Buitenlandsch Overzicht. Sally's avontuur. De Uiver in Indië, NIEUVVSCLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAÜLOWNA No. 75!3 EERSTE BLAD DINSDAG 13 NOVEMBER 1934 62ste JAARGANG n v GERARD worm keizerstraat ZIET ONZE GROOTE ANNONCE VAN DONDERDAG A S. GEMENGD NIEUWS De inbraak bij Lissone te Amsterdam. Poging tot inbraak te Amsterdam Treinbotsing bij Lottum. Lijnwerker door een trein gegrepen. Door een autobus overreden en gedood. CH (DOURAN Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersclie Courant f 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnenland f 2. Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct. Zondagsblad resp. f 0.50, f 0.70, f 0.70, f 1.—Modeblad resp. f 1.20, fl.50, f 1.50, f1.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 -Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIE N: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer: 10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Diplomatieke eigenaardigheden van den Duitschen gezant te Weenen, Von Papen. - Duitschland gecompromiteerd door zijn optreden in het Saargebied. - Frankrijk-Duitschland. Diplomatieke eigenaardig' heden van Von Papen Von Papen schijnt er eigenaardige politieke tendenzen op na te hou den. Zaterdagavond toch kwam er een bericht over de grenzen, dat hij, notabene als Duitsch ge zant in Oostenrijk, een anti-Oostenrijksche campagne voert, waarbij hy de hoogste regeeringspersonen in het land fel becritiseert. De Oostenrijksche regeering zelf zou er voor zorgen, dat de bijeenkomsten alleen door Duitschers en andere vreemde lingen, maar niet door Oostenrijkers bezocht worden. Het klinkt alles uitermate ongewoon zegt de „Nw. Rott. Crt." Maar ongelooflijk? vraagt het blad. Dat woord kan men op politiek gebied in die buurt niet meer gebruiken in het bijzon der niet wanneer het von Papen betreft. Deze officier-industrieel-staatsman-diplomaat heeft reeds lang zijn plaats verdiend onder de zeer avontuurlijke figuren der politieke wereldge schiedenis. Vooral te Rome zal men dat op het oo°"",wil<p zeker beamen m<-v-,io+ daar ....ofeiier VON PAPn In den laatsten tijd zijn doen en laten nog met fcijzondere belangstelling. Hij is er zoo weinig populair, dat het ons niet zou verbazen, wan neer hij er weldra een bezoek zou aankondi gen, in de werkelijk onschuldige verwachting er als gentlemen met volmaakte vriendelijk heid ontvangen te worden. Zoo neemt hij zelf deze dingen op, als een ridderlijk spel, waar van echter een der regels is, dat men de ge wone begrippen van ridderlijkheid volmaakt terzijde zet. Al wat met politiek samenhangt is voor hem een soort jioe jitsoe, als sport be oefend. Hebben anderen daartegen moreele bezwaren, dan is dit slechts omdat zij geen begrip hebben van jioe jitsoe als sport. Von Papen komt met zijn altijd welwillenden blik uit het strijdperk, wascht zijn handen, ,en is verder stomverbaasd als hij merkt, dat er lie den zijn, die politiek gesproken die handen liever niet meer drukken. Dit stoort hem niet in zijn gelijkmoedigheid en ijver. Het ligt immers alleen aan gebrek aan begrip bij de anderen. Wij vragen ons af hoe lang de Oostenrijk sche regeering deze campagne nog lijdelijk zal aanzien en zeer zeker zou het niet verwon- ierlijk zijn als men Hitier meedeelde niet neer op „de diensten" van Von Papen ge steld te zijn. Duitschland heeft zich niet alleen met deze anti-Oostenrijksche campagne gecompromit teerd, er is nog een an der geval, dat even onsympathiek is, we be doelen de kwestie van de stemmingmakerij in het Saargebied en de terreur, die daar op zekere groepen van de bevolking wordt uit geoefend, zooals bleek uit het rapport van de regeerings-commissie in het Saargebied, dat door het Volkenbondssecretariaat openbaar gemaakt is en waaruit wij in ons vorig num mer een en ander hebben vermeld. De Fransche regeering heeft, zoo schrijft het „Hbl.", toen zij besloot tot het nemen van voorbereidende maatregelen voor een even- tueele bezetting van het Saargebied in geval van een Putsch, waartegen de Volkenbond verplicht is te waken in het belang van een vrije stemming, ongetwijfeld afgeweten van den inhoud van het rapport van de regee- ringscommissie, hetwelk thans door het vol kenbondssecretariaat wordt gepubliceerd. Daarin toch worden, op grond van in be slag genomen documenten, bijzonderheden meegedeeld over houding en optreden van het Duitsche Front, in verstandhouding met Ber lijn, waardoor de bezorgdheid slechts kan toe nemen voor het ontstaan van „incidenten" voor of, waarschijnlijker nog, na de volks stemming van 13 Januari. De overtuiging van de voor de vrijheid der stemming verantwoordelijke autoriteiten, dat het gewenscht lijkt om bijtijds de moge lijkheid van verstoring der orde onder het oog te zien, kan er slechts door versterkt zijn. De president van de regeeringscommissie Knox heeft dan ook de commissie-Aloisi, welke thans te Rome vergadert en daar o.a. niet-officieele onderhandelingen heeft ge voerd over het Saarvraagstuk met een Duit sche commissie van vier personen, die nauw betrokken zijn bij de toekomstige regeling van de verschillende daarmede samenhangen de quaesties, verzocht nieuwe versterking van de Saar-politie mogelijk te maken. In de overweging natuurlijk, dat een handhaving van de orde door de eigen politie verreweg de voorkeur verdient boven een interventie van vreemde troepen, zij het dan ook, dat deze optreden als internationale politiemacht na mens den Volkenbond, welk optreden, inzon derheid wanneer het zou moeten geschieden na de stemming, tot ernstige strubbelingen zou kunnen leiden met Duitschland, dat dan (ingeval van een voor Berlijn gunstigen uit slag) daarin waarschijnlijk een inbreuk op zijn souvereiniteit zou zien. De vaststelling van de nauwe samenwer king tusschen het Duitsche front en de Duit sche regeering compromitteert deze, in ver band met de afspraak van 4 Juni, ongetwij feld sterk. Aan het eind van het artikel zegt het blad: Kortom, het rapport van de regeerings commissie met de daarin vervatte aanklacht tegen de Duitsche regeering en haar ambte naren, doet opnieuw zien welke gevaren be sloten liggen in het netelige Saarprobleem, en tevens hoe gewenscht het moet worden ge acht, dat op 13 Januari een beslissing valt, welke een definitieve oplossing brengt door wederinschakeling van het Saargebied in het Duitsche kader, hoe groot dan ook de daarin besloten bedreiging moet worden geacht voor dat deel van de bevolking, hetwelk zich niet kan vereenigen met het thans in het moeder land vigeerende regime. Het spreekt vanzelf dat door bovengenoem de onaangename prac- tijken van Duitschland, het land het vertrouwen van Europa niet wint, doch dat er integendeel een soort verbitte ring ontstaat. Ook kan er van een toenade ring tusschen Frankrijk en Duitschland geen sprake zijn, zoolang Duitschland met derge lijke practijken blijft doorgaan. Naar aanleiding van de besprekingen die de Fransche gezant te Berlijn, Francois Pon- cet, de vorige week met Flandin en Laval heeft gehad, zegt de Excelsior dat daarbij ook de huidige Fransch-Duitsche betrekkingen zijn besproken. Het zou nutteloos zijn, zegt het blad, er een geheim van te maken, dat deze betrek kingen niet zoo bevredigend zijn, als te wen- schen ware. Het lijdt geen twijfel, dat Frankrijk ofschoon het vasthoudt aan de grondslagen, die haar internationale politiek bepalen, toch den oprechten wensch koestert naar verzoening. Duitschland moet echter t>- recht dezen wensch deelen. Een Fransch- Duitsche toenadering blijft ook verder moge lijk en gewenscht. Doch deze kan niet bereikt worden, ten koste van concessies, welke on- vereenigbaar zijn met de veiligheid van Frankrijk en haar internationale verplichtin gen. Ontvangst door den gouvereur-generaaL Aneta meldt uit Buitenzorg: Geheel Buitenzorg is feestelijk versierd, ter gelegenheid van de komst van de Uiver-be- manning, die vanochtend door den gouver neur-generaal in audiëntie is ontvangen, mede in tegenwoordigheid van mevrouw De Jonge. Verder waren vele autoriteiten aan wezig. De gouverneur-generaal sprak als volgt de bemanning toe: Vergun mij, alvorens zij de groote reis naar het vaderland weer aanvaar den, een paar woorden te zeggen tot de leden van de bemanning van de Uiver, die wij het voorrecht hebben, op het oogenblik in ons midden te zien. Ik stel die reis op den voorgrond, omdat ik niet in de eerste plaats huldebetuigingen wil uitspreken ge weet langzamerhand hoe men over uwe schitterende prestatie denkt maar u een behouden thuiskomst wil toe- wenschen, na de emotie die gij doorstaan hebt en met vóór u een toch nog altijd in spannende en vermoeiende reis, die op zich zelf reeds een heele prestatie is. Ik doe dat te eer, omdat gij zelf zoo juist en zoo sympathiek uw vlucht met de Uiver kenschetst als alleen maar iets sneller en iets verder dan hetgeen regelmatig op de lijn Ne derlandIndië geschiedt. Dat gij in dit geval declnaamt aan een wedstrijd en daarbij anderen de baas zij t ge weest, verandert de zaak in wezen niet; mis schien zou het er in de wereld beter uitzien, als wij niet zooveel waarde hechten aan een overwinning over anderen. Ik kan uwe prestatie dan ook niet los maken van het schitterende werk, dat nu al twee jaren lang regelmatig door de K. L. M. is gedaan. Wat dit werk voor Indië beteekent, is niet met een paar woorden te zeggen. Denk eens aan het zoo noodige nauwe con tact, vooral in deze tijden, tusschen de Ned.- Indische regeering en het Opperbestuur; aan de eischen, die handel en nijverheid stellen, aan familiebanden, waarop de afstand soms zoo pijnlijk inwerkt, wat lijkt die afstand niet minder groot, nu een brief niet meer een maand heen en een maand terug vereischt. Dat alles is ook uw werk; reëel, nuttig, groot werk, waarvoor men U terecht dank baar moet zijn. Toch kan ik een woord van zeer persoon lijke hulde niet achterwege laten. De nacht van Albury geeft u daarop tenvolle aan spraak. Wat gij daar hebt getoond ging verre uit boven correcte dienstverrichting, deskun dige behandeling of sportieve prestatie; het was meesterschap, niet alleen van inzicht en bekwaamheid, maar ook van karakter en geestesgesteldheid. Hierbij mag nationale trots worden gevoeld. Onze vliegers geven daartoe in het alge meen gereede aanleiding, maar thans spant gij de kroon. Hulde, driewerf hulde! Naast nog een half uur in gezellig samen zijn was doorgebracht begaven de vliegers en autoriteiten zich naar de sociëteit om daar de lunch te gebruiken, waarbij weder om vele speeches werden afgestoken. Het huldeblijk voor Albury. Aneta meldt uit Batavia: 23 dezer zal de heer H. Sluiter, oud-gezag voerder van de Kon. Paketvaart Mij., zich met de Nieuw-Holland naar Australië bege ven, alwaar hij met den vertegenwoordiger van de K.P.M. te Sydney overleg zal plegen over de aanbieding van een huldeblijk aan de vijf personen, die zich bij de noodlanding van de Uiver te Albury hebben onderscheiden. Binnenlar.d Nadere bijzonderheden. brandkast, die in het gebouw aan den muur hingen, genomen, en zoo zyn weg tot den in houd van de safe gevonden. De man zegt, dat 't deel, dat hij van den buit heeft gekregen, op gemaakt is. Of de anderen nog iets over heb ben, heeft men nog niet uit hen kunnen krij gen. Het schijnt dat de vier verdachten in den bewusten nacht in het perceel van Lis sone zijn geweest. Zij schijnen, toen de deur geopend was, een voor een naar binnen te zijn gegaan. Ook de vrouwen schijnen bij den diefstal dus aanwezig te zijn geweest. Een der vrouwen was in het bezit van 50. Men heeft nog niet kunnen nagaan of dit van den diefstal afkomstig is. Zij blijven alle schuld ontkennen, spreken elkaar steeds tegen, en trachten de schuld op elkaar te werpen. Het onderzoek duurt nog voort. De inbrekers gestoord. De heer Nabarro Jr. wilde Vrijdagavond nog even een bezoek brengen aan het kantoor van zijn vader, dat gevestigd is in het per ceel O.Z. Voorburgwal 117 te Amsterdam. Toen hy te ongeveer tien uur de deur open maakte, hoorde hij achter in de gang een klap. Nadat hij het electrische licht had ont stoken, bleek hem, dat een pakje, inhoudende inbrekerswerktuigen, was gevallen. De jonge man waarschuwde de politie. Het huis werd doorzocht, doch niemand werd gevonden. De indringers, want er moet door de kelderdeur ongenood bezoek zijn binnengekomen, ont kwamen, met achterlating van hun gereed schap. Zij waren er niet in geslaagd iets van hun gading te vinden. EEN GEWAARSCHUWD MENSCH. Geldt voor twee. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag is een leerhandelaar uit Tilburg, die zich den geheelen avond met een vrouw had opgehou den in een café aan den Berghemscheweg al daar van een flink bedrag aan geld beroofd. De politie had den koopman gewaarschuwd, doch in weerwil hiervan had deze zich toch met de vrouw in het café begeven. j Geen persoonlijke ongelukken. Zaterdagavond tegen half zeven was do goederentrein VenloNijmegen op spoor I het station Lottum binnengeloopen terwijl uit tegenovergestelde richting personentrein 2047 die om 6 u. 42 te Venlo aankomt, naderde. Door den verkeerden wisselstand reed de per sonentrein met kracht tegen de machine van den goederentrein. Beide machines werden zwaar beschadigd. Door den schok werden do passagiers door elkaar geslingerd. Zij bleven, evenals het treinpersoneel ongedeerd. De post- conducteur J. Sterk uit Venlo sloeg tegen den wand van den postwagen en werd hierbij aan het hoofd gewond. De materieele schade is vrij aanzienlijk. De machinist van den goederentrein, welke Zaterdagmorgen te Amsterdam uit de rich ting Rietlanden kwam, hoorde ter hoogte van den Insulindeweg een hevig gegil. Onmiddel lijk stopte hij zijn machine en stelde hij een onderzoek in. Naast de spoorrails lag een man, die hevig uit verschillende wonden aan het hoofd bloedde. Het bleek een lijnwerker te zijn, die werkzaam is bij den ophoogings- arbeid in de buurt van het Muiderpoortsta- tion. De man is blijkbaar zonder goed te heb ben opgelet de spoorrails overgeloopen, met het gevolg dat hij door den locomotief gegre pen en een 15 meter is meegesleurd. De man is door den geneeskundigen dienst in zorg- wekkenden toestand naar het Onze Lieve Vrouwengasthuis vervoerd. Zaterdagmorgen begaf de 18-j. H. D. Jonk man te Hoogkerk, kantoorbediende te Gro ningen, zich als gewoonlijk met een vriend per fiets naar de stad. Ter hoogte van de kustmestfabriek aan het Hoendiep, slipte In aansluiting aan hetgeen wy hebben ge meld omtrent arrestaties in verband met een in Augutss j.1. bij Lissone te Amsterdam ge- pleegden diefstal vernemen wy nog het vol gende: Zaterdagochtend is de politie van het bu reau Singel tot een vierde arrestatie overge gaan, namelijk een broer van een van de reeds aangehouden vrouwen. Hij wordt ver dacht eveneens een rol by den diefstal te hebben gepleegd, en financieel voordeel te hebben gehad. Zaterdagochtend zijn alle verdachten weer aan een streng verhoor onderworpen. De bakker, die reeds had bekend, heeft thans eenige bijzonderheden meegedeeld. Het was gewoonte by het personeel van de firma Lissone, dat degene, die het laatst het kan toor verliet, de sleutels in de brievenbus wierp. De man heeft ze daaruit weten te krij gen. Vervolgens heeft hy de sleutels van de F e ui I I e t o n Uit het Amerikaansch. 49) Ze maakte haar zin niet af onder voor wendsel, dat ze Sally tijd om na te denken wilde laten, bleef ze eerst afwachtend staan, maar kwam toen een paar stappen naderby, terwijl ze haar hand, met een vertrouwelyk- uitnoodigend gedaar naar de enveloppe uit stak. „Maar dat zou u toch nooit doen die brief, dien u zelf geschreven heeft, aan Mrs. Goswold laten zien?" „De brief, dien ik zelf geschreven heb, je raaskalt gewoonweg! Ik heb 't over den brief dien jy me gebracht hebt en zeker zal ik dien brief laten zien, waarom zou ik niet!" „Van 't begin af heb ik geweten," zeide Sally nu heel ernstig „dat u niet goed en niet eerlijk was, ook al poseerde u ervoor. Maar ik heb werkelijk geen oogenblik ge dacht, dat u zich tot zoo iets schandelijks zou verlagen." „Als je daar dan nu van overtuigd bent, wees dan zoo goed „Maar waarom bent u toch zoo bang, dat ik Mrs. Goswold die geschiedenis van van nacht zal vertellen „Om jezelf schoon te praten, natuurlijk. Je zult heusch niet zoo dom zyn om te beken nen ..Bekennen „Maak toch gebruik van deze goede gele genheid, om de juweelen terug te geven je weet toch, dat je dan alle straf misloopt. Maar misschien waarschijnlijk kan je het niet. Waarschijnlijk is de man, met wien je vannacht, buiten, die idyllische ontmoeting gehad hebt, er al lang met den buit vandoor ben je machteloos om iets te doen, hoe graag je 't ook zoudt willen." „WScht eens even. Dat is weer een nieuw gezichtpunt. Laten we eerst de zaak recht zetten, ik heb geen lust om nog eens mis te tasten." „Buitengewoon verstandig van je m'n compliment!" „U bent dus van plan om my van die daad, die beneden alle critiek is, te beschul digen?" „Ja, waarom niet ik zie geen enkele re den, waarom jy niet de schuldige zou zijn integendeel. En daarby heb je zelf bekend, dat je vannacht iemand buiten ontmoet hebt." „Waarom gaat u dan niet regelrecht naar Mrs. Goswold en vertelt haar alles. Is dat dan niet uw plicht?" „Als je me je woord geeft, dat je 't niet gedaan hebt, wil ik je zeker, tegen alle be wijzen in, gelooven, mits „Zegt u me niet te veel op uw eigen ver antwoording heeft u Mr. Lyttleton wel over deze nieuwe tactiek gesproken De pijl, door Sally afgeschoten, was een die doel trof! Een paar oogenblikken lang bleef Mrs. Shandish haar tegenstander met open mond staan aankijken. Toen, met een snelheid, die van beheersching door veel oefening blijk gaf, trok ze haar onnoozelste gezicht en zei: ,Mr. Lyttleton!" op een toon, alsof ze voor het eerst hoorde, dat die bestond. „Ja, Mr. Lyttleton," herhaalde Sally. „U weet heel goed, dat hy de man was, met wien ik vannacht heb staan praten ik heb van het eerste oogenblik af geweten, dat u het wist." „Goed, laten we nu eens aannemen, dat ik het geweten heb; maar denk jij dat Mr. Lytt leton alles hier zal opofferen, zal opbiechten, dat hij vannacht, toen iedereen naar bed was, opgestaan is en om de een of andere reden het huis verlaten heeft alleen om jou te redden?" „Neen," moest Sally toegeven, „dat heb ik sinds vannacht wel afgeleerd, om van u of van een van uw vrienden iets te verwachten, dat op een behoorlyke behandeling zou ïyken. Maar bij deze quaestie zal Mr. Lyttleton toch moeite hebben, om de feiten te ontkennen. Als u nog een tikje beter geluisterd had, zou u geweten hebben, dat er nog een derde bij het onderhoud tegenwoordig geweest is haha dat wist u niet, hè. Neen, hy zal wel zoo verstandig geweest zyn, om dat niet tegen u te zeggen er was een getuige bij, maar daarom behoeft u niet zoo'n gezicht te zet ten." „Wie wie was 't?" hakkelde de blonde vrouw in het Colombine-costuum verschrikt. „Dat moet u zelf maar zien te weten te komen. Vraagt u 't Mr. Lyttleton, dan weet u het meteen. Neen, Mrs. Shandish, doe geen moeite, het geeft u toch niets het doel van deze scène begrijp ik niet en er naar ra den, och dat is me niet de moeite waard. Maar een feit is 't, ik ben geen kind, dat je met den boeman bang kunt maken. Laat dien beruchten aanbevelingsbrief, als u daar zoo'n aanvechting toe voelt, gerust aan Mrs. Gos wold zien, of ik weet nog beter, ga het epistel halen, dan gaan we samen naar haar toe „Ben je gek geworden? Wil je dan als een leugenaarster, als eende hemel mag we ten wat gebrandmerkt worden?" „Ik ben er niet bang voor, Mrs. Shandish... maar u wel!" Een oogenblik werden de scherpe blauwe oogen onzeker, toen keken ze schuw een an deren kant op. „Wat bedoel je daarmee?" bijna stotterend kwam het antwoord er uit. „Ik bedoel daarmee, dat deze scène lang ge noeg geduurd heeft. Ik heb er meer dan ge noeg van en u wint er niets mee niets! En daarom ga ik weg goeden avond!" Na deze laatste gedecideerde zinnen, mar cheerde Sally naar de deur en draaide reso luut den knop om de deur was gesloten en de sleutel stak niet in het slot. „Mag ik den sleutel terug hebben, Mrs. Shandish?" „Eerst moet ik wetenbegon de ander in een plotselinge opleving van haar aanma tigende manier van doen bij het begin van het gesprek. Sally legde haar vinger op het wit-ivoren knopje van de electrische bel naast de deur. „Moet ik schellen moet ik een van de kamermeisjes vragen om me eruit te laten?" Met een gebaar van wanhoop gaf Mrs. Shandish toe, dat ze de noodzaak om te ka- pituleeren inzag. „Maar toe, zeg me nu eerst even, Miss Manwaring „Nietsik vertel u niets; de sleutel asjeblieft." „Geef me dan alleen maar de verzekering, dat je niet Langzaam kwam de sleutel van achter den rug van Mrs. Shandish te voorschyn. „Het... myn juweelenkistje dan... wat heeft u daar mee gedaan?" „Ik heb 't ergens verborgen." „Waar?" „Dat zal ik u morgen, als we den tyd heb ben, wel eens vertellen." Met een ruk draaide Sally den sleutel om, deed de deur open en stapte met opgeheven hoofd en een strijdlustige uitdrukking in haar oogen de gang in. Zonder te letten op 't aarzelende, byna smeekende roepen uit de kamer achter haar, deed ze de deur dicht. Gelukkig was de mo gelijkheid, dat haar vyandin, want zoo kon ze Mrs. Shandish met een gerust hart noemen, haar na zou loopen en haar zoo tot voorzet ting van het woorden-duel met of zonder den geforceerd verzoenenden afloop van de paar laatste keeren, zou dwingen, uitgesloten; in de gang was het een gewirwar van de meest bizarre en kleurrijke costuums; de gemasker de gasten liepen de kleedkamers in en uit voordat Sally zich er rekenschap van gaf, dat ze haar masker nog steeds niet voorhad, be vond ze zich midden tusschen een groep schertsende en lachende clowns. Boven aan d groote trap bleef ze staan, boog zich over de balustrade heen en inspec teerde de deelnemers aan het feest, die de groote hall beneden bevolkten; de groepjes om tafeltjes, de heen en weer loopende paren, den kring van tien die de een of andere dwaasheid aan het uithalen waren. Ten eer ste zocht ze naar den wyd-uitstaanden hals kraag van Queen Elisabeth pas wanneer ze zich als een getrouwe schaduw aan deze doorluchtige personage vastgehecht had, zou ze zich veilig voelen en ten tweede naar den echten sombrero, de bekroning van het cowboy costuum en het kleine zwarte kapje, dat het hoofd van Harlekyn heette te ver bergen, met het doel om de bezitters van deze beide schilderachtige costuums met alle energie te vermyden. Maar tot haar verwondering en, als de waarheid gezegd moet worden, ook een wei nig tot haar schrik zag ze den wijd-uit- staanden kanten kraag nergens en toch, hoe gemakkelijk zou ze het spierwitte, kan ten weefsel, onder het licht van de groot*» electrische kroon een blank ovaal, vergelei^lv by de warreling van korte en sombere kleu ren er omheen niet gezien hebben, als da meesteres van Goswold House op de gewona plaats, vlak bij de glazen tusschendeur, waar zy als gastvrouw haar gasten had moeten ontvangen, gestaan had. Maar waar ze zich op dat oogenblik dan ook mocht bevinden gevonden moest ze worden. De omgebogen enveloppe met da kaart, die Sally nog steeds in haar hand klemde, was een voortdurende herinnering aan haar plicht haar plicht zoowel tegen over zichzelf als tegenover de vrouw, die on danks alles, zoo goed voor haar geweest was. Wel was 't waar, dat ze niets, noch zelfbe schuldiging, noch zelfverdediging erop neer geschreven had, de kaart was blanco, hetgeen zy waarschijnlijk zonder de onverstandige tusschenkomst van Mrs. Shandish ook wel gebleven zou zyn; maar de schermutseling had Sally's opinie over het geval een geheel andere tint gegeven. Zooals Sally 't nu zag was, niets meer of minder dan haar plicht, om Mrs. Goswold zoo vlug mogelijk op te zoe ken en haar alles, wat er dien vorigen nacht gebeurd was, te vertellen. En of deze hou ding na haar vorige overpeinzingen logisch of onlogisch was, kon haar niets schelen meï een hardnekkigheid, welke zich slechts met de grootste moeite van de volvoering van dat voornemen zou hebben af laten brengen, hield ze dat doel voor oogen Mrs. Gos- wold's eigen wenschen telden in dezen niet tegen wil en dank moest ze onmiddellyk van alles, wat ze noodig weten moest, op da hoogte gebracht worden. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 1