LEIDSCHEDEKENS VAN WILLIGEN DE HEKSENKETEL Stadsnieuws wilt lezen? IVoot geen wa faen? AAN DE SAAR In onze opruiming nog een partijtje i zuiver wollen HELDERSCHE COURANT VAjsi "DINSDAG 8 JANUARI 1935. .Vertrek K 16 en K 17- Voor spotprijzen Visscherij. Raadsoverzicht. TWEEDE BLAD Licht op voor alle voertuigen. Dinsdag8 Jan. Woensdag 9 16.33 uur. 16.34 uur. Onze stadgenoot, de heer J. Vrije, slaag de voor het in December gehouden examen Duitsche Handelscorrespondentie. insgiiiud/x igen handelsregister. Van 1—8 Januari 1935. Wijzigingen. Anna Paulowna: Coöperatieve Land- en Tuinbouwers Aankoopver, annex malerij. Be stuurswijziging. feestavond van moed, volharding en zelfopoffering. De heer v. Dok 25 jaar aan 't roer. Zaterdagavond hebben dé Blauwe Zeerid ders een gróoten feestavond gehouden, in Casino, ter gelegenheid van het feit, dat hun voorzitter, de heer v. Dok, gedurende 25 jaar onafgebroken als bestuurslid en tevens ook langen tijd als voorzitter van de vereeniging Moed, Volharding en Zelfopoffering fungeert. Casino liep vol. Geen plaatsje was er onbezet. Met. de rikketikkende gouden medailles op de borst, kwam de oude generatie zeeridders vergezeld door de jongere garde, de zaal bin nen. En nog voor dat er „gehaald" was, zat de stemming er in. Nadat men deftig naar zijn plaats geleid was, kwam een Blauwe Ridder-bestuurder naar de dames en offreerde een zakje fijne bonbons, terwijl; den heeren een sigaar werd aangeboden. Verder kreeg iedere ridder vijf gratis consumpties, waarvoor, hij bij den kell- ner bier, ijs, taartjes, neutjes enz. kon be stellen. De feestcommissie, die gevormd werd, door de heeren L. Coltof, A. Jongman en Coen Bot, had in samenwerking met het bestuur van Moed heel wat gepresteerd, om dezen avond te kunnen organiseeren. Want deze heele feestelijke avond en al de tractaties voor deze honderden ridders met egaas, mocht den rid ders n i e t s kosten, en daarom waren er van verschillende winkeliers legio gratis taarten bloemen, flesschen ranja en keurige bloem bakken binnen gekomen, die allemaal ver loot zouden worden en de opbrengst van d( verloting zou dan de kosten van al die feestelijkheden dekken. Als in een groot warenhuis stonden vooraan bij het tooneel al deze prijzen. De hoofdprijs was een fiets van de fa. Majolé, Middenstraat, terwijl Dr. Philips uit Eindhoven een radiotoestel ge stuurd had. Om even over achten werd er „gehaald". Op 't tooneel zat 't heele bestuur mitsgaders 't feestcomité, rondom 't feestvarken, den heer v. Dok. Allereerst gaat de penningmees ter, de heer Roetman, voor een microfoon staan en doet voorlezing van eenige ingeko men brieven. De Schout-bij-Nacht, comman dant der' Marine Tl L. Kruys, alsmede zijn adjudant, de luitenant ter zee der eerste klasse J. W. Reijnierse, doen mededeeling, dat zy tot hun leedwezen verhinderd zijn dezen avond bij te wonen, doch spreken den wensch Uit, dat het den heer v. Dok gegeven moge zijn, nog vele jaren zijn beste krachten in dienst der vereeniging te kunnen geven. Nadat ook een. gelukstelegram van de Plaatselijke commissie van de Noord- en Zuid- Hollandsche Reddingmaatschappij alsmede eenige andere brieven van gelukwensch zijn voorgelezen, zegt de penningmeester, de heef Roetman, ongeveer het volgende: Kede van den heer Roetman. Op dezen feestavond van „Moed, Volhar ding, Zelfopoffering", heet ik U allen hartelijk welkom, in het bijzonder de vertegenwoordi gers van het Gemeentebstuur en van Zuster verenigingen. Mijnheer de Voorzitter, het is heden 25 jaar geleden, dat U bestuurslid werd van onze Ver eeniging en sinds 1924 het ambt van Voorzit ter bekleedt. Hoe U dit ambt van voorzitter en bestuurder al die jaren heeft opgevat, kun nen slechts zij beoordeelen, die het genoegen mochten hebben naast U, een bestuursfunctie té mogen vervullen. Niets was U te veel, spe ciaal wanneer het de belangen der oude red ders gold, stond U voor hen op de bres. Ik kan U de verzekering 'geven, dat „M., V., Z." trotsch is op haar voorzitter en hoop, dat U nog vele jaren den hamer moogt hanteeren. Mijnheer de Voorzitter, „M., V., Z." heeft gemeend uw jubileum te moeten vieren torts den ernst der tijden. Daaruit spreekt de waar deering voor uw werken. Maar naast den feestavond, welken zij U biedt, hebben de leden gemeend, U een blijvend aandenken te moeten geven. Mag ik U dit horloge aanbieden. Moge het U gegeven zijn dit nog vele jaren te gebrui ken, maar bovenal nog lang Voorzitter te kunnen blijven van „Moed, Volharding, Zelf opoffering"! Mevr. Van Dok, U heeft er in berust, dat uw man veel afwezig was, om de belangen van oud-redders te bepleiten. Wij nebben ge meend, als dankbaarheid daarvoor U deze schemerlamp aan te bieden. Onder daverend applaus beëindigt de heer Roetman zijn rede. Toespraak van wethouder De Boer. Alsnu betreedt wethouder De Boer het tooneel. Het is mij een buitengewoon genoegen, al dus spreker, dat ik namens het Gemeentebe stuur, de' felicitaties van Den Helder mag overbrengen. Tot zijn groot leedwezen kan de Burge meester hier hedenavond niet aanwezig zijn, oni een woord van hoogachting en waardee ring tot U, mjjnheer de voorzitter van „Moed, Volharding en Zelfooffering", te richten. 25 Jaar, mijnheer Van Dok, is U verbonden aan deze Vereeniging, een vereeniging, zooals er maar weinig in Nederland zijn, een veree niging, die de leuze heeft: „Moed, Volharding en Zelfopoffering"! Gij en uwe vereeniging voert niet alleen den naam! Neen, ook de daad volbrengt ge. Gg zijt mannen van de werkelijkheid! Mijnheer de Voorzitter, 19 menschen hebt U gered van den verdrinkingsdood. Uit naam van het Heldersche Gemeentebestuur wensch ik U van harte geluk met dezen feestavond. Moge gij nog vele jaren voorzitter zijn. Moge gij n°g vele jaren U kunnen wijden aan uw schoone taak. Onder luid applaus beëindigt wethouder De Boer zijn rede, waarna het woord is aan den heer Levy Grunwald, eerelid van „Moed Vol harding en Zelfopoffering". De heer Grunwald aan het woord. De heer Grunwald maakt een vergelijking tusschen den President van Noord-Amerika en den Voorzitter van „Moed, Volharding en Zelfopoffering". In Amerika wordt zoo'n Pre sident na vier jaar meestal naar huis gezon den, maar onzen Voorzitter van „Moed" wen- schen we na zijn 25-jarig jubileum toe, dat hij nog vele jaren den voorzittershamer moge hanteeren. Moge het hem gegeven zijn in gezondheid en vreugde, zijn gouden jubileum te herden ken. Moge dan weer voor, ons mooie-.Neder land een gouden tijd zijn gekomen niet alleen materieel, doch ook geestelijk-! Mogfe het U, Van Dok, en U ridders, gegeven zijn, dien gouden tijd spoedig te zien aanbreken, waarin volle netten uit het Marsdiep wor den getrokken. Dan zal de zilveren band, nu tusschen den voorzitter en u gelegd zijn geworden tot een gouden band. Nadat de heer L. Grunwald nog, bij ont stentenis van den voorzitter van het Hel dersche Reddingfonds, den heer Oortgijzen, aan den heer v. Dok een cadeau heeft over handigd, komt de jubileerende voorzitter zeer onder den indruk voor het voetlicht. Rede van den heer v. Dok. In de eerste plaats, dank aan u allen, voor de hartelijke woorden tot mij gesproken, voor uwe groote geschenken, dank aan het Ge meentebestuur, Schout bg Nacht en vele anderen. Ik ben er trotsch op, dat ik dit mocht beleven. 25 jaar is een heelen tijd-! 25 Jaar geleden was de Vereeniging nog in de kinderschoenen, moést nog opgebouwd worden. In dien tijd was het vooral de heer la Lau dié krachtig, helpend eri raad gèvénd ons ter 'zijde stond. Men zegt: De mannen van Moed, de Blau we Ridders zijn ruw; maar wij, die hen ken nen wéten beter, ze hebben een hart van goud! Moge deze avond zijn als de avond van een groote familie, gezellig en eendrachtig, als wij het altijd gewend zijn. (Daverend applaus). Nu, dót werd het ook een reuze gezellige avond. Max van Laarhoven, die als conferencier en humorist optrad, wist door zijn voordrachten de stemming er in te houden. Onder de grootste spanning werd ook de fiets verloot en het mooie Philipsradiotoe- stel. Dat dit toestel een oude trouwe Blauwe Zeeridder trok, vond, algemeene instemming. Daarna gingen we dansen. 'n Gure en koude noordooster stond Maan dagmiddag op de Buitenhaven en. maakte het verblijf aan den buitenkant allesbehalve aangenaam. Deze koude wind wgs dan ook ongetwijfeld oorzaak, dat het bezoek bij het vertrek van de heide onderzeeëers ,niet zoo groot was als anders, den laatsten- tijd bij dergelijke gelegenheden het geval is. Toch waren er nog velen op uitgetrokken, die van de gebeurtenis getuige wilden zijn, vooral aan het havenhoofd verdrongen zij zich. Over de booten zelf heeft een onzer mede werkers Zaterdag geschreven; wg kunnen dus thans kort zijn en vermelden slechts, dat klokslag half twaalf de beide onderzeeërs de haven uitvoeren. De geheele bemanning, den guren wind trotseerende, stond aan dek ge schaard, toen even later de havenmond werd uitgestoomd. Hier, aan het hoofd, waar bij dergelijke gelegenheden de Stafmuziek is op gesteld, stond, zooals we zeiden, een talrijke menigte om de bemanningen uitgeleide te doen. Correct en militairement stonden zij, toen de eerste tonen van het volkslied weer klonken, aan dek en op de brug geschaard, en aan den wal zoowel als aan boord, werd met een krachtig „Leve de Koningin" en een driewerf hoera besloten. De rest van het afscheid beperkte zich tot de stomme film van het tradioneele wuiven: het is afgeloo- pen, de beide booten zijn vertrokken. Dan haast de menigte zich naar huis; de K 16 en K 17, wier eerste etappe, zooals wij schreven, Lissabon is, hebben met deze zee en deze weersgesteldheid, geen prettige uitreis. Reeds in de haven stond een flinke zee, die het verblijf straks, als men eenmaal buiten is, het tegendeel van aangenaam zal maken. Maar dat is nu eenmaal, zooals de chauffeur van de taxi philosofisch verzuchtte, het risico van je baantje: klaar staan in weer en wind, wij, de chauffeurs, en u als krantenmenschen, en ook de opvarenden van zoo'n onderzeeër. En, zoo voegde hij er bij: ik voor mij vind het een even groote presta tie als zoo'n vliegtocht, om op een onderzeeëer zoo'n reis te maken! Een opmerking, waar mee de krantenman het volkomen eens was. Maandagmorgen in de vroegte was Hr. Ms. „Hertog Hendrik" uitgevaren voor het ma ken van een oefeningsreis naar de Middel- landsche Zee. Mailverzending K 16 en K 17. Volledig gefrankeerde stukken voor Hr. Ms. „K 16" en „K 17" kunnen worden verzonden naar: Lissabon: 11, 12 Jan. 16.15 u„ 12 Jan. 20.55 u., 14, 15 Jan. 16.15 u. Napels: 22, 23, 24, 25, 26 Jan. 20.55 u., 27 Jan. 7 u. (allen laatste buslichting hoofdkan toor). NIEUWE WINKEL. Wederom is onze nieuwe stadswijk de „vogelbuurt", die met den dag volkrijker en mooier wordt een nieuwe zaak verrezen, die zeker in de behoeften daar zal voorzien, te meer, daar het een oud, bekend adres is. Het is namelijk de grossierderij Alb. Govers Sz., die in de Ooievaarstraat, hoek Fazan tenstraat (om het wat eenvoudiger te zeg gen: precies tegenover het nieuwe Geref. Kerkje) een winkelzaak heeft geopend. Het is een kruidenierszaak in den meest uitge- breiden zin van het woord; men kan er ook grutterswaren krijgen, verder alle soorten van koloniale waren, fgne vleeschwaren, wg- nen, enz. VERGADERING „DE DAGERAAD". Men verzoekt ons te verwijzen naar een in dit nr. voorkomende advertentie van „De Da geraad", betreffende een openbare vergade ring op Maandag a s., in Casino. Telkens duiken er berichten op, dat de Wolhandkrab zich meer en meer over geheel ons land verspreidt. Nu verluidt weer, dat 4r een exemplaar van dit gevreesde dier blij Hellevoetsluis in de buurt is gevangen. Mét deze uitbreiding van het woongebied van cje W olhandkrab treedt gelukkig ook in grootje mate zijn vernietiger op, zooals we reeds eerder mochten berichten. Niet alleen snoek en aal, doch ook de ooiè- vaar is een van zijn verdelgers. Het zou ons niet verwonderen als straks ook de reiger zou worden genoemd als een consument vain de Wolhandkrab. Indien dat het geval moclit zgn dan zou deze inderdaad een ernstige be lager van den Chineeschen immigrant zijn, waardevol voor ons meer dan de ooievaar. De ooievaar toch komt in zeer gering aantal in ons land voor en is slechts kortstondig logé in ons midden. De reiger komt in groo- ter aantal voor en het schijnt als 't aantal met het jaar toeneemt. Dat deze vogel zic'n hier meer op zgn gemak gaat voelen bewijst zijn rustiger doen en laten, wil men, zijn „tammer" worden, hetgeen wel zal zijn toe te schrijven aan het meer algemeen door dringend begrip, niet slechts van zijn nut in velerlei - opzicht, maar ook in zijn bijzon dere stoffeering van het landschap, waar voor de mensch ook langzamerhand meer oojg krijgt en waarvan hg instinctmatig begrijpt, dat dit aan zijn leven ook grooter waarde geeft. Bovendien is de reiger langer gast bij ons en er zijn thans heel wat exemplaren, die bij ons den geheelen winter doorbrengeji. Moeder natuur heeft altijd nog gezorgd voor het evenwicht en het kan best zijn, dat we straks b.v. ook de meeuwen tot Wolhanal- krabben-verdelgers zullen kunnen procló- meeren. Deze zouden, door hun aantal, grpote opruimnig onder deze krabben kunnen hoy- den. Dit bedenkende schijnt ons de verschij ning van de Wolhandkrab wel van een bé- denkelijken aard, maar toch niet zoodanig, dat hij niet binnen zekere perken zal woe den gehouden. Echtr dlene men natuurlijk niet de Wol handkrab zijn gang maar te laten gaan, doch op elke wijze hem te vervolgen. Steeds blijven de Katwijksche visschers zich schrap zetten tegen een z.g. dreigei d puf verbod. Zij verflauwen niet in hun acti viteit om autoriteiten duidelijk te maken, dut een pufverbod zonder meer geen afdoende maatregelen. ?ou zgn om den vischstand in de Noordzee: te verhoogen en zijvoeren daartoe aan de pas door ons uiteengezette argu menten, die misschien in te kleinen kring npg bekend zijn, doch door de Katwijksche actie, een grootere menigte gaan beinvloeden, eén actie waardoor de Regeering ook deze zaak nog wel eens nader zal gaan bekijken. Uit Zeeuwsche kringen komen sombere klanken tot ons omtrent de oestercultuur, die zoo aangetast is door een ziekte, die duizen den en duizenden oesters doet sterven, dat men de vrees koestert, dat het grootste ge deelte van den oesterstand zal worden ver nietigd. Het is een andere aantasting dan voor het uit Amerika overgeplante slakje de „slip per limpet" die al zooveel onheil heeft gé bracht aan de oesterweekerijen. Deze nieuwe ziekte, die zich ontstellend uitbreidt, tast niet zoozeer het weekdier aan als wel de schelp, zoodat deze tenslotte niét in staat is zich meer te sluiten en onherroe pelijk dan ten doode is opgeschreven. Wat dat beteekent voor Zeeland is nog niet te berekenen. De gevolgen er van laten zich nog niet overzien, maar men verwacht e?n decimeering van de oesters. Onze Waddenzee, die eertijds groote hoe veelheden oesters op de markt bracht, brengt op de natuurbedden haast geen oesters meer voort, al sedert jaren niet. Het verluidt, dat ook ziekte deze oesters zoo goed als Uitgeroeid heeft en men waii- hoopt scb:er, dat de cesterstand zich daar oog eenmaal zal herstellen. Toch is het goed om dit niet al te som ber te zien. Het zou kunnen zijn, dat de ziekte hier heeft uitgewoed en dat er lang zamerhand weer een toeneming van dén osterstand zal intreden. Want hoeveel er ook verloren is gegaan, er waren nog oester, zij het dan in gering aan tal op de natuurbedden, maar eveneens in grooter kwanta op de uitgezaaide panden Ijij Texe*, die toch hun broed weer moeten ver spreiden. Het ljjkt ons goed dit alles nauwkeurig gade te slaan en zoo er eenig teeken van meerdere aanwas van de oesters komt,^fle?e niet dadelijk aan dé markt te brengen, doch uit te zetten op een gebied, dat van over heidswege voorloopig dient te worden be schermd, opdat in den z.g. „melktijd" van de oesters het broed gelegenheid krijgt zich te verspreiden. Men verlieze toch niet uit het oog, dat, als de Zeeuwsche oesters in hoeveelheid stérk inkrimpen er meer ruimte op de markt zal komen voor de Waddenzee-oester, waar door een grooter prijs dan thans zal kUnnén worden verkregen, zoodat de oestervisscherjj voor den Waddenzeevisscher misschien weer van de vroegere beteekenis zal kunnen wor den. Het geldt misschien hier: „de een z'n dood, de ander z'n brood," maar in dit geval zou de mensch daaraan den stoot niet geven, doch zou moeder natuur in die richting drrj- ven. Daarom mag men de hoop niet laten va ren. De kwestie natuurijs of kunstijs neemt in IJmuiden een zich toespitsenden vorm aan. De beide partijen zijn niet tot een vergelijk schijnbaar te bewegen en een vergadering van de belanghebbenden bij het natuurijs- gebruik schijnen vast besloten dit Noorsche ijs te blijven aanvoeren. Zij stellen dit voor 9.50 per ton beschikbaar vóór de visch- handelaren, terwijl dé prijs voor de reederijen nog lager wordt gesteld. Door een andere regeling, waardoor de loonen in het viS3cherijbedrijf te IJmuiden niet zoo gevoelig zullen worden getroffen en het ziekengeld en het losloon wat wordt verhoogd, schijnt een conflict in dit bedrijf te worden voorkomen. De Gemeenteraad en het Nieuwe Jaar. De Nieuwjaarsspeeeh van den Burgemeester. Nieuwe politie- bepalingen. Over bruggen en steigers. In tegenstelling met het vorige jaar heeft de Burgemeester ditmaal, in de eerste bijeen komst van den gemeenteraad in het nieuwe jaar, een rede gehouden, welke kan worden beschouwd als een terugblik niet alleen over wat in het afgeloopen jaar geschiedde, maar tevens als een soort profetie voor de toe komst. Waarschijnlijk tengevolge van des Voorzitters afreis naar het Saai-gebied, waar hij, zooals men weet, de functie van Voor zitter van een der stembureaux zal vervul len, is deze eerste vergadering ditmaal al heel vroeg in de maand gehouden. Hoewel voor 1935 weinig reden is tot optimisme, al dus de Voorzitter, weten wij, dat anderzijds onze gemeente, meer dan menige ander, zich verheugen mag in een zekere mate van wel vaart, welke te danken is hoe zonderling het ook moge klinken, voegen wij er bij aan het feit, dat we hier zoo goed als geen handel of industrie hebben. In glorieuse dagen is voor een gemeente de aanwezigheid van groote handelsinstellingen of belangrijke in dustrieën, natuurlijk een nimmer opdrogende bron van inkomsten, in dagen van neergang, als wij thans beleven, laten zij zoo'n gemeente aardig in den steek. ,.In onze gemeente is het meer constant, spotvogels zouden zeggen „constante armoe de" en ware ik een philosoof instede van een bescheiden krantenman, ik zou een gloei end betoog houden over het nut der armoede of de betrekkelijkheid van rijkdom, en zoo meer. Intusschen zitten we er mee: want armoe de is nu wel aardig in een boek of een op stel, wie er mee opgescheept zit, vindt het minder poëtisch. Wat de Burgemeester zoo al zeide over den toestand en de vooruitzichten onzer stad, men heeft het alles kunnen vinden in bedoelde rede, die wij in haar geheel afdrukten. We zagen daarin ook, dat de woningbouw belang rijk is toegenomen (er werden circa 520 wo ningen voltooid, de meeste helaas voor velen nog te hoog in huur!), en er zijn er nog een 320 in aanbouw. Bijna 51.000 m2 grond werd in erfpacht uitgegeven; in 1933 45.600 m2, daarentegen liep de grondverkoop terug tot 19.000 m2 (1933 21.400 m2). Hiermede ge lijken tred hield de bevolkingstoename. Op 1 Januari bedroeg het aantal inwoners 34.370, dat is, sedert 1 Januari 1933 dus twee jaar geleden een toename met 2049. Wij behoeven over de oorzaak van die toename niet uit te weiden, onze lezers kennen haar zoo goed als wij. Men kan zich over den vooruitgang onzer gemeente niet dan verheugen, jarenlang stonden wij hier op hetzelfde inwonerpeil en niemand zou hebben vermoed, dat Den Helder het nog eens tot de opgaande lijn zou brengen wat zijn inwo ners betreft maar wij mogen hierbij niet Uit het oog verliezen, dat dit ook nadeelen, of, wil men liever dit woord niet gebruiken, zorgen en moeilijkheden brengt. Daarom is het zoo ontzaglijk jammer, dat het beeld onzer gemeentelijke financiën niet gunstiger is. Want er is nog o zooveel te doen om Den Helder wat „op te knappen", a) constateerde nog dezer dagen een oer-Nieuwedieper met een glans van blijdschap op zijn gezicht, dat „er toch al heel wat aan het Heldertje ge daan was, meneer!" Daar heeft men, om maar iets te noemen, de kwestie van die drie steigertjes in de Binnenhaven, waartoe de Raad thans heeft besloten. Ons gemeentebestuur wil het hier, we zeiden dat reeds, graag mooi maken. En nu zijn wij in het gelukkig bezit van een stuk of wat foei-leelijke bruggen, die boven dien erg gammel zijn geworden in den loop der jaren. Eén ervan, de Keizersbrug, moet een zeer druk verkeer verwerken óók nog, en is daartoe feitelijk niet meer in staat. Het spreekt vanzelf, dat er geen denken aan is een drie- of viertal bruggen tegélijk te gaan vernieuwen; ook was er op het oogenblik nog geen voorstel voor een nieuwe Keizersbrug. Maar de Raad heeft zich nu vereenigd met een plan om voorloopig, bij wijze van proef, drie steigers te bouwen in de Binnenhaven. Die kosten niet zooveel en men wil dan zien in hoeverre het verkeer in het Heldersche kanaal zich naar de Binnenhaven laat ver plaatsen. Dit voorstel dateerde reeds van 1933, en werd toen aangehouden; ook nu kwam er nog wat verzet, voornamelijk van de zijde des heeren Bot. De heer Bot name lijk was van meening, dat de Binnenhaven, in haar nieuwe vorm, onvoldoende ruimte bood voor zulke aanlegsteigers. Het rijverkeer Is n.1. thans, veel meer dan op de oude Bin nenhaven, naar het midden verplaatst, en al dat lossen en laden zal stagnatie brengen in het verkeer en is bovendien niet zonder ge vaar ook. Aldus de heer Bot, die echter met zijn bezwaren vrijwel alleen stond. Want de steigers komen 10 M. in het water, zoodat er geen sprake is van verkeersstagnatie of van gevaar. Om kort te gaan, de Raad aanvaardde thans het plan, in de hoop, dat inderdaad het verkeer-te-water zich ver plaatsen zal uit het Heldersche kanaal naar de Binnenhaven. En dat men over eenige maanden zal kunnen zien wat voor soort brug een vaste, een klep- of een draaibrug men voor de aftandsche Keizersbrug noo- dig zal hebben. Voordeelen van vaste bruggen zijn, dat men de kosten van den brugwach ter uitspaart, waar tegenover staat, dat men de brug- en kanaalgelden zal derven. Er was, in deze eerste vergadering van het nieuwe jaar, nog een belangrijk punt, namelijk de veranderingen en aanvullingen van onze Politieverordening. Het spreekt vanzelf, dat wg die niet stuk voor stuk hier de revue kunnen laten passeeren; er waren bepalin gen, noodig geworden door het grooter ver keer, aanvullingen, correcties, e.d., die wer den aangebracht. Hierbij kwamen, zooals dat steeds gaat, allerlei verlangens en wenschen naar voren; zoo hield de heer Meyer een heele peroratie over allerlei kleine en futiele verbodsbepa- linkjes, die feitelijk niet dan vexatief werken. In 't bgzonder maakte hij bezwaar tegen een verbodsbepaling om rijwielen- langs den trot toirrand te plaatsen, zooals loopjongens, courantenbezorgers, e.d. wel doen. De Voor zitter liet zich bepraten en nam deze bepa ling uit het ontwerp weg, Maar de heer Meyer, eenmaal over dit onderwerp begon nen, noemde nog meer futiliteiten, waar voor een politieagent dikwijls verbaliseert. Al die gevalletjes krggt de kantonrechter hier te behandelen, de menschen moeten een gulden of 3 of 5 boete betalen (wat zij meest al niet kunnen) voor een overtredinkje, dat met goeden wil beperkt had kunnen blijven tot een simpele waarschuwing. Andere leden sloten zich bij dit pleidooi aan; zoo zeide de heer Biersteker, dat de taak van de politie toch ook feitelijk een andere is: zij moet de helpende hand uitsteken, waar noodig ingrij pen, maar niet noodeloos de menschen lastig vallen, die heel vaak te goeder tro.uw zijn. En den Burgemeester, als hoofd der politie, werd op het hart gedrukt met ons politiecorps eens nader in dezen geest te spreken. Behalve deze twee belangrijke zaken, waren er nog andère, die 's^ Raads aandacht vroe gen. Het voorschot aan het Zeebad. Huisdui nen, voor het nieuwe badpaviljoen, blijkt nog geenszins in kannen en kruiken te zijn; on danks het feit, dat aan de bezwaren van Ged. Staten was tegemoetgekomen, kon dit College nog geen gunstige beslissing nemen. Er zou, daags vóór dezen Raad, een bespreking heb ben plaatsgehad, maar op het laatste oogen blik was een der Haarlemsche heeren ver hinderd, zoodat het punt: verleenen van een voorschot voor dezen avond van de agenda moest worden genomen. Ook met de goed keuring van een raadsbesluit betreffende de geldleening aan het Sportpark hokt het nog; om niet allerlei andere werken, die wel goed gekeurd waren, in gevaar van stagnatie te brengen, moest een raadsbesluit waarbij deze alle op één enkele suppl. begrooting waren ondergebracht, gesplitst worden in vijf raads besluiten. Hierdoor kan nu Julianadorp haar rioleering c.s. krijgen gefeliciteerd, Julia- nadorpers! diverse straten kunnen worden aangelegd en ook de voorgenomen woning bouw in Smid- en Waehtstraat kan voortgang hebben. In de plaats van den heer D. van der Mast, welke, naar wij vernemen, een functie heeft gekregen op het Bureau Maatschappelijk Hulpbetoon aan de Kerkgracht, en dienten gevolge zijn raadslidmaatschap moest neer leggen, werd gekozen verklaard de heer G. Dol, bestuurslid van de afdeeling van den Bouwarbeidersbond alhier. BRAND IN DE VAN LIMBURG STIRUMSTRAAT. De bewoners met moeite gered. Een angstige nacht- Gisterennacht, om ongeveer twee uur, werd de familie Mebius, v. Limburg Stirumstraat 10, gewekt door rumoer in de woning van dt familie J. Prins, die naast de hunne gelegen is, op nr. 12 in genoemde straat. Men be greep dat er iets niet in orde was en luisterde scherp toe. Weldra werd er haastig en hard op den muur geklopt en riep een angststem om hulp, omdat de beneden woning in brand was en men geen uitweg meer wist. In alle haast kleedden de heer Mebius en zijn zoon zich aan en snelden ter hulp. De familie Prins, bestaande uit zes personen, man vrouw en vier kinderen, waarvan de oudste onge veer 12 jaar, bevond zich op de voorslaap kamer. Men wierp bij de komst van de hee ren Mebius den sleutel naar beneden, doch dóar de voordeur in het nachtslot zat bereik te men hier niet veel mee en werd de deur geforceerd. Een dikke rookwolk golfde naar buiten. Er was geen denken aan zich in het perceel te begeven, om zoodoende redding te bieden. In allerijl werd toen een ladder ge haald en tegen den muur gezet. Het werd tijd dat de menschen, die zich naar omstan digheden nog zeer rustig gedroegen, van de kamer werden gehaald, want de vloer was reeds zoo warm geworden dat de kinderen stonden te trappelen van de pijn aan hun voeten. Door het bovenraam kwamen toen een voor een de bewoners naar buiten. De kinderen werden direct bij buren onderge bracht, die bereidwillig hun woning open stelden. Ondertuschen was de politie, met behulp van eenige burgers, met een slang op de wa terleiding begonnen het vuur te blusschen. Men slaagde daarin gelukkig binnen niet al te langen tijd. Feuilleton Pag. t Buitenlandsch OverzichtI Bet partij-congres van de 8.D.A.P., zal ZO, Zl en ZZ April te Am-sterdam worden gehoudenS Daan Hoekscma, de bekende tccke- naar, ia, 55 jaar oud, te Amsterdam overleden-. 9 Het huldeblijk van de weermacht aan de nagedachtenis van Prins Hendrik De malaria-epidemie op Ccylon breidt zich nog steeds uit2 Tusschen Frankrijk en Italië zou vol komen overeenstemming bereikt zijn T De behandeling van het proqes- Hauptmann,,.2en3 Een scheepsramp by Florida J De Maas in Limburg stijgt angstwek kend. Gevaar voor overstrooming 3 De buitenlandsche troepen zullen tot begin April tn het 8 aar gebied blijven T Treinramp op de lyn MoskouLe ningrad t Omtrek-nieuwsff Marktberichtenj Marinebericht.eny Sportnieuwsg Woensdag 9 Januari. Musis Sacrum, 7.30 u., vergadering Helder sche Reisvereeniging. Soriée Vereeniging Ambachtsschool, Casino, 8 uur. Vergadering met lichtbeelden, Held. Reisver eeniging, Musis, 7% uur. Soirée Vereen. Aambachtsschool, Casino, 8 uur. Donderdag 10 Januari. Feestavond Ned. Herv. Kerkkoor, Musis, 8 u. Donderdag 10 Januari. i Feestavond Ned. Herv. Kerkkoor, Musis. Zaterdag 12 Januari. I Uitvoering Speeltuinver. afd. „Tuindorp", Musis, 8 uur. Soirée ,JIeld. Mannenkoor"Casino, 8 uur. De benedenwoning was echter totaal uitgebrand en ook de bovenachterslaapkamer en zolder hadden ernstig van het vuur te lij den gehad. De tusschenmuur naar de wou' g van de fam. M. was gescheurd, terwijl n deze woning de zolderbalken teekene .n den brand toonden, en eenige ruiten a gesprongen. Daar de brandslang dooi Je woning van de fam. M. was gelegd, had men hier veel last van het water gehad, doch bij ons bezoek, gisterenmiddag, waren de spo ren daarvan reeds uitgewischt. Van den inboedel van de fam. Prins is niets gered. Slechts een paar kleedingstuk- ken kon men naar buiten brengen. Huis en inboedel waren verzekerd. De oorzaak van den brand is onbekend. De politie stelt er een on derzoek naar in. Op het terrein van den brand waren o.m. aanwezig, de burgemeester en commissaris van politie, alsmede de inspecteur en twee adjuncts. Voor korten tijd ga ik dan weer terug naar Den Helder. Even op adem komendeze gedachte vervult mij met vreugdeIk ga 't gauw in de marinierskazerne vertellen... Zij hebben daar geen lui leventje in de ka zerne! Laat men niet denken, dat ze zoo'n beetje voor Erhohlung in Saarbrücken zijn, dat ze het daar als een soort „Kurort" beschouwen. Integendeel! Ze maken vermoeiende en zware n arschen en oefenen veel. Kapitein De Bruyne vertelde mij reeds de eerste dagen, dat zijn troepen niet in hoofd zaak in de stad Saarbrücken zelf dienst doen, maar in den omtrek, evenals de mannen van St. Ingbert. Daar wij begrjjpen, dat de heeren officieren nog wel iets anders te doen hebben, dan jour nalisten te woord staan, pogen wij zoo min mogelijk op hun kostbaren tijd beslag te leggen. Reeds hebben wij, met toestemming van luitenant Nass eenige speciale foto's door den Duitschen fotograaf laten maken voor de Hel dersche Courant. De Slaapvertrekken, waarin de bedden aaneengereid staan met er ach ter de geweren, gasmaskers, mitrailleus en helmen en verdere krijgsmansuitrusting heb ben wij echter niet door den Duitscher willen laten „nemen", cmdat wij, als puntje bij paaltje komt, toch den Duitscher niet kunnen beletten het cliché hiervan aan een Duitsch blad toe te zenden, en waar wij den luitenant verzekerden, dat de photo's alleen in ons blad zouden komen, lieten wij dus voor alle zeker heid die opname schieten. Een tamboer van de mariniers komt naar ons toe. U hebt de foto van de bedden eergiste ren niet laten nemen, meneermaar ik kan, behalve een heel regiment bg elkaar trommelen, ook reuze teekenen. Mot u die bedden hebben en die geweren of mot u ze niet hebben?U kunt er ook een caricatuur- teekening van krijgen. Van als we uitmaf fenrust nemen Ik kijk den Rembrandt-tamboer verwonderd aan. Hij trommelt reuze, maar hij teekent nog reuzer meneer, zegt een andere marinier. Ik had geen tijd om er op te wachten, want direct daarop vertrok ik weer naar Den Hel der, dus zei ik: Stuur 't karakatuur op naar de Helder sche Courant, doch vraag eerst verlof aan de heeren officieren Gevleid is de teekenaar aan den gang ge gaan. Of hij goed geslaagd is moeten de lezers van de Heldersche Courant nu maar zelf be oordeelen. Ik geloof niet, dat 't 13 Januari daar aan de Saar bekokstoofd is. Onze jongens zullen zeker op den 14en niet naar Den Helder en Rotterdam teruggaan. Als men eenigen tijd in 't Saargebied ver toefd heeft, begrijpt men terdege dat juist pas nó 13 Januari de moeilijke en kritieke momen ten komen. Januari en misschien ook Februari zal wel verloopen voordat er kans bestaat, dat d<- internationale Volkerenbondstroepen huis toe mogen. Juist even voor in naar huis ging hoorde ik van den Poolschen landdag, die in Saar brücken was gehouden. Ze moeten lkaar daar adjectieven naar het hoofd geslingerd hebben, althans, naar ik op 't perron in Saarbrücken hoorde, die alles overtreffen, wat in parlementen en raadszit tingen geboden wordt. W ij maken de herrie niet, zegt een Saar- politieagent, dat doen de lui van den anderen kant. Welken anderen kant hij bedoelde, zei de Saaragent niet. Die Saarpolitie lijkt al een heel heterogeen corps te zijn. Hun chef is een vreemdeling. On der de agenten zelf moeten meerdere emigran ten zijn, uiteraard dus status quo'ers. Ook zgn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 5