Buitenlandsch Overzicht.
LISTERIN E
TANDPASTA
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
De katholieke kerk en de
N.-S. staat.
De film van
Prinses Juliana
DEMOORDOP DE
KEIZERSGRACHT
No. 7547
EERSTE BLAD
DINSDAG 29 JANUARI 1935
63s2e JAARGANG
BINNENLAND
Bekijk IJw
gebit eens in
den spiegel -
Stellig heeft U
Groote Tube
slechts 60 cent
Eerste Kamer.
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant t 1.50; Koegras.
Anna Paulowna. Breezand, VVieringen en Texel t 1.65; binnenland f 2.—,
Nederl Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10 idem per mail en overige
landen t 3.20. Losse nos. 4 ct.; tr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. f 0.50, f 0.70, f 0.70, f 1.—. Modeblad resp. f 1.20. f 1.50. f 1.50,
f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N V Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No 16066.
ADVERTENTIE N:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prgs Kleine advertentiën (gevraagd, te koop. te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer:
10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
De Times over de Europeesche politiek van Engeland.
De Bal kan bond zou Lavals politiek ondersteunen.
De strijd tusschen China en Japan.
De Times, het toon-
a a n gevende Er.gelsche
blad, bevatte Zaterdag
een hoofdartikel, waarin
in aansluiting op een
door den conservatieven
afgevaardigde, Sir Edward Grigg, te Oxford
gehouden rede, aangedrongen wordt op een
krachtig initiatief van de zijde der Engelsche
regeering, bg de aanstaande internationale
besprekingen, en in het bizonder inzake het
vraagstuk der bewapening en rechtsgelijk
heid.
De Duitsche herbewapening, zoo schrijft de
Times, is het middelpunt van de Europeesche
politiek en de Duitsche rechtsgelijkheid bin
nen een systeem van veiligheid is de grond
slag, die door allen is aanvaard.
Het is thans het oogenblik om de aan
Duitschland, Oostenrijk, Hongarje en Bul
garije opgelegde bewapeningsbeperkingen
op te heffen, en deze te vervangen, door
een algemeen systeem van beperking
dér bewapening.
Het is niet de bedoeling geweest, dat de
door de vredesverdragen opgelegde beperkin
gen voor altijd eenzijdig zouden blijven.
Het blad eischt een verdere uitbreiding van
het verdrag van Locarno, dat de spil is van
de geheele buitenlandsche politiële van Enge
land. Een nieuwe bekrachtiging van het Lo-
carno-pact inzake den luchtoorlog moet een
definitief eind maken aan de mogelijkheid,
dat de een of andere mogendheid de dupe
wordt. Geen land mag erover in twijfel wor
den gelaten, of het Locarno-verdrag al dan
niet op den luchtoorlog van oepassing is. Er
bestaan echter, zoo vervolgt het blad, dui
delijk grenzen voor de verantwoordelijkheden,
die Engeland op zich kan nemen. Van geen
land kan verwacht worden, dat het werkelijke
ml'itaire verplichtingen op zich neemt in ge
vallen, die zijn eigen belangen in het geheel
niet raken. Men* mag verwachten, dat Flandin
en Laval bij hun bezoek aan Londen niet
meer zullen wenschen dan steun van alge-
meenen aard voor de Oost- en Midden Euro
peesche pacten.
Sir i iward Grigg had in zijn rede te Ox
ford o.a. verklaard, dat Engeland bij de bevei
liging van West-Europa tegen den oorlog een
vasten koers zou moeten volgen. De gebre
ken van het Locarno-pact konden samengevat
worden in de onzekerheid over de werking
van de bepalingen, waardoor het optreden te
gen een aanvallenden staat werd bepaald. Het
grootste gebrek was chter, dat de Britsche
Dominions, die het pact niet onderteekend
hebben, niet kunnen deelnemen wanneer En
geland krachtens het pact gedwongen is op
te treden.
zal nooit toestaan dat zijn eenheid in ge
vaar wordt gebracht.
De Daily Telegraph meldt uit Belgrado, dat
de aanleiding tot de aldaar gehouden bespre
kingen tusschen den Turkschen minister van
buitenlandsche zaken, en den Zuidslavischen
ministerpresident en prins-regent Paul ge
zocht moet worden in de bezorgdheid, die het
pact van Rome en het aanstaande bezoek van
Flandin en Laval aan Londen bij de staten
van de Kleine Entente en van de Balkan
entente, alsmede bg Sowjet-Rusland gewekt
hebben.
Men vreest, dat het vier-mogendhedenpact
weder opgehaald wordt en dat daardoor de
groote mogendheden in Oost-Europa een over
wicht zullen laten gelden, en Sowjet-Rusland
bq de Europeesche aangelegenheden ter zy
zullen schuiven.
Voorts is men volgens het blad van mee
ning, dat Laval niet bestand zal biyken tegen
den door Engeland en Italië in deze richting
uitgeoefenden druk, ondanks zijn tegenover
de genoemde Oost-Europeesche staten te Ge-
nève gedane belofte, dat het viermogendhe-
den pact niet opnieuw zou worden opgehaald.
De nervositiet is bovendien door den staats
greep in Bulgarije vergroot; de opneming van
„anti-Zuid-Slavische elementen" in de Bul-
gaarsche regeering zou aanleiding gegeven
hebben tot het vermoeden, dat de Italiaan-
sche invloed op den Balkan sterk is vermeer
derd.
Zuid-Slavië vreest een nieuwe omsingeling
van de zyde van Italië en zoekt derhalve
nieuwe bondgenooten, waarby het thans zijn
blik naar Sowjet-Rusland richt.
Te Belgrado zou men meenen dat Litwinof
te Genève aan Jeftitsj zou hebben beloofd,
door belangrqke Russisch-Slavische handels
verdragen den uitvoer van Zuid-Slavië te
steunen, en iedere communistische activiteit
in Zuid-Slavië te zullen remmen, opdat tus
schen beide landen een toenadering en een
hervatting der diplomatieke betrekkingen tot
stand komt
Prins Paul. de Koningin-moeder en het hof
te Belgrado in het algemeen zouden echter
tegenover een verzoening met Sowjet-RuS-
land zeer afwijzend staan.
De politiek van
Laval en de
Balkanbond
De correspondent van
Petlt Parisien, te Bel
grado, heeft een onder
houd gehad met Roesjdl
Ares, den daar vertoe-
venden Turkschen mini
ster van buitenlandsche zaken die de verze
kering gaf, dat Laval by zgn politiek op den
or.voorwaardelijken steun van de vrienden en
genooten van de Balkan-Entente kan rekenen.
De Balkanbond stelt zich op het stand
punt, dat hij in de algemeene politiek een
steeds grootere rol moet gaan spelen. Hy
^A-KONING FERDINAN l>,
de neerscher van Bulgarije van 1908 tot 1918
toen hij ten behoeve van zijn zoon Boris, af
stand deed van den troon. Hij wordt in 26 Fe
bruari a.s. 7>) jaar.
De strijd in het
Verre Oosten
Als de politiek van
Japan, ten opzichte van
China, niet zoo treurig
was, zou men er om
lachen. De pogingen die
men doet om theoretisch den vrede te pree-
ken, terwgl men practisch de Chineezen in de
pan hakt, zgn e zoo sterk staaltje van di
plomatieke onmacht, dat het zgn weerga in
de geschiedenis der volkeren nauwelijks vindt.
Hieronder geven we eenige berichten over
strijd en onderhandelingen, die zonder com
mentaar voor zichzelf spreken.
De woordvoerder van het Japansche mini
sterie van buitenlandsche zaken heeft in een
persconferentie verklaard, dat de regeering
een mededeeling van den opperbevelhebber
der Japansche troepen in de provincie Kwan-
toeng, generaal Minami, ontvangen heeft,
volgens welke de op 23 Januari begonnen
militaire actie in de provincie Tsjahar geëin
digd is.
De Japansche strgdkrachten hebben
alle door Chineesche troepen bezette ge-
biedsdeelen in bezit genomen. Daarmede
is het incident als geëindigd te beschou
wen.
In de mededeeling wordt er nog op gewezen,
dat zich in de provincie Tsjahar aan Japan
vgandelgke organisaties verzamelden, welke
zich ten doel hadden gesteld, de betrekkingen
tusschen beide landen te vertroebelen.
De militaire attaché van het Japansche ge
zantschap te Peking zou verder onderhande
lingen voeren met de Chineesche regeering.
De woordvoerder van het ministerie ontkende
met de meeste kracht de geruchten, in het
bijoznder verbreid doo de Amerikaansche
pers, omtrent een annexatie van Mantsjoekwo
door Japan.
Van Japansche zijde houdt men vast aan
de uitvoering van de volgende maatregelen:
Bijeenroeping van een conferentie in Fe
bruari te Kalgar ten behoeve van gedachten-
wisselingen over den toestand in Tsjahar,
ontruiming van 1600 km2 land door de Chi
neezen, staking van de militaire operaties aan
beide zgden.
Ondanks de bovenstaande mededeelin-
gen méldt een bericht uit Peking, dat de
Japanners voortgaan de troepenmachten
aan de Chineesche grens te versterken.
In Chineesche kringen neemt men dan
ook een hervatting van de vyandelgkhe-
den aan binnen eenige dagen.
De generaal-adjudant van den keizer van
Mantsjoekwo, g- eraai Isimaru, neeft den
keizer en de regeering rapport uitgebracht
van de militaire operati. s aan den Grooten
Muur. De militaire actie, hoewel zg slechts
een plaatselijk karakter draagt, is nog niet
geëindigd.
De Chineesche autoriteiten hadden in de
provincie Tsjahar een aantal militaire verster
kingen laten aanleggen, waardoor volgens
den Japanschen rapporteur, de veiligheid der
Japansche troepen gevaar liep.
LORD BADEN POWELL,
opperchef van de padvindersorganisaties, die
op het oogenblik een wereldreis maakt, om de
verschillende organisaties der padvinders te
inspecteeren.
SANCHEZ GEURRA. f.
Tegenstander der dictatuur van
Koning Alfonso.
De Spansche staatsman José Sanchez
Guerra is Zaterdagavond om zeven uur te
Madrid overleden.
Viermaal minister-president en leider der
conservatieven is Sanchez Guerra geweest,
die zes en zeventig jaar oud is geworden-
Een vermaarde en gevreesde figuur in het
Spaansche politieke leven onder de monar
chie; een felle tegenstander van de dictatuur
en van den persoon van Dor Alfonso als ko
ning, zonder daarom uitgesproken republikein
te zijn.
Een dag van groote beteekenis.
De Berl. corr. van de Neue Zürcher Ztg.
noemt den 17en Februari a.s. een „kritieken
dag", die van groote beteekenis zal zijn voor
de betrekkingen tusschen de katholieke kerk
en den staat. Op dien dag toch heeft bis
schop Bares de katholieken van Berlgn op
geroepen tot het pausfeest in het Sport-
palast, ofschoon er nog steeds een beschik
king van Goering bestaat, welke het houden
van openbare katholieke plechtheden, buiten
de kerkgebouwen verbiedt. Bisschiop Bares
heeft echter de uitnoodigingen onder zijn
diacessen reeds reeds verzonden en wacht nu
af of er een verbod zal komen. De bgeen-
komst is dus om zoo te zeggen een toetsteen
voor de verwachting dat de houding van de
katholieke geesteiykheid bg het Saarplebis-
ciet den Duitsche katholieken wat meer vry-
heid van beweging zal schenken.
Behalve in Pruisen beklagen de katholie
ken zich ook in Beieren over belemmering
van hun vereenigingsrecht De kardinaals
Faulhaber en Bertram hebben zich schrifte-
lijk bg Hitier beklaagd maar voorloopig
slechts ten antwoord ontvangen, dat hun be
zwaarschriften aan Goerings departement
doorgezonden zgn.
NEGEN TOT TIEN MILLIOEN
WERKLOOZEN.
De secretaris van Arbeid mej. Perkins,
heeft medegedeeld dat de Vereenigde Staten
op het oogenblik 9 él 10 millioen werkloozen
herbergen; bovendien komen 7.400.000 bene
den de 15 jaar ten laste van de federale re
geering en van de staten.
DE ONTWAPENINGSCONFERENTIE.
By een roeping van twee commissies.
Telegrammen uit Genève aan de Londensche
avondbladen berichten dat Henderson tegen
14 Februali twee commissies van de ontwa-
penings conferentie weer heeft bijeengeroepen
en wel de commissie die een ontwerp-conven-
tie moet opstellen.
SALARISHERZIENING VOOR HET PROV.
PERSONEEL IN NOORD-HOLLAND.
Ged. Staten reageeren.
Ged. Staten van Noord-Holland hebben in
een uitvoerig schrgven aan Prov. Staten den
gang van zaken uiteengezet ten aanzien van
den door de regeering gestelden eisch om
vóór 1 December de salarisregeling van het
provinciaal personeel, die op 1 September in
werking was getreden, te herzien (te ver
lagen). De termijn voor de inwerkingstel
ling is later verlengd tot 1 Januari. Thans
is een kon. besluit afgekomen, waarbij het
College wordt uitgenoodigd binnen 3 weken,
gerekend van den dag der ontvangst, de her
ziening tot stand te brengen. Dit beteekent
in casu, dat deze termgn op 12 Februari af
loopt.
Is dit op dien datum nog niet geschied of
zou het college tegen voldoening aan de uit-
noodiging bezwaar maken, dan stelt de
Kroon de nieuwe salarisregeling vast
Door dit Koninklijk besluit, aldus Ged. Sta
ten verder, is de salarisregeling aan de be
slissing van de provinciale staten onttrokken
en wordt ons college geroepen te doen, wat
overeenkomstig de provinciale wet tot de
bevoegdheid van de staten zou hebben be
hoord.
Het zal geen betoog behoeveft, dat wy het
door den minister van binnenlandsche zaken
ingenomen standpunt betreuren en dit des te
meer, omdat wij meenen, niets te hebben
nagelaten wat strekken kon om deze aan
gelegenheid tot een goed einde te brengen.
Ged. Staten zijn voornemens aan de uit-
noodiging om thans zelf een regeling vast te
stellen, te voldoen.
Intusschen hebben zij er prijs op gesteld,
nog vóór het verstrijken van den termgn, aan
Prov. Staten volledig verslag te doen van het
gevolg, dat door hen aan hun besluit van
16 October 1934 is gegeven.
Daags nadat de brief van den minister van
binnenlandsche zaken van 17 dezer was ont
vangen, is aan den minister verzocht een
Koninklijke machtiging tot het bijeenroepen
van de Staten in buitengewone zitting te
bevorderen en wel op 5 Februari a.s.
Ged. Staten hebben thans den Statenleden
een uitvoerig ontwerp tot herziening van het
salarisreglement toegezonden dat in de a.s.
buitengewone zitting zal behandeld worden.
noodig, die de
tanden wit en
glanzend maakt.
Probeer deze
tandpasta nog heden
10.000.000 afnemers
over de geheele wereld
H.M-14
Voor Het Roode Kruis vertoond.
Naar wij vernemen, is de film „Onze Prin
ses" welke, gelgk reeds eerder werd ge
meld, door de H.A.V.O.-film is vervaardigd,
als filmbiografie van H. K. H. Prinses Juliana
dezer dagen in een bijeenkomst van het
hoofdbestuur van „Het Roode Kruis" in het
gebouw Prinsessegracht 27, vertoond, waarby
H. K. H. als voorzitster van dat hoofdbestuur,
aanwezig was.
In den loop van de volgende maand zal deze
film in speciaal daartoe te organiseeren bg-
eenkomsten in verschillende plaatsen van ons
land worden vertoond, waarby de netto-op
brengst ten deele aan het „Roode Kruis" en
ten deele aan het sanatorium „Oranje Nas-
sau's Oord" ten goede zal komen.
Deze tournee staat onder leiding van den
heer Jos. C. W. Thoolen te 's-Gravenhage
(Trompstraat 83), met medewerking van den
heer W. P. Schafer, directeur van de „Havo-
film" te Voorburg.
INSTELLING VAN EEN VEKKEERS-
FONDS.
Voorloopig verslag.
Verschenen is het Voorloopig Verslag
nopens het wetsontwerp tot vaststelling van
de begrooting van inkomsten en uitgaven
van het Verkeersfonds voor het dienstjaar
1935.
Verscheidene leden maakten ernstig be
zwaar tegen het tgdstip van indiening van
dit ontwerp. De indiening van dit wetsont
werp midden in het overige begrootingswerk
was dezen leden een onaangename verrassing
geweest.
Dit ontwerp geeft een verwrongen en on
volledig beeld van de uitgaven, die aan het
Feuilleton.
Amsterdamsche
detectiveroman
15)
Daar draaide het stopbord weer en de rit
ging verder, de Amstel langs, tot in de buurt
van den Zuidelgken Wandelweg, waar Mid-
dernacht's chauffeur zgn wagen met een ruk
deed stil staan. Iets verder stond de andere
taxi voor een rood baksteenen huis, waarvan
de oude muren grootendeels met klimop wa
ren bedekt. De meid sprong eruit, en liet
aar taxi wachten; de detective rekende op
zgn beurt af met zgn chauffeur en zond den
wagen weg.
Inmiddels had Nellle aangebeld en was
binnengelaten, de detective had geen seconde
te verliezen. Tegen de auto geleund, stond
de chauffeur en stak een cigaret op, Midder
nacht wierp de zgne half opgerookt weg, en
liep, alsof hy er thuis hoorde, het hek in,
en door den tuin naar de achterzyde van het
huis.
De kleine verwaarloosde tuin vol rommel
en onkruid zag er troosteloos uit; de detec
tive liep dicht langs den muur en ondervond
aan den achterkant van het perceel dat het
geluk de stoutmoedigen nog altgd dient. Twee
groote serredeuren, uitkomend op een zitje,
waarop een paar vervelooze rieten stoelen
door den wind waren omver geworpen, ston
den half open: op een paar stoelen er achter
lag beddegoed te luchten.
Middernacht bedacht zich geen seconde en
glipte naar binnen. Hg bevond zich in een
groote slaapkamer, de helft van een suite,
door schuifdeuren var de andere helft aan
den voorkant gescheiden. De detective hoorde
stemmen, hij sloop naar de schuifdeuren, die
kierden, zoodat de speurhond alles kon hoo-
ren en zien wat er zich afspeelde in het an
dere vertrek, maar door de nauwe spleet tus-
R-hen de deuren kon hg slechts een deel van
het vertrek overzien, en hy moest geduld
hebben voor hy de identieteit kon vaststel
len van een der beiden die daar in gesprek
waren, Het geduld van den detective werd
niet lang op de proef gesteld, na eenige
oogenblikken keerde de man met wien de ka
menier sprak, zijn gelaat in de richting van
de schuifdeuren, en Middernacht herkende
Willem Snoeck, den man c'e.i hy al eens in
zyn leven had ontmoet, en die Jetje Karspel
het hoofd zoo onherroepelijk op hol had ge
bracht.
„Ja", zei Nellie, „er was niets aan te doen,
ze moesten mee. En juffrouw Karspel lachte
eerst, maar later bekende ze dat ze zich aan
diefstallen had schuldig gemaakt, maar of dat
wel wéér is, ziet u...!"
„Aan diefstallen"... herhaalde Snoeck, „wat
zeg je, aan diefstallen?!"
Aan den toon van den jongen man kon de
detective hooren dat hy ontsteld was door
wat hy vernam, maar die ontsteltenis kon
even goed voorspruiten uit het nieuws van
haar arrestatie, als uit het nieuws dat zgn
vriendin een dievegge was.
„Juffrouw Karspel kon me nog juist toe
fluisteren, dat ik u alles dadelgk moest gaan
meedeelen", ging Nellie voort, „daarom heb
ik u opgezocht."
„H'm, zoo. We zullen zien wat ons te doen
staat. Maar ik moet om mezelf denken. Ga
jy nu maar terug, en mondje stijf dicht tegen I
iedereen, denk eraan. Hier heb je wat voor je
moeite."
„Dank u meneer. Ik ga nu terug; met me
neer Heeringa heb ik al telefonisch gespro
ken, hg zei dat hg voor een advocaat zou zor
gen."
„Waar was meneer Heeringa?"
„In de bodega op het Damrak, een klein
half uur geleden was hg er tenminste nog."
Middernacht zag dat de kamenier vertrok;
Willem Snoeck nam een cigaret uit zgn ko
ker, blies dikke rookwolken uit, en liep door
de kamer heen en weer als een tgger in een
kooi die hem benauwt
De detective dacht na. De man was blgk-
baar zeer ontsteld door de arrestatie, en
scheen niet goed te weten hoe te handelen.
Plotseling hoorde de luisteraar weer zyn
stem.
„Hallo Jan, ben je het Willem hier. Ik
heb juist bezoek gehad van Nellie, die me
alles heeft meegedeeld. Een mooie boel. Wat
zullen we doen?"
Heeringa's antwoord kon de detective na-
tuurlgk niet verstaan, maar het duurde lang
voor Snoeck weer aan het woord kwam.
„Je moet het tenslotte allemaal zelf weten,"
zei de laatste eindelgk. „Als het misloopt
voor je, kan ik het niet helpen. Ik hou mgn
mond zoolang het mogelgk is, maar ik ver
draai het om er zelf in te loopen. Ik geld?
Ook een vraag, Jan. Ik ben al verhuisd naar
deze afgelegen gemeubileerde kamer om de
goedkoopte. Zie dat je aan wat geld komt,
ouwe jongen. Ja, ik bel wel weer".
Willem Snoeck hing de telefoon op. en be
gon weer door de kamer te gsberen, terwgl
de detective achter de deur zgn gedachten
liet gaan over wat hg gehoord had. Wat be
doelde Snoeck met zyn vaag dreigement: ik
houd myn mond „zoolang het mogelgk is". In
welk opzicht kon hy er zelf inloopen.
„Een mooi stelletje bij elkaar," bromde de
detective. „Nog een beetje pressie, en de een
verraadt den ander!"
Hij verliet het huis langs denzelfden weg
als hg het was binnengekomen, en liep naar
de voordeur. De chauffeur stond nog altgd
tegen zijn wagen geleund, maar hy had zich
omgedraaid en staarde naar de hooggaande
golven in den opgezweepten Amstel. De wind
gierde nog heftiger dan te voren, dreigende
zwarte wolken kwamen opzetten, en er vielen
al een paar groote regendroppels.
De detective belde aan; een bejaarde vrouw,
keurig in de kleeren, deed hem open.
„Het spijt me dat ik onbeleefd moet zgn,"
zei Middernacht. „Maar ik kan me niet laten
aandienen."
Hg liep langs de verbaasde vrouw naar de
kamer van den man dien hy zocht en die, als
Norman Ray hem juist beoordeeld had, dade
lijk van zijn stuk zou raken, als hg onver
wacht en onomwonden zou worden beschul
digd.
De detective was een menschenkenner;
vrouwen mochten er al eens in slagen hem
om den tuin te leiden, omdat vrouwen nu een
maal meer intuïtie en meer sluwheid bezitten,
in mannen vergiste hg zich zelden. Midder
nacht liep regelrecht naar de deur van de
kamer, waar hij moest zijn, deed haar zon
der kloppen open, en trad met een revolver
in de hand binnen.
„Willem Snoeck," zei hg bedaard, „handen
op, en geen kunsten, of ik schiet je neer!"
Norman Ray had zich niet vergist in zgn
man. De onverwachte verschyning van den
detective, de revolver, die op hem gericht
werd, het kletteren van den regen nu de drei
gende wolken zich eindelgk ontlastten boven
de stad, de hulpelooze toestand waarin hg
zich bevond, alles werkte samen om het
beetje tegenwoordigheid van geest, dat Wil
lem Snoeck nog over had, reddeloos verloren
te doen gaan.
Hij deinsde achteruit, zijn niet onknap ge
zicht werd aschgrauw, zgn oogen, waarin
felle angst te lezen stond, sperden zich wijd
open. Hg keek naar den detective alsof de
baarlijke duivel voor hem stond, en terwgl hij
gehoorzaam zijn handen ophief, riep hy met
schorre stem: „Ik weet niets van den moord,
ik ben onschuldig!"
Onwillekeurig dacht Middernacht aan Dolle
Bult, den inbreker, die precies zóó gereageerd
had toen hij in de val zat, en al droeg Wil
lem Snoeck wat betere kleeren en al sprak
hij wat beschaafder, in wezen waren deze
twee van hetzelfde laken één pak.
„Ga zitten." beval de detective, en de an
der liet zich als lamgeslagen neerzinken op
den stoel die het dichtst bij hem stond.
„Eén verdachte beweging, en je krijgt een
kogel, begrepen?"
„Ik ben onschuldig, ik heb niets gedaan,"
jammerde Snoeck.
„Wét heb je niet gedaan?"
„Ik heb den huisknecht niet vermoord. Ik
weet, dat u probeert klaarheid te brengen in
deze zaak, en ik hoop, dat het u gelukt, maar
werkelgk, ik heb er niet meer te maken!"
„Er zijn verschillende omstandigheden, die
sterk tegen u pleiten, zóó sterk, dat u, voor
zoover ik het kan bekgken, er tameiyk zeker
voor twintig jaar achter gaat."
Middernacht zei dit met veel aplomb, maar
lig had natuurlgk niet meer reden om Snoeck
van den moord te betichten, dan alle andere
verdachten: uitsluitend om alles uit den man
te krijgen wat deze mocht weten, volgde de
detective de oude beproefde methode van
schrikaanjaging.
„Waarom deed u het?" vroeg hg. „Was het
nóódig het bloed van den ouden man te ver
gieten?"
„Ik deed het niet, zeg ik u!"
„U was in het huis op den avond van den
moord. U deed u tegenover mg voor als Jan
Heeringa. U ging het huis binnen om uw
slag te slaan, en u had gemakkelgk gelegen
heid den moord te plegen."
„Dede anderen
„Wélke anderen?!"
Willem Snoeck liet zich achterover in zijn
stoel vallen als iemand die geen hoop meer
heeft, geen uitkomst meer ziet. „De ande
ren haddenhadden óók de gelegenheid.
Waarom beschuldigt u hèn niet?"
„Waarom zou ikh'mdie énderen
beschuldigen. Leg me eens precies uit wat
uh'meigenlgk bedoelt!"
„De twee meisjes zijn toch door u gear
resteerd? Jan Heeringa was dien avond ook
in het huis. Zij kunnen het allemaal gedaan
hebben. Waarom ziet u my voor den moor
denaar aan?"
„Omdat ik het mij in mgn hoofd heb gezet
u voor den dader te houden."
„Waarom?" hield Snoeck koppig vol. „Ik
heb gestolengoed, maar ik kan nooit
bloedvergieten. Nóóit, hoort u."
„Als ik u was, zou ik maar nergens meer
doekjes omwinden. Vertel geen praatjes, en
probeer me niet om den tuin te leiden, want
dat helpt u toch niet Toen ik u voor het
huis van de Heeringa's ontmoette, was u in
het bezit van een huissleutel. Hoe kwam u
daaraan?"
„Ik zal u alles vertellen, wat ik weet," zei
Willem Snoeck. „Alles. Maar ikik hel»
niets met den moord te maken."
„U ging het huis binnen om te stelen*
nietwaar?"
„Ja."
(Wordt vervolgd).