. Het D. N. B. bureau teekent bij dit bericht van officieele zijde aan: Deze gelijkluidende berichten uit Londen en Parijs kunnen in alle Duitsche en Saarlandsche kringen slechts het grootste opzien en de ern stigste onrust veroorzaken. Hoe gemakkelijk immers kunnen militaire voorbereidselen tot voorwendsel dienen voor een coup de main. Reeds het dreigen met militair ingrijpen mag en moet als een poging om invloed uit te oefenen op de a.s. stemming, ten sterkste af gekeurd en veroordeeld worden. 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 6