LEIDSCHEDEKENS
VAN WILLIGEN
DE HEKSENKETEL
Stadsnieuws
wilt lezen?
IVoot geen wa faen?
AAN DE SAAR
In onze opruiming
nog een partijtje i
zuiver wollen
HELDERSCHE COURANT VAjsi "DINSDAG 8 JANUARI 1935.
.Vertrek K 16 en K 17-
Voor spotprijzen
Visscherij.
Raadsoverzicht.
TWEEDE BLAD
Licht op voor alle voertuigen.
Dinsdag8 Jan.
Woensdag 9
16.33 uur.
16.34 uur.
Onze stadgenoot, de heer J. Vrije, slaag
de voor het in December gehouden examen
Duitsche Handelscorrespondentie.
insgiiiud/x igen handelsregister.
Van 1—8 Januari 1935.
Wijzigingen.
Anna Paulowna: Coöperatieve Land- en
Tuinbouwers Aankoopver, annex malerij. Be
stuurswijziging.
feestavond van moed, volharding
en zelfopoffering.
De heer v. Dok 25 jaar aan 't roer.
Zaterdagavond hebben dé Blauwe Zeerid
ders een gróoten feestavond gehouden, in
Casino, ter gelegenheid van het feit, dat hun
voorzitter, de heer v. Dok, gedurende 25 jaar
onafgebroken als bestuurslid en tevens ook
langen tijd als voorzitter van de vereeniging
Moed, Volharding en Zelfopoffering fungeert.
Casino liep vol. Geen plaatsje was er onbezet.
Met. de rikketikkende gouden medailles op
de borst, kwam de oude generatie zeeridders
vergezeld door de jongere garde, de zaal bin
nen. En nog voor dat er „gehaald" was, zat
de stemming er in.
Nadat men deftig naar zijn plaats geleid
was, kwam een Blauwe Ridder-bestuurder
naar de dames en offreerde een zakje fijne
bonbons, terwijl; den heeren een sigaar werd
aangeboden. Verder kreeg iedere ridder vijf
gratis consumpties, waarvoor, hij bij den kell-
ner bier, ijs, taartjes, neutjes enz. kon be
stellen.
De feestcommissie, die gevormd werd, door
de heeren L. Coltof, A. Jongman en Coen Bot,
had in samenwerking met het bestuur van
Moed heel wat gepresteerd, om dezen avond
te kunnen organiseeren. Want deze heele
feestelijke avond en al de tractaties voor deze
honderden ridders met egaas, mocht den rid
ders n i e t s kosten, en daarom waren er van
verschillende winkeliers legio gratis taarten
bloemen, flesschen ranja en keurige bloem
bakken binnen gekomen, die allemaal ver
loot zouden worden en de opbrengst van d(
verloting zou dan de kosten van al die
feestelijkheden dekken. Als in een groot
warenhuis stonden vooraan bij het tooneel al
deze prijzen. De hoofdprijs was een fiets van
de fa. Majolé, Middenstraat, terwijl Dr.
Philips uit Eindhoven een radiotoestel ge
stuurd had.
Om even over achten werd er „gehaald".
Op 't tooneel zat 't heele bestuur mitsgaders
't feestcomité, rondom 't feestvarken, den
heer v. Dok. Allereerst gaat de penningmees
ter, de heer Roetman, voor een microfoon
staan en doet voorlezing van eenige ingeko
men brieven. De Schout-bij-Nacht, comman
dant der' Marine Tl L. Kruys, alsmede zijn
adjudant, de luitenant ter zee der eerste
klasse J. W. Reijnierse, doen mededeeling, dat
zy tot hun leedwezen verhinderd zijn dezen
avond bij te wonen, doch spreken den wensch
Uit, dat het den heer v. Dok gegeven moge
zijn, nog vele jaren zijn beste krachten in
dienst der vereeniging te kunnen geven.
Nadat ook een. gelukstelegram van de
Plaatselijke commissie van de Noord- en Zuid-
Hollandsche Reddingmaatschappij alsmede
eenige andere brieven van gelukwensch zijn
voorgelezen, zegt de penningmeester, de heef
Roetman, ongeveer het volgende:
Kede van den heer Roetman.
Op dezen feestavond van „Moed, Volhar
ding, Zelfopoffering", heet ik U allen hartelijk
welkom, in het bijzonder de vertegenwoordi
gers van het Gemeentebstuur en van Zuster
verenigingen.
Mijnheer de Voorzitter, het is heden 25 jaar
geleden, dat U bestuurslid werd van onze Ver
eeniging en sinds 1924 het ambt van Voorzit
ter bekleedt. Hoe U dit ambt van voorzitter
en bestuurder al die jaren heeft opgevat, kun
nen slechts zij beoordeelen, die het genoegen
mochten hebben naast U, een bestuursfunctie
té mogen vervullen. Niets was U te veel, spe
ciaal wanneer het de belangen der oude red
ders gold, stond U voor hen op de bres. Ik
kan U de verzekering 'geven, dat „M., V., Z."
trotsch is op haar voorzitter en hoop, dat U
nog vele jaren den hamer moogt hanteeren.
Mijnheer de Voorzitter, „M., V., Z." heeft
gemeend uw jubileum te moeten vieren torts
den ernst der tijden. Daaruit spreekt de waar
deering voor uw werken. Maar naast den
feestavond, welken zij U biedt, hebben de
leden gemeend, U een blijvend aandenken te
moeten geven.
Mag ik U dit horloge aanbieden. Moge het
U gegeven zijn dit nog vele jaren te gebrui
ken, maar bovenal nog lang Voorzitter te
kunnen blijven van „Moed, Volharding, Zelf
opoffering"!
Mevr. Van Dok, U heeft er in berust, dat
uw man veel afwezig was, om de belangen
van oud-redders te bepleiten. Wij nebben ge
meend, als dankbaarheid daarvoor U deze
schemerlamp aan te bieden.
Onder daverend applaus beëindigt de heer
Roetman zijn rede.
Toespraak van wethouder De Boer.
Alsnu betreedt wethouder De Boer het
tooneel.
Het is mij een buitengewoon genoegen, al
dus spreker, dat ik namens het Gemeentebe
stuur, de' felicitaties van Den Helder mag
overbrengen.
Tot zijn groot leedwezen kan de Burge
meester hier hedenavond niet aanwezig zijn,
oni een woord van hoogachting en waardee
ring tot U, mjjnheer de voorzitter van „Moed,
Volharding en Zelfooffering", te richten.
25 Jaar, mijnheer Van Dok, is U verbonden
aan deze Vereeniging, een vereeniging, zooals
er maar weinig in Nederland zijn, een veree
niging, die de leuze heeft: „Moed, Volharding
en Zelfopoffering"!
Gij en uwe vereeniging voert niet alleen
den naam! Neen, ook de daad volbrengt ge.
Gg zijt mannen van de werkelijkheid!
Mijnheer de Voorzitter, 19 menschen hebt
U gered van den verdrinkingsdood. Uit naam
van het Heldersche Gemeentebestuur wensch
ik U van harte geluk met dezen feestavond.
Moge gij nog vele jaren voorzitter zijn. Moge
gij n°g vele jaren U kunnen wijden aan uw
schoone taak.
Onder luid applaus beëindigt wethouder De
Boer zijn rede, waarna het woord is aan den
heer Levy Grunwald, eerelid van „Moed Vol
harding en Zelfopoffering".
De heer Grunwald aan het woord.
De heer Grunwald maakt een vergelijking
tusschen den President van Noord-Amerika
en den Voorzitter van „Moed, Volharding en
Zelfopoffering". In Amerika wordt zoo'n Pre
sident na vier jaar meestal naar huis gezon
den, maar onzen Voorzitter van „Moed" wen-
schen we na zijn 25-jarig jubileum toe, dat
hij nog vele jaren den voorzittershamer moge
hanteeren.
Moge het hem gegeven zijn in gezondheid
en vreugde, zijn gouden jubileum te herden
ken. Moge dan weer voor, ons mooie-.Neder
land een gouden tijd zijn gekomen niet
alleen materieel, doch ook geestelijk-! Mogfe
het U, Van Dok, en U ridders, gegeven zijn,
dien gouden tijd spoedig te zien aanbreken,
waarin volle netten uit het Marsdiep wor
den getrokken.
Dan zal de zilveren band, nu tusschen den
voorzitter en u gelegd zijn geworden tot een
gouden band.
Nadat de heer L. Grunwald nog, bij ont
stentenis van den voorzitter van het Hel
dersche Reddingfonds, den heer Oortgijzen,
aan den heer v. Dok een cadeau heeft over
handigd, komt de jubileerende voorzitter zeer
onder den indruk voor het voetlicht.
Rede van den heer v. Dok.
In de eerste plaats, dank aan u allen, voor
de hartelijke woorden tot mij gesproken, voor
uwe groote geschenken, dank aan het Ge
meentebestuur, Schout bg Nacht en vele
anderen. Ik ben er trotsch op, dat ik dit
mocht beleven. 25 jaar is een heelen tijd-!
25 Jaar geleden was de Vereeniging nog in
de kinderschoenen, moést nog opgebouwd
worden. In dien tijd was het vooral de heer
la Lau dié krachtig, helpend eri raad gèvénd
ons ter 'zijde stond.
Men zegt: De mannen van Moed, de Blau
we Ridders zijn ruw; maar wij, die hen ken
nen wéten beter, ze hebben een hart van
goud!
Moge deze avond zijn als de avond van
een groote familie, gezellig en eendrachtig,
als wij het altijd gewend zijn. (Daverend
applaus).
Nu, dót werd het ook een reuze
gezellige avond.
Max van Laarhoven, die als conferencier en
humorist optrad, wist door zijn voordrachten
de stemming er in te houden.
Onder de grootste spanning werd ook de
fiets verloot en het mooie Philipsradiotoe-
stel. Dat dit toestel een oude trouwe Blauwe
Zeeridder trok, vond, algemeene instemming.
Daarna gingen we dansen.
'n Gure en koude noordooster stond Maan
dagmiddag op de Buitenhaven en. maakte het
verblijf aan den buitenkant allesbehalve
aangenaam. Deze koude wind wgs dan ook
ongetwijfeld oorzaak, dat het bezoek bij het
vertrek van de heide onderzeeëers ,niet zoo
groot was als anders, den laatsten- tijd bij
dergelijke gelegenheden het geval is. Toch
waren er nog velen op uitgetrokken, die van
de gebeurtenis getuige wilden zijn, vooral aan
het havenhoofd verdrongen zij zich.
Over de booten zelf heeft een onzer mede
werkers Zaterdag geschreven; wg kunnen
dus thans kort zijn en vermelden slechts, dat
klokslag half twaalf de beide onderzeeërs de
haven uitvoeren. De geheele bemanning, den
guren wind trotseerende, stond aan dek ge
schaard, toen even later de havenmond werd
uitgestoomd. Hier, aan het hoofd, waar bij
dergelijke gelegenheden de Stafmuziek is op
gesteld, stond, zooals we zeiden, een talrijke
menigte om de bemanningen uitgeleide te
doen. Correct en militairement stonden zij,
toen de eerste tonen van het volkslied weer
klonken, aan dek en op de brug geschaard,
en aan den wal zoowel als aan boord, werd
met een krachtig „Leve de Koningin" en
een driewerf hoera besloten. De rest van het
afscheid beperkte zich tot de stomme film
van het tradioneele wuiven: het is afgeloo-
pen, de beide booten zijn vertrokken.
Dan haast de menigte zich naar huis; de
K 16 en K 17, wier eerste etappe, zooals
wij schreven, Lissabon is, hebben met deze
zee en deze weersgesteldheid, geen prettige
uitreis. Reeds in de haven stond een flinke
zee, die het verblijf straks, als men eenmaal
buiten is, het tegendeel van aangenaam zal
maken. Maar dat is nu eenmaal, zooals de
chauffeur van de taxi philosofisch verzuchtte,
het risico van je baantje: klaar staan in
weer en wind, wij, de chauffeurs, en u als
krantenmenschen, en ook de opvarenden van
zoo'n onderzeeër. En, zoo voegde hij er bij:
ik voor mij vind het een even groote presta
tie als zoo'n vliegtocht, om op een onderzeeëer
zoo'n reis te maken! Een opmerking, waar
mee de krantenman het volkomen eens was.
Maandagmorgen in de vroegte was Hr. Ms.
„Hertog Hendrik" uitgevaren voor het ma
ken van een oefeningsreis naar de Middel-
landsche Zee.
Mailverzending K 16 en K 17.
Volledig gefrankeerde stukken voor Hr. Ms.
„K 16" en „K 17" kunnen worden verzonden
naar:
Lissabon: 11, 12 Jan. 16.15 u„ 12 Jan. 20.55
u., 14, 15 Jan. 16.15 u.
Napels: 22, 23, 24, 25, 26 Jan. 20.55 u., 27
Jan. 7 u. (allen laatste buslichting hoofdkan
toor).
NIEUWE WINKEL.
Wederom is onze nieuwe stadswijk de
„vogelbuurt", die met den dag volkrijker en
mooier wordt een nieuwe zaak verrezen,
die zeker in de behoeften daar zal voorzien,
te meer, daar het een oud, bekend adres is.
Het is namelijk de grossierderij Alb. Govers
Sz., die in de Ooievaarstraat, hoek Fazan
tenstraat (om het wat eenvoudiger te zeg
gen: precies tegenover het nieuwe Geref.
Kerkje) een winkelzaak heeft geopend. Het
is een kruidenierszaak in den meest uitge-
breiden zin van het woord; men kan er ook
grutterswaren krijgen, verder alle soorten
van koloniale waren, fgne vleeschwaren, wg-
nen, enz.
VERGADERING „DE DAGERAAD".
Men verzoekt ons te verwijzen naar een in
dit nr. voorkomende advertentie van „De Da
geraad", betreffende een openbare vergade
ring op Maandag a s., in Casino.
Telkens duiken er berichten op, dat de
Wolhandkrab zich meer en meer over geheel
ons land verspreidt. Nu verluidt weer, dat 4r
een exemplaar van dit gevreesde dier blij
Hellevoetsluis in de buurt is gevangen. Mét
deze uitbreiding van het woongebied van cje
W olhandkrab treedt gelukkig ook in grootje
mate zijn vernietiger op, zooals we reeds
eerder mochten berichten.
Niet alleen snoek en aal, doch ook de ooiè-
vaar is een van zijn verdelgers. Het zou ons
niet verwonderen als straks ook de reiger
zou worden genoemd als een consument vain
de Wolhandkrab. Indien dat het geval moclit
zgn dan zou deze inderdaad een ernstige be
lager van den Chineeschen immigrant zijn,
waardevol voor ons meer dan de ooievaar.
De ooievaar toch komt in zeer gering aantal
in ons land voor en is slechts kortstondig
logé in ons midden. De reiger komt in groo-
ter aantal voor en het schijnt als 't aantal
met het jaar toeneemt. Dat deze vogel zic'n
hier meer op zgn gemak gaat voelen bewijst
zijn rustiger doen en laten, wil men, zijn
„tammer" worden, hetgeen wel zal zijn toe
te schrijven aan het meer algemeen door
dringend begrip, niet slechts van zijn nut
in velerlei - opzicht, maar ook in zijn bijzon
dere stoffeering van het landschap, waar
voor de mensch ook langzamerhand meer oojg
krijgt en waarvan hg instinctmatig begrijpt,
dat dit aan zijn leven ook grooter waarde
geeft. Bovendien is de reiger langer gast bij
ons en er zijn thans heel wat exemplaren,
die bij ons den geheelen winter doorbrengeji.
Moeder natuur heeft altijd nog gezorgd
voor het evenwicht en het kan best zijn, dat
we straks b.v. ook de meeuwen tot Wolhanal-
krabben-verdelgers zullen kunnen procló-
meeren. Deze zouden, door hun aantal, grpote
opruimnig onder deze krabben kunnen hoy-
den. Dit bedenkende schijnt ons de verschij
ning van de Wolhandkrab wel van een bé-
denkelijken aard, maar toch niet zoodanig,
dat hij niet binnen zekere perken zal woe
den gehouden.
Echtr dlene men natuurlijk niet de Wol
handkrab zijn gang maar te laten gaan,
doch op elke wijze hem te vervolgen.
Steeds blijven de Katwijksche visschers
zich schrap zetten tegen een z.g. dreigei d
puf verbod. Zij verflauwen niet in hun acti
viteit om autoriteiten duidelijk te maken, dut
een pufverbod zonder meer geen afdoende
maatregelen. ?ou zgn om den vischstand in de
Noordzee: te verhoogen en zijvoeren daartoe
aan de pas door ons uiteengezette argu
menten, die misschien in te kleinen kring npg
bekend zijn, doch door de Katwijksche actie,
een grootere menigte gaan beinvloeden, eén
actie waardoor de Regeering ook deze zaak
nog wel eens nader zal gaan bekijken.
Uit Zeeuwsche kringen komen sombere
klanken tot ons omtrent de oestercultuur, die
zoo aangetast is door een ziekte, die duizen
den en duizenden oesters doet sterven, dat
men de vrees koestert, dat het grootste ge
deelte van den oesterstand zal worden ver
nietigd.
Het is een andere aantasting dan voor het
uit Amerika overgeplante slakje de „slip
per limpet" die al zooveel onheil heeft gé
bracht aan de oesterweekerijen.
Deze nieuwe ziekte, die zich ontstellend
uitbreidt, tast niet zoozeer het weekdier aan
als wel de schelp, zoodat deze tenslotte niét
in staat is zich meer te sluiten en onherroe
pelijk dan ten doode is opgeschreven.
Wat dat beteekent voor Zeeland is nog niet
te berekenen. De gevolgen er van laten zich
nog niet overzien, maar men verwacht e?n
decimeering van de oesters.
Onze Waddenzee, die eertijds groote hoe
veelheden oesters op de markt bracht, brengt
op de natuurbedden haast geen oesters
meer voort, al sedert jaren niet.
Het verluidt, dat ook ziekte deze oesters
zoo goed als Uitgeroeid heeft en men waii-
hoopt scb:er, dat de cesterstand zich daar
oog eenmaal zal herstellen.
Toch is het goed om dit niet al te som
ber te zien. Het zou kunnen zijn, dat de
ziekte hier heeft uitgewoed en dat er lang
zamerhand weer een toeneming van dén
osterstand zal intreden.
Want hoeveel er ook verloren is gegaan, er
waren nog oester, zij het dan in gering aan
tal op de natuurbedden, maar eveneens in
grooter kwanta op de uitgezaaide panden Ijij
Texe*, die toch hun broed weer moeten ver
spreiden.
Het ljjkt ons goed dit alles nauwkeurig
gade te slaan en zoo er eenig teeken van
meerdere aanwas van de oesters komt,^fle?e
niet dadelijk aan dé markt te brengen, doch
uit te zetten op een gebied, dat van over
heidswege voorloopig dient te worden be
schermd, opdat in den z.g. „melktijd" van de
oesters het broed gelegenheid krijgt zich te
verspreiden.
Men verlieze toch niet uit het oog, dat,
als de Zeeuwsche oesters in hoeveelheid
stérk inkrimpen er meer ruimte op de markt
zal komen voor de Waddenzee-oester, waar
door een grooter prijs dan thans zal kUnnén
worden verkregen, zoodat de oestervisscherjj
voor den Waddenzeevisscher misschien weer
van de vroegere beteekenis zal kunnen wor
den.
Het geldt misschien hier: „de een z'n dood,
de ander z'n brood," maar in dit geval zou
de mensch daaraan den stoot niet geven,
doch zou moeder natuur in die richting drrj-
ven.
Daarom mag men de hoop niet laten va
ren.
De kwestie natuurijs of kunstijs neemt in
IJmuiden een zich toespitsenden vorm aan.
De beide partijen zijn niet tot een vergelijk
schijnbaar te bewegen en een vergadering
van de belanghebbenden bij het natuurijs-
gebruik schijnen vast besloten dit Noorsche
ijs te blijven aanvoeren. Zij stellen dit voor
9.50 per ton beschikbaar vóór de visch-
handelaren, terwijl dé prijs voor de reederijen
nog lager wordt gesteld.
Door een andere regeling, waardoor de
loonen in het viS3cherijbedrijf te IJmuiden
niet zoo gevoelig zullen worden getroffen en
het ziekengeld en het losloon wat wordt
verhoogd, schijnt een conflict in dit bedrijf
te worden voorkomen.
De Gemeenteraad en het Nieuwe
Jaar. De Nieuwjaarsspeeeh van
den Burgemeester. Nieuwe politie-
bepalingen. Over bruggen en
steigers.
In tegenstelling met het vorige jaar heeft
de Burgemeester ditmaal, in de eerste bijeen
komst van den gemeenteraad in het nieuwe
jaar, een rede gehouden, welke kan worden
beschouwd als een terugblik niet alleen over
wat in het afgeloopen jaar geschiedde, maar
tevens als een soort profetie voor de toe
komst. Waarschijnlijk tengevolge van des
Voorzitters afreis naar het Saai-gebied, waar
hij, zooals men weet, de functie van Voor
zitter van een der stembureaux zal vervul
len, is deze eerste vergadering ditmaal al
heel vroeg in de maand gehouden. Hoewel
voor 1935 weinig reden is tot optimisme, al
dus de Voorzitter, weten wij, dat anderzijds
onze gemeente, meer dan menige ander, zich
verheugen mag in een zekere mate van wel
vaart, welke te danken is hoe zonderling
het ook moge klinken, voegen wij er bij
aan het feit, dat we hier zoo goed als geen
handel of industrie hebben. In glorieuse dagen
is voor een gemeente de aanwezigheid van
groote handelsinstellingen of belangrijke in
dustrieën, natuurlijk een nimmer opdrogende
bron van inkomsten, in dagen van neergang,
als wij thans beleven, laten zij zoo'n gemeente
aardig in den steek.
,.In onze gemeente is het meer constant,
spotvogels zouden zeggen „constante armoe
de" en ware ik een philosoof instede van
een bescheiden krantenman, ik zou een gloei
end betoog houden over het nut der armoede
of de betrekkelijkheid van rijkdom, en zoo
meer.
Intusschen zitten we er mee: want armoe
de is nu wel aardig in een boek of een op
stel, wie er mee opgescheept zit, vindt
het minder poëtisch.
Wat de Burgemeester zoo al zeide over den
toestand en de vooruitzichten onzer stad, men
heeft het alles kunnen vinden in bedoelde
rede, die wij in haar geheel afdrukten. We
zagen daarin ook, dat de woningbouw belang
rijk is toegenomen (er werden circa 520 wo
ningen voltooid, de meeste helaas voor velen
nog te hoog in huur!), en er zijn er nog een
320 in aanbouw. Bijna 51.000 m2 grond werd
in erfpacht uitgegeven; in 1933 45.600 m2,
daarentegen liep de grondverkoop terug tot
19.000 m2 (1933 21.400 m2). Hiermede ge
lijken tred hield de bevolkingstoename. Op
1 Januari bedroeg het aantal inwoners 34.370,
dat is, sedert 1 Januari 1933 dus twee
jaar geleden een toename met 2049. Wij
behoeven over de oorzaak van die toename
niet uit te weiden, onze lezers kennen
haar zoo goed als wij. Men kan zich over
den vooruitgang onzer gemeente niet dan
verheugen, jarenlang stonden wij hier op
hetzelfde inwonerpeil en niemand zou hebben
vermoed, dat Den Helder het nog eens tot
de opgaande lijn zou brengen wat zijn inwo
ners betreft maar wij mogen hierbij niet
Uit het oog verliezen, dat dit ook nadeelen,
of, wil men liever dit woord niet gebruiken,
zorgen en moeilijkheden brengt. Daarom is
het zoo ontzaglijk jammer, dat het beeld
onzer gemeentelijke financiën niet gunstiger is.
Want er is nog o zooveel te doen om Den
Helder wat „op te knappen", a) constateerde
nog dezer dagen een oer-Nieuwedieper met
een glans van blijdschap op zijn gezicht, dat
„er toch al heel wat aan het Heldertje ge
daan was, meneer!"
Daar heeft men, om maar iets te noemen,
de kwestie van die drie steigertjes in de
Binnenhaven, waartoe de Raad thans heeft
besloten. Ons gemeentebestuur wil het hier,
we zeiden dat reeds, graag mooi maken. En
nu zijn wij in het gelukkig bezit van een
stuk of wat foei-leelijke bruggen, die boven
dien erg gammel zijn geworden in den loop
der jaren. Eén ervan, de Keizersbrug, moet
een zeer druk verkeer verwerken óók nog, en
is daartoe feitelijk niet meer in staat. Het
spreekt vanzelf, dat er geen denken aan is
een drie- of viertal bruggen tegélijk te gaan
vernieuwen; ook was er op het oogenblik nog
geen voorstel voor een nieuwe Keizersbrug.
Maar de Raad heeft zich nu vereenigd met
een plan om voorloopig, bij wijze van proef,
drie steigers te bouwen in de Binnenhaven.
Die kosten niet zooveel en men wil dan zien
in hoeverre het verkeer in het Heldersche
kanaal zich naar de Binnenhaven laat ver
plaatsen. Dit voorstel dateerde reeds van
1933, en werd toen aangehouden; ook nu
kwam er nog wat verzet, voornamelijk van
de zijde des heeren Bot. De heer Bot name
lijk was van meening, dat de Binnenhaven, in
haar nieuwe vorm, onvoldoende ruimte bood
voor zulke aanlegsteigers. Het rijverkeer Is
n.1. thans, veel meer dan op de oude Bin
nenhaven, naar het midden verplaatst, en al
dat lossen en laden zal stagnatie brengen in
het verkeer en is bovendien niet zonder ge
vaar ook. Aldus de heer Bot, die echter met
zijn bezwaren vrijwel alleen stond. Want de
steigers komen 10 M. in het water, zoodat
er geen sprake is van verkeersstagnatie of
van gevaar. Om kort te gaan, de Raad
aanvaardde thans het plan, in de hoop, dat
inderdaad het verkeer-te-water zich ver
plaatsen zal uit het Heldersche kanaal naar
de Binnenhaven. En dat men over eenige
maanden zal kunnen zien wat voor soort
brug een vaste, een klep- of een draaibrug
men voor de aftandsche Keizersbrug noo-
dig zal hebben. Voordeelen van vaste bruggen
zijn, dat men de kosten van den brugwach
ter uitspaart, waar tegenover staat, dat
men de brug- en kanaalgelden zal derven.
Er was, in deze eerste vergadering van het
nieuwe jaar, nog een belangrijk punt, namelijk
de veranderingen en aanvullingen van onze
Politieverordening. Het spreekt vanzelf, dat
wg die niet stuk voor stuk hier de revue
kunnen laten passeeren; er waren bepalin
gen, noodig geworden door het grooter ver
keer, aanvullingen, correcties, e.d., die wer
den aangebracht.
Hierbij kwamen, zooals dat steeds gaat,
allerlei verlangens en wenschen naar voren;
zoo hield de heer Meyer een heele peroratie
over allerlei kleine en futiele verbodsbepa-
linkjes, die feitelijk niet dan vexatief werken.
In 't bgzonder maakte hij bezwaar tegen een
verbodsbepaling om rijwielen- langs den trot
toirrand te plaatsen, zooals loopjongens,
courantenbezorgers, e.d. wel doen. De Voor
zitter liet zich bepraten en nam deze bepa
ling uit het ontwerp weg, Maar de heer
Meyer, eenmaal over dit onderwerp begon
nen, noemde nog meer futiliteiten, waar
voor een politieagent dikwijls verbaliseert. Al
die gevalletjes krggt de kantonrechter hier
te behandelen, de menschen moeten een
gulden of 3 of 5 boete betalen (wat zij meest
al niet kunnen) voor een overtredinkje, dat
met goeden wil beperkt had kunnen blijven
tot een simpele waarschuwing. Andere leden
sloten zich bij dit pleidooi aan; zoo zeide de
heer Biersteker, dat de taak van de politie
toch ook feitelijk een andere is: zij moet de
helpende hand uitsteken, waar noodig ingrij
pen, maar niet noodeloos de menschen lastig
vallen, die heel vaak te goeder tro.uw zijn. En
den Burgemeester, als hoofd der politie, werd
op het hart gedrukt met ons politiecorps eens
nader in dezen geest te spreken.
Behalve deze twee belangrijke zaken, waren
er nog andère, die 's^ Raads aandacht vroe
gen. Het voorschot aan het Zeebad. Huisdui
nen, voor het nieuwe badpaviljoen, blijkt nog
geenszins in kannen en kruiken te zijn; on
danks het feit, dat aan de bezwaren van Ged.
Staten was tegemoetgekomen, kon dit College
nog geen gunstige beslissing nemen. Er zou,
daags vóór dezen Raad, een bespreking heb
ben plaatsgehad, maar op het laatste oogen
blik was een der Haarlemsche heeren ver
hinderd, zoodat het punt: verleenen van een
voorschot voor dezen avond van de agenda
moest worden genomen. Ook met de goed
keuring van een raadsbesluit betreffende de
geldleening aan het Sportpark hokt het nog;
om niet allerlei andere werken, die wel goed
gekeurd waren, in gevaar van stagnatie te
brengen, moest een raadsbesluit waarbij deze
alle op één enkele suppl. begrooting waren
ondergebracht, gesplitst worden in vijf raads
besluiten. Hierdoor kan nu Julianadorp haar
rioleering c.s. krijgen gefeliciteerd, Julia-
nadorpers! diverse straten kunnen worden
aangelegd en ook de voorgenomen woning
bouw in Smid- en Waehtstraat kan voortgang
hebben.
In de plaats van den heer D. van der Mast,
welke, naar wij vernemen, een functie heeft
gekregen op het Bureau Maatschappelijk
Hulpbetoon aan de Kerkgracht, en dienten
gevolge zijn raadslidmaatschap moest neer
leggen, werd gekozen verklaard de heer
G. Dol, bestuurslid van de afdeeling van den
Bouwarbeidersbond alhier.
BRAND
IN DE VAN LIMBURG STIRUMSTRAAT.
De bewoners met moeite gered. Een
angstige nacht-
Gisterennacht, om ongeveer twee uur, werd
de familie Mebius, v. Limburg Stirumstraat
10, gewekt door rumoer in de woning van dt
familie J. Prins, die naast de hunne gelegen
is, op nr. 12 in genoemde straat. Men be
greep dat er iets niet in orde was en luisterde
scherp toe. Weldra werd er haastig en hard
op den muur geklopt en riep een angststem
om hulp, omdat de beneden woning in brand
was en men geen uitweg meer wist. In alle
haast kleedden de heer Mebius en zijn zoon
zich aan en snelden ter hulp. De familie
Prins, bestaande uit zes personen, man vrouw
en vier kinderen, waarvan de oudste onge
veer 12 jaar, bevond zich op de voorslaap
kamer. Men wierp bij de komst van de hee
ren Mebius den sleutel naar beneden, doch
dóar de voordeur in het nachtslot zat bereik
te men hier niet veel mee en werd de deur
geforceerd. Een dikke rookwolk golfde naar
buiten. Er was geen denken aan zich in het
perceel te begeven, om zoodoende redding te
bieden. In allerijl werd toen een ladder ge
haald en tegen den muur gezet. Het werd
tijd dat de menschen, die zich naar omstan
digheden nog zeer rustig gedroegen, van de
kamer werden gehaald, want de vloer was
reeds zoo warm geworden dat de kinderen
stonden te trappelen van de pijn aan hun
voeten. Door het bovenraam kwamen toen
een voor een de bewoners naar buiten. De
kinderen werden direct bij buren onderge
bracht, die bereidwillig hun woning open
stelden.
Ondertuschen was de politie, met behulp
van eenige burgers, met een slang op de wa
terleiding begonnen het vuur te blusschen.
Men slaagde daarin gelukkig binnen niet al
te langen tijd.
Feuilleton Pag. t
Buitenlandsch OverzichtI
Bet partij-congres van de 8.D.A.P.,
zal ZO, Zl en ZZ April te Am-sterdam
worden gehoudenS
Daan Hoekscma, de bekende tccke-
naar, ia, 55 jaar oud, te Amsterdam
overleden-. 9
Het huldeblijk van de weermacht aan
de nagedachtenis van Prins Hendrik
De malaria-epidemie op Ccylon breidt
zich nog steeds uit2
Tusschen Frankrijk en Italië zou vol
komen overeenstemming bereikt zijn T
De behandeling van het proqes-
Hauptmann,,.2en3
Een scheepsramp by Florida J
De Maas in Limburg stijgt angstwek
kend. Gevaar voor overstrooming 3
De buitenlandsche troepen zullen tot
begin April tn het 8 aar gebied blijven T
Treinramp op de lyn MoskouLe
ningrad t
Omtrek-nieuwsff
Marktberichtenj
Marinebericht.eny
Sportnieuwsg
Woensdag 9 Januari.
Musis Sacrum, 7.30 u., vergadering Helder
sche Reisvereeniging.
Soriée Vereeniging Ambachtsschool, Casino,
8 uur.
Vergadering met lichtbeelden, Held. Reisver
eeniging, Musis, 7% uur.
Soirée Vereen. Aambachtsschool, Casino,
8 uur.
Donderdag 10 Januari.
Feestavond Ned. Herv. Kerkkoor, Musis, 8 u.
Donderdag 10 Januari.
i
Feestavond Ned. Herv. Kerkkoor, Musis.
Zaterdag 12 Januari.
I
Uitvoering Speeltuinver. afd. „Tuindorp",
Musis, 8 uur.
Soirée ,JIeld. Mannenkoor"Casino, 8 uur.
De benedenwoning was echter totaal
uitgebrand en ook de bovenachterslaapkamer
en zolder hadden ernstig van het vuur te lij
den gehad. De tusschenmuur naar de wou' g
van de fam. M. was gescheurd, terwijl n
deze woning de zolderbalken teekene .n
den brand toonden, en eenige ruiten a
gesprongen. Daar de brandslang dooi Je
woning van de fam. M. was gelegd, had men
hier veel last van het water gehad, doch bij
ons bezoek, gisterenmiddag, waren de spo
ren daarvan reeds uitgewischt.
Van den inboedel van de fam. Prins is
niets gered. Slechts een paar kleedingstuk-
ken kon men naar buiten brengen. Huis en
inboedel waren verzekerd. De oorzaak van den
brand is onbekend. De politie stelt er een on
derzoek naar in.
Op het terrein van den brand waren o.m.
aanwezig, de burgemeester en commissaris
van politie, alsmede de inspecteur en twee
adjuncts.
Voor korten tijd ga ik dan weer terug naar
Den Helder. Even op adem komendeze
gedachte vervult mij met vreugdeIk ga
't gauw in de marinierskazerne vertellen...
Zij hebben daar geen lui leventje in de ka
zerne!
Laat men niet denken, dat ze zoo'n beetje
voor Erhohlung in Saarbrücken zijn, dat ze
het daar als een soort „Kurort" beschouwen.
Integendeel! Ze maken vermoeiende en
zware n arschen en oefenen veel.
Kapitein De Bruyne vertelde mij reeds de
eerste dagen, dat zijn troepen niet in hoofd
zaak in de stad Saarbrücken zelf dienst doen,
maar in den omtrek, evenals de mannen van
St. Ingbert.
Daar wij begrjjpen, dat de heeren officieren
nog wel iets anders te doen hebben, dan jour
nalisten te woord staan, pogen wij zoo min
mogelijk op hun kostbaren tijd beslag te
leggen.
Reeds hebben wij, met toestemming van
luitenant Nass eenige speciale foto's door den
Duitschen fotograaf laten maken voor de Hel
dersche Courant. De Slaapvertrekken, waarin
de bedden aaneengereid staan met er ach
ter de geweren, gasmaskers, mitrailleus en
helmen en verdere krijgsmansuitrusting heb
ben wij echter niet door den Duitscher willen
laten „nemen", cmdat wij, als puntje bij
paaltje komt, toch den Duitscher niet kunnen
beletten het cliché hiervan aan een Duitsch
blad toe te zenden, en waar wij den luitenant
verzekerden, dat de photo's alleen in ons blad
zouden komen, lieten wij dus voor alle zeker
heid die opname schieten.
Een tamboer van de mariniers komt naar
ons toe.
U hebt de foto van de bedden eergiste
ren niet laten nemen, meneermaar ik
kan, behalve een heel regiment bg elkaar
trommelen, ook reuze teekenen. Mot u die
bedden hebben en die geweren of mot u ze niet
hebben?U kunt er ook een caricatuur-
teekening van krijgen. Van als we uitmaf
fenrust nemen
Ik kijk den Rembrandt-tamboer verwonderd
aan.
Hij trommelt reuze, maar hij teekent nog
reuzer meneer, zegt een andere marinier.
Ik had geen tijd om er op te wachten, want
direct daarop vertrok ik weer naar Den Hel
der, dus zei ik:
Stuur 't karakatuur op naar de Helder
sche Courant, doch vraag eerst verlof aan de
heeren officieren
Gevleid is de teekenaar aan den gang ge
gaan. Of hij goed geslaagd is moeten de lezers
van de Heldersche Courant nu maar zelf be
oordeelen.
Ik geloof niet, dat 't 13 Januari daar aan
de Saar bekokstoofd is. Onze jongens zullen
zeker op den 14en niet naar Den Helder en
Rotterdam teruggaan.
Als men eenigen tijd in 't Saargebied ver
toefd heeft, begrijpt men terdege dat juist pas
nó 13 Januari de moeilijke en kritieke momen
ten komen. Januari en misschien ook Februari
zal wel verloopen voordat er kans bestaat, dat
d<- internationale Volkerenbondstroepen huis
toe mogen.
Juist even voor in naar huis ging hoorde
ik van den Poolschen landdag, die in Saar
brücken was gehouden.
Ze moeten lkaar daar adjectieven naar
het hoofd geslingerd hebben, althans, naar ik
op 't perron in Saarbrücken hoorde, die alles
overtreffen, wat in parlementen en raadszit
tingen geboden wordt.
W ij maken de herrie niet, zegt een Saar-
politieagent, dat doen de lui van den anderen
kant. Welken anderen kant hij bedoelde, zei
de Saaragent niet.
Die Saarpolitie lijkt al een heel heterogeen
corps te zijn. Hun chef is een vreemdeling. On
der de agenten zelf moeten meerdere emigran
ten zijn, uiteraard dus status quo'ers. Ook zgn