PAG. 6
ZATERDAG 23 FEBRUARI 1935
T JUTTFRTJE
Beste jongens en meisjes.
Kindervriend.
Daar kreeg ik van de week een grote
gele envelop uit Texel; toen ik hem open
deed rolde er een foto uit, ik zag direct wie
het was, m'n Texelse vriendje Albert, de
kleinzoon van „Oom Piet". Wie oom Piet
is weten jullie allemaal wel, jrfln goede re
putatie als kindervriend is door ons Jut-
tertje tot over de Texelse grenzen gegaan,
want onze lezers in Amerika en Indië heb
ben door middel van de krant kennis ge
nomen van zijn jeugdig enthousiasme als
het betreft kinderen een pleziertje te be
zorgen. En nu kwam daar zoowaar oom
Plets kleinzoontje op m'n bureau liggen.
Dat was een aardige verrassing. En Woens
dagmiddag toen kreeg ik een sigarenkist
voltheelood en zilverpapier van Marietje
en Frans Dirks, ik heb het aan een me
neer van de drukkerij gegeven, voor de
t-b.c.-bestrijding. Jullie ziet wel dat ik zo
midden onder m'n werk, ook wel leuke
verrassingen krijg. Vorig jaar werd me
zelfs een bos prachtige tulpen gebracht.
En dan zijn er al de vriendelijke groeten
die ik langs de weg krijg van jongens en
meisjes die me kenn zodat ik maar
zeggen wil dat m'n leven vol leuke, blijde
dingen is. Trouwens, als je met open ogen
door het leven gaat dan z(jn er zoveel
mooie dingen, dat je wel een grote knies»
oor mag zijn, als je dan nog durft te mop
peren.
Weet je wie vandaag ook vast niet mop
pert?
Pietje Krevger nit de le Vroonstraat,
want die heeft het boek gewonnen. Ik-zie
haar ogen al lachen nu ze dit leest. „Ha,
moeder, Ik heb het boel gewonnen." Eerst
een paar ongelovige ogen van moeder, dan
een verwonderd „Fijn, kind, voor je, ga het
maar gauw halen." En dar. rent Fietje door
de Koningdwarsstraat naar het kantoor
van de Heldersche Courant. Haar hart
klopt wel wat sneller als ze de vestibule
binnenstapt en met een verlegen lachje
tegen de meneer of juffrouw cljter het
loket zegt zij de gelukkige winnares is,
maar r'i re het boek te pakken heeft,
stormt ze als de wind naar huls. Zo zal
het gaan vanmiddag met Fietje Kreyger
uit de le Vroonstraat, nummer 77.
Rie Leys, Rotterdam. Of het vorige week
Zaterdag hier gewaaid heeft, Rie, nou en
of, ik dacht af en toe dat ik met m'n huis
en al in de Kralingse Plas terecht zou
komen. De deuren, de ramen, de pannen, al
les rammelde, 't leek wel een jazzband. Zeg,
Rie, je gaat me toch niet verlaten, voortaan
eens in de maand een brief, 't most niet
magge. Heb je net nu zo, zo druk gekre
gen? Ik wil je niet van je nachtrust bero
ven, hoor, maar als je eens in de maand
een hele dikke brief kan schrijven, dan kan
je toch ook eigenlijk wel iedere week een
duntje schrijven, Denk er maar eens over,
ik wil mijn Rotterdams contact niet mis
sen, hoor.
Naaie Plaatsman, de Waal (T-). Dat is
dus niets geworden met die verloting. Na-
nie, daar heb je nu al die bibberende angst
voor uitgestaan en daar gaat notabene een
dominé van Oosterend met het schaap op
stap en je zuster met een worst. Enfin, dan
heb je daar tenminste nog iets van gehad.
Wat een leuke foto was dat van Albert,
hè? Jij wilt zeker wel even aan de over
kant voor me bedanken, hè
Hennie Kool. Daar heb je nu vergeten
onder je versje te zetten van wie het is,
Hennie, ^-ant dat heb je toch uit een boek
je overgeschreven? Daartegen is geen be
zwaar als je een versje erg mooi vindt en
het graag in 't Juttertje geplaatst wil Heb
ben, als je dan maar niet vergeet er bij te
:etten wie de dichter is.
Marie v. d. Berg, Breezand. Kom, dat is
aardig, Marie, jfl bent het eerste vriendin
netje uit Breeza.nd en toch hebben we daar
heel wat abonné's. Je begrijpt da.t je harte
lijk welkom bent en dat ik het leuk zal
vinden iedere week je raadsels te ontvangen
en een briefje, want daar heb je natuurlijk
wel tijd voor en je mag me alles vertellen,
dus dat is ook nogal makkelijk. Nu, dag
Marie, tot volgende week.
Viooltje. Dat is een leuke, poëtische naam
hoor. Ais je me niet verteld had dat je een
meisje was, dan had ik het toch direct be
grepen uit je schuilnaam, want zo'n bloe
mennaam kiest een jongen niet, die zoekt
natuurlijn dè naam an een dier, liefst een
groot en sterk dier, waar hij tege opziet.
Je moet je broertje vragen of hij ook weer
meedoet, want hêt was toch eigenlijk wel
een leuke schuilnaam die hij gekozen had en
met briefjes schrijven wil jij hem natuurlijk
wel een beetje helpen, Viooltje. Dat ver
haaltje heb je heel aardig gevonden, hoor,
en voor je raadsels had ik ook vandaag
juist plaats, dus er staat heel wat van jou
in 't Juttertje. Nu, tot ziens hoor.
WAAROM DE HOFNAR
NIET MEER LACHEN KON.
Houthakker Hans, liep eens door het bos
van de koning en zag daar de hofnar vre
selijk treurig zitten kijken. De houthakker
verwonderde zich, want hij had net bij den
koning een gans gekocht, de koning had
ook zo treurig zitten kijken.
„Wat scheelt er aan?", vroeg hij, „een
nar, die treurig kijkt, dat heb ik nog nooi:
gezien.
„Och waarom zou ik lachen, dat kan ik
niet eens meer", sprak de nar.
„Maar waarom dan niet?" vroeg Hans
weer.
„Nu, weet je dan niet dat de koning zijn
ring verloren heeft, ik ben alleaa bij h'-m
geweest vanochtend en na denkt ïeuerecn
dat ik de ring gestolen heb. De koning
gelooft het ook en heeft me ontslagen", rei
de nar zeer droevig.
„Dat is naar voor je, maar wat hebben
jullie vanochtend alzo gedaan?", zei Hans
en keek de nar medelijdend aan.
„Wij hebben de eenden brood gegeven",
zei de nar-
„Nu, weet je wat," zei Hans, „ik ga
straks eens naar den konning zeggen, dat hij
jou niet zo maar mag ontslaan, maar laten
we eens wat eten. Ik rammel van de hon
ger."
Ze maakten eerst een vuurtje en zouden
net de gans op het vuur leggen, toen Hans
de nek afsneed en ze opeens riepen: „O,
daar is de ring!"
Wat was er gebeurd
Wel de koning had met zijn brood, de
ring in water gegooid. Een gas had die
ingeslikt, dóch de ring lag zo zwaar op zijn
lijf, dat hij direct stierf. Ze hadden de gans
in de keuken gelegd en aan Hans, die voor
bijkwam, verkocht. Zo hadden ze dus de
ring en brachten hem aan den ..oning, die
de toedracht geloofde en den nar weer in
z'n dienst nam. De nar was den houthakker
zeer dankbaar voor z'n hulp en lachte toen
weer van de ochtend tot de avond.
Viooltje.
Betsi6 Nieuwenhulzen. Ik dacht dat je
me helemaal vergeten was, net als wij de
sneeuw die er twee weken geleden plotse
ling lag en de storm die de vorige week zo
boos deed. 't Is jammer dat je bed-arrest
hebt, hè,want je zou natuurlijk vanmiddag
fijn in de straat willen spelen. Of ben je
nu alweer zover hersteld dat je je neus
plat kan drukken tegen de ruit en naar het
spel van je vriendinnetjes kijken?
Klaas Blokker. We hebben thuis de span
ning niet gevoeld, Klaas, je kijkt misschien
heel boos of heel teleurgesteld als ik je
vertel dat ik helemaal geen interesse voor
voetballen heb. Ik geloof graag dat het een
aardige sport is, hoor, en ik heb vroeger,
als jongen, heel wat afgetrapt, 't meest
met eigengemaakte ballen. Hevige gevech
ten leverden we er om, maar zoals tegen
woordig, er zijn mensen die hebben gehuild
omdat Holland verloren heeft en ik kan er
geen traan om laten. Alle overdrijving
schaadt en er zijn in het leven toch zo heel
veel belangrijker dingen dan een voetbal
wedstrijd die verloren of gewonnen wordt.
Aster. Dit is een briefje voor het meisje
dat mij een schuilnaam vroeg te bedenken
en omdat ik Aster een mooie bloem vind,
die bovendien ook sterk is, en dat wens Ik
natuurlijk al m'n vriendjes en vriendinnetjes
toe, heb ik deze naam voor haar gekozen.
En nu ben je volgende week jarig, Aster,
en daarom kom ik je vandaag heel harte
lijk gelukwensen. Ik hoop dat je niet alleen
een zonnige dag hebt, maar dat je ook dit
nieuwe jaar veel zon om je heen spreidt,
dat kan je doen met een vriendelijk woord,
met moeder eens even gauw te helpen of
vader wat te verwennen. Enfin, er zijn hon
derd dingen in het leven, waarmee we het
leven van anderen kunnen veraangena
men. Denk er maar eens aan, Aster. Je
moét nog even wennen aan je schuilnaam,
hè, 't klink nog wat vrèemd. Nu, nogmaals
een feestdag gewenst, hoor.
Jopie Koopman, De Waal (T.). Na-
tuur-lijk, Jo-pie, jij mag ook op-los-sen en
jij krijgt ook een brief-je van me, want ik
vind het wat leuk dat Ik er zoo een klein
vriend-je bij ge-kre-gen heb. Dit brief-je
kan je wel le-zen, hè? Dag, hoor, tot vol
gen-de week.
Corrle en Frans Bakker, Schiedam.
Eindelijk, weer eens wat van jullie, 't Is in
zo'n grote stad naturk]k drukker dan in
Den Helder en ik kan me begrijpen dat er
nog zoveel nieuws is dat er bijna geen tijd
overblijft om een letter op papier te zetten,
naar het is toch ook wel leuk om telkens
weer wat uit je oude geboorteplaats te
hóren
Nelly Boot, De Waal (T.). Die verloting
heeft jullie wat pret gebacht, Nelly, en
jouw niet alleen pret, maar ook nog een
fijne dikke speculaaspop. Je zou bijna weer
gaan denken dat het St. Nicolaas was, zo
als mijn kindertjes, die zo maar gisteren
avond voor de schoorsteen een Sinterklaas
versje gingen zingen en hun schoen neer
zetten. Toen ze ei vanmorgen niets in von
den, veken ze natuurlijk wel een beetje te
leurgesteld en vroegen of Sint Nicolaas nu
zo ver weg was dat hfl niet even had kun
nen kernen. Grappige dingen kregen die
oude vrouw en man, een zuigfles en een
babymuts. Jullie zullen pret genoe gehad
hebben "°ar op de galerij, waar je meteen
werd doorgerookt.
Clsca du Porto, De Waal (T.). Nu,
dat begrijp Ik, Clsca, dat Harry een gat in
de lucht sprong, toen hij las dat hi) het
boek gewonnen had en ik vind het fijn dat
het lot nu eens gevallen was op een Texels
vriendje. Wat leuk dat jij ook die foto van
„oom Fiet", met z'n schapen hebt gekre
gen. Ik draag die nog in m'n portefeuille.
Wat heeft het gestormd, hè? fk ga af en
toe maar eens op de dijk kijken of Texel
nog niet weggewaaid is, maar dat valt
altijd weer mee. Nu, dag, tot volgende
week.
Annie Eelman, De Waal (T.). Wie
weet, wanneer'ik het boek aan jou moet
sturen, Annie. Misschien wel heel gauw,
dat is de grilligheid van de verloting. Maar
als het bij jullie in huis komt dan zal Miep-
sie de poes wel van vreugde z'n katten-
kopje in je nek duwen en Puck, je hond
gromt van plezier. Dat anaers een ouwe
brombeer, geloof ik, die Puck. Hij krijgt
zeker geen worst genoeg.
Martha du Porto, De Waal (T.). Dat
kan ik niet meer nazien, Martha, of jfl de
raadsels de vorige week goed had, maar
het is mogelijk dat die juffrouw vergeten
heeft je naam te noteren, in Ieder geval,
vandaag sta je erbij en heb je meegedaan
met de verloting. Je bent alleen niet zo
gelukkig geweest als Harry de vorige
week, die driemaal over z'n hoofd buiterde,
toen hij las dat hij de gelukkige was. Hoe
veel builen had hij op z'n knikker?
Henk Koopman, De Waal (T.) Heb jij
de vorige week dan eten moeten koken,
toen je moeder niet thuis was, Henk, om
dat je geen tijd had om me een briefje te
schrijven? Nu, ik geloof dat ik niet graag
bij jou aan tafel zou zitten, als jij daarvoor
hebt moeten zorgen, want de rijstkorrels
waren naturlijk zo hard als hagelkorrels en
met de aardappels kon je de Texelse scha
pen wel bewusteloos gooien en de groenten
kon je vast net zo goed zo uit de tuin op
eten. Of ben jij soms een volmaakte kok?
Tony Sinnlge, Julianadorp. Het wil
tegenwoordig helemaal niet meer met het
weer Tony, het is net zo veranderlijk als
een meisje, maar toch worden de dagen
langer en schijnt de zon dus iedere dag
meer, al is het dan ook achter de wolken.
Als nu de wolken eens wegwaaien en de
wind gaat liggen, dan zal je eens zien hoe
fijn het is overdag en dan kom ik, hoor,
reken daar maar op.
Rieka Sinnige, Julianadorp. Ja, dat
begreep ik al zo'n beetje, Rieka, wat
„kruiskinderen" waren, al wist ik natuur
lijk niet dat het een onderafdeeling was
van de Graal. De Graalmeisjes marcheer
den Zondagmiddag langs ons huis in hun
kleurige kleding en hun prachtige vaan
dels, de hele straat werd er ioor opgevro
lijkt. Als de zon schijnt kam je uitzien, Za
terdagmiddag, hoor, want dan zal je niet
tevergeefs kijken.
Marie v. Horik. Natuurlijk, Marie,
wordt je versje geplaatst. In de eerste
plaats omdat het aardig is, in de tweede
plaats omdat de melkboer het verdient. Ik
denk dat ik de plaaggeest ken, begint z'n
naam niet met een B.
DE MELKBOER.
Onze melkboer is 'n man
Waar je op vertrouwen kan.
Altijd geeft hfl „verse?" waar
En de smaak is „nimmer?" naar.
Als 't regent dat 't giet
Heeft de melkboer zo'n verdriet,
Hfl staat, met 'n diepe zucht,
Eens te staren naar de lucht.
Zegt die dag wel honderd keer;
„Och juffrouw, wat 'n slecht weer."
Maar als hfl zo zucht en staart,
Lacht hfl stiekum In z'n baard,
En de deksels van z'n bussen
Zfln verdwenen ondertussen.
Elke liter groeit zo even,
Dat kan dus wat extra's geven,
Als de straten zfln één plas,
Is de melkboer in z'n sas.
Melkboer, als je graag wilt plagen,
Moet je 't zelf ook maar verdragen.
Marie v. Horik.
En met dit rflmpje van Marie sluit ik van
de week m'n praatje, want de krant vraagt
ander werk. Volgende week schrijven m'n
Helderse vriendjes en vriendinnetjes me
geen briefjes, dan beantwoord ik de brief
jes die vandaag moeten blijven liggen.
DANKBAARHEID.
Tante Eliza vergeet nooit de verjaar
dag van haar petekindje. Elk jaar brengt
de post een paketje, waarin altfld een
leuk cadeautje zit, en daarbfl zit dan een
brief vol met goede wensen. En Llesje
verheugt zich elke keer, want tante Eliza
weet zo heel erg goed wat een meisje van
Liesje's leeftfld graag wil hebben. Dagen
reeds van te voren begint Liesje te raden
wat die lieve tante Eliza dit keer za! stu
ren en wanneer ze het geschenk uit
het papier haalt en het bewonderend in de
handen houdt, dan heeft ze zo'n dankbaar
gevoel in zich. Maar ondanks dat vergeet
ze elk jaar om de lieve tante Eliza di
rect terug te schrflven en te bedanken
voor het reuze mooie geschenk. De ene
keer verstuurt ze de brief pas een week
na haar verjaardag, het andere jaar gaan
er soms wel weken voorbfl voordat tante
Eliza een bedankje van haar petekind
krflgt. En de derde maal vergeet Liesje
helemaal om te schrflven! Maar wanneer
tantë Eliza de daaropvolgende keer ver
geet om het pakje te sturen dan is Liesje
erg verdrietig! En dan bedenkt ze opeens,
wat ze vergeten heeft. Wat zal tante EU-