Land- en Tuinbouw- nieuws Van Ewijcksluis. Wieringen. Texel. 6 'HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 3 JANUARI 1935. 'ipi Julianadorp. Anna Paulowna. Burgerlijke Stand van Den Helder TRAM WIERINGEN SCHAGEN EXIT De wijziging van de vleeschkeuringswet. gen ze ook duizend maal, dat de Volkenbond ons beschermt. Wat hebben wij Duitschland voor kwaad gedaan. Wij waren allen goede Duitschers. De Frontpartrj beweert wel, dat allen die nu voor Duitschland stemmen, nadat Saar- land weer met het Reich is vereenigd, gelijke rechten zullen hebben, dat hier geen ariër paragraaf zal zijn, maar wat kan men op be loften aan? Toch is die Frontpartij samengesteld uit de meest heterogene bestanddeelen. Men be weert dat niet alleen Hitlerianen, maar ook Joden, katholieken, communisten, sociaal-de mocraten er deel van uitmaken. Deze hebben na terugkeer tot het Rijk on danks hun afwijkende politieke gezindheid niets te vreezen. 't Gaat hier niet, zoo zeg gen ze, pro of contra Hitier. maar pro of con tra 't Vaderland. Die niet in de FrontpartH is, wordt als Landverrader uitgescholden. Op een der landwegen, buiten Saarbrücken, loopt een padvinder. Op zijn borst hoeft hg hetzelfde embleem dat ook de Hollandsche padvinders dragen. Vlug, ondanks de steilte van den weg, stapt hij voorwaarts, de Rück- sack op den rug gebonden. Als ik naderSij kom zie ik in een levendig vriendelijk jon gensgezichteen oogenblik sta ik ver baasd... nee ik bedrieg mg niet... de Padvin derij in Saarland is nog tot den 3en Januari vrijgebleven van den Rassentwist, de jonge padvinder, die voor mij staat is een Joodsche padvinder. Sjalom, (Vrede) zeg ik. Sjalom, zegt de jongen, en steekt mij op padvinders manier de linkerhand toe, dan vervolgt hij, terwijl hij drie vingers van de hand opheft: Gazak! (Wees sterk). Waarom steek je drie vingers op, zeg Ik veiwonderd. Hadad! Heje moegan. Wees bereid, zei de jongen op militairen toon. Dat is ons devies. Waar ga je nu zoo heelemaal alleen naar toe? Bundesappel (Bondsappel), zegt de jon gen, daar komt de troep bij elkaar. We zijn Joodsche padvinders. Zijn er ook Duitschers bij. Verwonderd kijkt het jongetje mij aan. Duitschers gaan niet met ons. Hou je niet van Duitschland? Vater en Mütterchen lieben Deutschland, alhoewel Duitschland hun groot leed heeft aangedaan, zegt de jongen, maar ik, ich liebe Palestina. Da können wir Juden uns freuen, daar kunnen wij leven. Hier in 't Rijk haat men ons. Niet-Joden maken herrie met ons. De Fran- sche Padvinders, die gedragen zich als onze broeders, die trekken wel met ons op. Wat heb je in dien zak op je rug, vraag ii Levensmiddelen? Brood, dat Mütterchen voor mij gesneden heeft en een gebedenboek. Want God mogen wij niet vergeten. Hij zal ons helpen, zooals hij onze voorouders geholpen heeft. Gazak, (Wees sterk) zegt de jongen, en" snel ver volgt hij zijn weg. Wonderlijk klein 13-jarig Jodenjongetje, dat reeds veel leed gezien heeft. Zonderling wijs op kinderleeftijd spreekt hij. Arm Joden kind, dat door den Eeuwige, een Joodschen vader en moeder werd toebedeeld. Waarom deed de Almachtige dit? Er is toch een Ariër paragraaf. Waarom werden zulke onnutte niet-Ariërs geschaoen? •ui teil kiwi „....„iizienlijk café, weggescho len m een dwarsstraat, komen de emigranten bij elkaar. Een dichte grijze rook hangt in 't vertrek, daartusschen schimmen in de avond-duisternis, die over Saarbrücken neer daalt de gestalten van mannen en vrouwen, die uit het licht naar de duisternis werden vei-wezen, die uitgeworpen werden of ge vlucht zijn uit het Rijk. Hier is 't laatste bol werk, de laatste verschansing, van hen die in 't groote Rijk, drüben gesignaleerd, gebrand merkt zijn, als landverraders, schurken, parasieten. Hier in deze sobere omgeving zit ten wellicht professoren, doktoren, advocaten, zwervers, communisten, Polen, Stattus quo'ers. Hier is 't edelste, en ook de droesem der menschheid vertegenwoordigd. Hier komen de eenvoudigen die slechts nagepraat hebben wat in de Vorwats stond, hier komen ook de leiders. Hier komen menschen, die naar zij zeggen, onschuldig mishandeld wer den en ook zij, die door een verterende angst aangegrepen, het Reich verlieten. Als ik binnentreed, heffen enkelen het hoofd op en gaan dan weer voort met 't kaart spel, anderen kijken even op van hun Pariser Tageblatt of Courant uit Polen mon steren mij scherp en gaan door. Buiten is het koud en nat, en de kachel in het vertrek brandt lekker. Om de kachel heen zit een troep zwijgende mannen. Even verder een vrouw. Ze is nog jong en mooi. De eenige vrouw in dit zonderlinge inter nationale gezelschap. Goeden avond, zeg ik. De mannen zeggen iets terug, wat ik niet vesta en gaan voort met kaartspelen. Een groote, lange, magere zegt iets in een allervreemdste taal. Wat zegt die meneer vraag ik de jonge vrouw in 't Fransch. 't Is iemand uit Warschau, zegt ze en hij heet u met een Poolschen groet welkom. Dank u, zeg ik, maar Poolsch verstond ik niet. De jonge vrouw knikt, neemt met elegant gebaar haar kopje koffie op. Rustig blijf ik ik zitten en roer mijn thee, op mijn beurt het gezelschap opnemend. Vele markante koppen, edele voorname ge stalten, oogen waaruit het intellect spat, de energie straalt, de strijdlust brandt, en daar tusschen de gewone, kleinzielige alledag men schen. Plots voel ik een hand op mijn schouder. Was machen Sie hier in Saarbrücken en waarom komt u hier eigenlijk? Ik kijk den spreker aan. 't Is een man met grijzend haar, in zijn oogen lees ik, dat hij veel leed heeft doorgemaakt. Ik kom hier alleen om Weihnaehten te deren, zeg ik. Familiebezoek. Ik dacht, dat bet in Saarbrücken moord, doodslag zou zijn, maar alles is rustig. Heel erg rustig! De oogen van den man fonkelen. Ik ge loof niet, dat u voor familiebezoek komt, zegt hij. Ik geloof niemand meer, ook niet, dat het rustig is. Die rust is schijn. Omdat de troepen hier binnengerukt zijn, daardoor heeft het buitenland Duitschland de gelegenheid ontno men de vrije wilsuiting der Saarbevolking te beïnvloeden. En het bewijs er van ligt voor de hand, ver volgt de man. Deutschland, ondanks dat bet de onafhankelijke, de alles durvende speelt, is bahg voor het oordeel der wereld. Wir brauchen bloss auf die Vorfalle in Oesterreich hinzuweisen! De man zwijgt een oogenblik. dan vervolgt hij: Oostenrijk is, toen Dolfuss op laag hartige wijze vermoord werd, uitsluitend door de dreigende houding van het buitenland, ins besonder durch die drohende Haltung Italiens (zeer zeker in de eerste plaats door de drei gende houding van Italië), dat zijn troepen aan den Brenner concentreerde, onafhankelijk en vrij gebleven. Door het ingrijpen van het buitenland werd datzelfde Duitschland bevreesd en het optre den van de Italiaansche militairen werkte preventief. Het voorkwam een catastrophe. Mussolini is een groot en wijs man! Het leek toen in Duitschland rustig, maar het gistte en kookte geweldigtot een uitbarsting kwam het, dank zij das fremde Militfir niet. De troepen, die nu in 't Saarland zijn, wor den als verstarkte Polizei betrachtet en wij zijn overtuigd, dat elke onrust, van welken kant deze ook mag worden gestookt, onmid dellijk onderdrukt zal worden. Wanneer die troepen er niet waren geweest, dan zou zeer zeker de sterkste, en ook de meest agres sieve, en dat is de National Socialistische Partei, een werkelijk zuivere stemming onmo gelijk maken. Wie is u, vraag ik. Is u ook stemgerech tigde De man schudt het hoofd. What is in a name, zegt hgHebben namen beteekenis? Vandaag schittert een naam als een glanzende ster aan den politie- kén hemel, morgen is die naam uitgewischt, is die ster verdonkerd, onzichtbaar geworden. Weer zwijgt de man, dan zegt hij: Wir sind dem Ausland dankbar dafür, dat het met groote wijsheid alle agressieve handelingen binnen de dammen houdt. Wij moeten ons tegenover den Volkerenbond, te genover de militairen hier dankbaar toonen. Nooit mag de bevolking van het Saargebied vergeten, dat de Volkerenbond als eerste plicht erkend heeft, het recht te verdedigen. Hiermede heeft de Volkerenbond getoond on misbaar te zijn in de wereld. Dat Duitsch land den Volkerenbond verlaten heeft, was alleen om eigenmachtig té kunnen optreden. Daarvoor hebt u geen bewijs, merk ik op. De man haalde medelijdend de schouders op, dan vervolgt hij: De troepen, ondanks dat ze in het Saar land niet met gejuich ontvangen zijn, kunnen toch, gezien de verhoudingen, er op rekenen, dat menig Saarlander over hun komst ver heugd is. Die Saarbevölkerung wird allen Nationen, die sich an dieser Aktion beteiligt haben ein bleibende und ehrendes Andenken bewahren, (De Saarbevolking zal zeer zeker alle naties, die daadwerkelijk zich met deze zaak be moeid hebben, blijvend en eervol gedenken). Wie is deze zestigjarige man, die zoo ge makkelijk en zoo vloeiend als een geboren re denaar spreekt, die zoo prachtig zijn gedach ten formuleert? Was hjj eens lid van den Rijksdag... een katholiek... een sociaal-demo craat?... Een communist was het niet, daar voor was hij te gematigd. Wie is het?... een professor, een dokter, een advocaat? Ik weet het niet, zal het ook nooit weten, want hij gaat naar het eenvoudige huffet, betaalt zijn vertering, dan gaat hij mij voorbij door het café, waar nu het avond-duister voel baar is... Grüss Gott, zegt hij... en loopt naar de deur, die achter hem dicht slaat. Schepen, die elkaar voorbijgaan in duisteren nacht De lichten in het café, waar de emigranten samenkomen, zijn nu aangeknipt. In den hoek zitten een paar Joden. Ik ga bij hen zitten. Sjalem, zeg ikSjalem, antwoor den ze. Heeft u haat tegen Duitschland? Wie is u en waarom vraagt u dat? What is in a name, zeg ik nu op mijn beurt... en waarom zou ik niet vragen? Van vragen wordt men wijs! Neen, wij haten drüben het Reich niet, maar wij Joden zijn in Duitschland als in een gezin, waar vader en moeder de kinderen met twee maten meten, het eene kind, dat blond is en blauwe oogen heeft, wordt met alle liefde omringd, het anders, dat zwart is en bruine oogen heeft, wordt, niettegenstaande hij zijn vaderland innig lief heeft, tot de zon debok van alles gemaakt. Kan hij het helpen, dat zijn haar zwart is, zijn oogen bruin? De Joden in het Saargebied moeten kiezen straks op 13 Januari. Zij hebben Duitschland liefZij voelen ondanks de stiefmoeder lijke behandeling, Duitsch. De man wendt hei gelaat af... Waarom zou ilpilpl ÜH. Se! Zweedsch-Engelsche verbroedering In hei Saargebied ik tegenover u, vreemdeling, mjjn hart bloot leggen? Ik houd van Duitschland, maar haat het regiem Een groote tragedie van het Joodsche volk wordt nu in Saarland opgevoerd, wellicht zullen er stiefkinderen zijn, die zullen stemmen voor het Rijk, dat zij liefhebben waar zij ge leefd en geliefd hebben. Velen ook hier in 't Saargebied gelooven, dat de in Duitschland alles overhetrseliende Judenfrage nooit de huidige proporties zou aangenomen hebben, wanneer men had kun nen voorzien, hoe de wereld daarop zou ge reageerd hebben. Hier in het Saargebied heb ik verscheidene Hitler-aanhangers gesproken. Hun oogen stralen van geestdrift, als ze het over den Führer, den Leider, hebben. Duizen den zien in hem meer dan een Uebermensch, zien hem als met een aureool omgeven. Voor Hitier èn voor Duitschland is synoniem. Hit- Ier zal brood, Hitier zal arbeid, Hitier zal welvaart brengen in het R(jk en in het Saar gebied. Wie zich tegen den Leider verzet, is een landverrader en toch ook hier in het Saargebied zijn er ook onder de aanhangers van Hitier, die een vriend onder de Joden hebben. Deze Jood is een nette Jood, hij is mijn vriend, hoorde ik menigmaal, voor hem sta ik in. Hem zal geen haar gekrenkt worc|i na den 13den. Ik vertelde dit een vooraanstaanden Jood, een intellectueel. Hoe is dit mogelijk vroeg ik Ironisch zeide hij: Zoo is het door alle eeuwen geweest. Zelfs in de duisternis der middeleeuwen had de landvorst zijn Hofjude, denk maar aan Jud Süss in Wurtemberg. Iedere burger had één Jood, waarvan hij zei, dat is een anstandiger Jude, maar al de overigen werden gehoond. Zoo is het helaas weer. De eene Saarlander zegt van mij, dat is een anstandiger Jude. Ik ben de Hofjude van een of anderen Hitlerman maar alle anderen deugen in zijn oog niet. Wat geeft het of één zegt: Dat is een nette kerel en duizend overigen haten ons zonder reden Wat hebben wij misdaan? Wij hadden en heb ben nog Duitschland lief. Wij wenschen geen Hof juden te zijn. Wij zijn menschen met pre cies dezelfde gevoelens als ieder ander. Wij zijn Duitschers, die ook vrij willen ademen en 1 leven, op de aarde, die de Schepper den men schen tot woonplaats gaf. Wij willen ook onze bescheiden plaats in de zon hebben. Hitier is de beste electricien van de wereld. Hij wist als met een electrischen schok het heele Duitsche volk op te richten, één te ma ken, maar ook wist hij, zooals geen enkele electricien het hem zal verbeteren, Duitsch land van de overige wereld te isoleeren. Lectuur voor de mariniers in het Saargebied. De leider van de afdeeling boekverspreiding van het Algemeen Nederlandsch Verbond, heeft het voornemen, dezer dagen een partij Nederlandsche leesstof te zenden aan de af deeling mariniers in het Saargebied. Hun, die willen medewerken om onze mannen daar ginds ontspanning te bezorgen, wordt ver zocht voor dit nuttige doel gelezen boeken en tijdschriften af te staan en te zenden aan het Boekenhuis, Laan 34, Den Haag. OUDEJAARSAVONDSTEMMING. l - v- Den middag van den Oudejaarsdag wilde blijkbaar Moeder Natuur het menschdom nog wat milder stemmen. Het wolkengordijn trok weg en het zonnetje overgoot op dezen win- ternamiddag het landschap met zijn zilveren stralen, gevolgd door een in goud- en purper- kleurigen zonsondergang. Het was dan ook een prachtige middag om er in het oudejaar nog eens een rondje fietsen aan te wagen. Des avonds na den avonddienst in de Ned Herv. kerk beklommen een viertal leden van de Harmonie „Kunstzin" den toren en deden van die plaats hun klanken uit de koperen monden over het dorp galmen. Gespeeld wer den o.a. „Wilt heden nu treden" en de bekende Oudejaarsavondzang Gezang 160 „Uren, dagen, maanden, jaren". AUTO-IJOTSING. Zaterdagavond blijkt op den afsluitdijk naar Wieringen eene ernstige autoaanrijding te hebben plaatsgehad. Een wegens benzinenood aan de zijde van den weg staande luxe-auto werd door een van de zijde van Wieringen komenden auto aangereden, juist op het oogen blik, dat een auto, van Van Ewijcksluis ko mende, daar gelijktijdig passeerde. De aanrijding schijnt te zijn veroorzaakt, doordat een dame uit den stilstaanden auto trachtte door met een zakdoek te wuiven, andere anto's aan te houden en zich daarvoor midden op den weg begaf. De chauffeur van den van Wieringen komenden auto merkte dat hjj, indien hjj den weg hield, gevaar liep deze dame aan te rijden en trachtte dus rechts langs haar te gaan. Daar de stilstaande auto onverlicht was, zag hjj dezen te laat en liep er met flinke vaart van achteren op. Een der inzittenden botste bij den schok met het hoofd door de voorruit, waarbij hjj tal van verwondingen opliep. De aangereden auto kon, na van benzine te zijn voorzien, zjjn weg vervolgen, de andere is per kraanwagen weggesleept. LOOP DER BEVOLKING. Ingekomen: B. Noordhuis-van Djjk van AlmkerkJ. Dijkstra en gezin van Wieringen H. Zweep van Wieringen mej. M. C. Jongejan van Wieringenmej. G. M. Schaper van Boven- karspelmej. A. Kamp van Haarlemmermeer A. Mazer van DelftJ. Kuiken van Zuilen mej. A. Hempenius, v. Alkmaarmej. G. Arnold van Dinslaken (Dl.); D. Kossen en gezin van Schagen. Vertrokken: J. C. Hartog naar Zaan dam; J. Kiers naar ZjjpeQ. A. van Nuland naar Ned. Oost-IndiëA. C. Drost en echtg. naar Den Helder; wed. H. v. d. Berg-Wassen en d. naar Den HelderJ. Pranger en M. Hoogland-Bos naar Alkmaarmej. M. F. Plagmeyer naar LeidenA. van Eijnsbergen en echtg. naar Den Helder; A. J. en L. van Klaveren naar Sassenheim; A. Glim-de Wit en kinderen naar Den Helder; mej" H. Ellen- brock naar Epe; W. Breider en gezin naar Den Heldermej. P. A. J. Kramer naar Haarlem mej. M. J. Wagemaker naar Wieringerwaard. POLITIE. Gevonden Doublé bril met hoornen randen beursje, rjjwielplaatje, kinderhandschoen met bontrandje. Verloren: een rjjwielplaatje, een zwarte handschoen, een doublé armband-hojloge. burgelijke stand. GEBOREN: Franeiscus Bernardus, z. v. B. Zwirs eD Ph. P. M. van LoonMaria Catharina Divera, d. v. J. B Lemmens en C van Diepen Anna d. v P Keppel en P A van Rijswijk; Anna Cornelia, d v J R. Bottema en 1. M Klaaver; Maria Elizabeth.d. v J. C v Groeken en Ch. J van der PijlAli Tine, d. v Jb. Geerligs en T. Koster; Johan Rens, z. v. R. Rezelman en C. P. Mnntjewerf, Jenneke, d. v, A. van der Stelt en W. Jeeninga. ONDERTROUWD: F. Hoeve en H. Quist H. Zweep en M. Daalman GETROUWD: A. P. Kossen en E. Becht D. Daalder en A. Diepgrond; C. Verschool J. C. Esseveld. OVERLEDEN: Mej, A. Bos. oud 75 j. en Hippolytushoef. Deheer L.C. Kollf burgemeester van Wieringen, herdenkt 10 Jan. a.s. zijn koperen ambtsjubileum. EEN RESPECTABEL GETAL. }In 1934 zjjn door den brigadier der Rijks- vèldWacht en de andere alhier gestationneerde vèldwachters, zoomede door de politie-ambte naren 'in den Wieringermeerpolder, omstreeks 400 processen-verbaal opgemaakt, waaronder pl.m. 60 misdrjjven. .MfKDERGM AUTOBUS OP DEN AFSLUIT DIJK IN BESLAG GENOMEN. Gedupeerde vacantiegangers. Woensdagmiddag is op den afsluitdijk nabjj ;d£ vefkeersbrug te Wieringen wederom een vol bezette passagiersbus uit Friesland af komstig en op weg naar Amsterdam in beslag genomen, wijl de papieren van den bestuurder niet in orde bleken. De bus behoorde aan de F[A.B.O., ondern. J. B. v. d. Poll teFraneker. Die passagiers, allen met bagage beladen vacantiegangers, die op deze wijze voordeelig den eigen haard dachten te bereiken, werden genoodzaakt uit te stappen of mee terug te rijden naar Friesland. Het resultaat was dat ajlen uitstapten en op andere vervoergelegen- ,heid naar Amsterdam wachtten. Den onder- ,npmer van dezen z.g. wilden dienst was heden een val gezet. Op alle mogelijke manieren .wordt getracht tusschen de mazen van het- nfet door te glippen en zoo gebeurde het de jlaïatste dagen dat ledige bussen de Friesche Marechaussees op den afsluitdijk passeerden 'ii de richting Amsterdam. Later bleek dan d; it de passagiers met taxi's naar den afsluit- djk voorbij den mareehausseespost werden gebracht, waar de bus hen opwachtte en over nam. Zoo passeerde ook gisterochtend ledig de thans in heslag genomen bus. De Rjjks- veldwacht te Den Oever werd telefonisch ge- wjaarschuwd, hield de, inmiddels volgeladen, büs aan en leverde haar over aan de per auto gearriveerde marechaussee. Deze reed thans den bus zelf naar Friesland terug, daar 't op den afsluitdijk is gebeurd, dat de contactsleutel werd ingenomen, terwijl de listige chauffeur met behulp van een draad toch contact wist te maken, en, na vertrek van de politiedienaren, er met den bus van door ging. WIERINGERMEERPOLDER. j Bij beschikking van den minister van wa terstaat is met 1 Januari aan Ir. A. L. H. Roebroek eervol ontslag verleend als lid van de voorlcopige directie van den dienst voor bet in cultuur brengen van de in den Wierin germeerpolder drooggevallen gronden, met dankzegging voor de als zoodanig bewezen belangrijke diensten. IjEN BANKBILJET' "VAN j 100.— KW1JT- j GEKAAKT'. Op de markt is Maandag een veehouder eer» bankbiljet van 100 kwijtgeraakt. Tot heden heeft men vergeefs daarna nasporing gedaan. AUTO-ONGEVAL, Nabij De Coeksdorp is dezer dagen wethou der Parlevliet een auto-ongeval overkomen, dat goed is afgeloopen In 't duister bespeur de hjj plotseling dat een vrachtauto voor hem stond die geen achterlicht had branden; de heer P. was toen genoodzaakt, om een botsing te voorkomen, den auto, dien hjj bestuurde in de sloot te zetten, 't Ongeval liep goed af; de auto was alleen een weinig beschadigd. BE ZAC HTE WINTER. Toen de heer K dezer dagen een zeer groote oppervlakte van paddenstoelen van zijn land wilde verwijderen, kwam hjj bij nader beschouwing tot de ontdekking, dat het een plek was geheel bedekt met madeliefjes. van 31 Dec. 19342 Jan. 1935. ONDERTROUWD: J. Biersteker en A. Tim mer. G. Vas en H. J. Felkers A G. Koridon en G. Molenaar. I. Wiennga en C. H. Boutkan. BEVALLEN: C. R C. Swait—Visser, z. G. van Keulen—van Darn z. C. Zits—Rarnlcr, d. 8. J. JongsteRoth, z. M. v. d. GeerSchwei- kert, d. A. PosthumusRensmaag, z. OVERLEDEN: J. K. Smeets—'t Hait, 69 j. Maandagavond hebben we de laatste reis met het trammetje van Schagen naar Van Ewycksluis gemaakt De laatste dag van 1934 de laatste dag van „onze" tram. Om 8.22 werd van Schagen vertrokken. Het Bestuur van de N V Spoor-(tram)weg Wieringen Schagen maakte ook de reis mee: H K. Kos ter, voorzitter, C. Wijdenes Spaans, ondervoor zitter, C. Haringhuizen, secretaris, J Bree- baart Kz. en F, F. Groneman. De belang stelling voor deze laatste reis was zóó groot, dat zelfs een tweede personenwagen moest worden aangehaakt. Vooral van de zijde der spoorwegambtenai en en werklieden was de belangstelling groot. De tram werd gereden door machinist Zwart en stoker Willekens, terwijl conducteur C. Smit deze laatste maal onze kaartjes knipte. Eindelijk klinkt dan een lang fl tsein en voor de aatste maal zet de tram zich in beweging in de richting Van Eycksluis. Spoedig knallen een viertal mist- bommen op de rails en is de rit begonnen. Als we zoo de verschillende coupé's eens inspec- teeren, blijkt dat vele vele compartimenten zelfs overvol zijn met nieuwsgierigen. Om 8.55 wordt Van Ewijcksluis bereikt Overal langs overwegen en bij haltes hebben zich velen opgesteld om voor dezen keer de tram het afscheid toe te juichen. Wanneer het Bestuur der N V. in de wachtkamer is aan gekomen en ook de heeren Verder en Zaad- noordijk, respectieveljjk chef en assistent te Van Ewycksluis, zich bij hen hebben gevoegd, spreekt de Voorz., de heer Koster, ongeveer als volgt: „Het is vandaag voor u, heeren Verver en Zaadnoordijk, wel een zeer eigen aardige dag, zoowel voor u als voor ons. Nu de N.V. in liquidatie is, is ook voor u de toe stand ingetreden, dat u niet langer alhier kunt werkzaaam zjjn. De Vennootschap heeft ge meend u een klein bewijs van a." mtie te moe ten aanbieden. Uit naam van het Bestuur bied ik u beiden deze kist sigaren aan." De heer N. Verver zegt hartelijk dank voor het bewijs van attentie. Hierna is reeds weer de vertrektijd aangebroken voor „ons" tram metje. Het Bestuur neemt afscheid van het personeel te Van Ewycksluis, terwijl ook de Chef van Schagen, de heer Slot, en de heer Van Orsel uit Schagen hun collega's de hand ten afscheid drukken. Vóór het stationnetje heeft zich Intussehen ongeveer gehéél Van Ewycksluis verzameld. Eén der aanwezige vrouwen biedt machinist Zwart een schaal met oudejaarsoliebollen aan. En dan klinkt om 9.17 het sein tot vertrek. En allen, die aan wezig zijn, zwaaien de hand tot afscheid. Maargeen gejuich stijgt op. Even voelen we den toon van weemoed, die in deze af- scheidssymphonie te beluisteren valt. Weer knallen de mistsignalen, weer een lang gerekt fluitseinde allerlaatste reis zal door ons trammetje naar Schagen worden afgelegd. En nu maakt ook in onze coupé zich een weemoedige stemming van ons meester. „Het oprichten was veel aardiger,", zegt een der familieleden van een Bestuurslid. „Toen was ieder blij, en zal zeker niet gemeend heb- bfen, dat hij ook de liquidatie zou beleven." i Als Wieringerwaard wordt bereikt, staan eén paar honderd menschen ons af te wachten. Hier worden chef Ypenga en de contractant C. van Zandwijk door den heer Koster op het emplacement toegespoken en ook deze beide heeren ontvangen namens het Bestuur een kist sigaren. Het gejuich der Wieringerwaarders, het geknal der mistsignalen, het gegil der stoomfluit en het gedaver der locomotief trachten hier in een blijde utvaart te doen ge looven, maar ook hier voelen we terdege den weemoedigen ondertoon over het verdwijnen van „Bello". In Barsingerhorn ook weer veel belangstel ling. Burgemeester Loggers komt persoonlijk in den coupé om het bestuur te condoleeren met het verlies va hun trammetje. En nu het laatste traject BarsingerhornSchagen nog en de laatste rit r volbracht. Om 9.48 rolt de tram het station Schagen binnen. Wanneer Bestuur der N.V. en personeel in Schagen met familieleden zich in de 2e klasse wachtkamer hebben verzameld, en conducteur Smit, na het afmaken van zijn „laatste werk" met zijn vrouw binnentreedt, spreekt de heer Koster als volgt: Dames en Heeren. Het is zeer zeker wel een bijzondere gelegenheid, die ons heden samen brengt. Het lijkt geen begraimis, want hier heerscht een -ngwekte geest. Wat heeft het de Comm. van voorbereiding, nu ruim 22 jaar geleden, een moeite gekost, deze lijn tot stand te brengen. En dat al dat werk na 22 jaar reeds te niet zal worden gedaan, dat stemt ons weemoedig. Ik wil echter bij deze gelegenheid herinneren aan het personeel op deze lijn, wier welwillendheid overal en door ieder geroemd werd. Hiervoor dank ik dat personeel namens di Vennootschap. En üan doet het ons een bijzonder genoegen, dat Smit als conducteur dezen laatsten tocht leidde. Als bewijs van onzen dank voor je groote welwil lendheid bied ik je deze kist sigaren aan. De heer C. Smit spreekt woorden van dank. „Het duurt geen uur meer," zegt hij, „dan zal ik na 36-jarigen dienst geen uniform meer dragen. Het doet me evenwel groot plezier, dat ik altijd zoo met 't overig personeel en pu bliek heb kunnen meeleven. Dit is weer een mijlpaal in mijn leven. Ik dank u voor de tot mij gesproken woorden." Ook mevrouw Smit dankt voor wat men haar en haar man toe- wenseht. Hierna neemt de chef van Schagen, de heer Slot nog het woord, om afscheid te nemen van conducteur Smit. „Dit is reeds een 2de mijlpaal voor jou, Smit", zegt hij. „Je hebt eerst je 25-jarigen diensttijd gevierd. Nu heli je een briefje gekregen, dat je met pensioen kunt gaan. Maar je kameraden hebben ge meend, dat we je maar niet zóó mochten laten gaan. We hebben een rooktafel voor je ge kocht en we hopen allemaal, dat je bij j© vrouw thuis hieraan nog menig sigaartje en pijpje zal rooken." Gelijkertijd ontvangt me vrouw Smit een bouquet. Mevr. Smit dankt bewogen voor d, bewijs van kameraadschap. Ook de heer Smit dankt chef Slot voor het mooie cadeau. Hij doet dat, zooals Smit altijd is geweest, met een kwink slag en een ernstig woord. Maar zelfs de kwinkslag van Smit belet niet, dat de aan wezigen de tragiek van het oogenblik door voelen. Laat ons besluiten met de beste wen schen voor onzen conducteur Smit en de hoop uitspreken, dat een nieuw reismiddel in deze streken in staat zal blijken de oude, getrouw© tram, waaraan we steeds goede herinneringea zullen bewaren, op goede wijze te vervangen. Een kijkje tijdens het vertrek van den laatsten trein uit Schagen, hetgeen met eenig ceremonieel gepaard ging. NEDERLANDSCHE VEEHOUDERIJ CENTRALE. De Nederlandsche Veehouderijcentrale maakt hekend, dat in de week van 20 tot 26 Januari 1935 op de onderstaande plaatsen ge legenheid zal worden gegeven runderen in de gevraagde soorten aan te bieden. Maandag 21 Januari. Alkmaar, 8—10 uur v.m., bij de doorbraak. Dinsdag 22 Januari. Pui-merend, 810 v.m.. veemarkt. Donderdag 24 Januari. Schagen, 8—10 uur v.m., veemarkt. Plij zen en voorwaarden als vorige week De aangiftekaarten, welke verkrijgbaar zijn bij de districtssecretarissen der Gewestelijke Landbouw-Crisis-Organisaties, moeten vóór Zaterdag 12 lanuari 1935 zijn ingezonden bij de Gewestelijke Landbouw-Crisis-Organisaties waaronder de betrokken veehouders ressortee- ren. In verband met het geringe aanbod van vee op de Zeeuwsche levcringsplaatsen, zullen de aangiftekaarten voor levering op die plaat sen mogen werden ingezonden tot Dinsdaa 15 Januari 1935. Het wetsontwerp van de baan? Naar de Tel. heeft vernomen, zou het ont werp tot wijziging van de vleeschkeuringswet het zoo goed als zeker niet brengen tot een openbare behandeling in de Tweede Kamer. Minister Slotemaker de Bruine zou door do critiek, welke sedert de indiening van het ont werp is losgekomen, overtuigd z(jn dat het doel, hetwelk hg zich voorstelde te bereiken, n.1. verlichting van de lasten der slagers, door de ontworpen wijziging der Vleeschkeurings wet niet zal worden bereikt. Van gezaghebbedde zijde wordt aan de Nw. Rott. Crt. in verband met het bovenstaand© medegedeeld, dat dit bericht vooralsnog als voorbarig beschouwd moet worden. MELK. De Crisis-Zuivel-Centrale maakt bekend, dat voor de periode van 6 Januari tot en met 12 Januari de prijs voor het taxegedeelte van consumptiemelk, gekocht op regeerlngscon- tract, is bepaald op 6'a cent per liter, niet dien verstande, dat voor melk van de eerst©

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 6