Amsterdamsche Brieven.
Marine-brieven uit indië
T JUTTFRtje
Een Jubileum in de
geschiedenis der electrische
verlichting.
ZATERDAG 12 JANUARI 1935
PAG. 5
De vorst nadert
De vorst nadert en als deze regelen
onder Uw oogen komen, staan we ook hier
in Amsterdam misschien weer op het ijs,
zij het dan waarschijnlijk nog niet op het
jjs in de grachtenOp het ijs staan en
rijden hebben we ook al wel gedurende de
nu afgeloopen zachte winterperiode kun
nen doen, maar dót ijs was dan toch
maar een soort ersatz-ijs, via het kunst
baantje van het Sportfondsen-bad, achter
de oude Ooster gasfabriek, het publiek
aangebodenAl blijkt, gezien het zich
"de laatstë maanden ih'de' binnenstad snel
vermeerderende aantal „autómatieks" het
hedendaagsche hoofdstedelijke publiek zeer
gediend van automatisch toegediend ijs in
den vorm van consumptie-waar, zooals
het zich overigens ook gaarne allerlei an
dere consumptie-waren gaarne via een
automaat laat verstrekken, kunstmatig
opgediend schaatsen-ijs, gelijk het Sport-
fondsenbad dit opdient, daar wil het nog
maar steeds niet al te best aan. Het
schijnt, dat de Hollander dit laatste soort
tjs slechts wenscht te gebruiken, c.q.
te bértjden, indien het hem in de echte
origineele vorm wordt voorgezet, op een
schotel, die door de natuur zelf werd op
gemaakt, en niet op een, die met behulp
van de chemie en de techniek tot stand
kwam. Op het gebied van dit ijs, waarop
hij zijn nationale sport bij uitstek beoefent
en zijn beste kanten naar voren komen,
maakt hij een scherp onderscheid tusschen
echt en onecht, ersatz.
De eerste maanden van exploitatie van
onze eerste kunstijsbaan hebben dit wel
bewezen, want, al zorgde men voor diverse
attracties, als daar zijn demonstraties van
beroemde schoonrijdsters, .schoonrijders,
ijshockey-wedstrijden tusschen bekende
teams, het bezoek kwam niet ver boven
het middelmatige en van een doorslaand
succes kan tot nu toe nog zeker niet ge
sproken wordenEn het is wel zeker,
dat de echte, natuurlijke vorst, die thans
dan toch werkelijk in aantocht schijnt, met
haar natuurlijke banen veel grooter succes
zal hebben
Gas en petroleum-
Overigens, daar zal wel een ieder het
over eens zijn, kunnen we dit keer, vooral
ook niet in de hoofdstad, een strenge
winter gebruiken. De extra-belasting, die
de vorst aan meerdere verwarming in de
eerste plaats oplegt, kan er moeilijk meer
btj. Nu bestaat er wat die meerdere ver-
warmings-kosten bij extra kou aangaat,
zooals bij zoovele andere dingen in ons
huidig ingewikkeld economisch bestel, een
zekere wisselwerking, waardoor b.v. dat
gene, wat door de burgerij gedurende een
vorstperiode aan meer gasverbruik wordt
uitgegeven, ook weer in de zakken van
een deel dier burgerij terugvloeit. De zaak
zit namelijk zoo, dat de winstuitkeering
uit de gasfabrieken thans aangewend
wordt voor werkloozensteun, waaruit
volgt, dat die steun bij meerder gasver
bruik tengevolge van een koude-gebruik
ook weer iets hooger zou kunnen worden.
Dit laatste feit werd onlangs ook te
berde gebracht door wethouder Rustige,
toen men hem vroeg hoe hij stond tegen
over verlaging der gastarieven, een punt,
in de jaarrede van den heer Crone als
wenschelijk aangeroerd.
De wethouder verklaarde eerst, dat het
voor den Voorzitter van onze Kamer van
Koophandel wel heel gemakkelijk was cri-
tiek ui tte oefenen en zoo maar zonder
meer te zeggen, dat de tarieven van de
gemeentebedrijven, o.a. ook die van de
gasfabriek, naar beneden moesten, maar
dat dit geen „zakelijk advies" was, „wat
toch zeker verwacht mocht worden, indien
een lichaam als de K. v. K. zich met deze
aangelegenheden bemoeien wil"! In prin
cipe was de wethouder het eens met de
opvatting, dat wij in het algemeen naar
een „lager niveau" móesten, en zeker
daarbij ook de tarieven naar omlaag moes
ten gaandat er, tenslotte, of eigen
lijk in de eerste plaats, iets gedaan moest
gorden om het gas, het gemeente-
gas dus, een betere coneürrentie-moge-
ifjkheid te bieden tegen de.particuliere
petroleum, die thans een stuk beneden den
vooroorlogschen prijs is. Op den duur zou
men zeer zeker de gasprijs naar beneden
kunnen brengen door middel b.v. van het
inrichten van één nieuwe gasfabriek, die
dan in de plaats zou moeten komen van
de "twee oude, thans bestaande. Zulk een
nieuwe fabriek zou zeer zeker meer eco
nomisch kunnen werken. Maar zulk een
inrichting zou voorloopig dan toch maar
het peuleschilletje van pl.m. 15 millioen
kosten en waar halen we die heden ten
dage vandaan?Wat wel en, volgens
deze beheerder var. onze gemeentelijke be
drijven, die bovendien nog als wethouder
voor financiën, de lasten van onze gemeen
telijke schatkist tófst, moest gedaan wor
den, is: het belasten van de petroleum tot
het niveau van vóór den oorlog. Dón had
men, vo!gens hem, al vast op dit punt
normale verhoudingen en de opbrengst
zou b.v. gestort kunnen worden in het
Werkloosheids-Subsidiefonds:
De heer Rustige verklaarde daarbij, dat
het hem „onbegrijpelijk was. dat de Re
geering geen gebruik maakte van dit „be-
lastings'-denkbeeld
De „petroleum" is echter, dit kon
onze wethouder toch ook wel weten en
daarmede de „onbegrijpelijkheid" voor hem
wat verminderen, is nu eenmaal een
-moeilijk- te -hanteeren -goedje,ook zelfs
voor Regeerings-personen....;. Het petro-
leum-gezag reikt in deze moderne wereld
vér en weegt op z'n minst genomen nogal
eens op tegen een regeer-gezag!.
Op lager niveau.
Niet alleen op het gehied der gas- en
andere -arieven is hei. zeer zeker wen
schelijk, om niet te zeggen geboden, op een
lager niveau te komen. Dat neerschroeven
naar lager niveau gaat niet gemakkelijk,
maar er bestaat nu dan tenminste toch
goed uitzicht op een binnen afzienbaren
tijd naar beneden komen der huishuren,
een punt, dat al zooveel in de laatste jaren
uit en ter na besproken werd. Zoo is hét
goed nieuws in dit verband te vernemen,
dat in de volgende maand ongeveer 1400
woningen van woningbouwverenigingen
in aanbouw zullen zijn, met huren. Waar
van het grootste deel beneden 6.-— be
draagt en een belangrijk deel met huren
lager dan 5.—, Zij worden gebouwd op
Landlust in Zuid en bjj het Oostzaner-
tuindörp.
Een goed punt is ook, dat de huren van
gemeente- en vereenfgingswoningen thans
al aan het dalen zijn. De huren bij den
particulieren bouw boven 10.per week
dalen reeds door overproductie. Toch bljjft
er nog te wenschen over, volgens den
directeur van onzen Gem. Woningdienst,
een huurdaling van niet minder dan onge
veer 93000 woningen. Er is ongetwijfeld
nog een tekort aan woningen béneden
6.huur. Zal nu de aanbouw van de
vele, bovengenoemde woningen door de
vereenigingen invloed op deze huren oefe
nen en, hen.naar omlaag brengen.? Ziet-
(Jaar de vraag waar het om gaat; Maar
gerechtvaardigd is de hoop «,M. c[at het
antwoord' inderdaad bevestigend zaïykpmen
te luiden. i ir
Steun aan onze schilders.
Een categorie medeburgers, die ih de
komende vorst-periode het ook extra
zwaar zullen hebben, maar waaraan men
in dit verband meestal niet in de eerste
plaats of zelfs heelemaal niet denkt, zijn
debeeldende kunstenaars, alias
onze schilders en beeldhouwers, die in
deze. winterdagen- op hun zolder-ateliers of
zelfs op hun hyper-moderne ateliers, zoo
als er onlangs enkele in Zuid verrezen,
zich „suf zitten te peinzen", hoe zij de
extra verwarmingskosten zullen moeten
dragen. Acties als de „Kunst in nood"-
tentoonstelling, eenigen tijd geleden ge
houden en dergelijke goedbedoelde pogin
gen meer, kunnen het feit niet uit de
wereld helpen, dat de werkloosheid onder
deze, in de hoofdstad niet onbelangrijke
categorie stadgenooten, groot is en blijft
en een aanzienlijk deel van hen tengevolge
van de crisis zonder behoorlijke inkomsten
is geraakt. Een lichtpunt voor hen, waar
mede dit jaar iets betere aspecten is gaan
vertoonen, is, dat er onlangs door toedoen
van den minister van Sociale Zaken ;een
fonds gesticht is tot ondersteuning van
bedoelde kunstenaars. Het principe .van
dit fonds is hetzelfde als bij de 'werk
lozenkassen der vakorganisaties. Van de
leden der aangesloten kunstenaarsvereni
gingen zal een verplichte extra-contributie
alleen ten bate van het fonds worden ge
heven, waarbjj elke vereeniging vrij is de
grootte dier extra-contributie te bepalen.
Rijk en gemeente zullen het fonds ver
sterken met een bijdrage, welke bestaat
in een verhooging van elke individueele
bijdrage. Juist dezer dagen, heeft Amster
dam zich bereid verklaard tot deelneming
aan deze regeling, gelijk Rotterdam, Den
Haag en Utrecht dat al eerder gedaan
hadden. Anders viel ook niet te verwach
ten, want er is geen gemeente in ons land,
die voor de beeldende kunstenaars zooveel
gedaan heeft als juist de hoofdstad.;
Zoo werd steéds b.v. bij het vaststellen
der kunstsubsidies een post uitgetrokken,
die diende voor het geven van opdrachten
en het doei. van aankoopenDat ten
slotte de uitkeeringen nu reeds direct een
aanvang hebben genomen, is voor dé be
trokkenen nog wel het belangrijkste punt:
de kou wacht niet, en de kolenleveran-
cier óók niet, op z'n geld niet name
lijk.Dit direct ingaan is mogelijk ge
maakt door toedoen van jigt Nationaal
Crisis-Comité,dat, zoolang de officieele
regeling nog niet ambtelijk is uitgewerkt
en administratief voor elkaar is, bij
springtWat zeer zeker een bijsprin
gen op de juiste plaats en te rechter tijd
kan genoemd worden
Onze café-terrassen in den
winter.
Tot de trouwste klanten van onze café
terrassen behooren, of moeten wij, ge
zien bovengenoemden nood, zeggen:
behoorden, onze schilders en beeldhouwers,
die daar indrukken aan vorm en kleur
plegen op te doen! En we mogen dus wel,
ten besluite, via deze Muzenzonen, even
op onze terrassen „neerkomen", die steeds
meer energieke pogingen gaan doen zich
ook in den wintertijd in de gunsten van
het publiek te handhaven en zich te ont
wikkelen naar het voorbeeld van de be
roemde openlucht-zitjes op de Parijsche
boulevards, die ook in het strenge jaarge
tijde in bedrijf blijven......Hier en daar,
op het Rembrandtplein b.v., heb
ben we al in een vorigen winter zaken
gekend, die hun buitenklanten, door mid
del van verwarmingsinrichtingen, het ge-
heele jaar door aan zich trachtten te bin
den. Deze inirchtingen bestonden dan
meestentijds uit een gemoderniseerde vorm
van de bekende Parijsche potkacheltjes:
we deden het namelijk hier met, van het
afdak afstralende, electrische kacheltjes
tjes"...... Heel veel succes had men tot
nu toe met een en ander nog niet. Men
gaat daarom nu een stapje verder, op
het Damrak is het eerste stapje al te
zien, en richt men die terrassen meer
in, met enkéle extra glasschutten als
serre, waarmede een compromis tusschen
„binnen" en „buiten" bereikt wordt. En
al was het alleen maar omdat het huidige
geslacht geleerd heeft te leven bij allerlei
soort compromissen, mag men verwach
ten, dat dit tenslotte volle bevrediging
geven zal
Het eerste electrische schakelhuis
Berlijn viert zijn vijftigjarig bestaan,
door
Frans Richter
Bij de jaarwisseling van 1934-1935 maak
te de wereld een gedenkwaardig jubileum
mede, dat jammer genoeg door het snelle
tempo van onzen tijd veel te licht over het
hoofd gezien wordt. Juist een halve eeuw
is het dan geleden, sedert voor de eerste
maal een electrisch schakelliuis met succes
functioneerde en dat de mogelijkheid aan
getoond werd om electrische centrales in
bedrijf te brengen. De ouderen onder ons
zullen zich nog vaak herinneren den over
gang van kaarsen- en petroleum- en gas
verlichting naar de electrische verlichting.
Voor jongeren is de electriciteit reeds een
van zelfsprekende zaak. En toch is het
slechts een halve eeuw geleden.
Het was een belangrijke proefneming,
die men toenmaals in de Friedrichtrasse
in Berlijn, in de hoofdstad van het Duit-
sche rijk, ondernam. Vele mannen, wier
namen naderhand over de geheele wereld
bekend zou worden, waren daarbij betrok
ken. Zooals b.v. de jonge Oskar von Mil-
ler, de stichter van het Duitsche museum
te Munchen, die zich juist deze gebeurtenis
van een halve eeuw geleden, tot aan zijn
dood toe steeds met bijzonder genoegen
placht te herinneren.
Men probeerde destijds,: vanuit een kleine
centrale ter voortbrenging van electrische
energie, meerdere huizen tegelijkertijd te
verlichten. Daaronder was ook een van de
grootere en destijds drukSt bezochte koffie
huizen, dat voor de algemeen gewekte be
langstelling bijzonder in zwang kwam.
Weliswaar zaten de bezoekers op winter
avonden gedurende menig uur in donker
of in het schijnsel van de overgewone gas
verlichting. In den volksmond ontstonden
vele grappige gezegden naar aanleiding
van deze genomen proeven, die er dan ook
in vergelijking met tegenwoordig primitief
genoeg uitgezien hebben. Allerlei gebreken
deden zich voor. Menigmaal werd de
stroomlevering voor geruimen tijd onder
broken. Maar het eind-resültaat heeft de
uitvinders en de toekomstige ondernemers
van destijds in het gelijk gesteld. De inge
nieurs overwonnen tenslotte de nukken van
de nieuwigheid. De electrische verlichting
kon haar zegevierende tocht over de we
reld aanvangen.
Vadertje, wat is het verschil tus
schen een stier en een os
De stier is de vader van het kalf en
de osja, de os....:, de os is de oom!
Een student schreef aan zijn vader:
„Lieve Pa, ik zit in de groote stad zonder
een cent en heb geen vrienden. Wat moet
ik doen?"
De vader antwoordde: ,;Lieve zoon, sluit
zoo gauw mogelijk vriendschap!"
Beste Lange,
Ziezoo Sinterklaas is weer achter den rug,
ondanks de malaise hebben de winkels het
weer overvol L'Ohad en heeft de Sint over
het algemeen erg zijn best gedaan. Stamp
en stampvol was het deze dagen in onze
goede krokodillen stad. Het wemelde van
Sinterklazen, ja als ze elkaar op straat te
gen kwamen dan bogen ze minzaam tot el
kaar. Wat dat voor een indruk op onze
Hollandsche kinderen maakte laat zich den
ken. Voor den inlander is dit geen nationaal
feest, hij kent „Sinjo Klaas" alleen maar
vanuit de etalages. Maar nee, dan zou ik
toch onwaarheid spreken er zijn reeds
Inheemschen die zelf het vak van Sinter
klaas al op 5 December verrichten, en dan
liefst nog in het Maleisch. Luister wat er
voor een der Japansche toko's door den
heilige Sint werd uitgeroepen. „Boleh ma-
soek' boleh masoek, anak anak dapat per-
sén dari saja." (Voor de weinige van mijn
lezers die nog geen Maleisch kennen zal ik
het nog even vertalen: „Kom maar binnen,
Kom maar binnen. Alle kinderen krijgen
een cadeautje van mij") Zoo zie je dat ook
Sinterklaas aan het Indianiseeren is. Overi
gens behoorde uw briefschrijver tot de ge
lukkigen die uitgenoodigd werden om het
feest van den Süjt bij den Dienst Con
servatie te mog^tneemaken. De eskader
commandant (Z.H.E.G. bewoont thans het
paviljoen aan de kruiserkade), de Marine-
commandant en de commandant van de D.
C. zelf waren aanwezig hetgeen zeer tot den
luister van het feest bijdroeg. In het Euro
peanen verblijf was een tooneel ingericht,
terwijl de geheele zaal versierd was. Wer
kelijk de feestcommissie had eer van haar
werk. Mevrouw Maekay kreeg van Sinter
klaas een pracht van een struik bloemen,
terwijl de Commandant voor Z.H.E.G.'s bu
reau een heel mooi vouwbeen ten geschen
ke kreeg, hetwelk de overste zeker uit ecg
hondertal couranten te voorschijn moest
halen, tot groote vreugde van de aanwezi
gen natuurlijk. Sjonge Lange wat hebben
we nog een boel artisten in de,Marine, op
die avond alleen zag ik diverse, liedjeszan
gers, een humorist, cén harmonicaspeler eri
last not least,onze Goebeng nachtegaal,
de fluitende marinier.'
Lange, je moet me niet kwalijk nemen als
ik hier even een mopje vertel dat je mis
schien al eens gehoord hebt, maar wat voor
mij op dien feestavond geheel nieuw was,
en waarmede de humorist Dumas de la
chers meteen op zijn hand had. Ik heb het
trouwens aan een bevriend marinier over
verteld en die kende het ook niet, dus durf
ik het wel aan.
Nu dan. Een sectie mariniers van Goe
beng ging en marsch maken, bépakt en
bezakt. Op het laatste moment werd er een
ziek en moest er een matroos zijn plaats
innemen. Het was maar niet zoo'n klein
marschje. Nee hoor, twee hónderd kilome
ter zou er hier onder den tropenhemel af
gelegd moeten worden. De menschen gaan
onder aanvoering van een luitenant, op weg
en volbrengen keurig de eerste 100 K.M.
Hierop laat de luitenant „Links uit de flank
halt" maken. De geweren bij den voet zetten
en op de plaats rust houden. Hij spreekt
zijn tippelaars als volgt toe: „Mannen, de
eerste honderd K.M. zitten erop. Nu gaan
we aan de tweede 100 beginnen. Hij, echter
die liever uit wil vallen make een pas voor
waarts!" En wat gebeurde er?... Alle ma
riniers mak,n een pas voorwaarts. (Gnui
ven bij de matrozen in de zaal dat begrijp
je). Na over deze teleurstelling heenge-
slikt te zijn, spreekt de luitenant den ma
troos als volgt toe. „Matroos je bent een
kranige kerel, ik maak je mijn kompliment,
jij gaat dus dadelijk op voor de tweede 100
K.M.
„Verexcusseer luitenant, ik wilde liever
ook niet meer verder, want ik ben nog veel
moeicr als die mariniers, ik kan zelfs die
eene pas voorwaarts niet meer doen. (Ge
juich bij het korps in de zaal, dat kun je
je voorstellen. Ja man, zin voor humor is
iets wat onze Marine wel hééft.
Laat eens kijken, heb ik nog meer nieuws
voor je? O ja, de „Witte de With" en „Van
Galen" zijn voor het laatst dit jaar weer
het basin binengestoomd, 1 "mende van
Priok. Het is een volte nu aan de jager-
stijgers. 4 jagers liggen daar naast elkaar:
W.W., V.G., G.T. .en K.T.- De laatste twee
klaar voor den nik, naar Holland. Hr. Ms.
„Flores" en „Soemba" zijii getweeën ge-
vechtSchietoefertiiigen aan het houden. Nu
weet je.weer alles, saluut.
HENK.