\r s\ Marine-brieven uit lndië La Lumanta Stelo "ilmen de liefhebberij der toekomst. De bioscoop in huls. >f .IIJTTERTJE hct verdrietig gevonden hebben, dat za ip zo weinig over had om voor de Hikae vriendelijkheid te bedanken. 3 Ondank ia 's werelds l00n"- 2egt een uend spreekwoord. Zou het niet mooi en iti* zijn. wanneer we wat meer moeite pre om dit spreekwoord uit dé wereld helpen? En daar kunnen jullie alle te aan meehelpen. Het gevoel van "Tankbaarheid" moet vroeg gewekt wor 8 vVant wat je als kind „vanzelfsprc den vindt dat zal je wanneer je groot t niet over het hoofd zien. „Vroeg ge- beD oUd gedaan" zegt een ander sprcek- We"rd Beginnen Julie er mee, om direct W°°de' verjaardag jullie bedankbriefjes te schrijven ggn wenk van Koning Winter en zijn I „vere kleine onderdanen tooverden in wei- I uren een zacht, glinsterend sneeuwta- otft op straten, daken, boomen, heggen en velden. Wilde de grijze Vorst zich nu nog een luisterrijke intocht bereiden? Was 't een poging om een slechte reputatie nog te I herstellen? Te laat, Heer Koning. Gjj hebt ma verslapen 1 „If winter comes, can I spring be far?" (Als de winter komt, kan de lente dan nog verre zijn?' luisterde een j ietwat oneerbiedige ironie mij mijn oor. Ken bakje met bloeiende crocusjes, een tuil- E tje schuchtere sneeuwklokjes, onmlsken- I bare boden van de naderende lentekontngin, I gaven het blijde antwoord: „Uw rijk is uit en een nieuw heeft begin!" Een paar takken mimosa vol met de kui- E kengele en -zachte donsballetjes wekten il- f lupies van zonnewarmte, vrijheid en reizen, n En radiosnel over besneeuwde daken, jÉ;©ver kille lentemaanden vlogen mjjn ge- ■5dachten naar het zonnige Zuiden: Cóte d' f: Azur, Genève, Florence, RomeEn, ik Ijweet het, mèt de mijne, snellen die van tal- r looze anderen Jit alle werelddeelen over de Kardbol naar datiéene punt: Rome, dat deze Bomer een van de vele glanspunten van het jaarlijkache Zomerfeest der groen-gesterde ■Esperantisten zal zjjn! Eén van de vele, ja, Enderdaad! Want veel meer dan één glans- jLnunt, of liever glansplaata zal dit 27e Uni- ■ersecle Esperanto-congres z(jn oezoekers fjbieden. Het Congres-Comité onder leiding van Generaal Markies Cordero di Mot»«ezc- molo stelde een programma samen, dat dit r congres uniek zal maken in de geschiede nis der Esperanto-congressen. Want niet als steeds, zal één plaats op het middelpunt zijn. Neen, met het gansche Congres za! men in één week haast geheel Italië van Noord tot Zuid doortrekken. Van Florence, de bakermat van de onsterfelijke Dante. jFlorenco. met zijn sprookjesachtige pano rama betooverende tuinen en rijkdom van prachtige bouwwerken, naar Rome! Rome. hei brandpunt van kunstuitingen in alle .vormen, uit alle tijden: indrukwekkende weten uit een lang vervlogen, glorierijk verleden zoowel als de strakkergeljjnde ge- .jtalgenissen van een geheel nieuwe cultuur. Wie. die Rome nog niet bezocht zou er niet naar verlangen! Wie, die er eens was. bob niet met zich dragen die indruk voor eeuwig die steeds het verlangen wekt tot een nieuw bezoek? „Vrees niet voor warmte", roepen de or ganisatoren ons toe. „Wij zullen u niet ge durende 7 dagen op heet asfalt laten sto ven: bjj en op de zee zullen wij u brengen; vergeet niet uw elegante, moderne bad- costuum!" Voegen wjj daarbij het feit, dat de tem peratuur in het Noordelijk Stockholm tij dens het Congres 1934 2 graden hooger was dan tegelijkertijd In Rome, en niemand daar noemenswaardige last van had, dan kan men dus, gerust zijn. Van Rome naar Napels! „Eerst Napels zien en dan sterven", zegt de volksmond. Napels aan de wereldberoemde Golf van „Napels, aan <je voet van (jen machtigen re«« Vesuvius. wachter en bedreiger tege lijkertijd. ^&n hieruit een bezoek aan Pompei, de oodenstad, die langzamerhand ongeschon- '..n '"Wrijst uit een aschgraf van meer dan eeuwen oud. Wéér zal het zijn als ln *pden b|j het bezoek der Esperantisten de gravan der Vikings: Bij de resten 'acheeQ V6r veidedcn stroomen samen men en uit alle landen en zij allen spreken slecht« één taal Maar verder zal men ons voeren! Naar CJT'. dat «Hand als een kostbaar flonke- h..uw®el, waarvan de boeiende schooh- He» nr, VCe' 111Cer Slaat op hct Programma, «et programma, dat is als een weelderige kleurensymphonie, een ruiker van veel zeid ame, exotische bloemen, die de kunstzin nige Ita'-aansche gas thee ren op de meest hoofsche wjjze aan elk hunner gasten aan zullen bieden. „Maar toch zeker niet voor niets!" zal een nuchtere lezer opmerken. Neen, niet voor mets, maar wel voor Iets! Oordeelt u zelf: voor resp 135.- en 120- kunt u dit alles genieten door aansluiting bij ka ravaan A of B onder leiding van de „Herol- do (Uitgangspunt Utrecht). Nadere in- lichtingen kan men krijgen bjj „Heroldo de Esperanto Voorhaven 43, Rotterdam. Na tuurlek desgewenscht ook bij mjj Met deze reis door Italië hoeft het echter nog niet uit te zijn! Het Congres-Comité s aagde er in beslagte leggen op een groot ransatlantisch schip met den aantrekkelijk klinkenden naam „Leonardi da Vinei". Dit schip biedt 600 plaatsen, waarvan er al 300 besproken zijn. Na het congres zal de „Leo- nardo da Vinei" het Internationale gezel schap van 10—17 Aug. over de blauwe wa teren van de Middellandsche Zee voeren van Napels naar Sicilië, het eiland Malta en tenslotte tot Tripoli in Afrika, waar men het prachtige Arabische landschap zal kun nen bewonderen. Aan boord zullen ïtali- aansche jouralisten zijn om het groote pu bliek nauwkeurig op de hoogte te houden over de feiten uit de Esperanto-wereld. Voor de passagiers zelf zullen lezingen wor den gehouden door de z.g. Esperanto Zo mer Universiteit en verder zullen zij er alle gemakken en genoegens vinden, die men aan boord van een dergelijk schip verwach ten kan. Ik zei „na het congres." Maar dat is eigenlijk niet juist. Men kan beter «pre ken van een voortzetting van het congres, waar echter ook apart aan deelgenomen kan worden. Als men genoegen wil nemen met eer z.g. toeristenhut (voor meerdere personen) is de som van ƒ50.al voldoen de. Bovendien zjjn er dan nog de z.g. „Vrij willige uitstapjes", die apart berekend wor den. En dan tenslotte is er nog de moge lijkheid van 10 dagen aan boord voor hen, die in 1 geheel niet aan de eerste dagen van het Congres in Italië deelnemen. Ik moest woekeren met de ruimte en schreef voor mijn gevoel minstens 10 maal te weinig over dit ontwerp. Gelukkig zjjn cr overal Esperantisten, die voor eventu- eele belangstellenden met genoegen mijn tekort aan willen vullen. Alleen nog dit: Veel niet-Esperantisten gaven zich reeds op. En wjj hopen, dat er nog veel meer zul len volgen. Want meer overtuigend dan honderden courantenartikelen, lezingen, en thousiaste vrienden en kennissen, ls het een week lang Esperanto te hooren spreken door menschen van alle denkbare nationali teiten. En voor de Esperantisten, die het nog niet zoo gemakkelijk spreken (voor elke taal is immers het spreken het moeilijkst) zal het een aanmoediging zijn en een be wijs: „Zóó moet ik het ook kunnen leeren". Laat daarom, voor zoover mogelijk, voor iedereen het devies zijn: „Wij gaan naar Rome" of desnoods allléén naar Afrika. films, doch hierin ligt thans juist weer een zekere bekoring, de bijzonder goede stomme films uit vroeger tijd nog eens te rug te zien. Sindt kort bestaan er boven dien zelfs smalgeluidsfilms met daarbij be- hoorende projectieapparaten, doch deze toestellen zijn voorloopig nog te kostbaar om als huisbioscoop populair te kunnen worden. Elk zjjn eigen regisseur. De voornaamste bekoring van de huis- bioscoop ligt echter niet in het vertoonen van geleende of gehuurde films, doch in het zelf vervaardigen van de films, in het vertoonen van eigen opnamen. Ook dit heeft de moderne techniek ons al mogelijk gemaakt, zonder dat hierbij bijzonder tech nische kennis van de zijde van den film operateur vereischt wordt. Filmen is te genwoordig even gemakkelijk als fotogra feeren, in menig opzicht nog eenvoudiger en in elk geval interessanter, want het le vende beeld is natuurlijk veel aantrekke lijker en kan het leven beter tot uitdruk king brengen dan de fotografie. Men kan ook niet zeggen, dat deze nieuwste sport en liefhebberij uitsluitend voor rijke menschen is, want voor de ama- teurcinematografie staan er tegenwoordig drie formaten ter beschikking: 16 mm, 7.5 mm en 8 mm, die alle drie een kwalitatief gelijkwaardig beeld geven, en waarvan het kleinste en goedkoopste hoewel niet ge schikt voor vertooningen in grootere loka liteiten, ruimschoots voldoende is voor huisvoorstellingen. Wat we nu wel moeten filmen? Alles! De amateur-fotograaf moet dikwijls moei zaam zoeken naar zijn motieven, doch de amateur-filmman loopen ze om zoo te zeg gen in den weg. Alles wat leven heeft, is waard om verfilmd te worden en veel dat dood is, kan zelfs door de film tot leven gebracht worden. Hier ligt een schier on uitputtelijk terrein voor trucopnamen, waar de amateur steeds weer pleizier van beleeft en die bij de toeschouwers altijd succes hebben. Wat trucfilms zijn, weet leder, die Micky-Mouse heeft gezien. Doch het behoeven niet uitsluitend teekenfilms te zijn, ook met poppen en andere figuur motieven kan men de mooiste trucfilms samenstellen. De levende familiekroniek. De dankbaarste onderwerpen vindt de filmamateur echter in zijn privé-leven, in zjjn naasten familiekring. De opnamen uit het intieme familieleven vormen later voor de ouders zoowel als voor de kinderen souvenirs van onschatbare waarde. In vele families is men er tegenwoordig tóe over gegaan, zich door middel van de smalfilm een familiekroniek aan te leggen, die niet alleen een aangename herinnering voor de betrokken personen zelf, doch tevens een waardevol document voor latere generaties vormt. Men kan er zeker van zjjn, dat voor onze kindskinderen de familiefilm dezelfde rol zal spelen als voor ons tegenwoordig het familiealbum. En hoeveel natuurlijker en levendiger zal dan niet het beeld zjjn, dat ons nageslacht van zjjn voorouders zal krjjgen, dan de verstarde voorstelling, die de fotoverzameling, waarover zjj slechts de beschikking hebben, ons kan geven. Daarom is deze kwestie van zoo groot be lang voor dc toekomst, want dc generaties, die na ons komen, zullen er belangrjjke gegevens uit kunnen putten betreffende ons leven en streven, onze zeden en ge woonten in een vorm, die tot dusver nog niet mogeljjk was. Het zal dan ook alle aanbeveling verdienen om aan de samen stelling van deze familiefilms de grootste mogeljjke zorg en kennis te besteden. Filmamateurh uit alle landen komen samen. Elk levensterrein staat voor den amateur ter verfilming open. Van de voornaamste gebeurtenissen van den dag kan hjj repor tage draaien, van zijn reizen maakt hij reisfilms en juist door zulke reisfilms kan de amateur zich ook buiten den familie kring verdiensteljjk maken. 'De reisfilm raakt reeds aan het gebied van de cultuur film, waarvan niemand de waarde tegen woordig meer zal ontkennen. Hier ligt voor den filmamateur een bjj uitstek ge schikt arbeidsveld. Hjj kan zich natuurljjk ook op het maken van speelfilms gaan toe leggen, doch hierin zal hij toch niet de hoogte kunnen bereiken van de producten der hedendaagsche filmindustrie. In de meeste landen hebben de film amateurs zich reeds in vereenigingen aan eengesloten, die wedstrjjden organiseeren onder hun leden, hetgeen het peil der ama teurfilmproductie in niet geringe mate ten goede komt. In Mei van dit jaar zullen de fiimama- teurs van alle landen zich op het groote internationale congres te Barcelona met elkaar meten en men mag ongetwijfeld verwachten, dat het peil der inzendingen in vergelijking met die van het vorige con gres te Parijs weer een aannjerkeljjken vooruitgang zal vertoonen. Beste Klaas, Ziezoo, de „Malang-tjjd" zit er weer op en zjjn we weer teruggekeerd in de goede stad Soerbaja, klaar om weer voor een er maar niet te veel over piekeren. Trou wens, ik heb ook nog geen vervangers als correspondent in het Juttertje, maar die is gauw gevonden, want op vrijwel iedere hier naar toe komende onderzeeboot zit een vol jaar ons door de felle zon te laten speciale correspondent die ik tegen dat ik beschijnen. Ja het zjjn maar een 4 of 500 i moet thuisvaren wel eens even bjj zijn Familiekroniek bij de smalfilm, door RAYMOND OLIVIER. Bb'1 w° beschreven wordt door Mifh^,he in zjjn „Geschiedenis van San Wie wel eens een kijkje heeft genomen in de projectiecabine van een bioscoop theater en daar vol ontzag de omvangrijke en gecompliceerde installaties heeft ge zien, die men noodig heeft om ons het le vende klankbeeld voor oogen te tooveren, die zal niet willen gelooven, dat het mo geljjk is, zonder al die ingewikkelde appa raten zelf in eigen huis bioscoopvoorstel lingen te geven. En toch is het zoo want men projecteert immers op een veel kleiner doek cn kan daarom och met cc:i veel kleiner belichtingsinstallatie toe. Bo vendien gebruikt men thuis niet de zware normaalfilm, die zooveel brandgevaar op levert, doch de z.g. smalfilm, die onbrand baar is. Dit heeft ten gevolge, dat de om vangrijke veiligheidsinstallaties, die bjj normaalfilmprojectieapparaten een abso lute noodzakelijkheid zijn, bjj smalfilmvoor- htellingen kunnen vervallen, terwijl het ge- heele projectieapparaat natuurljjk van kleiner model kan zijn, zoodat het geheele toestel in een koffer kan worden meege nomen en bijna door elk kind bediend kan worden. Deze smalfüm-projecücapparaten heb ben reeds een zekere mate van populariteit verworven. Natuurljjk zjjn de films, die men hiermee vertoonen kan, aHeen stomme meter met als gevolg een paar graden verschil in temperatuur die het hem doen. Maar toen ik met de „Malang-expresse" Bangil gepaseerd was, naar beneden komende en we in de vlakte terecht kwa- mcu, toen begonnen we weer te transpi- reeren en het eerst wat we beneden weer moesten gaan doen, was onder de douche gaan staan, waarbjj je opviel hoe lauw warm het water weer was. Ik vond terug komende aan de Oedjong daar in die veer tien dagen weinig veranderd, alleen was „Java" in dienst en moeten er iederen de kali Mas heen vanaf het Oedjong com plex het schip in dok boven Perak uit steken. Natuurlijk is er een geregelde veer dienst van en naar het dok, waarbjj de ketelpont van de werf ook belangrijke diensten verricht, want zoo je weet is de „Java" in dienst en moeten eer iederen ochtend na baksgewjjs en iederen middag na vast werken eenige honderden men schen van ons benevens al het werfperso- neel gehaald en gebracht worden. Verder vond ik een groot aantal officie ren en onderofficieren vertrokken naar het wapenfeest van de Koninklijke Indische Offieiersschcrmbond te Bandoeng. Ook de eskader-commandant is daar naar toe, nadat Z.H.E.G. eerst eenige dagen met de jagers op oefening geweest. Tijdens mijn afwezigheid zjjn hier ook groote tenniswedstrijden geweest, waar één van de uitblinkers luitenant ter zee van den Arend was, je weet wel, die vroe ger op Animo nogal op den voorgrond trad en wiens naam destjjds wel voorkwam in tennisverslagen die toen in het Juttertje verschenen. Op één van onze tochten naar het dok passeerden we de „Johan van Oldebarne- veld". Sjonge Klaas, dan begint de zin tot thuisvaren eerst goed bij je op te komen als je zoo onder langs het langverwachte mailschip wegvaart, maar we zjjn er nog bij lange na niet aan toe, dus zullen we vestje zal pakken. Gisteren is er aan den Oedjongweg weer een dogcar met passagiers het water inge schoven. Dat behoeft je ook niets te ver wonderen als je de drukte daar tegenwoor dig kent en je je de rare capriolen van zoo'n onding op den weg nog weet te her inneren. Je doet altijd het beste om er maar met een groote boog omheen te rijden, want je weet nooit of hij niet op eens dwars uit zal schieten. Verder zal het je wellicht interesseeren te vernemen, dat hct fort Prins Hendrik, je weet wel daar half weg de Oedjong, waar de stoomtram links afgaat, geslecht zal worden en dat daar eenstadspark zal verrijzen. In ieder geval een verbete ring van het stadsschoon, vooral,waar het in de in dat opzicht slechtbedeelde ooste lijke benedenstad is. Aan de kruiserkade leven we op het oogenblik in afwachting van een Portu- geesch oorlogschip wat op de haven zal komen: de vlag, de saluutbatterij markee- rende vlak voor het paviljoen van den eskadercommandant, was gisteren tenmin ste geheschen. Ook vanuit de lucht kan men de terrei nen van den Dienst Conversatie nu, denk ik wel, goed waarnemen. De „kebon" al daar zag ik tenminste bezig met bamboe's perkjes van gras aan het afzetten, die de vorm hadden het bekende „onklare anker gedekt met kroon". Je weet de „roempoet" gedijt nogal welig hier in de Oost en het zal niet lang duren of de twee grasgroene ankers zullen vanuit de lucht zichtbaar zjjn. Nu weet je weer alles, en me dunkt, ik heb kans gezien om van weinig nieuws nog een behoorlijk stukje copy in elkaar te zetten. Saluut, Nieolaas, het beste en tot de volgende week. HENNK.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 21