Radio-programma
HQCH SP©T
MOCIH1 ZOT
de natum.
HELDERSCHE COURANT VAN MAANDAG 31 DECEMBER 1934.
Jaarverslag
Jnderzeedienst
Vogels in den herfs
Tijdschriften
en Weekbladen
tl
5 Sept. Fokveedag te Den Burg.
10 Sept. Schuur van den heer W. Trap
te Oosterend afgebiand.
24 Oct. Uitstekend geslaagd kinderfeest
van de Heldersche Cour. te Den Burg.
4 Nov. De oudste inwoonster van Texel,
mej. wed. B. Busselman, viert haar 91sten
verjaardag.
1 Dec. De hee C. Eelman te De Koog,
die na 34-jarige ambtsvervulling den post
dienst verliet, wordt in zijn woning gehuldigd.
Jeugdherberg „Panorama".
Hoewel de gunstige resultaten van de vo
rige jaren deden vermoeden, dat „Panorama"
ook in 1934 weer door vele gasten zou wor
den bezocht, kon men toch ver-wachten, dat
het groote aantal overnachtingen van verle
den jaar niet zou worden overtroffen. In het
seizoen was de Jeugdherberg toen voortdu
rend geheel bezet. Het aantal jeugdherbergen
wordt steeds grooter (verleden jaar waren er
reeds 56) zoodat het aantal trekkers meer
verdeeld wordt. Bovendien maakt de crisis het
vooral aan vele jongeren onmogelijk geld te
besteden aan reizen en trekken. Volgens som
migen zouden de beide kamphuizen, die in de
Koog werden gebouwd, geduchte concurren
ten voor de Jeugdherberg kunnen worden.
Van dit laatste is niets gebleken en met groote
voldoening kan worden vastgesteld, dat het
aantal overnachtingen toch nog weer is ge
stegen n.I. tot 4529, dus 85 meer dan verleden
jaar, toen het 4444 was. Bij deze 4444 waren
ook nog de 127 overnachtingen van de nood-
jeugdherberg „Burgerhout" in de Witte Kruis-
laan, die dit jaar niet weer in gebruik is ge
weest, doordat aan de inrichting hiervan weer
eenige kósten waren verbonden, waartegen
het geringe voordeel niet opwoog. Inplaats
hiervan werden een tiental matrassen aange
schaft, met behulp waarvan de trekkerskeu
ken als noodslaapplaats kan worden inge
richt. Dat hiervan nog dikwijls gebruik werd
gemaakt, blijkt uit het feit, dat desondanks
nog ongeveer 200 trekkers wegens plaatsge
brek moesten worden afgeschreven.
De eerste gasten kwamen 29 Maart en 28
September gingen de laatsten weg. Met Pa-
schen, dat dit jaar zeer vroeg was, (1 en 2
April), waren er reeds 55 trekkers en met
Pinksteren was de Jeugdherberg vol en moes
ten 75 worden afgeschreven.
Het aantal scholen was dit jaar weer veel
grooter n.1. 10 (vorige jaar 6) met een totaal
van 789 overnachtingen (vorig jaar 478). Ge
deeltelijk moet dit worden toegeschreven aan
het zenden van een prospectus aan de hoof
den van 300 onderwijsinrichtingen en verder
aan de meerdere bekendheid die „Panorama"
heeft gekregen door andere scholen, welke
hier reeds e en bezoek hebben gebracht.
Het aantal personen bleef ongeveer gelijk,
n.1. 1876 (vorig jaar 1854). Hierbij waren
4 Duitschers, 2 Belgen, 2 Amerikanen en 9
Zwitschers.
Om de trekkers eenige voor-lichting te geven
bij het ontdekken van het Hollandsche land
schap, zijn dit jaar door de N.J.H.C. eenige
fiets- en wandeltochten georganiseerd, waar
van er een over de Waddeneilanden ging. Van
de 11 tochten die uitgeschreven zijn, waren op
28 Juli voor deze de meeste tochtenboekjes
verstrekt n.1. 118, wel een bewijs hoe zeer de
Waddeneilanden in trek zijn.
Behoudens enkele kleine reparaties, werden
in de Jeugdherberg dit jaar geen verande
ringen aangebracht.
Evenals het vorige jaar was gedurende de
maand Juli een leerlinge van de school voor
Maatschappelijk werk te Amsterdam als vo
lontair werkzaam, n.1. mej. Meihuizen.
Naar de beide Jeugdherbergleiders-confe
renties, die dit jaar te Castricum en Haarlem
zijn gehouden, werd door het bestuur een af
gevaardigde gezonden.
In dienst waren Hr. Ms. „O 13", „O 14" en
„O 15", terwijl Hr. Ms. „K XVI" en „K XVII"
bezig waren aan invaren, nadat zij door de
werf van aanbouw (resp. Rotterdamsche
Droogdokmaatschappij en Werf „Feyenoord'
waren afgeleverd. Hr. Ms. „K 14" en „K 15"
werden gereed gemaakt voor de reis naar
Oost-Indië ter versterking van het eskader
aldaar.
Ook de achter ons iiggende periode was
voor den Onderzeedie. i een bijzonder druk
jaar, er moesten alle krachten ingespannen
worden om het omvangrijke bedrijf, dat bij
kans te groot is voor de aanwezige ruimte,
middels, huisvesting, enz. te laten voldoen
aan de opdrachten, die hieraan gesteld wor
den.
22 Januari 1934 vertrokken Hr. Ms. „K
XVI" en „K XVII" voor het houden van een
diepteproef van 80 meter naar de „Silverpitt"
bij de Doggersbank en keerden den 24sten
Januari in het Nieuwediep terug. Daarna wer
den Hr. Ms. „K XIV" en „K XV" gereed ge
maakt voor de reis naar Oost-Indië en ver
trokken zij den 7den Februari. Hr. Ms. „O 13",
„O 14" en „O 15" waren in dienst vanaf het
begin van het jaar. 1 Februari kwam Hr. Ms.
„O 13" in conservatie en in Maart volgde Hr.
Ms. „O 15". 23 Maart v.JX Hr. Ms. K XVIII"
overgenomen van de Scheepsbouwwerf Wil-
ton-Feijenoord te Schiedam en in dienst ge
steld. 24 Maart vertrok zy naar het Nieuwe
diep, waar zij haar proeven voortzette. 23
April vertrok zy met Hr. Ms. „K XVI" naar
de „Silverpitt" voor een diepteproef van 80 m
en keerde den 25sten April terug. 20 Juni ver
trokken Kr. Ms. „K XVII" en „K XVIII" met
het oefen-smaldeel naar de Oostzee en deden
daar de volgende havens aan: Hr. Ms. ,,K
XVII" Gdynia, Hr. Ms. „K XVIII" Königs-
berg", beide Riga en Kopenhagen, en keerden
1 Augustus terug in het Nieuwediep. 20 en 21
September en 24 tot en met 28 September
hield de divisie onderzeebooten, bestaande uit
Hr. Ms. „K XVII", „O 14" en „O 15", tacti
sche oefeningen in de Noordzee, waarvan de
vier laatste dagen bestonden uit het deelne
men aan de najaars-manoeuvres. In October
kwamen Hr. Ms. „O 10" en „O 11" in dienst
en gingen Hr. Ms. „O 14" en ,,Q 15" in con
servatie". 19 October deden Hr. Ms. „O 10"
en „O 11" haar diepteproef van 80 m in de
„Outer-Silverpitt". 14 November vertrok Hr.
Ms. „K XVIII" voor een wereldreis van 8
maanden tot het doen van zwaartekrachts
metingen en onderzoekingen naar den aard en
intensiteit van het aard-magnetisme.
Hr. Ms. „K XVI" en „K XVII" worden ge
reedgemaakt voor de reis naar Oost-Indië. De
belangstelling van de zijde van het Neder-
landsche volk voor den tak van dienst was
amelijk groot, niettegenstaande slechts spo
radisch door de onderzeebooten een bezoek
we i -v eracht aan de grootere steden van
ons land.
Zwervers en trekkers.
VII.
Zelfs uit den donkeren nacht klinkt de rus
teloosheid, die de vogelenwereld heeft aange
grepen, ons tegen. We bemerken, wanneer we
in den herfst 's avonds het drukke gewoel van
de stad ontvlieden, in de natuur een geheim
zinnige drukte.
In de eindelooze ruimte boven ons leeft het
van duizenden vogels. De lucht is vol rumoer
Met snellen wiekslag spoeden zij zich voort,
altijd verder.
Een machtig verlangen is 't, dat alle be
zielt. Geen vogel kan zich aan dien drang
onttrekken.
Een geweldig proces grijpt in hen plaats,
waar ze geen weerstand aan kunnen bieden.
Zelfs de leeuwerik in zijn kooi wordt ver
teerd door het heimwee; 't moet een marte
ling zijn voor alle wilde kooivogels, weg te
moeten en niet te kunnen, telkens den kop te
stooten tegen het dak, dat niet wijken wil.
Hoeveel snellen ons voorbij! We weten het
niet, we zien niets. Maar luistereen aan
zwellend geruisch van een wolk spreeuwen
treft ons oor, ze passeeren, langzaam sterft
het geluid weg. Met zwoegenden slag trekken
kieviten voorbij, heesch klinkt hun: wie-iet,
wie-iet, Scholeksters roepen onophoudelijk
hun schel: te piet te piet. Heerlijk klinkt
daartusschen het melodieuze: wiui-iet wiui-iet
van de wulp. En dan al die hooge en lage
fluittonen van strandloopers en plevieren, van
tureluurs en ruiters, nu eens dicht bij, dan
weer van heel ver. Schril klinkt het srie-
srie-sirr van merels en koperwieken; leeuwe
riken verraden zich door hun tsjer-skrie-iel,
dat ze elkaar voortdurend toeroepen. En dan
al die klanken, die we niet thuis kunnen bren
gen.
Aangrijpend, al die stemmen te beluisteren
van de gevleugelde luchtreizigers, die zich
zelfs nu geen rust gunnen, ja liefst in den
nacht trekken, om bij daglicht wat voedsel tot.
zich te nemen.
Die nachttrek is voor de vogels niet zonder
gevaar. Masten, palen, telefoon- en telegraaf
draden eischen heel wat slachtoffers. Meer
malen vindt men in de nabijheid van hoog-
uitstekende voorwerpen 's morgens de vogels
doodaf voortstrompelend met geknakte vleu
gels, een gemakkelijke prooi voor gevleugelde
en viervoetige roovers.
En dan de lichtschepen en vuurtorens. Niet
alleen vliegen velen zich te pletter tegen de
donkeregevaarten, maar honderden, verblind
door de felle lichtstralen, kunnen zich niet
meer aan den fascineerenden invloed onttrek
ken. De vogels naderen den toren, trachten
te ontwijken, keeren terug, fladderen als
vuurvlinders in de sterke lichtbundels, storten
eindelijk uitgeput aan den voet van den vuur
toren neer. Vroeger werd door de bevolking
bij de torens ijverig jacht gemaakt op de
dood-vermoeide dieren.
Merkwaardig, dat men dit alleen waarneemt
bij donkere nachten. Bij heldere lucht, ja al
breekt slechts hier en daar een nieuwe ster:
door de grauwe wolken heen, dan verliest de
toren zijn aantrekkingskracht en vervolgen
de vogels rustig hun weg.
't Zijn vooral spreeuwen, leeuweriken, me
rels, koperwieken, vinken en kepen, die als
slachtoffers vallen, maar ook grootere vogels
treft dit lot. In een opgave van één onzer
vuurtorens over enkele wintermaanden kwa
men voor: spreeuw, kramsvogel, kievit, goud
plevier, drieteenzandlooper, watersnip, drie-
teenmeeuw, meerkoet en waterhoentje. Alle
vogels, die hun weg zochten door de duis
ternis.
Toch zijn er wel pogingen in 't werk ge
steld, dit gevaar voor de trekers te vermin
deren. Om de lichten der torens, die in den
trekweg liggen, heeft men vogelrekken aan
gebracht, waarop de vogels zich kunnen neer
zetten. Vooral spreeuwen maken hiervan
graag gebruik.
Echter niet alleen de lantaarn met zijn
sterke licht levert het gevaar op, de toren
zelf plaatst zich in den weg. Een strandlooper
bostste tegen een der raampjes van een toren
met zulk een kracht, dat niet slechts het glas
verbrijzeld werd, maar de vogel enkele meters
verder op de verdieping dood gevonden werd.
Bij enkele torens heeft men nu proeven ge
nomen met lampen, die men zoo plaatste, dac
't uitstralende licht niet geschaad werd, maar
wel de voornaamste gedeelten werden verlicht.
Geheel afdoende is ook dit nog niet. Nog
steeds verliezen jaarlijks eenige honderden
vogels hun leven. o.a. bij den „Brandaris" op
Terschelling.
't Laatste woord is hierover nog niet ge
sproken, wellicht wordt nog eens een middel
gevonden, waardoor het vuurtorengevaar in
de triestige, sombere herfst- en winternachten
tot het verleden zal behooren.
Waarom trekken de vogels Heel wat
theorieën zijn al opgebouwd, om dit geweldig
herst- en voorjaarsgebeuren in de vogelwereld
te verklaren. Het gaat bijna altijd samen met
een klimaatsverandering in 't verlaten gebied,
waardoor de bestaansmogelijkheid voor de
vogels gering wordt. Maar vele vogels ver
dwijnen al als er nog volop voedsel voorhan
den is en ook het weer hen niet tot vertrekken
noopt. Onze spreeuwen reizen weg, terwijl
Noorsche spreeuwen het hier blijkbaafr zoo
kwaad niet hebben. En met merels en lijsters
gaat het al even zoo.
Zwaluwen en fitisjes kunnen niet buiten
hun muggen en larfjes en verhuizen naar de
tropen, maar meezen passen zich bij de ver
anderde omstandigheden aan, eten zaden, ha
len het brood voor den snavel der musschen
vandaan. Vele meeuwen vinden op 't land en
langs de kust genoeg van hun gading. Stern
tjes, die kleine vischjes uit zee opduiken,
kunnen in den wintertijd in de meestal on
stuimige zee niet visschen, ze vernuizen naar
het Zuiden, waar rustiger water hun voedsel
verschaft.
Hoe vinden ze hun weg? Niet, omdat de
oude vgoels die de reis al meer gemaakt heb
ben. hier de gidsen zyn. Meestal trekken de
jongen 't eerst. Koekoeken echter verdwijnen
zoo gauw ze hun eitjes gedeponeerd hebben
n de nestjes der pleegouders. De jonge koe
koeken volgen pas veel later.
Van den trek van onze zomervogels weten
we nog heel weinig. Door 't ringonderzoek
zullen we daar langzamerhand een beter in
zicht in krijgen.
Dit jaar kon ik uit onze omgeving een 400,
meest jonge vogels, de reis opsturen, voorzien
van een lichten aluminium ring, genummerd
en geadresseerd.
Hieronder waren pl. m. 90 paapjes, 70 leeu
weriken, 70 kneutjes, pl. m. 90 spreeuwen, een
8-tal koekoeken e. a.
De in 't algemeen verkregen resultaten
toonen aan, dat 2 3 der geringde zangers
teruggemeld wordt. De meesten verdwijnen
spoorloos, sterven op verborgen plaatsen.
Zelfs van onze musschen, v, aarvan elk paartje
pi. m. 12 jongen groot brengt, zonder dat hun
aantal merkbaar vermeerdert, vindt men zel
den een dood exemplaar.
Van de passeerende najaarstrekkers weten
we zoo ongeveer wel vanwaar ze komen en
waarheen ze gaan. Van vele is de hoofdrich
ting O.W., naderen ze echter de kust, o. a. bij
de Duitsche bocht, aan onze Noordzee, zelfs
eenigszins is dit het geval bij het IJse'.meer,
dan buigen ze naar 't Zuiden af. Toch wagen
velen ook den sprong over het breede water
en steken over naar Engeland.
Eenige jaren geleden is opgericht het
Trekstation „Texel". Meer dan honderd waar
nemers over het geheele land verspreid, ver
zamelen in voor- en najaar gedurende een
vastgestelde periode 's morgens van 78 uur
gegevens omtrent de aan hun voorbijtrekken
de vogels. Een interessante bezigheid, dat na
speuren van de lucht, dat luisteren naar den
trekroep, het tellen en schatten der aantal
len, het bepalen van de richting waarin ge
trokken wordt. Bij stil weer is 't een turen
naar omhoog, dan hoofrt men den roep, maar
is 't vaak moeilijk de vogels te ontwaren. Is
't weer ruwer, dan trekt alles veel meer langs
den grond. De eerste bonte kraaien krassen ons
een goeden morgen toe; een 8-tal komt aan-
roeien, ver van elkaar of ze niets met elkaar
te maken hebben, dat is slechts schijn. De
troepen van pl.m. 80 gaan soms voorbij.
Al deze gegevens worden door 't Treksta
tion, gevestigd in 't Zoölogisch station te
Den Helder, met elkaar vergeleken en tot
een geheel verwerkt. Voor ons land wordt op
deze wijze vrij nauwkeurig gevonden de weg,
die de verschillende soorten nemen en 't aan
tal, dat passeert.
A.
ONTVANGEN BROCHURES, ENZ.
„De bebossching op de Noordzee-eilanden"
door P. Boodt. Overdruk uit het Nederlandsch
Boschbouw-Tijdschrift. Zeer zeker is dit voor
velen, die belang hebben bij of zich interessee
ren voor de bebossching op onze eilanden een
interessant en leerzaam geschrift; de schrijver
is houtvester in de houtvesterij „de Eilanden"
en dus zeker een alleszins bevoegd persoon.
Tot ons leedwezen zijn wij dat niet, hetgeen
niet wegneemt, dat wij gaarne dit geschrift,
dat k 1.25 te verkrijgen is bij de redactie
van het genoemde boschbouwtijdschrift te
Wageningen, willen aanbevelen. Er komen
een aantal illustraties in voor.
Verslag der Verzekeringskamer over het
jaar 1933.
Prijscourant no. 3, seizoen 1934'35 van van
Namen's Zaden te Dordrecht.
BINNENVAART-ALMANAK 1935.
Verschenen is de Binnenvaart-Almanak
1935, het bekende Jaarboekje van het Onder
wijsfonds voor de Scheepvaart te Amsterdam.
(Binnenkant 22).
De Binnenvaart-Almanak, die uitgegeven
wordt ter bevordering van het vakonderwijs
en het lager onderwijs aan schippers en schip
perskinderen, is dit jaar, zooals uit het voor
woord van den heer G. de Jong, den directeur
van het Onderwijsfonds blijkt, weer uitge
breid. Behalve de gewone rubrieken bevat het
144 pagina's tekst beslaande boek alle gege
vens omtrent hoogwatergetijden, sleepvaart-
tarieven, stormseinen, de evenredige vracht-
verdeeling, enz. en bovendien twee uitvoerige
artikelen over het Juliana-kanaal en Twente
kanalen met complete gegevens voor de
scheepvaart met bijbehoorende kaarten.
Wij twijfelen niet of ook dit jaar zal de
Binnenvaart-Almanak, die na inzending van
25 cent aan het Onderwijsfonds franco wordt
toegezonden, duizenden direct en indirect be
langhebbenden bij de scheepvaart goede dien
sten bewijzen.
iinimtinintuiHiHiiiiniiiiiiMWuiunmii
DINSDAG 1 JANUARI.
Hilversum, 1875 m.
AVRO-uitzending. 5.30 VPRO, 6.30 RVU.
8.00 Gramofoonpl.
9.00 Morgenwijding. bv I I
9.15 Gramofoonpl.
9.30 Stafmuziek 5de Reg. Inf. o.l.v. J. R. v. d.
Glas.
10.00 Gramofoonpl.
10.15 Vervolg concert.
10.45 Voordracht W. Haak en gramofoonpl;-
12.00 John van Brück en zijn orkest. Jeü
2.00 Nieuwjaarswensch in 9 talen door Joh. A.
P, Otten. i Tl
2.20 Ormoeporkest o.l.y. N. Treep m.m.Vi E. j
Veen (piano). e
4.00 Voor kleine kinderen.
4.30 Radio-Kinderkoorzang o.l.v. J. Hamelj
5.00 Concert uit het Grand-Hotel Central, Den
Haag.
5.30 Jeugdhalfuur v. d. VPRO, o.l.v. Ds. B. J.
Aris.
6.00 Gramofoonpl.
6.30 RVU. Dr. H. E. Enthoven: Aan den voor
avond van de Volkstemming in het Saarge- j
bied. i
7.00 Palestrina-koor o.l.v. Jos. Vranken.
8.00 Vaz Dias.
8.15 Omroeporkest o.l.v. N. Treep m.m.v. L.
Zimmermann (viool).
8.45 „O.K.Cal Calloway*', Nieujaarshoorspel
van A. v. Waasdijk.
9.05 Gevar. programma m.m.v. Kovacs Lajos,
de „Kardösch Sanger", Gerda Broekhuyzen
(piano-syncopations), V. Gömöry (zang),
B. Lensky (viool) en E. Veen (piano).
11.00 Vaz Dias.
11.1012.00 Gramofoonmuziek.
Huizen, 301 M.
4>
KRO-programma. 8.309.30 NCRV.
8.30 Morgenwijding o.l.v. Ds. W. J. J. Veldera,
m.m.v. alt en orgel.
9.30 Gramofoonpl
10.25 Hoogmis.
12.15 Orkestconcert en gramofoonpl.
2.00 Gramofoonpl. ,-.a
2.15 Militair concert en gramofoonpl.
4.15 Gramofoonpl.
5.00 Schlagermuziek.
6.00 Gramofoonpl
6.25 Orkestconcert.
7.15 Lezing en gramofoonpl.
8.00 Vaz Dias.
8.05 Schlag rmuziek.
9.45 Orkestconcert m.m.v. sopraan.
10.30 Vaz Dias. Gramofoonpl.
10.40 Vervolg concert.
11.1512.00 Gramofoonmuziek.
WOENSDAG 2 JANUARI.
Hilversum, 1875 m.
VARA-uitzending.
8.00 Gramofoonpl.
9.30 P. J. Kers: Onze keuken.
10.00 Morgenwijding VPRO.
10.15 Voor Arb. m de Continubedr.Trio, Dr.
H. Brugmans (lezing), J. Lemaire (decla
matie) en gram.pl.
12.00 „De Zonnekloppers", o.l.v. C. Steyn.
12.3 „Orvitropia", o.l.v. J. v. d. Horst.
1.00 Gram.pl,
1.15 Vervolg Orvitropia.
I.45 Zenderverz.
2.00 Gramofoonpl.
2.15 Kniples.
3.00 Voor de kinderen.
5.30 „De Notenkrakers", o.l.v. D. Wins.
6.15 Orgelspel J. Jong.
6.45 Sportuitzending.
7.00 Muzik. causerie, M. Vredenburg, met
gram.pl.
7.45 Radiotooneel.
8.00 Herh. SOS-Ber.
8.03 E. Walis en zijn orkest
8.30 Bont Nieuwjaarsprogramma.
10.00 Vaz Dias en VARA-Varia.
10.10 Strijkorkest o.l.v. E. Walis, m.m.v. J. v.
Helden (viool).
10.30 Gramofoonpl.
II.00 ,,X-X"-Ensemble o.l.v. C. Steyn.
11.3012.00 Gramofoonpl.
Huizen, 301 M.
NCRV-uitzending
8.00 Schriftlezing en meditatie.
8.159.30 Gramofoonpl.
10.30 Morgendienst o.l.v. Ds. E. Douma.
11.0012.00 Zang Chr. v. Dam, m.m.v. mevr.
H. Schults-Espeet (pian O),
12.15 Gramofoonpl.
12 30 Orgelspel R. Parker.
I.15 Kwintetconcert o.l.v. P. v. d Hurk.
2.30 Voor jeugdige postzegelverzamelaars.
3.003.45 Vioolrecital C. Hengeveld Jr.,
m.m.v. G. Hengeveld (piano).
4.00 Gramofoonpl.
4.15 W. Jurg: Dammen.
4.45 Gramofoonpl.
5.00 Kindéruur.
6.00 Landbouwpraatje.
6.30 Afgestaan.
7.00 Politieberichten. Ned. Chr. Persbureau.
7.15 Gramofoonpl.
7.30 Lezing Dr. B. Wielenga.
8.00 Vaz Dias.
8.05 Orgelconcert J. Zwart.
9.00 Lezing Dr. B. Wielenga.
9.30 Gramofoonpl.
9.35 Hill. Kamermuziekvereen.
10.00 Vaz Dias.
10.05 Gram.pl.
10.20 Holl. Kamermuziekvereen.
10.45—11.30 Gramofoonpl.
DONDERDAG 3 JANUARI.
Hilversum, 1875 m.
Algemeen Programma, verzorgd door de
AVRO.
8.00 Gramofoonpl.
9.00 Ensemble Lismonde.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonpl.
10.30 Vervolg concert.
II.00 Orgelconcert P. v. Egmond Jr., m.m.v. V.
Binnendijk (alt).
12.00 Tuschinski's Select Salonorkest o.l.v.
Max Tak.
I.45 Vioolrecital C. Moerman. Aan den vleu
gel: E. Veen.
2.00 Voor de vrouw.
2.30 Vervolg vioolrecital.
2.44 Zang door P. C. Brederode.
3.00 Declamatie Kommer Kleyn.
3.30 Vervolg zang.
4.00 Pianorecital R. Regnard.
4.30 Causerie Max Tak.
5.30 Kavocs Lajos en zijn orkest en gramo
foonpl.
7.30 Kapt. ter Zee H. Ferwerda: Ons Volk en
de Marine.
8.00 Vaz Dias.
8.05 Gramofonpl.
8.15 „Orpheus", opera van Gluck (verkorte
uitvoering). M.m.v. solisten, koor o.l.v. H.
v. Wielink en het Omroeporkest o.l.v. A. v.
Raalte.
9.30 Noord-Amerikaan3ehe gramofoonpl.
10.00 Omroeporkest o.l.v. A. v. Raalte.
II.00 Vaz Dias.
11.10 Uit Astoria, Amsterdam! Ensemble Pali.
11.3012.00 Wiener Ensemble uit Astoria te
A'dam.
Huizen, 201 M.
8.00 KRO, 10.00 NCRV, 11.00 KRO, 2.00—
12.00 NCRV.
8.009.15 en 10.00 Gramofoonpl.
10.15 Morgendienst o.l.v. Ds. J. J. v. Petegem.
10.4511.00 Gramofoonpl.
11.3012.00 Godsd. halfuur.
12.15 Orkestconcert en gramofoonpl.
2.00 Cursus Fraaie Handwerken.
3.003.45 Gramofoonpl.
4.00 Bijbelelzing Dr. J. H. Gunning J.Hzn.,
m.m.v. bariton en orgel.
5.00 Handenarbeid v. d. jeugd.
5.30 Gramofoonpl.
5.55 Arnhemsch Strijkkwartet en gramofopl.
7.15 Gramofoonpl.
7.30 Weekoverzicht.
8.00 Vaz Dias.
8.05 Kampliedjes door Groep 8 Ned. Padvin
ders Afd. Utrecht en gramofoonpl.
9.00 Lezing L. W. J. v. Hasselt.
9.30 Gramofoonpl.
10.00 Vaz Dias.
10.0512.00 Gramofoonmuziek.
Onze wensch voor '35
Ziet U in twéé regels staan r
Dat al wat g'U zélve toewenscht
In vervulling moge gaan
Ook voor U heeft '34
Een speciale rol gespeeld;
„Waschgemakk'lijk,waschvoordee!ig":
't Was Persil in klank en beeld.
'34 bracht veel méér nog
Voor het Nederlandsch Publiek:
Want Jutphaas kreeg zijn moderne,
Practische Persil fabriek.
Persil kwam óók in de wolken,
En dat is héél goed bedacht:
Zij ontmoet daar menig huisvrouw, s£j
Die zij in de wolken bracht. §g»
Wat ral '35 brengen?
Eén ding staat er nu al vastt
't Is, dat ons mooi Amsterdam met
De Persil-school wordt verrast.
Da's het feit van '35,
Van be.jng voor groot en kleint
De Persil-school zal de vraaghaak
Graag voor elke huisvrouw zijn.
*t Is van groot belang, dat ieder
Weet, wat Persil doet en kam
Onze wensch voor '35:
Komt en profiteert er van!
Ad*
^ervice"
E'Ostermann Crs Handel Mü N ;V. Amsterdam-Fabrieken te Jutphaas-Utrecht
„Beauty".
Het December-nummer van „Beauty", ver
schenen bij A. J. G. Strengholt's Uitg. Mij.
N.V. opent met 'n artikel „Waar vrouwen van
droomen", ml. van sieraden, reizen enz. Mevr.
MadsenScholte geeft wenken over „Dage-
lijksche bewegingen" en Li Corboni wijst er
op hoe men jong en fit kan olijven. Vele ge
slaagde foto's geven dit St. Nicolaas- en
Kerst-nummer een levendig aanzien.
„De Kern", tijdschrift-artikelen van blijvend
belang uit binnen- en buitenland. Het Dec.-
nummer van dit Interessante tijdschrift is ver
schenen. Het is ten eenenmale ondoenlijk van
den veelzijdigen inhoud eenig idee te geven;
men vindt er zoowel over Calvijn als over
Felix Timmermans, over steuntrekkers in de
Ver. Staten zoowel als over het veranderen
van de woestijn. Prijs per nummer 60 ct. Uitg.
van Holkema Warendorf U.M.
„Het Kind", veertiendaajsch blad voor ou
ders en opvoeders, red. D. L. Daalder, 35e jg.,
no. 24, Dec. 1934
Sinterklaas 1934. Sinterklaasperikelen,
door Tine Veen, met onderschrift door Red.
H. C. Andersen en zijn sprookjes, door Dr.
Annie Posthumus. Het sprookje in de
Sowjet-Unie, door Jef Last. Mevr. J. M.
Selleger-Elout door W. A. v. Liefland Jr.
Tijdschriften, door P. G. Nieuwe Kinder
boeken.
„Onze Taal", orgaan van het Genootschap
„Onze Taal" (Keizersgracht 194, Amster
dam), Nov. 1934.
Oude en nieuwe vrienden. Dit zyn enkele
aardige, weinig gebruikte, Nederlandsche
woorden als meesmuilen, (geen mees-muilen,
zooals men wellicht meent ,maar mee-smui-
len, d.i. limlachen, verwant o.a. met „smoel"),
molik (vogelverschrikker), enz. Verder bevat
het nummer o.a. een verslag van de leden
vergadering van October.
„Holand op Reis' off. orgaan Alg. Reis-
vereeniging (A. J. G. Strengholt Uitg. Mij.),
1 Dec. De „Costa do Sol", Portugal, Algiers,
Ville-fransche, Genna. Vereenigingsnieuws,
Wintersport, enz.
„Ons Nederland". In het December-nummer
van „Ons Nederland", off. orgaan van de Alg.
Ned. Ver. v. Vreemdelingenverkeer, wordt eer
biedig hulde gebracht aan de nagedachtenis
van den kortelings overleden vice-voorzitter
der vereeniging, den heer A. ioertson W.A.zn
De aflevering bevat voorts een interessante
beschouwing over de resultaten van het sei
zoen 1934, bezier uit een oogpunt van vreem
delingenverkeer. De meeste rapporten der
plaatselijke V.V.V.'s zijn in mineur gestemd,
r ai veelal met de toevoeging „het had nog
slechter kunnen zijn". Dr. W. P. Hubert v.
BUjenburgh schrijt over de Utrechtsche
V.V.V.-week, terwijl men verder o.a. een Sin-
t:rklaas-idylle vindt en een bijdrage over het
passenf^nds.
31 December. Toen ik, nog een slanka
jongeling van 18 jaren, mijn entree als volon
tair maakte op een driehoofdige redactie op
een bovenhuis diep in de provincie, gaf mijn
chef, die behalve advocaat en procureur een
een zeer cynische man was, mij een nadruk*
kelijken raad mee op mijn journalistiek le*
venspad
„Wees in alles wat je schrijft vooral ciui*
delijk. Wees liever tè duidelijk dan niet dui*
delijk genoeg." En hij voegde er (ter verdui*
delijking natuurlijk) een kwalificatie van het
lezerspubliek in het algemeen aan toe, dia
de hoffelijkheid mij verbiedt hier te herhalen".
Hij gaf het voorbeeld. Toen op een dag het
beroemde bericht kwam, dat mevrouw Cail*
laux den hoofdredacteur van de „Figaro",
Calmette, had doodgeschoten, voorzag hij het
telegram, dat hij mij (intusschen opgeklom*
men tot zoo iets als redacteur-Buitenland)
doorstuurde, van het volgende schriftelijke
commentaar: „Dit is zeer belangrijk! Een mi*
nistersvrouw die een hoofdredacteur revol*
veert!"
Zoomin het woord „revolveert", dat mij een
ingenieuze schepping leek, als het commen*
taar op zichzelf, dat mij als een geraffineerde
beleediging voorkwam, heb ik in de ruim"
twintig jaren, die sedertdien vervloden zijn,
kunnen vergeten.
Maar aan de noodzakelijkheid van liever te
duidelijk te zijn dan niet duidelijk genoeg,
ben ik sedertdien meer dan eens ddor de
practijk herinnerd. En ik kan dan ook zeer
goed den Voorschotenschen correspondent
van het Amsterdamsche dagblad begrijpen,
die het noodig vond, aan het bericht:
Een inwoner van deze gemeente, wiens
naam onbekend is, heeft heden verschil*
lende ingezetenen, die hiervoor in aan*
merking komen, verrast met een Kerst*
gave, bestaande uit verschillende levens*
middelen.
de volgende opheldering toe te voegen:
Deze daad getuigt van waren burgerzin
en oprecht gemeende naastenliefde.
Hoevelen zouden, zonder dit commentaar
niet gedacht hebben, dat deze daad getuigde
van laaghartige egoime en onmenschelijke
ruwheid
Ik moet zeggen, ik heb mij meer dan eens
gestooten aan slordigheid, de onvolledigheid
van menige krantenbericht. Mijn collega's
kunnen aan de punctualiteit van den kleinen
correspondent in Voorschoten een puntje zui*
gen! Hoe vaak heb ik, bij het lezen van het
verslag van een brand, niet de regelen ge
mist; „Het afbranden van dit huis beteekent
een verlies, want als het niet was afgebrand,
konden de bewoners er nog ongestoord in
wonen, was de eigenaar niet een huis kwijt*
geraakt en be hoefde de verzekering de scha*
de niet te vergoeden". Hoe vaak ontbreekt
niet bij een inbraak het commentaar: „Deze
daad getuigt van hebzucht, ja, van misda*
digen aanleg! Het is vooral hierom te ho«
pen dat men den dader vindt, omdat inbre*
ken in het huis van een ander bij de wet ver*,
boden is. Het is heel leelijk, zich te vergrij*
pen aan eens anders bezit en bovendien, een
inbreker kan iemand vreeselijk doen schrik*
ken!"
Daarom: een eeresaluut aan den kleinen
collega van Voorschten. Ga zoovoort, mijn
zoon, en gij zult vele regels kunnen teLlenl j
k.